In het duister van de oude mijn
Twee ondernemende verpleegsters
drijven een bloeiende ruiterschool
PUZZEL NUMMER ACHT
ii
fl
H
fl
B
Hf
fl
Ü1
B
B
B
B
mm?
B
m
jgg
B
m
B
fl
J
J
PANDA EN DE MEEST ER-OPHEF EER
Polle
M r>'M
Het öehelm van de vuurtoren
«OSRAM
r
Peil
DOOR ELIZABETH MORTON
m—
r POTTER'S ËÊgj^-
..LINIA
Ons vervolgverhaal
T~
ÏT"
WÊÊ
ZATERDAG 21 OKTOBER 1961
11
VERTAALD UIT HET ENGELS
Van ziekenhuis
naar oefenmanége
lampen
55ct.
Een muisje dat een
slurfje heeft
1
2
3
4
6
7
s
9
10
11
12
13
14
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
'A. -
*1.
2)
Het maanlicht was intussen zó
sterk geworden dat het dorpje Port
Marriott duidelijk te onderkennen
viel. De weg dook nogmaals vrij
scherp naar beneden, recht op de
kust af. Voordat ze' het dorpje bereik
ten passeerden ze een oude, verweer
de stenen brug. Een lange bochtige
laan kronkelde zich naar rechts.
Het huis staat aan het einde van
deze laan, juffrouw, zei de chauffeur.
Jane bleef even op de brug staan
en keek naar het zich over grote,
glad geschuurde stenen naar bene-
denstortende water, dat een uitweg
zocht naar zee. Links van de weg,
aan de andere kant van de brug,
stond de kerk. De korte, vierkante
toren ging bijna geheel achter ol
men verborgen. Even verderop, vlak
bij de kust, stonden enkele tientallen
kleine, ruwstenen huisjes. Het haven
tje dat een natuurlijke bescherming
had van klippen en grote rotsblok
ken, lag als 't ware tegen de huisjes
aangedrukt. Het geluid van de bre
kende golven klonk onnatuurlijk luid
in de stilte, die over het verlaten
landschap hing.
Ze volgde de chauffeur langs de
oprijlaan, die wel een kwart mijl
lang was en langzaam steeg. Aan
weerskanten rezen hoge bomen op en
dik struikgewas. Toen viel haar oog
op het grote ingangshek. Ze kreeg
een schok: haar ouderlijk huis! Aan
beide kanten stonden kleine stenen
gebouwtjes, die kennelijk verlaten
waren en overgroeid door klimplan
ten. De maan bescheen de vensters,
die bedekt waren met het stof en vuil
van lange jaren. De tuintjes naast
deze poortgebouwtjes waren over
woekerd door hoog opgeschoten on
kruid.
De brede oprijlaan zélf was ech
ter netjes onderhouden en vfij van
onkruid. Ze leidde met een zwakke
boog naar het grote, lage huis, dat
uit de tijd van Elizabeth moest date
ren. Hoge schoorstenen onderbraken
op enkele punten de enigszins golven
de lijn van het dak. Boven de brede,
eikenhouten voordeur bevond zich
een prachtig ovaal venster. Het huis
zag er vrij vervallen uit, maar
maakte toch een prachtige indruk
met het fraaie metselwerk en het
door de jaren gepolijste houtwerk.
Hoewel ze door en door nat was,
bleef ze toch enige tijd voor de voor
deur staan. Ze was bang voor wat ze
aan de andere zijde van de deur zou
vinden. Tenslotte greep ze aarzelend
naar dé bel. Ze luisterde gespannen
naar het galmende geluid, dat door
het huis echode. Haar hart begon snel
ler te slaan, toen ze voetstappen
hoorde naderen. De deur werd ge
opend door een rijzige, oude man
met gebogen schouders. Hij keek
haar even met knipperende ogen
aan. Ze vroeg zich af wat ze zou
zeggen. Tóen hij begon te glimlachen,
voelde ze intuïtief, dat ze geen
moeilijkheden had te vrezen.
Juffrouw Jane! Eindelijk, zei
hij.
Komt u toch binnen, juffrouw.
We dachten al, dat u niet meer zou
komen.
We hebben een ongeluk met de
auto gehad. Beneden in het dal, zei
Jane. De rest van de weg hebben we
daarom moeten lopen.
U mankeert toch niets, juffrouw?
U bent toch niet gewond? Ik zal mijn
vrouw vragen óm voor u te zorgen.
U kunt beter ook binnenkomen,
chauffeur.
Langzaam liep Jane de hal in. Ze
keek om zich heen. De grote ruimte
werd verlicht door een schemerlamp,
die op een tafel stond, terwijl een
tweede lamp op de galerij brandde.
Ze liet haar blikken naar boven af
dwalen en toen stokte haar adem
even. Ze meende zichzelf in een gro
te spiegel te zien. Maar toen besefte
ze dat ze naar een levenstroot por
tret keek, dat een meisje ten voeten
uit toonde. Het had haar portret ge
weest kunnen zijn.
De oude man, die haar blikken had
gevolgd, zei met zachte stem:
Dat is uw grootmoeder, juffrouw
Jane. U lijkt erg veel op haar.
Aan het andere einde van de hal
werd een deur geopend en een oude
vrouw met zilverwit haar verscheen.
't Is juffrouw Jane, Emily, zei
Pierce.
Haar auto staat in het dal, zodat
ze verder helemaal heeft moeten lo
pen.
Het oude vrouwtje kwam snel aan-
dribbelen en legde haar arm om Ja
ne's schouder.
U bent dus toch nog gekomen,
mompelde ze.
Haar stem werd verstikt door tra
nen.
Het is al zo lang geleden, dat
uw vader is weggegaan, en de oude
mijnheer is al die jaren zo eenzaam
geweest. Maar u bent kletsnat, juf
frouw. Gaat u maar meteen met mij
mee naar boven. Dan kunt u zich
verkleden. John, wil jij de bagage
van juffrouw Jane even boven bren
gen?
Met z'n drieën liepen ze de brede
trap op. Emily Pierce ging Jane voor
naar een kamer in de westelijke vleu
gel van het huis.
Dit is de beste slaapkamer, die
er is, juffrouw. Van hier kijkt u uit
over het park en de zee. Ik hoop, dat
u het hier prettig zult vinden.
De kamer was crême-kleurig ge
schilderd en het licht van de sche
merlamp die op een ladekastje stond,
bracht de kleuren van de vrolijke
bloemen op gordijnen en bekledings-
stof van de stoelen tot leven. De meu
bilering was overigens nogal spaar
zaam: een eenvoudig bed, een lin-
DRIE
nenkast, een ladenkastje, een toilet
tafel en twee gemakkelijke stoelen.
Wat een heerlijke kamer!,
riep Jane uit. Zijn de andere ka
mers even feezellig als deze?
Mevrouw Pierce kuchte even.
Maar een paar kamers zijn ge
meubileerd. De laatste jaren heeft de
oude mijnheer heel wat meubilair
verkocht.
Heeft hij het zó moeilijk gehad?
Emily Pierce ging er niet op in.
Ik zal een paar extra handdoe
ken voor u halen, juffrouw, zodat u
zich goed kunt afdrogen. En als ik
u was, zou ik maar meteen naar bed
gaan. Morgen kunnen we wel ver
der praten. Mijnheer Corrion heeft
ons gevraagd om u te zeggen, dat
hij u tot zijn spijt niet in Southamp
ton kon afhalen, maar hij zal hier
morgenochtend vroeg zijn.
John Pierce kwam binnen met het
koffertje en zette het neer. Met zijn
vrouw vertrok hij, Jane alleen ach
terlatend. Ze trok direct al haar kle
ren uit en wreef zich grondig droog,
zodat haar huid begon te gloeien.
Juist toen ze in bed gekropen was,
werd er op de deur geklopt.
Ik ben het, Emily, juffrou\y Jane.
Ik heb een glas warme melk voor u.
Terwijl ze langzaam de melk op
dronk, liet ze de gebeurtenissen van
de afgelopen dag nog eens aan haar
voorbijgaan. Steeds moest ze echter
weer terugdenken aan die vreemde
ontmoeting op de eenzame weg, aan
de aanval op Wells en aan de man
nen, die ze kleine, zware kistjes uit
de vrachtwagen had zien sjouwen.
Eén van die mannen kon ze zich nog
goed voor de geest halen: een lange
man met een mager gezicht en een
lichte haviksneus. Hij scheen de leider
te zijn. Ze vroeg zich af, wie hij wel
kon zijn
Toen ze wakker werd, stroomde de
zon de kamer binnen. Van haar bed
uit kon ze nog juist een stukje van
de zee zien: de witte schuimkoppen
van de golven en de glimmende rot
sen. Ze sloeg de dekens terug en stap
te uit bed. De kamer was kil en ze
huiverde toen haar voeten de houten
vloer raakten.
Ze trok een kamerjas aan en be
keek zich aandachtig in de spiegel
boven de toilettafel. Haar gezicht werd
omkranst door dikke golven kastanje
bruin haar en haar ogen waren zó
donkerblauw, dat ze nu en dan wel
zwart leken. Gewoonlijk vertoonden
haar wangen een gezonde kleur, maar
nu waren ze onnatuurlijk bleek. Haar
neus was eventjes gebogen. Onwille
keurig moest ze denken aan de man
met de haviksneus, die ze afgelopen
nacht onder zulke vreemde omstan
digheden had gezien.
Ze liep naar het raam en keek naar
buiten over het park en de zee, die
zich tot het einder toe uitstrekte. Dit
stuk grond behoorde haar toe en al
de mensen uit het dorpje bij de kust
zouden van nu af deel van haar leven
gaan uitmaken. Ze voelde zich plot
seling angstig door de nieuwe, zware
verantwoordelijkheden, die op haar
tengere schouders zouden komen te
rusten.
Mijnheer Corrion is zo juist aan
gekomen, juffrouw Jane, zei Emily
Pierce.
(Wordt vervolgd)
54-55. Het wordt menens! zei Dolf, toen ze
op een veilig plekje stonden.
Waar hadden ze 't over? vroeg Ben
in spanning.
Die Baardmans had het over meneer
Blok. Hij zei, dat het tijd werd om in te
grijpen. „Vannacht hebben we de kans om
toe te slaan," zei hij. „We moeten hem
kort en krachtig onschadelijk maken, dan
hebben wij onze handen vrij voor de rest
Oei! zei Ben verschrikt. Dus ze zijn iets
kwaads van plan met meneer Blok! En
verder?
Ik kon niet alles goed verstaan, zei
Dolf. En op een ogenblik dacht ik te ho
ren, dat ze naar buiten zouden komen, toen
heb ik maar gauw de benen genomen!
Wat moeten we nu doen? zei Ben.
Direct meneer Blok waarschuwen!
vond Dolf.
BIJ ELS DINGEMANS in Seroos-
kcrke op Walcheren hangt een zwart
beertje aan de muur, dat allemaal
speldjes van verpleegstersdiploma's op
heeft.
Ik heb ze daar maar opgeprikt,
zegt Els want ik heb die diploma's niet
meer nodig.
Els, 28 jaar oud, heeft namelijk het
verpleegstersuniform verwisseld voor het
ruiterkleed: zwart petje, zwart jasje, wit
overhemd, zwarte rijbroek en leren rij
laarzen. Samen met haar een jaar jongere
vriendin Greet Jacobs is Els uit het
ziekenhuis op het paard gestapt. Op
Walcheren hebben beide meisjes een
ruitersportschool, „Rodeo", opgezet.
WAT HEBBEN de mensen in Seroos-
kerke gegniffeld en wat hebben ze er een
schande van gesproken, toen die twee
meisjes zomaar rijlessen gingen geven
Zo'n ondernemingslust, daar kon nooit
wat goeds uit voortkomen. Maar sinds
Greet en Els in februari zijn gestart met
hun ruiterfeest (want dat is de betekenis
van „Rodeo") is er heel wat veranderd in
de houding van Walcherse boeren en boe
rinnen. In Serooskerke zijn de mensen nu
trots op de ruiterschool.
Want het gaat goed met Els en Greet.
Langzaam maar zeker verdwijnen de
paarden ook uit Zeeland. Het is niet tegen
te houden, de landbouw mechaniseert
steeds meer. Maar de vele paardenlief
hebbers zien die „ontpaarding" met een
bloedend hart aan. Els heeft het ook ge
zien toen ze nog in het gasthuis in Middel
burg werkte. Ze wees er haar collega-ver
pleegster Greet op. 's Avonds, als de
dienst er op zat, praatten ze er samen
over. Want Els, die op een boerderij is
geboren, had met haar liefde voor paar
den Greet ook enthousiast gemaakt voor
de hippische sporten.
En de afgelopen zomer bleek, hoeveel
belangstelling er in Zeeland is voor een
ruitersportschool. Greet en Els hadden
handenvol, hun paarden ruggenvol werk.
Vakantiegangers, maar ook Zeeuwen wil
den leren rijden. Meer bedrevenen huur
den een paard om over de Walcherse
stranden en door de duinen een heerlijke
rijtoer te maken. Kinderen waren niet
meer weg te slaan uit de stal en vroegen
hun ouders of ze volgend jaar weer terug
mochten komen naar de paardjes
RUITERSPORTSCHOOL „Rodeo" is met
één paard begonnen, maar Els en Greet
hebben nu al drie rijdieren, plus een pony
voor de kinderen. Kinderen, zegt Els, zijn
bijna nooit te jong om te leren rijden. De
jongste klant van de zomer was een jonge
tje van vijf
„Spaar de ruiter niet"
Elke morgen rijden Els en Greet met
hun hond samen op één bromfiets van Se
rooskerke naar Domburg waar het oefen-
veld en de stallen zijn. Dan begint een
lange dag. Paarden voeren, roskammen,
oppoetsen en lesgeven. Op bijna militaire
toon gaf Els haar aanwijzingen. Daar
tussendoor klinken haar rake opmerkin
gen: „Recht die rug" of „niet zo voorover
hangen, u bent geen zoutzak!" „Je moet
de meeste mensen eerst bijbrengen, dat
het geen auto is, maar een dier
Twintig jaar geleden, als pril meisje,
speelde Els al met het idee van een
eigen rijschool. Andere kinderen lachten
haar uit. Haar vader wilde er niet van
horen, toen Elsje om een pony zeurde.
Maar nu heeft Els met Greet de sprong
gewaagd. Een paardesprong, die een uit
stekend begin was.
Advertentie
'Advertentie
I-.." MENTHOLPELLETS
Tegen hoest en Keelpij
Uitwerking frappant
Ofschoon men in Artis de laatste maan
den toch al niet mag klagen over het aan
tal merkwaardige aanwinsten, heeft
thans een nieuweling zijn intrede gedaan,
wiens het uiterlijk dat van de overige
dieren met stukken slaat. Het is een oli
fant-spitsmuis, een wezentje ter grootte
van een goudhamster met een lange
staart, en luciferdunne pootjes, dat aan
z'n spitse snuitje een flink uit de kluiten
gewassen slurfje draagt, waardoor het
diertje bepaald een lachwekkende indruk
maakt. Bovendien kan het, als er gevaar
drejgt en het de benen moet nemen, spring-
gen als een kangoeroe en graven als een
konijn.
Deze vreemdsoortige diersoort, waar
van Artis helaas maar één exemplaar
heeft gekregen, is uit Afrika afkomstig
waar deze insekteneters voorkomen. Met
een ongelooflijke snelheid worden meel-
wormen, mieren, sprinkhanen en dergelij
ke even door het beweeglijke slurfje be
snuffeld om vervolgens, bij wijze van
spreken, in het niets te verdwijnen. Al
leen aan de rappe kauwbewegingen van
het diertje kan men zien dat de prooi
in het bekje is terecht gekomen. Dat
men het voedsel opnemen van het insekt
vrijwel niet kan volgen is te wijten aan
de wormvormige tong, die als een duvel
tje uit zijn doosje te voorschijn komt en
de buit met een enorme snelheid in de
bek brengt. De olifant-spitsmuis heeft on
derdak gekregen in het reptielenhuis.
In het verblijf van de vliegende honden,
die noodgedwongen in dit gebouw zijn on
dergebracht, is een terrarium geplaatst,
waarin men het muisje heeft gehuisvest.
Af
Ti A», ,»T
rV
~::r
C';
.v,AT
WHH
t
l
19-66 Ak
jfift MAMtN IOGNDfR_a
79. De heer Van Dreutelen was opgewekt naar de
Liefdadigheidsvoorstelling ten bate van het Genoot
schap tot Opheffing van Onderontwikkelde Personen ge
gaan, in de verheugde verwachting een aardige en on
derhoudende avond te hebben. Het was een beetje jam
mer, dat hij zijn besproken plaats niet meteen kon
vinden; en terwijl hij bekommerd probeerde de cijfers
van de stoelen-rijen te lezen, kwam een bijzonder haas
tige voorbijganger in onzachte aanraking met hem. De
ze voorbijganger betoonde zich een beschaafd iemand,
want hij liet niet na de hoed af te nemen en een verzorgd
excuus uit te spreken maar toch werd de heer Van
Dreutelen door een en ander onaangenaam getroffen.
„Als dat een haastige laatkomer is," dacht hij, „dan
staat de voorstelling nu zeker al op het punt te begin
nen en ik heb nog steeds mijn plaats niet gevonden.
Flink zoeken nu dan maar!" Helaas; hij had het speu
ren nog maar nauwelijks hervat of opnieuw kwam een
tweetal overhaaste figuren met hem in botsing en deze
gunden zich geen tijd voor ook maar de geringste be
leefdheid doch stormden verder. Geen wonder; dit wa
ren de agenten, die achter Joris Goedbloed aanzaten
en die hun prooi juist door een zijdeur zagen verdwij
nen. Maar dat wist de heer Van Dreutelen natuurlijk
niet. „Wat een behandeling!" steunde hij, terwijl hij
zich moeizaam oprichtte. „En ik dacht nog wel dat deze
avond met liefdadigheid te maken had!"
HORIZONTAAL:
1 Het is voor een acrobatentoer nood-
noodzakelijk dat men een rat met zeep
inwrijft.
5 Dat gena taankleurig kan zijn!
9 Ik vind een el nogal passend voor een
verlengstuk.
10 Liet de inwoner van Dublin zich op
de grond zakken als een fregatvogel?
11 Al wordt de afvaardiging een kopje
kleiner gemaakt, toch blijft het ge
zantschap bestaan.
12 Met air en tact wordt het zout van
citroenzuur samengesteld.
13 Post, de snelle big zorgt voor snelle
bezorging!
15 Een scherpzinnige opmerking, waar
door men zich beslist niet op die.vlakte
houdt.
21 Een bekwame plant-er.
22 Een kledingstuk met ingenaaid verf
bord.
24 Hoe men p noemt.
25 Men gunt ons geen vergevingsgezind
heid.
26 Achter het kippenhok komt alles dich
terbij.
27 Zoals ook de alsem.
VERTICAAL:
1 Hier wordt blijkens de akten alles
onderwezen.
2 Dit komt bij alle grote componisten
voor.
3 'n Serieus overblijfsel
4 Gee moest het vroeger kunne; dit is
de verklaring.
5 U kunt iemand hieruit verliezen,
maar u kunt het ook zelf verliezen.
6 Een wijsneus in zwart gesteente: het
lot van België.
7 Paai dit hooggeplaatst figuur uit
Indonesië.
8 Erg verlangend naar drank, want ik
durfde in het begin uitgedroogd te
liggen.
14 Eters lopen als één man in de deur
weg.
15 Op een autoped over grasvlakten
rijden.
16 In hoog water is de uitwerking merk
baar.
17 Kieken en bekijken.
18 Als opa mild is bij het behalen van
een akte.
19 In een zekere tent ontstond de ver
standhouding.
20 Doe Tati een schenking.
23 De schrijfkosten van alle geschriften.
Oplossingen alleen per briefkaart
moeten vóór donderdag a.s. in ons bezit
zijn.
OPLOSSING NO. 7
HORIZONTAAL:
1. Lateraan; 5. Tobben; 10. Agendas; 11.
Plakker; 12. Jeremiades; 13. Mede; 15.
Osaka; 16. Vurigste; 19. Emmertje; 21.
Spelt (5); 25. IJsco; 26. Slaapdrank; 28.
Huivert; 29. Briesje; 30. Fleste; 31. Slot
vers.
VERTIKAAL:
1. Laadje; 2. Treures; 3. Rademakers;
4. Afstap; 6. Omas; 7. Bekkens; 8. Narre-
bel; 9. Spreeuw; 14. Kippedrift; 17. Begijn
hof; 18. Tjilpte; 20. Machine; 22. Laatste;
23. Karbol; 24. Akkers; 27. Keet.
PRIJSWINNAARS PUZZEL NO. 7:
7.50: Mej. W. G. Schuitemaker, Antil-
lenstraat 16, Santpoort-N.
5.J. Wesseling, Kruistochtstraat 3,
Haarlem.
2.50: M. Dekker: Lipkensstraat 8,
Hoofddorp.
rvvco
1. „Loop zo hard als je kunt, Bingo, er moet daarbinnen iets heel ergs
gebeurd zijn; heb je die bonzen en knallen gehoord?" „Polle!Polle!!,
kom naar buiten.haast je toch!! Hoe zal hij er wel uitzien..F' „Ziezo!
beste vrienden, ik heb eens even een beetje aangeveegd. Het moet ver
bazend lang geleden zijn, dat Robinson hier de boel schoongemaakt heeft!"