Beursbestuur over fiscale
wetsontwerpen
meubelen
assBëI
Ouders verkochten door dochtertje
gestolen kledingstukken
CLEMENTE UITSPRAKEN
IN BARRICADENPROCES
Nederland alleen op pad?
Adres aan Tweede Kamer
Vermiste straaljager
lag in kanaal
Dr. A, F. Portielje
wordt 75 jaar
Dr. E. H. Reerink tot
president-curator
benoemd
Abdoel Rahman overweegt
geen reis naar Den Haag
Jaar celstraf geëist
Doodstraf voor Ortiz, gevangenisstraf
voor Lagaillarde en andere absenten
door dr. R.
VRIJDAG 3 MAART 1961
Kom in Kempkes' Meubeltoonzalen
te Amsterdam, Oude Schans
73-75-77, of te Waddinxveen de
prachtige collectie Formule meubelen
bekijken. U benter hartelijk welkom!
„Chauffeursbier" verkocht:
elf gulden boete
Dierenvrienden tegen
doden van reigers in Artis
Leidse universiteit
keukenmachines
mixers haardrogers
vhmmm -uw*™
voedt het
tandvlees met
de vitamines
A en D.
HAAL NÜ EEN TUBE BIJ UW APOTHEKER OF DROGIST
Dr. Verwoerd zal
Nederland niet bezoeken
H. G. Rambonnet overleden
HAARLEMSE RECHTBANK
Kappersbediende stal tot
zijn schrik 16.000
Opnieuw vragen over
geweigerde kaarten
De Vereeniging voor den Effectenhan
del heeft een adres gericht aan de leden
van de Tweede Kamer inzake de aanhan
gige wetsontwerpen op de inkomstenbe
lasting 1960 en de vennootschapsbelasting
1960. Het bestuur der vereniging zegt
met grote waardering te hebben kennis
genomen van de ingediende wetsontwer
pen en van de daarin voorgestelde wijzi
gingen, die op veie punten een aanmerke
lijke verbetering betekenen. Ook het stre
ven van de minister te geraken tot een
vermindering van de belastingdruk vindt
bij het bestuur instemming.
In het ontwerp van- wet op de inkom
stenbelasting heeft het de vereniging ech
ter pijnlijk getroffen, dat in „bevordering
van het sparen" wederom alleen het spa
ren in de vorm van lijfrentecontracten be
vorderd wordt. De vereniging vraagt zich
af, waarom zij die voor een eigen huis
sparen of besparingen in effecten willen
beleggen, niet soortgelijke faciliteiten (een
zekere inkomensaftrek) genieten. Terzake
van bonusaandelen en herkapitalisatie is
de vraag gerezen, om welke reden de fic
tiebepaling, die bonusaandelen tot divi
dend verklaart, wordt gehandhaafd, nu de
Hoge Raad heeft beslist dat een bonus
aandeel geen vrucht (dividend) is. Het
bestuur geeft daarom in overweging, deze
fictiebepaling uit het wetsontwerp te lich
ten, en dus de verkrijging van bonusaan
delen onbelast te laten. Hiermee wordt be
reikt dat een voor een gezonde kapitali
satie gewenste uitgifte van bonusaandelen
ook in die gevallen mogelijk wordt, waar
in zij tot dusver om fiscale redenen ach
terwege werd gelaten.
Terzake van het wetsontwerp op de ven
nootschapsbelasting geeft het adres in
overweging de tariefsbepalingen aldus te
wijzigen, dat zowel de daadwerkelijke
Advertentie
FOR
MU
LE
Op aanvrage zenden wij tl graag een
folder toe en een overzicht van onze voor-
rr-dhoudende dealers in uw omgeving.
(netto) uitgedeelde winst als het deel dat
voor belastingbetaling wordt besteed, met
niet meer dan 28 percent belast wordt. In
zake de vrijstelling van dividenden bij
deelnemingen vraagt het bestuur zich af,
of het geen aanbeveling verdient door een
algehele vrijstelling van dividenden en
koersverschillen een zuiver en eenvoudig
fiscaal regime te scheppen. Dan kan geen
dubbele heffing ten aanzien van dividen
den meer plaatsvinden, en wordt tevens
de tendentie tot oprichting van beleggings
maatschappijen voorkomen. In het punt
uitbreiding van het begrip „binnenlandse
belastingplichtigen" acht het bestuur het
noodzakelijk buiten twijfel te stellen, dat
de niet inde vorm van een naamloze ven
nootschap gegoten vormen van gemeen
schappelijke belegging niét door de ven
nootschapsbelasting zullen worden getrof
fen. Deze beleggingsvormen immers heb
ben bewezen in een sterk gevoelde behoef
te te voorzien.
Inzake het punt „verrekening van ver
liezen" meent het bestuur dat er niet ge
noeg rekening mede is gehouden dat hier
ook de belangen in het geding zijn van
aandeelhouders in een n.v., die haar on
derneming heeft gestaakt. Het adres heeft
vooral het oog op de gevallen, waarin aan
deelhouders in een destijds in Indonesië
werkzame n.v. de gevolgen ondervinden
van de door die onderneming geleden ver
liezen.
De vermiste Sabre-straaljager 786-k, die
vrijdagnacht na een botsing met een Hun-
ter van de vliegbasis Leeuwarden onvind
baar was, is gevonden in het Harinxmaka-
naal bij Deinum. Een veehouder deelde
gisteren de vliegbasis Leeuwarden mee,
dat hij brokstukken van een vliegtuigwrak
had aangetroffen in het Harinxmakanaal.
De rijkspolitie ging direct dreggen en
stuitte op het wrak, dat vier meter diep
in het kanaal ligt. Het wrak zal gelicht
worden.
De Haarlemse rechtbank heeft donder
dagmiddag een 57-jarige cafetariahouder
uit Zaandam in hoger beroep veroordeeld
tot een boete van elf gulden. Tevens zijn
inbeslaggenomen flesjes „chauffeursbier'
verbeurdverklaard. Veertien dagen geleden
heeft hij terechtgestaan omdat hij „chauf
feursbier" zou hebben verkocht zonder in
het bezit te zijn van het voor de verkoop
van zwak-alkoholische dranken benodigde
verlof A. De officier van Justitie, mr. G.
W. F. van der Valk Bouman, had bevesti
ging gevraagd van het vonnis van de
Zaanse kantonrechter 11 boete). De
raadsman, mr. W. Vos uit Bennekom, had
vrijspraak bepleit. Hij wees er veertien da
gen geleden op dat het „chauffeursbier"
dat door een Duitse brouwerij op de markt
wordt gebracht slechts 1,6 percent alkohol
bevatte. Dranken met een percentage al
kohol tot 1,5 mogen zonder vergunning
worden verkocht.
Woensdag 8 maart hoopt dr. A. F Por
tielje te Bennebroek, die gedurende 46
jaar in Artis werkzaam is geweest als
inspecteur van de levende have en als
hoofd van de afdeling voorlichting, zijn
75ste verjaardag te vieren. Vooral door
zijn rondleidingen in Artis, zijn radio
praatjes en zijn vele publikaties heeft dr.
Portielje zowel in binnen- als buitenland
grote bekendheid gekregen.
Nadat hij aanvankelijk als journalist
werkzaam was geweest, werd hij in 1906
biologisch assistent van de directeur van
Artis, dr. C. Herbert. In die functie maak
te hij vele buitenlandse reizen voor het
aankopen van dieren. In 1927 benoemde
de opvolger van dr. Herbert, dr. A. L. J.
Sunier, hem tot inspecteur van de levende
have, waardoor hij in de gelegenheid was
de dieren te observeren en te bestuderen
Van zijn hand verschenen teksten voor
plaatjesalbums, wetenschappelijke ge
schriften en boekwerken, zoals „Dieren
zien en leren kennen", dat kan worden be
schouwd als het proefschrift, waarop de
universiteit van Amsterdam hem in 1946
het eredoctoraat verleende. Dr. Portielje
heeft ook les gegeven in dierpsychologie
Met Artisfilms, die hij in samenwerking met
Artis-films, die hij in samenwerking met
de cineast H. C. Verkruysen had vervaar
digd, reisde hij door het land voor zijn
lezingen. Bij rondleidingen ging hij met
blinde kinderen de dierenverblijven in, om
hen o.a. door het laten aanvoelen van de
horens van een antilope, de slurf van een
olifant of een pas uit het ei gekomen
kuikentje, met de dieren te laten kennis
maken. Na zijn afscheid in 1952 vestigde
de heer Portielje zich in Bennebroek, waar
hij in zijn grote tuin de vogels bestu
deert en zich voorbereidt op de rondlei
dingen, lezingen en radiopraatjes, die hij
ook nu nog regelmatig in en over Artis
houdt.
In opdracht van de directeur van A:tis.
dr. Jacobi, is een aantal in de tuin neste
lende reigers doodgeschoten om overlast
voor het publiek te voorkomen. Aangezien
de reiger van 1 januari tot 1 september
een beschermde vogel is heeft het bestuur
van de Vereniging Dierenvrienden, de af
deling Amsterdam van de Nederlandse
Vereniging tot bescherming van dieren,
haar inspectie opgedragen een onderzoek
in te stellen en eventueel proces-verbaal
wegens overtreding van de vogelwet op 4
maken tegen de directeur.
Nu dr. Jacobi thans aan de commissaris
van de Koningin in Noordholland vergun
ning heeft gevraagd reigers in zijn tuin
dood te mogen schieten, heeft het bestuur
telegrafisch de commissaris verzocht af
wijzend te beschikken op dit verzoek.
Het bestuur heeft gewezen op de humane
methode die de dienst beplantingen van
publieke werken Amsterdam toepast om
boven de openbare weg nestelende reigers
te verjagen.
Bij Koninklijk Besluit is per 1 januari
1962 benoemd tot lid en voorzitter van het
college van curatoren der rijksuniversiteit
te Leiden dr. E. H. Reerink te Bussum.
De nieuwe president-curator, die in 1899
werd geboren, heeft in Leiden scheikunde
gestudeerd. Na zijn promotie in 1924 was
hij aanvankelijk wetenschappelijk mede
werker verbonden aan het natuurkundig
laboratorium van de n.v. Philips te Eind
hoven. Sedert 1937 is hij technisch-weten-
schappelijk directeur van de n.v. Philips-
Duphar (Eertijds n.v. Philips-Van Houten).
Deze functie zal hij in de loop van dit jaar
neerleggen. Sinds 1960 maakt dr. Reerink
deel uit van de raad van beheer van het
Nederlands Instituut voor Praeventieve
geneeskunde.
Bij hetzelfde Koninklijk Besluit is aan
dr. J. E. baron de Vos van Steenwijk met
ingang van dezelfde datum eervol ontslag
uit zijn functie van president-curator ver
leend. Tijdens het senaatsdiner op 8 fe
bruari j.l. bij gelegenheid van de jongste
dies der Leidse universiteit, had baron De
Vos van Steenwijk reeds medegedeeld, als
lid en voorzitter van het college van cura
toren te zullen aftreden.
Advertentie
Advertentie
v,v
JOHANNESBURG (Reuter) De Zuid-
afrikaanse eerste-minister dr. Hendrik
Verwoerd, zal geen bezoek brengen aan
Nederland tijdens zijn deelneming aan de
Gemenebestconferentie in Londen, aldus
heeft zijn secretaris, Fred Barnard, mee
gedeeld.
Barnard zei, dat plannen voor een be
zoek aan Nederland nimmer in overwe
ging zijn genomen bij het opstellen van
het reisschema van de premier. Barnard
deelde een en ander mee naar aanleiding
van berichten, dat dr. Verwoerd een par
ticulier bezoek aan Nederland zou bren
gen. Volgens Barnard zal dr. Verwoerd
naar Zuid-Afrika terugkeren zodra de con
ferentie in Londen is geëindigd om het
parlement verslag uit te brengen.
KOEALA LOEMPOER (Malaya) (UPI)
De Maleise premier, Tengkoe Abdoel
Rahman, heeft ontkend dat hij Den Haag
zou bezoeken voor bespreking van nieuwe
bemiddelingspogingen in de kwestie Ne
derlands Nieuw-Guinea. Hij sprak in com
mentaar op berichten dat hij Den Haag
zou aandoen op zijn terugreis naar Malaya
na afloop van de conferentie van pre
miers van het Gemenebest te Londen.
In Den Haag is het stoffelijk overschot
ter aarde besteld van generaal-majoor
b.d. H. G. Rambonnet. Generaal Rambon
net was adjudant van de Koningin in bui
tengewone dienst. Hij bereikte de leeftijd
van 87 jaar.
„Het is verschrikkelijk dat u uw eigen
kind mee helpt in het verderf te storten".
Dit zei donderdagmiddag de president van
de rechtbank in Haarlem mr. N. Reeling
Brouwer, tegen een 40-jarige opperman
uit Haarlem, die terechtstond omdat hij
samen met zijn vrouw door zijn veertien
jarig dochtertje gestolen kledingstukken
zou hebben verkocht. De officier van Jus
titie, mr. J. Bredius, sloot zich in zijn re
quisitoir bij de woorden van de president
aan en eiste twaalf maanden gevangenis
straf, waarvan drie voorwaardelijk met
een proeftijd van drie jaar, en onder toe-
zichtstelling van de Protestants-Christelij
ke reclassering.
Het was allemaal begonnen in de loop
van het vorig jaar. Het veertienjarig doch
tertje van de opperman dat in de ze
vende klas van de lagere school zat
had verscheidene kledingstukken uit win
kels weggenomen. De vader had het, naar
hij zei, pas bemerkt, toen er mensen aan
de deur kwamen om overhemden te ko
pen. Hij had zijn kind bestraft, onder
meer door het veertien dagen lang na
schooltijd thuis te houden. Later was het
meisje evenwel weer met gestolen kleding
stukken thuis gekomen.
Toen hadden de verdachte en zijn vrouw
de aldus „verkregen" kleding regelmatig
verkocht. Als herkomst van het goed ga
ven zij België op. De politie had het doch
tertje al eens onderhouden over haar ge
drag, maar de ouders hadden hierop geen
acht geslagen.
Op deze Wijze was voor f 3.000 gulden
aan gestolen goederen verkocht. Het geld
werd in een huishoudpotje gedaan. De
raadsman, mr. C. F. M. van Koppen,
vroeg zich in zijn pleidooi af, waarom
geen der buurtbewoners wegens scbuldhe-
ling was gedagvaard. Hij was van me
ning dat de vrouw het in het gezin van
verdachte voor het zeggen had en bepleit
te clementie voor zijn cliënt. Hij vroeg de
rechtbank de onvoorwaardelijke gevange
nisstraf te beperken tot de tijd dat de man
in voorarrest had gezeten.
De vrouw van verdachte was eveneens
gedagvaard. Aangezien zij ziek was is de
zaak tegen haar uitgesteld. De president,
mr. N. Reeling Brouwer, bepaalde de uit
spraak op donderdag 16 maart om twee
uur 's middags.
(Van onze correspondent)
PARIJS. Op de dag af vier maanden
na de proloog is gisteren dan eindelijk na
78 zittingen, waarin 22 pleidooien werden
gehouden ten behoeve van negentien be
schuldigden, het scherm gevallen over het
proces, waarbij in Parijs de bloedige ge
beurtenissen op de barricaden van Algiers
in de januaridagen van het vorig jaar be
recht moesten worden. De uitspraak is
aanzienlijk clementer uitgevallen dan de
strenge eisen van de advocaten-generaal
tien dagen geleden deden verwachten. Al
teen ten aanzien van de voortvluchtige
cafébaas Ortiz, die van moord op gendar
mes schuldig is bevonden, werd de eis van
de doodstraf door het vonnis van het mili
taire tribunaal gedekt. De Eendere hoofd
man van de barricaden, het eveneens voort
vluchtige Kamerlid Pierre Lagaillarde, zag
de eis van twintig tot een uitspraak van
tien jaren gehalveerd.
Tegen vier beschuldigden, die hun ere
woord waarop ze tijdens het proces in
voorlopige vrijheid waren gesteld, evenals
Lagaillarde, verbraken en het hazenpad
naar Spanje kozen, werden vonnissen van
twee tot zeven jaar. al of niet voorwaar
delijk. uitgesproken. Alle aanwezige be
schuldigden. onder wie de enige beroeps
militair kolonel Gardes en de Algerijnse
krantendirecteur Alain De Sérigny konden
na de laatste zitting, waarvan het zwaarte
punt dus in de raadkamers was gelegen,
het Paleis van Justitie op vrije voeten ver
laten.
De kosten van het proces, die in beginsel
door de veroordeelden betaald zouden
moeten worden, worden op tien miljoen
nieuwe franc ofwel acht miljoen gulden
geschat. Het is echter niet waarschijnlijk
dat Lagaillarde en zijn veroordeelde tra
wanten een chèqug van dit bedrag vanuit
Spanje naar Parijs zullen sturen, zogoed
ais hét onwaarschijnlijk is, dat ze voor het
genoemde aantal jaren nog eens hun vrij
heid zullen moeten verpanden. De Spaanse
Nederland volgt op het
ogenblik een eenzame weg in
de wereld. Het doet dit zowel
in Europa als in Azië, en de
tijd lijkt gekomen om zich af
te vragen of dit nu wel de
juiste weg is. Nederland is
tenslotte niet alleen het hui
dige kabinet, en zeker niet
alleen de minister van Buiten
landse Zaken, ook al is het de
laatste die steeds weer namens
Nederland moet spreken. Mag
men hem er dankbaar voor
zijn dat hij dit doet op zulk
een duidelijke, niet mis te
verstane wijze, hij bindt dan
toch door zijn woorden en da
den ons gehele volk en wel
mogen wij ons afvragen wat
de vermoedelijke gevolgen
zullen zijn van dit stoere „ca
valier seul" spelen in de on
vriendelijke wereld van van
daag. De meest aangewezen
plaatsen daarvoor zijn het
parlement en de pers. en na
dat verleden week de Tweede
Kamer uitvoerig op onze
Europese politiek is ingegaan
echter zonder een duide
lijke conclusie te bereiken
willen wij in deze kolommen
zeggen hoe wij het zien. Dit is
geen „nakaarten" zonder enig
nut, want aanstonds komen
de plannen van De Gaulle en
Adenauer opnieuw aan de
orde.
Het belangrijke initiatief
voor een politieke samenwer
king binnen het Europa van
de Zes te hebben verworpen
zonder een duidelijk tegen
voorstel op tafel te brengen,
achten wij niet juist. Door dit
te doen heeft Nederland, wat
ook de waarde moge zijn van
de argumenten tegen dit ini
tiatief, nu een „neen" laten
horen op een plan dat tot gro
tere politieke eenheid moest
voeren. Een plan, dat de steun
had van alle vijf andere be
trokken landen. Dit is een
ernstige zaak, die ook daar
om te betreuren is, omdat
juist Nederland in het ver
leden steeds positief gerea
geerd heeft op alle plannen
die de Europese eenheid een
stapje nader wilden brengen.
Of president De Gaulle er
beter aan had gedaan om een
nieuw supra-nationaal orgaan
van de Zes, een soort politieke
Europese gemeenschap voor
te stellen? Of om aan één der
bestaande supra-nationale or
ganen, in casu de Europese
Commissie van de E.E.G., die
functie te geven? Nederland
heeft het, naar het schijnt, bij
monde van minister Luns in
Parijs betoogd, maar wij vra
gen ons af wat de houding
van Nederland geweest zou
zijn indien de Franse presi
dent met dit voorstel was ge-
komen Wij voor ons zijn nu
niet zó verrukt van de su
pra-nationale ambtenaren-
regering die thans reeds aller
lei decreteert, dat wij aan
deze grote nieuwe bevoegd
heden zouden willen geven
En wij meenden zelfs te weten
dat de Nederlandse regering
soms wel de laatste was die
aan het eigen beleid van de
Europese Commissie zo heel
veel overliet. Zodat in de
praktijk de Nederlandse visie
en die van het „Europe des
Patries" niet zo ontstellend
veel zouden verschillen. Maar
daarmee verliest het betref
fende argument van onze mi
nister toch wel veel aan kracht
en misschien zelfs aan waar
achtigheid.
Anders staat het met het
tweede bezwaar tegen het
plan van De Gaulle. Nu deze
zich als het ware heeft losge
maakt van de Brusselse ge
meenschappen had hij ook
Engeland voor de bespreking
van de politieke plannen kun
nen uitnodigen. Inderdaad is
dit het essentiële punt van het
Nederlands verzet tegen het
plan. Zulks is volkomen be
grijpelijk, want de verwijde
ring tussen Engeland en de
Zes is betreurenswaardig en
nergens wordt dit besef ster
ker gevoeld dan in Nederland
met zijn grote overzeese han
delsbindingen en zijn weinig
continentale instelling. Elders
in het Europa van de Zes
denkt men daar misschien an
ders over en wellicht denkt
men er minder over. Belang
rijker nog is het, hoe men dit
in Engeland zelf ziet, want,
zou het blijken dat men daar
die politieke samenwerking
niet wilde, dan had het geen
enkele praktische zin om er
voor te ijveren.
Wat dit betreft heeft Enge
land in het verleden een veel
zeggend stilzwijgen in acht ge
nomen. Het heeft alles nage
laten om de nu alweer meer
dan tien jaren oude Westeuro-
pese Unie te maken tot wat
deze had kunnen worden, na
melijk eenWesteuropese
Unie. Van alle naoorlogse or
ganisaties voor Europese
samenwerking lijdt juist dit
orgaan het meest aan bloed
armoede, en in deze Unie-op-
papier toch zijn Engeland en
de Zes met elkaar verenigd.
Dit zo zijnde, menen wij te
mogen concluderen dat Enge
land, indien het uitgenodigd
werd door de Zes om een ge
zamenlijk plan te maken voor
nauwe politieke samenwer
king, alles zou ondernemen
om ook dit plan het lot te
doen ondergaan van de West
europese Unie. Waardoor het
op waardige wijze zou worden
getorpedeerd.
Mochten wij ons hierin ver
gissen, dan zal dit weldra blij
ken, want ook nu kan Enge
land nog een initiatief nemen
waardoor de W.E.U. tot leven
komt en Engeland politiek
meespreekt met de Zes.
Nederland kan de verwijde
ring tussen Engeland en de
Zes betreuren, maar het ver
mag weinig om die op te hef
fen of zelfs te verminderen.
Minister Luns moet het als
zijn taak hebben gezien een
brug te bouwen tussen Enge
land en de Zes, maar een brug
waarheen geen enkele weg
leidt is een nutteloos bouw
werk.
Wij laten in het midden of
het misschien op een eerder
tijdstip mogelijk zou zijn ge
weest de gedachten van pre
sident De Gaulle en die van
de Britse premier enigszins
dichter bij elkaar te bren
gen; Nederland alleen zou
daarin niet geslaagd zijn maar
indien de drie landen van de
Benelux zich daarvoor samen
te rechter tijd hadden inge
spannen, dan had men wel
licht aandacht voor ons ge
had. Dat Nedrland alleen, en
dan nog wel nadat het zich
te Parijs zo overduidelijk
heeft gekeerd tegen de plan
nen van De Gaulle en van
Adenauer, hiermee nu veel
succes zou hebben, zal wel
niemand geloven.
De vraag is, wat nu? Men
beseffe wel, Nederland is niet
verplicht om de plannen
van De Gaulle straks in twee
de lezing te aanvaarden. Er
is hier sprake van een novum
en ook al wijzen de verdragen
van Rome duidelijk in de rich
ting van een nauwere poli
tieke samenwerking, de tekst
verplicht de deelnemende
landen niet om die in één of
andere concrete vorm te aan
vaarden. In het algemeen
heeft Nederland, te rekenen
naar de meeste reacties in
pers en parlement, de be
zwaren van minister Luns
tegen de plannen van presi
dent De Gaulle gedeeld. Maar
zal men ook tot de uiterste
consequentie willen gaan en
„neen" blijven zeggen, op ge
vaar af van buiten de komen
de politieke samenwerking te
worden gesteld? Voor ons, die
het ene bezwaar niet erg reëel
vinden en het anders zien als
een op dit ogenblik toch on
oplosbare zaak, is het ant
woord niet moeilijk: natuurlijk
moet Nederland alsnog aan de
uitvoering van de plannen
gaan meewerken. Waarschijn
lijk zal dit tenslotte ook wel
het oordeel zijn van parlement
en kabinet.
Maar indien dit het geval
blijkt te zijn, dan hopen wij
toch één ding. Nederland
heeft, sinds het de verdragen
van Rome tekende en de Ka
mers deze met een overweldi
gende meerderheid aanvaard
den, steeds weer de indruk
aan de wereld gegeven van
slechts mokkend in de uit
voering daarvan te berusten.
Dit kan niet dienstig zijn aan
de zaak van de Europese een
heid en evenmin aan de be
hartiging van onze eigen be
langen binnen de E.E.G. Wij
denken bijvoorbeeld aan de al
te moeizame onderhandelingen
om de Nederlandse Antillen
in die gemeenschap op te ne
men. Wanneer Nederland er
op staat dat deze zaak ge
regeld wordt dan is dat zijn
goed recht, en indien de
hardnekkige tegenstand van
onze minister van Buitenland
se Zaken tegen de plannen
van De Gaulle hem het on
verwachte succes zouden op
leveren dat het associatie
verdrag met de Antillen nu
onverwijld tot stand komt,
dan kon men uiteindelijk nog
van een klein winstpuntje
spreken.
Maar met of zonder een zo
danig ondergeschikt voordeel
zullen wij ons verlies moeten
nemen en afdalen van ons
eenzame pad. Willen wij daar
na enige politieke invloed krij
gen in het Kleine Europa, dan
zullen wij samenspel moeten
leveren. Tot dusverre zijn wij
daarbij in gebreke gebleven.
Het is een geluk bij een on
geluk dat het hooglopende
meningsverschil te Parijs er
één is geweest tussen minis
ters van landen die in wezen
niet zo heel ver van elkaar
staan. Maar een ongeluk blijft
het, en wij kunnen de Duitse
bondskanselier niet helemaal
ongelijk geven dat hij de Ne
derlandse ministers verweet
dat zij de Russen in de kaart
speelden.
Men mag het plan-De Gaul
le niet. zien zonder zijn grote
achtergrond. Hier is het einde
van de Frans-Duitse tegenstel
ling, die in het verleden Euro
pa bijna te gronde heeft ge
richt en die, zou zij ooit her
leven in haar oude heftigheid,
zeker ons aller einde als on
afhankelijke staten zou be
tekenen. Het ontwerp-verdrag
voor de Europese Defensie-
Gemeenschap had die tegen
stelling reeds kunnen weg
nemen. doch het was Frank
rijk, dat het verwierp. Nu
komt er een tweede kans, en
het is hetzelfde Frankrijk dat
Europa die kans geeft. Of er
ooit een derde kans zou ko
men, wanneer eenmaal De
Gaulle in Frankrijk en Ade
nauer in Duitsland van het to
neel verdwenen zijn, is hoogst
onzeker. Men bedenke maar
eens welke soort leiders Duits
land in het verleden zoal ge
had heeft van hen allen zou
misschien alleen Frederik de
Grote tot een dergelijke con
ceptie in staat zijn Maar
zeker niet Bismarck, niet Wil
helm II en natuurlijk wel het
laatst van al de infame Hitier.
Er is één bezwaar tegen het
initiatief van De Gaulle dat
bij het Kamerdebat niet dui
delijk uit de doeken is gedaan,
doch dat zeer wel van invloed
kan zijn geweest bij de starre
houding van minister Luns In
Parijs. Het periodieke overleg
van de Zes zou een overleg
worden van minister-presi
denten en deze zouden, mede
daardoor, hun collega's van
Buitenlandse Zaken overscha
duwen. Maar indien dit be
zwaar bij de Nederlandse mi
nister geteld heeft, dan moe
ten wij het er toch over eens
zijn dat dit een heel klein be
zwaar was
regering, die door geen enkel verdrag van
uitlevering met Frankrijk is verbonden,
heeft tot dusver alle verzoeken van Parijs
de beschuldigde vluchtelingen over de
grens te zetten, met een beleefde weigering
beantwoord en er is geen reden aan te
nemen, dat Madrid in de toekomst nog
eens van gedragslijn zou veranderen.
Geestverwanten
In het begin van de zitting mochten de
twaalf aanwezige beklaagden ieder nog
een laatste woord ter eigen verdediging
spreken. De militaire en burgerlijke rech
ters trokken zich toen in de raadkamers
terug om voor elke beschuldigde ja of nee
op 223 vragen te beantwoorden. Er kwa
men blijkbaar vele verzachtende omstan
digheden uit de bus voor de aanwezige
beklaagden, die allemaal werden vrijge
sproken, terwijl alle schuld op de schou
ders der absenten werd geschoven. Toen de
twaalf mannen de bank der beklaagden op
vrije voeten verlieten, werden ze. omstuwd
door hun advocaten in de gangen, voor het
gerechtsgebouw door een menigte geest
verwanten opgewacht met gelukwensen,
accolades en een spreekkoor van kreten
als „Frans Algerije''. „De Gaulle aan de
galg" en „Lagaillarde aan de macht".
Het gerechtelijke naspel van een der
meest tragische episodes uit Frankrijks
jongste geschiedenis had na vier maanden
met een slag in de lucht zijn einde bereikt.
Beschuldigingen
De voorzitter van de commissie ter be
scherming van de menselijke rechten en
vrijheden heeft in een brief aan premier
Debré mededeling gedaan van een aantal
beschuldigingen, die Ben Cherif. een voor
malige luitenant van het Franse leger,
tegen Lagaillarde heeft ingebracht.
Ben Cherif, die uit het leger naar de
Algerijnse opstandelingen was overgelonen
werd vier maanden geleden gevangen ge
nomen en ter dood veroordeeld. Vanuit de
gevangenis in Algiers schreef hij een brief
aan de commissie, waarin hij Lagaillarde
ervan beschuldigde acht mohammedaanse
Algerijnen te hebben vermoord en daarna
van het geld, dat zij bil zich droegen te
hebben beroofd. De voorzitter van de com
missie schreef de beschuldigingen voldoen
de gedetailleerd te achten om premier
Debré te verzoeken een onderzoek in te
stellen.
Hij had maar 24 nodig
Omdat hij verlegen zat om 24 gulden, die
hij schuldig was voor zijn cursus midden
standsdiploma, stal een 21-jarige kappers
bediende in Den Haag, op 28 oktober van
het vorige jaar een geldkistje van zijn
voormalige patroon in 's-Gravenzande.
Toen hij later het kistje had opengebro
ken zag hij tot zijn schrik dat hij 16.000
had buitgemaakt, alsmede vier obligaties
ven elk duizend gulden.
Het zien van de stapels bankbiljetten
maakte de dief doodzenuwachtig. Nadat
hij er drie biljetten van honderd had af
genomen, maakte hij er een rolletje van
dat hij thuis verstopte in de ombouw van
een verwarmingsradiator. De obligaties
verscheurde hij en daarna gooide hij ze
weg.
De zaak diende donderdag voor de Haag
se rechtbank. De officier van Justitie hield
er bij het stellen van zijn eis rekening
mee dat de kappersbediende niet de be
doeling had gehad zo'n groot bedrag te
stelen en ook met het feit dat de verdach
te nog erg jong is en dat er een betrekke
lijk gunstig reclasseringsrapport over hem
is uitgebracht. De officier eiste daarom
een gevangenisstraf van negen maanden,
waarvan drie voorwaardelijk met toezicht
gedurende de drie jaar lange proeftijd.
Uitspraak op 16 maart.
Het Eerste-Kamerlid mevrouw Van Om
meren (C.P.N.) heeft de minister van Ver
keer en Waterstaat nadere vragen gesteld
over de door de P.T.T. ter doorzending
geweigerde briefkaarten aan het bureau
van bondskanselier Adenauer waarin ge
protesteerd wordt tegen de aan dit bureau
verbonden dr. Hans Globke. Mevrouw Van
Ommeren wil weten wanneer en hoe de
Duitse P.T.T. aan de Nederlandse poste
rijen heeft laten weten, dat deze kaarten
in Duitsland niet mochten worden verzon
den. Voorts vraagt zij of de P.T.T. eige
ner beweging de kaarten heeft geweigerd
dan wel in opdracht van de minister heeft
gehandeld, en of de minister zich niet
gerechtigd achtende de desbetreffende be
slissing van de P.T.T. ongedaan te maken
de zekerheid had, dat het formeel op
de hoogte stellen van de P.T.T. voldoet
aan de vereisten, door het Algemeen Post
verdrag gesteld. Zij vraagt verder of de
minister kan mededelen, welke interne
wetgeving in dit opzicht in de Bondsrepu
bliek toepasselijk is en hoe de in dit ge
val van belang zijnde bepalingen luiden
Als de minister bij nadere overweging
tot de overtuiging mocht komen, dat aan
de vereisten van het Algemeen Postver
drag niet volledig is voldaan en dat hij
dus wel gerechtigd is de desbetreffende
beslissing van de P.T.T ongedaan te ma
ken, is hij daartoe dan alsnog bereid?,
aldus de laatste vraag van mevrouw Van
Ommeren.
i