Werkgroep Rotterdams Toneel met
„Einer von uns" van Mansfeld
Chefarine .4
1
N.Ph.O. gaf concert voor leden
van de Stichtingsraad
Stijn Streuvels negentig jaar
11 ENS KN
nn
Franz-Paul Decker
dirigent van R.Ph.O.
Streuvels begiftigd met
hoogste onderscheiding
van België
Rijksgoedkeuring voor
televisiestudiobouw
Mousselinezoutloos blijspel van
Louis Veilebij Studio
Krachtige bestrijding
va n p ij n of griep
natuurlijk
DINSDAG 3 OKTOBER 1961
7 T
zonder de maag van
streek te makent
n t y
Het Nederlandse chanson
(Willy van Hemert gast
regisseur bij de
Vlaamse t.v.
De radio geeft woensdag
7 elevisiefiror*rmnma
HET STUK „EEN VAN ONS" (Einer von uns) dat de werkgroep van het Rotterdams
Toneel dit weekeinde in het repetitielokaal van de Schouwburg te Rotterdam heeft
uitgebracht, getuigt zoal niet van een volgroeid dramatisch talent dan toch in ieder
geval van persoonlijke moed van de schrijver Michael Mansfeld. Want het is lang
niet iedere Duitser gegeven om het gros van zijn landgenoten zo gevoelig op hun
tenen te durven gaan staan. Mansfeld beschuldigt hen er namelijk van dat, zelfs als
zij het Nationaal Socialisme niet actief steunden, zij toch meestal te laf waren om
er zich eerlijk en openlijk tegen te keren, reden waarom ieder van hen dus eigenlijk
mede-schuldige was. In een brief van deze jonge schrijver aan regisseur Onno Molen
kamp vinden we dan ook de uitspraak: „Die Schuld, die Deutschland mit und wahrend
des II Weltkrieges auf sich geladen hat und die in Deutschland zu wenige einsehen
wollen, hat mich weitgehend von meinem Land entfernt".
HET STUK SPEELT zich af in de wacht
kamer en op het perron van een station in
de buurt van de oostelijke grens van West
Duitsland, waar een contingent krijgsge
vangenen uit Rusland wordt terugver
wacht. Twee ouders wachten er op hun
zoon, een jonge vrouw op haar geliefde,
een andere vrouw op haar man en een
officier van Justitie op een oorlogsmisda
diger die hij moet arresteren. En, o toe
val, wanneer door een luidspreker het re
gistratienummer van een terugkerende
krijgsgevangene, die ziek geworden is, om
geroepen wordt, blijken zij allen op de
zelfde soldaat te wachten. Het onvergefe
lijk schematische van deze opzet is hier
mee al voldoende aangegeven, maar dat
neemt niet weg, dat, als we deze gecon
strueerde samenloop eenmaal accepteren,
er een tweetal problemen op uiterst intel
ligente wize in vorm blijken te hebben
gekregen.
Ten eerste dus de vraag naar de schuld
van diegenen die op bevel van hun meer
deren oorlogsmisdaden hebben uitgevoerd
De schrijver neemt hier zonder meer stel
ling voor de gedachte dat een goede óffi-
cier speciaal dient te weten, welke beve
len hij niet behoort op te volgen. Ten
tweede blijken alle wachtenden een onder
ling zo verschillend beeld bewaard te heb
ben van degene op wie ze wachten, dat
de schrijver Mansfeld, op het moment dat
al deze verwachtingen op dezelfde persoon
betrekking blijken te hebben, een soort
gelijk effect bereikt als Pirandello in veel
van zijn stukken (zoals b.v. „Wat is de
waarheid" en „Zes Personages") n.l. het
besef, dat we uit getuigenissen over
iemands karakter, eerder de getuigen dan
dat karakter leren kennen.
IN EEN SERIE flash-backs wordt dan
aangetoond dat alle personen uit zijn om
geving de oorspronkelijk goedwillende sol
daat hebben gemaakt tot wat hij uiteinde
lijk is geworden: een oorlogsmisdadiger,
waarmee dus ten duidelijkste ook de thuis
wacht betrokken wordt in de collectieve
schuld aan de oorlogsmisdaden. Het moet
ons dus wel met voldoening vervullen uit
het programma te vernemen dat „Einer
von Uns" op het ogenblik in verschillende
Westduitse theaters gespeeld wordt en daar
grote indruk maakt op het publiek.
Overigens delen de dialogen van deze
schrijver in het bezwaar van de bovenom
schreven opbouw van het stuk: ze munten
niet uit in waarschijnlijkheid of natuurlijk
heid van toon. De personages in de wacht
kamer blaffen elkaar telkens op een ake
lig geforceerde manier aan en rennen dan
naar een ander om die weer in het gezicht
te schreeuwen dat „alles toch volkomen
waanzin is." De regie van Onno Molen
kamp had hieraan veel kunnen verhelpen
door een schijn van spontane beweging in
de mise-en-scéne te bewaren en vooral door
de tekstregie erop te richten dat niet ieder
een elkaar krampachtig en op topkracht
zou blijven aanschreeuwen, hetgeen nu de
indruk van ongeloofwaardigheid van dit to-
neelgebeuren nog voortdurend kwam ver
sterken.
ONDANKS DEZE GEBREKEN in de re
gie, die ook telkens voor te hoge tempi en
verkeerde intonaties zorgde, zagen wij goe
de rollen van Wim Grelinger als de vader,
van Trees van der Donk als een mooie
starre officiersdochter en van Sacco van
der Made als een langzaam uit zijn rechts
Advertentie
leder tablet Chefarine „4" bevat 4 beroemde
geneesmiddelen, die elk afzonderlijk in de hele
wereld beroemd zijn geworden. Een van deze
middelen is Chefarox en dient In het bijzonder
om de maag te beschermen. Ook zij die een
gevoelige maag hebben kunnen zonder be
zwaar Chefarine „4" gebruiken. Het is een
ideaal middel om pijn of griep snel en doel
treffend te bestrijden.
4 BEROEMDE GENEESMIDDELEN
IN ÉÉN TABLET
Bij pijn, griep of landerig" gevoel zorgt een enkel labiel,
dat U met plezier Uw werk kunt doen! Kokera 20 tabletten f 0.80.
Het bestuur van de stichting „Rotter
dams Philharmonisch Orkest" heeft in
overeenstemming met de heer Eduard
Flipse besloten naast hem als dirigent van
bet R.Ph.O. te benoemen de heer Franz-
Paul Decker, die deze functie per 1 sep
tember 1962 zal aanvaarden.
Franz-Paul Decker, geboren in 1923. stu
deerde na zijn eindexamen aan de staatshoge-
school voor muziek te Keulen directie en
compositie bij prof. Eugen Papst en prof.
Philipp Jarnach en tegelijkertijd aan de Keul
se universiteit muziekwetenschappen, peda
gogie, psychologie en volkenkunde. Na het
staatsexamen voor directie in het voorjaar
van 1944 werd hij aangesteld als koor- en
orkestdirigent bij het Staatstheater in Giessen.
Na de oorlog volgde zijn aanstelling als diri
gent bij de Keulse Opera en tevens als lei
der van de beroemde Kölner Manner Gesang
Verëin.
In september 1946 werd hij uit 150 kandi
daten gekozen om in Krefeld de leiding op
zich te nemen van de symfonieconcerten,
de opera en de volksmuziekschooi. In de
herfst van 1950 werd hij eerste dirigent bij
het Staatstheater in Wiesbaden, waarna hij
in september 1953 werd benoemd tot vaste
dirigent van het Stedelijk Orkest van die stad
als opvolger van Carl Schuricht.
Sedert september 1956 is Franz-Paul Decker
eerste dirigent van het symfonie-orkest van
Bcrchum,
kundig evenwicht geslagen officier van Jus
titie. John Lanting als de jonge soldaat
sprak zijn hele tekst op dezelfde verbaasd-
kinderlijke toon, zonder dat het duidelijk
werd wat hij daarmee beoogde.
Petra Verbeek en Jetty van Dijk-Riecker
gaven hem wel wat erg stevig van katoen,
wat juist in dit stuk, dat aangewezen was
op een grote soberheid, zo slecht op zijn
plaats was. De ontwerper van de stemmige
strakgrijze decorstukken toonde voor de
ze soberheid wel degelijk begrip. De voor
stelling werd onofficieel bijgewoond door
Prinses Irene, die hiermee weer eens blijk
gaf van haar grote en oprechte belang
stelling voor het toneel.
Hans van den Bergh
mm
Maandagavond had in het gemeentelijk Concertgebouw het jaarlijkse concert
plaats van het Noordhollands Philharmonisch Orkest voor leden van de Stich
tingsraad van het orkest. De zaal was voor een goed deel bezet met vertegen
woordigers van het provinciaal bestuur, de colleges van Burgemeester en Wet
houders en leden van de raden der gemeenten welke deel uitmaken van de
Stichtingsraad van het N.Ph.O.
Burgemeester Cremers speldt de heer
J. Eggelte, die veertig jaar violist is
bij het N.Ph.O.,
brons verbonden
Oranje-Nassau, op.
de eremedaille in
aan de Orde van
GOETHE werd tweeëntachtia iaar. Biörnsterne Björnson achtenzeventig, Tolstoï
tweeëntachtig, Knut Hamsun eenennegentig, Thomas Mann tachtig, en vandaag
zal Stijn Streuvels de negentigjarige leeftijd bereiken. Wat is het. dat hen in deze
patriarchale eerwaardigheid verbindt, dat hen met deze lange adem begiftigde die
met een zo ontzagwekkend levensgeduld weerstand bood aan de tijd, aan de lasten
van een hoge ouderdom, aan de dood? Het is de geest der epiek, die geen haast maakt
met het leven, met de vertelling van het grote levensverhaal, elk seizoen zich vol
trekken laat volgens de regelmaat van de natuur en bereid is zich krachtens een
tijdeloze wetmatigheid te doen voltooien. Steeds, van de vroege tijden van het epos
tot de moderne epische roman, was epiek verbonden met natuur. Tolstoï gunde de
neerschietende havik zijn prooi, streelde een berkeboom en schreef „Oorlog en
Vrede", waarin naar zijn zeggen „iets van de Ilias" zou zijn. En dat hij als grijsaard
de indruk maakte van een natuurgod was niet door het profetendom van zijn
Kreuzersonate-ethiek, maar door de homerische vertelkracht, de brede golfslag in
zijn onmetelijke meesterwerken, waarin het tedere samengaat met meedogenloos
oergeweld. Datgene wat Stijn Streuvels groot maakte was van eenzelfde oorsprong:
het was natuur, en wie de pasteibakker Frank Lateur, die als Stijn Streuvels aan
de Vlaamse taal de grote adem, de machtige branding van het epische schonk, een
natuurtalent noemt, brengt hern de hulde die hem als een der groten van de letteren
toekomt.
IK SCHRIJF UIT DE herinnering, zon
der zijn werken erop na te lezen: wat is
mij uit het omvangrijke oeuvre van deze
homerische negentigjarige bijgebleven
wat is het beeld dat het in mij in de loop
van veertig jaren heeft nagelaten? Streu
veis is zo zie ik hem een boom, met
zijn zwaar-geaderde -wortels één met de
aarde, knoestig, gekerfd, verweerd
Men kan uit zijn bemoste schors „De
Vlaschaard" en „Het leven en de Dood in
den Ast" woord voor woord aflezen. Elk
werk is een tak, in elke zin van dat werk
stroomt het mysterieuze levenssap, in de
kroon zingen kinderstemmen in de wind
en het geheel, het werk van zeventig le
vensjaren, is mét en in de seizoenen ge
groeid tot een epos van natuur-mens en
mens-natuur.
HET ZAL WEL DE INDRUK van mijn
eerste kennismaking met dit gedreven pro
za zijn, met „De Bomen" uit de bundel
Najaar" (1909), die me deze vergelijking
ingeeft. Dat jeugdwerk was, als men het
zo noemen wil, nog impressionistische
woordkunst, maar van een taalkracht al,
die in „De Vlaschaard" een hoogtepunt
zou bereiken en dan, twintig jaar later bij
na, nóg één: in „Het Leven en de Dood
in den Ast" groots werk, dat in een ge
leidelijk rijpen tot stand was gekomen.
Streuvels wilde niet gekweekt worden in
de broeikas van de school, noch in die van
de litteratuur. Hij wilde groeien, uit zich
zelf, in zichzelf, met de heimelijke zeker
heid dat er een innerlijke humus is, waar
in een elementair talent als het zijne voed
sel moet zoeken om tot wasdom te komen.
De uitnodiging van Karei van de Woestij
ne tot medewerking aan het baanbreken
de tijdschrift „Van Nu en Straks" moet
dat nog vage vertrouwen van de jonge
schrijver van „November-idylle" zijn
debuut bevestigd hebben.
„LENTELEVEN", waarmee hij als
achtentwintig-jarige zijn „officiële" entree
maakte in de Vlaamse litteratuur, was be
schrijvingskunst, vingeroefening, poging
tot zelfbevestiging, zelfbevrijding van een
door geen „Dorpslucht" te temmen onaf
hankelijke geest, die in die jaren iets voor
ogen moet hebben gestaan van een crea
tie, zoals zijn grote voorbeelden een
Hamsun, Tolstoi, Gorki aan de over
macht van woorden hadden weten te on
derwerpen. Er was in deze Deurnese jon
geman, in deze banketbakker, een schrijf
woede gaande, die hem in enkele jaren
tijds het Vlaams-dialectische taalkoloriet
met brede strepen deed uitsmeren in werk
na werk, waarvan „De oogst" te vin
den in de bundel „Zonnetij" van 1900
een overrompelend getuigenis werd van
zijn kunnen. Jarenlang is dit felle, oerna-
tuurlijke jeugdwerk representatief geble
ven voor zijn schrijverschap, voor zijn fa
talistische levensgevoel, dat stellig on
der invloed van het naturalisme, maar
meer nog krachtens eigen aandrift het
kostbare mensenleven onderworpen voel
de aan de macht van de elementen: zon,
wind, regen,- aarde, duistere, vruchtbare,
onverwoestbare, onverbiddelijke aarde, die
doet groeien en sterven met dezelfde on
aandoenlijke kracht.
DE DOOD NAM in zijn jeugdgeschriften
een grote plaats in de gewelddadige,
noodlottige dood, overeenkomstig het gro
teske, animaal-driftige primitivisme, dat
zijn boerenvolk van zwoegers in de greep
houdt. Ik denk aan „Langs de wegen", zijn
eerste roman geloof ik, aan deze mens-op-
de-akker; èn ik denk aan „Stille avonden"
drie jaar later geschreven, nadat Streu
vels de bakkerij vaarwel had gezegd en
op zijn „Lijsternest" te Ingoyghem was
neergestreken om het niet meer te verla
ten. Er was een milde rust in hem geko
men, waarin hij, zelfstandig nu, afscheid
kon nemen van „zijn oude omgeving", zijn
dorp, zijn huis, zijn kamertje, en een „in
nige groet aan alles wat mij daar omringd
heeft" bracht. Toen, in die overgangsja
ren van „Het Lijsternest',' van zijn huwe
lijk, werd hij vrij voor een epos als „De
Vlaschaard". Ik herinner me uit een bun
del, die kort hieraan voorafging „Het
uitzicht der dingen" één schets in het
bijzonder; de details ervan zijn me ont
schoten, maar wel weet ik dat ik geen pro
za ken. waarin het zo aanhoudend-door
dringend regent, zo dicht mist en de
mensverlatenheid van het landschap zo on
verbiddelijk is als in die éne vertelling.
Tot het innerlijk leven van de mens
richtte Streuvels zich pas later, in „Dorps
lucht" (1914), waarin het tweede deel zich
alle tijd gunt om het zieleleven van het
jonge meisje, dat naar Lourdes gaat, te
ontplooien en te doen groeien, zoals een
gewas groeit, blad voor blad niet boei
end altijd, te gedetailleerd daarvoor, maar
in zijn gestaagheid, in zijn menselijke na
tuurlijkheid, van een stille overtuigende
kracht.
LANGZAAM RICHTTE de mens zich in
.Streuvels' werk op, klein in zijn zwoegen,
groot in zijn nietigheid. Maar evenmin als
hij de natuur verfraaide tot lieflijk decor,
verhief hij de mens boven diens duistere
geaardheid van dierlijke drift en de
eerste wereldoorlog stelde hem in het ge
lijk. Wat hij in zijn dagboek „In oorlogs
tijd" waarheidsgetrouw aantekende, onbe-
invloed door de emotionele stromingen
van zijn geteisterde land, werd hem door
menigeen niet in dank afgenomen, en zo
dook hij nog dieper weg in zijn lijsternest,
in de beslotenheid van zijn gezin, om in
de wereld van het kind, van zijn dochter
.Prutske", de ongereptheid weer te vin
den, die de ervaring hem beschamend ont
nomen had. Streuvels heeft het kind won
derwel verstaan zijn „Kerstekind" met
de frêle stemmingstover van het gods
dienstige is van een tederheid en een be
grip waar ik met geen beschrijving aan
zou willen raken. Plaats daarnaast „Het
Leven en de Dood in den Ast", plaats
Prutske tegenover de dode landloper uit
dit sterke, mannelijke proletariërsverhaal
van „de Ast" en tussen deze beide polen
van Streuvels' talent zullen de vonken
overspringen van het innigst menselijke
naar het oerkosmische, in een ruimte zo
groot dat ze alleen van een eenzame hoog
te af te overzien is. Raymond Herreman
heeft naar aanleiding van de in 1948
verschenen roman „Beroering in het dorp"
Streuvels een olympisch schrijver ge
noemd, die onbewogen toeziet op het men-
selijk-kleine, zonder te veroordelen, zonder
zichzelf te verheffen, maar toch verheven
boven het klein gedoe op deze in het heel
al wentelende aarde. Het was niet gering
schattend bedoeld, dit woord van Herre
man over Streuvels' „olympische onbewo
genheid", in tegendeel: men denkt aan
Tolstoi, die op zijn ahorn-troon zat en neer
zag op dit menselijk bedrijf. Men denkt
aan Goethe's Prometheus, die mensen
vormde, aan de slottaferelen in het twee
de Faust-deel, aan al datgene wat alleen
van het aards bestel verhaald kan worden
in de brede golfslag van de zee, die zich
in de taal herhaalt als epiek.
Zo, als episch schrijver, staat Streuvels
daar dan met zijn negentig jaren gewor
teld in de Vlaamse aarde, onvermurw
baar in de eenzaamheid van zijn hoge
ouderdom, groots, in die grootsheid haast
ongenaakbaar, als een boom, knoestig,
gerimpeld, verweerd, door menselijkheid.
En dit laatste is het grootste, het meest
grootse in hem: de mens-natuur, die zich
tot de kroon van zijn levenswerk vertakt
heeft.
Bij gelegenheid van zijn negentig
ste verjaardag is de Vlaamse auteur
Stijn Streuvels (pseudoniem van dr.
Frank Lateur) heden door Koning
Boudewijn begiftigd met de hoogste
Belgische onderscheiding, het groot
lint van de Leopoldsorde. In vrijwel
alle Vlaamse bladen zijn heden en
gisteren huldigingsartikelen versche
nen, waarin de jarige door Vlaamse
collega's wordt gelukgewenst. Onze
litteraire medewerking C. J. E. Di-
naux schrijft in het hiernaast afge
drukte artikel over Streuvels' Beteke
nis voor het Nederlandse taalgebied.
De staatssecretaris van Onderwijs,
Kunsten en Wetenschappen, mr. Y.
Scholten heeft aan de lunch, die gisteren
is aangericht ter gelegenheid van het
10-jarige bestaan van de Nederlandse Te
levisie Stichting, medegedeeld, dat de re
gering goedkeuring heeft verleend voor
de bouw van de eerste definitieve tele
visiestudio in Hilversum.
Dit eerste nieuwe televisiestudiocom
plex zal worden gebouwd in het omroep-
kwartier van Hilversum. Het vergt een
investering van ongeveer 3,4 miljoen gul
den. Het complex zal een grote decor-
en montageloods omvatten, alsmede twee
studio's elk met een vloeroppervlakte
van 600 m2. Daarnaast zullén nog di
verse ruimten worden ingericht benevens
een kantine.
LEZING VAN DR. MELCHIOR VOOR
VOLKSUNIVERSITEIT UITGESTELD
De lezing die dr. A. Melchior vrijdag
6 oktober, voor de Volksuniversiteit in het
Minerva Theater te Heemstede, zou hou
den over Oost-Afrika is wegens ziekte
van de spreker voor onbepaalde tijd uit
gesteld.
DE VOORZITTER van het N.Ph.O., de
heer W. Mensink, opende de avond; hij
ging de oorzaak van deze telkenjare weer
blijkende belangstelling na, en kwam tot
de conclusie dat het vroegere stedelijke or<
kest steeds meer een integrerend onderdeel
van het provinciale culturele leven gaat
uitmaken. Hij begroette op deze avond in
het bijzonder de heer B. Wagemans van
het ministerie van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen, de heer J. Daniskas, rijks
inspecteur van het muziekonderwijs, en
mr. dr. P. J. Witteman, voorzitter van de
Raad voor de Kunst. De heer Mensink
sprak er zijn vreugde over uit dat het
orkest, mede door bijdragen der subsidie
gevende gemeenten, thans tot eenenzeven
tig leden is uitgebreid.
Hij vestigde de aandacht op het 150-jarig
bestaan van het orkest dat in 1963 luister
rijk gevierd zal worden. De burgemeester
van Haarlem, mr. O. P. F. M. Cremers,
betrad vervolgens het spreekgestoelte met
een verrassing voor één der oudste or
kestleden: hij kon de heer J. Eggelte, die
veertig jaar als violist aan het orkest ver
bonden is, mededelen dat het de Koningin
had behaagd hem de ere-medaille in goud
verbonden aan de orde van Oranje-Nassau
toe te kennen. Hij roemde de heer Eggelte
als een goed vakman en een algemeen ge-
waardeerd collega.
NADAT HET WILHELMUS geklonken
had, begon het concert met „Passacaille
et Cortège" van Matthijs Vermeulen, twee
delen van een in 1930 gecomponeerde to
neelmuziek bij het lustrumspel „De Vlie
gende Hollander" van Martinus Nijhoff.
Hierna volgde de Italiaanse Symfonie van
Mendelssohn, terwijl na de pauze de
Advertentie
ZEEDUFFEL
water afstotend
winddicht
kleurecht
vanaf
leeftijd 7 jaar ƒ35.-
voor sportkleding
PAARLAARSTEEG 1
HET ERBIJ-ARTIKEL OVER
J. J. SLAUERHOF
In het zaterdag jongstleden in Erbij ge
publiceerde herdenkingsartikel van C. J.
Kelk over J. J. Slauerhoff is van redactie
wege de betiteling tandarts Van de in het
artikel genoemde heer D. Hessels gewij
zigd in tandtechnicus.
De heer Hessels is echter tandheelkun
dige.
DE HEER LOUIS VELLE is een Frans
man en een toneelspeler. Wat is dus na
tuurlijker dan dat hij een paar blijspelen
heeft gemaakt? De toneelgroep Studio is
zo vriendelijk geweest er daarvan één, het
kluchtig niemendalletje „Mousseline" op
het repertoire te nemen. Bij de première
door „Studio", zondagavond in het Amster
damse Centraal Theater, vielen daarvan
helaas voornamelijk de gebreken in het
oog. Het begin mikte al direkt op een
sfeer die men in Nederland „echt Frans"
pleegt te noemen. Een jongen en een meis
je geven elkaar ellenlange kussen en
stoeien ondeugend rond op een sofa. On
nodig te zeggen dat het oproepen van een
dergelijke sfeer, waarin we geneigd zijn
iedere gewaagde opmerking met een mil
de glimlach te accepteren, geen garantie
is voor een avond reëel vermaak. Er dient
dan óók nog wel een poging ondernomen
te worden om iets wezenlijks over de lief
de en aanverwante zaken op te merken.
Welnu daarvan was, bij de verwikkelin
gen rondom het zoeken naar een geschikte
partner voor het wel wat érg onbedorven
meisje Mousseline, weinig te bespeuren.
LOUIS VELLE heeft voor zijn mager
gegeven links en rechts leentjebuur ge
speeld bij Molière en Marivaux, maar
kwam nergens tot de scherpte van karak
ter- of situatietekening van de een, of de
subtiele psychologie van de ander. Wat
wij te zien kregen was eigenlijk een serie
van steeds dezelfde, behoorlijk stompzin
nige misverstanden: A praat met B over
C maar B denkt dat A het over D heeft,
waardoor de complicaties voor het grijpen
liggen. Bovendien kon men bepaald niet in
het uitgangspunt van de schrijver geloven:
een goedwillende voogd wil zijn pupil niet
met de eerste de beste imbeciel, in casu
de neef van een schurkachtige vriend, la
ten trouwen. Deze oliedomme neef werd
overigens bijzonder vlot en grappig, zij
het erg gechargeerd, gespeeld door Jack
Horn, die er een parodistisch maar goed
gelijkend portret van regisseur Johan Wal-
hain van maakte. Deze zou als regisseur
een beter resultaat hebben kunnen berei
ken als hij uitzonderlijk veel gecoupeerd
had. De vier bedrijven namen zeer veel
tijd in beslag en schuimtaart is geen ge
recht dat men uren achter elkaar kan
eten. De wei wat erg „pakkerige en wijd
lopige" regie werkte nog extra ver
moeiend: de spelers klampten zich bij na
genoeg iedere zin aan elkaar vast en lie
pen teveel over het brede toneel heen en
r, weer' wat geen bewegelijk maar een on-
L. J. t. Uinaux rustig toneelbeeld in de hand werkte.
Ad Noyons en Liesbeth Struppert m
„Mousseline" van Louis Veile-
IN EEN WAT VAAL en kaal decortje
zag men verder eigenlijk alleen meer dan
middelmatig toneelspel van de beide ac
trices, die vorig jaar eindexamen deden
aan de Arnhemse toneelschool. Liesbeth
Struppert nam de onwezenlijk zoete Mous
seline voor haar rekening en maakte er
iets heel charmants van en Anna-Marie
Prins, die ook voor de opmerkèlijk vlotte
vertaling had gezorgd, excelleerde met
een mooi accent als de mallotige barones
Nathalie.
Een echte vrolijke voorstelling is het al
met al niet geworden, hetgeen men Studio
dus maar zeer gedeeltelijk kan aanreke
nen: Louis Veile had geen echte mogelijk
heden voor blij spel geschapen met zijn
ook in de meest letterlijke zin stijlloze
stuk, waarin de zouteloze humor zo nu en
dan werd afgewisseld door morbide grap
pen a la mode américaine (over de gruwe
lijke jeugd van een der hoofdpersonen) en
door sprookjesachtige toespelingen op het
verleden van een knecht, die een prins
„uit een heel ver land" blijkt te zijn.
Mousseline zelf bleek een cocktail van niet
bij elkaar passende ingrediënten, die wel
Frans smaakte 'maar écht niet wilde mous
seren.
Hans van den Bergh
Spaans-Belgische pianist Eduardo del Pue-
yo solist was in het tweede Pianoconcert
van Franz Liszt (in A). Het concert werd
besloten met het symfonisch gedicht „Till
Eulenspiegel" van Richard Strauss. Aan
gezien dit programma gelijk is aan dat
hetwelk hedenavond als opening van het
abonnementsseizoen wordt uitgevoerd, zal
er gelegenheid zijn nader op het gebodene
terug te komen.
Na afloop van het concert gaven B. en
W. van Haarlem een receptie in de Gra-
venzaal van het stadhuis.
A A riKOND/G/NGEfï n BESCHOUW!fiGEN
Bestaat er zoiets als het Nederlandse
chanson? En zo ja, waar is het dan? De
V.P.R.O. had er gisteravond een televisie
uitzending voor over om te weten te ko
men of de Nederlandse toon- en tekstdich
ters in staat zijn een eigen Nederlands gen
re te produceren, dat enigszins waard is
om met bepaalde buitenlandse specialitei
ten te concurreren. Wat eruit gekomen is,
mag nog niet als een eindresultaat worden
gezien, omdat dit kleine „festival" in twee
delen is gesplitst en pas over zes weken
zijn tweede deel beleeft. De eerste op
brengst was erg mager. We zullen 'de „vo
calisten" zwijgend voorbijgaan, en ons tot
de liederen zelf bepalen, want daar ging
het ten slotte om. Hier en daar viel een
oorspronkelijk fragmentje, zowel in toon
als in woord, te beluisteren, doch een
„schlager" kwam nergens te voorschijn en
het was en bleef zoals het ook in het ver
leden altijd geweest is: zoet, flauw, klein
tjes. Een vreemde keus deed een groot
deel van de jury door het „Lekker lig
ger-epos als het beste te betitelen. „Lek
ker liggen" had weliswaar een grotere een
heid tussen muziek en tekst dan de andere
liedjes, doch een eenheid die naar onze
mening bereikt was door zowel muziek als
tekst uit de niemendalletjesbron te putten.
We noemen geen namen, doch de enige
deskundige deed een betere keus! Het pu
bliek moest met de „applausmeter" zijn
voorkeur uiten een instrument dat geen
enkele waarde voor de kwaliteit van het
subject heeft en eigenlijk niets anders dan
een variété-aardigheidje is. De kijkers
thuis kunnen nog per briefkaart hun voor
keur laten weten en daar komt dan mis
schien nog iets betrouwbaars uit, althans:
voor zover de smaak van het grote pu
bliek een graadmeter voor kwaliteit kan
zijn.
Beeldschermer
BRUSSEL De Nederlandse regisseur
Willy van Hemert zal voor de Vlaamse
televisie het stuk „Biedermann en de
Brandstichters" van Max Frisch regisse
ren in een van de studio's van de Vlaamse
televisie. Van Hemert is daar dezer dagen
het terrein reeds gaan verkennen. Hij
heeft toen tegen een Vlaamse journalist ge
zegd, dat hij toekomst ziet in werk voor
de Duitse en eventueel de Vlaamse tele
visie. „Ik weet niet of ik in Nederland
nog voor de televisie zal kunnen werken.
Ik word daar door de omroepverenigingen
nog altijd een beetje als man van de VARA
beschouwd. Eigenlijk is dat voor een t.v.-
regisseur idioot. Ik kan toch „De Dood
van een Handelsreiziger" niet gaan regis
seren in naam van de Partij van de Ar
beid?
HILVERSUM I. 402 m. 7.00 VARA. 10.00 VPRO.
VARA- 19 30 VPRO. 20.00-24.00 VaRA.
VARA: 7.00 Nieuws. 7.10 Gymn. 7.20 Gram. 8.00
Nieuws. 8.18 Gram. 9.00 Gymn. voor de vrouw
9.10 Kookpraatje. 9.15 Gram. (9.35—9.40 Waterst
VPRO: 10.00 Schoolradio. VARA: 10,20 Voor de
huisvrouw. 11.00 Lichte muz. 11.30 Gevar. progr
dansmuziek. 12.30 Land- en tuinbouwmeded
12.33 Voor het platteland. 12.38 Pianoduo. 13.00
Nieuws. 13.15 Hammondorgel en zang 13 45 Van
Icarus tot X 15, lezing. 14.00 Gram. 15.00 Waarom
doen wij aan politiek?,, toespraak. 15.10 Voor de
t 00- Hamm°ndorgelspeI. 17.20 Lichte muz.
17.50 Regermgsuitz.: Het emigratiepraatje van H
A. van Luyk. 18.00 Nieuws en comm. 18.20 Me-
5o°,Pn0l^;°^- 1850 Act' 19 00 Voor de kinderen.
19.10 VARA-varia en gram. 19.20 Een woord voor
goede verstaanders, lezing. VPRO: 19.30 Voor de
J®"ldu.VARA: 2c-00 Nieuws. 20.05 Lichte muziek.
zu.35 Aestig jaar levenservaring, lezing. 20.50 De
man met het hamertje, hoorspel. 21.55 Het puik
99 An Za +e kelen muzikale lezing. 22.30 Nieuws.
22.40 Actual, problemen. 22 55 Pianorecital. 23 25
Jazzmagazme. 23.55—24.00 Nieuws
II. 298 m. 7.00—24.00 NCRV.
7 02. Nleuws- 710 Gram. 7.30 Gewijde
m.u,z' 7 50 M®dttatie. 8.00 Nieuws 8.15 Radiokrant,
.55 Gram. 9.00 Voor de zieken. 9 55 Gram 9 40
X.°« o? Vr0UW 1010 Gram' 1(1 15 Morgendienst.
10.45 Pionier van het leven, hoorspel. (3). 11.55
urnmu Gram. 12.30 Land- en tuinb.meded.
12.33 Meisjeskoor en instrumentaal kwintet 12 53
ac(v 13 00 Nieuws. 13 15 Lichte muziek.
13.45 Gram. 15.00 Jeugdconcert. 15.45 Progr. over
hobby's. 16.00 Voor de jeugd. 17.20 Gram. 17.40
Beursber. 17.45 Gram. 18.00 Regeringsuitz.Plaats
en functie van het Koninklijk Instituut voor de
Tropen. Drs. J. B. van Hall, hoofd van de Cen
trale Boekerij, spreekt over: Ervaringen in de
Centrale Boekerij van het Koninklijk Instituut
voor de Tropen. 18.10 Kamerkoor. 18,30 Het spek-
trum, lezingen. 18.45 Gram. 19.00 Nieuws en weer-
wtn.L PP d,eft21a£ af' PraatJe 19 Leger des
Heilskwartier. 19.30 Radiokrant. 19 50 Gram 20.10
Vocaal ens. en Bach-orkest m.m.v. sol. 21 00 De
ie~dse Geloofsbelijdenis, lezing 2120 Mil.
ork. 21.50 Achter de voorpagina, rep. 22 00 Strijk-
2-Mtïpi t 8 Nieuws. 22 40 Avondoverdenking
nDUc^ïenr„I.euws' 23 55-24.00 Nieuws.
dKUIsSÉiL. 324 m.
12.00 Nieuws 12.02 Gram. 12 30 Weerber. 12.35
,i nn uUr?beI' 13 00 Nieuws. 13.15 Klass.
muz. 14.00 Schoolradio. 15.00 Ork.concert 16 03
PveYv^in is'1? ®"ge,se les 16-25 Orkestconcert
(verv.l. 16.45 Lichte muziek. 17.00 Nieuws. 17 15
Kamermuz. 17.50 Boekbespr. 18.00 Gram 18 10
h„eninor?1al en. (i'osofie. 18.30 Voor de soldaten.
18.50 Sportkroniek. 19.00 Nieuws. 19 25 Voetbal-
rep (Om 20.15 Kiankb.). 21.20 Lichte muz 2130
Lichte muz 22 00 Nieuws. 22 15 Volksmuz. 22.55
Nieuws. 23.00 Voor de zeelieden.
VOOR DINSDAG
NJ?Lj:9.3f! agrarisch nieuws. 20 00 Journ
20.20 Officiële manifestatie t.g.v. het 10-jarjg be
staan v. d. NTS. 20.30 Iphigeneia in Aulis, opera.
VOOR WOENSDAG
NTS 17.00 Jeugdjourn. KRO: 17.10—17.40 Voor
(fn' NTS: 20.00 Journ. en weeroverzicht
YiSn1 2?n2 £ct NTS: 20 35 Onbekend talent
VARA: 21.05 Document, film. NTS- 21.50 Ame
rikaanse volksliederen, balladen en spirituals.