PANDA EN DE GROTBOKSER Groen Co Garcia de Léon ZWITSAL KONING BARBONIX I Kasteel Duivenvoerde wordt ingrijpend gerestaureerd fc HOEDER WORDEN... De negen muzen VRIJDAG 13 JANUARI 1961 17 ua-ang Creaties Programma uitgesteld Centrale Verwarming Oliestook-installaties De radio geeft zaterdag Televisieprogramma Negers beducht voor blanke tovenaars Deel van buitengoed wordt museum Radio Veronica gaat Engels programma geven Radioraad bij N.TS. BABYSET DE LUXE <4 door Radu Tudoran Vertaling Margot Bakker BEREN REGEREN IN BERN Koesterend slaat de Aar zijn beschermende arm om de oudste wijk van Bern. Wie de hoofdstad van Zwitserland bezoekt zal voornamelijk daar vinden wat Bern van andere steden onderscheidt. Voert men u geblinddoekt naar een van de (mo derne) buitenwijken en geeft men u daar het gezicht terug, dan kan men zich overal elders in Zwitserland wanen. De flats en woningblokken zien er bijzonder eigentijds en solide uit, maar daarmee is ook alles gezegd. Het karakteristieke van de Zwitserse hoofdstad is door generaties van traditieminnende bestuurderen vrij wel ongerept in stand gehouden. Dat de tijd er toch niet stilstaat, bewijst de be roemde klokketoren met zijn wijzerplaat, waarover kleurige figuren paraderen: Vader Tijd, een officier te paard, een haan. Het bouwwerk is een van de beziens waardigheden, die mèt de dominerende architectuur van de binnenstad Bern ouder maakt dan ze in werkelijkheid is haar geschiedenis gaat niet veel verder dan acht eeuwen terug. 8. „Ben je betoeterd?!" voegde de heel boze Panda het voor-historisch wezen toe. „Wat mankeert je om mijn enige eigen echte auto in die misselijke afgrond te smijten? Ik vind jou een snèrt-holbewo- nerBah!!" Maar deze scherpe berisping had tengevolge, dat de geduchte Blabla geheel van streek geraakte. Sidderend van angst voor Panda's woede kromp hij in een, geheel gebroken, terwijl hij onduide lijke maar deerniswekkende geluiden Op wel heel duidelijke wijze is donder dagavond weer gebleken dat een toneel stuk dan helemaal geschikt is voor tele visie wanneer het maar intiem is. Van „De Waaierpatience" dan men bepaald zeggen dat het huiskamertoneel is. In de voorstelling welke Henk Rigters ervan gaf voor de N.C.R.V. kwam die kwaliteit vol komen tot haar recht. Dat lag allereerst aan Rigters zelf, die een rustige camera voering gebruikte om de zo doorzichtige, maar bijzonder knap verweven intrige de spanningen mee te geven, welke op ieder moment werden verlangd en die hij prachtig opvoerde tot de uitbarsting kwam in een serie fraaie close-ups. Maar hij zou toch niet dat gave resultaat te voorschijn getoverd hebben, wanneer er niet twee actrices hadden gestaan, die hun metier verstaan. Misschien hebben wij nog meer respect voor Elise Hoomans dan voor Magda Jans- sens, al is het moeilijk de laatste onze sympathie te onthouden. Wat Elise Hoo mans van de door de zenuwen gesloopte slavin van- een dame van gezelschap maakte, was werkelijk uniek. Het was een transformatie, die in houding en gebaar minutieus doorwerkte. Aan de moederrol besteedde Magda Janssens haar daarvoor bij uitstek geëigende speltalenten. De creaties der beide dames maakten van het beeldscherm een feestscherm. In beschei dener mate voegden daar Maxim Hamel, Lucas Wensing en Winnifred Bosboom hun vertolkingen aan toe. Beeldschermer Het reeds in de omroepbladen voor vrijdagavond 20 januari a.s. aangekondig de K.R.O.-T.V.-programma „Te zien of niet te zien" kan wegens ziekte van een der hoofdpersonen, de heer Urkas, geen doorgang vinden. Deze uitzending, die de vraag „Bestaat helderziendheid, ja of neen?" zou behandelen, is, evenals het daaropvolgende gesprek over paranorma le begaafdheid, tot nader vast te stellen datum uitgesteld. Advertentie BLOEMENDAAL TELEFOON 54855 HILVERSUM I. 402 m. 7.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA. 19.30 VPRO. 20.00—24.00 VARA. VARA: 7.00 Nieuws. 7.10 Gymn. 7.20 Gram. 8.00 Nieuws. 8.18 Gram. 8.50 Voor de huisvrouw. 9.00 Gymn. voor de vrouw. 9.10 Gram. (9.359.40 Waterst.). VPRO: 10.00 Samen thuis, lezing. 10.05 Morgenwijding. VARA: 10.20 Herhaling gedeelten uit programma's van deze of vorige week. 12.00 Dansmuz. 12.30 Land- en tuinbouwmededelingen. 12.33 Hammondorgel en zang. 13.00 Nieuws. 13.15 VARA-Varia. 13.20 Sportnieuws. 13.45 Jazzmuz. 11.05 Voor de jeugd. 14.40 Gram. 15.50 Boekbe spreking. 16.10 Harmonie-orkest. 16.30 Streekuitz. 16.50 75 jaar A.N.B.M., lezing. 17.00 Jazzmuziek. 17.30 Act. 18.00 Nieuws en comm. 18.20 Labour en de atoombom, lezing. 18.30 Lichte muz. 19.00 Ar tistieke staalkaart. VPRO: 19.30 Passepartout, praatje. 19.40 Cursus, lezing. 19.55 Deze week, lezing. VARA: 20.00 Nieuws. 20.05 Gevar. progr. 21.15 Soc. comm. 21.30 Lichte muz. 22.00 Scara- mouche, hoorsp. 22.30 Nieuws. 22.40 Gevar. progr. 23.10 Gram, met comment. 23.40 Biljartreporage. 23.43 Gram. 23.55—24.00 Nieuws. HILVERSUM II. 298 m. 7.00—24.00 KRO. KRO: 7.00* Nieuws. 7.15 Gewijde muz. 7.30 Voor de jeugd. 7.40 Gram. 7.45 Morgengebed en over weging. 8.00 Nieuws. 8.18 Gram. 8.50 Voor de huisvrouw. 10.00 Voor de kleuters. 10.15 Gram. 10.40 Idem. 11.00 Voor de zieken. 11.45 Gram. 12.00 Middagklok - noodklok. 12.04 Gram. 12.33 Gram. 12.50 Act. 13.00 Nieuws. 13.15 Zonnewijzer. 13.20 Lichte muz. 13.50 Voor de jeugd. 14.00 Koorzang. 14.20 Lichte muz. 14.40 Jazzmuz. 15.10 Franse les. 15.30 Gram. 16.00 Gregoriaanse zang. 16.30 Instr. octet. 16.50 Sportpraatje. 17.00 Voor de jeugd. 18.00 Kunstkron. 18.30 Gram. 18.45 Van klanten en wanten weten, vragenbeantw. 19.00 Nieuws. 19.10 Act. 19.25 Memojandum. 19.30 Lichte muz. 19.50 Lichtbaken, lezing. 20.00 Radio-philharm.- ork. en solist. 21.00 U bent toch ook van de par tij?, lezing. 21.10 Gevar. progr. 22.25 Boekbespr 22.30 Nieuws. 22.40 Wij luiden de zondag in. 23.00 Religieuze muziek. 23.55—24.00 Nieuws. BRUSSEL. 324 m. 12.00 Nieuws. 12.03 Gram. 12.30 Weerber. 12.35 Gesproken aperitief. 12.45 Gram. 13.00 Nieuws 13.15 Muzik. kaleidoscoop. 14.30 Gram. 15.00 Ac- cordeonmuziek. 15.15 Volksmuziek. 15.45 Accor- deonmuziek. 16 00 Samenzang. 16.30 Gram. 17.00 Nieuws. 17.10 Dagklapper en lit. kal. 17.20 Gram. 17.45 Engelse les. 18.00 Orgelrecital. 18.30 Voor de soldaten. 19.00 Nieuws. 19.40 Trekkersliederen. 20 00 Omr.orkest en sol. 21.00 Gram. 21.25 Omr.- amus.orkest. 22.00 Nieuws. 22.15 Verz.progr. 23.00 Nieuws. 23.05 Gevar. muziek. 23.55—24.00 Nieuws. VOOR VRIJDAG NTS: 20.00 Weekjournaal. VARA: 20.30 Achter tet nieuws. 20.45 Kunstrubriek. 21.15 TV-film -1.40 Bijna twintig. TV-spel. VOOR ZATERDAG KRO: 17.00 Veilig verkeer. 17.10—17.30 Voor de kinderen. NTS: 20.00 Journaal en weeroverzicht. KRO: 20.20 Brandpunt. 21.00 Gevar. programma 72.00 Filmprogramma. maakte, en dat bracht Panda natuurlijk wel weer tot bezinning. „Het is een heel bang en dom wezen," dacht hij. „En hij heeft er geen idee van wat er in de wereld te koop is en dus kent hij ook de waar de van zo'ji auto niet en het helpt me tóch niet of ik me nu verder kwaad maak." Hij zei dus: „Nou, goejen dag," en liep weg, want hij wilde verder ook niets meer met hem te maken hebben. Maar hij was nog niet ver gekomen op zijn wandeling naar de stad, toen hij in de gaten kreeg dat Ikkie Blabla hem op enige afstand volgde het zielige schep sel had zich blijkbaar aan hem gehecht en dat gaf Panda veel te denken. Hij kon nu eenmaal niet eeuwig kwaad blij ven om het vernielen van zijn auto, en dus begon hij zich bezorgd af te vragen, wat er van het oer-wezen moest worden als het op deze manier straks in de stad terecht kwam De oppasser van de beren vanouds de grootste attractie van Bern over handigt me een pakje hondekoeken: „Dit is het beste voedsel voor de die ren, proefondervindelijk bewezen, me neer. Wortelen, vijgen en fruit kunt u ze ook geven" ik had er al een ver koper mee zien staan „maar deze koeken zijn beter. We hebben op aller lei manieren geëxperimenteerd en dit preparaat is uiteindelijk als nummer één uit de bus gekomen. Denkt u er aan: de beren mogen absoluut geen suiker of snoepgoed hebben". De man spreekt zo ernstig, dat ik dit graag doorgeef, al weet u natuur lijk al lang, dat u de bewoners van die rentuinen niet maar van alles in de maag mag proppen. Er zijn omtrent de naam van de stad verschillende theorieën in omloop. Mij heeft men wijsgemaakt, dat het Duit se woord „Baren" de waarschijnlijk ste oorsprong is. Hoe het ook zij: de beer prijkt al sinds onheuglijke tijden op het stadswapen en in de stadsvlag en daar heeft hij als bezienswaardig heid nummer één dan ook alle recht op. De dieren lopen van 's morgens ne gen tot twaalf uur en tussen drie en vier uur 's middags vrij in hun kuil rond. Ze maken een vriendelijke in druk, staan voortdurend op hun ach terpoten in vanghouding, omdat er huns inziens altijd wel de een of ande re dwaas op het punt staat hun wat eetbaars toe te werpen en leiden een onbesproken familieleven. Meer durf ik niet van ze te vertellen ik heb ze ook maar van bovenaf bekeken. Wilt u, hongerig geworden door het gezicht van de schransende beren uzelf eens te goed doen, geef u dan in volle gerustheid over aan de zorgen van de heer Gauer. Hij is al meer dan twintig jaar eigenaar van het gerenommeerde Hotel Schweizerhof en wat hij niet van lekkere spijzen en dranken weet is niet de moeite waard te onthouden. Een paar jaar geleden verraste hij (nota bene de man uit het traditionele hotelland) vrien en vijand door een studiereis te Een paniek-zaaiend gerucht doet thans de ronde onder de negers in Zuid-Rhode- sië: een georganiseerde bende blanken ont voert negers, tovert ze om tot varkens en blikt ze daarna in voor latere consumptie. Het gerucht is bijzonder hardnekkig. Europeanen, die een neger langs de weg een lift in hun auto wilden aanbieden za gen, dat de man gillend wegliep. De angst onder de negers is zo groot, dat men zelfs inheemse vrachtauto-chauffeurs verdenkt van medeplichtigheid aan de tovenarij van de blanken. Een vrachtautochauffeur, die een aantal negerkinderen een rit gaf op zijn wagen, reed per ongeluk tot voor bij de huizen van de kinderen. Een van hen raakte zo in paniek, dat hij van de rijdende auto afsprong. maken naar de Verenigde Staten. „Ik vond mezelfd helemaal niet volleerd in het vak en bovendien wilde ik ter plaatse nagaan hoe ik het best Ameri kanen in mijn hotel kon ontvangen. Ik wilde weten wat zij verwachten om bij voorbaat aan hun wensen tegemoet te kunnen komen". Na zijn terugkeer te Bern is de heer Gauer vol enthousiasme aan de moder nisering van zijn etablissement begon nen. Eén ding was hem gedurende zijn verblijf in de States duidelijk gewor- den: Amerikanen zijn gek op heel mo dern en heel antiek. Voor het voldoen aan het eerste verlangen van zijn over zeese gasten is inmiddels afdoende ge zorgd het hele sanitaire en verwar mingsstelsel is vernieuwd en werkt van zelfsprekend perfect. Voor het tweede punt hoefde de heer Gauer slechts een beroep te doen op zijn eigen liefhebbe rij; hij en zijn vrouw zijn verwoede verzamelaars van antiek. Deze hobby deelt hij nu grootmoedig met zijn gas ten. Niet alleen zijn alle halls in het hotel in een bepaalde stijl ingericht, een ervan zelfs Oosters, maar op de meeste kamers bevinden zich (vaak kostbare) antieke voorwerpen en meu belen. „Ik heb er nog geen seconde spijt van gehad," zegt hij. „De men sen appreciëren het heus niet alleen de Amerikanen en gestolen is er.nog nooit iets". Om de vlotte gang van zaken in de bedrijfsvoering te bevorderen, heeft hij een uniek oproepingssysteem voor het personeel ingevoerd. De voornaamste functionarissen en dat zijn er nog al wat dragen een klein radio-ont vangapparaat je met zich mee. Door middel van „piep" signalen kunnen zij Het kasteel „Duivenvoorde" in Voor schoten, een van de zeer weinige nog be woonde kastelen in Zuid-Holland, wordt grondig gerestaureerd. De tand des tijds heeft er sedert de bouw in 1226 danig aan geknaagd en een tand van ónze tijd heeft aan het oorspronkelijke bouwwerk zo on geveer de genadeslag gegeven: in april 1945 brachten de wegtrekkende bezetters op het landgoed een V-2 tot ontploffing. nagenoeg geruisloos worden opgeroe pen. Het zal u dan ook niet verwonde ren, dat de heer Gauer met voorliefde van zijn Spoetniksysteem spreekt. Nu moet ik u toch niet de indruk ge ven, dat het interessante van Bern zich uitsluitend bepaalt tot de berenkuil en Hotel Schweizerhof. De beren zullen altijd belangrijk blijven in een stad, die tot omstreeks 1800 een machtig staatje was. Door zijn ligging was dit staat je de ideale schildwacht met als taak de vrede en rust in net koninkrijk Boer- gondië te verzekeren. Het (huidige) kanton werd toen vanuit hert tegenwoor dige stadhuis geregeerd. Thans huizen er twee besturen: het kantonaal en het gemeentelijk. Wat de bezoeker al na weinige mi nuten opvalt zijn de talloze arcaden in de straten, die het winkelen in alle omstandigheden veraangenamen. De totale lengte er van bedraagt niet minder dan negen kilometer een flinke mars op zichzelf. Vermoedelijk is dit een record voor een stad van de grootte van Bern. Ik heb, dat is duidelijk, met enige sentimentele interesse opgekeken naar de toren, die het predicaat Hollandse voert. Deze benaming houdt in de ver te verband met een vroeger in Bern geldend rookverbod. Puriteinse stads bestuurders vonden dat de bewoners veel te veel geld uitgaven aan wat wij toen „toeback suyghen" noemden en verboden deze dwaze gewoonte op poe ne van de nodige franken. Omstreeks die tijd (1675) keerde een aantal Zwit serse soldaten na volbrachte huurtijd in de lage landen naar huis terug. Zij waren verslaafd aan roken en ontdek ten tot hun verdriet midden in een ab soluut verbod terecht te zijn gekomen. Niet voor één gat gevangen losten zij de moeilijkheid op ingenieuze wijze op door een clubhuis te bouwen: een ka mertje bovenop een bestaande toren, waar zij ongehinderd aan hun ondeugd konden toegeven. Het verbod is in 1723 opgeheven, maar de Hollandse toren herinnert er nog steeds aan. U moet vooral ook de wereldberoem de, prachtig geornamenteerde fontei nen bekijken. Er zijn er zo veel, om dat zij tot 1869 de enige watervoorzie ning van de stad vormden, vandaar ook dat de bewoners er hoge waarde aan hechtten en ze prachtig ornamen teerden. Minder dan een eeuw geleden werden op deze plaatsen de nieuwtjes uitgewisseld en de schandaaltjes ver teld. Het is natuurlijk laster, wanneer er nu nog van de Berners wordt ge zegd (mij is het althans ingefluisterd) dat zij onverbeterlijke kletskousen zijn. (Nadruk verboden De restauratie vergde dan ook niet min der dan vier jaar. Jonkvrouwe L. H. barones Schimmel- penninck van der Oye is de huidige eige naresse. Zonder verwarming, zonder wa terleiding en zonder elektriciteit, haar ver trekken uitsluitend verlicht met kaarsen, woonde zij geruime tijd in het kasteel. Het gebouw met de schitterende inboedel en het uitgestrekte landgoed, vier kilometer lang en 270 hectare groot, gelegen tussen de Leidsestraatweg en de Vliet, behoorde oorspronkelijk aan de familie Van Wasse naar. Het is nooit verkocht, doch door ver erving aan de familie Schimmelpenninck van der Oye gekomen. Kostbare inboedel Na de oorlog besloot de eigenares, het te laten restaureren. Onder leiding van het Rijksbureau voor de Monumentenzorg, met architect E. A. Canneman als super visor, werd het werk in mei 1958 door een hierin gespecialiseerd Delftse aannemings bedrijf begonnen. Het metselwerk wordt geheel hersteld. Gebleken is, dat grote ge deelten nog overblijfselen uit de middel eeuwen zijn. De daken worden hersteld, de leibedekking wordt vernieuwd en ook inwendig moet zeer veel aan wanden en plafonds worden gerestaureerd. Het kas teel wordt zoveel mogelijk teruggebracht in de achttiende eeuwse staat. Teneinde kasteel, landgoed en de kost bare inboedel van schilderijen, antieke meubels, porceleinen serviezen, zilver, ta pijten enzovoort als een geheel voorgoed voor het nageslacht te behouden heeft freu le Schimmelpenninck van der Oye haar bezit ondergebracht in een stichting, die daartoe per I januari van dit jaar in het leven is geroepen. Zij is voorzitster van het stichtingbestuur. dat verder bestaat uit mevrouw E. M. Prins barones Schimmelpenninck van der Oye, jhr. mr. D. A. W. Tets van Goudriaan en de heer H. A. van Wijlen. Secretaris-rentmeester is de heer ir. B. D. van Schelven en advi seurs zijn de heren Canneman en jhr. dr. D. Röell, oud-directeur van het Rijksmu seum. Subsidie voor herstel Een subsidie van het departement van O., K. en W. heeft de stichting in staat ge steld, het bezit over te nemen en de res tauratie te voltooien. In de brief waarin de ze subsidie wordt aangekondigd, spreekt de staatssecretaris van een „genereuse ges te van de eigenares, welke niet hoog ge noeg kan worden aangeslagen" en van de grote landschappelijke en natuurweten schappelijke waarde van het domein. Het rechtergedeelte van het kasteel blijft gereserveerd voor bewoning door de voormalige eigenares. De middenbouw en linkervleugel zullen in de toekomst als mu seum voor belangstellenden worden open gesteld. Radiokamerorkest op tournee. Het Radiokamerorkest is vertrokken voor een tournee van vijftien dagen door Duitsland en Zwitserland. Het zal concerteren in on der andere Stuttgart, Heidelberg en Frank fort. Het orkest zal worden geleid door de beide vaste dirigenten Maurits van den Berg en Roelof Krol. Als solisten werken aan de concerten mee de pianist Alain Bernheim en de eerste concertmeester van het orkest, Jos Verkoeyen. De leiding van de commerciële radio zender Veronica heeft medegedeeld dat 1 maart de streefdatum is voor het begin van de eind verleden jaar aangekondigde reclame-uitzendingen naar Engeland. Be gonnen zal worden met uitzendingen op de 192 meter van middernacht tot drie uur (Ned. tijd), als de BBC en de televisie uit de lucht zijn. Later wil men de zendtijd uitbreiden met van 's morgens zeven tot één uur. Veronica is in contact getreden met een bureau voor radio- en filmreclame in Londen. Op de proef uitzendingen naar Engeland, die Veronica in de laatste maanden van het afgelopen jaar heeft gegeven, zijn zeer veel gunstige reacties ontvangen, aldus de Veronica-leiding. De Engelse programma's zullen op Amerikaanse leest worden ge schoeid; grammofoonplaten afgewisseld met reclame. Van geïnteresseerde Britse zijde is de wens geuit, dat Veronica ook nieuwsberichten zou gaan uitzenden. Dit zou echter een aparte organisatie vereisen. Bij de leiding van de radiozender wordt gedacht aan gerubriceerde programma's, onder meer voor huisvrouwen, automobi listen en de jeugd. Voorts werd nog mede gedeeld dat het de bedoeling is over enige tijd de Nederlandse uitzendingen uit te breiden en ook in de avonduren te gaan uitzenden. De Radioraad heeft op uitnodiging van de N.T.S. een bezoek gebracht aan studio's, werkplaatsen en magazijnen om zich te oriënteren over de praktijk van de televi sie. Er is ook gesproken over de actuele problemen van de N.T.S. Verschillende bestuursleden, onder wie de voorzitter van de N.T.S., de heer W. A. Schiittenhelm, namen hieraan deel. De voorzitter van de Radioraad, prof. mr. L. W. G. Scholten, prees in een dankwoord de N.T.S. voor haar initiatief. Advertentie Dit is de titel van het nieuwe boek van Dr. W. de Kok. Alles over zwangerschap, geboorte, babyverzorging en kleuter opvoeding. Dit waardevolle boek (184 pagina's in fraaie omslag) krijgt U ten geschenke bij aanschaffing van een 4445. Maar eindelijk verzamelde de koning genoeg moed, om onder het laken uit te komen. Snel keek hij in de spiegel... en toen kreeg hij een vreselijke schrik. Want de stekels waren weg, dat was zo. Maar wat groeide er nu aan 's konings kin? Woedend bekeek koning Barbonix zijn gezicht. Bladeren en bloempjes zag hij. Zijn vorstelijk gelaat zag er uit als een bloemperk. Buiten zichzelf van woede sprong de koning uit z'n statiebed en in dolle drift sprong hij in het rond. Breng terstond Mafala, die bedrieger, naar het paleis! riep hij. Neem die kerel gevangen! Sidderend hoorden de ministers, hoe Zijne Majesteit tekeer ging Het brandende dal 15) Cristea, die tot dusver in zijn eigen taal had ge sproken, sperde zijn ogen open en vroeg, nu in het Duits, „Was?". Hij had in de oorlogstijd namelijk een mondjevol Duits geleerd. „Ein Schwein!" herhaalde Telengescu. „Wat heeft hij dan gedaan?" „Meneer Dumitrica," begon Telengescu hem aan het verstand te brengen, terwijl hij zijn woede onder zijn gebruikelijke hoffelijkheid verborg, „als u zich van de massa wenst te onderscheiden moet u beginnen met alle onbeschaafde lieden uit uw naaste omgeving te verwijderen. Een vlegel van een kelner kan u alleen maar schade doen. Waarom span ik me eigenlijk zo i". „Heeft hij dan iets gedaan waarvoor ik hem de deur uit moet jagen?". Cristea Dumitrica was bereid zijn deftige gast in alle opzichten terwille te zijn. Allereerst greep hij een glas, waste het nog eens zorgvuldig om en hield er de fles met pruimebrandewijn boven, om Telengescu tot bedaren te brengen. „Drinkt u er een van de zaak?" „Seulement la moitié," zei Telengescu, met zijn vin ger de hoogte aangevend. „Wat?" vroeg Dumitrica stompzinnig. De jonge man herhaalde zijn antwoord, terwijl hij zijn vinger halverwege langs het glas legde: „La moitié, la moitié!" „Aha! Demi? Demi?" vroeg de caféhouder, die de woorden niet had begrepen maar het gebaar wel. Buiten liet de stem van Bocanu zich horen en de caféhouder liet zijn deftige spraakleraar staan en ging naar de deur. Telengescu schoof met de vlugge sierlijke bewegingen van een schaatsenrijder de kleine eetzaal in. Bocanu keerde zich in de deuropening nog eens om en keek op Lipanescu neer, die was blijven staan om van het hoger gelegen plein zijn boortorens te zoeken in de wirwar van vele andere. „Jij bloedzuiger!" riep Bocanu. „Pas maar op dat je daar geen wortel schiet!" Lipanescu liep de verlaten weg af, die langs de bos rand rondom het boorterrein liep. Sedert er tussen de boortorens een verharde straat was aangelegd, was deze weg, zoals de naam al zei, wezenlijk verlaten. Lipanescu wandelde hier overigens graag. De koelte van het bos op de heetste tijd van de dag deed hem goed en bovendien kon hij hier het hele terrein als in één blik overzien. Hier maakte hij ook zijn plannen. Hij moest zijn onderneming, koste was het kost, uitbreiden en hij koos nu al de torens uit, die hij naderhand wilde kopen. Nog eens haalde hij de coupon uit zijn zak en staarde er lang en genietend naar, tot een krakende tak hem deed opkijken. Tussen de stammen stond een rijzige oude man, uitgedroogd als de schors zelf, met een hoofd als een verweerde boomstronk: het voorhoofd was enkel knoesten, die als een afdak boven de ogen uitstaken, De man stond er roerloos en staarde Lipa nescu maar aan. Hij droeg een grauwe broek en een grauwe kiel en haast had hij zelf een stam kunnen zijn. Lipanescu vouwde zijn coupon gejaagd en beschaamd op, keerde zich om naar zijn terrein, dat hier tot aan de rand van het bos doorliep en klauerde over de omhei ning van prikkeldraad. Zodra hij zijn kantoor had be reikt keek hij om: de oude man stond er nog. Had hij die kerel al niet vaker gezien en telkens gedacht dat hij het zich verbeeldde? In het bos blafte een hond. Langs de witte gevel van het huisje, dat hij tussen de bomen op de heuvelwand zag schemeren, leek een vage scha duw voorbij te glijden. Een ijle meisjesstem riep, „Va der!" En een paar tellen later, „Vader! Komen!" Nu trok de oude man zich eindelijk in het bos terug. Toen Lipanescu zijn administrateur de weg zag. afko men liep hij hem haastig tegemoet. „Woont daar in het bos nog iemand?" vroeg hij ver ontrust. „Ja, daar staan nog wat huisjes. Wat er van het vroegere dorp overgebleven is". „Wat doen die mensen daar?" „De hemel mag het weten. Er zijn er een paar die bij de boortorens werken. De anderen zullen nog wel bomen kappen „Ik zag daar iemand staan „O, dat moet de bosman zijn geweest. Bemoeit u zich liever niet met hem. Hij is niet helemaal goed in zijn hoofd. Iedereen kent hem hier". Nog altijd enigszin in de war ging Lipanescu zijn kan toor binnen. Het zonderlinge uiterlijk van de man hield zijn gedachten vast; het knokkige gezicht met de inge vallen wangen, de hoekige kin, de grijze baardstoppels. De ogen had hij niet goed kunnen zien, omdat die onder het vooruitstekende voorhoofd schuilgingen. Maar hij had de indruk dat er uit die diepe donkere levenloze oog kassen een vijandige blik op hem was gericht. Om zijn zekerheid te hervinden tastte hij in zijn zak. „Ik heb de coupon gekregen, Pascu!" riep hij vol trots. En de aanraking met het papier gaf hem inder daad zijn zekerheid terug. HOOFDSTUK V Onder de grote lamp in het salon-restaurant telde Gogoi de pakken bankbiljetten. Aan alle kanten leun den nieuwsgierige toeschouwers op de tafel en keken hem op de vingers. Het geld was in pakjes van elk twin tigduizend lei gerangschikt. Hij telde alleen de afzon derlijke stapels, zonder er zich om te bekommeren of zij wel het juiste bedrag vertegenwoordigden. „Daarmee word je niet bedrogen, jongens", zei hij. „Hier, kijken jullie zelf maar!" Hij wees op de handte kening van de kassier op het strookje dat de biljetten bij eenhield. „Dat is een grote bank, jongens. Die bedriegen je niet. Het gezicht van zo'n kassier alleen is meer waard dan al jullie gezichten met elkaar. Hé, meneer Cristea, waarom geeft u die kerels niets iets te drinken? Dan laten ze mij tenminste rustig tellen". Telkens wanneer hij tot het zevende pakje was gevor derd raakte hij in de war en moest opnieuw beginnen. „Ik ben zoiets niet gewend, jongetje! Maar jullie had den die kassier eens moeten zien! Roetsj, roetsj, vlogen de pakjes geld hem door de vingers. Maar wat moet ik? Ach lieve hemel! Zou er wel ooit iemand in mijn familie zoveel geld hebben moeten tellen als ik?" De mannen dronken en lachten, maar zodra hun blik op het geld viel, verstomden zij. Dan klonken zij weer met elkaar en schudden de sombere gedachten van zich af. Gogoi had opdracht gegeven ieder te schenken wat hij wilde hebben en zoveel hij wilde hebben. Het waren ploegbazen en opzichters van de boorputten, met de olie- vegen nog op het gezicht en de handen, en verder mon teurs, gieters, elektromonteurs en kantoorpersoneel. „Dat uw geld maar veel kinderen mag krijgen, me neer Gogoi" wensten zij hem toe, terwijl de een na de ander naar de tafel kwam om met hem te klinken. Go goi stond op en beantwoordde met zijn glas al die goede wensen. Daarna zette hij het glas neer en begon opnieuw te tellen. 's Morgens was hij naar Ploesjti gereden, waar hij tegen de middag aangekomen was. Zijn paard had hij voor een restaurant vastgebonden. Hij had zijn coupons ingewisseld en was in een dure huurauto naar huis gere den. „Ik weet al wat ik met het geld moet doen. Ik heb beslist gaven voor bojaar, al zie ik er dan uit als een leegloper. Ik weet van het leven te genieten, ik ben een ander man dan mijn gekke neef Bocanu". „Wat is er met je paard gebeurd?" vroeg er iemand. „Mijn paard? Daar kan zijn moeder trots op zijn. Al had jij het maar zo goed als mijn paard. Ik heb 't in goe de handen achtergelaten. Ze moeten het tienmaal per dag kammen en het een dubbele portie haver geven, zo dat iedereen kan zien dat het mijn paard is!" „Haalt u het dan niet terug?" „Nee, de hemel bewaar me! Ik laat het in de stad. Als ik bojaar ben geworden mag mijn paard het ook zijn. En laat me nu met rust. Ik moet rekenen". Maar zij stoorden hem dadelijk weer. „Hoe was het nu in de bank, meneer Ggoi?" „Een fijne boel. Hadden jullie moeten zien. Allemaal eerste klas bojaren. Ze hebben me in een stoel gezet en ik dacht werkelijk dat ik een verdieping naar beneden viel: tot aan zijn hals zat ik in de donsveren of wat 't ge weest mag zijn. „Meneer Gogoi" voor en „meneer Go goi" na. Ik hoefde niet eens met al die andere mensen voor het loket te staan. Nee mij kwam de kassier een blad vol geld brengen, alsof ik de koning zelf was. „We hopen dat het naar genoegen was, meneer Gogoi?" Ik heb in mezelf gezegd, Beste Gogoi, je gebeente is geze gend! En laat me nu met rust". (Wordt vervolgd) I k

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1961 | | pagina 17