Amsterdamse Binnenvaart - sociëteit
viert 350-jarige beurtvaart op Haarlem
Op de Rijn onder Lobith wordt
groen en dubbelgroen geklaard
Boeiende bedrijvigheid in
douanestadje Tolkamer
SOLEX
Juridische strijd in de V.S.
om een miskende uitvinding
BOSCH koe
VIJFHONDERD SCHEPEN PER DAG
Ambachtsvrouwe wil
de Staat aanspreken
Hét fneett ue/ikoclte ttve/tA Ut SuAjopo,
Negen botersmokkelaars
in België veroordeeld
Zaterdag vaart een oude trekschuit
van het IJ naar het Spaarne
VRIJDAG 2 JUNI 1961
9
DIRK III, GRAAF VAN HOLLAND, is Nederlands eerste
douane-inspecteur geweest. Leefde hij in onze dagen, dan
zou hij wellicht de heer Dhoofdinspecteur van invoer
rechten en accijnzen te Dordrecht zijn geworden. Beide
vergelijkingen gaan natuurlijk mank, maar graaf Dirk is in
elk geval een der grondleggers van het omvangrijke appa
raat, dat tegenwoordig belast is met het toezicht op de
naleving van de thans nog van kracht zijnde „Algemene wet
toenmalige ontvangerskantoor dus, is verveelvoudigd in de
vorm van de bekende kantoren en kantoortjes. Hijneeft tal
van
„navolgers", die inspecteur of hoofdinspecteur worden
genoemd. De tollenaren in maliënkolders zijn reeds lang
vervangen door mannen, in keurig groen uniform. En waar
eens roeiboten dobberden op de Merwe en op alle andere
waterwegen waar de adellijke heren in de middeleeuwen tol
plachten te heffen, daar snijden nu kleine grijze motorboten
op de in-, uit- en doorvoer van goederen en van de accijn- door het water met snelheden van zo'n veertig kilometer
zen die van 1822 dateert en binnenkort door een nieuwe
wet zal worden vervangen. Het kasteel van graaf Dirk, het
per uur.
Gebr. v. BUGNUM Zn.
Sporthuis Wilm Flvet
Om een zandplaat
WEEKABONNEMENTEN
I
jjAffpnopiijiraip
Overal waar de gepantserde grafelijke knechten vroeger de schepen enterden en
de douane nu haar plicht vervult, is het een boeiend bedrijf, vooral op het punt waar
de Rijn ons land binnenstroomt en waar in Lobith-Tolkamer, een heel merkwaardig
binnendijks dorpje, Nederlands grootste grenspost is gevestigd met een „bezetting"
van 116 douane-ambtenaren. Deze zijn uitgerust met elf snelle motorbootjes. De
grensbezetting is er, wat de Nederlandse zijde betreft, compleet met een brigade
van de Koninklijke Marechaussee van ongeveer 45 man.
Bevoorrechte mensen zou men de man
nen van de douane kunnen noemen, om
dat ze dag in dag uit kunnen genieten van
het mooiste bedrijvige riviergezicht dat
denkbaar is. Een onafgebroken stroom
schepen trekt langzaam voorbij men
kan er de vlaggen zien van allerlei na
tionaliteiten: België, Frankrijk, Duitsland,
Oostenrijk, Noorwegen, Zweden, Zwitser
land, Polen en ons land. Het gepuf van
de oliemotoren is de lieve lange dag niet
van de lucht, de onvermijdelijke pittige
geur daarvan overigens ook niet. Af en
toe komt wat meer beweging in deze ver
traagde film door vlugge bootjes van doua
ne, marechaussee of parlevinkers, de ne
ringdoenden te water waarvan er een stuk
of tien in Tolkamer zijn en die op de sche
pen terecht kunnen als de douane nog niet
aan boord is geweest, of nadat de douane
aan boord is geweest, al naar gelang een
schip opvarend (naar Duitsland gaat) of
afvarend (van Duitsland komend) is.
Voor de douane is dit mooie Rijnpanora
ma verdeeld in vakken, waar de schepen
voor anker kunnen gaan om te worden ge
klaard, alvorens ze ons land mogen bin
nen varen. De Duitse douane, die ook in
Tolkamer is gestationeerd en bij de Ne
derlanders onder een dak resideert, ver
richt hier vooraf de „uitgaande" formali
teiten. In Emmerik gaat het net anders
om voor de schepen, die Rijnopwaarts
trekken. Daar zitten Nederlanders voor het
„uitklaren". Dat clezt samenvoeging van
de douanediensten grote tijdwinst ople
vert, is duidelijk. Bij een reis naar en
van Duitsland, die vroeger viermaal op
onthoud veroorzaakte, behoeft nu maar
tweemaal te worden gestopt. Als de druk
te niet te groot is, kunnen de schepen op
varend zelfs „groen" geklaard worden: dat
is zonder voor anker te gaan.
Groen en „dubbel groen"
„Ruim 177.000 schepen vorig jaar", zegt
de inspecteur als we vragen naar het aan
tal schepen, dat voor het douanekantoor
Tolkamer „de revue passeert". Dat is een
gemiddelde van zo'n vijfhonderd vaartui
gen per dag en dit jaar zal het cijfer wel
weer hoger liggen. De inspecteur geeft ons
een lijstje: een velletje slechts, twee
kantjes machineschrift. Maar de inhoud is
indrukwekkend. We lezen dat in 1959 55,6
miljoen ton goederen via Lobith Rijnop
en -afwaarts zijn gegaan. In hetzelfde jaar
passeerden 3396 zeeschepen, kustvaarders,
met een totaal laadvermogen van rond 1
miljoen bruto registerton (2.855.470 t. van
1 kubieke meter) en een vervoerd gewicht
van 816.000 ton.
In 1959 bedroeg het aantal in Neder
land „verwerkte" schepen in internationaal
verkeer 332.597 met een lading van 92,8
miljoen ton. Lobith nam hiervan 163.668
schepen (in en uit) met 55,5 miljoen ton
lading voor zijn rekening. Dat gaat nog
al.Zeker zal de kastelein van het eens
niet ver van hier aan de Rijn gelegen
hebbende slot tolhuis nooit hebben ge
droomd. wat uit zijn geprivilegeerd bedrijf
Ongeveer de helft van de vaartuigen,
die op de Rijn de grenspost Lobith-
Tolkamer passeren, voert groene vlag
gen in top. Ze zijn voor de douane het
sein, dat er „groen geklaard" kan
worden. Dat wil zeggen, dat de be
manning van deze schepen niet aan de
wal komt. De douanedocumenten zijn
reeds aan boord of worden door de
expeditieboten aan boord gebracht.
Deze regeling bestaat van 1 juni 1950
af, aanvankelijk alleen bij de Neder
landse douane. Naderhand is de groen-
klaring ook aan Duitse zijde mogelijk ge
worden, maar daar met uitzondering
van enige goederen. Dit zogenaamde
„dubbel groen" klaren bevordert na
tuurlijk een vlotte grenspassage en
maakt een snelle vaart mogelijk. Ook
de provisiebevoorrading van deze
categorie schepen geschiedt „op
stroom" (door de parlevinkers), maar
dat kan alleen dan geschieden, als de
visitatie nog niet heeft plaatsgehad.
nog zou groeien. „Tolhuis" de naam
leeft nog voort in een der plaatselijke
schippersherbergen, die met groots opge^
zette winkelbedrijven van een welvarende
middenstand Tolkamer een aparte sfeer
geven, iets dat aan passagieren en zo doet
denken. De tegenwoordige kastelein van
„Tolhuis" vertelt ons dat de naam „Tol
kamer" geen uitvinding is van de laatste
tijd, maar wel degelijk aan de feodale
middeleeuwen herinnert. In het kasteel tol
huis namelijk moest eens de cijns wor
den betaald in een apart vertrek, de „tol
kamer" geheten. Vandaar dus „Tolkamer'
een vooruitgeschoven post van Lobith, de
hoofdplaats van de gemeente Herwen en
Aerdt, die van het „passagieren" maar
heel weinig merkt en ten opzichte van
haar „dependance" aan de Rijn een wat
achtergebleven indruk maakt, ondanks de
poort die de herinnering aan de schippers
van vroeger levendig houdt. Geen plaats,
die zo'n toepasselijke naam draagt als Tol
kamer, het stadse dorpje in de schaduw
van een grote scheepswerf, waar de Ne
derlandse douane de oude traditie van „tol-
heffen" in nieuwe vorm handhaaft.
Het eindpunt van de route: het Spaame
tussen de Gravestenenbrug en de
Melkbrug.
Een prent van de trekschuit, die zater dag 3 juni van Amsterdam naar Haar
lem zal varen.
Advertentie
„Nu wegrijden zonder trappen"
SOLEX-SERVICE-STATIONS
Meervlietstraat 69 - Velsen-Z. - Tel. 5701
Planetenweg 40 - IJmuiden - Tel. 5290
PITTSBURGH (UPI) De Amerikaanse regering en de erfgenamen van een uit
vinder die beschouwd wordt als degeen, die de telefoongesprekken op de lange
afstand mogelijk heeft gemaakt, zijn de partijen in een der langdurigste rechts
zaken uit de Amerikaanse geschiedenis.
De uitvinder was EIwood Aristides Grissinger. Hij heeft zeer rijke jaren gekend
en was lange tijd een befaamd man. Maar hij stierf berooid en vrijwel vergeten.
Dat was op 8 oktober 1934. De dokters zeiden, dat hij moeilijkheden had gehad
met zijn spijsvertering, die tot een hartaanval zouden hebben geleid. Men had
eenvoudiger kunnen zeggen, dat hij stierf aan een gebroken hart.
Grissinger vond, enige jaren voor de
eerste wereldoorlog uitbrak, een systeem
uit waardoor telefoongesprekken op de
lange afstand mogelijk werden via een
versterkingssysteem. Deze uitvinding zou
volgens Amerikaanse getuigenissen de
eerste wereldoorlog met één jaar verkort
hebben. Toch had Grissinger kort voor
zijn dood geen cent meer, omdat, zoals
zijn familie beweert ,de regering de uit
vinding aan Frankrijk verkocht had als
-onderdeel van de surplusgoederen, die ^na
de oorlog van de hand werden gedaan.'
GRISSINGER'S uitvinding werd in 1911
gedemonstreerd op een congres van de
„Independent Telephone Associationin
Chicago. Het was een opmerkelijke de
monstratie voor die dagen. Grissinger
toonde de deskundigen, hoe de menselijke
stem kon worden gehoord op een afstand
van 7.200 kilometer zonder onherkenbaar
vervormd te worden. Hij deed dat door
zich in een kamer op te stellen, terwijl zijn
vrouw in een aangrenzende kamer aan
een andere telefoon zat. De telefoons in
beide kamers waren verbonden door een
reusachtige hoeveelheid draad ter lengte
van 7.200 kilometer. Er heerste grote span
ning in de zaal, toen Grissinger via die
enorme kluwens draad zijn vrouw Lucy in
de andere kamer opbelde. „Hallo", zei
Grissinger, „Hebben wij gelijk?" Lucy
antwoordde: „Volkomen, jij wint!"
Drie voordelen
Daarmee had Grissinger bewezen, dat
men bij voorbeeld van Chicago naar Hono-
loeloe kon telefoneren indien men zijn
systeem gebruikte. Dank zij zijn uitvin
ding konden de tot dan toe gebruikte, on
handige relayeerstations geheel vervallen.
Die uitvinding deed drie dingen: zij neu
traliseerde de over-versterking van de ge
luidsgolven, ze maakte lange-afstandsge-
sprekken mogelijk zonder tussenstations
en ze liet de menselijke stem geheel na
tuurlijk doorkomen. Het was een sensatie
en Grissinger verkocht zijn patentrechten
voor Amerka aan de American Telephone
and Telegraph Company.
Grissinger's nicht, mevrouw Priscilla
Schusler, vertelde aan UPI het vervolg
van de historie: „Toen kwam de oorlog en
alle patenten, die oom Elwood bezat voor
Engeland, Nederland België, Frankrijk en
Italië, werden door de Amerikaanse rege
ring overgenomen. Mijn oom was van
plan geweest zijn patenten aan al die
Europese landen afzonderlijk te verkopen,
zodra de oorlog afgelopen zou zijn. In-
plaats daarvan installeerde de Ameri
kaanse regering het Grissinger-systeem in
de oorlogsjaren en verkocht het na de oor
log als onderdeel van de surplus goede
ren, die naar Europa gingen. Generaal
Pershing heeft persoonlijk getuigd, dat
Grissinger's systeem er toe bijgedragen
heeft, dat de oorlog een jaar eerder ein
digde dan men algemeen verwacht had."
IN 1922 DEED Grissinger de Ameri
kaanse regering een proces aan. Hij eiste
compensatie voor wat hij noemde „een
vooropgezet plan waarbij mijn uitvinding
werd onteigend en in het geheim gebruikt
ten voordele van de Amerikaanse rege
ring en alle geallieerden, terwijl ik daar in
geen enkel opzicht baat bij had en zelfs
niet de erkenning kreeg, de uitvinder te
zijn van iets, dat in grote mate had bijge
dragen tot het winnen van de oorlog en
het redden van mensenlevens en eigen
dommen
Grissinger bleef echter aan de verlie
zende kant. Men stelde herhaaldelijk
„vriendschappelijke regelingen" voor
maar geld werd er nooit betaald.
Miljoenen zaak
„Alle geld, dat mijn oom ooit had ont
vangen uit de verkoop van zijn patent in
Amerika, ging in die rechtszaak op," zo
vertelt mevrouw Schusler. Grissinger
kreeg zijn dodelijke hartaanval, terwijl hij
het huwelijk van zijn nicht bijwoonde en
sindsdien heeft ^zij de strijd voor hem
voortgezet. „Dat doe ik niet, voor mijzelf"
zegt zij, „maar voor tante Lucy (Grissin-
gers' weduwe), die in Buffalo woont, haar
huis niet meer kan verlaten en vrijwel
voortdurend verpleegstershulp nodig heeft.
De regering heeft van Frankrijk 400 mil
joen dollar voor het telefoonsysteem ont
vangen, maar alles wat ik namens tante
Lucy vraag, is een redelijk pensioentje.
Zij is nu 89 en helemaal alleen."
Twee Senatoren, Jacob Javits en Ken-
eth Keating, beiden uit New York, heb
ben in 1957 de kwestie bij het Congres
aanhanging gemaakt. Hun bemoeiingen
zijn echter nooit verder dan het commis
siestadium gekomen en daar is het tot
nogtoe bij gebleven.
Advertentie
Heden TENTEN-SHOW
Breestraat 158 - Beverwijk - Telefoon 3854
De campingzaak met gedegen voorlichting
Op „de plaat" van Oude Tonge verrijst
éen zandeiland, waarop, zodra het op
pervlak groot genoeg is, een asfalt-beton-
fabriek zal worden geplaatst. Een eerste
begin is al gemaakt met de aanleg van
het 3Vj kilometer lange middenstuk van
de Grevelingendam tussen Schouwen-Dui-
veland en Goeree-Overflakkee. Het is de
bedoeling om voor de komende winter dat
gedeelte van de dijk dat op „de plaat"
van Oude Tonge komt te rusten, met beton
en asfaltglooiing gereed te hebben. Terwijl
een steeds dieper wordend gat in een ge
deelte van de plaat van Oude Tonge wordt
geslagen en op het andere gedeelte een
eiland verrijst omdat men het zand trans
porteert, overweegt de ambachtsvrouwe
van de heerlijkheid Grijsoort en Klinke-
land te Goeree-Overflakkee, de staat dér
Nederland een proces aan te doen wegens
het zonder haar toestemming winnen van
zand en het aanleggen van een dijk op
deze plaat. De ambachtsvrouwe, gravin
De Chamburen, maakt namelijk ook aan
spraken op de plaat van Oude Tonge. De
daarop gelegen oester- en mosselpercelen
zijn haar eigendom. Uit de achttiende eeuw
daterende kaarten zouden volgens haar
uitwijzen, dat toen reeds rekening werd
gehouden met deze aanspraken en dat de
heerlijkheid Grijsoort zich zou uitstrekken
tot de geul van Grevelingen aan de kant
van Schouwen-Duiveland.
Boterverbruik is sterk gestegen
Uit het Produktschap voor margarine,
vetten en oliën verstrekte gegevens om
trent het verbruik in Nederland, blijkt dat
in het eerste kwartaal van dit jaar het
boterverbruik? in vergelijking met het
eerste kwartaal van 1960 zeer aanzienlijk
is gestegen, namelijk van 8.958 ton tot
14.654 ton, terwijl daarentegen het ver
bruik van margarine is gedaald van 57.999
tot 54.979 ton. Het verbruik uitgedrukt in
kg. per hoofd per jaar steeg voor boter in
het eerste kwartaal van dit jaar tot 5,06
tegen vorig jaar 3,13, terwijl dat voor mar
garine daalde van 20,30 tot 19.00.
Havenverkeer Amsterdam. In de
week van 21 tot en met 27 mei zijn in de
hoofdstedelijke haven aangekomen 136
schepen (351.451 brt.) en vertrokken 158
schepen (380.283 brt.).
Advertentie
Alleenvarf. N.V.Willem van Rijn,
Amsterdam-W. Postbus 8005
krijgen, want zowel de Amstelstad als de
Spaarnestad beide aan het water ont
staan en vanouds door het water verbon
den gaat een toekomst tegemoet in de
wetenschap, dat de grenzen zullen verva
gen, de gezamenlijke belangen zullen ver
meerderen en het goede samenspel zal
worden vereist.
350 jaar geleden
De tweede aanleiding tot het maken van
deze pelgrimage wordt gevormd door het
feit, dat het juist 350 jaar is geleden, dat
de stadsbesturen van Amsterdam en Haar
lem na langer dan een eeuw geworsteld
te hebben met moeilijkheden op het ge
bied van hun scheepvaartverbinding een
akkoord sloten, waarbij werd overeengeko
men, dat op het buitenveer Amsterdam-
Haarlem vier Haarlemse en drie Amster
damse schuiten zouden varen.
Dit akkoord was op zichzelf uiteraard be
langrijk. Maar het grote belang er van
school meer nog in de omstandigheid, dat
de overeenkomst van 1611 de voorloper was
van de hierop gevolgde afspraak, dat na
26 september 1612 de veerschippers van
Amsterdam en Haarlem „het veer sullen
hebben ende gebruyeke halff ende halff,
varende dagelijcx schuyt om schuyt,"
waarmede de beurtvaart tussen Amstelstad
en Spaarnestad officieel tot stand was ge
komen.
De Amsterdamse Binnenvaart-Sociëteit
erkent de instelling van de beurtvaart tus
sen Haarlem en Amsterdam, nu 350 jaar
geleden, als een belangrijk historisch fêit
in de ontwikkeling van de verbindingen
tussen beide steden. Mede om aan dit feit
te herinneren, werd de trekschuittocht ge
organiseerd.
Na afloop van de min of meer plechtige
feestelijkheden heeft in de Vleeshal een
avondmaaltijd plaats.
BRUSSEL De Antwerpse rechtbank
blijkt het druk te hebben met het be
rechten van botersmokkelaars en onder de
beklaagden zijn als regel ook wel enige
Nederlanders. Zo heeft zij maandag een
aantal veroordelingen uitgesproken wegens
het smokkelen van Nederlandse boter in
de laatste maanden van het vorig jaar
en in het begin van 1961. In 1959 was een
combinatie tot stand gekomen om boter,
die zou worden gekocht in Nederland over
de Belgisch-Nederlandse grens te smokke
len. De boter werd geladen in het koelhuis
van Dongen, waar de directeur medeplich
tige was. Er werd 1200 kg boter, ondanks
het feit dat een douaneversperring moest
worden doorbroken, over de grens gebracht.
Daarna werden nog drie reizen onderno
men. Later werden de chauffeurs echter
ontevreden omdat zij meenden dat zij het
gevaarlijkste werk moesten doen en dat
zij hun beloning te gering vonden. Zij be
sloten een vracht voor eigen rekening te
verkopen en de opbrengst te delen. Hun
opdrachtgevers zeiden zij dat de boter en
de vrachtauto door de douane waren ge
pakt. De opzet gelukte, boter en auto wer
den in België verkocht en de buit ge
deeld. De opdrachtgever geloofde het zaak
je echter niet en hij pakte een van de
chauffeurs hardhandig aan. Die klaagde
hem daarop aan wegens „onrechtmatige
betichting van diefstal". Dat wekte echter
argwaan bij de douane en de rijkspolitie
en binnen enige maanden was de gehele
smokkelaarsbende opgerold. Samen wer
den zij maandag veroordeeld tot in totaal
ongeveer 136 maanden gevangenisstraf en
een boete van 2,5 miljoen Belgische frank
of 175.000,- wegens ontdoken rechten.
Negen Nederlanders werden tot gevan
genisstraffen, variërend van vier maanden
tot twee jaar veroordeeld.
dienen uiterlijk op woensdag te worden
betaald, daar de bezorgers op donder
dag moeten afrekenen.
DE ADMINISTRATIE
mede dank zij de medewerking van Haar
lems Bloei, feestelijk ontvangen door een
aantal Haarlemse bloemenmeisjes, een mu
ziekkorps en leden van de sociëteit Teis-
terbant. De ontscheping heeft om vijf uur
plaats tussen de Gravestenenbrug en de
Melkbrug. Na een wandeling van het
Spaarne af via de Korte Veerstraat, de
Anegang en de Grote Houtstraat wandelt
de stoet naar Teisterbant waar Godfried
Bomans een passende tekst zal uitspreken.
De president van de evenementencom
missie van de binnijvaartsociëteit, Jan
Mastenbroek, zal voorts een rede houden
waarin hij onder meer de historische
scheepvaartverbindingen tussen Haarlem
en Amsterdam zal belichten.
Aanleidingen
Zoals wij al zeiden wareh er voor deze
vrij merkwaardige tocht twee aanleidin
gen. In de eerste plaats namelijk is men
zich de laatste jaren met name in Amster
damse haven- en scheepvaartkringen sterk
bewust geworden, dat Amsterdam zowel
als Haarlem en overigens ook het IJmond-
gebied en de Zaanstreek, betrokken zijn
bij een ongekende ontwikkeling, die men
de ontwikkeling van de Noordzeekanaal-
agglomeratie noemt.
De eigen belangen van steden en stre
ken in deze agglomeratie worden, zo meent
men, in feite steeds meer ondergeschikt
aan de belangen van alle vesten en buurt
schappen in het gezamenlijk tot ontwikke
ling gebrachte gebied. Daarbij groeien de
Amsterdamse havens snel in de richting
van Haarlem en zijn de hoofstedelijke
woon- en werkgebieden Halfweg reeds ge
naderd.
De sociëteit heeft overwogen, dat deze
uitbreidingen van het Amsterdamse woon-
en werkgebied, gepaard gaande met een
krachtige expansie van de economische in
vloed van de hoofdstad, de buurgemeenten
en aanliggende streken ook wel eens min
der aangenaam zouden kunnen zijn. Dit
zou, aldus de sociëteit, een te betreuren
gang van zaken zijn, die niet in het be
lang van een harmonieuze ontwikkeling
van de agglomeratie is. Immers: langer
reeds dan velen wellicht nog vermoeden,
liggen de belangen van Amsterdam en
Haarlem al verstrengeld op het éne ge
bied van een zich zo vlot mogelijk vol
trekkende ontwikkeling van de combinatie
Kennemer-, Zaan- en Waterland, waarin
beide steden een eigen taak en functie
naast eenzèlfde toekomst hebben.
De komst met de trekschuit, in een sfeer
die niet vreemd is aan een van de meest
befaamde produkten van de vaderlandse
letterkunde, namelijk van het bij uitstek
Haarlemse boek de „Camera Obscura",
wil de goede nabuurschap accentueren in
deze tijd, die juist door de geschetste ont
wikkeling ook wel aanleiding zou kunnen
geven tot wrijvingen, „pericule van ge
vecht en de becommernissen" tussen Am
sterdam en Haarlem. De oude band tus
sen deze twee roemrijke steden moet, al
dus de sociëteit, nieuwe glans en luister
Morgenmiddag 3 juni zullen der
tig leden van de Amsterdamse Binnen-
vaartsociëteit, gehuld in kostuums uit de
teit twee aanleidingen gevonden. In de
een in historische omlijsting geplaatste
tocht per trekschuit van Amsterdam via
het IJ en het Spaarne naar Haarlem ma
ken. Voor deze merkwaardige tocht
heeft de Amsterdamse Binnenvaartsocië-
teit twe aanleidingen gevonden. In de
eerste plaats is het dit jaar 350 jaar gele
den, dat de stadsbesturen van Amster
dam en Haarlem een overeenkomst slo
ten over een geregelde scheepvaartver
binding tussen beide steden en in de
tweede plaats is men zich de laatste
jaren vooral in Amsterdamse haven- en
scheepvaartkringen meer en meer be
wust geworden, dat Amsterdam en Haar
lem betrokken zullen worden bij de ont
wikkeling van de Noordzeekanaal-agglo
meratie.
Een originele pakschuit kan uiteraard
niet meer de oorspronkelijke route langs
het tegenwoordige Sloterdijk en Halfweg
kiezen. Daarom gaat men buitenom via
het IJ en het Spaarne. Om kwart over drie
arriveert de trekschuit, met daarachter
een motorpassagiersschip met genodigden,
bij de sluis in Spaarndam er volgt een
ontscheping tijdens het schutten van de
schepen in welke tijd er paling gegeten
zal worden op de sluis.
Om vier uur vertrekt men weer uit
Spaarndam en om half vijf wordt Haar
lems stedelijk gebied binnengevaren. Dan
ook zal er een jaagpaard worden inge
spannen. In Haarlem wordt het gezelschap,
Het beginpunt van de trekschuittocht,
die zaterdag gehouden wordt: het
trotse havengebouw aan het IJ.