DE DODENLIJST VAN ADRIAN MESSENGER Hoe keizer Wenceslaus de Luiaard jarenlang „bij verstek" regeerde Vorstelijk gemakzucht leidde tot een nuttige uitvinding KLM-stewardess Riet Kremer (15.000 vlieguren) met pensioen PANDA EN DE MEESTER*OPHEFFER Polle <~Hoe is het ontstaan?"> Pin Ons vervolgverhaal AsMsMMWj. "M1 WOENSDAG 11 OKTOBER 1961 PHILIP MACDONALD Oorspronkelijke titel: The list of Adrian Messenger VEEL GOEDS is er over Wenceslaus IV, vierde koning van Bohemen, eigen lijk niet te vertellen. Reeds als knaap (hij aanschouwde het levenslicht in 1339) was hij een pretmaker en luiaard van de eerste grootte. Als jonkman ontwikkelde hij een grote liefde voor de wijn. Hij hleef deze liefde zijn leven lang trouw, zodat hij in de geschiedenis voortleeft als Wenceslaus de Dronkaard en als Wenceslaus de Luiaard. De jacht, feest gelagen en toernooien boeiden hem ook nadat hij in 1378 koning van Bo hemen en keizer van het Duitse Rijk was geworden veel meer dan de zaken GEEN „BEVLIEGING" TERWIJL U DIT LEEST winkelt K.L.M.-stewardess Riet Kremer in Mon treal. Morgen vliegt zij door naar Mexi co, waar zij een oud-collega hoopt te ontmoeten en bij leven en welzijn zit zij twee dagen nadien weer op hetzelfde Schipholterras, waar wij vrijdagavond een praatje met deze oudste dochter van een bekende Groningse fabrikant maak ten. Op haar blauwe uniform glansde de gouden speld die zij een dezer dagen uit handen van haar hoogste baas, presi dent-directeur drs. E. H. van den Beugel, had ontvangen ten teken van 15.000 vol brachte vlieguren (om precies te zijn: 15.594 uur en 36 minuten op 1 septem ber j.l). van staat. Hij was bovendien een bijzon der wreed man, die onder andere in een conflict met de aartsbisschop van Praag diens vicaris, Johannes Pomtik op gruwe lijke wijze liet doodmartelen. Geen won der dus, dat hij vooral onder adel en geestelijkheid veel tegenstanders en vijanden had. Zijn broeder Sigismund en een zijner neven zetten Wenceslaus de Luiaard in 1394 zelfs gevangen in een burcht. Wel werd hij na enige tijd weer in vrijheid gesteld, doch in 1400 werd hem de keizerlijke waardigheid ont nomen. Hij bleef toen nog slechts koning van Bohemen. Msg OVERIGENS: die geheimstempelaar was een bijzonder handige knaap. Hij trok door Duitsland, naar de Zuidelijke Nederlanden waar hij zich in Gent ves tigde. Daar nam hij een paar jonge am bachtslieden in dienst die onder zijn leiding de eerste stempelfabriek van Europa stichtten. Al spoedig regende het opdrachten en binnen enkele jaren was de Tsjech een rijk tnan. Op zijn riante buitengoed in de omgeving van Gent zal hij nog menigmaal met dankbaarheid aan zijn luie koning teruggedacht hebben. N.V.O. Dit woord: SCHUILEVINKJE 52. „Dat is me een aardig stapeltje!", zegt Zeerob, „dat kon ons weieens goed smaken ook!" Maar het stapeltje loopt lelijk gevaar, als de slokop erbij komt. „Pas op!", zegt Zeerob, „je verslikt je nog!" Zometeen heb je de hele noot in het verkeerde keelgat ook!" De slokop weet er echter zo goed weg mee, dat de kleintjes amper aan één noot te pakken krijgen! Zeerob kümt bij Klaas bovenop en zo gaan ze verder het eiland rond. mMCtMIIIIMH S' w m- m 58) „Daar wilde ik het juist over heb ben." Aston-Phibbs bekeek de man met een ijskoude blik. „Waar ik op doelde was, dat na het vertrek van de Gleneyres scherpe controle moet worden uitgeoefend op de paspoorten van alle mensen met Amerikaanse of Canadese achtergrond, die het land willen verlaten. Ongeacht waar ze heen gaan of waarom." „Juist," zei de man van buitenland se zaken. „Nu begrijp ik wat u wilt. En daarvoor hebt u natuurlijk hulp nodig." Hij peinsde. „Onder een zeker klein voorbehoud geloof ik wel dat ik het kan beloven." „Een ogenblik alstublieft." De mi nister van binnenlandse zaken plukte weer aan zijn snor. „Ik ben bang dat het veel te vlug voor mij gaat." Hij keek naar Aston-Phibbs: „Zoudt u mij wat meer details kunnen geven?" „Gaarne," zei Aston-Phibbs zuur. „De methode die wij willen toepassen berust op twee feiten. Ten eerste: er is nooit een paspoort uitgegeven aan George Swaab op zijn eigen naam. En in de tweede plaats maken onze na oorlogse strenge reisvoorschriften het onmogelijk voor wie dan ook Engeland te verlaten zonder paspoort." Hij bracht zijn vingertoppen weer in een boog. „Als we deze feiten in gedach ten houden, zal het u duidelijk zijn dat een grondig onderzoek van de pas poorten van alle Amerikaanse en Ca nadese mannen die Engeland willen verlaten nadat het vertrek van de Gle neyres bekend is gemaakt, niet zon der resultaat kan blijven." „Waarom kan dat niet?" Er werd nog meer aan de snor geplukt. Aston-Phibbs onderdrukte een zucht. „Laat me het toelichten. Als George Swaab niet probeert Engeland te ver laten om de Gleneyres te achtervol gen blijft alles zoals het is en loop de jonge markies geen gevaar, terwijl de politie haar werk kan voortzetten. Als George Swaab probeert Engeland wel te verlaten, wordt hij automatisch geïdentificeerd bij de paspoortcontro le. Dan zal niet alleen blijken dat hij George Swaab is, maar zal het ook mogelijk worden zijn bewegingen te controleren zonder dat hij in de gaten krijgt dat wij op de hoogte zijn van zijn moordactiviteiten." Hij pauzeerde kort om zijn woorden te laten indringen. Vervolgens zei hij: „Ter verduidelijking moge ik hier nog aan toevoegen, dat er maar drie ma nieren zijn waarop Swaab oorspronke lijk Engeland binnengekomen kan zijn. Hij moet a) zijn familienaam le gaal gewijzigd hebben voor zijn reis en dus in het bezit zijn van een geldig paspoort op zijn nieuwe naam, of b) een gestolen en gewijzigd paspoort bij zich gehad hebben, of c) een vervalst en onecht paspoort gebruikt hebben. Nemen we deze nu in orde van waar schijnlijkheid: in geval c) of b) wordt Swaab gearresteerd, moet terecht staan op beschuldiging het land ille gaal binnengekomen te zijn en krijgt dan tenminste een jaar gevangenis. In geval a), dat heel onwaarschijn lijk lijkt, kan hij niet beschuldigd wor den van enige wettelijke overtreding, maar het moet dan desniettemin niet moeilijk zijn hem in Engeland te hou den. Door een eenvoudige voortzet ting van de bureaucratische gang van zaken waarbij dan nog de verwarring door zijn naamsverwisseling.." Hij had nog verder willen gaan, maar het hoefde niet meer. De minis ter van binnenlandse zaken glimlachte nu en raakte zijn snorrtejle niet meer aan. „Natuurlijk, natuurlijk!" zei de minister van binnenlandse zaken. „Het is me nu allemaal heel duide lijk. Knap werk, knap werk!" Hij keek naar zijn andere gast voor in stemming. „Ja", zei de man van buitenlandse zaken. „Dat lijkt me wel..Er blijft natuurlijk een gaping, en een heel ge vaarlijke: de tijd tussen nu en het ver trek van de Gleneyres. Hij keek naar Aston-Phibbs „U zei „kort na Kerst mis", maar dan blijft er toch altijd nog een week over". Aston-Phibbs knikte. „Dat heb ik zef ook te berde gebracht", zei hij. „Maar het schijnt zeker dat er geen werkelijk gevaar is. Het schijnt wel haast onmogelijk te zijn dat Swaab de huidige verblijfplaats van de jon gen te weten kan komen. En voorts scheen de politie volledig tevreden te zijn met de verzekering van Gethryn dat hij gedurende die periode vol doende bewaakt wordt". „Tja", de minister van binnenland se zaken dacht na. „Ben jij er zelf te vreden mee?" vroeg hij. „Heb jij zo veel vertrouwen in Gethryn?" Er kwam weer een knik van Aston- Phibbs. Dit keer een knik die tegelij kertijd terughoudend en beslist was. „Ja", zei hij en liet het daarbij. „Prachtig!" De minister van bin nenlandse zaken glimlachte weer. „Het ziet er naar uit dat alles nu ge regeld is". Hij keek dankbaar en wel willend naar Aston-Phibbs. „Ik moet u wel gelukwensen met dit prachtige stuk werk". „Och", zei Aston-Phibbs, „men doet zijn best.." De lunch van de minister van bin nenlandse zaken was afgelopen om half drie. Op dat tijdstip was Sir Eg- bert Lucas in een kamer aan de an dere kant van Whitehall juist gereed met het geven van zijn verslag van de bijeenkomst van die ochtend. „Een onuitstaanbaar type die As ton-Phibbs", zei Lucas. „Maar ik moet toegeven dat hij zijn hoofd op de juiste plaats heeft". Hij keek naar Pike en diens gezichtsuitdrukking. „Wat kijk je merkwaardig? Het is een uitvoerbaar plan en dat weet je". Pike ging voort zijn magere kaak te wrijven. Hij keek niet opgewekt. „O, het is zeker uitvoerbaar", zei hij, „voor zover mogelijk althans. „Wat bedoel je daarmee? Persoon lijk dacht ik dat het nogal mooi sloot". „Nee, meneer". Pike schudde som ber zijn hoofd. „Het zit zo vol met ga ten ais een Zwitserse kaas. Wie zegt dat die man een Amerikaans of een Canadees paspoort zal hebben? Mis schien is het wel een Duits!" Hij stond op en begon de kamer heen en weer te lopen. „Het is zelfs de vraag of hij er als een man uitziet!" „Ach, schei toch uit, Pike!" Lu cas toonde zich geïrriteerd. „Je moet in een slechte bui zijn dat je je over zulke dingen zorgen gaat maken!" Aston-Phibbs heeft ons in elk geval aan 'n beter idee geholpen dan we zelf hadden. Beter ook dan de ideeën van Gethryn. Het enige wat Gethryn van ochtend heeft gedaan was prachtige plannen te berde brengen en ze daar na weer zelf kraken". Pike wilde iets zeggen, maar be dacht zich. Hij bleef ongelukkig heen en Weër lopen. Lucas zei: „Je moet het zo bekij ken. Ook al is dit plan niét helemaal waterdicht, het biedt toch een goede kans. We moeten het in elk geval pro beren. En als we blijven zoeken vin den we misschien eerder iets dan je denkt. Speciaal als we ons concentre ren op die sportauto. Alles wat we no dig hebben, is een klein beetje geluk en daar hebben we langzamerhand heus wel recht op". Pike hield op met ijsberen. Hij leun de op het bureau en keek naar Lucas. Hij zei: „Er is een ding dat u mij niet verteld hebt, mijnheer. Wat dacht me neer Gethryn van dit plan? Hoe rea geerde hij erop?" Lucas moest hier even over naden ken. „Ongeveer zoals ik", zei hij. „Hij scheen het een goed idee te vinden en hij had geen bezwaren". „Ik kan het niet begrijpen, mijn heer". Pike schudde zijn hoofd. „U bedoelt dat hij het accepteerde zonder erop in te gaan? Zonder enig commen taar?" „Ja. Hij zei eigenlijk alleen maar dat hij het een mooi plan vond en dat we op die manier misschien de tijd zouden krijgen die we nodig hadden". Lucas herinnerde zich ineens iets. „O ja, en dan was er nog iets, maar dat had niet veel te betekenen. Een opmerking van hem tegen Outram. IetJ over het feit dat dit een buiten gewone misdadiger was, maar dat wij ongelukkigerwijze geen buitengewone bevoegdheden hadden.." „Aha!" Pike kwam tot leven. „Kunt ■u zich zijn woorden nog precies her inneren, mijnheer?" „Waarom zou ik. Het was maar een terloopse opmerking. ."Opeens ver scheen er een licht in Lucas" ogen. Hij staarde Pike aan en zei: „Je hebt volkomen gelijk, ik ben totaal de kluts kwijt geweest! Wat hij zei was dat de politie geen buitengewone bevoegd heden had!" (Wordt vervolgd) 36-37 Zie je dat? zei Dolf verschrikt. Dat is die vent met z'n zwarte haard! Ja! zei Ben. En het lijkt wel, of hij en die ander iets kwaads tegen meneer Blok in de zin hebben! Dat geloof ik ook, zei Dolf. Ben, we moeten de vuurtorenwachter direct gaan waarschuwen en zeggen, wat we hier hebben gezien en gehoord! Voorzichtig duwden ze de deur van de schuur open; de man met de baard en z'n metgezel waren al een eindje uit de buurt. Ze vonden het beter, nog even te wachten, want die mannen mochten hen niet zien. Als die begrepen dat ze afge luisterd waren, zou het er voor de jon gens gevaarlijk uitzien.... Toen glipten Dolf en Ben naar buiten. „Espace" heet de nieuwe hier ge toonde haarmodelijn voor herfst en winter 1961-62, die het Syndicat Haute Coiffure Frangaise thans ge lanceerd heeft. Van onze reportageredacteur) ER ZAL NOOIT meer een stewardess zijn die dit record zal evenaren, nu de K.L.M. met contracten van vijf jaar is be gonnen. En bovendien groeit het aantal vlieguren met die supersnelle D.C.-8's niet zo gauw aan. Mejuffrouw M. S. J. Kremer is ook de enige stewardess van de K.L.M. met vooroorlogse ervaring zij maakte haar eerste vlucht in 1939 naar Berlijn met Jan Hondong aan de stuurknuppel en zij is de eerste die het bedrijf met pensioen zal verlaten. De bezuiniging is er waar schijnlijk oorzaak van dat haar geen ander werk in K.L.M.-verband werd aangeboden. Een advertentie waarin deze vrouw, die vloeiend haar talen spreekt en gewend is aan een cosmopolitisch milieu haar dien sten aanbiedt, verschijnt binnenkort, want mejuffrouw Kremer wil begin januari 1962 elders aan de slag. Die meer dan 15.000 vlieguren zijn voor namelijk na de bevrijding verzameld. De achttien stewardessen van 1939 (nu zijn het er meer dan driehonderd) vlogen alleen op het Europese net, waarvan de lijn naar Boedapest als de mooiste gold. GEDURENDE DE OORLOG vertoefde mejuffrouw Kremer bepaald niet in de wolken. Uitbesteed aan het Rotterdamse arbeidsbureau, heeft zij daar in de buiten dienst menige landgenoot voor deportatie kunnen behoeden tot haar zwaar foute chef haar manipulaties doorkreeg. Vervol gens werd ze helpster zonder rang of titel bij het Rode Kruis. De boot die haar met een Rode Kruis- colonne na „dolle dinsdag" naar Vlissingen bracht, werd gebombardeerd en Riet Kre mer, hoewel zelf aan het hoofd gewond, bleef bij de ernstigste slachtoffers waken. Naast de speld voor de vlieguren zit dan ook het rood-witte lint, waarmee het Rode Kruis zijn verdienstelijkste medewerkers eert. Na de oorlog heeft mejuffrouw Kre mer op verzoek van directeur Plesman de sociale afdeling van de K.L.M. opgezet, maar al gauw bleek dat ze de voor die taak benodigde eigenschappen ontbeerde. „Ik had alles uitgedeeld, want ik geloofde ieder woord dat ze me vertelden", zegt ze lachend, zoals ze ook gelachen moet heb ben, toen ze op 29 november 1945 voor het eerst weer als stewardess opsteeg in een D.C.-4 met bestemming Gibraltar. RIET KREMER vindt het jammer dat ze er nu mee op moet houden. Maar ze troost zich met het perspectief op het vrije vliegen dat bij het pensioen behoort. En het is een K.L.M.-traditie dat de mensen die vlak voor hun vertrek staan, zelf hun vluchten mogen kiezen. Deze reis naar Mexico is er één van het verlanglijstje. De andere is een wintervlucht over de Noord pool. Of ze nooit bang is? Natuurlijk wel, maar niet op de momenten dat het er wer kelijk op aan komt, want dan heb je er geen tijd voor, antwoordt ze. Zij weet dat zo goed, omdat ze op nieuwjaarsdag 1953 de noodlanding van de „Groningen" in de Arabische woestijn meemaakte. „Tegen over de schaarse momenten van angstige spanning staan echter de honderden ogen blikken dat je de grootsheid van het vlie gen ondergaat, de zonsopgangen boven de oceaan, de maanlandschappen in het pool gebied, de wildernissen van Afrika of het telkens weer boeiende panorama over de lichtjes van een wereldstad". Riet Kremer verdient dat ze nog veel en vaak mag vliegen. ONDANKS zijn drankzucht, luiheid en wreedheid heeft hij echter in een opzicht de onsterfelijke dank van zijn (Tsjechische) onderdanen verdiend, want onder zijn be wind werd het Tsjechisch als officiële voertaal geconsolideerd. Anders gezegd, de Tsjechen kregen (binnen het Duitse Rijk, waarvan hun land Bohemen deel uit maakte) gelijke rechten als de andere vol ken binnen de rijksgrenzen. VOOR DE REST heeft Wenceslaus IV weinig gedaan om zich roem en onsterfe lijkheid te verwerven, behalve dan door een uitvinding het ei van Columbus eigenlijk waarmee hij eigenlijk de ge hele mensheid aan zich verplicht heeft. Die uitvinding was in de grond der zaak een produkt van 's konings luiheid. Wat was namelijk het geval? Een regerend vorst kon zich vooral in die tijd aan vele plichten onttrekken en zeer veel zaken aan zijn ministers en ambtenaren Max Tailleur, die overwerkt is en maagklachten heeft, is gisteren voor een rustkuur in het Centraal Israëlisch Ziekenhuis in Amsterdam opgenomen. Zijn „Doofpot"-cabaret is nu voor enige tijd gesloten, maar zijn goede humeur en zijn spitse geest heeft Max meegenomen naar het ziekenhuis, tot groot vermaak van de artsen en ver pleegsters waarvan hij er hier een drietal vergast op enkele van zijn al lernieuwste kwinkslagen Geen wonder dat hij veruit de populairste patiënt is. Isb V 70-6Ö 70. Het enige wat er voor Panda nog op zat was zit ten, meende hij te begrijpen; en we hoeven er nauwe lijks op te wijzen dat een diepe droefgeestigheid zich van hem had meester gemaakt. Hij zag nergens meer uitkomst. Wie beschrijft dan ook zijn verbazing toen plotseling de bestuurder met scherp kloppen zijn aan dacht trok en hem opgewekt toeriep: „Kom, baaske het hoofd omhoog en moed gevat! Bedenkt toch wel dat achter de wolken steeds de zon schijnt. Roepen niet de klassieke meesters ons toe: intelligentie omnia vincit! Nu dan!" „Hoe is het mogelijk! Joris Goedbloed!" riep Panda, die, ook al keurde hij in het algemeen Joris' handelwijze af, nu toch wel heel blij was hem te zien. „Hoe kom jij hier?" „Dat, vrindje," antwoordde Joris, „dat is een heel verhaal." Er was nog iemand die dit verhaal zou kunnen doen, en dat was uiteraard de échte bestuurder. Nu diens kans zou spoedig komen, want juist op dit ogenblik had de heer Archibald Brauswas- ser besloten de agenten Douwe en Drukker te bewij zen, dat zijn boom geen gewone boom maar een toneel boom was. Maar toen hij hem optilde vertoonde zich een aangrijpend schouwspel dat intussen veel duide lijk maakte over de gang van zaken. overlaten. Maar één ding moest hij beslist zelf doen, namelijk: Staatsstukken onder tekenen. Wenceslaus vond dit een inspan nende en tijdrovende bezigheid die hem dwong, zijn wijntjes en Trijntjes zo nu en dan in de steek te laten. Daarom zon hij op een middel om aan die bezigheid snel een einde te maken. Eenvoudig was het niet, maar na veel peinzen had Wenceslaus toch de oplossing van het probleem ge vonden. Die oplossing was: een handteke- ningsstempel. Hij liet een zijner hout vesters bij zich komen en ontving de man in het diepste geheim. Aan het slot van het gesprek verleende hij de houtvester een streng-vertrouwelijke opdracht. „Als ooit zou blijken, dat je over ons gesprek öf mijn opdracht ook maar één woord zegt, kost dat je leven!", zei de koning bij het afscheid. ENIGE WEKEN na dit gesprek liet de houtvester zich weer bij Wenceslaus aan dienen. Hij overhandigde zijn vorst een blokje gepolijst hout, in welks voet 's ko nings handtekening uitgesneden was. De koning bekeek het, nam er een paar proe ven mee en verhief de houtvester op staan de voet in de adelstand. Vervolgens liet hij zijn geheim-kamerdienaar komen en toon de hij hem, hoe hij met het blokje hout en een in inkt gedrenkt lapje voortaan t« werk zou moeten gaan. De kamerdienaar oefende een dag of twee en was toen een ervaren „stempelaar" geworden. Nadien dachten de hovelingen, ambte naren en officieren, dat de koning won deren kon verrichten. Want zelfs als de vorst op jacht of op reis was, ontvingen zij alle staatsstukken en andere documen ten, waarvoor 's konings handtekening ver eist was, volgens alle regelen der kunst getekend en binnen zeer korte tijd terug. TOVENARIJ, meenden de hooggeplaats- ten in den lande. Nu wist men in de mid deleeuwen wél raad met tovenaars en hek sen van eenvoudige huize, maar een magiër van vorstelijke bloede, dat was minder eenvoudig. Na enige jaren besloten een paar priesters en edelen om het geheimzin nige geval te rapporteren aan de Paus en een uitspraak of oordeel van de Heilige Stoel te verkrijgen. Zóver kwam het echter niet, want nog vóór het rapport voor Rome gereed was, stierf Wenceslaus de Luiaard (1419). Onder zijn papieren vonden hofdig- nitarissen de sleutel tot het handteke ningenmysterie: het houten stempel - blokje. In het landsbelang werd 's ko nings „bedrog" voor het volk ver zwegen en daar ook de „geheimstem pelaar" direct na het overlijden van de vorst de wijk nam naar het buiten land, was er niemand op wie men de schuld voor deze jarenlange „hand- tekeningenzwendel" verhalen kon. Het spel dat wij verstoppertje of schuilevinkje noemen, is al heel oud. In ons oudste woordenboek wordt het al genoemd. Het heet dan: het schuyl- w i n c k e 1 s p e 1. In dit woord betekent winkel: hoek en hieruit volgt dat de vroeger veel gebruikte naam schuilhoekje al heel dicht bij de oorspronkelijke stond. Omdat men het woord winkel niet meer begreep, heeft men het vervangen door vink of vinkje. Immers: het woord winkel ging betekenen: magazijn, huis waar men artikelen verkoopt en deze beteke nis paste in het geheel niet meer in het woord schuilwinkel dat een spel aan duidde. Louter op de klank af werd nu door de spraakmakende gemeente een ander woord in gebruik genomen, zon der dat daardoor het geheel ook maar iets duidelijker werd. Desondanks spe len wij het spel nog vrolijk!

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1961 | | pagina 9