GEHEUGEN VERLOOR
PRIEGELTJES GROTE REIS
Moeilijke mode uit Parijs
Werktijden verkor ting
en België nog
in Frankrijk
wording
PANDA EN DE MEESTER-OPHEFEER
m
m
.De „vijfdaagse" in den vreemde (V)
in
Polle
Ons vervolgverhaal
Langere rokkennauwere lijfjes
adem inhouden maar!
en
CHoe is het ontstaan?"N
Slag vóór
Roulering
m
Niet algemeen
JrX
NAAR HET DUITS DOOR LILIAN AYE
WOENSDAG 26 JULI 1961
Lucigaret
Sprekende papierbak
Dit woord: APEKOOL
m -
Pannen-panne
46. Nog even doorzetten, jongens, dit is het laatste stukje en dan hebben
we de Maryveilig aan de kant! Kom, Hazelijn, zegt de olifant, het is
jouw beurt, maar.... maar.... maar.... wat gebeurt daar? Komt daar
de „Mary" niet aan? Dank je wel, hoor, dat jullie onze boot hebt terug
gebracht, zegt Polle tegen de vissen, we zijn er verschrikkelijk blij mee!
29)
Het was alsof er plotseling een on
dragelijke spanning in de kamer hing.
„Zeg dat 't niet waar is", zei Her-
bert op onnatuurlijk kalme toon.
Helène haalde de schouders op.
„Het is de waarheid!"
„Zeg dat 't niet waar is!" herhaal
de Herbert, terwijl er een vuurrode
kleur op zijn wangen kwam. Hij trilde
van verontwaardiging.
„Allemensen, Herbert 1" He
lène zette haar glas neer en keek hem
enigszins onthutst aan.
„Heb je bewijzen?" vroeg hij kort
af.
„Wat bedoel je daarmee?" vroeg ze
ontwijkend. „In ieder geval moeten
ze op de een of andere manier con
tact met elkaar hebben gezocht".
„Dat is toch volkomen uitgesloten!
Karin is immers alles vergeten!"
„Maar die man in kwestie mis
schien niet".
Maar die man misschien niet
Pijnlijk drong de betekenis van deze
woorden tot Herbert door. „Hoe weet
jij dat allemaal?" vroeg hij fel.
„Ik heb haar met die man vlak
voor de kapper op de Königsallee ge
zien".
„Hoe weet je dat 't die bewuste
man was?"
Helène beet zich even op de lippen.
Dan zei ze snel: „Geloof je dat Karin
met een vreemde man in een taxi zou
slappen?"
Herbert deed even zijn ogen dicht.
In zijn gebalde vuist klemde hij het
etui met de briljanten clip, die hij zo
juist voor Karin had gekocht.
„Weet je misschien ook, waar zij
hem heeft leren kennen?"
Het kwam niet in hem op te vragen,
hoe Helène een en ander wist.hij
wilde er nu alleen nog maar meer van
weten.
„Hij heeft een huis in Starnberg".
Herbert opende langzaam de ogen.
Starnberg! Nu begrijp ik het allemaal!
Eindelijk begrijp ik het! En ik geloof
de dat Karin werkelijk niet wist, dat
ze al eens eerder in Starnberg geweest
was. .Maar nu is het me duidelijk, dat
ze tegenover mij slechts comedie
speelde. Ze wist 't misschien niet hele
maal zeker, maar ze vermoedde het.
Ze wilde weer in contact komen met
die ander.. Daarom mocht ik haar
niet kussen in Starnberg.. En daar
om voelde zij zich daar zo gelukkig.
Terwijl ik dacht, dat zij zich met mij
gelukkig voelde.
„Herbert!" Helène voelde zich al
lesbehalve op haar gemak door zijn
reactie.
Uit de eetkamer kwamen geluiden.
Lisa was begonnen met tafeldekken.
„Ik dacht dat ik precies op tijd
kwam", zei Herbert in gedachten,
„maar ik was te laat.."
„Herbert", riep Helène uit, terwijl
ze hem bezorgd aankeek, „wat héb
je?"
„Wilde jij niet met mij lunchen?"
vroeg hij opeens.
„Meen je 't écht?"
Herbert haalde het étuitje uit zijn
zak. „Hier, om te beginnen een klei
ne attentie. Misschien vind je 't aar
dig.."
Helène opende het etui. „Herbert!"
Het volgende ogenblik voelde hij haar
armen om zijn hals en haar mond op
de zijne. Hij beantwoordde de kus
eerst luchtig, maar dan heftiger en
tenslotte vol hartstocht. Hij dacht daar
bij aan Karin.
Herbert liet Helène los. Een gevoel
van walging kwam over hem. Walging
van zichzelf. Starnberg.. Hoe anders
was dat allemaal geweest, ondanks
Hij wendde zich af. Al die tijd bedroog
Karin mijin gedachten. En dat is
erger dan wanneer er werkelijk wat
gebeurd zou zijn.
Hij voelde Helène's hand op zijn
arm. Hij keek haar aan. Ik heb He
lt ne thans op precies dezelfde manier
bedrogen.. Zij denkt, dat ik 't meen
de, toen ik haar daarnet zó kuste.
ik ben eigenlijk geen haar beter.. Er
bestaat niets gemeners dan een an
der in gedachten te bedriegenHij
keek naar Helène's mond, die te zwaar
was opgemaakt. Zijn gedachten waren
echter ver weg.
Helène overlegde intussen: na ver
loop van tijd zal hij Karin wel verge
ten. 't Zal allemaal in orde komen.
Er werd op de deur geklopt.
„Wat is er?" vroeg Herbert aan het
dienstmeisje dat de deur opende.
„Ik wilde u vragen of.." Lisa hield
opeens verschrikt op, toen ze om Her
bert's mond sporen van lippenstift
ontdekte. Verwonderd keek ze naar
Helène, en vervolgde dan:., „of ik
soms voor drie personen moet dek
ken.."
„Nee, ik ga in de stad lunchen".
Herbert liep naar het huisbartje en
vulde de glazen opnieuw.
„Maar mevrouw heeft gezegd
„Ik zei, dat ik in de stad ga lun
chen".
Lisa wierp nogmaals een verwon
derde blik op Helène. Opeens moest
ze denken aan het kostelijke vlees,
dat zij zo ijverig om de twee minu
ten had begoten. Ze kon 't niet ver
kroppen en stamelde: „Maar wat
moet er dan met de lunch..?"
Herbert draaide zich woedend om.
„Allemensen, Lisa moet ik 't nóg eens
zeggen: wij gaan in de stad lunchen!"
,,'t Spijt me", mompelde het meis
je onthutst en sloot de deur achter
zich. Ze holde terug naar de keuken.
Eindelijk zou ze de strenge huishoud
ster eens kunnen overtroeven. Ze had
thans iets gezien, waarvan die oude
ziel geen idee had
„Het eten wordt afgelast", kondig
de ze aan, toen ze in de keuken terug
kwam. Ze liep langs Liesbeth heen
en pakte een blad, om de tafel in de
eetkamer weer af te gaan ruimen.
Liesbeth keek het meisje ongelovig
aan. Ze greep haar arm vast en zei
verbaasd: „Wat vertel je me nou?"
Lisa haalde haar schouders op,
maar haar glimlach verried, dat ze
er meer van wist. Ze was te jong om
lang geheimzinnig te doen, ze kon het
geen ze gezien had niet langer voor
zich houden. „Als je eens wist",
barstte ze los, „wat ik gezien heb!"
En even later klonk 't bijna op plech
tige toon: „Die twee daar binnen heb
ben elkaar gekust".
Op Liesbeth's gezicht kwam een
brede glimlach. „Nee..", zei ze ver
wonderd.
„Ik heb toch zelf lippenstift op me
neer Littmann's gezicht gezien", zei
Lisa verontwaardigd, omdat ze Lies
beth's reactie verkeerd uitlegde. „En
je had mevrouw Maertens moeten
zien!
Ze zag eruit als een kat, die een
muis gevangen heeft!"
Op dat ogenblik werd de deur, die
op de tuin uitkwam met een ruk ge
opend. Paschke kwam buiten adem
de keuken binnen. Hij zag doodsbleek.
„Wat moet ik doen?" hijgde hij.
„Mevrouw Littmann is weg".
Liesbeth en Lisa staarden de chauf
feur aan. „Ik durf 't de baas niet te
zeggen. Ik kan 't hem niet zeggen".
„Wat bedoel je met wég?" vroeg
Liesbeth. Haar hart bonsde van op
winding.
„Ik zou haar bij de kapper halen",
deelde Paschke met wanhoop in zijn
stem mee. „Eerst heb ik een kwartier
gewacht, toen begon ik 't merkwaar
dig te vinden, dat mevrouw niet kwam
En opeens voelde ik me allesbehalve
op mijn gemak. Ik ben uit de auto ge
stapt en bij de kapper binnengegaan.
Tegen de kapster heb ik gezegd, dat
ik mevrouw Littmann kwam halen".
Er sprongen tranen in Paschke's klei
ne blauwe ogen. „Ik heb tenslotte al
die ellende meegemaakt! Nooit zal ik
vergeten, hoe ze me aankeek, toen we
haar uit het ziekenhuis in Frankfort
kwamen halen. Ze herkende me hele
maal niet. En dan te bedenken dat ze
nu misschien ergens rondzwerft, zon
der zich te herinneren, waar ze thuis
hoort.." De stem van de chauffeur
trilde.
„Wat zei die juffrouw bij de kap
per?" vroeg Liesbeth. „Dat heb je ons
nog niet verteld."
„Ze was daar niet," riep Paschke
uit. „Ze was er helemaal niet geweest!
Terwijl ik haar toch zelf vlak bij de
kapper heb afgezet!"
„Heb je haar er zien binnengaan?"
vroeg Liesbeth vol spanning.
„Dat kon ik niet, ik moest op het
verkeer lette» en doorrijden. Je mag
daar niet parkeren."
Liesbeth keek op de keukenklok.
Het was vijf minuten voor half twee.
„Hoe laat zou je mevrouw Littmann
halen?" vroeg ze.
„Om half een. Ik was misschien vijf
minuten te laat, omdat ik eerst de
baas nog thuis moest brengen."
„Draai jij het gas uit, Lisa," zei de
huishoudster tegen het dienstmeisje.
Met een mismoedig gezicht deed Lisa
wat haar gezegd werd.
Liesbeth was opeens druk in de
weer. Ze liep heen en weer, haalde
borden uit de keukenkast te voorschijn
en dekte de keukentafel. Door haar
bedrijvigheid wilde ze voorkomen dat
de anderen zouden merken, hoezeer
haar dit alles ter harte ging; hoe zij
in deze zaak had geïntrigeerdhoe
het haar gespeten had, dat ze Karin's
afscheidsbrief aan Herbert, die zij had
gecopieerd, niet onmiddellijk aan He
lène Maertens ter hand had gesteld.
(Wordt vervolgd)
13-14. Meneer Kanebit en de negergids
keken verschrikt op, toen de professor zo
plotseling overeind sprong.
Au!! riep deze. Ik ben door een insect
in m'n bibs gestgken.
Hij wreef met zijn hand over de pijnlijke
plek en keek woedend naar de grond, waar
hij had gezeten.
Dat is niet zo mooi, professor! zei
de assistent. Als het maar niet een ver
giftig beest is geweest!
Maar opeens wees meneer Kanebit naar
een plaats tussen het groen.
Gauwkijk dat eens, riep hij ver
baasd.
DE MODERNE vrouw zal in de ko
mende seizoenen minder been laten zien,
maar de manne-ogen zullen ongetwijfeld
geboeid worden door de lijnen van haar
figuur, indien zij zich tenminste door
Pierre Cardin de (mode)-wet wil laten
voorschrijven. Het huis Cardin was het
eerste van de Parijse couturiers, dat deze werpers „onthullender" zullen zijn in de
wijze waarop zij de vrouw de komende
herfst en winter zullen kleden dan in de
afgelopen drie jaar. De roklengte, die bij
de Italiaanse mode een neiging tot zakken
vertoont, behoudt bij madame Gres dezelf
de hoogte, hoewel de knieën bedekt blij
ven.
Ook Maggy Rouff liet er geen twijfel
over bestaan dat de vrouwelijke vormen
weer in de mode komen. Haar nieuwe
lijn benadrukt de buste als uitgangspunt
voor een uitspringende en in volte toene
mende lijn naar de korte zoom.
week de collectie voor herfst en winter
toonde. De nieuwe lijn bleek draagbaar
der modellen te hebben opgeleverd dan
in vorige seizoenen het geval was.
Cardin liet de rokken gemiddeld 2'/« cm
onder de knie ophouden. De door hem ont
worpen pakjes vertoonden geen enkele
overeenkomst meer met de vorige, waar
op losse, wijde jasjes werden gedragen.
De jasjes waren nu strak, vooral aan
de voorzijde en vaak, in stroomlijn naar
de lichaamslijn gesneden. De moderne
vrouw die deze jasjes, en ook de japonnen
van Cardin wil dragen, zal ziüh moeten
oefenen m het inhouden van haar adem.
De bustelijn is door dit laatste snufje
van Cardin meer „vooruitstrevend" ge
worden dan ooit.
Evenals in vorige shows waren bruin
en een dieppurper favoriet bij deze jonge
Franse ontwerper die als een van de mees-
belovende modeprinsen van de jonge gar
de wordt beschouwd. Zwart bleek echter
d e kleur te zijn gebleven voor cocktail-
en avondjaponnen. Om dit nog sterker te
doen uitkomen liet Cardin zeven in het
zwart geklede mannequins tegelijk de zaal
van zijn modepaleis je binnengaan. De
fraaie mouwloze japonnen die zij droegen
brachten inkopers en journalisten tot een
geestdriftig applaus.
Vele modellen uit de collectie waren met
bont en grote lederen knopen afgezet. De
hoeden van het huis Cardin waren even
eens meest uit bont vervaardigd. Een van
de grappigste modellen had een ruime een
meter lange „sleep" die als bor^t om de
hals kon worden gedragen met het uitein
de nonchalant over een schouder gewor
pen.
Ook Madame Gres en Maggy Rouff heb
ben hun herfst- en wintercreaties getoond.
Madame Gres heeft een nieuwe lijn ont
worpen, de „Ligne Oblique" die door haar
een „opstand" wordt genoemd, „bijna een
revolutie". Haar „ligne óblique" be
staat uit diagonaal gesneden stof die, ge
accentueerd door opgestikte zomen, van
de ene schouder naar de andere heup
loopt, of in een vloeiend silhouette, dat
buste- en heuplijn aangeeft, maar de rug
camoufleert.
Haar japonnen zijn de eerste tekenen
die er op wijzen dat de Parijse modeont-
Begin volgend jaar zullen in de Ver
enigde Staten zelfontbrandende sigaretten
op de markt gebracht worden, een uit
vinding van de Amerikaanse scheikundige
prof. J. Holland Hoback, die verbonden is
aan de Marshal-universiteit in Huntington,
West-Virginia.
De sigaret ontsteekt zichzelf wanneer
men een der uiteinden, dat daartoe gepre
pareerd is, langs de bovenkant v.an het
pakje strijkt. Er worden thans machines
geconstrueerd om dergelijke sigaretten
in massa te kunnen produceren.
Op het Stationsplein in Amsterdam is als
onderdeel van de actie „Opgeruimd staat
netjes", een „sprekende papierbak" ge
plaatst, die passanten aanmaant, van zijn
diensten gebruik te maken. De „bediening"
van deze vuilnisbak geschiedt in samen
werking met het personeel van de VVV-
kiosk aldaar. Duizenden treinreizigers,
onder wie de forensen, worden op deze
wijze over de actie ingelicht.
Het Stationsplein wordt regelmatig
schoongeveegd door de voor deze actie
ingeschakelde „brigade" van werkstu
denten-straatvegers.
Meer en meer begint de burgerij zich
voor de actie te interesseren; in verschei
dene delen van de stad neemt de jeugd in
vakantietijd de bezem ter hand.
Verscheidene ondernemingen* onder an
dere winkelbedrijven, hebben affiches met
het motto „Houdt Uw Stad Schoon" aange
vraagd.
De Wereldomroep zal in enkele uitzen
dingen ook in het buitenland de aandacht
op deze actie vestigen.
Kool is de naam van een gewas,
een groente, maar wordt ook gebruikt
voor: grap, fopperij. Zo zegt men:
iemand een kool stoven. Aan het woord
aap wordt het begrip: dwaas, gek, be
lachelijk verbonden. Apekool is dus:
zotte kletspraat. Rest de vraag hoe het
komt dat het woord kool de beteke
nis: grap heeft gekregen. Sommigen
menen dat men moet denken aan iets
dat waardeloos is, zoals een, koolblad.
Uit het begrip waardeloos is dan het
begrip mal, dwaas ontstaan. Anderen
denken aan het Hebreeuwse woord
k o 1 dat: stem, geluid en in die
ventaal: bedrog betekent. Het Duits
kent: einem etwas vorkohlen voor:
iemand voor de gek houden. Merkwaar
dig is dat apekool óók de naam is van
kleine, minderwaardige schelvis. Het
verband is niet duidelijk.
"11
Veren zijn favoriet in de nieuwe
Parijse hoedenmode voor herfst en
winner. De baret, hierbij afgebeeld is
van de ontwerper Claude St. Cyr, die
beige en 'zwarte veren gebruikte.
Carven maakte het eenvoudige groen-
vilten dopje met een lange fazanten
staartveer en de derde afbeelding toont
een nogal wild geval van rossige en
bronskleurige hanenveren, die ook het
materiaal vormden voor bijpassende
stola.
(Van onze correspondenten)
Kent Frankrijk (nog) geen algemene
regels voor een vijfdaagse werkweek, in
België bestaat officieel nog steeds
sedert 1921 de 48-urige werkweek,
hoewel er, sinds 1957 toch al, vele collec
tieve arbeidsovereenkomsten zijn afge
sloten, die een kortere werkweek voor
schrijven. Parallel met de ontwikkeling
in ons land is ook in België de metaal
nijverheid voorgegaan bij het invoeren
van de verkorte werkweek.
Wie in Frankrijk het spits heeft afgebe
ten, viel niet na te gaan en dat valt ook
wel te begrijpen, daar binnen het kader
van hetzelfde beroep of dezelfde bedrijfs
tak vaak verschillende regelen gelden. Het
kan zijn dat er normaal zes dagen per
week wordt gewerkt of slechts vijf, maar
dan valt de tweede vrije dag zeker niet al
tijd op zaterdag. Ook de maandag kan
hiervoor uitverkoren zijn. Of zelfs de don
derdag, bijvoorbeeld bij het lager- en mid
delbaar onderwijs. Vrije middagen kennen
de scholieren echter niet.
In dit opzicht is Frankrijk ons land dus
een slag voor. Zelfs in de toch vrij kleine
gemeenschap van de Franse uitgevers
heerst geen eenheid: de uitgevers van
boeken houden het op een vrije zaterdag,
de uitgevers van muziek op een vrije
maandag.
Globaal kan voorts gezegd worden, dat in
het algemeen de winkels en grote waren
huizen in Frankrijk óf de gehele maandag
gesloten zijn óf alleen de maandagochtend.
Werkplaatsen en fabrieken kennen daaren
tegen zo zij de verkorte werkweek heb
ben ingevoerd veelal de zaterdag als
tweede- vrije dag. In de administratieve
sektor wordt voorts reeds sedert oktober
1960#een proef genomen met de vijfdaagse
werkweek, waarbij eveneens de vrije za
terdag troef is. Een groot obstakel is ech
ter de ingeroeste gewoonte van de ambte
naren om 's-ochtends aanzienlijk te laat te
beginnen en om voor de lunch zo'n twee
uur uit te trekken. Dergelijke tijd-verslin-
dende gewoonten passen nu eenmaal niet
in het systeem van de vijfdaagse. Ook de
banken zijn reeds enige tijd des zaterdags
gesloten, waarbi; men dus gelijke tred
houdt met ons land en met België, waar
bovendien eveneens de ministeries reeds
de vrije zaterdag kennen.
De Belgische warenhuizen zijn welis
waar zes dagen per week geopend, doch
het personeel werkt volgens een roulerings-
systeem, dat twee vrije dagen per week
kent. De grote Nederlandse warenhuizen
wensen, zoals men weet, het Belgische
n
S - 65
CO» MAt'IN TOONOf*
4. „Een encyclopaedie is net iets voor mij en ik wil
geld verdienen!" riep Panda uit, terwijl hij het kan
toortje binnenstormde. De heer die de onderneming
leidde een zekere Leppelaar knikte een beetje.
„Daar liggen ze," zei hij. „Neem maar zo'n stel van
vierentwintig delen en ga aan het werk. Het is een huis-
aan-huis karwei. Laat je niet afschepen. Zet je voet
tussen de deur en klets, het geeft niet waarover. De
harde aanpak, je weet wel. Geef ze geen tijd om te
denken, want dan nemen ze liever een ijskast. Hier
zorg dat ze hun handtekening onder deze formulieren
zetten voordat ze weten wat ze overkomt, dan hébben
we ze. Dan zitten ze voor de rest van hun leven aan de
afbetaling vast. Eén percent voor jou. Ga je gang
maar." „Ik.eh ik bedoelde heel wat anders.
zei Panda aarzelend. „Ik eh ik dacht dat ik geld
kon verdienen door zo'n encyclopaedie te lézen
Nu werd de heer Leppelaar echter ernstig boos. „Lé
zen!" riep hij uit. „Wie léést er nou? Niemand heeft dat
ding ooit gelezen! Dacht je dat ik je voor zulke onzin
zou betalen? Er uit!" Er zat voor Panda niets anders
op dan deze aanwijzing op te volgen. Het was een
teleurstellende ervaring.
systeem te volgen. Des maandagsochtends
zijn zij trouwens al gesloten.
De levensmiddelenzaken waren tot voor
kort in België een soort vrijbuiters, daar
zij zeven dagen per week geopend waren.
Tijdens de jongste stakingsperiode werd
echter een decreet afgekondigd, dat deze
zaken dwingend voorschreef, één keer per
week 36 uur achtereen gesloten te zijn. In
de praktijk komt het erop neer, dat het
merendeel'nu dicht is van-zondagmiddag
12 uur tot dinsdagochtend yroeg. Vele tot
deze branches behorende bedrijfjes zijn ge
zinszaken. Hoe lang die gezinsleden wer
ken, interesseert de wetgever niet, maar
het gehuurde personeel mag niet meer dan
48 uur per week noteren.
Zowel bij de Belgische socialisten als bij
de katholieken (die beiden momenteel re
geringspartij zijn) wordt er thans echter
over gedacht een wettelijke werkweek van
45 uur voor te schrijven ter voorbereiding
van een werkelijk algemene vijfdaagse.
Want algemeen zijn de twee vrije dagen in
België nog niet. In de mijnen en in de
staalindustrie wordt bijvoorbeeld nog vrij
wel algemeen 48 uur per week (6 dagen)
gewerkt, maar als een soort compensatie
staan hier 18 extra betaalde verlofdagen
per jaar tegenover.
In de havens van Antwerpen, Brugge en
Gent wordt daarentegen slechts 40 uur per
week gewerkt (met een rouleringssysteem,
dat ook overgenomen is door de openbare
nutsbedrijven), evenals in de diamantnij
verheid en de scheepsbouw.
In het algemeen is de situatie in België
dus als volgt: een werkweek van 40 tot 45
uur, met een rouleringssysteem, waardoor
de bedrijven toch zes dagen per week of
continu kunnen draaien.
Advertentie
nuiiMiiiiiniiiiniiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuuHiiiiiiiiirin
„Wat zagen m'n emaiïïe 1
l pannen er uit - 'k wist niet
hoe ik ze weer schoon moest
1 krijgen Tot opeens: een 1
I idee! Wat water met Glorine I
bleekwater in de pannen, I
Tijdje laten staan. En öf
1 dat hielp!" Bruine aanslag,
aangebrande korsten 1
weg zonder moeite dank zij 1
1 Glorine. En zo'n fles kost 1
1 maar 23 cent!
ïïiimiiitiiiiimimiiiiimiimiiiimmiiMtitiHiiimiiiiiiitfitiimiiinifilï
I