FILATELIE
m
/,a
z^sssj^ss^ s%& tzszs%sss±v&ï£
mmi mm
Safe
Damraemi R D"w
EEN TEKENING OM ZELF TE KLEUREN
ZATERDAG 11 MAART
1961
Erbij -k
PAGINA VI KR
-
mm
WEST-DUITSLAND. Ter gelegenheid
van St. Jorisdag (23 april) zal op 22 april
a.s. een postzegel van 10 pf. (groen)
worden uitgegeven. Afgebeeld is St.
Joris, de schutspatroon van de pad-
vinders, die de draak verslaat. De zegel
is ontworpen door prof. Eduard Ege uit
München en gegraveerd door Harald
Braband uit Berlijn. Er zijn dertig mil
joen exemplaren gedrukt.
ZWEDEN. De koerserende frankeer
zegels van 15, 20 en 30 ore met het por
tret van koning Gustaaf VI zullen op
20 maart a.s. worden vervangen door
zegels van dezelfde waarden met een
nieuw getekend portret van de koning.
Het ontwerp is van David Tagtström
(portret) en Karl Erik Forsberg (tekst);
de gravure is gemaakt door Szeslaw
Slania.
TSJECHOSLOWAKIJE. Als propa
ganda voor het derde vijfjarenplan is
een serie van drie waarden uitgekomen.
Op de 20 h. (blauw) ziet men een con
trole-brug van een pletterij, op de 30 h.
(rood) een turbogenerator en op de 60 h.
(groen) een graafmachine. De zegels zijn
ontworpen door Jan Porhajsky en ge
graveerd door Jaroslav Goldschmied
naar tekeningen van Jindra Schmidt
(20 h.) en Jiri Svengsbir (30 en 60 h.).
TOGO. De eerste verjaardag van
Togo's onafhankelijkheid zal onder meer
worden gevierd door de uitgifte (op
27 april a.s.) van een serie postzegels
met als afbeelding Pa de Souza Augus-
tino, „de vader van de Togolese onaf
hankelijkheidsbeweging", die op 85-
jarige leeftijd stierf, een paar dagen
voor de onafhankelijkheid werd uitge
roepen.
MALEDIVEN. In de loop van deze
maand zal een serie van vijf waarden,
2, 3, 5, 10 en 15 larees, verschijnen. Alle
zegels dragen dezelfde tekening, n.l.
kokosnoten, een van de belangrijkste
produkten van deze eilanden. Elke zegel
zal in verschillende kleuren worden
gedrukt bij Harrison Sons Ltd. te
Londen. 1
ROEMENIË. Met afbeeldingen van
beeldhouwwerken van Roemeense kun
stenaars is een serie van negen waarden
in circulatie gebracht. De 5 bani (rood)
toont „De metaalbewerker" van I. Iri-
mescu, de 10 bani (blauw) het borst
beeld van G. H. Doja, van I. Vlad, de
20 bani (bruin) „De ontmoeting", van
B. Caragea, de 40 bani (geelbruin) het
borstbeeld van de componist George
Enescu, van A. Anghel, de 50 bani
(bruin) het borstbeeld van de dichter
M. Eminescu, van C. Baraschi, de 55 bani
(steenrood) „De boerenopstand van
1907", van M. Constantinescu, de 1 lei
(roodviolet) „Monument van de vrede",
van I. Jalea, de 1,55 lei (blauw) „Monu
ment van de socialistische opbouw",
van C. Medrea en de 1,75 lei (donker
groen) „De geboorte van een idee", van
A. Szobotka.
FRANKRIJK. Op 27 maart a.s. zal
een postzegel van 0,30 fr. (donkergroen,
rood en gleelbruin) in circulatie wor
den gebracht ter herdenking van Jean
Nicot, de ontdekker van de nicotine.
Op de zegel ziet men links het portret
van Nicot en rechts tabaksbladeren.
Het ontwerp en de gravure zijn van
Combet.
BRITS HONDURAS. Ter gelegenheid
van de afkondiging van een nieuwe
grondwet is een serie van drie zegels
verschenen. De koerserende frankeer
zegels van 3, 10 en 15 c. (uitgifte 1953)
zijn van de opdruk „New Constitution
1960" voorzien.
Trillingen, veroorzaakt door het gedaver
van de treinen in de ondergrondse hebben
in Stockholm het slot van een bankkluis
ontzet, zodat de inhoud onbereikbaar werd.
Deskundigen, uitgerust met pneumati
sche boren, hebben achttien uur gewerkt
om de kluis te openen.
Men moest daartoe een gat boren in een
33 cm dikke muur en daarna de deur, die
met een dubbel slot was bevestigd, met
geweld forceren.
A. D. de Groot, hoogleraar in de psycho
logie en behorende tot de sterkste schakers
van ons land, is indertijd gepromoveerd
op een proefschrift over „Het denken van
de schaker". Daarin verdedigde hij onder
meer de stelling, dat de speelsterkte van
de schaakspeler voornamelijk wordt be
paald door een uitgebreid en ver gediffe
rentieerd systeem van fijn afgestemde e r-
varings koppelingen.
Wij moesten daar met een verdrietige
associatie aan denken, toen ons dézer
dagen de stelling van diagram 1 onder
ogen kwam.
Zwart: WOOD
V» YXVTOOOrv~oOOO«
met enige machtige paardensprongen aan
de witte illusies een einde maakte.
Zwart: PFISTER (aan zet)
2000000?^^1°'*tx^xxxxxxW3«x>«xyx>nocxoooooo
J. VAN STRATEN
XjOOOCiCXW
^XTOOOOOOOOtJOOOOOCXVYTOOOOOOOOOOO
Wit: STRIEFLER
Er volgde: 1)Pc4-a3t 2) Kbl-al
Niet 2) ba3: Dc2:f en 3) Dc3 mat 2)....
Pa3xc2t, 3) Kal-bl Pc2-d4t, 4) Kbl-al
Pd4xb3t, 5) a2xb3 Dc7-a5 mat
^^ooooooooooocioooocooooooooooboooooooooócoooooooooboooooc
H. LAROS
Zwart: 3, 6, 8, 10, 12, 16, 19, 20, 23, 26, 35.
Wit: 27, 32, 33, 34, 36, 37, 38, 39, 40, 44, 48.
Wit aan zet 1) 27-22 en hoopte op 8-13.
Nu de veulens binnenkort in de weide Zwart doorzag de valstrik en ruilde met
gaan dartelen, meenden wij onze lezers 12-17 22x11 16x7 de voorpost weg en hét
dit gespring niet te mogen onthouden! sPel eindigde in remise. Op opmerkelijke
wijze had wit na het brengen van een of-
Mr. L. Spanjaard, fer, een stuk winst geforceerd of damzet
Dus vanuit 1) 27-22 8-13? 2) 22-18 13x22.
3) 33-29 12-18 moet wel. 4) 29-24 20x29.
5) 32-27 22x33. 6) 39x28 23x32. 7) 34x1. Een
prachtige afwikkeling.
TH. VAN WORT
meesterklasse van de NBB »a>oa>ooccoooococra<^
telt slechts 6 viertallen, die in die afdeling WM |§|p WÈi HP 3
BONDSHOOFDKLASSE EN SELECTIE.
odooococooooo^ x >3ooooooocoooooooorx."ocoooooooc
Wit: NEWMAN (aan zet)
In deze stelling won wit aan zet door
1) Pe5-d7 Df6-f5. Natuurlijk is dit het tallen van één vereniging erin speelden,
enige veld voor de dame. zonder na: 2) doch dat is thans niet meer het geval
Pd7-f8t Kh7-g8 bloot te staan aan een alhoewel het reglementair toegestaan is.
aftrekschaak, dat de dame kost. Maar hoe Onder de meesterklasse is er een afdeling
komt wit nu verder? Makkelijk genoeg! „Bondshoofdklasse A", waarvan dit jaar
3) Pf8-g6f! Kg8-h7. 3) Pg6-e7! De een team /an W.O.C. (A'dam) kampioen
pointe; tegen de matdreiging op g8 en de werd en dat automatisch promoveert naar
dreiging Pf5: is geen kruid gewassen, zo- de meesterklasse (waaruit een ander team
dat zwart capituleerde.
van W.O.C. degradeerde).
De drie afdelingskampioenen van de af
delingen B-l, B-2 en B-3 van de „Bonds
hoofdklasse B" (elke afdeling ook 6 teams
tellende) promoveren automatisch naar de
afdeling A (waaruit dus jaarlijks 3 teams
de helft degraderen) en deze afde
lingskampioenen zijn dit jaar: Bridgekring
1935 II (Rotterdam), B.I.O.S. (Den Haag) en
In dat grijs verleden toch, om precies E.G.B.C. (Groningen). Deze drie verenigin-
te zijn op 23 december 1932. bereikten wij Sen behoren tot de sterkste clubs in het
in het Keusbekertoernooi met zwart de land, maar in het bijzonder moet de pres-
volgende stelling tegen dr. Euwe, toen tatie van EGBC (Groningen) hoog worden
bijna wereldkampioen.
Helaas zag uw schaakmedewerker deze
winnende manoeuvre in één oogopslag.
Waarom helaas?, zult ge zeggen. Het ant
woord luidt: omdat aan deze manoeuvre
voor ons een associatie verbonden is. welke
ons thans, na een kleine 30 jaar. nog een
wee gevoel in de maagstreek bezorgt.
Zwart: SPANJAARD
OOOOCOCT'" '~r<Y.O
OOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOCO''"Ooor>oOfy>"<*vvxXOOOOOOOOOOOOOOOOC
H. G. RUMP
Zwart: 3, 7, 8, 12, 13, 14, 15, 16, 17, 18, 19,
aangeslagen. Want het is reeds vaak en 23> 24. Wit: 25, 26, 31, 32, 33, 35, 36, 37, 38,
niet alleen in bridge gebleken, dat het 39> 40- 41. 45-
bereiken van een hoog spelniveau véél Dit sPel> voorgekomen bij de Haarlemse
moeilijker is, wanneer men in de naaste damclub „Verenigde Katholieke Dammers"
omgeving weinig of geen tegenstanders van ^eért ons> dat in betrekkelijk contactloze
formaat heeft, zodat men niet regelmatig standen de combinatie direct kan op-
tot de grootste krachtsinspanning gedwon- treden. In tijdnood vervolgde zwart met
gen wordt. In dit opzicht verkeren de 30' 14-20. 31) 25x14 19x10. 32) 33-28
bridgespelers in het westen van het land en zwart staat plotseling verloren,
in een bevoorrechte positie en des te Zwart heeft drie zetten in 24-29, 23-29,
hoger moet daarom de Groningse prestatie 13-19. Op 24-30 35x24. 18-22 28x19, 22-28
worden aangeslagen. 32x23 13-18 24-20 37-32 en 38-33 met dam-
Terwijl de vorige week belangrijke be- ze^ op rL"t 2.
slissingen in de bondshoofdklassecompetitie
vielen, speelde een groep topspelers selec
tiewedstrijden onder het oog ener Keuze
commissie. Een druk besproken spel was
het navolgende:
OCXXXOOOCOOOOOOCOOOOOQOOOCOOOOOOOÓOOOOOOOCJOOOC
Wit: EUWE (aan zet)
V 6
A H B 6 4
O 5
4> A H B 10 4
H 3
997
•O A H 10 7 2
4- 9 8 6 3
lste. 24-29 28x19. 13x24 38-33 29x27
31x22.
2de. 23-29 38-33 29x27 en 31x2.
3de. 13-19 28-22 moet 17x28 26-21 16x27
31x11 en wint.
Het oprukken van een of meer stukken
in de vijandelijke stelling is verantwoord
als daarachter voldoende reservestukken
staan om de aanvallen op te vangen. In
dien de ruilmogelijkheden dan worden uit
geschakeld, krijgen de voorposten waarde
Wit aan zet staat met kwaliteit en pion Zuid was Sever, OW stonden kwetsbaar, door het terreinwinst. Veelal komen door
minder totaal verloren. Hij probeerde nog: De eerste maal dat dit spel werd gespeeld, deze opdringende stukken onverwachte
bereikten BoenderL. Oudshoom (OW) wendingen voor. In de partij Jan Tijms
het eindcontract van 6 klaveren zonder (wit) en Henk Leeuw (zwart) in de eerste
tussenbieden der tegenpartij. Na een uit- klasse van het IJmondtoernooi kwam de
komst van schoppen en in slag 2'schop- volgende stand voor:
pen na, komt oost aan slag; oost speelt dan
4- en zuid en noord spelen kleine 4- bij op HENK LEEUW
wests 4-Aas. West speelde toen 4-Heer na
en daar noord de 4-Vrouw-tweede had
werd het contact gewonnen (1370 voor
OW).
Aan de andere tafel opende zuid (De
33) Rd6xf8. maar zou na het voor de
hand liggende 33) Re3:! gerust hebben
kunnen capituleren. Er was dan namelijk
geen enkele verdediging meer tegen 34)
Dglt. 35) Kh3 Dhlt. 36) Kg4 Ddlf,
37) Kh4 g5t, 38) Kh3 Dh5 mat. In een
moment van verstandsverbijstering speelde
zwart echter: 33) Kg8xf8?? waarna
prompt de paardensprong volgde, welke
onze lezer inmiddels bekend is. 34) Pb6-
d7t Kf8-g8, 35) Db7-c8t Kg8-h7, 36) Pd7-
f8t Kh7-g8, 37) Pf8-g6t Kg8-h7 38) Pg6-e7 Leeuw) met 1 Sansatout (niet kwb tegen
en zwart gaf het op kwetsbare tegenpartij: 8 tot 11 punten),
west (Filarski) doubleerde, noord (Nieman)
Sinds dat moment van confrontatie met bood 3 schoppen en oost (R. Kaiser) bood
onze nationale opperstalschaakmeester 3 SA, waarop zuid 4 schoppen gaf. West
kunnen wij geen paard meer zien en wij
geven de volgende paardensprongen dan
ook slechts ten gerieve van hen. die niet
zo bitter door het schaaklot getroffen
werden.
Allereerst een partijslot, dat remini
scenties wekt aan de twee voorgaande. De
zwartspeier moest echter bovendien nog
een fijne pointe inlassen.
Zwart: GROB (aan zet)
stond nu voor een moeilijke taak hij
wist dat een slem in harten of klaveren
mogelijk doch niet zeker was, maar even
zeer. dat NZ reeds aanzienlijk boven hun
krachten geboden hadden. West paste
daarom en oost doubleerde het contract
ging 5 down (900 voor OW). Het is zéér de
vraag of, indien OW 6 klaveren geboden
hadden, dit contract zou zijn gemaakt; uit
het bieden immers bleken lange schoppens
bij noord en korte bij zuid; bovendien wijst
zuids 1 SA-bod op een regelmatige ver- ccocooocco<x^»j;>cc^;0"'<'' - «ccor, "c^xxxxccSIoSxcxxix
deling, zodat de kans op 4-Vrouw-derde JAN TIJMS
bij zuid groter geleken had dan op een 2:2
verdeling in die kleur. Zwart aan zet vervolgde met de 27ste
Het zéér zwakke Sansatoutbod een ze^ 24-29. 28) 39-33 29-34. 29) 33-29 34-39,
uitvinding van het vermaarde Franse paar 33) 44x33 23x34. De voorpost door zwart
Jaïs-Trézel bleek hier door de Haagse ingenomen, is sterk omdat nu de door
spelers met veel succes te zijn toegepast, met 34-40 en 14-20 18x40 dreigt. Wit
Maar hoe zouden de cijfers geschreven zijn, ni°et dan ook gedwongen 49-43 spelen om-
als zuid inderdaad 4-Vrouw-derde had da^ na de doorbraak 18x40 wit gelijk spel
gehad? houdt door 27-21 en 28-22. Wit maakt ech-
H W Pilarski ter de fout do°r 31) 49-44? te spelen en
plotseling krijgt zwart dan een fraaie kans
Bridgevraag van deze week: NZ staan
kwetsbaar in een paren wedstrijd. Zuid
heeft:
7 5 4 9 A5 O H 9 6 4 4» A H V 5
door 31)34-39. 32) 44-40 of? 26-31. En
nu moet 33x44 met gelijk spel. Op 33)
37x26 19-23. 34) 28x10 39x5 waarna Leeuw
fraaie winstkansen had veroverd.
Dezelfde afwikkeling deed zich voor in
Wit: N.N.
Zwart aan zet won als volgt: 1)Pf5-
g3f, 2) Khl-h2 Pg3-e2! Het thans aan onze
lezers vertrouwde principe. Men merke op,
dat een zet als Del faalt op Df8t met ten
minste eeuwig schaak; zwart moet veld f8
blijven bewaken. Na de tekstzet dreigt
echter zowel 3) Db8f benevens 4)
Dblt enz. als 3)Dd6t en 4)Ddlt
enz.
Noord gever, past en oost past óók; zuid de hoofdklasse van DCIJ.
begint met 1 klaveren, west 1 schoppen en Wit: D. Ott 17, 25, 31, 32, 33, 35, 38, 42, 48.
noord biedt nu 2 harten. Nadat oost wéér Zwart: ir. M. Krijgsman 6, 7, 8, 9, 16, 18,
gepast heeft, staat zuid voor het probleem 19, 23, 24.
wat hij moet doen. Zwart 8-13? en Ott verzuimde 17-12, waar
na 32-28 steeds winst oplevert.
Het brengen van een offer kan een ge- 'W33ll wnunuiui uaa Ctq sin ussssd uauunq
ducht wapen betekenen voor een sterk uajjeq g do ptnz noz uatpusAoq us TJeaq
damspeler. Berekening en voorstelling van _IflA uaa -iaqaz ft-iA jnsjqus^ieq sptnz si
3) Re6-b3pareert beide dreigingen. doe het spel zich verder zal ontwikkelen, aiterqispaiq usasSsS sp ut qsoa qqaqaaut
Voor de hand ligt nu 3) Dc5, maar omdat na het offer er geen weg terug meer jnaPi sjatqjBd jooa i-iesqaaAvj uaa s;qaajs
daarna redt wit zich nog net, 4) Dfl Dd6t, mogelijk is. Door het verrassende element aS JBBP uaputA guatzaid fatu ustqosstut
5) g3! Vandaar de volgende, beslissende,' brengt het offer de tegenstander meestal 1BP Tl132 a§ iuajjsq g ;o; uaSoqjaA aj 'si
tussenzet 3)Db4-d6t! 4) Kh2-hl Dd6- 'n paniekstemming. Er kunnen hierbij ju- sisaq jan I9ds ;aq uea piaaq ua§uojA\jaA
c5! en wit gaf het op daar hij na 5) Dfl weeltjes van fragmenten op het bord uaa Uaa§ uapatqjaq uajaAtqq jo uapatq ua;
Pg3t de dame verliest voorkomen. Zoals in onderstaande stand, -ina 'piaqseaMpagpijq si Suiqqapuaddoqos
waarbij H. Laros in de derde ronde van -tapuoz uapatq ;no;asues 'StzaMuee poq
Tenslotte een pikante stelling, in welke het IJmondtoernooi zijn tegenstander J. poog qfqapmp uaag ja si uima^at^ -uassed
wit een ondekbaar mat dreigt op h8. Jam- van Straten in een valstrik trachtte te ai uapieq z do uio paog a; si jadspmz ;an
mer voor hem dat zwart aan zet was en lokken door het opofferen van een stuk. ïSBBJAaSpjjq asqljiaqaM do pjooAvjuy
i
Op 't zelfde ogenblik liep bom, bom,
bom, de moeder van Michieltje voor
bij. Ze ging op 't aanrecht een kop
lekkere chocolademelk voor Michiel in
schenken. Gelukkig wist ze niet, wie
daar onder het aanrecht in het aan
rechtkastje zat. Anders was ze mis
schien zó geschrokken, dat ze plóf de
melkkan in duizend stukken had laten
vallen.
HET MUISJE begon aan de pakken
zeep te knabbelen, die vlak voor zijn
snuitje stonden. Dat smaakte héél an
ders dan al die oude kranten. Hij
knabbelde er een heleboel van op. En
toen hij eindelijk genoeg had en even
uitblies toen. toen kwamen er telkens
als hij blies allemaal zeepbellen uit
zijn snuitje.. Daar schrok hij zo van,
dat hij meteen het aanrechtkastje uit
wipte en onder de drempel van de keu
kendeur door, naar buiten vluchtte.
Trip, trip, trip rende hij langs het
huis. Trip, trip, trip liep hij langs het
windscherm in de tuin. En net bij de
grote steen, die altijd bij het tuirfhekje
lag, kwam hij een muizinnetje tegen.
„Wat doe jij hier?" vroeg hij het mui
zinnetje. „Ik zoek een fijn plekje om
te wonen", zei het muizinnetje, „ik heb
net drie maanden bij de boer hier te
genover gewoond, maar die kat doet zó
vervelend tegen me. Die zit als maar
achter mij aan. Ik heb er nu echt ge
noeg van." „Laten we dan samen een
nieuwe woning gaan zoeken", zei de
muts tegen het muizinnetje. En dat de
den ze.
ALS VANZELF kwamen ze weer in
het huis van Michiel terecht. „O, wat
een mooie naaimand staat daar", zei
het muizinnetje, „zullen we maar..?"
En ze kropen samen in de naaimand,
waar het heerlijk warm en heerlijk
zacht was. Maar op een avond moest
de moeder van Michiel een sok van
Michieltje stoppen. Ze trok de naaimand
naar zich toe en daar schrokken de
muisjes zó van, dat ze er hup, hup,
hup uitsprongen.
ER WAS EENS een muis, die in een
gangkast woonde. Hij woonde daar al
een paar weken tussen oude schoenen
en een stapel heel oude kranten. Elke
dag knabbelde hij wat van die kranten
op, om zijn hoger te stillen. Hij leefde
daar in die kast heel rustig en heel
veilig. Niemand stoorde hem ooit. En
hij zou daar in die gangkast nog best
wekenlang zo hebben kunnen leven, als
de smaak van die oude kranten hem
op een goede dag niet was gaan ver
velen.
Ik heb verschrikkelijk trek in wat an
ders dan al dat oud papier, dacht hij.
Weet je wat, ik ga maar 's verhuizen.
Hij kroop onder een spleet van de deur
van de gangkast door en stond in de
gang. Hij snuffelde wat aan de zachte
traploper en schoot toen, schuin de gang
door, de keuken binnen. Daar rook 't
lekker! Heerlijk! Naar kaas en naar
nóg meer kaas en naar nog véél meer
kaas en naar.. Wat hoorde hij daar?
Bom, bom, bomHij rende vlug in 't
aanrechtkastje en verschool zich achter
een paar grote pakken zeep, die daar
stonden.
ir
„Als we 't eens in dat bureau pro
beerden", zei de muis. „Dat is een
goed idee", vond het muizinnetje. En
ze kropen in een la van het bureau en
ze maakten het zich heel behaaglijk
achter een stapeltje keurige mappen.
Maar op een avond moest de vader van
Michiel één van die mappen hebben.
Hij trok de la open, stak zijn grote,
stevige hand er in, en daar schrokken
de muisjes tyeer zó van, dat ze hup,
hup, hup uit de la sprongen.
„Wat nu?" vroeg de muis. „Ik weet
wat", zei het muizinnetje. „Zie je die
grote houten doos daar.Dat was het
speelgoed-pakhuis van Michiel. „Als we
daar eens.." En dat deden ze. Maar op
een middag ging Michiel met zijn speel
goed-pakhuis spelen. Hij liet de takel
naar beneden vieren, bond er een auto-
tje aan en als hij op dat ogenblik naar
zijn pakhuis had gekeken, had hij vier
verschrikte muizenoogjes gezien. Maar
hij keek niet, hij draaide zich om, om
nóg een autootje te pakken en toen
renden de muisjes gauw, gauw, gauw
uit het pakhuis weg.
WAARHEEN? Ja, waarheen.Ze ren
den langs de plinten in de kamer, ze
renden langs het raamkozijn„O",
riep het muizinnetje ineens, „o.. hier
is 't mooi!" „Geweldig", zei de muis,
„daar gaan we in." Ze zaten op dat
ogenblik achter het radiotoestel. En één
twéé, drie wipten ze naar binnen. Ja,
in het radiotoestel. En daar hadden ze
't gezellig! 't Was een reusachtig leuk
huis voor hen. Vol grappige gangetjes
en fijne klimpalen. Ze maakten er een
heel mooi nestje in van pluisjes wol, die
ze uit de kussen op de divan trokken.
En van kleurige draadjes die ze op het
vloerkleed vonden.
Ze hadden zo'n dolle pret in de ra
dio, dat de vader van Michiel zei: „Ik
weet niet wat er tegenwoordig met
onze radio aan de hand is, maar hij
piept zo. Ik zal eens kijken." Hij maak
te de radio van achteren open, keek en
zag voor zijn verbaasde ogen twee
muisjes wegspringen. Ja, dat feest was
toen ook weer afgelopen.
EN WAAR die muisjes nu wonen?
Dat vertel ik niet, want dan zouden de
vader of de moeder of Michieltje daar
wel eens kunnen gaan kijken. Ze heb
ben zich nu héél goed verstopt. Maar
als je 't aan niemand vertelt, wil ik
't wel even voor je opschrijven: onder
de vloer.
Ferdinand Langen