Vissen hebben veel betere
ogen dan we denken
IN DE 14e EEUW KENDE MEN AL DRIJFNETVISSERIJ
ONZE VLAGGETJESDAGQUIZ
Theoretisch beste
visserij economisch
niet houdbaar
Duits bezoek op
Vlaggetjesdag
Paaien of eten
Visserij is afhankelijk
van de natuur
Wat zeggen de
Schotten?
Haring stelt de mens
steeds voor
onverwachte situaties
DONDERDAG 18 MEI 1961
Vlaggetjesdag voor Radio en T.V.
De bezige vis
Guido Gezelle
ENQUÊTE
1
2
3
Al
A 2
A 5
A 4
A 5
QUIZ
1
2
5
Bt
B 2
B 5
B 4
B 5
Vergeet niet ep een apart vei
uw mening te schrijven
Programma voor Vlaggetjesdag 1961
9.0012.00. De vlaggen worden gehesen te Scheveningen,
Vlaardingen en IJmuiden.
IJMUIDEN
15.00. Mars Rijkspolitiekapel, christelijke gymnastiekvereni
ging IJmuiden, het korps Zeekadetten, de r.-'k. gymnas
tiekvereniging Velsen en de christelijke korfbalvereni
ging DKV. Route: Tiberiusplein, Platanenstraat, Ceder
straat, Velserduinweg, Lange Nieuwstraat, Marktplein
Oostzijde, Kennemerlaan, Wilhelminakade, Oranje
straat, Kanaaldijk, Tegeltjesmarkt.
15.45. Aankomst aan de Tegeltjesmarkt.
15.50. Declamatorium „De vloot gereed tot haringvangen".
Zang, dans, vlagoefening. Burgemeester Bührmann
hijst de wimpel op de KW 123, het schip, dat in 1960
de best verzorgde haring van de Katwijkse vloot aan
voerde. Huldiging bemanning.
16.45. Amerikaanse excercitie van rijkspolitiekapel op Sta
tionsplein.
20.00. Feest op het Stationsplein. Demonstratie van alle plaat
selijke muziekkorpsen (420 muzikanten). Deelnemende
verenigingen: Soli Deo Gloria, St. Caecilia, Wilhelmina
IJmuiden), IJmuider Harmonie, Tamboerkorps Voor
waarts, Jeugddrumband Schulpen-Meerweiden, Tam
boer- en pijperkorps christelijke gymnastiekvereniging
IJmuiden. Enkele speciale visserij nummers van de
christelijke gymnastiekvereniging „IJmuiden". Op
treden van de Ofmano's (rijwielacrobatiek). Op 20, 21
en 22 mei worden om 21.00 uur de schijnwerpers op de
vlaggende vloot aan de halzijde ontstoken. Tot en met
24 mei is er in de zaal „Felison", Heidestraat te IJmui-
den-Oost, een tentoonstelling van tekeningen en werk
stukken, vervaardigd door de Velsense schooljeugd
voor de wedstrijd, uitgeschreven door de zeevaartcom
missie IJmond. De zaal is geopend van 19.00 tot
22.00 uur.
SCHEVENINGEN
14.00. Kindercircus Dr. Lelykade.
15.30. Optocht delegaties Nederlandse vissersplaatsen van
Gevers Deijnootplein naar strand.
16.00. Oud-Hollandse visafslag op strand.
16.45. Openluchtspel „Ter haring zal ik varen" op feestterrein
Tweede Binnenhaven. Declamatie, zang, vlaggengroet,
dans. Huldiging bemanning SCH 16.
19.15. Rondmars Hoornblazerskorps Garderegiment Jagers
van Vissershavenstraat naar Dr. Lelykade.
20.00. Concert Koninklijke Militaire'Kapel.
20.15. Taptoe Koninklijke Militaire Kapel.
22.15. Vuurwerk.
VLAARDINGEN
14.30. Stertocht van vier muziekkorpsen naar Koningin
Wilhelminahaven.
15.00. Aankomst en begin feestelijkheden.
15.20. Optreden Cobi Schreijer aan boord van VL 142.
15.30. Gymnastiekdemonstratie.
15.45. Muziek.
15.50. Cobi Schreijer.
16.00. Aankomst ploeg hardlopers, toespraak burgemeester,
hysen Produktschapswimpel. Tot 20.00 uur grammo-
foonmuziek.
20.00. Muziek en zang door „La bella Musica".
21.30. Filmvertoning.
21 en 22 mei zijn kijkdagen. Op 23 mei vaart de haringvloot
uit: om 6 uur uit Scheveningen, Vlaardingen en IJmuiden.
23 tot 27 mei haringjagerijwie brengt de eerste haring aan?
19 MEI. (Hilversum I, tussen 19.30 en 19.50 uur). Radiokrant.
Morgen is het Vlaggetjesdag.
20 MEI. (Hilversum II, 17.30 uur). Radioweekjoumaal. Repor
tage van de Vlaggetjesdagviering te Scheveningen.
(Hilversum I, 19.25 uur). Maatjes in Memojandum. Een
liedje van Jan de Cler.
21 MEI. (Hilversum II, 8.18 uur). „Weer of geen weer". Een
programma van Bert Garthoff en Leo de Beer voor de
vroege zondagmorgen. Vandaag Vlaggetjesdag
vooral in het teken van hen die niet varen, maar er
alles mee te maken hebben
22 MEI. (Hilversum I, tussen 19.30 en 19.50 uur). Radiokrant.
Het feest is voorbij. Nog een half etmaal en dan: jagen.
23 MEI. (Hilversum I, 11.0011.30 uur). „Onder ons". Straks
zijn ze er: de Hollandse Nieuwe. Straks krijgt zij het
druk: de vrouw van een detaillist. Laat zij vandaag
eens vertellen. Een programma van Mia Smelt. (Hilver
sum I, 12.50 uur). Echo. Reportage van het vertrek der
haringvloot. (Hilversum II, tussen 16.45 en 17.15 uur).
„De Tovercirkel". Uitzending van een vraaggesprek
met een reporter aan boord van een logger, die ter
haring vaart. (Hilversum I, 19.10 uur). Echo. „Hallo,
hallo, hier deReportage van zee. (Hilversum II,
21.0021.15 uur). Klankbeeld over het Visserijproef
station te Utrecht. (Hilversum I, 22.20 uur). Haringtrek.
Trek in haring. Gesprekken met biologen van het
Rijksinstituut voor Visserij onderzoek te IJmuiden over
haringvangen, haringrassen, haringtrek en trek in
haring. Samenstelling: Joop Reinboud. Produktie: Tom
Bouws.
24 MEI. (Hilversum I, 9.40 uur). „Tussen de bedrijven door".
De vloot is in zee. Praten en breien zingen en boe
ten! Een boetster vertelt.... (Hilversum I, tussen 8.15
en 8.30 uur). Radiokrant (ochtendblad). Vraaggesprek
van zee.
25 MEI. (Hilversum I, 12.50 uur). Echo. Jagers spoeden naar
het vaderland. Vraaggesprek van zee. (Hilversum I,
tussen 19.30 en 19.50 uur). Radiokrant. De jagerij is in
volle gang.... Wie zal het winnen? Vraaggesprek
van zee.
26 MEI. (Hilversum II). Dingen van de dag. De winnende
jager liep binnen. Reportage van aanvoer en verkoop
van de eerste Hollandse Nieuwe. (Tijdstip afhankelijk
van binnenkomst).
27 MEI. (Hilversum I, tussen 21.10 en 22.25 uur). Malse Maat
jes in Tierelantijnen.
30 MEI. (Hilversum I, 12.04 uur). „Ben je zestig". Toen er
nog zonder instrumenten werd gevaren.
2027 MEI. (Hilversum I en II, nieuws). De speciale cor
respondent meldt,
1 JUNI. (Hilversum II, 11.0011.15 uur). Nieuws over de
Nieuwe. Mevrouw Lotgering-Hillebrand bespreekt
nieuwe mogelijkheden van de malse maatjes.
Bijzondere omstandigheden voorbehouden wordt in het
N.T.S.-journaal aan de Vlaggetjesdag-haring jagerij aandacht
besteed.
24 MEI. 17.5018.20 uur. „Rooster". Hollandse Nieuwe. Ac
tualiteiten en wetenswaardigheden voor oudere kin
deren. Vanmiddag een filmreportage van de vangers
van het zilver van de zee, een bezoek aan de Visserij-
school te Katwijk aan Zee. Samenstelling: Gerrit den
Braber.
Het gezichtsveld is eenogig en twee-
ogig; het zijveld is grof gestreept; het
periscopisch gezichtsveld fijn gestreept.
Tekening uit „De haring" door Sylvain
Lefevere.
Het is met het vissen op haring een
merkwaardig geval. De haring is name
lijk een snelgroeiende vis. Bij langzaam-
groeiende vissen kan het voordelig zijn om
de vissen flink te laten doorgroeien. Pas
even voor de sterfte een grotere rol gaat
spelen dan de gewichtstoename moet men
gaan vissen. Bij haring komt dit moment
echter al op het derde jaar, het paaijaar.
Om zoveel mogelijk gewicht aan haring
uit zee te halen moet men dus met alle
schepen die men maar heeft de driejarige
haring uit de zee halen, omdat ze daarna
in gewicht gaat verminderen door de door
slaggevende rol van de sterfte. Maar er
zijn consequenties.
Op deze manier gaat de visserij volko
men op en neer met de jaarklassen. Het
ene jaar zal men driemaal zoveel uit zee
halen als het andere. Dit is economisch
niet denkbaar. Wel haalt men zodoende
over de jaren verdeeld het meeste gewicht
uit zee maar er spelen meer factoren mee.
De prijzen zullen een belangrijke rol spe
len, maar men zit dan ook met perso
neelsproblemen en dergelijke.
Men doet het zo dus niet. En het gevolg
is dat bij een zwakke jaarklas praktisch
alles wordt weggevangen en bij een ster
ke jaarklas men nog enkele jaren enig
profijt van die haring kan hebben. Al is
het nu weer niet zo als in Noorwegen,
waar één bepaalde jaarklas vele jaren het
beeld bepaalt, omdat daar maar eens in
de zoveel tijd een sterke jaarklas komt
en de haring daar veel ouder kan worden
dan hier.
Hoe ziet een haring onder water? De
geleerden zijn van mening dat een vis on
der water net zo scherp ziet als een ge
werveld dier daarboven. In het boeiende
boekje van Sylvain Lefevere over de ha
ring geeft hij een uitvoerige uiteenzetting
over het oog van de haring. Een vissenoog
lijkt heel sterk op een fototoestel.
Door dat de twee ogen opzij van de kop
zitten heeft een vis een groot gezichtsveld.
Het zijveld van elk oog is enorm. Het zien
in de ruimte, dus met behulp van de twee
ogen, is veelal niet te onderschatten. Daar
door kunnen de vissen ook boven zich een
oogje in het zeil houden. Roofdieren en
prooien worden dan gezien als stofdeel
tjes in een lichtkegel op een donkere ach
tergrond.
Mensen hebben in het oog een iris, die
als diafragma werkt. Vissen hebben dat
niet. Pigmentcellen in het netvlies zorgen
daarvoor. Vissen schuiven de hele lens
naar voren of naar achteren, waardoor de
ogen inderdaad werken als camera's. Bij
mensen maakt men de lens boller of plat
ter.
Het netvlies is het licht- en kleurengevoe-
lige gedeelte van het oog. Het is één net
van zenuwen, aftakkingen van de dikke
oogzenuw. Alle zenuwtakjes lopen uit op
uiterst kleine „staafjes" en „kegeltjes",
de eigenlijke lichtontvangers, die de wand
vormen van het netvlies, aldus Lefevere.
Hiertussen liggen de pigmentcellen, waar
in zich zwarte pigmentkorrels bewegen.
Zij stijgen naar de oppervlakte van het
netvlies bij sterk licht, om de schadelijke
lichtsterkte te verzwakken.
De oogleden zijn bijna onontwikkeld,
traanklieren ontbreken bij vissen.
Het gezichtsveld van een haring is enorm.
Dat toont ook de tekening wel aan. De zij-
velden bedragen ongeveer 120 graden, het
periscopisch gezichtsveld is ongeveer 30
graden. Dit cijfer is waarschijnlijk ook
voor het tweeogig gezichtsveld geldig. Dit
wil zeggen dat de haring over een sector
Als op Buisjesdag de drijfnetloggers
naar zee gaan, nagewuifd door de achter
blijvende familieleden, is de jacht op de
haring begonnen. Enkele dagen later
vertrekken de trawlloggers. Ook zij gaan
de Hollandse nieuwe vangen. Maar toch
zijn dit maar twee van vele manieren om
de haring in het schip te krijgen.
Voor Hollandse Nieuwe wordt echter
geen van die andere manieren gebruikt.
Men houdt het bij de vleet of de trawl.
De vleet is een lange reeks van afzon
derlijke netten, die als een gordijn in zee
hangen. Het vissende schip laat zich, na
dat de vleet aan het voorschip is beves
tigd, rustig door de wind wegdrijven.
Het hangt als het ware aan dé netten.
's Nachts komt de haring omhoog, en
zwemt met de kop door de mazen van
het drijfnet. Wanneer de nacht het einde
nadert worden de netten gehaald. De
haringen worden uit de netten geslagen
en na het proces van kaken en warren
in de vaten gekuipt.
In de veertiende eeuw gebruikte men
deze methode al, want toen had men al
ontdekt dat de haringen tegen de avond
omhoogkomen. De drijfnetvisserij is nog
steeds een ideale visserij wat het produkt
betreft. Het net is selectief, de vis wordt
niet samengedrukt. Op het dek ziet men
dan ook altijd mooie haringen, afgewis
seld met een enkele makreel.
De tweede visserij is de trawlvisserij,
die toch veel veld wint ten opzichte van
de passieve drijfnetvisserij. Een zak
vormig net wordt door een trawler over
de zeebodem gesleept. Een groot voor
deel is dat men ook overdag haringen
kan vangen. Bij de vleet is men op één
keer „halen" aangewezen.
Bij zeer rijke visgronden, zoals tussen
55 en 58 graden noorderbreedte soms het
geval is, kan men een ringnet gebruiken.
Eén van de Duitse hospitaalschepen zal
op Vlaggetjesdag een bezoek aan Scheve
ningen brengen. Dit bezoek geschiedt om
uiting te geven aan de prettige samenwer
king tussen de Duitse hospitaalschepen en
het Nederlandse hospitaalschip „De
Hoop". Men wil schip en bemanning een
officiële ontvangst bereiden.
Er zijn twee manieren om op haring te
vissen: op de paaiplaats of bij het voedsel.
Op de paaiplaatsen concentreert de ha
ring zich in grote aantallen. Op de plaat
sen, waar de haring zijn voedsel zoekt zit
hij meer verspreid. De paaiplaatsen zijn
dan ook ideale plaatsen voor trawlers, die
daar stevige trekken kunnen maken. Met
een drijfnet zou men desnoods op de voe
dingplaatsen ook nog wel tot successen
kunnen komen. Een typische voedselvisse-
rij is de Fladenvisserij.
Een net van soms een kilometer lengte
en een diepte van tegen de honderd me
ter wordt om een grote school haring
heengevaren door kleine bootjes. Dan
haalt men de ondersim toe, en terwijl
het net door het grote vissersschip lang
zaam wordt ingehaald schept men de
haring er gewoon uit.
Men kent ook een 1 andzegen, waarbij
men de haring omsingelt en dan het net
aan de kant sleurt.
Een nieuwe loot aan de stam is de
spanvisserij. Hierbij slepen twee schepen
één trawlnet voort, dat zodoende niet
over de bodem hoeft te gaan. Men vaart
zover uit elkaar dat het net open blijft
staan.
Het „atoomnet" blijkt steeds meer een
goede vondst te zijn gewéést. Zwevende
trawlnetten, voortgesleept door één
schip, staan nu ook in de belangstelling.
De grote moeilijkheid is vooral het op de
juiste diepte afstellen van het net, waar
bij echoloden een belangrijke rol moeten
spelen.
De illustratie is ontleend aan het
aardige boekje „De haring" door Sylvain
Lefevere, waarin de verschillende soor
ten van visserij op haring zeer uitvoerig
zijn behandeld.
Zo wordt de ringzegen uitgeschoten
(1); een haringbank wordt omringd (2);
de ondersim wordt aangehaald en de
haring is gevat (3); zo wordt de
vangst aan boord gehaald (4). Teke
ning uit „De haring" door Sylvain
Lefevere.
De vis, die hand noch voet,
huid noch haar en heeft, noch veder,
maar die, argloos op en neder,
weg en weder,
vakende, zijn vinnen doet.
Oogen heeft hij, blinkende, en die
staan
gekeerd, 'k en weet niet hoe;
gaat hij slapen, eet of drinkt hij,
wilt hij boven zijn, of zinkt hij
nooit en pinkt hij,
nooit en duwt hij oogen toe.
Met den monde middagmalend,
einde en heeft hij noch begin,
maar hij muffelt, zonder staken,
met zijn muïle, en met de vlaken
van zijn kaken,
water uit en water in.
Een grote moeilijkheid bij de haring
visserij is dat men afhankelijk is van de
natuur. Geeft deze afhankelijkheid van de
ene kant de visserij z|ji] bekoring, van de
andere kant is een exacte bedrijfsvoering
daardoor moeilijker, omdat men aan het
begin van het seizoen geen duidelijke be
groting kan opmaken.
In het verloop van de vangsten komt de
afhankelijkheid van de natuur sterk tot
uiting. Jaren van goede vangsten en jaren
van slechte vangsten kunnen elkaar af
wisselen, al is het de laatste jaren toch
veelal slecht en maar weinig goed ge
weest.
De laatste jaren was vooral de Engelse
Walvisserij zeer slecht, al vormde 1960
gelukkig een jaar, dat op dat gebied min
der slecht was dan het jaar daarvoor.
Wanneer de Engelse Wal-visserij slecht
is, betekent dat de winst uitblijft. Men
kan bij goede resultaten in voor- en mid
denseizoen „net-uitkomen", maar de En
gelse Wal moet dan de winst geven, en
daaraan ontbreekt hét maar al te. vaak.
De vangsten zijn niet de enige factor
van belang. De koste spelen een. belang
rijke rol en ook de export is een zeer be
langrijk onderdeel. Elk jaar opnieuw
wordt er veel haring uitgevoerd, zowel
naar de Euromarktlanden als naar Oost-
Europa. Ook hier hebben de vangsten
echter grote invloed. Niet alleen de grootte
van de vangst, die de prijzen beïnvloedt,
maar ook de grootte van de afzonderlijke
haringen, omdat men nu eenmaal kleine
haringen moeilijk exporteert.
van 30 graden voor zijn kop kijken kan.
Voor een planktoneter als de haring
vormen de ogen een belangrijk zintuig
voor het op- en uitzoeken van zijn geliefde
procien. Zo pikt een zes weken oude ha
ringlarve onder verschillende planktondier
tjes het eerst de roeipootkreeftjes weg.
Dit is slechts mogelijk omdat deze larve
reeds zowel beweging als vorm onderschei
den kan. Wellicht speelt de kleur van de
prooi ook wel een rol. Kleurenwaameming
bij vissen schijnt eigenaardig en toch is
het door Von Frisch bewezen op zoetwa
tervis.
Hij liet een vis enige dagen achter el
kaar voedsel halen uit een rood bakje.
Daarna hield hij de vis een aantal bakjes
van verschillende kleuren voor. In één der
bakjes lag voedsel. Wel of geen voedsel in
het rode bakje, de vis ging steeds weer
naar het rode bakje. Pas wanneer bleek,
dat er geen voedsel inzat ging de vis naar
een ander bakje. Dit bewijst dat het oog
een belangrijker rol speelt in het opzoeken
van voedsel dan het reukorgaan.
De Schotse biologen zijn niet zo opti
mistisch over de vooruitzichten voor het
aanstaande haringseizoen. Ze rekenen op
een seizoen, dat aan de zeer middelmatige
kant is. De stapel van jonge haringen acht
men namelijk in geen geval groter dan
die van vorige jaren, terwijl men ver
moedt dat er minder volwassen haringen
zullen zijn dan voorheen. Men grondt dit
aan de ene kant op de steeds intensere
visserij en aan de andere kant op het
achterwege blijven van een voldoende
kwantiteit haring op de gronden.
Voor de Buchan Area verwacht men
de beste resultaten in mei, juni en juli
op de meer noordelijk gelegen wateren,
alsook op de meer oostelijke, op 50 mijl
van de havens van Buchan. Bij de Shet-
landvisserij verwacht men van juni tot
half augustus enigszins redelijke vangsten
van goede kwaliteit.
De resultaten van de Aberdeense zoge
naamde „Boxing"-visserij in het noord
oostelijk deel van de Noordzee taxeert
men gelijk aan die van het vorig jaar. In
mei verwacht men een goede kwaliteit.
Het zou daarna nog beter worden naar
mate de visserij zich zou verplaatsen naar
het noordwestelijk deel van de Noordzee.
De zomer- en herfstdrijfnetvisserij in de
Minch acht men ongeveer gelijk aan die
van vorig jaar. Er is verder een kans dat
de Clyde goede resultaten geeft. Maar
werkelijk voortreffelijke vangsten ver
wachten de mannen van het Marine
Laboratory te Aberdeen nergens.
De haring stelt de mens steeds weer voor
vele verrassingen. Twee jaar geleden deed
zich daarvan op de Engelse Wal een zeer
sterk voorbeeld voor. De biologen hadden
een goed jaar voorspeld en ze hadden
daarin gelijk want de jaarklas was bij
zonder sterk. Maar wat deed de haring?
Ze bleef weg, en men is er nog niet pre
cies achter wat ze gedaan heeft. Alleen
heeft men zo'n vaag idee, dat ze vlak
onder de Nederlandse kust door kan zijn
gezwommen.
Het Kessock seizoen is door eenzelfde
streek bedorven. De haring, die werd ver
wacht, kwam in het geheel niet en de
plannen voor een conservenindustrie in het
Black Island werden daardoor op losse
schroeven gezet.
Een Duitse firma had deze plannen ont
worpen en met behulp van de Herring
Industry Board was men tot een financie
ringsschema gekomen. Men zou haring
monsters naar het hoofdkwartier in Kiel
zenden voor laboratoriumproeven, en als
ze gunstig zouden zijn zou men een fa
briek stichten. Prachtige ideeën, die alle
maal luchtkastelen bleken. Want de haring
kwam niet en men heeft maar geen mon
sters gestuurd.
Drie-en-twintig boten hebben op de ha
ring gewacht. Ten einde raad zijn ze ten
slotte alle kanten maar opgegaan om dan
maar wat anders te vangen.
In deze krant leest u het een en
ander over de afzet van de haring, over
de consumptie, de uitvoer en de conser
vering. En het wordt dan wel duidelijk,
dat er tal van problemen bestaan.
Eén kant is tot nu toe achterwege ge
bleven: wat denkt de consument ervan?
Daarvandaan, dat we onze lezers met
hun gezinsleden in de gelegenheid stel
len hun mening te geven.
U treft op deze pagina een formulier
aan, dat u niet alleen in de gelegenheid
stelt iets te vertellen over uw voorkeuren
maar dat u bovendien een kans biedt om
een mooie prijs te winnen. Wat u te doen
hebt?
In de eerste plaats vult u de vijf en
quêtevragen in. U zet daartoe een kruisje
in het voor u juiste kolommetje. Als u
bijvoorbeeld geen haring lust zet u een
kruisje in de tweede kolom van de eerste
vraag.
Hebt u dat gedaan dan gaat u over tot
beantwoording van de vijf quizvragen. Ook
hier geldt weer: zet een kruisje in het
goede vak. Denkt u dat de kanaalvisserij
met een zinkvleet wordt uitgeoefend, dan
zet u een kruisje in het eerste vak van
de vijfde vraag.
En tenslotte de laatste opgave. We wil
len graag van u weten wat u nu zelf
denkt van de wijze waarop in Nederland
vis in het algemeen en haring in het bij
zonder aan de consument wordt gepresen
teerd. Hebt u kritiek? Ziet u betere op
lossingen? Zoudt u uitbreiding van het as
sortiment op prijs stellen? Kortom, geeft
u nu eens uw idee als consument. Als u
de vijf quizvragen juist heb opgelost be
slist deze laatste opgave over een even
tuele prijs. Er is een jury gevormd, die de
inzendingen zal beoordelen.
Deze is gevormd uit: W. Ros te Den
Haag, hoofd economische zaken van het
produktschap voor vis en visprodukten,
J. G. Kolkman, te IJmuiden hoofd voor
lichtingsbureau voor de voeding, afdeling
vis, J. L. Uitzinger, groothandelaar te Sant
poort en voorzitter commissie propaganda
vis, W. van Es, kleinhandelaar te IJmui
den en G. H. H. Maas, visserij redacteur
van dit blad.
Voor de beste inzendingen heeft de di
rectie van deze courant waardebonnen
tot een totaalbedrag van 75,beschik
baar gesteld, dat aan vis of haring kan
worden besteed.
Om mee te dingen dient u het formu
lier uiterlijk 3 juni te verzenden naar
de redactie van dit blad.
A 1. Eet u haring? Als u „ja" antwoordt,
zet u een kruisje in kolom 1, bij „nee"
in kolom 2, bij „soms" in kolom 3.
A 2. In welke maanden eet u haring?
„Zomer" is 1, „Winter" is 2, „het hele
jaar door" is 3. Als u nooit haring
eet, hoeft u niets in te vullen.
A 3. Hoeveel haringen eet u per jaar? U
kunt antwoorden: „110" (kolom 1),
„11—25" (kolom 2) of „25 of meer"
(kolom 3).
A 4. U loopt op straat en u vindt een los
kwartje in uw jaszak. Wat koopt u
nu? Kolom 1 is patates, kolom 2 is
worst, croquet of nassibal, kolom 3 is
haring.
A 5. Maakt u de haring zelf wel eens
schoon? „Altijd" is kolom 1, „soms" is
kolom 2, „nooit" is kolom 3.
En nu de quizvragen:
B 1. Wat is een groene haring? Denkt u
dat het een „niet gezouden haring" is
dan vult u kolom 1 in, houdt u het op
een „jonge haring", dan is kolom 2
uw keuze, kiest u „lichtgezouten ha
ring" dan moet u een kruisje in kolom
3 zetten.
B 2. Wat is een joon? „Ui" is kolom 1, „een
soort dobber met een vlag erop" is
kolom 2, „andere naam voor knor
haan" is kolom 3.
B 3. Wat is een steurharing? „Gekaakte
gezouten haring is kolom 1, „Haring
met kuit" is kolom 2, „ongekaakte ge
zouten haring" is kolom 3.
B 4. Een „logger" is: een zwaargebouwde
vis (kolom 1), een schip, waarmee men
haring vangt (kolom 2), een instru
ment om de snelheid te bepalen (ko
lom 3).
B 5. De Kanaalvisserjj door Nederlandse
loggers geschiedt met een: „zink
vleet" (kolom 1), „drijfnet" (kolom 2)
of „ringnet" (kolom 3).
Hebt u al deze vragen ingevuld dan kunt
u op een afzonderlijk vel papier uw me
ning geven zoals we boven hebben ge
vraagd. Gezinsleden kunnen zelf een for
mulier maken en dan meedoen.
En dan nog één ding: vergeet niet naam
en leeftijd op te geven, benevens de ver
melding „man" of „vrouw".