Brugge beleefde de jaarlijkse Heilige Bloedprocessie Negentig jaar zinkwitindustrie Oostenrijkse studenten moeten vechten om een zitplaats Structuurplan gereed voor toekomstig IJselmeergebied Laatste „troonrede" van gouverneur Speekenbrink Klein bedrijfje in Limburg groeide uit tot flink concern Intellectuele toekomst in gevaar Waarschijnlijk zal de laatste dijk in 1979 gesloten kunnen worden KARPETTEN V R IJ D A G 12 MEI 1961 Diederik van den Elzas, graaf van Vlaanderenvan de tweede kruistocht naar Palestina teruggekeerd Schotse vissers beschoten in de IJslandse wateren Amerikaans seismografisch vaartuig in brand EERSTE CHEMISCHE INDUSTRIE mm SS Belastingvrije verkoop op Zweeds-Deense veren Zondag 14 mei MOEDERDAG KUNSTHANDEL h KENNEMEBLAAN55 (Van onze correspondent) BRUGGE, De schone en goede stad Brugge heeft haar .jaarlijkse heilige bloed processie, een plechtigheid welke sedert het einde van de dertiende eeuw bestaat weer beleefd. Maandag kwam Diederik van den El zas, graaf van Vlaanderen met zijn krijgs makkers terug van de tweede kruistocht naar het Heilige Land. De aalmoezenier van het Vlaamse kruisvaardersleger, Leo- nius, abt van de Sint Bertinus abdij te Sint Omaars was aan zijn zijde. Om zijn hals droeg hij een smalle gouden ketting. Daaraan hing een cilinder van kristal. In die cilinder bevond zich een klein, acht kantig vaasje. Dat bevatte enige druppels bloed, afkomstig van het lichaam van de Heiland en opgevangen door Jozef van Arifnathea en Nicodemus toen zij de lijk- wassing verrichtten. Diederik van den Elzas, gehuldigd door de magistraten en de bevolking van de stad Brugge, schonk hun de relikwie, die sedertdien in de daartoe gebouwde „Hei lige Bloedkapel" wordt bewaard. Eens per j ar wordt die relikwie in plechtige pro cessie door Brugge gevoerd en van hein de en verre komen dan de gelovigen naar de stad van Memlic en Karei de Stoute, van Jan van Eyck en Guido Gezelle, van Gerard David en Maurits Sabbe om dit ge beuren mee te maken. Iets meer dan een half honderdduizend inwoners heeft de stad, doch op de dag van de processie zijn er zeker drie keer zoveel bedevaartgangers binnen haar wal len. Van overal zijn zij gekomen. Met auto bussen uit Nederland, West-Duitsland, Frankrijk en uit alle gewesten van Bel gië. Met extra treinen, die kwartier na kwartier het Brugse station binnenrolden. Met auto's die men overal geparkeerd vond en zelfs nog met kleine rijtuigjes, in een stijl van welke men dacht dat zij zelfs op het Vlaamse boerenland was uitgestor ven. Bruiloftssfeer Heel Brugge leek versierd als voor een bruiloft. Vlaggen, aan de huizen, spandoe ken over de straten, vanen langs de gevels, een meiboom op het Belfort, bloemen voor de standbeelden en op de bruggen, tribu nes op de markten, houten banken voor alle estaminetten en stoelen op de trot toirs. De gemeentepolitie, in wonderlijke gala uniformen met tressen en ridderorden, ordecommissarissen met felkleurige ban den rondom de arm, een kermis op een der pleinen en op de meest onverwachte plaatsen orgeldraaiers met op hun instru ment een aapje en aan de overzijde een zigeunerin met de centenbus en een klein kind on de arm. En boven dat alles uit klaterde het carillon. En omdat zij nu eenmaal in deze twintigste eeuw mogen leven, huilden straaljagers langs de blau we voorjaarshemel, waartegen een frisse bries grijze wolken dreef. Bonte stoet Dat is het decor van de processie, die van de kerk van de heilige Salvator door Brugge trok, een stoet van 2500 vrouwen en mannen. Praalwagens, gendarmerie, muziekkorpsen, weesmeisjes, leden van de Broederschap van het Heilig Bloed, ama teurtoneelverenigingen, ruiterverenigingen, kortom een stoet, die twee uur nodig heeft gehad om aan iedere kijker voorbij te trekken. Eigenlijk is de gehele processie een groot bewegingsspel geworden, dat de Passie in afzonderlijke taferelen ver telt en aanschouwelijk voorstelt. Natuur lijk zou men critiek kunnen uitoefenen. Hèt wonderlijke is echter, dat men tenslot te alleen maar waardering heeft, eigen lijk zelfs bewondering voor de overtuiging, waarmee dit alles wordt gebracht. Stel het u voor, zestig jonge meisjes in dunne tunieken, met blote voeten in sandalen, die twee uur lang door een ijzige voorjaars bries lopen met de handen voor zich uit gestrekt en die precies in de maat op ge regelde tijden bepaalde bewegingen ma ken. Men kon medelijden hebben met de bazuinblazers die tientallen keren hun me lodie zonder tegenaanblazen weggaven (denk daarbij even aan Aïda, vroeger bij de Italiaanse opera van meneer d'Hondt), met het vrouwspersoontje dat op een klein, fel steigerend ezeltje twee uur de vlucht naar Egypte moest helpen verbeelden, met de jongeman die als Jezus een kruis wankelend over de Brugse keien moest torsen. A potheose En dan te denken dat dit alles nog maar voorbereiding was voor de apotheose van de processie: de erewacht rondom de re likwie van het Heilig Bloed. Toen herleef den op zeker ogenblik de middeleeuwen in het Brugge van heden. Koorknapen lie ten wierookvaten slingeren en de doordrin- REYKJAVIK, (IJsland) (UPI) Het te Reyjkjavik verschijnende blad „Thjodvil- jinn" bericht over twee incidenten welke zich onlangs in IJslandse wateren hebben voorgedaan. Volgens de krant had het kustwachtvaartuig „Thor" vijf „oefen- schoten" afgegeven en tenslotte een scher pe granaat afgevuurd toen twee Schotse vissersschepen zich binnen de territoriale grens hadden bevonden. Terwijl het schot met scherp was afge vuurd, had men aan boord van de „Thor" verbinding gezocht met de leiding van de kustwacht aan de wal om te vragen of men het vuur op de trawlers zelf moest ope nen. Functionarissen van het ministerie van Tustitie hadden laten weten de overtre- iing van de Schotse vissers daar niet ern stig genoeg voor te achten. (UPI) De „Janice Walker", een Arae- kaans schip dat voor seismografische 'aarnemingen wordt gebruikt en explosie- en aan boord heeft, drijft brandend in e Golf van Mexico rond. De tien opva- enden zijn op het zusterschip „Sharon Walker" overgestapt. De bemanning noest het schip in allerijl verlaten, om dat men ontplofbare materialen aan boord had. Volgens de laatste berichten brandt de „Janice Walker" nog steeds. gende geur vulde plotseling de straten. Daarop kwamen dan de geestelijken, mon niken, zangers van de Brugse parochies en met zich voerden zij in wonderlijke ba rokke schrijnen hun relikwieën: een doorn van de kroon van Christus, het schrijn van Sint Walburga, de arm van Sint Gilles, een schitterend edelsmeedwerk dat de hand en de voorarm van de heilige Barbara be vatte enzovoorts. En dat alles was om ringd door geestelijken in kazuifels en pij en, die zo van een middeleeuws schilde rij schenen gestapt. Bij hen bevonden zich ook kardinaal B. J. Alfrink, de aarts bisschop van Utrecht en mgr. P. A. Nier man, de bisschop van Groningen. Toen zij voorbij waren leek de betovering ver broken. Doch de menigte haastte zich naar de Burg, waar het relikwie van het Hei lig Bloed nog eenmaal werd vertoond. Dat was dan Fellini en Brueghel en Jeroen Bosch in e e n verenigd. Op het balkon van het gouverneurspaleis waren prinses Paola en prins Albert van Luik versche nen. Heel het plein, omringd door Goti sche huizen, was vol mensen: de leden van de stoet, politiemannen, geestelij ken en ook de bedevaartgangers. Men zag de grijze damp van de wierookvaten. De muziek speelde een melodie. De bisschop toonde de relikwie aan de menigte. Er viel opeens een doodse stilte en bijna ie dereen knielde neer op de stenen. Snel was het plechtige ogenblik voorbij. Het prinselijk paar reed weg, luid toege juicht door de mensen. En vervolgens kon men zien, waarover de diepbetreurde We- rumeus Buning zich altijd zo verheugde, plotseling waren de estaminetten met de wonderlijke namen („De Vier Winden", „De Meibloem", „De Blauwe Duif", „In de Vogelpik") stampvol publiek. Men at veel brood, met veel vlees, dat men in kranten gepakt had meegebracht en men dronk bier. De gouverneur van de Nederlandse An tillen, drs. A. B. Speekenbrink, heeft in een plechtige vergadering van de staten van de Nederlandse Antillen het zittings jaar 19611962 geopend, waarbij hij erop wees dat dit de laatste keer was, dat hij als vertegenwoordiger van de Koningin deze opening verrichtte. Sprekende over de van Surinaamse zijde geuite wens om een Rondetafel-conferen tie te beleggen zei de gouverneur, dat de staatsrechtelijke problemen van de Neder landse Antillen momenteel niet van zoda nig dringende aard zijn, dat daarvoor op zeer korte termijn een conferentie tussen de landen van het koninkrijk nodig wordt geacht. De Antilliaanse regering was ech ter niet ongenegen aan het verlangen van Suriname tegemoet te komen. Daarbij is uitdrukkelijk vooropgesteld dat de om standigheden, waarin de Antillen verke ren, wel van geheel andere aard zijn dan die van Suriname. Door de positie, welke de Antillen in de nieuwe Caraïbische or ganisatie innemen, komt hun zelfstandig heid in het koninkrijk meer tot zijn recht, waardoor in meer rechtstreekse zin aan het werk der organisatie zal kunnen wor den deelgenomen. De gouverneur verklaarde voorts dat in de traditionele starre eenzijdigheid der economische grondslagen op de Antillen langzamerhand een wijziging ten goede komt. Door de gezamenlijke pogingen van land en eilandgebieden werden in de An tillen reeds verschillende industrieën ge vestigd en naar verwachting zullen er meer volgen. Daar deze ontwikkeling gro te kapitaalinvesteringen vergt zullen ech ter ook offers moeten worden gebracht. Voor de zich in de Antillen ontwikkelende industrie is een associatie met de E.E.G. van groot belang. Het overleg hierover, in ternationaal, is moeizaam. De Antillen vertrouwen er echter op dat een aanvaard bare associatievorm kan worden gevon den. De Nederlandse zinkwitindustrie bestaat dezer dagen negentig jaar en is afge zien van een kleine, soortgelijke onderneming van veel jongere datum te Barnevcld gevestigd in het uiterste zuiden van ons land, namelijk Eijsden. Van 18781944 was er tevens een fabriek van diezelfde onderneming in Maastricht gevestigd. Omdat lange tijd een belangrijk aandeel in de Nederlandse zinkwitproduktie werd geleverd door de Maastrichtse fabriek, luidt de naam van deze zinkwitindustrie nog steeds: de n.v. Maastrichtse Zinkwit Maatschappij. De Maastrichtse fabriek werd echter in 1944 ten gevolge van bevrijdingsacties gebombardeerd en verwoest. De Belgische pionier ir. G. Rocour bouw de in 1870 te Eijsden de eerste zinkwitoven, en het heeft heel wat voeten in de Lim burgse aarde gekost, voordat deze indu strie waarvan men rampzalige gevol gen voor de land- en fruitbouw van Eijs den en omgeving vreesde toestemming kreeg tot vestiging. Er was een persoon lijk besluit nodig van koning Willem III om aan ir. Rocour de vergunning voor de bouw van twee oventjes en een stoom werktuig van twee pk te geven. Het is merkwaardig, dat juist een buitenlands in dustrieel besloot in Nederland een chemi sche industrie, ja zelfs de eerste chemi sche industrie in ons land, op te richten. Het feit, dat de Nederlandse octrooiwet geving van 1807 haar betekenis in 1869 praktisch had verloren, alsmede de aan wezigheid van goede arbeidskrachten in het betrekkelijk arme hertogdom Limburg, hebben waarschijnlijk mede deze keuze van vestiging bepaald. Het sinds de scheiding van België sterk geïsoleerde en verarmde Limburg had de belangstelling van het noorden verloren. Daar ging de financiële interesse meer uit naar de handel, de scheepvaart en de over zeese gebieden, dan naar de industrie in de zuidelijke provincies. Het succes van ir. Rocour met zijn zink- wit-industrie was van zodanige aard, dat zijn bedrijfsingenieur ir. A. Degive zich in 1878 met twee vooruitstrevende Maas trichtenaren associeerde, ter oprichting van een zinkwit- en zinkoxydefabriek Deze concurrentie-opzet heeft de heer Ro cour spoedig ondervangen, doordat hij de financiële belangen van de nieuwe onder neming geheel aan zich trok. Uit de asso ciatie onstond toen de tot heden toe ge handhaafde naam n.v. Maastrichtse Zink wit Maatschappij. In dit Zuidlimburgse bedrijf werd het zinkwit volgens een Amerikaanse metho de, welke ir. Rocour tijdens een reis door Amerika had leren kennen, direkt uit de ertsen gewonnen. België, tot dan toe een belangrijk Westeuropees centrum van zinkwit-produktie - zinkwit wordt gebruikt als produkt voor 4verven, rubber, kera miek, glasindustrie, farmaceutische ar tikelen. cosmetica, linoleum, lucifers, enz. volgt nog steeds een Frans procédé, de zogenaamde indirekte methode. De heer Rocour heeft rond de eeuwwis seling de plannen uitgewerkt voor de bouw van een lithophone-fabriek, eveneens de eerste in Nederland (lithophone is een vervangingsmiddel van zinkwit). De op volger van de in 1903 overleden ir. Rocour, was de Belgische scheikundig ingenieur F. Pisart. Hij heeft het bedrijf in Zuid- Limburg uitgebouwd tot een concern van wereldformaat. Naast de uitgebreide be drijven van Maastricht en Eijsden verre zen dochtermaatschappijen in België, Frankrijk, Italië, Engeland en Spanje. Ir. Pisart, die in 1942 in Amerika overleed, was twee jaar daarvoor als president op gevolgd door ir. J. Mirland, die met het 90-jarig bestaan van de Nederlandse zink witindustrie zijn veertigjarig dienstver band te Eijsden viert. Na de verwoesting van de Maastrichtse zinkwit- en lithophoon fabriek nam Eijsden de hele produktie in gemoderniseerde fabrieken over. Na de tweede wereldoorlog zijn onder leiding van ir. Jac. Mirland geheel nieuwe afzetgebieden gevonden voor de Zuid-Lim burgse zinkwit-industrie. De afzetmarkten in Oost-Europa vielen weg achter het ijze ren gordijn, en daarom oriënteert de Ne derlandse zinkwitindustrie zich thans op de markten van Azië en Afrika; maar ook naar Amerika wordt veel uitgevoerd. De Maastrichtse Zinkwit Maatschappij heeft een produktie, welke gemakkelijk de be hoefte van heel Nederland kan dekken. De groep van Westeuropese bedrijven, waar van Zuid-Limburg de hoofdzetel vormt, heeft een belangrijk aandeel in de wereld- produktie van zinkwit. De technische uitbreidingen van de zink witindustrie in Eijsden zijn uiteraard van spektakulaire aard geweest: in plaats van het oorspronkelijke stoommachientje van twee pk. beschikt de M.Z.M. thans over een krachtcentrale, welke in 1960 meer dan tien miljoen kwh. produceerde. Zij heeft een eigen spoorlijnensysteem van twaalf kilometer lengte tot Maastricht toe en het fabrieksterrein in Eijsden omvat nu meer dan 68 hektaren. De personeelsbe zetting van het bedrijf bedraagt thans rond 500 arbeiders, 100 beambten en een vijftiental academici. Ter gelegenheid van het negentigjarig bestaan van de n.v. Maastrichtse Zinkwit- maatschappij heeft de Commissaris der Koningin in de provincie Limburg, dr. F. Houben, meegedeeld dat de Koningin aan de Maastrichtse Zinkwitmaatschappij het predicaat Koninklijk heeft verleend. De onderscheiding werd verleend mede omdat deze industrie in alle opzichten een modelonderneminp kan worden genoemd, zo verklaarde de commissaris. STOCKHOLM (TT) Een der scheep vaartmaatschappijen die veerdiensten over de straat van Oeresund tussen Zwe den en Denemarken onderhouden over weegt het Internationaal Gerechtshof in Den Haag te betrekken bij de kwestie over per 1 juni ingaande maatregelen waarbij de belastingvrije verkoop van dranken, tabak en chocolade op veerbo ten en andere passagiersschepen op de be doelde routes vergaand wordt beperkt en in bepaalde gevallen zelfs geheel opgehe ven. De scheepseigenaars vrezen dat door deze maatregelen het aantal passagiers aanzienlijk zal verminderen. Sommige voe ren aan dat de baten uit de belasting vrije verkoop onmisbaar zijn om de pas sagetarieven zo laag mogelijk te houden. (Van onze correspondent) WENEN. In vrijwel alle westelijke landen klaagt men over de academische op leiding, maar in Oostenrijk is de ontevredenheid wel het grootst. Dit blijkt onder meer uit een schrijven dat de rectoren van alle universiteiten en hogescholen aan de re gering hebben gericht en waarin zij verklaren dat de intellectuele toekomst van het land zich in het grootste gevaar bevindt. Het aantal professoren en assistenten blijft naar verhouding veel te klein tegenover de massa's studenten, die steeds meer toe nemen. Vooral ook beschikt men over te weinig en te kleine collegezalen, bibliotheken en laboratoria. Grotesk zijn de toestanden aan de eco nomische hogeschool van Wenen, waar el ke morgen een twintigtal studenten reeds om vijf uur in de rij staat. Wanneer de pe del dan om half acht de poort opent, be leggen zij de eerste plaatsen met hun ak- tentassen. Drie potige jongens blijven ach ter om die plaatsen te bewaken; de ande ren gaan in het plantsoen wandelen. Zo dra zij de professor zien aankomen, ren nen zij naar de zaal, maar deze is dan doorgaans al zo vol, dat ook de gereser veerde plaatsen met geweld zijn bezet. Vervolgens breekt opnieuw een veldslag los om de eerste plaatsen en het duurt dan gewoonlijk een kwartier voordat de professor zich verstaanbaar kan maken. Na het laatste gevecht verklaarde de rec tor, professor Kerschagl: „Wanneer hier in niet spoedig verandering komt, ga ik college geven in het Wahringer plant soen." T elevisie De zogenaamde „grote" collegezaal telt vierhonderd zitplaatsen, maar de profes sor voor sociale en economische geschie denis heeft twaalfhonderd studenten die zijn colleges moeten volgen, wanneer zij door hun examen willen komen. Dergelij ke toestanden heersen op alle Oostenrijk se hogescholen, mede omdat de toeloop van buitenlandse studenten zeer groot is. Een derde van hen komt uit het Nabije Oosten, voornamelijk uit Perzië, Turkije en de Verenigde Arabische Republiek. Daar deze ontwikkeling 't sterkst is op de tech nische hogeschool van Wenen, moest hier ten koste van alles een oplossing worden gezocht en men vond er een die welis waar niet bevredigend is, maar toch een uitweg kan worden genoemd. Wanneer na melijk professor Regler in zaal 17 college in natuurkunde geeft, zijn alje zit- en staan plaatsen bezet, maar een groot aantal stu denten staat dan nog buiten. Om het col lege toch te kunnen volgen, gaan zij twee verdiepingen hoger naar een zaal waar een televisietoestel staat opgesteld en door middel waarvan zij de uiteenzettingen en vooral de berekeningen kunnen horen en zien. Men kan dit natuurlijk geen ideale oplossing noemen, temeer omdat dit mas sale bedrijf het persoonlijke contact tus sen professor en student volkomen onmo gelijk maakt. Het gevolg hiervan is boven dien dat de hoogleraren nauwelijks kans hebben om de begaafde studenten te leren kennen, aan te moedigen en hen als hun eventuele opvolgers op te kweken. De in tellectuele toekomst is hier werkelijk in gevaar. Advertentie Keuze uit 1001 werkelijk nuttige, practische en luxe geschenken Ouderdom en rust gaan hand in hand: Een stemmingsbeeld van een onzer onvolprezen hofjes. Er is een structuurplan voor de zuidelijke IJselmeerpolders verschenen, waarin de toekomstige indeling van de Noordoostpolder, Oostelijk- en Zuidelijk Flevoland en de Markerwaard in principe is vastgelegd. De polders gaan ook een rol spelen in de ontwikkeling van de randstad Holland, in de verbetering van interprovinciale wegverbindingen, in de industrie en in de recreatie. Het structuurplan, uitgebracht door de Dienst der Zuiderzeewerken, voorziet voor het jaar 2000 vier agrarische kernen, die landschappelijk zullen vervloeien in de omliggende gebieden. De polder oever van het Veluwemeer zal een voortzetting zijn van de woeste grond op de Veluwe. Zo zal het zuidelijk gedeelte van het Zuidelijk Flevoland en de Markerwaard een stedelijk gebied worden als uitloper van de randstad, voortgaande tot het stedelijk centrum van alle polders: Lelystad met 100.000 inwoners. Hoewel deze prognose van de ontwikke ling van het nieuwe Nederlandse grond gebied vrij vast is omlijnd, wil het struc tuurplan geen keurslijf zijn, waarin de vol tooiing van de polders moet worden ge perst. Volgens de dienst der Zuiderzee werken is het structuurplan, dat aan na dere inrichtingplannen voorafgaat, geheel „open"; het zal worden gewijzigd als dit noodzakelijk blijkt. In 1979 tegelijkertijd met het 60-ja- rig bestaan van de Dienst der Zuiderzee werken kan de laatste dijk worden ge sloten. Rond de eeuwwisseling kan de laat ste polder, de Markerwaard, in stadium van ontwikkeling zijn als waarin nu de noordoostpolder verkeert. Het structuurplan voor de polders is ont worpen als basis voor de samenwerking met de verschillende diensten, die mede werken aan de totstandkoming van dit nieuwe land en die belast zijn met de ont wikkeling van de omliggende landsdelen. Het zal worden geconcretiseerd aan de hand van vijf factoren: het verband met het omringende land, het communicatie net, de structurele indeling van de polders, de waterhuishouding en het landschap. In de uitlopers van de randstad zullen de polders dezelfde rol spelen als de ge bieden tussen de randstad en Alkmaar, Harderwijk en Arnhem. De randstad zal op deze wijze ook uitgerekt worden naar Lelystad, via het wegennet en het kanaal tussen Flevoland en de Markerwaard. De belangrijkste verkeersstroom door het gebied zal volgens de verwachtingen gaan in de richting zuidwest-noordoost Een andere belangrijke stroom gaat langs de zuidelijke rand van de polders. Aan deze hoofdstromen wordt het verkeersnet aangepast. Er komt een weg van Amster dam via Muiderberg en Lelystad naar het noordoosten van het land, die dit deel dus met het hele westen verbindt. Een paral lelweg is geprojecteerd van Amsterdam- Noord via de Markerwaard naar Lely stad, die verder via Kampen een verbinding geeft met het oosten van het land. Een derde belangrijke hoofdweg zal de verlen ging zijn van rijksweg 30 van Arnhem langs het Gooimeer naar Amsterdam Voorts wordt rijksweg 27 van Utrecht langs Huizen een belangrijke verbinding met de kop van Noordholland (Hoorn). Voor het recreatieverkeer van het westen naar de randmeren en de Veluwe zal de weg Hui zen-Harderwijk belangrijk zijn. Een spoorweg zal kunnen worden aan gelegd van Muiderberg naar Lelystad en wellicht naar Kampen. Het kanaal van Amsterdam naar Lelystad zal bevaarbaar zijn voor kleine zeeschepen. Voor de verzorging van de polders en de uitlopers van de randstad moeten rui me gebieden bij Lelystad en aansluitend aan de randstad gereserveerd worden. Een half miljoen mensen zullen zich in deze gebieden kunnen vestigen. Uiteraard zal in het vruchtbare gebied met een oppervlakte van 48.000 hectare, een groot deel voor de landbouw worden bestemd. Voor de recreatie, en dan niet alleen voor de bewoners van de polders, zijn vooral de randmeren bestemd. Maar ook het noordelijk deel van de Marker waard zal een welkome vergroting bete kenen van het Nederlandse recreatiege bied. Advertentie modern of klassiek Kiest uit onze grote collectie Geschenk voor de Prins. Prins Bern hard heeft als voorzitter van de stichtine .Spaans-, Ibero-Amerikaans en Portugees Instituut" een geschenk van de Portugese regering gekregen, eer kleurig wandtapijt voorstellende een maaister die korenscho ven bindt. Het is een in de provincie Alem- teso vervaardigd handwerk. Op het kleed zijn voorts symbolisch de produkten van deze provincie, die de korenschuur van Portugal wordt genoemd, voorgesteld.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1961 | | pagina 13