De Gaulle en Kennedy toonden zich opvallend eensgezind mm Ut POLITOERWAS Britten houden slag om de arm wat de EEG betreft Chaos in autorijschoolbedrijf Tweeduizend instructeurs verstaan het vak niet De werkende vrouw vraagt een eigen plaats *11! KOSTUUMS SPORTKOLBERTS PANTALONS MET SILICONEN Werkelijke concessies bleven nog uit Minister Watkinson acht oorlogskansen gering Scherpe critiek tijdens congres in Utrecht fpii GEEFT EEN SPIEGELGLANS V RIJ DAG 2 JUNI 1961 13 W. R. Heymann overleden Examens l i If Ü1 r te kust en te keur, in prijzen van ƒ160.tot 260. van Harris Tweed en Donegal Tweed van terienka en trevira in diverse kleuren Zijlstraat 71 Haarlem Prins Bernhard naar Frankrijk en Engeland BUITENBOORDMOTOREN SCHUURMANS FL. 1.- PER FLES VAN 100 CM3 WEU-ASSEMBLEE UITEEN Ongezond en wankel Taak voor overheid 4 De schlager-componist Werner Richard Heymann is in de ouderdom van 65 jaar te München overleden. Amsterdam. (Gem. Un.). Bevorderd tot arts de heer G. J. M. Gerrits, Zandvoort. C l| M (Van onze correspondent) PARIJS Amerika's president John F. Kennedy zal, wanneer deze regels onder de ogen onzer lezers komen, zijn Europe se programma voor de eerste étappe al weer hebben afgewerkt. Vanavond zal hij met zijn vrouw Jacqueline afscheid ne men van het Franse presidentiele echt paar De Gaulle, om morgen in Wenen op het appèl te verschijnen voor de tweede helft van zijn reis en werkplan: de ontmoe ting met zijn Russische tegenstander Niki- ta Kroesjtsjev. Zelden heeft men overigens twee staats lieden, die de superlatieven niettemin met beheersing plegen te hanteren, elkander in het publiek zoveel warme en uitbundige lof horen toezwaaien. De Gaulle noemde de 44-jarige Kennedy een filosoof en wer kelijk staatsman, en de Amerikaanse pre sident verzekerde zijn gastheer dat de he le westelijke wereld hem als de kapitein en inspirerend voorbeeld bewondert en er kent. Betekenen die soms bijna pathetische gevoelsontladingen nu dat de beide presi denten elkaar, politiek gesproken, plotse ling in de armen zijn gevallen en dat het diplomatieke klimaat tussen Amerika en Frankrijk nog slechts door rozengeur on der maneschijn zou worden beheerst? na tuurlijk "niet. Men kan die innige vriend schapsbetuigingen beter verklaren in het licht of aan de hand van het volgende op onthoud van Kennedy's Europese reis en van zijn ontmoetingen morgen en zondag met Nikita Kroesjtsjev. Het is begrijpelijk en duidelijk dat beide staatslieden in het publiek niet de minste schijn van twee dracht hebben willen geven, al mocht de idylle door een overdaad van ijver dan misschien ook niet steeds volledig geloof waardig lijken. Dat de diplomatieke onwaarachtigheid, om het woord dan maar te gebruiken, gis teren in Parijs een iets hogere graad dan gewoonlijk had bereikt, kwam trouwens ook wel in concretere aanwijzingen tot uiting. Na de eerste dag werd van Franse én Amerikaanse kant eensluidend bekend gemaakt, dat de beide presidenten binnen het half uur waarvan de helft dan nog aan vertalingen verloren ging een vol ledig akkoord over Berlijn hadden bereikt. Gisteren werd die opwekkende mededeling alweer herroepen of tenminste gecorri geerd met de toevoeging dat de twee staatshoofden het alleen waren eensgewor- den over de algemene principes en over de absolute weigering van het westen zich uit Berlijn te laten verdrijven. Dankzij zekere indiscreties, die wat later zouden doorsij pelen, kreeg men daarna een iets aanne melijker beeld van de wederzijdse stel lingen en verhoudingen. Het staat wel bui ten kijf, dat De Gaulle noch Kennedy West-Berlijn aan de Russen prijs wil ge ven, doch de practische condities vóór en de consequenties van die standvastigheid vertonen aan Franse en Amerikaanse zij de al veel meer onderlinge verschillen. Kennedy moet op grond van zijn militai re rapporten nu de overtuiging zijn toege daan, dat Berlijn en a fortiori West-Duits- land niet te verdedigen valt, zonder dat de Amerikanen van de Franse vliegvelden gebruik zullen mogen maken. Het verbod dat De Gaulle in dit verband begin vorig jaar uitvaardigde, zou dus eerst herroepen moeten worden. Heeft het Franse staats hoofd zich tot zo'n herroeping bereid ver klaard? Niets dat er op wijst. Doch in elk geval ligt het niet in zijn persoonlijke lijn zo'n gewichtige consessie te doen, zonder Amerikaans tegenwicht. En ook van zo'n Amerikaans gebaar is weer niets bekend geworden. Zeker is eveneens dat deze problemen onmogelijk besproken en diepgaand onder zocht konden worden, zonder dat de be ruchte Amerikaans-Franse controverse in zake de Noordatlantische Verdragsorgani- Advertentie Prins Bernhard is vanmorgen naar Pa rijs vertrokken voor een bezoek aan de Salon International de l'Aviation. Zater dag keert de Prins naar ons land terug Voorts zal prinses Irene door haar va der in de regerings-Friendship maandag naar Londen worden gevlogen, waar de Prinses het huwelijk van de hertog van Kent zal bijwonen. De prins keert dezelf de dag naar Nederland terug. Ter gelegenheid van het bezoek van president Kennedy en zijn echtgenote is op het Elysee in Parijs een staatsie banket gehouden. Op de foto v.l.n.r.: Premier Debré (staand), mevrouw De Gaulle, president Kennedy, president De Gaulle en mevrouw Kennedy. satie op het tapijt verscheen. De kwesties van de militaire integratie en van het di rectorium der drie grote westelijke lan den, het triumviraat in de NAVO waartoe Frankrijk samen met Amerika en Groot- Brittannië zou willen behoren, zullen zon der twijfel aan de orde zijn geweest, maar heeft zich daarbij ook enige toenadering afgetekend? Bekend is alleen dat president Kennedy ten overstaan van de permanente NAVO-raad gisteren wel met enige nadruk heeft verklaard, dat de zones, die thans door de organisatie wor den bestreken, noodzakelijk zullen moeten worden uitgebreid. Zoals men weet, ha mert ook het Franse staatshoofd, generaal De Gaulle, jaren op datzelfde aambeeld Dat Kennedy echter in tegenstelling met zijn voorganger Eisenhower, nu ook be reid zou zijn Frankrijk tot Atlantische su- per-mogendheid te promoveren, is daaren tegen nog uit geen enkel woord of symp toom gebleken. En evenmin lijkt de Fran se hoop gerechtvaardigd, dat de Amerika nen Parijs nu plotseling in de club der er kende kernlanden zouden willen toelaten. Advertentie Evinrude-Johnson-Buccaneer fl nu al vanaf Showroom O.Z. Voorb.urgwal 121 - 123 Amsterdam - Telefoon 242108 Haarlem - Telefoon 14279 Betaling eventueel in overleg De enige zaak in Nederland met een eigen fijn-mechanisch bedrijf. Onont beerlijk voor Uw service. Advertentie tturg (Van onze correspondent) LONDEN. De Assemblee der Westeuropese Unie heeft donderdagavond Londen, na vier dagen vergaderen, vaarwel gezegd. Voor de Britten vooral is deze eerste bijeenkomst van de W.E.U. in Engeland van groot belang geweest, omdat het gevoel van saamhorigheid tussen hen en het Europese vasteland er door versterkt is. Behalve de Lagerhuisleden gaven premier Macmillan en twee andere Britse ministers blijk van actieve belangstelling voor het werk van de W.E.U., hetgeen als een gunstig teken mag worden opgevat, nu de Britse regering op het punt staat, wat de Euromarkt betreft, de sprong over het Kanaal te wagen. Dit gaf deze W.E.U.-Assemblee thans bijzondere betekenis. Het was de W.E.U., welke op 30 november 1960 in Parijs de eerste schrede zette op de weg van een Brits-Europees samengaan. De pas besloten Assemblee ging zoals gemeld, een stap verder door voorberei dende besprekingen tussen vertegenwoor digers van de zeven WEU-landen en die van de Executieve Commissie van de E.E.G. aan te bevelen, waarbij voorzich tigheidshalve op Britse aandrang uitdruk kelijk werd gevraagd rekening te houden met Engeland's speciale problemen inzake het Gemenebest, de Kleine Vrijhandelsas sociatie en de positie van de Britse land bouw. Sommige Engelse voorstanders van toetreding van Engeland tot de Euro- markt, waarschuwden dat men zich dien de te hoe-den voor onbezonnen geestdrift bij de campagne hiervoor, omdat zulks waarschijnlijk in Engeland tot averechtse gevolgen zou kunnen leiden. Het Lagerhuislid Maurice Macmillan, de zoon van de premier, achtte het bijvoor beeld verkeerd te beweren, dat het be slist noodzakelijk is dat Engeland tot de Euromarkt moet toetreden. Het is, zei hij, in hoge mate wenselijk dat zulks gebeurt, Het geen echter betekent dat voor Enge land in beginsel een andere koers open blijft... De vastelanders hebben door deze en andere uitlatingen weer eens kennis ge maakt met het fijn geschakeerde, anti-dog matische karakter van de Britse politiek, welke meer dan elders op proefondervin delijkheid berust, al is dit in de Europese historie vaak als laaghartige dubbelzinnig heid uitgelegd. De Assemblee heeft zich donderdag met het defensievraagstuk beziggehouden en op nieuw gehamerd op de dringende noodzaak van verdere integratie op dit gebied. De Britse minister van Defensie Harold Wat kinson drong daar in een uitvoerige rede eveneens op aan. Uit de debatten bleek dat de Navo wat dit betreft voor 'n belang rijk deel nog in de kinderschoenen staat. Pas in de laatste anderhalf jaar is er bij voorbeeld enig schot in de standaardisering der bewapening gekomen, maar de eigen nationale militaire methoden overheersen nog sterk en dat terwijl sommige dingen gemakkelijk en zonder enige kosten kun nen worden geharmoniseerd, zoals de di verse militaire transportsystemen. Een Brits parlementslid, de gepensioneerde brigade-generaal Sir Otto Prior-Palmer, verklaarde dat het nog steeds bovenmense lijke inspanning kost om 'n divisie of 'n legerkorps in Navo-verband te verplaatsen. Dit is een belachelijke toestand waaraan een einde moet komen, zeide hij. Versnippering en geldver spilling is de zwakheid van de democrati sche landen welke zich geplaatst zién tegenover een gesloten dictatuur. Het on derlinge overleg dat in geval van oorlog dringend nodig is vooral wat betreft het gebruik van nucleaire wapens, komt ook moeizaam op gang. Alleen in geval van 'een verrassingsaanval, zei hij is iedereen op eigen oordeel aangewezen. Weinig oorlogsgevaar Watkinson zette nog eens uiteen, dat zo veel mogelijk zal worden getracht een oorlogsconflict tot conventionele strijdmid delen te beperken. Hij zei dat doelmatig en goed afgewogen Navo-strijdkrachten sa men met de wil om deze zo nodig te gebruiken 't uitbreken van 'n algemene oor log kan voorkomen. Hij wilde tevens het gevaar van een zogenaamde beperkte oor log in Europa niet overdrijven. Het Rijn- leger veroorzaakt de Briten wegens de de- viezenkosten veel hoofdbrekens. Het West- duitse valuta-overschot is ongeveer gelijk aan de kosten voor de handhaving van de Britse en Amerikaanse strijdkrachten in de Bondsrepubliek. De Assemblee sprak zich uit voor een gezamenlijke produktie van het merendeel der militaire uitrusting voor de Atlantische en Westeuropese bondgenootschappen, waarbij de samenwerking reeds in de vroegste fasen van het militair industriële onderzoek dient te beginnen. De chaotische situatie in het autorij schoolbedrijf heeft onmetelijke vormen aangenomen. Het aantal autorijscholen in ons land nadert de 5.000 en met on geveer 6.000 motorrijtuigen worden thans in ons land autorijlessen gegeven. Van de 6.000 rij-instructeurs zijn er naar schat ting 2.000, die wegens gebrek aan vol doende kennis en het ontbreken van pedagogische en psychologische talen ten, niet in staat zijn de leerlingen het juiste onderricht te geven. Dit heeft de voorzitter van de vakafde ling autorijscholen van de Federatie van Nederlandse Organisaties voor het Per sonenvervoer (F.N.O.P.), de heer W. I. Boereboom, vanmorgen gezegd op het na tionale congres van autorijschoolhouders dat in Utrecht wordt gehouden ter gele genheid van het vijftienjarige bestaan van de vakafdeling. Een verzoek om een vestigingsbesluit autorijschoolbedrijven is in 1958 afgewe zen. In 1954 werd- het ministerie van Ver keer en Waterstaat, gevraagd, een speciale autorijschoolwet in te stellen. De in de Grondwet gewaarborgde vrijheid van on derwijs en het daarop gebaseerde arrest van de Hoge Raad noopten de minister toen echter, een negatief besluit te nemen. Het autorijschoolbedrijf is nog steeds een vogelvrij beroep, aldus de heer Boere boom. Vele zichzelf instructeur noemende lieden kopen, nauwelijks nadat zij zelf met veel moeite het rijbewijs hebben ge haald, een wagen en brengen daarop een bord met de vermelding erkend en gedi plomeerd instructeur" aan, zonder dat zij ook maar enig begrip hebben van hun ver antwoordelijke taak. Door middel van al- WAT MOET IK WORDEN? De term „werkende vrouw" ontstond eerst tegen het einde van de vorige eeuw, toen vrouwen toelating hadden weten te verkrijgen tot verschillende takken van onderwijs, zoals vhmo, kweekschool en universiteit, en zij zich als gelijkwaardige aan de man in de hoger gekwalificeerde beroepen een plaats op de arbeidsmarkt gingen ver overen. Ongeveer tegelijkertijd kwam het in zicht dat voor verschillende werkzaam heden, tot dan toe verricht in de sfeer der filantropie, deskundige krachten nodig zijn. De eerste huishoudscholen, verpleegsteropleidingen en de school voor maatschappelijk werk ontstonden, en vroegen op hun beurt om deskundi ge leerkrachten. Wij weten met hoeveel strijd en moeite de eerste generaties van werkende vrouwen het recht op scholing en arbeid verwierven. Het meisje dat in 1961 het vhmo ver laat wordt vrijwel tot alle daarop aan sluitende beroepsopleidingen toegela ten. Toch zijn in bepaalde opzichten de beroepskeuze en de arbeidssituatie voor de vrouw moeilijker dan die voor de HET GROOTSTE DEEL der vrou wen treedt tussen haar twintigste ën dertigste jaar in het huwelijk en legt dan direct of na korte tijd de beroeps arbeid neer. Meestal voorgoed, doch meer en meer zien wij het verschijn sel dat de gehuwde vrouw na verloop van enige jaren op de arbeidsmarkt weerkeert, zij het vaak bij voorkeur voor part-time werk. We kunnen aannemen dat bij de jon gen bij de beroepskeuze het financiële perspectief aan dat beroep verbonden, zijn voorkeur voor dat beroep mede kan bepalen. De jongeman en zijn ou ders zijn bereid voor zijn toekomstige carrière financiële en andere offers te brengen. Bij het meisje is de kans dat zij niet huwt, dan wel als gehuwde vrouw, we duwe of gescheiden vrouw als kostwin- ster voor zich zelf of voor een gezin zal moeten optreden, wellicht hoogstens 1 op 4. In elk individueel geval zal bo vendien de neiging bestaan de goede kansen vergroot, de kwade verkleind te willen zien. Het meisje dat voor de be roepskeuze staat en ook haar ouders, denken bij de beslissing liever èan een nuttig effect op korte termijn dan aan de verre toekomst. De zekerheid in en kele jaren in het bezit te zijn van een diploma dat, zijn waarde blijft behou den, enige beroepservaring te hebben opgedaan en door studie en werk toch haar algemene horizon te hebben ver wijd, tellen bij haar zwaarder dan de betrekkelijk geringe kans eens voor de noodzaak te staan zich door haar ar beid een levenspositie te moeten ver overen. De directe financiële conse quenties, zoals minder studiekosten, respectievelijk het direct toucheren van een salaris, versterken de voorkeur voor een beroep met korte opleiding of het direct aanvaarden van een betaal de functie. DE SITUATIE op de arbeidsmarkt werkt deze beslissing in de hand. Er functie, die op dit moment zowel wat betreft de aard van het werk als wat betreft de arbeidsvoorwaarden zeer aanlokkelijk is, doch die over enige ja ren niet meer passend is voor financië le en geestelijke behoefte van de iets oudere werkende vrouw. Een omzwaai naar totaal ander werk op oudere leef tijd kost meestal meer energie en geld dan wanneer op jeugdiger leeftijd even door de zure appel heengebeten moet worden. De weg van de minste weer stand blijkt in het beroepsleven achter af vaak de zwaarste te zijn. Wat haar situatie in het beroepsleven en in het algemeen in de maatschappij betreft, heeft de werkende vrouw er re kening mede te houden, dat zij in ver schillende opzichten deel uitmaakt van een minderheidsgroep. De groep der werkende vrouwen vormt kwantitatief zijn juist voor jonge vrouwen tal van aantrekkelijke vacatures, terwijl ver schillende functies in de verzorgende sector haar de gelegenheid bieden di rect het gevoel te hebben een waarde volle maatschappelijke bijdrage te le veren en tevens kennis en ervaring op te doen, die in het huwelijk van pas kunnen komen. Uit de statistiek van het CBS: Toela ting en vertrek bij het voortgezet on derwijs 1955-1957 blijkt dan ook, dat de vrouwelijke abituriënten van het vhmo relatief meer dan haar mannelijke col lega's opleidingen op middelbaar ni veau verkiezen dan wel direct de prak tijk in gaan. Dit verschil is zeker voor een groot deel te verklaren uit boven genoemde overwegingen. Het is onmogelijk in een artikel als dit adviezen te geven welke overwegin gen bij de zo sterk individuele beslissing over de beroepskeuze uiteindelijk de doorslag moeten geven. Er zij echter gewezen op een gevaar dat juist bij het huidig arbeidstekort extra groot is, nl. om de keuze te laten vallen op een en kwalitatief een minderheid t.o. v. de (werkende) man. Doch ook t.o.v. de gehuwde vrouw vormt zij numeriek de minderheid. Bij onderverdeling van de bevolking in leeftijdsgroepen, lijkt deze minderheidspositie met het stijgen van de leeftijd zich steeds meer te ver scherpen. IN DE meer intellectuele beroepen heeft het equal pay for equal work vrijwel overal ingang gevonden. Het wordt haar echter zowel door mannelij ke collega's als door vele gehuwde-niet- in-beroep-werkzame vrouwen maar nauwelijks gegund. Men neemt graag als vanzelfsprekend aan dat de eenper soonshuishouding van de ongehuwde aanmerkelijk goedkoper is dan de ge zinshuishouding, terwijl men van de werkende vrouw verwacht, dat zij naast haar volledige dagtaak haar huishou ding even zuinig kan bestieren, als de gehuwde vrouw, o.m. door zelf te naai en, te wassen enz. Een en ander onder het motto, dat zij zulks toch gaarne als ontspanning doet. Zo niet, dan is zij .Onvrouwelijk". Hoewel menige wer kende vrouw enkele huishoudelijke werkjes inderdaad als een ontspanning aanvoelt, zullen alleen reeds tijdgebrek en onvoldoende behuizing en outillage haar deze arbeid vaak als een extra belasting voorkomen. De werkende vrouw heeft evenals de man na werk tijd behoefte aan andere dan beroeps matige contacten. Gezinsvreugden en -zorgen leiden hem af van zijn beroeps problemen; de alleenstaande werken de vrouw ontbeert een dergelijke aflei ding en loopt daardoor gevaar niet vol doende van haar werk los te komen. Afleiding zoeken buitenshuis betekent voor haar dikwijls een aanslag op het budget, opbrengen van energie om, een maal thuis, er weer op uit te gaan, en uitstel van noodzakelijke huishoudelij ke bezigheden. Men kan niet aan de indruk ontko men, dat de maatstaven die aangelegd worden voor de salarisschalen voor vrouwelijke functies in het algemeen ten nadele van de vrouw uitvallen. Bijna elke werkende vrouw kan tij dens haar loopbaan met moeilijkheden, discriminaties en tekenen van weinig begrip voor de situatie waarin zij zich als werkende vrouw bevindt, gecon. fronteerd worden. Hoe beter het beroep dat zij uitoefent en het werk dat zij verricht bij haar passen, des te groter kan de voldoening zijn die zij in haar werk vindt. VERSCHILLENDE vrouwenorganisa ties stellen zich o.m. tot doel de posi tie van de werkende vrouw juridisch en maatschappelijk te verbeteren. Zij trachten dit niet alleen te doen door de overheid en de publieke opinie te beïnvloeden, en op te komen voor de rechten van de werkende vrouw; zij helpen de vrouw mede te zoeken naar de wijze waarop zij het beste een plaats in de maatschappij kan vinden en zich daar staande kan houden, en wijzen daarbij er ook op, dat maatschappelij ke erkenning slechts kan worden ver worven, indien de vrouw toont dat zij bereid is al haar krachten en capaci teiten bij haar werk in te zetten. Een goede beroepskeuze vormt hiertoe het eerste begin. K. van Dalfsen Lid van de Ned. Bond van Vrouwen Werkzaam in Bedrijf en Beroep. lerlel aanlokkelijke advertenties, waarvan er sommige beslist misleidend zijn, wordt het argeloze publiek zand in de ogen ge strooid. aldus de spreker. Op deze manier komen er tientallen rij scholen per week. De buschauffeur, de melkboer, de monteur, de bakker, de sla ger en zelfs politieambtenaren geven in hun vrije tijd autorijlessen. Sommigen ver staan hun vak, het overgrote deel echter niet, zo betoogde de heer Boereboom. De heer Boereboom verklaarde voorts dat de groep van voor hun taak berekende rijschoolhouders een voortdurende strijd moet leveren met de in aantal niet te ver waarlozen groep van onbekwame lieden. Allerwege worden zeer lovenswaardige po gingen ondernomen om de verkeersveilig heid te bevorderen, zo zei hij. De veilig heid op de Nederlandse wegen zal echter een nimmer te vervullen wens blijken te zijn, wanneer de onveiligheid niet bij de oorsprong wordt beteugeld. Jaarlijks worden ongeveer 150.000 tot 175.000 nieuwe leerlingen tot het rijexamen toegelaten. Vele tienduizenden vallen, vol gens de heer Boereboom, in handen van instructeurs die werkelijk niet in staat zijn anderen tot goede weggebruikers op te leiden. Als de instructie gebrekkig en ontoereikend is, zo voegde hij hieraan toe, zal het aantal gevaarlijke rijders op onze wegen blijven toenemen en de verkeers onveiligheid dagelijks worden vergroot. De heer Boereboom noemde de econo mische situatie in het autorijschoolbedrijf ongezond en uitermate wankel. De con currentie van de vele honderden instruc teurs die het vak als bijverdienste be oefenen en daarom met lagere prijzen ge noegen nemen, is, volgens hem, voor de bonafide ondernemer een ongelijke strijd. De bandeloosheid in deze tak van bedrijf is, naar zijn oordeel, van dien aard, dat de bonafide ondernemer uiterst kwetsbaar is. Met de toeneming van het gemotoriseer de wegverkeer zullen de eisen die aan de weggebruikers worden gesteld steeds zwaarder worden. De heer Boereboom meent dat de rij-opleiding zich moet aan passen aan de steeds hogere eisen. Hij verwacht dat dit over enkele jaren, te be ginnen in 1963, een benauwend probleem zal worden. Van dat jaar af zal het aantal leerlingen namelijk zeer sterk toenemen tengevolge van de enorme geboorte-over schotten in 1945 en 1946 en de daarop vol gende jaren. Het aantal achttienjarige leerlingen, zal in de komende jaren on rustbarend stijgen. Dit betekent een nog grotere drukte op de wegen en nog meer verkeersongevallen met dodelijke afloop, veroorzaakt door hen die op beslist ondes kundige wijze tot weggebruiker zijn opge leid, zo zei hij. De bonafide ondernemer is bereid en in staat, de rij-opleiding aan te passen aan het steeds meer eisen stellende verkeer, zo merkte de heer Boereboom voorts op, maar dan moet hem dat ook mogelijk wor den gemaakt. Hij ziet hier ook een taak voor de overheid. Hij noemde het in dit verband eenvoudig ondenkbaar, dat de overheid nog steeds in gebreke is geble ven, paal en perk te stellen aan de onge limiteerde vestiging van onbekwame in structeurs-ondernemers. Hij meent dat de huidige situatie voor de toekomst onaan vaardbaar is. Bijna zou ik zesgen, aldus de spreker, dat het een misdaad is ten opzichte van iedere weggebruiker, om nog langer te aarzelen met het nemen van maatregelen die een gedegen rij-opleiding waarborgen. De vakorganisaties die hun activiteiten zo veel mogelijk coördineren in de Commis sie van Overleg Autorijscholen zijn, vol gens hem, bereid, samen met de overheid en het Centraal Bureau voor de afgifte van Rijvaardigheidsbewijzen maatregelen te treffen die aan de ongewenste toestand een einde kunnen maken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1961 | | pagina 15