IJmuider Courant | 1961 | 22 maart 1961 | pagina 7

Minister Korthals wenst
voor de vissershaven

geen commissie
van IJmuiden

Kamer aanvaardt begroting
Staatsvissershavenbedrijf

Associatie van Engeland bij EEG
is niet mogelijk zonder landbouw

Aanmeldingsformulier

IJmuider Courant

Voor autorijles

In en om de stad

IJmuiden"

„Kritiek niet nieuw"

Prof. L. H. Grondijs
overleden

WOENSDAG 22 MAART 1961

A. J. v. LENT'S
Automobielbedrijven

Tweede kerk in IJmond
voor Oud-Katholieken

mr

Internationale conferentie
over de binnenscheepvaart

Coöperatieve Boerenleen
bank „Wijk aan Zee
en Duin"

99-lLJ"^ lH

De volksvertegenwoordigers die gister
middag bij de behandeling van de begro
ting voor het Staatsvissershavenbedrijf in
de Tweede Kamer het woord hebben ge
voerd over wat door enkele geachte spre
kers met „de bende in IJmuiden" werd
aangeduid, bleken, op een enkele uitzon
dering na, onvoldoende voorbereid. Voor
deze leden was het rapport dat vorig jaar
zo'n grote opschudding had veroorzaakt de
bijbel waar zij zich hardnekkig aan vast
klampten. Zij waren kennelijk niet op de
hoogte van belangrijke feiten die na de
verschijning van het befaamde rapport ge
publiceerd zijn. Zo wisten zij niet, dat de
leden van de zeevisgroothandelaren-ver
eniging zich van het rapport hadden ge
distantieerd. Zij bleven maar praten over
,.het bedrijf", waar het in feite slechts
één groep uit het bedrijf gold, namelijk
een groep reders, met verwaarlozing dus
van zo'n kleine tien andere groepen die
eveneens tot „het bedrijf" moeten worden
gerekend. Zij wisten kennelijk ook niet
waartoe het Staatsvissershavenbedrijf wèl
of niet bevoegd is, ofschoon zij dit, onder
meer ook uit de schriftelijke beantwoor
ding door de minister van eerder gestelde
vragen, zeer goed hadden kunnen weten.

Voor degenen die gistermiddag hadden
gehoopt dat er iets constructiefs uit de bus
zou komen, althans een begin om te po
gen een einde te maken aan de onrust,
het wantrouwen dat hier onweerlegbaar
bestaat, was dit slaan in de ruimte alle
maal zeer teleurstellend. Het moet de mi
nister danook niet moeilijk gevallen zijn
alle sprekers zorgvuldig te beantwoorden.
De bewindsman bleef ook bij de beant
woording van de enige spreker in tweede
instantie even geduldig.

Intussen zou het bepaald onjuist zijn, al
les nu maar bij het oude te laten. Dit
is de minister, blijkens zijn mededelingen
die men kan lezen in het verslag dat men
elders in dit blad aantreft, danook niet da
delijk van plan. Zijn aanbod om een wer
kelijk representatieve vertegenwoordiging
uit het bedrijf, die met duidelijke wensen
en constructieve voorstellen komt, gehoor
te verlenen, lijkt ons redelijk en beslist
de moeite waard om door de betrokkenen
in overweging te worden genomen.

Advertentie

IJmuiden

Wijk aan Zeeërweg 107

Tel. 4360 - 8210
Vondellaan 5 - Beverwijk
Tel. 3223 - 5052 (02510)

MINISTER KORTHALS heeft het in de Tweede Kamer gisteren bij de be
handeling van de begroting van het Staatsvissershavenbedrijf te IJmuiden nogal
gemakkelijk gehad. Wel werden er in eerste instantie vele vragen op hem af
gevuurd door de sprekers van de verschillende fracties, maar toen hij dit vuur
na een korte pauze beantwoordde, was er alleen nog maar de heer Vermooten
van de Partij van de Arbeid, die even het woord vroeg. Hoewel verscheidene
spreker^ om een onafhankelijke commissie vroegen, die de situatie in de IJmui-
dense vissershaven nu eens grondig zou moeten onderzoeken, voelde de mi
nister hier niets voor.

Hij wilde wel eens overleg plegen met de vaste commissies voor Verkeer
en Waterstaat en voor Visserij en daarbij ook de mogelijke splitsing van het
Staatsvissershavenbedrijf nog wel eens bestuderen. Maar verder ging de minister
beslist niet, waarna de Tweede Kamer, die deze middag vrijwel uitsluitend uit
de specialisten bestond, de begroting goedkeurde. De rode draad door alle
redevoeringen werd gevormd door het rapport van de „Commissie Vissershaven",
die in IJmuiden misstanden en het onttrekken van veel vis aan de veilplicht
signaleerde, en de nota van de minister, die concludeerde, dat van misstanden
bij het Staatsvissershavenbedrijf niets is gebleken.

Het bestuur van het Bouwfonds van de
Oud-Katholieke Kerk, dat vorig jaar is
opgericht, heeft zich met een rondschrij
ven tot de gelovigen gericht om hulp te
vragen voor het bijeen brengen van een
bedrag van tenminste 225.000 door het
afstaan van een procent van het jaar
inkomen.

De Oud-Katholieke Kerk wil namelijk
een tweede kerkgebouw stichten in het ge
bied van de IJmond, waar de grootste
Oud-Katholieke gemeente in Nederland is
gevestigd.

Tevens wil men komen tot de bouw van
èen nieuwe kerk voor de gemeente Schie
dam of tot een totale verbouwing van de
bestaande kerk.

JAARVERGADERING
K.A.B.-VELSEN-NOORD

De afdeling Velsen-Noord van de Ka
tholieke Arbeiders Beweging (K.A.B.) zal
vrijdagavond in het St. Jozefhuis aan de
Banjaertstraat haar jaarlijkse ledenver
gadering houden.

Behalve de gebruikelijke jaarstukken,
die ter tafel komen, vermeldt de agenda
een bestuursverkiezing. Aftredend zijn de
heren B. H. Vink, tweede voorzitter en
Joh. Tervoort, penningmeester. Laatstge
noemde zal vermoedelijk niet herkiesbaar
zijn. Voorts dient te worden voorzien in
een wegens het bedanken van de heer G.
Kaandorp bestaande vakature. Na afloop
van de vergadering zal een kienwedstrijd
worden gehouden.

BURGERLIJKE STAND VELSEN

BEVALLEN: C. A. Wijmenga—van der
Schaaf, z„ Wilgenstraat 38, IJmuiden-Oost;
M. W. Blinkhof—Jansen, d„ Elzenstraat 2,
IJmuiden-Oost; L. A. KneppersSchoorl,
d., Amsterdamseweg 37, Velsen-Zuid; P.
van Voorbergen-Aland, z„ Grahamstraat
172, IJmuiden; H. A. de HaasSchel tens,
d„ Lierstraat 42, IJmuiden; C. A. Kobs
van Toor, d„ Curacaostraat 42, Santpoort;
M. W. Snoekvan Vegchel, z„ Kleverlaan
91, Bloemendaal; A. LokkersWennis, d„
Planetenweg 262, IJmuiden; M. van Das
senvan Oostveén, z„ Hagelingerweg 68,
Santpoort.

OVERLEDEN: P. Taffijn, 74 j„ echtge
noot van: A. van Egtelt, Trompstraat 131,
IJmuiden-Oost; C. A. M. Dijkman, 68 jr.,
echtgenote van: G. de Nijs,, Shans 16, Be
verwijk; J. Buijs, 68 jr., echtgenoot van W.
Menke, IJmuiderstraatweg 65, IJmuiden-
Oost.

PASSIE-AVONDEN IN HEEMSKERK

De stichting voor Katholieke Culturele
samenwerking organiseert op vrijdag 24
en maandag 27 maart een tweetal passie
avonden. De toneelvereniging „Vrienden
kring" zal opvoeringen geven van het pas
siespel van Daniël A. Lord „Zie de mens'.

De heer Vermooten (P.v.d.A.) consta
teerde als eerste spreker, dat er veel dei
ning is ontstaan om het rapport vissersha
ven. Overigens wees hij er op dat de Twee
de Kamer al in 1955 heeft gediscussieerd
over de toestand in het IJmuidense bedrijf,
al was het toen met minister Algera. Men
heeft toen al gewezen op onhygiënische
houten viskisten, foute handelsusances en
het belachelijke veilsysteem, welke din
gen aan het licht kwamen na een bezoek
van een groep Kamerleden aan het be
drijf.

Dr H Vermooten

(P.v.d.A.)

De heer Vermooten vond de reactie van
de minister teleurstellend. De minister
maakt een duidelijke scheiding tussen
Staatsvissershavenbedrijf en bedrijfsleven
en zegt dat er nauwelijks iets aan de hand
is; landbouw en visserij heeft de minister
buiten beschouwing gelaten, de gemeen
te Velsen ook, aldus de heer Vermooten,
die zei geïrriteerd te zijn door de zelfvol
daanheid van de minister. Hij wees er op
dat de reders het overleg tussen de direc
tie van het Staatsvissershavenbedrijf en
het bedrijfsleven onvoldoende vinden
en het adviescollege niet representatief
achten. Men heeft geen invloed op de tech
nische gang van zaken.

De heer Vermooten vond het ook vreemd
dat de minister het voorstel tot splitsing,
vervat in het Rapport Situatie Vissersha
ven, in enkele alinea's heeft afgedaan.

Eén der leuzen van het kabinet is de
centralisatie van overheidstaken. In de
landbouw nemen de veilingen een grote
vlucht, maar het zijn bijna nooit overheids-
veilingen. Waarom moet dit bij de visserij
wel? Waarom wijst een liberaal bewinds
man dit zo volstrekt af? De heer Vermoo
ten zei, dat ook de gemeente Velsen in ho
ge mate is geïnteresseerd.

Nader ingaande op de nota merkte de
heer Vermooten op, van een der leden
van de redersvereniging te hebben
gehoord, dat het in IJmuiden „zonder
meer een bende" is. „Waarom baga
telliseert de minister?" wilde hij we
ten.

Hij drong aan op een onderzoek naar de
salariëring van het personeel bij het
Staatsvissershavenbedrijf, speciaal de af
slagers. Er is scherpe concurrentie op de
arbeidsmarkt, de Hoogovens zijn vlakbij.
Ik vind het niet mogelijk een gefundeerd
oordeel te geven" besloot de heer Vermoo
ten. „Ik heb bezwaren tegen de opdracht
van de commissie van reders en groothan
delaars en tegen de wijze van samenstel
ling van het rapport. Dit rapport is een
onvoldoende basis voor een beslissing
Maar na de verschijning moet er toch iets
gebeuren. Ik zou veel voelen voor een com
missie van onderzoek naar de wenselijk
heid en mogelijkheid van een splitsing van
het Staatsvissershavenbedrijf. De commis
sie zou uit onafhankelijke personen moe
ten bestaan. Alle groepen zouden moeten
worden gehoord.

Naast kritiek op het rapport heb ik ook
kritiek op de nota van de minister. Zo sig
naleer ik. dat de directie van het Staats
vissershavenbedrijf op de wens van de
CKV voor een tweede kantine antwoordde,
dat men dit zelf maar moest uitzoeken.
Is dit modern personeelsbeleid? Tot de
tweede wereldoorlog geschiedde de we
ging van vis door beëdigd personeel van
het Staatsvissershavenbedrijf. Daarna is
men er van af gestapt, ondanks herhaald
verzoek het zo te laten. Ik vind het vreemd
dat de minister hier niet op ingaat en
hoop dat de minister nu ander^ zal reage
ren".

Toch wel indruk

De heer Van Dongen (KVP) zei dat hij
het niet met alle bezwaren eens was, maar
dat het rapport toch wel indruk op hem
had gemaakt. Door het antwoord van de
minister was hij niet geheel bevredigd.
Zijn indruk was dat het contact en de sa
menwerking tussen de leiding van het
Staatsvissershavenbedrijf en het bedrijfs
leven niet voldoende zijn. „De minister
kan nu wel zeggen dat het interne trans
port een taak van het bedrijfsleven is,
maar dat is toch wel erg formeel. De on
derlinge afhankelijkheid is zo groot, dat
het bedrijfsleven mee moet kunnen spre
ken".

De heer Van Dongen wilde wel graag
weten met welke vertegenwoordigers van
het bedrijfsleven overleg wordt gepleegd.
Welke invloed hebben zij? wilde hij we
ten. „Het bedrijfsleven klaagt, dat men
pas kennis krijgt van plannen als ze al
vastliggen", zei hij. „Is die adviescom
missie nu wel voldoende representatief,
wordt ze wel voldoende geraadpleegd en
door wie wordt ze benoemd?"

„De minister zegt, dat er bij aanstel
ling van personeel bij het Staatshavenbe-
drijf geen andere moeilijkheden zijn dan
de situatie op de arbeidsmarkt. Maar er
zijn toch ook klachten van onderbetaling?"

Ook de heer Van Dongen vroeg daarna
naar een onderzoek, met name naar de
wenselijkheid van een splitsing in haven
en veilingbedrijf.

Geen oplossing

De heer De Ruiter (CHU) meende, dat
de nota van de minister geen oplossing
biedt. Alle moeilijkheden worden er ge
makkelijk in weggewuifd. Maar het be
drijf zelf is niet met de tijd meegegaan.
De ouderwetse visafslag is gebleven en
alleen de naast betrokkenen begrijpen er
iets van. Bjj de grote aanvoeren en
de grote export van nu past dit alles niet
meer. De heer De Ruiter bepleitte daarom
een modern veilsysteem.

De spreker wees er ook op, dat ieder
de terreinen van het Staatsvissershaven
bedrijf kan betreden. De controle is er
slecht. Het blijkt wel dat er veel misstan
den heersen. „Er is hier het een en ander
scheefgegroeid", meende de heer De Rui
ter, die vond dat het zo niet langer mag
blijven. Er is te weinig overleg tussen di
rectie en bedrijfsleven. Men begint nu met
automatische lossing, de aanvoeren wor
den steeds groter. „Het bedrijfsleven moet
met de minister kunnen overleggen", vond
hij. „Het bedrijf zegt dan het zelf de gel
den opbrengt. Men wil daarom ook mee
praten. De minister is niet gebonden aan
de mening van de vaste commissie visse
rij. Ik heb geen bezwaar als hij een ande
re commissie instelt. Als hij maar maat
regelen neemt".

W. Aantjes

A.R.P.)

De heer Aantjes (AR) was blij, dat de
klachten nu niet meer in de sfeer van ge
ruchten verblijven. Al was hij niet geluk
kig met de sensationele en alarmerende
wijze, waarop deze zaak in een visserij-
weekblad was behandeld.

„Ik ben geneigd de minister bij te val
len wanneer hij zegt, dat de meeste pun
ten primair het bedrijfsleven zelf raken.
Misschien verklaart dat wel het stilzwij
gen van de groothandelsvereniging. Maar
dat van misstanden niets is gebleken, vind
ik een wat voorbarige uitspraak van de
minister. Juist zoals ik het abrupt vind,
dat de minister zonder meer geen reden
tot splitsing ziet".

De heer Aantjes voelde veel voor een
nader onderzoek van de gang van zaken
in het veilingbedrijf. Hij wees er op, dat
in het rapport van reders en handelaars
wel degelijk door het bedrijfsleven schuld
op eigen schouders is genomen. Een goede
gang van zaken kan worden bereikt als
alle partijen willen samenwerken. De
overheid mag daarbij niet passief blijven,
het is niet alleen de zaak van het bedrijfs
leven. Als het bedrijfsleven een initiatief
neemt is dè medewerking van de overheid
nodig.

Dat er aanleiding tot kritiek is geweest,
en dat men onbevredigd is, is onmisken
baar. Het bedrijfsleven is aangewezen op
het Staatsvissershavenbedrijf en het four
neert de gelden. Deze feitelijke monopo
lie-positie eist een zo goed mogelijke ou
tillage. Het bedrijfsleven klaagt dat het
te weinig betrokken is bij beslissingen.
„Wie vertegenwoordigen het bedrijfsle
ven?" wilde ook de heer Aantjes weten.

Loon in natura

Zo wees hij ook op het verdwijnen van
vis buiten de geëigende kanalen om. „Het
is moeilijk te bewijzen, maar iedereen
weet het" zei hij. „Nu weet ik wel, dat
men zegt dat men in het veen niet op een
turfje moet kijken, maar er zijn toch grote
bezwaren aan te voeren tegen deze beta
ling in natura".

De heer Aantjes zag wel een grote taak
voor het bedrijfsleven in deze, maar hij
vond dat de overheid toch ook wel verant
woordelijk is. De handhaving van de orde
in de vishallen is een taak van de direc
tie van het bedrijf. Als er ontvreemdingen
plaatsvinden moet men niet naar het be
drijfsleven verwijzen.

Hij wees ook op het ontbreken van poli
tiecontrole bij de wachtende schepen
„Waar veilplicht is, daar moet ook con
trole zijn", riep hij uit. Ook bepleitte hij
weging door beëdigd rijkspersoneel.

De opsomming van wensen in het rap
port achtte hij noga) opgevoerd. De mees
te punten regarderen inderdaad het be
drijfsleven. Daarom is het ook onjuist te
zeggen dat het van de overheid zou afhan
gen of er verbetering komt.

De heer Aantjes zag vele voordelen in
een splitsing, waarbij het veilingbedrijf
een aparte rechtspersoon zou worden.
Tenslotte is de visserij beslist geen natio
naal bedrijf, en dat zag hij juist als een
argument voor een splitsing. Maar ander

zijds vroeg hij zich af of dit nu wel het
juiste moment is om op splitsing aan te
dringen en er veel heil van te verwachten.

„Laat het bedrijfsleven eerst zelf to
nen, dat het zich van zijn verantwoorde
lijkheid bewust is!" riep hij uit. Hij zei
geneigd te zijn de minister te volgen. Maar
ook bleef de spreker er bij dat hij het ca
tegorische oordeel van de minister wat
abrupt vond. Aan een overbodige commis
sie had hij allerminst behoefte.

Eigen zaak

De heer Visser (VVD) vond dat het ont
trekken van vis aan de veilplicht aller
eerst het bedrijfsleven aangaat. Als de
reders meer vis geven dan toegestaan, is
het zwart loon, anders is het gewoon
diefstal. In het eerste geval is het de zaak
van de reders, in het tweede geval van de
justitie. De controle van de veilplicht be
rust bij de Algemene Inspectiedienst, dus
onder Landbouw en Visserij.

De spreker toonde zich er verheugd
over, dat nu rekening is gehouden met een
tweede kantine, een elektrisch mijntoe-
stel en telefoonverbindingen. Hij drong
aan op meer contact van de directie met
het bedrijfsleven. Want hier is kennelijk
behoefte aan. Ook meende hij, dat wan
neer er van misstanden sprake is, deze
meestal in het bedrijfsleven zelf moeten
worden gezocht.

Maar toch vond hij de gang van zaken
onbevredigend. Het Staatsvissershavenbe
drijf heeft met twee ministers te maken,
waarbij het toch wel merkwaardig is dat
een veiling en een dokgelegenheid onder
waterstaat vallen. Een betere verdeling
achtte hij mogelijk. Hij vroeg de minis
ter zich nog eens nader te beraden over
een eventuele splitsing. Ook de heer Visser
drong aan op instelling van een neutrale
commissie.

Hij signaleerde een kennelijke onder
bezetting. „Als oorzaak wordt genoemd
de krappe arbeidsmarkt, maar speelt ook
geen rol, dat op één terrein zo vele werk
gevers zijn met verschillende cao's en
toch vergelijkbaar werk? En is er geen
grote concurrentie van andere bedrijven?"

Antwoord minister

Minister Korthals zei in zijn antwoord,
dat dingen als mechanisatie primair een
zaak zijn van de aanvoerders zelf. Aan
gaande de splitsing merkte hij op, dat hij
helemaal niet wist of de gemeente Velsen
er wel iets voor voelt. „U moet er wel aan
denken", zei de minister, „dat in IJmui
den maar twaalf procent van de aanvoe
rende schepen thuishoort, en dat van de
totale groothandel maar vijftig procent
in IJmuiden is gevestigd".

„Is het Staatsvissershavenbedrijf nu wel
vijftig jaar achter?" vroeg hij in antwoord
op de opmerking van de heer Vermooten.
U zégt dat nu wel, maar komt u eens met
nader bewijs".

Aangaande de commissie van advies
voor het Staatsvissershavenbedrijf zei de
minister, dat de rijksoverheid vertegen
woordigers telt van de ministeries van
Landbouw en Visserij, Financiën en Ver
keer en Waterstaat, en het bedrijfsleven
vertegenwoordigers van de aanvoerders,
de groothandel en de industrie. Deze laat
ste drie personen worden op voordracht
van de betreffende vereniging gekozen

„Waarom is het bij deze veiling anders
dan bij de tuinbouw? Het is al lang zo, dus
is het een structurele kwestie. Zou het nu
niet komen door de aard van het produkt
waarvan men geen monsters kan nemen,
en door de sterk tegengestelde belangen
in het bedrijfsleven?"

H. A. Korthals
(V.V.D.)

De minister zei wel voor decentralisa
tie te zijn, maar dan zou het een gezonde
decentralisatie moéten zijn. „Ik schroom

heus niet de Staat er bij te halen als het
nodig is".

„In IJmuiden een bende"

„Is het in IJmuiden een bende? De uit
spraak is van groot gewicht, maar zij zou
van groter gewicht zijn wanneer er voor
beelden bij zouden worden gegeven"
meende de heer Korthals.

Hij wees er voorts op, dat het rapport
wel mede namens de Zeevisgroothandels-
vereniging is opgesteld, maar dat de leden
van deze vereniging duidelijk blijk hebben
gegeven niet met het rapport in te stem
men. En men heeft bepaald niet gepleit
voor een splitsing.

De minister zei, dat het salaris van het
Staatsvissershavenbedrijf-personeel inder
daad afsteekt bij dat van mensen in de
omgeving. „Maar dit komt bij overheids
dienst meer voor. We zien dit zo vaak bij
ambtenaren. We zullen er aan trachten
te doen wat we kunnen".

De minister ging vervolgens in op de
weging, waarvan hij zei, dat het voor de
tweede wereldoorlog wél door rijksperso
neel was gebeurd, maar dat dit tegen een
Koninklijk Besluit inging. Daarom heeft
men een wijziging bevorderd.

Hij zei, dat tussen directie en handel eens
per maand contact is, tussen directie en
reders acht a tien maal per jaar.

De splitsingsgedachte wilde de minis
ter wel eens goed bestuderen. Maar hij
wees er op dat de belangen en inzichten
van de verschillende partijen niet paral
lel lopen.

De zeevisgroothandel houdt zich afzij
dig. Uit „Steeds Voorwaarts" is gebleken
dat de Nederlandse Bond van Vervoers-
personeel (vislossers) achter de minister
staat. „Bovendien" zei de minister, „kan
men haven en afslag toch als één orga
nisch geheel beschouwen. Maar ik zal
gaarne praten met het bedrijfsleven en
met de vaste commissies. Maar dan moet
men ook eens vernieuwingen tonen!"

De minister stelde, dat de verdwijnende
vis in de eerste plaats een zaak is van het
bedrijfsleven. Trouwens, de bedrijfspoli-
tie oefent controle uit op iedereen. Inzake
het viswegen merkte hij nog op, dat de
aanvoerder verplicht is de vis veilklaar
op te leveren. Dus ook dit is een zaak van
het bedrijfsleven.

„Het Staatsvissershavenbedrijf stelt prijs
op een contactcommissie" zei de minis
ter voorts. Hij wees er op, dat uit de hal
len zelf maar weinig vis wordt ontvreemd.
Voor de orde wordt dus wel gewaakt.

Liever arbiter

Inzake de weging zei de minister voorts
nog, dat de overheid liever arbiter dan
partij is. Bij weging door rijkspersoneel
zou het laatste het geval worden. „Trou
wens, de zeevisgroothandel wil de weging
ook niet bij het Staatsvissershavenbedrijf
brengen", zei de minister, die er op wees,
dat de handel geen structurele wijziging
wenst. Resumerend, zei de minister, dat
de meeste bezwaren van het rapport het
bedrijfsleven treffen.

Als vis verdwijnt is dat als zwart loon
of als diefstal, maar dus geen zaak van
het Staatsvissershavenbedrijf. Een split
sing zou de minister nader bekijken. Dat
er onrust heerst, acht de minister onjuist
zelfs al zou het ten onrechte zijn. Hij zag
daarom graag concrete voorstellen van
het bedrijf tegemoet.

„Maar dan moet het bedrijfsleven ook
echt bedrijfsleven zijn", zei de minister.
„En niet een onderdeel daarvan".

Hij meende, dat hier sprake is van een
complexe aangelegenheid, die in een Ka
merbehandeling niet gemakkelijk is op te
lessen. Hij zou de zaak daarom in de com
missie van Verkeer en Waterstaat en van
Visserij nog eens opnemen.

De heer Vermooten wilde toch een com
missie van onderzoek om na te gaan of
het Staatsvissershavenbedrijf nu vijftig
jaar achter is of niet.

„Als de veiling structureel is gegroeid,
dan is dat toch geen reden om niets te ver
anderen als dat wél nodig is?" meende
hij. Hij concludeerde ook dat er tot de
Tweede Wereldoorlog in IJmuiden onwet
tig is gewogen.

De minister bleef weinig voor een on
afhankelijke commissie voelen. Aangaan
de het overleg zei hij nog „het gebeurt
bij overleg wel eens, dat een der deelne
mers niet in alles zijn zin krijgt en dan be
weert dat er geen overleg is".

De begroting van het Staatsvissersha
venbedrijf werd daarna zonder hoofdelij
ke stemming aanvaard.

Associatie van Engeland bij de Europe
se Economische Gemeenschap van de zes
is niet mogelijk zonder de landbouw, zo
heeft dr. S. L. Mansholt, vice-voorzitter
van de E.E.G.-commissie, maandag ver
klaard. Wel zou men volgens hem een
aparte regeling voor de landbouwsector
kunnen treffen.

Dr. Mansholt, die sprak op een Europe
se studieconferentie van het internationa
le persinstituut te Parijs, meende dat in
geval van een associatie van Engeland
harmonisatie van het prijspeil van land-
bouwprodukten zou moeten worden nage
streefd. Dat zou neerkomen op verhoging
van de prijzen in Engeland (door vermin
dering van de regeringssubsidies) en ver
hoging van de prijzen in de E.E.G.

Dr. Mansholt verklaarde dat in de ko
mende vijftien jaar zeker acht miljoen
landarbeiders naar andere bedrijfstak
ken zullen moeten overgaan. In Nederland
en Duitsland is het verloop van landbouw
naar industrie in feite al groter dan was
geraamd. In Italië zal voor een vier mil
joen landarbeiders werk elders moeten
worden geschapen en in Frankrijk voor
een 2V2 miljoen. Hieruit blijkt wel hoe.
groot het belang van de regionale indus
trialisatie en ontwikkeling is.

Op den duur zal slechts vier a vijf per
cent van de bevolking werk kunnen vin
den in de landbouw. In Nederland bedroeg
dit percentage direct na de oorlog acht
tien percent en het is inmiddels tot elf
percent gedaald. De toekomstige markt-
politiek voor landbouwprodukten in de
zes E.E.G.-landen zal ruimte moeten laten
voor aanpassing van de produktie aan de
consumptie. Het stelsel van garantieprij
zen dat tot overtollige produktie leidt,
moet vervangen worden door het systeem
van richtprijzen gebaseerd op de markt.
In dit verband van samenhang van pro

duktie en afzet vroeg dr. Mansholt zich
af of Nederland met het scheppen van
graan- en suikerbietenteelt in de Nieuwe
Zuiderzeepolders wel op de goede weg is
Dr. Mansholt verklaarde voorts, dat de
laatste drie maanden van dit jaar van be
slissende betekenis voor de landbouw van
de zes zullen zijn. De ministers zullen be
sluiten moeten nemen aan de hand van
voorstellen der E.E.G.-commissie voor
het heffingenstelsel voor een aantal be
langrijke produkten, waaronder graan.

PARIJS, (UPI) Van 1 tot 3 oktober
zal in Parijs een internationale rondetafel
conferentie over de binnenscheepvaart ge
houden worden. De landen en organisaties
die zich zullen laten vertegenwoordigen,
zijn: West-Duitsland, Oostenrijk, België,
Bulgarije, Canada, Denemarken, Groot -
Brittannië, Griekenland, Hongarije, Italië,
Luxemburg, Nederland, Polen, Zweden,
Roemenië, Zwitserland, Tsjechoslowakije,
Turkije, de Sovjet-Unie, de Verenigde Sta
ten, Joegoslavië, Spanje, Noorwegen, Fin
land, Portugal, Kongo, Argentinië, Brazi
lië, de Europese conferentie van ministers
van Verkeer, de Rijncommissie, en de
E.E.G.-colnmissie.

Hoewel nog geen agenda voor de confe
rentie is opgesteld, weet men dat toekom
stige leden van de conferentie zullen wor
den uitgenodigd om te spreken over
vraagstukken van internationale samen
werking inzake de binnenscheepvaart.

De Coöperatieve Boerenleenbank „Wijk
aan Zee en Duin" gaat tot de grotere ban
ken behoren nu haar balanscijfers de vijf
millioen gulden naderen, zo deelde de heer
G. Taffijn op de dinsdagavond in „Het
Centrum" te Beverwijk gehouden jaarver
gadering mede.

De voorzitter der bank, de heer R. Hom
mes Gz„ heeft in een algemeen overzicht
gewezen op de algemene welvaart, waar
van de bank ook haar graantje meepikt.

Omdat het ook op het kantoor in de
Groenelaan steeds drukker gaat worden,
zal het kantoor binnenkort verbouwd wor
den.

De rekening over 1960 sluit mét een be
drag van 11.207.989,92. De inleg bij de
spaarbank bedroeg 1.914.811,42; terugbe
taald aan de inleggers werd een bedrag
van 1.382.500,62.

De balans sloot met een bedrag van
4.923.035,53 waaronder een winstsaldo
van 10.616,

Het totaal bedrag aan spaargelden be
droeg 4.250.907,95. Men heeft nu 520 le
den tegen vorig jaar 490 leden.

Bij de gehouden bestuursverkiezing werd
de heer B. J. Broeze herkozen als secre
taris. Wegens het bereiken van de 65-jarige
leeftijd heeft de heer M. Klein zijn functie
als voorzitter van de Raad van Toezicht
neergelegd. Zijn zoon, de heer L. Klein,
werd als zodanig gekozen.

Paaspalmoptocht in „Noord"

Ook dit jaar en wel komende zondag zal
door het r.k. oudercomité van de r.k. la
gere scholen te Velsen-Noord een palm-
paasoptocht voor de leerlingen worden ge
houden. De kinderen zullen dan weer met
een versierde „palmpaasstok" door een ge
deelte van „Noord" trekken. Na afloop
van de optocht zullen de jeugdige deelne
mers iets van hun „palmpaas" afstaan
voor de zieken en gebrekkigen, aan wie dit
door de velsen-noordse jeugd zal worden
aangeboden.

De opstelling van de optocht is om
kwart voor één 's middags bij de r.k.
meisjesschool aan de Corverslaan. De r.k.
harmonie ,.St. Caecilia" zal deze tocht mu
zikale luister bijzetten.

Paaszangdienst in Gereform. kerk

Getrouw aan de traditie zal op dinsdag
28 maart in de Gereformeerde Kerk aan
de Koningsweg te Velsen-Noord weer een
Paaszangdienst worden gehouden, waar
aan medewerken het gereformeerd Evan
gelisatiezangkoor Velsen-Beverwijk en het
christelijk jeugdkoor „De Zangvogels",
beide onder leiding van de heer Huib
Slings. Organist is de heer Th. G. Kohier.

Ds. H. W. Wierda van Haarlem zal me
diteren over het onderwerp „Dit is uw le
ven".

Op 82-jarige leeftijd is in Den Haag
overleden prof. dr. L. H. Grondijs, oud
hoogleraar aan de rijksuniversiteit te
Utrecht.

De heer Grondijs werd geboren in Pa-
mekasan in het toenmalige Nederlands
Oost-Indië. In Nederland studeerde hij
wis- en natuurkunde aan de universiteiten
van Leiden en Utrecht. Aan de Sorbonne
in Parijs promoveerde hij later tot doctor
in de letteren en wijsbegeerte. Na zijn stu
die te Parijs werd dr. Grondijs benoemd
tot leraar aan de h.b.s. te Tilburg en de
m.t.s. in Dordrecht. Van 1914 tot 1917 was
hij in Rusland oorlogscorrespondent voor
twee Franse bladen. Hij werd officier in
het vrijwillige Russische witte leger. Van
1918 tot 1920 maakte hij deel uit van een
Franse militaire missie in Siberië. In 1939
werd hij benoemd tot buitengewoon hoog
leraar en in 1944 tot gewoon hoogleraar
aan de universiteit te Utrecht in de kerke
lijke kunst en iconografie.

Van zijn hand verschenen onder meer
de volgende publikaties: „Een Nederlan
der in geteisterd België, „La Guerre en
Russie et en Siberië", „Wat wil Japan?",
„Asceten, Hellenen en Barbaren", „Span
je, een voortzetting van de Russische re
volutie", Tussen twee werelden" en de
„Iconografie van schepping en godsver
schijningen".

Ondergetekende

Naam:

Straat:

Plaats:

»"rtWrrown,nioinir»"frw5ri!m'<!t'«TTifo"r«"<Trrf»"rtVtr»ri»*»«-«

wenst zich met Ingang van

te abonneren op

f 7.65 per kwartaal of 10.59 per week
Doorhalen wat niet verlangd wordt.

Handtekening

Zfl die zich met Ingang van 1 april 1981 per kwartaal abonneren ontvangen de nummers
tot en met 31 maart 1961 gratis Dit geldt alleen voor nieuwe kwartaalabonnees, dus
niet voor omzetting van week- in kwartaalabonnementen.