Polle,
Pelli em
Pinöo
DE VROUW DIE HAAR
GEHEUGEN VERLOOR
BANDLEIDER LIET ZIJN AUTOBUSJE PANTSEREN
Avontuur in de woestijn
Zomer op de rommelmarkt
PANDA EN DE PLASTIC PLASTIEK
WOBBO EN DE HOED
ïïlit iiF forlriipn Mjb
Amerika werft schaap
herders in Spanje
op vakantie gaat
Wanneer U
NAAR HET DUITS DOOR LILIAN AYE
SPECIAALHUIS REGENKLEDING
200 jaar
geleden
DAMES- EN HERENMODES
MUtSW'O 7 2 H A A R11 H(
76-77. De vreemde man zwaaide enkele
malen met z'n armen door de lucht en
mompelde enkele onverstaanbare woorden.
Bradoema dinoer pazamar! klonk het.
Wobbo keek met grote ogen toe bij dit
geheimzinnige gedoe. En tot zijn verbazing
zag hijdat op de grond een rookwolk
ontstond, die met allerlei kleurige sterren
2)
„Is 't dringend?" vroeg het jonge
meisje, dat daar dienst deed.
„Ja," antwoordde zuster Maria
kortaf en liet zich op een stoel neer
vallen.
Ze behoefde niet lang op het gesprek
te wachten.
„Hier ls de verbinding al," kondig
de het meisje aan, „we hebben geluk,
soms moet je heel lang op een aan
sluiting wachten."
„Geef maar," onderbrak de oudere
verpleegster haar.
„Hallo?" riep ze in de hoorn.
„Eén ogenblik," klonk de stem van
de telefoniste, „ik verbind u met Düs-.
seldorf
„Ja, met het huis van mijnheer Litt-
mann," hoorde ze even later een vrou-
westem aan de andere kant.
„U spreekt met de universiteitskli
niek in Frankfurt. Kan ik mijnheer
Littmann spreken?"
„Eén ogenblik, ik schakel over op
het kantoor," was het antwoord. Even
was het stil, dan klonk er een man-
oestem: „Ja. hier met Littmann."
„U spreekt met de universiteitskli
niek in Frankfort", herhaalde de
hoofdzuster. Ze hield even op om
de juiste woorden te zoeken voor haar
mededeling. Haar stem klonk iets
vriendelijker dan gewoonlijk, toen ze
vervolgde: „Mijnheer Littmann, t is
geloof ik het beste om er niet om
heen te draaien. Uw vrouw is een
kwartier geleden hier binnen gebracht
Ze heeft een ongeluk gehad. Voorzo
ver de dokter, die haar onderzocht
heeft, tot nu toe kan vaststellen, is
haar niets ernstigs overkomen. Niet
temin zou 't natuurlijk wel wenselijk
zijn, dat u onverwijld naar Frankfurt
komt."
„Er moet een misverstand zijn
zijn," klonk 't aan de andere kant van
de lijn op vriendelijke toon. „Mijn
vrouw bevindt zich gezond en wel hier
in Düsseldorf."
De hoofdzuster aarzelde even. Dan
zei ze langzaam: „Maar dat is uit
gesloten, want.."
„Om u te overtuigen, kan ik u het
telefoonnummer van mijn schoonmoe
der geven, zuster!" antwoordde de
mannestem welgemoed: „Daar drinkt
mijn vrouw vanmiddag thee!"
„Is er iets?" fluisterde het jonge
meisje van de administratie, toen ze
de verbaasde uitdrukking op het ge
zicht van de oudere verpleegster zag.
Deze schudde ongeduldig haar hoofd.
„Ik geef toe, mijnheer Littmann,
zei ze op kalme toon, kijkend naar de
brief, welke vóór haar lag, „dat t
misschien allemaal wat eigenaardig
is. Maar 't moét uw vrouw zijn. Want
in haar pas, welke op naam van Ka
rin Littmann staat, vonden wij een
visitekaartje met uw naam en tele
foonnummer."
Het bleef even stil aan de andere
kant. Het scheen eindeloos te duren.
Dan zei de mannestem: „Zeiu dat
in de pas de naam Karin Littmann
staat
Ja," antwoordde de verpleegster,
„Ja, in de pas staat Karin Littmann,
geboren Hausler, 29 jaar oud, lengte
1.70 meter."
Ze hield verschrikt op. „Hallo, nai-
lo, mijnheer Littmann, bent u daar
Ze hoorde de mannestem kortaf
zeggen: „Ik kom met het eerstvolgen
de toestel naar Frankfurt." Dan was
de verbinding verbroken. Verbluft
keek de hoofdzuster naar de hoorn m
haar hand. Ze schudde haar hoofd.
„Dat schijnt ook weer een van die
huwelijken te zijn, waar de een me
weet wat de ander uitvoert, mompel-
dSToen zuster Maria enkele ogenblik
ken later in de ziekenkamer terug
kwam, bleef ze verschrikt bij de deur
stilstaan. Uit de blik, welke de dokter
haar toewierp, maakte zij op, dat
tussen iets gebeurd was.
„Alle mensen, alles was toch In or-
de?" vroeg ze zich met ontsteltenis
De dokter wenkte haar en liep met
haar n33r het r33m.
„Wat is er aan de hand?" fluisterde
ze
Dr. Gever antwoordde niet dadelijk.
Hij staarde voor zich uit. Tenslotte
zei hij zacht: „Ik had op alles gere
kend, alleen daarop niét!" Hij keek de
verpleegster met wie hij al zoveTleJ®
ren samenwerkte, ernstig aan. Lang-
zaam zei hij: „Retrograde amnesie..
Meek. „OW
riep ze verschrikt uit.
„Er is geen twijfel mogelijk. Ze
wè'et niet wie zij is, hoe ze heet. Ge
lukkig dat ze papieren bij zich had,
zodat wij tenminste weten, met wie
wij te maken hebben". Even later
voegde hij er aan toe. „Hebt u met
haar man gesproken?"
Zuster Maria knikte. „Hij had er
kennelijk geen idee van, dat zijn
vrouw zich naar Frankfort had bege
ven. Hij komt met het eerstvolgen
de vliegtuig hierheen".
„Juist, juist", zei dr. Geyer. Hij
scheen nauwelijks te luisteren. Opeens
zei hij vastbesloten: „Voordat haar
man komt, wil ik helemaal zeker zijn.
Ik ga 't nog één keer proberen." Hij
r.am zijn bril uit zijn borstzak en liep
naar het bed van de patiënt.
Karin hief met een slap gebaar haar
hand op en beschutte hapr ogen voor
het binnenvallende licht.
„Laat u het gordijn nog wat ver
der zakken, zuster", zei dr. Geyer.
Hij nam plaats op een stoel naast het
bed en voelde de pols van de jonge
vrouw.
Karin staarde hem aan en glim
lachend merkte hij op: „hoe gaat 't
mevrouw? Hoe is dat allemaal zo ge
komen? Dat had u stellig niet ge
dacht, hè, toen u de weg overstak.
Karin keek hem aan. „Welke weg?"
„De weg vlak voor het gebouw van
het vliegveld", antwoordde dr. Geyer.
Zijn gezicht was een masker en ver
ried niets van wat er in hem om
ging.
„Welk vliegveld?" vroeg de jonge
vrouw.
„Frankfort", antwoordde de dokter
langzaam.
Dan voegde ze eraan'toe: „Wat wilt
u van mij?"
„Wel.men heeft u na het ongeval,
dat u overkwam hier binnen gebracht
en.
„Wélk ongeval?" vroeg Karin.
Dr. Geyer bleef doodstil zitten. Hij
vertrok geen spier van zijn gezicht.
Even later nam hij zijn bril af en
begon deze zorgvuldig schoon te poet
sen mét een grote witte zakdoek. Als
maakte hij een grapje, begon hij dan:
„Wat zou u ervan zeggen, mevrouw,
als u thans eens een paar vragen van
mij beantwoordde?" Hij lachte Karin
bemoedigend toe en vervolgde: „For
mele vragen, zoals bijvoorbeeld: Uw
naam?" Dr. Geyer deed alsof hij Ka
rin niet aankeek. Hij deed of hij be
langstelling had voor het patroon van
het tapijt op de vloer, maar in wer
kelijkheid verloor hij haar geen se
conde uit het oog. Hij zag, hoe er
tussen haar wenkbrauwen een kleme.
réchte 'rimpel kwam. Ze beet op haar
lippen en keek hem niet aan. Het
was duidelijk, dat ze zich inspande.
Het was alsof ze luisterde naar een
stem binnen in zich, welke niet tot
haar door wilde dringen.
„Ik voel me volkomen leeg, alles
is vaag en weg", zei ze opeens uit
geput. ,,'t Is als een film zonder beel
den.
De dokter wisselde snel een blik met
de verpleegster.
Hij greep Karin's hand. „De film is
slechts onderbroken", zei hij zacht.
„Begrijpt u? En een gebroken film
kan gemaakt worden. Er komt dan
een monteur aan te pas of.in een
geval als dit.een dokter." Karin
luisterde als een kind naar de woor
den van de arts. Dr. Geyer wilde
nog iets zeggen, maar opeens scheen
hij zich te bedenken.
„Stelt u het hoofdeinde van het bed
lager, zuster." zei hij tegen de twee
de verpleegster, die in de kamer aan
wezig was. „De patiënt ligt te hoog.
Hierna stond hij op en trok zuster
Maria mee naar het raam. „U sprak
toch van een brief, die u op haar
had gevonden? Waar is die brief? Ik
wil het daarmee namelijk nog eens
proberen."
„Gelooft U, dat ze zich door die
brief iets zal herinneren?" fluister
de de hoofdzuster, terwijl ze de brief
uit haar zak haalde. „Ik wil t in ieder
geval proberen."
Dr. Geyer wierp een blik op net
adres en liep dan weer naar Karin s
bed.
„Ik heb hier nog een brief, zei hij,
opzettelijk elke nadrukkelijkheid ver
mijdend, „mischien zegt die u iets?
Éven was het doodstil. Karin staar
de naar de witte enveloppe. Ze be
studeerde het adres en de envelop
pe omdraaiend, bekeek ze de naam
van de afzender: Karin Littmann
Frankfurt. „Karin Littmann" mompel
de ze zachtjes. Ze sprak de naam
uit, alsof ze deze thans voor de eer-
ste keer hoorde. Dan keek ze op en
schudde haar hoofd. „Nee, ik ken nie
mand die zo heet," zei ze zacht.
(Wordt vervolgd)
„ALS U HET MIJ vraagt, is dit een
gepantserde smokkelwagen'aldus de
garagehouder, voor wiens deur we de
merkwaardige auto van de Amsterdam
mer Hans IJ zerdraat ontdekten. Inder
daad kan dit busje met zijn voor- en ach
terbeveiliging van zware balken, plus de
twee dikke stalen pijpen, die dwars door
het interieur van het voertuig heen
door de frontplaat en onder de zitban
ken door op een extra versterkt chassis
zijn vastgelast, bij menigeen wel enig
wantrouwen oproepen. Maar Hans IJzer
draat, leider van de door hem opgerichte
„Western Jazz Group" (het orkestje, ze
ven man sterk, dat met dit busje kris-kras
door het land trekt), gaf op onze vraag
naar de betekenis van deze „pantsering
een lakoniek antwoord: „Dat is een
maatregel tegen het dood gaan".
„HET AANTAL dodelijke verkeersonge
lukken neemt onrustbarende vormen aan
en wij moeten bij nacht en ontij over gro
te afstanden rijden. Ik acht het niet meer
verantwoord om met een wagen, die vol
gepropt is met zeven mensen waarvan
de meesten vrouw en kinderen thuis heb
ben en de nodige instrumenten, het lot
te tarten", zegt hij.
Deze musicus, van origine onderwijzer
en radio-technicus, heeft het verstevigde
skelet voor de wagen zelf ontworpen en
de uitvoering toevertrouwd aan een caros-
seriebouwer in Diemen.
„Het kan mij niet schelen, of men mij
een lafaard of een al te voorzichtig man
noemt. Sedert allerlei duistere elementen
aan joy-riding doen en dronken woestelin
gen op de weg schering en inslag zijn
om over andere mogelijkheden nog niet
eens te praten werd me duidelijk, dat
ik iets moest gaan ondernemen."
Maar ook een licht of betrekkelijk licht
ongeval zou 'n ramp kunnen worden, aan
gezien het ensemble bij het uitvallen van
twee of drie krachten door verwonding of
beschadiging der instrumenten, dadelijk
zonder inkomsten zou staan. De „Western
Jazz Group", die in het verleden reeds en
kele malen voor de radio optrad en ook
reeds 16 nummers op de plaat heeft staan,
moet het namelijk in hoofdzaak hebben
van dansavonden en dergelijke in de pro
vincie. Het is een „oude stijF'-ensemble
dat consequent aan de Afro-Amerikaanse
muziek vasthoudt, die met de naam „New
Orleans" wordt aangeduid.
Hans IJzerdraat, die zelf de tuba be
speelt, heeft overigens reeds een klein
voorproefje gehad dat de betekenis van de
Tweehonderd Israëlische jongelieden die
genoeg hebben van het stadsleven gaan in
de woestijn een industriecentrum bou
wen. Hun gemiddelde leeftijd is 23 jaar.
Er zijn verscheidene echtparen met kin-
j deren onder hen. Het plan ontstond negen
maanden geleden in een koffiebar in Tel
Aviv, waar een aantal hunner de eerste
1 verjaardag vierde van hun ontslag uit de
nationale dienst. Een van het gezelschap,
een onderwijzer, merkte op een gegeven
moment op: „Niemand van ons is tevre
den met het geregelde leven in de stad.
I Kunnen we niet iets anders gaan doen om
ons leven de moeite waard te maken?"
I Een der suggesties, een waterweg aan
te leggen tussen de Rode Zee en de Mid
dellandse Zee als alternatief voor het Suez-
kanaal, vond de meeste bijval, maar werd j
door de Israëlische regering als inoppor
tuun afgewimpeld. Toen besloten de jonge-
lui, de strijd met de woestijn te gaan aan
binden en een coöperatieve nederzetting
tussen Beersjeba en Eilat te gaan stich
ten. Allen zuilen hetzelfde loon ontvangen
1 voor hun werk in de fosfaat- en andere
industrieën en een gelijk aandeel in de
winst van de geprojecteerde bioscoop,
winkels, zwembad en dergelijke. Toekoms
tige leden van de nederzetting zullen door
een commissie uit de pioniersgroep wor
den geselecteerd. (Itim)
extra-beveiliging van de wagen demon
streerde.
,De zondag overdag is in ons land veel
erger dan welke nacht dan ook. Dat wis
ten we onlangs weer, toen we kort voorbij
de ijzeren ophaalbrug onder Muiden in een
grote opstopping van auto's geraakten. De
oorzaak was een papierencontrole door de
rijkspolitie. Op een gegeven moment be
greep een voor ons rijdende Duitse auto
mobilist een oprijteken van een agent ver
keerd en trapte op de rem. Hierdoor reden
wij van achteren tegen deze auto op en
daar het toevallig een vrij stevige perso
nenwagen was, zou zonder de beveiliging
mijn front in elkaar geweest zijn. Nu had
den wij echter niets., de andere wagen
kreeg de deuken."
Hans IJzerdraat, die zich ook in zijn
vrije tijd met het bouwen en repareren
van allerlei soorten blaasinstrumenten be
zig houdt, heeft stellig hoe men ook
over zijn versterkte auto denken moge
een knuppel in het hoenderhok geworpen.
Want de toch verre van goedkope en nogal
omslachtige pantserbouw kan men ten slot
te niet met de woorden „dwaas" of „to
taal overbodig" afdoen.
Indien een weldenkend mens zoiets ge
wenst acht, dan opent hij ons op een nogal
spectaculaire wijze de ogen meer dan
de eindeloze reeksen berichten over dode
lijke verkeersongelukken dit vermogen te
doen voor de levensgevaarlijke toestand
op de openbafe weg.
Misschien zal een enkeling om deze
voorzichtigheid glimlachen, maar we ho-
Hans IJzerdraat laadt zijn tuba in de
„gepantserde" auto
pen toch, dat de handelwijze van Hans I
IJzerdraat iedere automobilist achter het
stuur nog meer van zijn verantwoordelijk-
heid zal doordringen.
Amerika werft al sinds enige tijd ijverig
Baskische jongemannen om in de Weste
lijke staten van de V.S. de schaapskudden
der grote veeboeren te hoeden.
Er is een enorm gebrek aan schaapher
ders in deze streken, want jonge Amerika
nen zijn voor dit werk niet te vinden. Zij
zijn van mening en niet ten onrechte
dat het loon te gering, het leven te een
zaam en de vooruitzichten te slecht zijn.
Maar de Basken in Noord-Spanje zijn aan
dit werk gewend en voor hen zijn de pers
pectieven in Amerika ruim 700 gulden
per maand plus vrije kost en woongelegen
heid bijzonder aanlokkelijk.
Om aan het personeelsgebrek in de scha
penhouderij een einde te maken, heeft het
Amerikaanse Congres een wet aangeno
men die de mogelijkheid opent, Spanjaar
den aan te trekken als schaapherders. De
kandidaten krijgen dan een visum voor
drie jaar en kunnen daarna, zo nodig, op
nieuw een beperkte verblijfsvergunning
krijgen. In het afgelopen jaar heeft de
Centrale Bond van Schapenfokkers in de
V.S. reeds 230 Baskische herders over la
ten komen. In totaal zijn er, volgens het
Wall Street Journal, reeds 800 Basken te
werkgesteld In de tien westelijke staten.
Als woning krijgen zij een tent of cara
van. Contractueel is vastgelegd, dat zij, bij
hun gratis voeding, tenminste een liter
Californische wijn per dag zullen ontvan
gen, want voor de Spanjaard is wijn een
even primaire levensbehoefte als voor ons
het kopje koffie. Overigens leidden deze
jongelui een heel sober leven. De meeste
van hen proberen in drie jaar een groot
deel van hun loon over te houden. Wanneer
zij daarna, met vijf a zesduizend keiharde
dollars op zak, naar Spanje terugkeren
hebben zij, in koopwaarde omgerekend,
een kapitaaltje dat zij in hun eigen land
nooit hadden kunnen bijeensparen.
Advertentie
wensen wij u veel zon toe. Mocht er
echter onverhoopt een buitje komen
dan is het erg prettig als u een nylon
mantel of jas bij de hand heeft van
En dus de parasol maar op, dachten deze lieverdjes.
40. „Die pop heelt mijn leven gered," riep Fidelio,
„daarom geef ik er honderd blauwtjes voor. Hoge prijs.
Laat los!" „Pompo is niet te koop en daarmee uit!"
riep Panda, terwijl hij het plastic beeldje met een ferme
ruk uit Fidelio's handen trok, „hou nu maar op, want
u krijgt hem toch niet!" Dit laatste hoorde juist de
spion Carlos, die om een hoekje gluurde. En meteen
maakte hij een plannetje. Hij ging haastig op zoek naar
Joris en vertelde hem wat hij had opgevangen. „Fi
delio wil dus om de een of andere reden je pop heb
ben," besloot hij, „en daarin ligt een mooie kans, om
ons van deze onderdrukker te verlossen. Maar je moet
dan iets offeren voor de goede zaak, kameraad." „O
ja?" zei Joris, weinig enthousiast. „Ja," zei Carlos.
„Die pop van je moet dan worden opgeofferd, want als
mijn plannetje werkt, gaat je pop er aan. samen
met Fidelio!" „Aha! Dat verandert de zaak!" riep Jo
ris. „Hm., ik bedoel: voor de goede zaak wil ik mij
elk offer getroosten, zelfs het verlies van mijn dierbaar
meesterwerk. Vertel me eens wat meer van uw interes
sant plannetje, mijn waarde medestrijder en samen
zweerder."
Oprechte Dingsdagse Haerlemse Courant
den 23 Juny 1761
WEST-CAPELLE, den 18 Juny, Eergiste
ren namiddag om half 5
uuren wierd in 't Gezicht
van deeze Plaats een Fran
se Bomme van 2 Stukken
Canon en 24 Man, te Duyn-
kerken t'huis hoorende en
gevoerd door Capt. Jardin,
die daags te vooren uyt
Oostende gezeyld was, door eenen Caper
van 10 Stukken en 40 Man geattaqueert,
en na dat de laatsten naauwelijks drie
Schoten gedaan hadden door de eerste
verlaten, die zig op ons Strand met de
Vlucht salveerden, en met Snaphanen op
de Engelsen, die ondertussen de Franse
Caper bemachtigden vuurden 't welk door
de Engelsen uyt de Franse Caper met 2
Canon schoten beantwoord wierd; ver-
volgens kapten ze de mast, wierpen het
Spek en Vlees over boord, beroofden het
Schip van alles en bestreken het met Pek
en Staaken het ten 7 Uuren in den Brand;
zijnde eerst dien avond om 10 Uuren tot
op het Water verteert.
omhoog steeg. En vlak daarop verscheen
midden in die damp een tafeltje, waarop
een beker en een schaal stonden. Op de
schaal lag een heerlijk geurende gebra- I
den kip.
Is dit naar uw genoegen, meester
vroeg de dienaar.
Nou, zei Wobbo. Dat ziet er fm uit!
3. Polle zal eerst maar eens naar Pingo gaan zoeken. Samen kunnen ze nog
beter overleggen en nieuwe plannen maken! Hij is wel zeker, dat hij Pingo
zal vinden op de sloperij. Daar staan allerlei belangwekkende dingen, waar
je wat van maken kunt. 's Kijken onder die kist.Maar nee, Pingo
staat op zijn kop in een toni Wat zou die daar uitvoeren? Kom er eens
uit, Pingo!, roept Polle, gaan we nog op reis, of niet?