DE DODENLIJST VAN ADRIAN MESSENGER PANDA EN DE MEESTER-OPHFFFER PRIEGELTJES GROTE REIS r J J r 1" Polle a J i 1 ^■1 ipJ Ons vervolgverhaal een nog steeds niet volkomen doorgrond natuurverschijnse W aakpaard Slakkenrace Puzzel no 3: rf 1 FILMSTER STICHT LIGA TEGEN HET ROKEN MAANDAG 18 SEPTEMBER 1961 11 PHILIP MACDONALD Oorspronkelijke titel: The list of Adrian Messenger diagram ontbrak Kerkelijk nieuws B Ii 3 1 1 .JL. J5L. i is 8 J m •m Li_ i i n Nmi r™~ 16 J 38) Mejuffrouw LaDoll stak overal in de flat het licht aan, nam een bad en kleedde zich aan, en verzorgde ver volgens de twintig kanaries die ze hield in de als volière ingerichte lo geerkamer. Tijdens haar ontbijt luis terde zij naar het nieuws op de radio, waardoor ze te weten kwam dat hoe wel het Londense verkeer grotendeels stillag, de ondergrondse treinen lie pen evenals (zij het niet op tijd) de bekende Londense bussen. Ze besloot zich aan haar afspraak met de executeur testamentaire van majoor Messenger te houden. In de eerste plaats omdat ze nieuwsgeirig was, en in de tweede omdat het zo'n aardige man scheen te zijn. En dan was daar nog het geld natuurlijk, om nog maar niets te zeggen van het avontuur dat een tocht door de mist beloofde te worden. Het was boven dien een heel gemakkelijke tocht be dacht ze. Ze hoefde alleen maar te proberen op de hoek te komen, waar ze de bus naar Knightsbridge kon pakken, die haar precies bij Stukeley Gardens zou afzetten. Het zou bijzonder leuk zijn, bedacht ze, als ze ondanks de mist toch pre cies op tijd zou zijn. Ze keek op haar horloge. Het was twintig over negen, wat betekende dat ze een uur en veer tig minuten de tijd had voor een tocht die bij normaal weer niet meer dan een kwartier zou duren. Neuriënd trok ze haar nieuwe warme jas aan over haar grijze mantelpakje, koos haar netste en onopvallendste hoed, zei de kanaries goedendag en vertrok. Fulham Road, anders een vervelen de maar drukke doorgangsweg, was nu een nauwelijks zichtbare rivier van geel-zwarte duisternis; een stille ri vier waarin alleen zo nu en dan een lichtje van een voertuig langzaam en tastend voorbijging. De mist stak mejuffrouw LaDoll in de keel en ze stopte even om haar sjaal voor haar mond te doen. Haar ogen deden ook pijn, maar daar kon ze niets aan doen, en dus ging ze moe dig verder, haar ogen gespannen om het trottoir te zien, maar zonder dat het nog nodig was langs de muur te tasten. Het is per slot van rekening maar ©en paar meter naar de bushal te, bedacht ze. Die kon ze niet mis sen, want hij was precies bij de lege plaats waar vroeger voor het bom bardement de bibliotheek had ge staan. Ze wist niet ze kon niet weten dat toen ze haar huis verliet een andere voetganger uit de duister nis bij de hoek van het gebouw was gekomen en haar volgde. Het was een heel gewone figuur in de mist. Een man van gemiddelde lengte iets meer of iets minder met opgezette kraag en naar beneden getrokken hoedrand. Het enige wat hem deed verschillen van de meeste van zijn medemensen was dat hij dik ke crèpezolen droeg die het geluid van zijn stappen dempten en dat had men voldoende dichtbij kunnen ko men om zijn gezicht te zien er een klein spiertje trilde in de hoek van zijn rechteroog. Anthony was evenals mejuffrouw LaDoll om acht uur wakker gewor den. En evenals mejuffrouw LaDoll werd hij zich snel bewust dat Londen weer eens in dikke mist gehuld was. Maar in tegenstelling tot mejuffrouw LaDoll draaide hij zich om in bed en sliep verder... Hij stond om kwart over negen op, besloot niet te ontbijten en vroeg White hem koffie in zijn werkkamer te brengen. Hij dronk de koffie, leg de nog wat houtblokken op het vuur en rookte een paar sigaretten. Toen kwam hij tot de ontdekking dat hij rusteloos aan het ijsberen was, en vroeg zich af of het alleen de mist was die maakte dat hij zich niet op zijn gemak voelde. Om een einde te maken aan het ge loop ging hij achter zijn bureau zit ten, waarop de twee dozen met het manuscript van Messenger ston den, die Jocelyn hem uit Mes sengers flat had laten brengen. Ze herinnerden hem aan iets dat hij nog moest doen en hij pakte de telefoon en belde Scotland Yard. Hij kreeg Pike niet aan de lijn, maar deed het af met Horlick. Zo kort mogelijk vertelde hij hem over het kennelijke bezoek van Smith Brown-Jones aan de flat van Adrian Messenger en trof een regeling dat ter plaatse zo spoedig mogelijk een onderzoek ingesteld zou worden (de sleutels kon men bij mevrouw Mes senger krijgen) om na te gaan of de indringer misschien sporen had ach tergelaten. „Het zal wel niet," zei Anthony mat, „maar we moeten het proberen. Iets anders schoot hem te binnen. „En neem ook contact op," zei hij, „met de Dienstverrichting die die flat schoonhoudt. Ook dat zal wel niets opleveren, maar alles moet gepro beerd worden." Toen hij klaar was met dat tele foongesprek was het tien uur. Naar buiten kijkend naar de vuile, warre lende onnatuurlijke duisternis vroeg hij zich plotseling af of mejuffrouw LaDoll zo vermetel zou zijn er door te komen. Hij besloot haar op te bel len en haar te zeggen dat hij naar haar toe zou komen. Want wat hij wenste hij hoopte intens dat de ontbrekende naam op pagina 174 uit haar geheugen zou opduiken was veel te belangrijk om uitgesteld te worden. Hij wenste nu dat hij de af gelopen nacht niet had besloten het stellen van die vraag uit te stellen. Hij herinnerde zich haar nummer en draaide het. Hij wachtte teger- geefs, terwijl de telefoon aan de an dere kant een dozijn keer overging. Hij legde de hoorn weer op de haak. Ze moest al vertrokken zijn, bedacht hij. Maar niemand kon weten wan neer ze zou aankomen... Hij kon nu niets anders doen dan wachten. Maar hij bleef een gevoel van onbehagen koesteren, en het werd zelfs erger. Het scheen nu iets met mejuffrouw LaDoll te maken te heb ben. Hij probeerde het af te schudden, besloot het manuscript nog eens door te zien, zette de eerste doos voor zich en opende hem... En staarde geschrokken naar iets dat hem niet eerder was opgevallen. Iets, dat hij onder geen omstandigheid had mogen missen. Een klein rechthoekig plekje, don kerder dan de witte omgeving ervan, links bovenaan op de titelpagina. Don kerder en een beetje glinsterend. En een beetje een klein beetje kle verig aan de vingers. Een plekje, waarvan de herkomst volkomen duidelijk was, omdat daar stellig een kleefstrookje op het papier gezeten moest hebben, niet al te ste vig, dat ervan verwijderd was Verwijderd omdat op dat strookje de naam en het adres stonden van de typiste die dit werk had verricht. Een strookje zoals die ook altijd op zijn eigen werk zaten, als dat werd getypt door de trouwe mejuffrouw Bracknell. Een strookje met een twee ledig doei: reclame en het de werk gever mogelijk maken onmiddellijk adres en telefoonnummer van de ty piste te vinden. En de kennis die mogelijk verbor gen lag in het geheugen van mejuf frouw LaDoll (Deskundig typewerk Laagste tarieven Speciaal voor let terkundig werk) moest stellig, maar dan om tegengestelde redenen, even belangrijk zijn voor Smith Brown-Jo- nes als deze was voor Anthony Geth- ryn... Dit alles ging door het hoofd van Anthony in een fractie van de tijd nodig om het neer te schrijven en on middellijk nadat hij zijn ontdekking had gedaan, belde hij dan ook Scot land Yard op. Dit keer had hij meer geluk, want hij kreeg commissaris Pike zelf aan de telefoon. Hij zei: „Pike? Met Geth- ryn. Dit heeft haast. Het gaat over Gwendolynne LaDoll, Fulham Road 14. Klein, middelbare leeftijd, grijs haar. Ze is mogelijk naar mij onder weg. Ze heeft dringend bescherming nodig. Ik weet niet wat er in deze afschuwelijke mist gedaan kan wor den, maar zend in elk geval onmid dellijk een man naar haar huis. En nog een paar die moeten trachten haar op te pikken ais ze al naar mij vertrokken is. Ik herhaal: Dit is dringend!" „Goed mijnheer," zei Pike en bel de af. (Wordt vervolgd) DONDER en BLIKSEM WEINIG natuurverschijnselen zijn zo indrukwekkend als een werkelijk zwaar onweer. Eeuwen reeds speuren de man nen der wetenschap naar een verklaring van het ontstaan en het wezen van de bliksem. Niettemin weet men ook heden ten dage nog niet precies, wat zich tijdens een onweer bin nen in een onweerswolk afspeelt. Zo erg verwonderlijk is IN BEGINSEL moet men een onweers wolk beschouwen als een „natuurlijke dynamo", die zowel positieve als negatieve elektrische ladingen produceert en wel zo, dat de positieve lading boven in de wolk zetelt en de negatieve lading in de lagere delen. Tijdens deze scheiding stijgt de spanning tussen de positieve en de nega tieve delen, of die tussen een van beide en de aarde tot 100.000.000, ja, zelfs tot 1.000.000.000 volt. Op een gegeven ogen blik wordt de isolerende luchtlaag door broken en dan ontstaat een bliksemflits. Die flits kan binnen de wolk blijven of zijn weg kiezen van de wolk naar de aarde. In beide gevallen wordt een deel van de elektriciteit, die in de wolk is op gehoopt, verbruikt. Er moet dus nieuwe lading worden gemaakt, alvorens de tweede flits kan ontstaan. Dit duurt veelal ongeveer twintig seconden. ZO'N BLIKSEMFLITS beweegt zich ra zend snel voort. Men kan zijn structuur dus slechts bestuderen met behulp van uiterst snelle camera's. Op de met zo'n toestel gemaakte foto's kan men zien, dat een bliksemontlading bestaat uit een aan tal „stoten", die elkaar met tussenpozen van 1/100 seconde opvolgen en alle dezelf de baan kiezen. Gemiddeld bedraagt het aantal „stoten" per flits drie, maar er zijn er ook veel meer, tot zevenenveertig toe, geteld. Terloops vermelden wij nog, dat de breedte van zo'n bliksemkanaal of blik- sembaan slechts enkele centimeters be draagt. Een bliksemontlading die de aarde be reikt, breekt (als een „streamer") uit de onderkant van de wolk en be weegt zich dan trapsgewijs omlaag. Hij heeft bij zijn tocht naar de aarde een snelheid van 160 km. per seconde. De baan is veelal zigzag en vertoont naar be neden gerichte aftakkingen. Na de aarde te hebben bereikt, gaat de ontladingsener gie langs dezelfde baan weer terug naar de wolk en pas daarbij ontstaan de duide lijke lichtverschijnselen die wij als blik semflitsen kennen. Op de terugweg echter heeft de ontlading een snelheid van 16.000 km. per seconde! Het is daarom vooral zulk een terugkerende ontlading, die heel veel schade kan veroorzaken. Zij kan na melijk een elektrische stroom van 2.000 ampère meevoeren! De wolk-dynamo wekt dan gedurende korte tijd een miljard (1,000,000,000) kilowatt op. Na een pauze van enige honderdsten seconden kan op nieuw een bliksemflits naar beneden gaan en terugkeren. Dit kan zich tijdens een onweer meerdere malen herhalen. BLIJFT EEN bliksemontlading binnen de wolk, dat is dus als zij geschiedt tus sen de (positieve) bovenlaag en de (nega tieve) benedenlaag, dan is haar structuur veel moeilijker vast te stellen, omdat de wolk als nevelgordijn werkt. Wel weten we thans, dat de lucht in de nauwe bliksembaan binnen een tijdsbestek van een paar miljoensten secondes verhit wordt tot een temperatuur van 15.000 gra den Celsius. Dan is die lucht dus 2Va maal zo heet als het oppervlak van de zon! De lucht in het bliksemkanaal zet door de grote hitte zeer sterk uit en dit veroor zaakt explosies, die de zware geluidsgol ven doen ontstaan, welke wij donder noe- ïen. NU GAAN we de „bouw" en het gedrag van een onweer nog iets nader bekijken. Op een radarscherm kunnen we zien, dat dit iniet, want zo'n wolk is bij een hevig onweer nu nliet bepaald een rustig laboratorium, waar men wetenschappe lijke waarnemingen kan doen. Dank zij de mogelijkheden die vliegtuig en radar bieden, zijn wij er echter de laatste kwarteeuw in geslaagd een duidelijker beeld van „bliksem en donder" te krijgen dan wij voordien hadden. m Met veel moeite en niet zonder levensgevaar is een jonge boer in Kuilsrivier bij Kaapstad erin ge slaagd, een Arabische merrie van zui ver ras te vangen en veilig op stal te zetten nadat het dier gedurende en kele dagen de afgebrande boerderij had bewaakt waarin zijn eigenares, die in afzondering leefde, verkoold werd aangetroffen. De merrie, Ruby, was door haar meesteres getraind om als waakhond op te treden, te bijten en met de voorbenen te slaan als er on genood bezoek zou komen. Toen in de boerderij brand uitbrak durfde geen der omwonenden zich in de buurt wagen om de bewoonster hulp te bie den. Toen men de dag drama de vele dieren, die de overledene had gehou den, wilde weghalen kwam de merrie als een razende op de indringers af stormen. Enkele dagen lang faalden alle pogingen om de ruïne te benade ren, totdat tenslotte bedoelde jonge boer het „waakpaard" in een stal wist te lokken en op te sluiten. Kenners schatten de waarde van „Ruby" op tienduizend gulden. een onweer een of meer actieve centra of „cellen" heeft. Zij vormen het gebied van het bliksemflitsen, zware regens en hagel. In die centra treden tevens verticale luchtstromingen op, die een snelheid van 100 km. per uur kunnen halen. Iedere cel maakt een „levensgeschiedenis" door. Deze begint met ontstaan en groei. Dan komt het stadium van rijpheid. Nadien be gint het verval of de afbraak. In totaal duurt die „levensgeschiedenis" ongeveer een uur. Het „rijpe" stadium waarin bliksem, regen en hagel het hevigst zijn duurt 15 tot 20 minuten. Een rijpe cel kan een breedte hebben van l1/» tot 15 km en zich naar boven uitstrekken tot hoogten van 6000 a 9.000, ja zelfs tot 12.000 meter. HOE ONTSTAAT de elektriciteit in een onweerswolk? Hierover zijn in de loop der jaren heel wat theorieën ontwikkeld, die echter geen van alle een afdoende ver klaring geven. In 1955 slaagde de Ameri kaanse onderzoeker dr. Reynolds er in, om nieuw licht te werpen op het elektrici teitsprobleem. Veel deskundigen zijn het er mede op grond van de proeven van Reynolds over eens, dat de opwekking van „onweerselektriciteit" nauw verband houdt met het ontstaan van zachte hagel in de onweerswolk. Hoe dat verband pre cies ligt, daarover bestaat echter nog geen eenstemmig oordeel. OOK DEZE vraag zal op de duur wel een antwoord krijgen, al moeten we er op rekenen dat de natuur dit stellig niet voet stoots zal prijsgeven. En zolang dit laat ste geheim niet aan haar is ontfutseld, blijft een onweer wat het reeds was in de oertijd van het leven op aarde, te weten een „schrikkelijk mysterie", dat op vele mensen en dieren diepe indruk maakt. Het race-seizoen voor slakken staat weer voor de deur. Zij zijn in volle con centratie bezig aan hun laatste trainings rondjes voor de grote internationale com petitie in San Fransisco. En vol trots heeft de directie van Trans World Air lines reeds meegedeeld, dat zij acht vol- bloed-Parijse slakken na een zorgvuldige opleiding zal afvaardigen. De aristocra tische Parijse weekdieren worden gereed gemaakt voor hun vlucht van 8000 km over de Noordpool naar Los Angeles op een dieet van sla en gefileerde vis. Zij zullen de reis in speciaal daartoe vervaar digde met katoen gevoerde kistjes maken. De internationale slakken-derby, een der hoogtepunten van het seizoen in San Fran cisco, zal in het Trianon-restaurant ge houden worden. De slakken zullen elkaar bestrijden op een miniatuur sintelbaan van een halve meter lengte, die ter be vordering van de gladheid met champag ne zal worden besprenkeld. Het vorig jaar werd de race in 2.02 mi nuten gewonnen door een Amerikaanse slak, afgevaardigd door het Hollywoodse restaurant „Villa Capri". De favoriet voor dit jaar is de Franse kampioen „A bout de couffle", die bijna door Art Buchwald, de bekende humorist columnist van de New York Herald Tri bune, werd opgegeten voor deze zich rea liseerde dat het dier grote mogelijkheden als sprinter bezat. Puzzel no 3, in onze edities van zater dag j.l., is ongewild een soort van dubbele puzzel geworden, die onze trouwe hersen- gymnasten wel zeer veel hoofdbrekens ge kost zal hebben. Het bijbehorende diagram was er namelijk per abuis niet bij afge drukt, een verzuim waarvoor wij hierbij onze oprechte verontschuldiging aanbie den, mèt het diagram in kwestie: .'Ls Ned. Herv. Kerk Bedankt voor Zoetermeer (2de pred.pl.) C. Vos te Bennekom. 50. Professor Georg Vom Gutemblut, de President van het Genootschap tot Opheffing van Ontwikkelde Per sonen, liet zijn bezoekers eigenhandig uit (de portier was zeker even een boodschap doen), en daarbij bond hij de heer Nagelbeen op het hart, om toch vooral over een paar uur een bezoek te brengen aan het Genootschap tot Opheffing van Over ontwikkelde Zaken. „En neem dan vooral uw geïnteresseerde vrienden mee u doet hen een genoegen!" voegde hij er aan toe. Nu was het met de korte rustpauze van Archibald Brauswasser en Panda ook al spoedig gedaan; nog nau welijks hadden zij hun laatste boterhammetje op toen Joris Goedbloed in draf naar hen toe kwam. „Luister medewerkers!" riep deze opgewekt „Reeds de ouden duidden ons aan; Per societatis ad pecunia, hetwelk zeggen wil dat er in het genootschapswezen voor ons allen mooi te verdienen is. Stil! Geen tegenwerpingen nu! Onmiddellijk aan het werk getogen! Breek af, dit bouwsel der ontwikkelde personen dat nu zijn dienst gedaan heeft, draag het terug naar de oorspronkelijke standplaats en wrocht daar iets opzienbarend nieuws, want over enkele uren is het volgende genootschap in bedrijf! Inmiddels ga ik met deze geldswaardige papie ren mijn bankzaken regelen En hoewel de heer Brauswasser nu echt trek had in zijn mild-opwekkende drank en Panda alles maar zo-zo vond, drong hij zo aan dat ze alweer aan het werk waren toen Joris-zelf zich in galop met de twee grote chèques naar de bank spoedde. - 7, |pW9 7 fe„! tl i De Italiaanse filmacteur Marcello Mas- troianni, die onder anderen in „La dolce vita" een rol heeft gespeeld en thans op Sicilië de film „Echtscheiding Italiaanse wijze" maakt, heeft een liga tegen het ro ken opgericht. De grondgedachte van Mastroianni's Li ga is: als men zin in een sigaret heeft, belt men een vriend op. De vriend zal de aspirant-roker dan proberen te bewegen de sigaret toch maar niet op te steken. De eerste bijval voor het idee van Mas- troianni is afkomstig van de Britse film acteur Trevor Howard. Hij heeft samen met de Engelse revuester Beatrice Lillie in Londen een afdeling van de anti-rook- liga opgericht. Totdat hij besloot het roken op te ge ven rookte Mastroianni zestig sigaretten per dag. 105-106 Kijk, Priegelt je, zei professor Wiedemors. Hier is je huisje, dat hebben we ook voor je meegenomen! Hij zette het ding tussen de andere hut ten onder de bewonderende uitroepen van de Kakoewoebimi. Priegeltje knikte trots ja, dat was nou zijn mooie huisje. Maar alle negertjes kregen ook hun deel. De professor en doctor Kanebit pakten al lerlei dozen en busjes met snoepgoed uit en deelden die lekkernijen uit. Wat smulden ze van dat lekkers! Zoiets hadden ze van hun leven nog niet geproefd. Kalmpjes aan maar! waarschuwde de professor lachend. Er is genoeg voor rt hele tijd! 32-19 32. „Pelli?", vraagt Pingo weer, „wat deed die Robinson, toen hij bedacht had, wat hij het eerst zou paan doen?" „Ik denk", zegt Pelli, „dat hij er eens over is gaan denken, hoe en wat hij zou gaan eten! „Dat kunnen wij ook", zegt Polle tevreden, „en wij hebben altijd van alles bij ons ook! Geef de pan maar, Pelli!" 4

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1961 | | pagina 11