DE VROUW DIE HAAR GEHEUGEN VERLOOR WOBBO EN DE HOED WILDE RIJST PANDA EN DE PLASTIC PLASTIEK. 3 Polle EENS EEN INDIAANS VOLKSVOEDSEL THANS EEN PEPERDURE DELICATESSE m '"Hoe is het ontstaan?^ 'm Ons rcrrolQ ver ha F i l J WOENSDAG 5 JULI 1961 9 tat Érf; v n - NAAR HET DUITS DOOR LILIAN AYE I A jtt I >1" i r m m i ilw met i* Wateroorlogje in Noord-I talie Paniek in vuilnisemmer Dit woord: BORSTPLAAT 13. Een kurk, mompelt Polle, een kurk, stil eens! Weet jij nog, Pelli, wat wij met een kurk te maken hehhen? Opeens springt hij omhoog van plezier! Ik wéét het! Ik wéét het! Pelli!, ik heb het. Weet je nog, dat ik op onze eerste vaart eens een gat in de boot heb gemaakt en dat Zeerob daar toen een kurk in heeft gedaanP m X vif N'l 12) Karin en hij? Moest niet hij alleen zijn houding veranderen? Misschien zou Karin nooit een eigen leven zijn gaan leiden, als hij meer thuis was geweest. Thuis en in haar bereik. Herbert streek zich over zijn voor hoofd. Even sloot hij zijn ogen. Wat mankeert me eigenlijk? Ik wist toch altijd precies wat ik wilde. Ik was nooit zo onzeker, Er werd op de deur geklopt. „Ja?" riep Herbert, opschrikkend uit zijn gepeins. Het was Liesbeth. „Telefoon voor u, meneer Littmann". „Wie is 't?" „De moeder van mevrouw". Herbert aarzelde even, voordat hij de hoorn opnam. Zijn blik viel op de kalender Maandag 29 augustus. Maandag was de dag, dat zijn schoonmoeder altijd kwam lunchen. Hij had 't door alles wat er gebeurd was volkomen vergeten. Liesbeth sloot zachtjes de deur achter zich. „Hallo, mama", zei Herbert. „Dag, m'n jongen", barstte zijn schoonmoeder los, „Vertel me eens, wat er met jullie aan de hand is. Die goede liesbeth wordt met de dag vreemder. Ze werkt niet bij een be grafenisonderneming! Je moet haar werkelijk eens zeggen, dat ze wat voorkomender en opgewekter aan de telefoon moet zijn". Herbert liet gelaten de woorden stroom over zich heengaan. „Ja, ma ma, ik zal er haar bij gelegenheid eens op wijzen", zei hij. „Nee, niet bij gelegenheid! Je moet 't haar dadelijk zeggen. Ik krijg de neiging om meteen weer op te hangen als ik die stem hoor". „Ja, mama". Er heerste even stilte. Dan klonk het aan de andere kant: „Je hebt vandaag kennelijk weer één van je zwijgzame dagen!", Het was als een grapje bedoeld, maar het klonk een beetje gepikeerd. „Mama", begon Herbert. Hij werd echter weer onderbroken. „Voor ik het vergeet, Herbert", klonk het aan de andere kant, „Je kent toch de oude Dreesen, je weet wel, die nog met je vader in de klas heeft gezeten. Herin ner je je hem?" „Ja. „Hem is gisteren een ongeluk over komen" vreselijk.. Hallo, hallo, Her- bert, ben je daar nog??" Herbert zat doodstil. Ik moet 't haar thans wel zeggen, dacht hij. „Mama; luister altublieft- eens goed", zei hij, zijn stem een vastbe raden klank geveqd. „Wat heb je, Herbert, waarom val je me in de rede.... Ik „Ik heb u iets ernstigs mee te de len, mama. Doet uw best om kalm te blijven. Ik moet 't u vertellen, voor dat u vandaag bij ons komt. Karin heeft een ongeval gehadHerbert luisterde gespannen naar haar reactie „Mama" riep hij, toen het aan de andere kant stil bleef. „Mama, 't is allemaal nog vrij goed afgelopen. Ze is thuis" Aan de andere kant klonk de tril lende stem van zijn schoonmoeder: „Waarom moet je me dan eerst een doodschrik op het lijf jagen?" Herbert keek op zijn horloge. Het was half twaalf. Om twaalf uur had hij een bespreking. Die zou een uur verschoven kunnen worden. Hij over legde snel. Door de telefoon kon hij de oude dame alles niet uitleggen. „Luistert u eens, mama", zei hij. „Paschke heeft vandaag ander werk te doen. Daarom kom ik u zelf halen. Kunt u in een half uur klaar zijn?" „Ik kan toch een taxi nemen". „Nee waarom mama? Zo is 't veel eenvoudiger." „Heb je me nog niet alles over Ka rin meegedeeld?" klonk het onzeker aan de andere kant. „Er is nog iets wat ik in verband met Karin's ongeval met u wil be spreken, mama. Ik ben zo dadelijk dus bij u." „Toeter je??" „Ja, ik toeter," antwoordde Her- bert. Ondanks alles moest hij even glimlachen. Herbert legde de hoorn op de haak en stak een sigaret op. Hij ging boven op zijn bureau zitten en dacl)t na. Van het terras drong Monica's lach tot hem door. Karin, dacht hij, eerst moest hij Karin voorbereiden op het bezoek van haar moeder. Dat de oude dame nu ook uitgerekend vandaag al somen moest. Ik kon haar niet afpoeie ren, peinsde hij. Bovendien is ze gril lig en duikt soms op de meest onver wachte momenten hier op. En dat moest thans stellig vermeden worden. Opeens dacht hij aan Karin's broer. Hoe stond 't daarmee? Was hij on derweg voor zaken? De goede Phil vormde een hoofdstuk apart... Momen teel gedroeg hij zich zeer verstandig... Maar natuurlijk moest ook hij van Karin's toestand op de hoogte ge bracht worden... Herbert drukte zijn sigaret uit en nam de telefoon weer op. Hij liet zich met zijn kantoor verbinden. „Littmann Fabrieken", meldde zich de telefoniste. „Verbindt u mij met meneer Rei ser," zei Herbert. „Eén ogenblik, meneer Littmann," antwoordde de telefoniste beleefd. Ze had de stem van haar werkgever on middellijk herkend. „Reiser", meldde zich een diepe mannenstem aan de andere kant. „O Reiser, wil jij er voor zorgen, dat de bespreking, welke ik op 12 uur had bepaald, een uur wordt ver schoven. Ik word opgehouden „Dan nog iets, Reiser. Weet jij mis schien toevallig, wanneer mijn zwager terugkomt?" „Meneer Hausler heeft juist een uur ?eleden opgebeld. Hij komt waarschijn lijk morgen met het middagvliegtuig terug. Dat is tenminste zijn plan." „Als hij zich meldt, wil je hem dan zeggen, dat hij mij onmiddellijk moet opbellen? Voor het geval ik niet op de fabriek zou zijn, kan hij mij thuis bereiken. Vergeet je 't vooral niet?" „U kunt op me rekenen, meneer Littmann." „Dat is alles, Reiser". Herbert leg de de hoorn weer op de haak en bleef even voor zich uit zitten kijken. Dan stond hij op en liep naar het terras om Karin voor te bereiden op het be zoek van haar moeder. Beneden in de keuken was Lisa, het dienstmeisje, bezig met de vaat. Zij zong daarbij het hoogste lied. „Maak toch niet altijd zon lawaai met het vaatwerk," mopperde Lies beth. Het gezang verstomde. „Ik maak helemaal geen lawaai" wierp het meisje tegen. Liesbeth zweeg en keek geïrriteerd, Lisa wierp haar tersluiks een blik toe. Wat die mankeert...? peinsde ze. Sinds mevrouw Littmann dat ongeval is overkomen, schijnt ze geen rustig ogenblik meer gehad te hebben... Ik zou wel eens willen weten, waarom... De huishoudster verdween in de KnU'Lt' w?ar ze ^ep mand met aardap pelen vulde, welke ze even later op geroutineerde wijze begon te schillen. De 'ene aardappèl'na de andere werd onder handen genomen en in een pan met water gemikt. Liesbeth's gedach ten schenen echter elders te zijn. Op eens hield ze met haar werk op en staarde voor zich uit. Dan stond ze met een abrupt gebaar op en spoel de haar handen af onder de kraan. Nadat ze zich ervan overtuigd had, dat Karin nog steeds op het terras lag, holde ze de trap op naar de eer ste verdieping. Nog éénmaal omkijkend opende ze vervolgens de deur van Karin's ka mer. Zachtjes ging ze naar binnen en sloot de deur achter zich. Haar blik dwaalde door het vertrek. Ze zag de kleine lage tafel, waarop een grote vaas met geel rozen stond... Dan ging haar blik naar de muurkast. De deur was op slot gedraaid, de sleutel ont brak. Daar moet de brief zijn, conclu deerde zij. Zonder verder oponthoud verliet ze Karin's kamer, liep het por taal over en betrad de niet in gebruik zijnde logeerkamer. Ze liep naar de ook daar aanwezige muurkast en trok de sleutel uit het slot. Terwijl ze deze bekeek, dacht ze: eigenlijk helemaal niet gek, dat ;r zo veel eenheidssloten gebruikt wor den... Nadat ze zich nogmaals vergewist had, dat er niemand boven was, be trad ze opnieuw Karin's kamer. Ze liep regelrecht op de muurkast toe en draaide het slot open. Na enkele gre pen had ze de brief gevonden. Ze stak hem in de zak van haar schort, sloot de kast weer af, stak de sleu tel bij zich en ging naar haar eigen kamer. Het verkeerslicht sprong op oran je. Herbert remde en keek geïrriteerd in de achteruikijkspiegel. „Je had nog best door kunnen rij den, m'n jongen," meende mevrouw Hausler. Het tengere figuurtje van zijn schoonmoeder zat enigszins verloren op de brede leren bank naast hem. ,'t Sprong nét op oranje." (Wordt vervolgd) GEEN ANDERS WESTERS land kan bogen op een zo rijkvoorziene oosterse keuken als Nederland. Dat danken wij aan onze Indonesische „kokkies" uit de koloniale periode, maar ook aan de Chinese eethuisjes van thans, die in geen Nederlanase stad van enige omvang ontbreken. Zij hebben ons vertrouwd ge maakt met ontelbare geraffineerde rijstgerechten, culinaire genietingen die zelfs het kieskeurigste gehemelte voldoening schenken en die bovendien vaak goed koper zijn dan de traditionele dubbele biefstuk met gebakken aardappelen Maar één vorm van rijstgenot is ons totnogtoe onbekend gebleven: de wilde rijst van Noord-Amerika, die de voor fijnproevers op het westelijk halfrond als het fijnste van het fijnste geldt en waarvoor dan ook fantastische prijzen betaald worden. WILDE RIJST is een plant, die evenals zijn gecultiveerde Aziatische en Italiaan se verwanten een zeer vochtige omgeving nodig heeft om tot wasdom te komen. Het is een echte moerasplant die in de dras sige oeverzomen van sommige Canadase meren, in ondiepe plassen en poelen en in kleine, langzaam-stromende Amerikaan se rivieren voorkomt. In vroeger tijden was het een echt volksvoedsel voor de In dianen in deze streken, maar al gauw ont dekten ook de blanke kolonisten-jagers, goudzoekers, avonturiers en handelaar dat deze wilde rijst een voortreffelijk ge recht opleverde, vooral met een malse eende- of ganzebout erbij. Trouwens, ook de aan watervogels zo rijke gebieden in Canada zijn zo verzot op de wilde rijst, dat zij er alle andere graangewassen voor laten staan. Als uitgehongerd vallen de trekvogels erop aan wanneer zij tegen de herfst uit hun Noordelijke zonïerkwartie- ren terugkeren. En als de mens er dan niet gauw bij is, blijft er weinig meer voor hem over. Tien gulden per pond! DAT IS EEN van de redenen, waarom wilde rijst zo duur is Zij moet geoogst wor den in wateren die zo ondiep zijn, dat de mens er alleen per kano of platte schuit kan doordringen. Bovendien zijn de winge- bieden meestal ver van de bewoonde we reld gelegen in streken, waar verkeerswe gen nog een ongekende luxe zijn. Ook het transport van de oogst is daar door zeer duur. Al met al gaat de begeer de delicatesse de huisvrouw dan ook in Canada! zo ongeveer tien gulden per pond kosten. Kenners beweren echter, dat de groenbruine, langwerpige korrels hun prijs volop waard zijn, omdat er géén an der graangewas is, dat zo uitmuntend smaakt. De smaak zelf wordt beschreven als die van „een geurig pittig notenmeng- sel met een ondertoon van zondoorstoofde edelgranen". De bereiding van wilde rijst is overi gens even eenvoudig als die van „tamme" met dat verschil dat zij nog grotere en dro gere vlokken geeft. Men kan ze trouwens tegenwoordig ook voorgekookt, of liever voorgepoft, in bussen of kartons krijgen; fci» «4 jit li in welke laatste verpakking de wilde rijst in diepvriescontainers verzonden en ge distribueerd wordt. Dorsen te „velde" VOOR DE OOGST was men tot voor kort nog vrijwel aangewezen op de in heemse bevolking in de streken waar de moerasrijst groeit. Deze mensen oogsten het gewas nog precies zoals de Indianen dat vroeger deden. Zij trekken getweeën in kano's de „rijstakkers" in. Een man peddelt of boomt, de ander buigt met een stok de aren boven de kano en klopt boven de boot de korrels eruit. Hij dorst dus als het ware te velde. Natuurlijk blijven er bij Hiernaast: Dorsen in de kano, naar oude Indiaanse trant. Is t - -vs8i 96-97. Bizram knikte, met een kwaad ge zicht. Wacht maar, meester, ik zal ze wel even onschadelijk maken! zei hij. Meteen zwaaide hij met zijn handen en mompelde een toverspreuk. De rovers ke ken met verschrikte ogen naar de man die daar opeens was opgedoken. Toen zwaaiden ze hun wapens, maar het u)as al te laat. Om hen heen stegen rookwolkjes op, die steeds dikker werden. Daar begrepen ze helemaal niets van. Wobbo keek toe. Hij voelde zich veilig, want hij begreep, dat de rovers hem niets meer zouden doen. Een handvol wilde rijst. De korrel is groenbruin van kleur en heeft een typische spoelvorm. deze primitieve oogstmethode veel korrels in de aren zitten en valt er ook veel naast de boot. Maar dat is niet erg, want daar door komen de watervogels ook aan hun trek, terwijl een deel van het zaad in het Vater ontkiemt tb* nieuwe rijstplanten. Twee mannen die naar Indiaanse trant rijst, oogsten, kunnen per dag ruim hon derd kilogram vergaren, hetgeen een flin ke bijverdienste oplevert. De laatste tijd echter wordt de zaak wetenschappelijker aangepakt met behulp van speciaal daar toe geconstrueerde oogstmachines, die het mogelijk maken, in korte tijd een groot oppervlak te bewerken, hetgeen in ver band met de concurrentie van de vogels van groot belang is. Vele Canadese boeren werken thans met zulke „oogstboten" en dat legt hun geen windeieren, want overi gens zorgt de wilde rijst voor zichzelf: ploegen, zaaien, mesten en wieden is over bodig en alles wat de moerasrijst opbrengt is dus schone winst Gemiste primeur ZOALS GEZEGD, was de wilde rijst reeds van oudsher aan de Indianen be kend als een smakelijk en goed voedsel. Ruim twee eeuwen geleden kwam er in Boven: De moderne oogstmethode. Canada een telg uit een oud Frans adel lijk geslacht aan, die in Parijs een wat al te vrolijk leventje geleid had. Zijn v§le schulden dwongen hem, naar Canada uit te wijken, waar hij aly*pIonier een nieuw leven wilde beginnen. Hij raakte bevriend met een Indiaans opperhoofd in de tegen woordige provincie Manitoba, die hem de wilde rijst leerde kennen. De Franse edel man, een echte fijnproever, was verrukt van dit vreemde gerecht. „Parijs zal er weg van zijn", bedacht hij en dus be sloot hij terug te reizen naar het moeder land, met een koffer vol rijstzaad als stuk van overtuiging bij zich. Helaas werd hij op zijn tocht door het barre Canadese land door bandieten vermoord, anders was de primeur van de moerasrijst voor de acht- tiende-eeuwse Paiijse gourmets geweest- Nu is zij haar roemruchte zegetocht begonnen via de Amerikaanse luxe-restau rants pn via de conserven-industrie. in blik of als diepvries. Hetgeen de hoop recht vaardigt, dat ook de Europese fijnproe ver er nog wel eens kennis mee zal ma ken. Als de hoogconjunctuur tenminste lang genoeg voortduurt.. CO», MAITIN TOONOM ■■niiï 50. Toen Carlos Panda met het beeldje Pompo zag aankomen, uitte hij een schelle kreet en ging er hals over kop vandoor. „Wat mankeert hem?" vroeg Panda. Zonder te antwoorden griste Joris hem het beeld uit handen en wilde het met een wijde boog in de rivier werpen. Maar zo gemakkelijk liet Panda zich het beeldje niet ontnemen, dat hij met zoveel moeite veroverd had. Met een snelle greep had hij Pompo weer te pakken en voor de tweede keer werd er duchtig aan het- beeld ge trokken. „Laat los Joris! Wat is dit voor onzin?" riep Panda, „waarom wil je je eigen beeld in de rivier gooien?!" „Ja, wat zijn dat voor strekens?!" gromde Pat, die Panda te hulp kwam, „hebben we daarvoor allerlei gevarens doorstaan?! Laat los, bekorrah! Al is het jouw beeld, wij moeten het bewaken!" Maar Joris luisterde niet. Met ontzetting keek hij naar een bolronde vorm, die zich in het uitgerekte lijf van Pompo afteken de. Dat moest de bom zijn.de bom die nu elk ogen blik kon ontploffen! Dit was teveel voor Joris en hij liet los, alsof hij zijn handen had gebrand. Door de klap, waarmee het veerkrachtige beeldje weer in zijn oude vorm terugsprong, werden Pat en Panda achteruit geslingerd over de kademuur. En zo vielen zij ach terover in de rivier, met het beeld en mét de bom. Maar van die bom wisten ze nog niets af De Romeinen uit de oudheid zijn be roemd geworden door hun aquaducten. De vrouwen van het kleine Italiaanse dorpje Ronzo hebben nu bewezen dat zij een der gelijk bouwwerk in minder dan geen tijd kunnen slopen. De provinciale overheid nam het besluit om een aquaduct te bouwen teneinde een bekende badplaats aan de rand van het Gardameer van water te voorzien. Enige dagen geleden werd het nieuwe bouwsel in werking gesteld, maar wat ge beurde.... de fonteinen en bronnen van Ronzo verloren de helft van hun capaci teit. Het gemeentebestuur van het dorp dien de onverwijld een protest in maar er werd niets gedaan om de bewoners van hun on gemak te verlossen. Zondag hadden 50 struise inwoonsters er genoeg van. Zij marcheerden in gesloten gelederen, voorzien van bijlen, houwelen en ander zwaar materieel naar de water- brug en namen het herstel van hun water toevoer öp doeltreffende wijze ter hand. Toen de politie ter plaatse verscheen, bleek dat de dames geen half werk had den geleverd. Een groot deel van het aqua duct was grondig vernield. Ronzo heeft thans weer water in over vloed. Of het „watermuisje" nog een nat staartje-krijgt, is niet bekend. Men heeft ook nog niet besloten of het aquaduct zal wffifSén gerestaureerd. Voorlopig zal er alleen wei genraat worden, zo hopen de inwoners van Ronzo. Advertentie luiiiiiimiinniiinrn De bakteriën schrokken zich dood! Want wat gooide de huisvrouw in de vuilnisem- mer? Glorine! En dat bete- 1 kent het onherroepelijk ein- 1 de van alle bakteriekweek- plaatsen. Glorine bleekwa- 1 ter desinfecteert. En neemt onaangename geurtjes weg. Gebruik het ook voor afvoer- 1 pijpen en putten'. Prijs van I Glorine? Maar 23 cent! niitiMiMiiiiMnuiMiiHtiiiiiiiiiiiiiiiiinitiiiiiuuuiiimiiiiiHtmuuiiiii Een borstplaat is een metalen plaat, het voorstuk van het harnas, ter bevei liging van de borst. Maar wanneer wij thans over borstplaat spreken, bedoelen wij iets heel anders, namelijk: een schijfje gegoten suiker met chcocolade-, citroen- of andere smaak vermengd. Aanvankelijk was de borstplaat een hoestmiddel, dat gebruikt werd door hen die „borstig" waren; men sprak ook van borstkoekjes, Later werd het de naam der versnapering. Iets dergelijks zien wij in het woord tulband, eigen lijk het Turkse woord voor een bepaald hoofddeksel, daarna ook de naam van een gebak dat daarop door zijn vorm enigszins lijkt. Ook de bloemnaam tulp is van het woord tulband afge leid, eveneens door de vormovereen- ^•comst.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1961 | | pagina 9