„TOEGANGSPOORT VAN EUROPA"
ZEEWEG ALS VERBINDEND ELEMENT
TUSSEN EEN AANTAL GEMEENTEN
JlaJC
VRIJDAG 27 OKTOBER 1961
5
HET GRAVEN VAN EEN KANAAL in Nederlands bodem, is ondanks de
vele problemen die zich daarbij voordoen, voor Nederlandse waterbouwkundigen
geen al te moeilijke opgave. Maar het in zee uitbouwen van een havenmond,
ruim en diep genoeg om de grootste zeeschepen te kunnen ontvangen is een
andere zaak. Want de zee ontwikkelt krachten, waartegen menselijke arbeid
en menselijk vernuft nauwelijks bestand zijn. Een kanaal kan met behulp van
baggermolens gemakkelijk worden verruimd en op diepte gehouden. Maar wie
in zee een vaarweg wil bouwen moet de wijsheid bezitten om de wilde kracht
van het water ten eigen nutte te gebruiken. Waarmee slechts gezegd is, dat het
bestaan van het Noordzeekanaal alleszins reden tot verheugenis geeft maar dat
het feit, dat Amsterdam vóór IJmuiden over een van de beste toegangswegen tot
AMSTERDAM PRIJST ZICH gelukkig,
dat het door een van de aïlgergrootste zec-
scheepvaartkanaien ter wereld, door de
grootste zeesluis die de wereld kent, langs
een korte weg met de zeven zeeën verbon
den is.
Toen in het jaar 1876 het nieuwe Noord-
West-Europa beschikt, nog veel meer aandacht verdient. Toen in de vorige
eeuw het brede IJwater werd ingepolderd en het Noordzeekanaal aangelegd,
konden de grondwerkers met schop en kruiwagen een kanaal voor de zeescheep
vaart bouwen zoals zij al zovele kanalen gegraven hadden. De Engelse ingenieurs
echter die voor Hollands kust een buitenhaven moesten aanleggen hebben
daarbij met de grootste moeilijkheden te kampen gehad; drie maal achtereen
werden de nieuw gebouwde havenpieren door de winterstormen stuk geslagen.
Wanneer zich in deze tijd, in het midden van de twintigste eeuw, moeilijkheden
voordoen bij waterbouwkundige werken, dan zijn dit in het algemeen problemen,
die naar voren komen bij de aanleg van ver in zee uitgebouwde havenmonden.
In IJmuiden is men aan een dergelijk gigantisch karwei begonnen.
zeekanaal feestelijk in gebruik werd geno
men, telde Amsterdam nog geen 300.000 in
woners; in het daarop volgende jaar voe
ren 1500 zeeschepen door het kanaal naar
de havens van Amsterdam. Nu telt Am
sterdam welhaast een miljoen zielen, in
het jaar 1961 verwacht de haven van Am
sterdam tegen de 8000 zeeschepen. In 1877
hadden de schepen die in Amsterdam bin
nen kwamen een inhoud van 2.4 miljoen
kubieke meter; op het ogenblik ontvangt
Amsterdam per jaar meer dan 40 miljoen
kubieke meter scheepsruimte in zijn ha
vens.
Want altijd nog groeien de zeeschepen
in afmetingen. Toen in het jaar 1896 de
tweede sluis bij IJmuiden de huidige
middensluis in gebruik werd genomen,
had 's werelds grootste schip, de „Cam
pania", een diepgang van ruim 20 voet.
Ten tijde van de in gebruik stelling van
de grote Noordersluis, in het jaar 1930,
werden de „Normandie" en de Queen Eli
sabeth" als grootste schepen op stapel ge
zet. Hun diepgang bedroeg nog geen 40
voet. Maar de commissie Kraus, aan wier
arbeid en ver vooruitzien het heden en de
toekomst van het Noordzeekanaal onnoem
lijk veel te danken hebben, had de diepte
van de nieuwe sluis op niet minder dan 49
voet vastgesteld!
Zodat de IJmuider Noordersluis, Amster
dams toegangspoort, voor heden en toe
komst voldoende diepte heeft voor de al
lergrootste schepen.
Het bouwen van een grootscheepvaart-
kanaal, van een grote zeehaven, is een
machtig werk. Maar belangrijker nog is
het steeds bedacht zijn op verbetering, ver
ruiming en vergroting van zulk een scheep
vaartweg, opdat hij tot in lengte van da
gen in de behoeften van de wereldscheep
vaart kan voorzien.
NEDERLAND MAG TROTS zijn op zijn
waterbouwkundigen die, én in het verle
den én in het heden, steeds het oog geves
tigd hielden en houden op wat de toekomst
zal brengen. En zelfs is er in het tempo,
waarin gedachten over de toekomst in da
den worden omgezet, een gelukkige ver
snelling waar te nemen. In het jaar 190.
werd de staatscommissie Kraus benoemd
die twee jaar later een rapport uitbracht,
waarin de plannen voor een nieuwe IJmui-
dersluis en voor de toekomstige ontwikke
ling van de IJmuider havenmond, waren
uitgewerkt.
Eerst bij de wet van 1917 kregen de in
dit rapport uitgesproken denkbeelden vas
te vorm; en het duurde tot het jaar 1921
voor men met de bouw van de Noordersluis
kon beginnen.
De wet van 2 januari 1917 geeft, naast
aanwijzingen voor de bouw van de Noor
dersluis ook de beginselen volgens welke,
bij een verdere groei van de scheepsafme-
tingen en bij een toeneming van het
scheepvaartverkeer op Amsterdam, de IJ
muider buitenhaven vergroot zou moeten
worden.
Het zijn deze meer dan veertig jaar
oude overwegingen geweest, die de grond
slag hebben gevormd voor de diep ingrij
pende vernieuwing van IJmuidens haven
mond, die thans ten uitvoer wordt gelegd.
Dank zij dit enorme waterbouwkundige
werk zullen over luttele jaren de grootste
schepen, die de zeeën bevaren veilig en
onder alle omstandigheden naar Amster
dam kunnen opvaren. Zij zullen in de in-
steekhavens langs het Noordzeekanaal ka
den vinden om te meren en te lossen; zij
zullen diep in het land langs de loswallen
van de zware industrie en van grote over
slagbedrijven kunnen vastmaken.
Er is gelukkig nog ruimte langs
het Noordzeekanaal. Amsterdam, Zaan
dam en Velsen zullen dank zij dit alou
de maar steeds zich verjongende kanaal
de aan- en afvoerhavens kunnen wor
den voor een geïntegreerd Europa.
Het Noordzeekanaal verdient ten volle de
naam van toegangspoort tot Europa.
Jh.r, H. VAN LENNEP,
Voorzitter van de Vereniging
„De Amsterdamsche Haven"
De radar heeft al lang geleden zijn intrede
gedaan in de moderne wereld. In de twee
de wereldoorlog werd het systeem toege
past om vijandelijke schepen en vliegtui
gen op te sporen. Na de oorlog werd het
systeem steeds meer geperfectioneerd
toegepast voor meer vredelievende doel
einden. En dat de radar de mensheid al
grote diensten heeft bewezen, behoeft wer
kelijk geen nader betoog. Ook in IJmuiden
is een radar-installatie opgesteld, te weten
in de Semafoor nabij de kleine vuurtoren.
De perfecte installatie maakt het moge
lijk de gehele havenmond van IJmuiden
op het scherm te brengen, een altijd fasci
nerend gebeuren. De radar bewijst hier
zijn diensten aan het scheepvaartverkeer.
Een schip dat in dichte mist voor de pieren
ligt of vaart, kan op het kleine ronde
scherm onmiddellijk gelocaliseerd wor
den. Met behulp van de radar kunnen
schepen veilig binnengeloodst worden. En
wie had hiervan vijf en tachtig jaar ge
leden, toen het Noordzeekanaal geopend
werd, kunnen dromen?
Vijfentachtig jaar geleden, toen de
Amsterdamse haven een moderne vaar
weg naar zee kreeg, werd maar nie
mand dacht daar toen aan in feite
reeds de basis gelegd voor de samen
werking tassen de gemeenten Velsen en
Amsterdam.
In die tijd, toen IJmuiden nog als vis
sers- en havenplaats moest worden ge
boren en het dorp Velsen nog droomde
aan de voet van de rustieke, oude kerk,
werd als gevolg van de totstandkoming
van het Noord zeekanaal in feite al de
noodzaak gewekt van een samengaan
van onze gemeenten op verschillend ge
bied, maar daarvan was zich toen nog
niemand duidelijk bewust, omdat de
stad aan het IJ en de plaats aan de IJ-
mond omtrent een dagreis ver van elkaar
verwijderd lagen. Toch is het dit Noord-
zeekanaal geworden, dat Amsterdam en
Velsen-lJmuiden voor de eeuwen aanéén
heeft gesmeed. Het is deze zeeweg van
de hoofdstedelijke haven, die ons in deze
tijd zó nauw en zó hecht aan elkaar ver
bindt, dat de gemeenten Velsen en Am
sterdam zelfs grote belangen gemeen
hebben en betrokken zijn bij dezelfde
dynamische ontwikkeling, namelijk de
ontwikkeling van wat ik graag de
„Noordzeekanaalagglomeratie" wil noe
men.
Niet alleen Amstelstad en IJmond zijn
hierbij betrokken, óók Haarlem (de
Spaarnestaden de steden aan de Zaan
(de Zaanstreek) zijn dit. Deze verbon
denheid door het water is wel echt Hol
lands. Maar meestal is het zo, dat de
strijd tégen het water Hollanders en
Hollandse gemeenschappen met elkaar
verbindt. Rondom het Noordzeekanaal
zullen we onze verbondenheid echter
niet mogen gevoelen door een gemeen
schappelijke strijd, maar door een ge
meenschappelijk streven naar welvaart.
Welvaart, die geput wordt uit het aan
grijpen van kansen, die ons door het
Noordzeekanaal en de daaraan liggende
havens en industriegebieden worden gebo
den Welvaart, die groter kan worden naar
mate de eendracht in de Noordzeekanaal-
agglomeratie groter is en die onze natie
méér ten goede kan komen naarmate de
hier geboden kansen beter worden uitge
buit.
Onze natuurlijke ligging, 85 jaar gele
den aanzienlijk verbeterd door het graven
van het Noordzeekanaal en later door het
openen van de vaarweg naar de Rijn,
biedt grote mogelijkheden. Deze mogelijk
heden hebben betrekking op de ontwikke
ling van onze verkeersfuncties in West-
Europa en op de expansie van onze in
dustrieën. Dit was een onbekende toe
komstmogelijkheid toen het kanaal werd
geopend. Maar nu is het een realiteit.
Zelfs tot enige jaren geleden werd deze
mogelijkheid nog niet overal en evenmin
scherp onderkend. Maar nu is het gebrui
ken van de mogelijkheid een opdracht en
een noodzaak geworden.
Het kan nodig zijn oude plannen te her-
Burgemeester van Amsterdam
zien, zelfs recente voornemens te wijzigen
om ruim baan te maken voor een ontwik
keling, die meer welvaart kan brengen.
Dat veronderstelt het vermogen zich te
kunnen heroriënteren en dat vereist ver
beeldingskracht en visie op economisch ge
bied. Misschien is daarvoor zelfs offer
vaardigheid geboden; in elke agglomera
tie, waarin verschillende gemeenten met
dezelfde belangen en mogelijkheden wor
den geconfronteerd, wordt op de bereidheid
tot „het geven en nemen" een beroep ge
daan. Dat geldt ook voor de Noordzeeka
naal-agglomeratie.
De gemeentebesturen van deze agglome
ratie zullen ten aanzien hiervan een vorm
van modern denken-over-de-grenzen-heen
moeten demonstreren, dat letterlijk voor
beeldig is. Dit is geen geringe, maar wel
een zeer reële opgave. Zij moeten daarbij
een minimum aan snel geraaktheid paren
aan een maximum aan begrip en vertrou
wen in de partners, want het is zonne
klaar, dat er in de ontwikkeling van de
agglomeratie tot een werkelijke eenheid
fouten worden gemaakt en misverstanden
ontstaan. Een enkele uitspraak in het
kafnp van de één kan de ander irriteren
en verleiden tot een scherp weerwoord in
zijn kamp. Zo kunnen prestige-kwesties
ontstaan, die een vlotte ontwikkeling be
lemmeren en in het ernstigste geval zelfs
geheel blokkeren. Er zullen aanlei
dingen tot het ontstaan van misverstan
den komen; deze realiteit moeten wij nuch
ter onder ogen zien, want niet alleen het
graven van het Noordzeekanaal was men
senwerk, óók het tot zijn volledige ont
plooiing brengen van het Noordzeekanaal-
gebied zal dit zijn. Moge de teamgeest het
echter altijd winnen van wantrouwen en
moge de wil om in eendracht aan onze
toekomst te bouwen altijd sterker zijn dan
de kleinheid van geest, die zich kleedt in
de wapenrok van de tweedracht.
De Velsenaren en de Amsterdammers
spreken over „Ons Noordzeekanaal". Dit
gegeven is het gemeenschappelijke uit
gangspunt voor alle arbeid in het belang
van de toekomst van ónze Noordzeekanaal-
agglomeratie. Moge die toekomst ons wel
vaart brengen.