Jxial-twiia K De Twentsche Bank Indische Nederlanders willen weg uit Nieuw-Guinea Eichmann zegt nooit bevel tot doodschieten te hebben gegeven OP EN OM HET BINNENHOF R.-k. kerk in Heesch door brand verwoest Tekort aan over heidspersoneel Nasoetion voor de t.v. geïnterviewd Acht doden in het verkeer Oud en jong in 1961... ZATERDAG 1 JULI 1961 4 Herbouw is niet waarschijnlijk Arts verdacht van meineed POLYGLOT KEIZERSTAD SEX VRAAG EFFECT Band van genegenheid die samenhoudt Een lente en herfst verenigd en vertrouwd Wat is de hand die 't kind heeft aangeraakt? Hem boeit het leven, tot de droom ontwaakt. Blij rijpt het jonge wezen in één dag; Hier wordt een oud man jong weer door een lach. De bomen groenen en de tijd is heen: Van toen naar nu, van nu naar toen is één. VICTOR E. VAN VRIESLAND Publikatie ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan Ex-politieagent veroordeeld SPRITE CARAVANS vanaf 2795.00—7500.00 v. EERDE, Leidsevaart 232-252 Tel. 10138 Aanspraken op Nieuw-Guinea Losgeld voor prof. Meijers werd niet geaccepteerd Vrijdagmiddag is in Heesch (N.B.) de uit 1869 daterende neo-gotische kerk „Sint Petrus Banden" door brand voor liet grootste gedeelte vernield. De scha de is zo groot, dat het zelfs de vraag is of de kerk weer opgebouwd zal worden. Brandweerkorpsen uit Den Bosch, Vught, Oss en van het vliegveld Volke waren met veel materiaal in Heesch aanwezig om assistentie te verlenen. Zij konden niet voorkomen dat toren, dak en gewelven door het vuur verwoest werden. Alleen de zijmuren bleven staan. De brand ontstond 's middags om half vier, waarschijnlijk in een kleine toren, die door enkele arbeiders gesloopt werd. Het torentje was namelijk in zodanige mate door de boktor beschadigd dat het gevaar voor instorten niet denkbeeldig was. Op 't ogenblik dat de brand uitbrak leid de één der parochiegeestelijken juist een dienst voor een honderdtal ouden van da gen'. De kapelaan beëindigde de dienst en leidde de oude mensen kalm naar buiten. In de kerk was toen van vuur en vlammen nog niets te bespeuren. De brand woedde onder het dak en in het droge hout vrat het vuur snel verder en tastte ook de grote to- ïen aan. In korte tijd brandde hij als een fakkel. Intussen liep ook de aan de kerk be lendende pastorie gevaar. Zij moest in al lerijl ontruimd worden. Een uur na het uit breken van de brand stortte de grote toren in en sloeg door de gewelven. Omstreeks half zes had het vuur zijn vernietigende werk verricht. In de avonduren kon de brandweer pas aan de nablussing beginnen. De bisschop van Den Bosch, mgr. Bek kers, kwam zich van de brand in de kerk op de hoogte stellen. Ofschoon de zijmuren overeind bleven staan en de verzekering de schade dekt, lijkt het onwaarschijnlijk dat tot herbouw zal worden overgaan. Venray In de boerderij van landbouwer W. Voer- mans te Leunen bij Venray brak vrijdag avond door nog onbekende oorzaak brand uit. Buren die te hulp kwamen konden te gen de enorme vuurzee niets uitrichten. Ook de brandweer kon niet verhinderen dat de gehele boerderij met schuren en en stallen uitbrandde. Van 60 varkens kwa men er 30 in de vlammen om. Bij het blus singswerk werden 3 brandweerlieden ge wond door een ontploffende butagasketel. Zij moesten zich in het ziekenhuis te Ven ray onder geneeskundige behandeling stel len. Venlo Door het achteloos wegwerpen van een brandend sigarettenpeukje ontstond vrij dagmiddag brand in de staalmeubelfabriek „Hawi" te Venlo, op de étage waar zich de lakspuiterij bevond. De Venlose brand weer wist de brand te beperken tot deze étage. De schade bedraagt ongeveer 15.000 gulden. Elspeet In Elspeet is de boerderij afgebrand van de landbouwer Van der Steeg. De brand is begonnen in 'n hooiberg. Even later vatten de varkensstal en het woonhuis vlam. De brandweer van Elspeet kon tegen de felle vuurzee niet veel uitrichten, zodat het be drijf geheel uitbrandde. De schade wordt geschat op 30.000 gulden. De brand is ont staan doordat kinderen bij de hooiberg met lucifers hebben gespeeld. De rechter-commissaris bij de rechtbank in Maastricht heeft tegen een zenuwarts in Den Haag een bevel tot bewaring afge geven op vordering van de officier van Justitie. In een echtscheidingsprocedure had de arts verklaringen afgelegd over een vrouw die de officier van Justitie in strijd achtte met de waarheid. De arts is in het Huis van Bewaring in Den Haag in gesloten. In Het Vaderland wordt te huur aangeboden slechts 1200,- per maand) een „upholstered, or partly whole furnished modem new house". Van die 1200,- zouden dan een paar tientjes per maand af kunnen om de verhuurder Engelse les te doen nemen. Over een speciaal Nijmegen-num- mer van het maandblad „Tussen de Rails" schrijft De Volks krant: Vele bekwame pennen doen ons geloven, in het fijne, in het meeslepende, in het groteske, in het artistieke van de aloude kei zerstad". Ik was er onlangs: Zo'n pen moet al héél bekwaam zijn, om mij in het groteske van deze grootse stad te doen geloven. „De gehele stad is in afwachting van de terugkeer der premier" meldde de Nieuwe Rotter damse Courant uit Katanga. Toen hij eenmaal terug was strekte dit vooral tot grote vreugde des premières, want het echtpaar was gedurende enige maanden geschei den geweest. De Volkskrant schrijft: „het verweer van de verdachten doet dus echter een levensgrote vraag rijzen". Als ik De Volkskrant goed begrijp was die (gerezen) vraag dus even groot als een levende vraag. IndeBiltse Peperbus zag ik een advertentie voor een „oplaatbare zaklantaarn". Een aardig effect 's avonds, zo'n verlicht ding tegen de donkere hemel. Talarius Advertentie Een eeuw De Twentsche Bank. Een goede grondslag voor de pioniersgeest van de jeugd, gespiegeld aan het verdiept inzicht van de ouderdom. Een harmonisch samengaan van oud en jong. Zoals op afgebeelde foto, waarbij een nederlands schrijver zijn impressies weergaf. iooomc In een nota over Nieuw-Guinea aan de Tweede Kamer zeggen de minister en de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken onder meer dat het onjuist zou zijn te ver onderstellen, dat de meerderheid van de bevolking pro-Nederlands zou zijn; zij is pro-Papoea en wenst dat Nederland voor alsnog zijn taak, de opvoeding van de Pa poea tot zelfstandigheid, zal voortzetten zolang de Papoea zulks nuttig of nodig, zal oordelen. De bevolking wijst in overgrote meerderheid de Indonesische aanspraken af. De Indische Nederlanders voelen zich als groep in hun economische bestaans mogelijkheden bedreigd. Het stamland idee hebben zij reeds opgegeven. Met de voortschrijdende emancipatie van de Pa poeabevolking bevinden velen van hen zich in de kwetsbare positie van bekleders van lagere en lagere middelbare functies bij de overheid en bij het particuliere be drijfsleven, welke functies het eerst wor den bezet door nieuw opgeleide Papoea werkkrachten. Dit alles heeft ertoe geleid, dat er onder deze groep grote aandrang bestaat om naar Nederland te vertrekken, waar het tekort aan arbeidskrachten vooralsnog goede mogelijkheden biedt om zich een nieuw bestaan te verwerven. Dit wegtrekken van Indische Nederlan ders uit functies bij de overheid en bij het particuliere bedrijfsleven geschiedt op zo danige schaal, dat de opengevallen plaat sen niet tijdig bezet kunnen worden door gelijkwaardig opgeleide Papoea's. Deze laatsten komen in feite pas beschikbaar- en dan in toenemende mate na 1962. Deze situatie baart zorgen bij de overheid en bij het particuliere bedrijfsleven, die zich beramen op welke wijze voorzien zal kunnen worden in de tijdelijke schaarste aan lagere en lagere middelbare werk krachten, zowel op administratief als op technisch gebied. Over de omvang van het personeelsver loop van lokale krachten en niet-inheem- sen in het algemeen kan worden meege deeld, dat het verloop onder het middel baar personeel in elf particuliere bedrij ven in de eerste drie maanden van 1961 138 personen of 31.5 pet. van het daarin werkzame personeel heeft bedragen. De werving van bestuurs- en andere ambtenaren wordt in hoge mate beïnvloed door de schaarste op de Nederlandse ar beidsmarkt. De grootste moeilijkheden doen zich voor bij de aantrekking van ge specialiseerde academisch opgeleide krach ten van internationale bruikbaarheid en ook bij de groep mulo-onderwijzers, waar aan ook in Nederland een zeer grote en niet te dekken behoefte bestaat. De rechtbank in Den Bosch heeft een ex-politieagent uit Geldrop veroordeeld tot een maand gevangenisstraf voorwaardelijk omdat hij een stratenmaker uit Geldrop zonder noodzaak met zijn pistool in het bovenbeen had geschoten en daarna het procesverbaal zo vervalst had, dat daaruit geconcludeerd kon worden dat de straten maker hem ernstig bedreigd zou hebben. Advertentie Vrijdagavond is voor de Nederlandse te levisie een interview uitgezonden van de verslaggever Joop Simons in Parijs met de Indonesische minister van defensie, Na soetion. Daarin verklaarde minister Nasoe tion, evenals op zijn persconferentie in Bonn, dat nu de vraagstukken van 't wel zijn van de Indonesische bevolking en de nationale veiligheid nagenoeg opgelost zijn, de aandacht ten volle op de kwestie Nieuw- Guinea kan worden gericht. Hij betoogde nogmaals, dat westelijk Nieuw-Guinea altijd al tot Indonesië heeft behoord. Volgens hem is men daar in alle lagen van de Indonesische bevolking van overtuigd. Op de vraag of een vreedzame oplossing van het geschil tussen Nederland en Indo nesië mogelijk zou zijn antwoordde hij on der meer de indruk te hebben dat in Neder land onvoldoende geloof wordt gehecht „aan het oprechte streven van Indonesië. Dit heeft volgens hem in Indonesië veel kwaad bloed gezet, waar zoals hij zei, „ook des tructieve elementen" van geprofiteerd heb- ben. Nederland maakte op hem de indruk, een bepaalde wrok over de souvereiniteits- overdracht niet te boven te zijn gekomen. Men legt daar de Indonesische aanspraken op westelijk Nieuw-Guinea uit als een ge volg van anti-Nederlandse gevoelens, aldus Nasoetion. Tevens merkte hij op, dat van beide zijden uitlatingen zijn gedaan, die beter achterwege hadden kunnen blijven. Wat betreft de toekomst van de bevolking van westelijk Nieuw-Guinea bij over dracht van dit gebied aan Indonesië, ver klaarde Nasoetion, „dat deze mensen als landgenoten zullen worden beschouwd zo als gebeurd is in Atjeh en zoals op Ambon zal gebeuren". Nasoetion besloot dit intervieuw met uiting vrilnHecnvfan hoop' dat de normale, dus vriendschappelijke betrekkingen zouden worden hersteld. en JERUZALEM (UPI) „Wanneer een groep Joden uit een inrichting voor gees teszieken naar een vernietigingskamp moest worden gestuurd, was mijn taak het zorgen voor het enig nodige: een trein" aldus Adolf Eichmann, die vrijdag voor de negende achtereenvolgende dag als enige getuige a décharge in zijn proces verklaringen aflegde. Toen hij werd geconfronteerd met een afschrift van een in 1941 door de hoogste autoriteit in de Joodse afdeling van het Duitse ministerie van Buitenlandse Za ken, Frank Rademacher, gemaakt rapport, waarin gewag werd gemaakt van de „sug gestie" van zijn transport-officier „10.000 Servische Joden" te doen fusillèren, zei Eichmann: „Dit is onwaar, Ik heb een dergelijke suggestie niet gedaan. Ik kan dit niet hebben gedaan, omdat een dergelijk voorstel ver boven mijn bevoegd heid zou hebben gelegen." Ook toen een brief werd voorgelezen, waarin cfe voormalige Rijkscommissaris in Nederland, Seys Inquart, schreef dat Eichmann het bevel hcgegeven tot ontruiming van een inrichting voor gees teszieken opdat er een sanatorium voor de S.S. van gemaakt kon worden, beweer de de verdachte dat dit ook op onwaarheid berustte. Het openbaar ministerie had documen ten ingediend waarin verklaard wordt dat de patiënten met de artsen en alle ver pleegsters in Auschwitz-zijn vergast. (REUTER) Eichmann heeft toegege- van instructies te hebben doen uitgaan be treffende censuur op brieven van Joden in Nederland aan persoren in het buitenland. Op een vraag van zijn verdediger dr. Ser- vatius om een verklaring hiervan, gezien het feit dat hij de dag tevoren alle ver antwoordelijkheid voor dergelijke orders betreffende Joden in het kamp Theresien- stadt (Tsjechoslowak:je) had ontkend, zei Eichmann dat het in dit geval ging om een zaak van vitaal belang voor het Der- Zelfbeschikkingsrecht Een belangstellend lezer is er over ge vallen, dat ik het gewaagd heb in twijfel te trekken, of zolang Nederlands Nieuw Guinea onder Nederlands beheer staat, ge geven bovendien het ontwikkelingspeil der bevolking in kwestie, inderdaad objectieve toepassing van het zelfbeschikkingsrecht mogelijk zou zijn. Hij haalt er Afrika bij, waar volgens hem die toepassing aan de lopende band zou zijn toegepast. Zonder dat er een an der beheer dan dat van de ene besturende mogendheid aan te pas kwam. Nu moet ik voorop stellen, dat ook wat Afrika aan gaat, zijn stelling niet blijkt op te gaan, gelijk nog weer de jongste praktijk heeft bewezen (kwestie-Kameroen). Er is ech ter meer. Op de duur is steeds duidelijker geworden, dat er tussen de theorie en de praktijk van het recht van een bevolkings groep om over eigen lot te mogen of te kunnen beslissen in tal van gevallen een hemelsbreed verschil bestaat. En zeker, dat men de invloed op het stembusresul taat van de alleen besturende of beheren de mogendheid waarlijk niet kan veron achtzamen, vooral niet, indien het om een groep gaat, die geestelijk nog, laat ik het zacht uitdrukken, dicht bij het stenen tijd perk ligt. De tijdsfactor Niet te vergeten valt voorts, dat indien de bewoners van een bepaald gebied de nodige tijd xrijgen om tot voldoende rijp- dom te komen, ten einde werkelijk te be seffen wat in hun eigen belang is en met hun eigen, tot ontwikkeling gekomen, wen sen overeenstemt, er eerder sprake kan zijn van zelfbeschikkingsrecht, dan wan neer die factoren ontbreken. Alles nu schijnt er op te wijzen, dat aan de inwo ners van Nederlands Nieuw Guinea heus niet de tijd zal worden gelaten om het zelfbeschikkingsrecht een schijn zelf maar van realisatie te doen krijgen. Waarmee de regering in Den Haag schermt is in mijn ogen. een vertoning en niet meer dan dat. Reeds daarom kan ik het in dit opzicht door onze Regering voorgestane beleid verre van bewonderen. Het geheel doet mij te onoprecht aan. Particulieren en de kwestie Nieuw-Guinea Grif erken ik, dat ook elders betoogd is, dat particulieren zich met deze hele aan gelegenheid niet hebben te bemoeien, want dat eventueel overleg tussen de Nederland se en de Indonesische Regering louter een regeringszaak is. Dit nu meen ik te moe ten ontkennen. Wat er met Nieuw-Guinea zal gebeuren en hoe dat zal geschieden gaat alle Nederlandse staatsburgers aan. En wanneer er dan onder hen zijn, die de kans menen te zien om datgene, wat- ik schrijf dit met nadruk sinds 1949 door de Nederlandse overheid verkeerd is aangepakt, alsnog, zij het helaas laat, te helpen recht zetten, dan hebben zij moreel het volste recht om hiertoe pogingen in het werk te stellen. Dat nu is, wat ver schillende personen, die in dit verband met name, ook in de pers, genoemd zijn, hebben geprobeerd. Nogmaals, ik zou misschien minder geneigd zijn dit stand punt in te nemen, indien ik voor mij zelf de overtuiging had, dat onze regeerders het in al de hier bedoelde jaren zo goed hebben gedaan en de fout alleen zou liggen bij de Indonesiërs. Dit is echter in mijn ogen, en zulks reeds van 1949 af allesbe halve het geval. Daarom wens ik geens zins de staf te breken over die particulie ren, welke nu nog doende zijn geweest om tenslotte hun krachten in te spannen ten einde van overheidswege begane fouten, voor het helemaal te laat is, te helpen herstellen. Hieraan wil ik nog wel toevoe gen, dat in zulk een geval het tijdig in lichten van de regeerders omtrent de stap pen, die men beoogt te ondernemen, aan beveling verdient. Heb ik het wel, dan is dit ook gebeurd. En nooit is er nog ergens aangetoond, dat enige minister bij voor baat met min of meer klem tegen iets dergelijks heeft gewaarschuwd. Tot zover over Nieuw-Guinea om thans terug te keren tot de jongste gebeurtenis sen op het Binnenhof. De algemene kinderbjjslagregeling Daar kwam ten lange leste het zoëven genoemde onderwerp aan de orde. Nog is het debat niet afgelopen, want dinsdag komt men pas aan de amendementen toe. Inmiddels is wel gebleken, dat het hier een materie betreft, waaromtrent er tussen de vier met het kabinet-De Quay meest ver wante groepen, te weten, de K.V.P. de A.R., de C. H. en de V.V.D., allesbehalve overeenstemming bestaat. De beide eerstgenoemde groepen willen inderdaad algemene kinderbijslag, dat wil zeggen van het eerste kind af. Bij de Christelijk-Historischen is het nog niet he lemaal duidelijk wat zij wensen en van de V.V.D. staat wel vast, dat zij niets voelen voor een kinderbijslag van af het eerste kind, ten dele mede te bekostigen uit de algemene Rijksmiddelen. Nu hebben de K.V.P.-ers er evenmin als de overgrote meerderheid van de anti-re volutionairen er geen geheim van gemaakt dat zij in feite niets voelen voor discri minatie tussen loontrekkenden en zelfstan dige, standpunt insgelijks door de Partij van de Arbeid ingenomen. Maar minister van Rooy heeft te dien opzichte het on aanvaardbaar laten horen. Ofschoon er niets met zekerheid te voorspellen valt, schijnt de kans, dat een hiertoe strekken de amenderingspoging op een mislukking zal uitlopen, aangezien de fractie van de K.V.P. er tegen op schijnt te zien, daar voor te stemmen, en vermoedelijk ook zeer vele antirevolutionairen als zeker de V.V.D. afgevaardigden (nog daargelaten, wat de C.H. zullen doen) het „tegen" zul len laten horen. Houding van de P.v.d.A. Mochten de socialisten in dat geval het wetsontwerp, zoals het nu ter tafel ligt. willen verwerpen, dan is de kans groot, dat zij in dit opzicht een voor de regering ongunstige doorslag zouden geven. Met an dere woorden, dat het ontwerp het niet zal halen, tenzij een gedeelte van de frac tie van de P.v.d.A. er de voorkeur aan mocht geven, toch maar met het mindere J(ccoord te gaan. Het compromis achter de schermen Onder normale omstandigheden zou de nederlaag van het Kabinet op zulk een punt een kabinetscrisis tengevolge hebben. Maarde omstandigheden zijn niet normaal, want vooral is er van de zijde van prof. Oud betoogd, dat het hier een vrije kwestie betreft. Men zou dan in ge val van afwijzing van dit wetsontwerp een achter de schermen reeds voorbereid com promis willen aanvaarden, waarbij de V.V.D. in het bijzonder toch wel wat wa ter in haar wijn zou willen doen, door ac- coord te gaan met een afzondelijke, aan merkelijk beperktere regeling, nl. ten gunste van wat zij dan omschrijven als de „kleine zelfstandigen". In beginsel acht ik zulk een gang van zaken zeker niet zonder bedenking. Het is immers een inbreuk op de gewone regel, dat een Kabinet hoort te staan voor of te vallen met een bij de volksvertegen woordiging aanhangig gemaakt wetsont werp van zoveel betekenis. Intussen in dit opzicht gaat dan herleven de theorie, dat we geen parlementair, doch een extra parlementair kabinet hebben en op die grond kan iets dergelijks misschien nog wel door de beugel, al leert het meteen weer, hoe bezwaarlijk het hele gescherm met extra-parlementaire kabinetten is. Dr. E. van Raalte de Rijk. Nederlands verhouding tot de toen malige vijand Groot-Brittannië rechtvaar digde dergelijke preventieve maatregelen. De geheime dienst had de zaak naar Eichmann c.s. verwezen en zij hadden daarop maatregelen moeten nemen. Eichmann verklaarde dat aan een zeke re professor Meyers een vergunning voor emigratie uit Nederland werd geweigerd ofschoon deze had aangeboden 150.000 Zwitserse frank te betalen inplaats van de gebruikelijke 100.000 omdat hij een in tellectueel was. Op de vragen van rech- tef Halevi ontweek Eichmann een recht streeks antwoord. Hij zei alleen te veron derstellen dat de autoriteiten bang waren dat de „geestelijke bekwaamheden" van deze professor in het buitenland gebruikt zouden kunnen worden voor actie tegen Duitsland. „Natuurlijk kon ik in dit geval niet op eigen gelegenheid een besluit nemen. Ik moest het aan mijn superieuren voor leggen, die de aanvrage afwezen," aldus voegde Eichmann er aan toe. De beschuldigde noemde voorts een do cument uit november 1941, waarin hij als een „grote fanaticus" ten aanzien van de raszuiverheid van het bloed werd beschre ven, onwaar. Dit document werd door zijn verdediger aangehaald in verband met de anti-Joodse campage in Nederland. Vol gens Eichmann was er iets vreemds aan dit document en bevatte het vele onnauw keurigheden. De zitting werd tot maandagochtend verdaagd. Het echtpaar Jongsma uit Ede is vrij dagmiddag om het leven gekomen toen de motor, waarop het echtpaar reed, in bot sing kwam met een militaire vrachtauto. Het ongeluk gebeurde op de rijksweg tus sen Utrecht en Arnhem bij Ede. De mili taire vrachtauto, bestuurd door een wacht meester van de marechaussee uit het de pot Apeldoorn, sloeg linksaf de Otterlose- weg in. De heer Jongsma zag zich daar door plotseling de weg versperd, waarna een botsing volgde, die hem en zijn echt genote het leven kostte Vrijdagmiddag werd op de provinciale weg Veendam-Borgercompagnie bij Veen- dam de 58-jarige mevrouw A. M. G. Vene- ma-Koopman uit Groningen door een per sonenauto aangereden, toen zij met haar bromfiets deze weg wilde oversteken. Zij was vrijwel op slag dood. In Hengelo is het 3-jarig jongetje G. F. M. Maathuis bij een verkeersongeluk om het leven gekomen. Het knaapje speelde bij zijn ouderlijke woning en liep plotse ling de rijweg op, vlak voor een bestel auto. De chauffeur kon een aanrijding niet meer voorkomen. Een dergelijk ongeluk gebeurde in Ernst bij Epe, waar het 5-jarige zoontje van de familie G. van Zuuk door een personen auto werd overreden, toen het met zijn fietsje de weg wilde oversteken. Het jon getje was vrijwel direct dood. In Amsterdam is de 49-jarige cartonna- gewerker S. C. Wolffraum, die op zijn bromfiets op de Weteringschans rechtsaf wilde slaan daarbij door een eveneens rechtsafslaande vrachtauto aangereden. Hij werd ernstig gewond en is in een zieken huis overleden. Bij een ongeluk in Oldebroek is de 50- jarige heer W. A. uit Utrecht om het leven gekomen. De heer A., die per fiets de Zui derzeestraatweg wilde oversteken, kwam in botsing met een melkauto. De heer A., die met vakantie in Heerde verbleef, was op slag dood. In Enschede had een aanrijding plaats tussen een personenauto uit Enschede en de 55-jarige motorrijder O. Gorter uit Gla- nerbrug. De automobilist verleende bij het afslaan naar links geen voorrang aan de hem tegemoetkomende G., die na de bot sing zwaar gewond naar een ziekenhuis vervoerd werd, waar hij is overleden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1961 | | pagina 4