EERSTE EXPOSITIE VAN „BLOEMBOLLENCULTUUR
ONTLEENDE HAAR LUISTER AAN12 SPIEGELS
Wekelijks toegevoegd aan alle edities va
Haarlems Dagblad Oprechte Haarlemsche Co
en IJmuider Courant
STRIJBOSde trekvogel
WIGMANde standvogel
behielden geestdrift van de jeugd
PSYCHOLOOG
PSYCHOLOOG
HET MAR 1861 was niet best be
gonnen.
der in mei opgerichte „Algemeene nadat op zaterdag 9 en zondag
in Haarlem dagelijks tussen 2 tegenwoordige maatstaven gering,
en 4 uur tegen betaling van was toch blijkbaar voldoende voor
25 cents te bezichtigen zou zijn. een eerste tentoonstelling op dit
door de Laan naast het gebied. In totaal hadden 24 inzen-
Doch ook op de boekenmarkt ontmoet- kantoor aan de Kleine Houtweg", ders 55 nummers ingezonden, wel-
ceerde tSe^vngSenOpbrengst zonder enige aftrek be- ke beoordeeld werden door een
Slob
Twee grote natuurliefhebbers
worden deze maand zeventig
IN HET AFGELOPEN JAAR kwamen in Nederland niet minder dan 179
werken op het gebied van biologie, plant- en dierkunde van de persen. Zelfs
wanneer men de 84 titels aftrekt welke in het bijzonder voor het onderwijs
bestemd zijn, blijft er een respectabel lijstje boeken over dat erop wijst dat er
in ons land een —nog steeds toenemende belangstelling bestaat voor de kennis
der natuur. Dat verschijnsel is in niet geringe mate te danken aan degenen die
een halve eeuw geleden, in een periode waarin men vooral oog had voor de
wonderen der techniek, opnieuw aandacht vroegen voor die andere wonder
wereld waarop men nimmer uitgekeken raakt: die van leven en groeien van
planten en dieren. Om dat te bereiken waren er echter mensen nodig die in een
ook voor eenvoudige lezers begrijpelijke trant konden schrijven, die de kunst
verstonden hun liefde voor de natuur op anderen over te
brengen. Twee van die pioniers worden in het midden van
deze maand zeventig jaar, Jan P. Strijbos op 14 maart, zijn
collega A. B. Wigman op 15 maart. Deze twee bekende
schrijvers van populaire handboeken en duizenden dagblad
en tijdschriftartikelen, graag gehoorde sprekers ook op de
bijeenkomsten van volksuniversiteiten en andere instellingen
en verenigingen op het gebied van de volksontwikkeling,
zijn niet alleen leeftijdgenoten, maar tevens vrienden en el
kanders medewerker. Hoewel zij zich in principe tot hetzelfde
publiek richten, is elke concurrentiezucht hen vreemd en
dat geldt trouwens ook voor hun verhouding tot andere,
jongere schrijvers en sprekers in het genre van de gepopu
lariseerde biologie. Er zijn overigens verschillen in activiteit
en belangstelling. Hun liefde voor vogels hebben zij gemeen,
maar Jan P. Strijbos is vooral een trekvogel die elk jaar
uitvliegt naar verre gewesten om daar zijn stof op te doen;
A. B. Wigman daarentegen is een standvogel de verge
lijking is van mevrouw Wigman die zich verknocht voelt
aan de Veluwe. Een punt van overeenkomst is echter weer,
dat zij beiden van hun liefhebberij geleidelijk hun werk
hebben gemaakt, zo geleidelijk dat eigenlijk moeilijk te
zeggen valt op welk moment hun hobby de plaats van hun
oorspronkelijk beroep ging innemen. Wat ze eveneens ge
meen hebben is het voorrecht reeds op dc lagere school een
leermeester getroffen te hebhen die hun opmerkzaamheid
voor de natuur scherpte. Voor Jan P. Strijbos was dat
meester Van Sevenhuijsen van de lagere school in het Haar
lemse „Keizerrijk", de tegenwoordige Gedempte Volders
gracht. Meester Van Sevenhuijsen ging elke week met zijn
klas een middag wandelen, gaf Esperanto en liet zijn school
meedoen aan een jaarlijkse internationale tekenwedstrijd
De heer en mevrouw Strijbos gereed voor een nieuwe tocht.
zeld door zijn vrouw, de lieve lange zomer en artistieke van de twee hij deed in
op uit, naar de Camarque in Zuid-Frank- zijn jonge jaren veel aan sport en richtte
rijk, naar Spanje, naar IJsland en Spits- en passant de Haarlemse Athletiek Ver
bergen, naar de Balkan en Zuid-Afrika, eniging op Wigman is meer het type
naar de Zuidpool. Het geld dot zomers Van een degelijke, bescheiden werker. Strij-
werd verreisd, ook. al logeerde hij zoveel fcos heeft in zijn jonge jaren wel eens clown,
mogelijk in zijn eigen tent en deed hij veel acrobaat of kunstschilder willen worden,
per fiets, moest 's winters weer worden reisde op zijn negenzestigste samen met
terugverdiend. Dat betekende schrijven: zijn vrouw, die een belangrijk aandeel in
een of twee boeken, reeksen tijdschrift- de voorbereidingen heeft, nog vier maan-
artikelen en bijdragen voor dagbladen. Het den door Canada, de Verenigde Staten
wilde ook zeggen: lezingen houden van en Mexico; Wigman voelt zich het geluk-
Vaals tot Den Helder en van Roodeschool kigst in zijn landhuisje temidden van zes
tot Cadzand. En het was de kunst ook dat duizend hectare Veluwe en een tenminste
zo goedkoop mogelijk te doen. Op z'-n zwa- even grote houtvesterij van Staatsbosbe-
re Harley-Davidson reed Jan P. Strijbos heer en Kroondomein. Beiden kunnen bo-
van Heemstede naar Grijpskerk of Groen- gen op een voortreffelijke staat van dienst
lo en weer terug in het holst van de nacht als „natuurjournalist" en beiden ook zou-
om een paar tientjes te verdienen. Tegen- den in een tweede bestaan weer hetzelfde
woordig doet hij het wat comfortabeler vak kiezen. En dat kan hun lezers in een
met een autootje, vooral ook omdat hij eventueel „tweede bestaan" slechts ver
zijn projectie-apparaat mee moet nemen heugen,
om zijn zelfgemaakte dia's en films te
Wigman in een karakteristieke houding op
Hoge Veluwe.
,zijn"
AART WIGMAN trof het zo mogelijk
nog beter: die kreeg les van zijn vader,
die hoofd van de openbare school van
Lunteren en een groot natuurminnaar was.
De oude heer Wigman stond bekend als
een voortreffelijk imker en liefhebberde
met het veredelen van fruitbomen.
vertonen. Voor een lezing in Julianadorp
bij Den Helder draait hij zijn hand niet
om: „Vlak naast de deur", vindt hij.
A. B. WIGMAN kon in de oorlog de stem
van zijn hart volgen. Zijn bedrijf werd bij
het bombardement op Wageningen in de
septemberdagen van 1944 zo ernstig be
schadigd dat de herbouw hem te zwaar
viel. Een aanbieding om bij het nationale
park „De Hoge Veluwe" in dienst te tre
den. waar eveneens veel moest worden
opgebouwd, greep hij met beide handen
aan. Zonder spijt nam hij afscheid van een
taak welke hem nimmer bevredigd had
en die hij vrijwillig ook nooit gekozen zou
hebben. Als natuurhistorisch medewerker
van „De Hoge Veluwe" vond hij echter
zijn bestemming. Als samensteller van
de jaarlijkse gids voor het nationale park,
als spreker op tal van bijeenkomsten
zijn agenda is wat dat betreft net zo vol
als die van zijn jaargenoot over de be
koring van „De Hoge Veluwe" als leider
van excursies en gewoon als 4e deskundi
ge die met vele van de 500.000 wandelaars
in dit natuurreservaat een ongedwongen
maar zeer instructief praatje maakt, bouwt
hij aan de goodwill van deze prachtige
nationale instelling. Hij heeft er eveneens
boeken over geschreven en hij is al jaren
lang medewerker van de Arnhemsche Cou
rant.
H. Bartman
BEIDE MANNEN ziet men hun zeventig
het begin vooral op de duinen, Wigman
MAAR JAN STRIJBOS, wiens vader ontdekte de veelzijdigheid van Wagenin-
meubelmaker was en aan de Haarlemse gen ;n natuurhistorisch opzicht, dat im-
Kunstnijverheidsschool les gaf in meubel- rners op de overgang ligt van verscheide-
tekenen en kunstgeschiedenis, ging eerst ne landschapstypen. En bovendien: de
het meubelvak in (een paar werkstukken Landbouwschool toen nog geen hoge-
m zijn landelijke Heemsteedse woning ge- school bezat een bibliotheek waarin
tuigen nog van zijn handvaardigheid), meer te vinden was dan in het bekende
gaf een half jaar les aan de Academie handboek van Heimans en Thijsse, de Ver-
kade-albums en het befaamde standaard-
werj{ van Brehm_ De Landbouwschool had
tevens een preparateur in dienst en omdat
LJkif er toen nog geen jacht- en schietverboden
bestonden had Wigman daar alle gelegen-
heid zijn nieuwsgierigheid te bevredigen.
Zowel Strijbos als Wigman spreekt nu nog
steeds met groot ontzag over die twee gro-
h.b.s.-tijd verslaggever voor het door dat Jan P. Strijbos heeft het eerst van zijn
bedrijf uitgegeven nieuwsblad. liefhebberijen volledig zijn werk gemaakt.
Beiden gaven echter hun liefhebberijen Dat was in de crisisjaren toen in de bou-
niet op. Elk vrij uur, alle weekeinden wer- werij de klad kwam. En bovendien wilde jaren niet aan. Ze zijn door hun liefhebbe
den daaraan besteed en trokken zij er met Strijbos veel liever lange en verre reizen rijen en hun werk jong en levenslustig ge-
de botaniseertrommel en determineertas maken. Voortaan trok hij er, vaak verge- bleven. Strijbos is de meest veelzijdige
op uit. Richtte Strijbos zich uiteraard in
kAAA A
Jan P. Strijbos tijdens de eerste reis van
de walvisvaarder „Willem Barentsz".
_jm 10 maart leden en inzenders al gelegen-
Eigenlijk was het een Vereemging voor de Bloembollen- heid hadden gekregen om op hun gemak
te voortrekkers op natuur-historisch ter- rampjaar ZOals 1953, met dit verschil cultuur". In artikel 25 van het ver- de tentoonstelling te bekijken en ook voor
rein: Heimans en Thijsse. Zij hebben hen __ux_r -j=< 1Szi -_t _i_ onkin™.roniomani de werklieden kosteloos daartoe de
goed gekend, vooral dank zij de natuur- ®chter, dat in 1861 niet de zee, doch enigingsreglement Stond „ZOO de mogelijkheid was opengesteld, had op
historische vereniging waarvan zij beiden het rivierwater het land verzwolg. Staat der kas zulks toelaat zal er maandag ll maart 1861 dan de officiële
lid waren en waarvan inzonderheid dr. n,i wintortnntnnnctoi opening plaats in aanwezigheid van de
Jac. P. Thijsse een der gevierde sprekers Duizenden waren dakloos gewor- jaarlijks eene Wintertentoonstel- commissaris des Konings B. en W. van
en auteurs was. „Hij heeft ons biologisch den en beroofd van have en goed. ling, hoofdzakelijk van bolgewas- Haarlem, vele burgerlijke en militaire
leren denken", zegt Strijbos erkentelijk. -r autoriteiten. Wel een bewijs, dat men de
Velen waren verdronken. Talloze ,se, worden gehouden in de tweede nieuwe vereniging direkt voor „vol" aan-
huizen waren van de bodem ver- helft der maand Februari of in de zag- voorzitter Kreiage ontving allen met
een toepasselijk woord op de Bovenzaal in
DE HEREN Strijbos en Wigman hielden dwenen. Maar evenals in 1953 werd eerste helft van de maand Maart. de Haarlemse Doelen en wees op de be
de vergaarde kennis niet voor zichzelf; al over het gehele land een uitqe- Deze tentoonstelling zal Op de iangrijkheid van de bloembollencultuur
spoedig verschenen hun eerste artikelen voor de streek, waarvan Haarlem het mid-
in gespecialiseerde bladen als „De leven- breide hulpactie georganiseerd, meest geschikte wijze worden ge- delpunt was en „hoe de handel in bol
de Natuur", „Natura", „Buiten" en zowel ter verkrijging van goede- houden te Haarlem". De heer Kre- §ewassen> waardoor Haarlem sedert eeu-
„Eigen Haard". Zij zorgden ook zelf voor
foto's, met behulp van zelf gemaakte ca- ren als van gelden. En het was in lage was er de man met naar om
mera's. De naam van a. B. wigman kreeg dit kader, dat in de Oprechte Haar- er gras over te laten groeien. Als
meer bekendheid toen hij in 1916 dr. Jac.
p. Thijsse als vaste-rubriekschrijver bij lemscne Courant van 4 maart 1861 expositieruimte kreeg men de be-
„De Telegraaf" opvolgde. Elke week tot een advertentie verscheen, waarin schikking over de Grote Zaal van
1923 leverde Wigman een artikel over het
natuurleven, toen de redactie de wens te TlrmQ E. H. Kr©lsg© ©n Zoon b©- d© St0ds-Do©l©n ©n h©t ddntdl in-
kennen gaf deze kroniek afwisselend door kend maakte, dat haar „wintertuin" zendingen, hoewel volgens onze
Wigman, die uiteraard op de Veluwe was
gespecialiseerd, en door een auteur die
meer op het duingebied georiënteerd was
te laten verzorgen. Dat werd toen Strijbos
en zo hebben beide natuurliefhebbers el
kaar jarenlang week in, week uit in deze Inqaria
dagbladrubriek afgewisseld.
van Beeldende Kunsten in Den Haag en met foto's van p. l. steenhuizen, die met stemd voor de noodlijdenden der commissie bestaande uit de heren
werkte toen op enige architectenbureaus, Tepe de vogelfotografen van Nederland watersnood Wilde men meer stor- A N Biivoet uit Overvenn' H
zoals dat van de bekende ontwerper van waren. Strijbos bleek de titel van zijn wdlers,nooa- lae men meer sior in. Bljvoei Uil Averveen, rl.
landhuizen a. p. Smits. Hij vestigde zich eersteling vergeten, maar Wigman wist ten dan kon dat, want daar was een Kruyff, Sassenheim; A. Roozen,
eenzamp^Paden"eiin ^het1 hAht^znnd^ziin bus voor opgehangen. Tot einde Overveen; N. Roozen, Heemstede:
zelfs als bouwkundige en architect.
Ook Wigman kon niet onmiddellijk zijn eenzame Paden" in het licht zond, zijn
eigen aard volgen. De familie verhuisde collega met „Waar de stilte Spreekt" pre- maart ZOU de tuin VOOr het publiek en P. v. Veizen, Schoten, alle OOk
naar Wageningen, waar Wigmans vader sent was. Zij werkten samen aan het vier- ui::,,,,-. n« u
een drukkerij en uitgeverij had geërfd, delige werk „Een Jaar Natuurleven", met °Pen b |Ven- De heer J. H. Kreiage nu nog namen met een bekende
Aldus werd de jonge wigman na zijn De stoppelaar ais mede-auteur. was voorzitter van de een jaar eer- klank in bollenkringen.
wen in den vreemde gunstig bekend is,
de omliggende gemeenten meer en meer
in bloei heeft doen toenemen."
Het gezelschap begaf zich toen naar be
neden, waar in een fraai versierde tent
van de heer Martin geplaatst op het
middenplein het muziekkorps van het
in Haarlem gelegerde Dragonder-regiment
nr. 2 er duchtig op los speelde.
VOOR ONZE BEGRIPPEN is het beslist
maar een bescheiden expositie geweest en
ook de wijze, waarop uitgestald werd, zal
de tegenwoordige deskundige op tentoon-
stellingsgebied wel niet kunnen bekoren.
Maarhet gebeurde ook precies een
eeuw geleden! Zie hier een summiere be
schrijving van de wijze van exposeren:
overal tafeltjes verspreid in de zaal met
bollen en langs de wanden twaalf grote
spiegels met daartussen een overvloed van
groene planten en heesters. Midden in de
zaal coniferen en azaleas en andere sier
planten van de heren Kreiage, waar onder
een „allerliefste verzameling bloeiende
planten van de heer Joh. Preyde Jaczn.
allergunstigst uitkwam". Voorts nóg meer
bloeiende planten en vroege tulpen, hya
cinten, narcissen, crocussen. Mandjes met
„afgesneden bolbloemen door dames-huis
genoten van leden ingezonden". Vijfen
veertig Amaryllis („Deze rijke inzending,
welligt nimmer op eenige tentoonstelling
zoo gezien, heeft terecht de algemeene
aandacht getrokken. Zij was hèt sieraad
der tentoonstelling"). Ook „uitmuntende
hyacinten op glazen". Dubbele tulpen en
buiten mededinging een mooie inzending
hyacinten van de heren Zocher en Schnee-
voogt (de befaamde architect en tuinar
chitect Zocher, 1791-1870, wiens naam ver
bonden is met de aanleg van een deel
van de Hout, het Haarlemse Kenaupark
en de bolwerken).
DE VOORZITTER schreef in een ver
slag, dat „het effect door het geheel ver
oorzaakt treffend was, vooral het schier
eindelooze perspectief dat in de tegen el
kander overgeplaatste spiegels zich weer
kaatste. Hier ziet men waartoe die
spiegels dienen moesten'. Maar men moet
bedenken, dat de bloembollenteelt, hoewel
reeds tot over onze grenzen befaamd, toch
nog maar bescheiden afmetingen had en
in die dagen in totaal niet meer dan 300
ha. bedroeg. De exportwaarde was echter
reeds 1 miljoen gulden en dat betekende
in die jaren toch al een fiks bedrag.
Deze eerste tentoonstelling bracht zelfs
al een „nieuwigheid" („nouveauté") zou
den wij misschien zeggen?) Welke ook al
bekroond kon worden met een tweede
prijs (ingezonden door Schertzer Zn.)
ALLE BEGIN IS MOEILIJK en dat was
het honderd jaar geleden ook al. Men was
met de voorbereidingen voor deze tentoon
stelling te laat begonnen. Wanneer men
bedenkt, dat woensdag te voren des avonds
de zaal nog voor excercities van de Schut
terij was gebruikt en dat men vrijdag
morgen daaropvolgend reeds de zaak op
zijn plaats had, moet men toegeven, dat
er hard is gewerkt. Ook voelde men, dat
de ruimte te beperkt was, zodat het bij
één tentoonstelling in De Doelen bleef en
al direkt naar een andere zaal werd uit
gezien, welke men vond in de Sociëteit
„de Vereninging" te Haarlem.
Maar bij alle tekortkomingen en wen
sen, welke er dan mochten zijn, stelde
voorzitter Kreiage vast, dat de tentoon
stelling bewezen had „hoe men, in weer
wil van ongunstige omstandigheden, toch
een goede uitkomst verkrijgen kan." Hoe
juist is deze opvatting gebleken in deze
bloeiende tak van vaderlandse nijverheid.
Een tekening van E. Koster van de
tweede tentoonstelling der Algemeene
Vereeniging voor Bloembollencultuur
in 1862 in Haarlem