FILATELIE Toen de aap ios was Bridge ZATERDAG 28 OKTOBER 1961 Erbij PAGINA VIJF mmm mêmSt mzmmm <G> NIEUWE KINDERBOEKEN Op vliegenjacht Jeugdbibliotheek in Haarlem tien jaar v wmmm SURINAME. De Surinaamse post ad ministratie geeft binnenkort vermoe delijk begin november a.s. een serie van twee postzegels uit ter herdenking van Dag Hammarskjold (1905-1961), secretaris-generaal van de Verenigde Naties. De zegels in de waarden 10 en 20 cent, tonen het portret van Hammar skjold tegen een achtergrond van het embleem van de UNO. De zegels dra gen een zwarte rand. Ze zijn gedrukt in velletjes van twaalf exemplaren. ARGENTINIë. Ter gelegenheid van de internationale postzegelten toonstel ling „Argentine 1962" genaamd, is een serie van drie waarden verschenen. Het zijn een 2 2 pesos met de kathedraal van Córdoba, een 3 3 p. met een re- produktie van de postzegel van 10 cen- tavos, uitgifte 1862 en een 10 10 p. met de kathedraal van Buenos Aires. De drie zegels zijn ook in een blokje uitgegeven, waarvan de oplage 70.000 stuks bedraagt. JAPAN. Verzamelaars van „sport op postzegels" kunnen hun collectie aan vullen met twee zegels, beide in de waarde 5 yen, die zijn uitgegeven ter gelegenheid van de 16e nationale athle- tiekkampioenschappen. De ene zegel laat een man zien die een handstand maakt op de brug en de andere zegel een roeiend meisje. AUSTRALIë. Op 8 november a.s. zal de jaarlijkse kerstpostzegel verkrijg baar worden gesteld. Evenals het vori ge jaar heeft de zegel (waarde 5 d. bruin) de bijbel tot onderwerp. Dit naar aanleiding van de 350ste verjaardag van de eerste publicatie van een nieu we Britse vertaling van de bijbel in 1611, de zogenoemde koning Jamei' uit gave. Erop afgebeeld is een geopende bijbel met links een voorstelling die de geboorte van Christus uitbeeldt en rechts de tekst „Eer aan God in den Hoge en vrede op aarde". In NORFOLK EILAND komt de zegel in dezelfde waarde en tekening, maar in een ge wijzigde blauwe kleur. VERENIGDE STATEN. De vijftig ste verjaardag van de stichting van de Chinese republiek is herdacht door de uitgifte van een postzegel van 4 cents (blauw), waarop het portret van de stichter van de republiek dr. Söën Yat- Sen is afgebeeld. Boven het portret ziet men het t'waalfpuntige symbool van de witte zon, die ook voorkomt in de vlag van (nationalistisch) China. Hiernaast Chinese karakters, waarvan de verta ling luidt „Republiek China". EGYPTE. De Egyptische posterijen hebben twee postzegels, 10 mills (don kergrijs en geeloker) en 35 mills (kas tanjebruin en groenachtig blauw) het licht doen zien bij gelegenheid van de Dag van de Verenigde Naties (24 okto ber). De zegels zijn gewijd aan het tech- nmma. wiw m+t. nische bijstandsprogramma van de UNO. De eerste waarde vertoont het UNO-embleem dat licht werpt op sym bolen van de landbouw, industrie en opvoeding (korenaar, tandrad en boek) en de tweede waarde beeldt de twee halfronden en een tandrad, waarin het UNO-embleem is vervat, af. FEDERATIE VAN MALAKKA. Naar aanleiding van de 13e vergadering van het raadgevende comité voor de coöpe ratieve economische ontwikkeling in zuid- en zuid-oost Azië (Colombo Plan), die van 30 oktober tot 18 november a.s. in Kuala Lumpur wordt gehouden, is een serie van drie zegels in omloop ge bracht. Op een 12, 25 en 30 cents komt het embleem van het Colombo Plan voor. SAN MARINO. In deze miniatuur- staat is een postzegel van 500 lire uit gekomen met de afbeelding van de berg Titano en het inschrift „Europa". De zegels zijn gedrukt in velletjes van zes exemplaren. BRAZILIë. Evenals in verscheidene andere landen is ook in Brazilië de In dische dichter, filosoof en musicus Ra bindranath Tagore op de postzegel her dacht. Op een zegel van 10 cr. (rood) is het portret van Tagore voorgesteld. Enige weken geleden publiceerden wij het volgende eindspel: CXXXXXXXXXK)OOOOOOOOOOOOOCXXX)OOOOOOOOOOOOOOCOOC) oooo^Éooc»o<^^^xxxxx3^^^oooooooo^)Ooc)oooó Wit kan winnen met de verrassende ma noeuvre 1) Kbl! a3. 2) b3! Slechts zö gaat het. 2) Ke5. 3) Ka2 Kd5. 4) Ka3: Kc5. 5) Ka4 enz. Wij vermeldden F. Dedrle als componist en 1921 als jaar van tot standkoming der compositie. De grote eindspelkenner ir. W. J. G. Mees uit Driehuis (Velsen) rectificeert deze ge gevens. Zijn mededelingen zijn interessant genoeg, om de lezers daarvan op de hoogte te brengen. „De stelling", aldus de heer Mees, „is niet afkomstig van Dedrle en veel ouder. Wel is het zo, dat Dedrle de stand heeft opgenomen in zijn boek „Studio" uit het jaar 1925 in een opstel over pionneneind- spelen, zonder bronvermelding. Selma heeft een jaar of wat geleden de geschiede nis van de stelling ontrafeld. De hoofd punten van zijn relaas zijn de volgende: In maart 1884, in Chess Monthly, verschijnt een studie van B. Horwitz met als onder schrift: naar Dr. Cassidi. Na een zet of vijf ziet men (met een kleine wijziging) de be wuste stelling ontstaan. Dit blijkt nu de vondst van dr. Cassidi te zijn; het (naar onze begrippen waardeloze) voorspel is door Horwitz in elkaar gezet. Deze dr. Cas sidi zou de stand niet hebben verzonnen, doch de winnende voortzetting hebben aangewezen in deze blijkbaar als slot van een partij voorgekomen positie. Dr. Cassidi is net zo'n onbekende figuur als de beroemde Saavedra! Van diens da den is alleen bekend dat hij als dokter aan Zukertort eerste hulp verleende, toen deze in 1888 achter het bord door een beroerte werd getroffen. De foutieve mededeling, dat Dedrle de auteur zou zijn, komt intussen in vele mo derne eindspelboeken voor: Rafinowitsj, Euwe, Fine. Merkwaardig is, dat „A Thousand End games" van Tattersall uit 1910 de stand reeds bevatte, in de huidige vorm, zonder bronvermelding. Noch Horwitz, noch Tat tersall, noch Dedrle hebben de studig ooit geclaimd. Rest nog te vertellen, dat de Tsjech J. Moravec in Sesko Slovensky Sach 1952 de volgende kleine uitbreiding heeft gepubli ceerd: Wit: Kfl, pi g2. Zwart: Kc8. pi, h5. Wit wint hier door 1) Kf2 h4. 2) Kgl! en verder zoals bekend". Tot zover ir. Mees over het door ons aan Dedrle toegeschreven eindspel. Hij voegt er nog een compositie aan toe, welke wij onze lezers beslist niet mogen onthouden en geeft daarbij'de volgende toelichting: „Niet alleen het verre verleden heeft der gelijke onbekende grootheden voortge bracht. Op dit moment doet de volgende studie van de totaal onbekende Hongaar dr. Z. Vecsey (Magyar Sakkvilag 1934, 1ste E.V.) de ronde, door Averbach van een driezettige inleiding voorzien. Wit: Kc7, Pd4, pion b2. Zwart: Kg6, Rg4, pion d5. d5f! Kf6-e5. 13) Kf5? 14) Pe3f. 14) Dg8- g7f! Ke5-d6. Het paard is wegens dame- vangst taboe en na 14) Ke6. 15) De7t is het direct uit. 15) Dg7-e7t Kd6-c6. 16) De7-c7t en de zwarte dame gaat verloren. Terecht noteert de heer Mees, die wij zeer dankbaar zijn voor zijn inzending, hierbij: een fantastische oplossing! Mr. Ed. Spanjaard In de eerste helft van de wedstrijd NederlandEngeland tijdens de Europese kampioenschappen gespeeld, behaalde ons team goede resultaten en het stond bij de pauze zelfs vier matchpunten voor. Spel no 12 van deze eerste helft werd voor onze landgenoten een dure geschiede nis het kostte 8 matchpunten, doch het had gemakkelijk 12 punten kunnen op brengen, als. V 9 B 9 7 5 4 2 O B 3 10 7 6 3 winst. 1) 36-41. 2) 15-47 41-46. 3) 49-43 en de dam moet slaan van 46x23x40x49x38 en moet blijven staan, moet de vier stuk ken weghalen waarna wit wint door 47x25. Voorbeeld twee van de „slaanmoeilijk- heden" deed zich voor in het provinciaal toernooi 1961, zesde ronde tussen titelhou der Ansems en de jeugdige Veenstra. VEENSTRA XOOOOOOOOCOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOGO(X)OüOOOOOOnoOOOOOCroCO: -«ze*? w//////, u A H 8 6 5 4 3 9? - V 10 7 B 9 2 W O 10 7 2 A H V 10 6 8 5 2 H 8 ooc^xxxjoonoooooooococooooooooocooooooc^or- WW/. 'MM. wmy/. oooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooc Wit wint. Natuurlijk moet hij het hebben van zijn pion en voorkomen, dat zwart zijn loper daartegen offert. Van belang is dus ervoor zorg te dragen, dat de zwarte pion vooralsnog op d5 de lange diagonaal voor zwarts raadsheer gesloten houdt. Het begin is niet moeilijk: 1) b2-b4 Rg4- h3. 2) b4-b5 Rh3-fl. 3) b5-b6 Rfl-a6. Maar nu? 4) Pd4-c6! Hier staat het paard bijzonder actief. Er dreigt eenvoudig Pc6- e7fx d5-b4xa6 met gemakkelijke winst. In allerlei varianten verovert wit eerst met Pc6-b4xa6 de loper om vervolgens terug te springen met het paard en met schaak juist op tijd de zwarte pion te veroveren. Zie b.v.: a) 4) Kf5. 5) Pb4 d4. 6) Pa6: d3. 7) Pb4! d2. 8) Pd5! Ke4. 8) dlD. 9) Pe3t Kd3. 10) Pdl en wint. Of: B) 4) Kf6. 5) Pb4 d4. 6) Pa6:d3. 7) Pc5 d2. 8) Pe4f enz. Telkens weer brengt een gelijktijdige aanval op koning en pion de beslissing en daarom moet de zwarte koning zich zover mogelijk van de pion verwijderen. Zo vin den we als beste zet (de lezer onderzoeke dit verder zelf) 4) Kg6-h7! 5) Kc7-b8 Kh7-h8!Deze „verre" zet is de enige; zo beslist na 5) Kg7? 6) Pe7 d4. 7) Pf5+ aanstonds 6) Kb8-a7 Ra6-c8. 7) Pc6- e7 d5-d4. Zwart heeft natuurlijk geen an dere keus dan dit rennen met de pion, waardoor hij gelijk dame haalt. Daarna wreekt zich echter zijn slechte konings stelling. 8) Pe7xc8 d4-d3. 9) b6-b7 d3-d2. 10) b7-b8D d2-dlD. Nu volgt de wonderlijke slotfase. Telkens gaat zwart mat of gaat zijn dame verloren. 11) Pc8-e7t Kh8-g7. Niet 11) Kg8. 12) Dg6t enz. 12) Db8-g8t Kg7-f6. 13) Pe7- 'mM/. mW/. B 9 9 8 3 O A H 9 6 4 A V 5 4 Oost was gever. NZ kwetsbaar. In de kamer waar Nederland NZ speelde (noord Cats zuid Verboog), ging het bieden: oost 1 harten zuid 2 ruiten west 2 schoppen noord pas oost 3 schoppen zuid pas west 4 schoppen. Het contract is natuurlijk te hoog, doch het is moeilijk uit 4 schoppen te blijven, als de partner eenmaal geopend heeft. De Nederlanders speelden het spel feilloos tegen: eerst twee malen ruiten en toen een 3de ruiten ingetroefd door noord. Noord speelde klaveren na, zuid maakte Aas en Vrouw van die kleur waarna weer rui ten werd gespeeld! West, die niet wist wie de troefboer had, besloot deze slag in te troeven met schoppenheer en verloor daar door nog een troefslag aan zuid. Het con tract was dus 3 down: 150 voor Nederland. Helaas kwamen de Nederlanders aan ta fel 2 (oost Oudshoorn west Boender) in een biedserie terecht, waarbij zij, mede door een sluw bod van de Engelse noord speler, de controle over de gebeurtenissen verloren. Het ging daar: Oost 1 harten zuid 2 klaveren west 4 schoppen noord 5 klaveren oost pas zuid pas west 5 schoppen die gedoubleerd werden door zuid en waarvoor de Engelsen 3 down 500 scorepunten noteerden. Het biedverloop geeft tot vele opmer kingen aanleiding: zuids 2 klaverenbod was „zomaar-een-bod", met als achtergrond de kans 2 ruiten te bieden. Wests 4 schoppen is vrij normaal, doch bijzonder brutaal is noords 5 klaverenbod (kwetsbaar tegen niet). Noord had er een goede reden voor die ik u later zal uitleggen. Oost paste nu en later is dat aan critiek onderworpen, want men vond dat hij wel had moeten doubleren. Ik weet niet, of dat wel zo is oost heeft een zeer slappe opening en het is helemaal niet zeker dat hij enkele hartenslagen zal maken. Er is slechts één reden, waarom hij het had kunnen doen: OW speelden een systeem, waarbij een „psychologisch bod" in de eerste hand ge oorloofd was en vaak toegepast wordt. Door nu te passen, zou bij west de indruk gewekt kunnen worden dat oost op niets had geopend. West kwam na deze actie inderdaad in een luchtledig te hangen hij besloot tot 5 schoppen, denkende dat de tegenpartij 5 klaveren wel zou maken. De Engelse noord vertelde later, dat hij het biedsysteem van OW bestudeerd had en wist, dat OW door hun mogelijke psy chologische actie in moeilijkheden zouden kunnen komen: vandaar zijn brutale 5- kla verbod! Slotsom: het bestuderen van de conse quenties van een conventie is even belang rijk, als de kennis van de conventie zelf. Bridgevraag dezer week: Zuid is gever, NZ kwetsbaar. Zuid heeft: AIO 8 9AH O 7 6 4 3 H 10 9 5 Het bieden: zuid 1 klaveren west 1 harten noord 1 schoppen oost 4 har ten wat moet zuid bieden? Antwoord elders op deze bladzijde. 30C03000000000QÓOOOOOOOOOOOOOCOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOC ANSEMS Zwart: 7, 11, 13, 16, 17, 20, 24, 25, 26, 35. Wit: 22, 28, 29, 31, 32, 33, 34, 37, 39, 44. In dit gedeelte is voor wit het sterkste 28-23 te spelen. In de partij. 1) 22-18 13x22. 2) 32-27 17-21? remise is 25-30 34x14 17-21. 3) 28x6 21x41. En nu ontging de titelhouder 1960 de volgende geestige winst, welke na offers en het juist slaan mogelijk is. 4) 33-28 24x22. 5) 44-40 35x33. 6) 34-30 25x34 of 26x37. 7) 6-1 en na de gedwongen slag kan wit winnen door zeven stukken weg te slaan door 1x29x47x36x9x25x48x26. Het volgpnd eindspel kwam in de zeven de ronde van hetzelfde toernooi. ANSEMS DOOOOOOOO'X-X)OOOOC^'~ ^GOCOCXV^^^OOOCOCGOO^OCOOOOeococC Artikel 14 van het spelreglement luidt: elke slag moet regelmatig stuk voor stuk worden aangetoond, waarbij men wel meermalen over hetzelfde open veld mag gaan, maar niet ten tweede male over hetzelfde stuk; tijdens het slaan mogen de vijandelijke stukken niet van het bord genomen worden; dit geschiedt na de slag. Het volgende voorbeeld is uit de hoofd klassecompetitie om het clubkampioen schap van Noordholland 1961. OOOOOOOOOO» (XXXXXyy OC^OOCXX^DOCOOOtXOCX^XXTYXXXXXXXKXXOC ,.M 'WW. '#M. 'Mm. 3000000000000000cxxxxxxx)000000000000000000(-'00cxxxxxxxx)0c Zwart: vijf stukken op 3, 6, 12, 13, 41. Wit: dam op 15 vier stukken op 32, 34, 44, 49. De laatste zet van zwart was 36-41 en wit bood remise aan. Reglementair is de :ooc£>oooooooé^^xx*3oco^^doocoo<^^ DUKEL Zwart: 8, 13, 16, 18, 20, 21, 25. Wit: 31, 32, 37, 38, 39, 45. Wit aan zet vervolgde met 31-28 waarna men op drieërlei wijze kan doorbreken. Zeker remise is 18-23 26x17 23-28 32x23 8-12 17x19 20-24 met 25x41. In de partij werd het spelremise door: 1) 31-26 8-12. 2) 26x19 20-24. 3) 19x30 25x43. 4) 37-31 43-48. 5) 31-26 18-23. 6) 26-21 17x27. 7) 32x21 48-26. 8) 21-16 26-17. 9) 45-40 en het spel is remise. Wij laten nog in het midden, dat er mo gelijk door zwart sterker kan worden ge speeld. De derde spelgang lijkt ons de beste en de kansrijkste (aangegeven door P. Roozenburg). 1) 31-26 13-19. 2) 26x17 18-22. 3) 17x28 19-23. 4). 28x19 20-24. 5) 19x30 25x43. 6) 37-31 43-48. 7) 31-26 en nu is het een vraag of het spel remise, of winst voor zwart oplevert. Zwart aan zet: dam 48, stukken op 8, 16. Wit: 5 stukken, 26, 32, 38, 45, 49. De heer A. Douma heeft een probleem samengesteld. Onder de goede oplossers zal een boekwerk verloot worden. Elf stukken zwart: 2, 3, 7, 9, 12, 15, 17, 18, 22, 25, 26. Elf stukken wit: 19, 27, 29, 30, 31, 33. 34, 37, 38, 39, 48. Wit aan zet speelt 19-13 9-14 gedwongen en wit wint. B. Dukel Oplossingen en correspondentie te zenden aan het adres van de damredac- teur: B. Dukel, Wijk aan Zeeërweg 125, IJ muiden. juaSuig uMop- uaa jbbui aip 'ua;jBq 9 sjjaz ua uaddoqas ptnz pooq qfipiBJd ap ui 'UBq uaqliqaq ua§o ajapuB ;atu raam pinz poq jqaM 'ubb§ uai-iEq g jbbu pSaj sib ibz ua ")tz ut jaM ra )Bp jo saiaaJd }aiu ipaM CijjBduaSai ap :uapaiq a; uaddoqas f uio a;saq iaq (jaiu fnjeduaSai 'jeeqsiaAvq jjaz) saxiEniis azap ui }aq si uaauiaSiB ;aq joao •uaqqaq aijasua;ina apaoS uaa 'unaisuapmq (aëUBi) uCiz L'iq jaqaz ibz ;soo 'uazaqJOA Uat -inz uajaAEiq ui uaa uaiqossitu ua jaoa; ut uaSEjs z 'uaddoqas ut 3bis uaa usp Jaaui latu AVO iep 'doaa uapaiq )aq iqCq qaoj, •ua;JBq f uba uaqBUi ;aq ubb ua[ajfiAV( ai uio uapaj apB nCipinniEU ijaaq. pmz :qaaAV aazap SeeJAaüpuq do pjooAvjuy - In „PONY HET ZEEPAARDJE" van Mischa Damjan is een oude octopus, oom Salomon, aan het woord, die octopus- kindertjes het verhaal vertelt van zee paardje Pony, dat na veel verwikkelingen er in slaagt een door een reuzenkrab ge vangen gehouden meisjes-zeepaard te be vrijden. Allerlei zeedieren, kreeften, schel pen, zaagvissen en dolfijnen komen in dit vlot vertelde verhaal ten tonele. De ver taling van Miep Diekmann is uitstekend; de illustraties zijn ronduit afschuwelijk. (H. P. Leopolds Uitgeversmij. n.v- Den Haag). OPA JANSEN HAD een dierenwin- keltje. Als je bij hem binnen kwam zag je daar allemaal grote en kleine kooien staan. In die kooien zaten allerlei die ren; er zaten een paar marmotjes, een klein wit konijntje met vuurrode oog jes en een heleboel vogeltjes, die het hoogste lied zongen. En ook was er in de winkel van opa Jansen een aap. Sjim Pansee heette die aap, maar opa noemde hem altijd Sjimmie. Die Sjim- mie zat vol ondeugende streken en als er iemand voor de kooi van de aap ging staan moest die heel voorzichtig zijn, want Sjimmie probeerde altijd de hoe den van de mensen af te pakken en op zijn eigen apekop te zetten. Op een dag, het liep al tegen de avond wilde opa Jansen zijn winkeltje gaan sluiten. Hij liep nog eens langs alle kooien om te kijken of zijn dieren ge noeg eten en drinken hadden en of de deurtjes van de kooien goed dicht wa ren. Nu werd opa Jansen al een dagje ouder en daarom vergat hij om naar het deurtje van de kooi van de aap te kijken. Had hij het maar wel ge daan, dan had hij kunnen zien dat het deurtje niet helemaal dicht was Toen opa de winkeldeur gesloten had en langzaam de straat uitslofte kwam Sjim van zijn stok af. Hij gaf een duw tje tegen de deur van zijn kooi en stap te naar buiten. Eerst stak hij zijn tong uit tegen de andere dieren. De vogels begonnen te krijsen van opwinding en de papegaai begon te schreeuwen. Het konijn liep opgewonden in zijn hok heen en weer en als het geluid had kunnen geven, had het dat ook vast en zeker gedaan. „ZAL IK JULLIE ook loslaten?," vroeg de ondeugende aap aan de an dere dieren, „wacht maar, het is zo ge beurd". „Ja, maar wat moeten we doen als we los zijn?", vroeg een groen kana riepietje. „Ik weet niet wat ik doen moet als ik niet in een kooi zit. Ik ben in een kooi geboren en ben nog nooit buiten de deur geweest. Het bevalt mij best hier bij opa". „Ach, dat is allemaal onzin", lachte de aap, „ik zal jullie baas wel zijn. Jullie gaan allemaal met mij mee, dan I Iedere dag van zeven tot acht Gaat slager Van Manen op vliegenjacht. Hij kijkt op de klok, en is het zijn tijd Dan grijpt hij de krant en begint de strijd. „Pats" klinkt het weldra en, kijk nu toch uit.', Want, o, hij slaat haast een barst in de ruit. „Hoera!" roept de slager „die is er geweest!" Hij mept alweer gauw naar een ander beest En pakt zijn pantoffel en klimt op de kruk Hij wankelt, krijgt bijna een ongeluk! Maar opgewekt roept hij: „Die was haast raak!" En springt van de kruk af met veel gekraak. Dan kijkt hij gespannen naar opzij. Heidaar, vloog daar hem geen vlieg voorbij? Een zoemend geritsel, een schaduw, zo snel, Dat de slag van de slager te laat kwam! Jawel, Als een wildeman slaat nu de slager in 't rond En valt dan tenslotte vermoeid op de grond. Op dit moment, zo hij al weet van te voren, Laat de klok acht dreunende slagen horen. Dan staat de slager weer op om te lopen- Dan slaat hij zijn krantje al lezende open Dan neemt hij pas rust, want van zeven tot acht Gaat slager van Manen op vliegenjacht. Marjan van Beek zal ik jullie de wereld wel eens laten zien. En je kunt buiten veel lekkerder eten dan hier. Nou, moet ik jullie los laten ja of nee?" „Ja, ja, ja", piepten, schreeuwden en zongen de dieren en het konijn trok een paar keer snel met zijn neusje, want het wilde ocrk mee naar de wereld daar buiten. Nu ging de aap langs alle kooi en. Hij liet de parkieten los, de kana ries en de marmotten. Hij opende de kooi van het konijn en als laatste wilde hij de papegaai loslaten. Maar die werd erg kwaad en krijste: „Niks ervan, lelijke aap. Ik ben al veertig jaar bij opa Jansen en ik ga hier niet weg". „Nou, dan niet", antwoordde de aap, ga jij maar niet met ons mee. Je mag geeneens meer. Kom dieren, het raam staat open, daar gaan we door". Alleen het konijn en de marmotjes konden niet bij het hoge raam komen, maar de aap hielp ze één voor één DE VOLGENDE DAG om een uur of acht ging opa Jansen weer naar zijn winkel. Hij stak de sleutel in het slot van de winkeldeur en stapte even la ter naar binnenMaar wat schrok opa toen hij zag dat alle kooien leeg waren en dat de deurtjes open stonden. Hij bleef een paar minuten met open mond staan en begon toen zachtjes te huilen. „Er zijn dieven geweest", jammerde de oude man, „dieven die mijn beestjes hebben gestolen". Maar ineens begon de papegaai te gillen: „Grrr, gr, lelijke aaaap, lelijke aaaap". „O, gelukkig", mompelde opa Jansen, „mijn papegaai hebben ze tenminste niet gestolen. Kom maar Lorre, kop- piekrauw". Verdrietig schreef opa op een groot vel papier: Alle beesten zijn weg. Ik heb niets meer te koop. Toen ging opa op de stoep voor zijn winkel zitten, met de papegaai op zijn schouder. Zo zat de oude baas daar een uurtje, toen hij opeens een bekend geluid hoor de; daar floot een kanarie in de straat en er koerde een tortelduif! Verbaasd keek opa Jansen de straat in en meteen wreef hij zich de ogen uit, want wat zag hij??.Daar kwam een hele optocht van natgeregen de dieren aan. Het waren alle dieren uit zijn winkeltje.De kanaries, de parkieten, de tortelduiven, de marmot ten en het witte konijntje. En helemaal achteraan liep Sjimmie te sloffen. Een paar parkieten probeerden steeds maar de aap te bijten en Sjimmie was te moe om zich te verweren. DAAR KWAM DE STOET naar opa toe en bleef vlak voor het winkeltje staan. Ineens begreep opa Jansen wat er gebeurd was, want hij herinnerde zich dat hij gisteravond vergeten was om naar de kooi van de aap te kijken. Gauw deed hij de winkeldeur weer open en alle dieren vlogen bf wipten naar binnen en gingen in hun eigen kooi zitten. Ze begonnen meteen van het voer in de kooien te eten, want ze waren erg hongerig geworden. Alle die ren hadden spijt dat ze met Sjimmie Pansee mee waren gegaan, want de aap had ze hiets te eten kunnen ge ven. Wel waren ze midden in de nacht kletsnat geregend Zo vlug mogelijk sloot opa Jansen al le kooien weer. Toen haalcje hij met een blij gezicht het papier weer van het raam waarop hij geschreven had, dat alle dieren weg waren. Alleen Sjimmie de aap zat nog niet in zijn kooi, met een heel zielig apesnuit- je zat hij naar opa te kijken. Maar zijn baas had helemaal geen medelijden met hem. „Stoute Sjim", zei opa, „ik heb al last genoeg van jou gehad. Hoeveel hoeden heb je al kapot gemaakt, en nu heb je deze streek weer uitgehaald. Ik ga jou weggeven aan een circus, daar kun je al je streken aan de mensen la ten zien. Ik ga een grote brief schrijven naar de baas van circus Piroponi". Toen werd Sjimmie weer in zijn hok gezet. Maar de aap was na die dag zo gehoorzaam, dat opa Jansen vergat om de brief te schrijven Jan Nelissen TER GELEGENHEID van het tien jarig bestaan van de Gemeentelijke Jeugdbibliotheek in Haarlem wordt er van heden, zaterdag 28 oktober, tot en met dinsdag 7 november (dus iets langer dan de Kinderboekenweek) in het gebouw aan de Schouwtjeslaan (ingang Van Merlenstraat 1, Haar lem) een keurcollectie uit de boeken schat van de Gemeentelijk Jeugdbi bliotheek geëxposeerd. De titel van deze expositie luidt „10 jaar J.B., wie leest er mee?" De expositie is elke middag (behalve op zondag) geopend van 2 tot 5 uur, en elke avond (be halve zaterdag en zondag) van 7 tot 9 uur.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1961 | | pagina 17