FILATELIE
Toen de aap ios was
Bridge
ZATERDAG 28 OKTOBER 1961
Erbij
PAGINA VIJF
mmm
mêmSt
mzmmm
<G>
NIEUWE KINDERBOEKEN
Op vliegenjacht
Jeugdbibliotheek in
Haarlem tien jaar
v
wmmm
SURINAME. De Surinaamse post ad
ministratie geeft binnenkort vermoe
delijk begin november a.s. een serie
van twee postzegels uit ter herdenking
van Dag Hammarskjold (1905-1961),
secretaris-generaal van de Verenigde
Naties. De zegels in de waarden 10 en
20 cent, tonen het portret van Hammar
skjold tegen een achtergrond van het
embleem van de UNO. De zegels dra
gen een zwarte rand. Ze zijn gedrukt
in velletjes van twaalf exemplaren.
ARGENTINIë. Ter gelegenheid van
de internationale postzegelten toonstel
ling „Argentine 1962" genaamd, is een
serie van drie waarden verschenen. Het
zijn een 2 2 pesos met de kathedraal
van Córdoba, een 3 3 p. met een re-
produktie van de postzegel van 10 cen-
tavos, uitgifte 1862 en een 10 10 p.
met de kathedraal van Buenos Aires.
De drie zegels zijn ook in een blokje
uitgegeven, waarvan de oplage 70.000
stuks bedraagt.
JAPAN. Verzamelaars van „sport op
postzegels" kunnen hun collectie aan
vullen met twee zegels, beide in de
waarde 5 yen, die zijn uitgegeven ter
gelegenheid van de 16e nationale athle-
tiekkampioenschappen. De ene zegel
laat een man zien die een handstand
maakt op de brug en de andere zegel
een roeiend meisje.
AUSTRALIë. Op 8 november a.s. zal
de jaarlijkse kerstpostzegel verkrijg
baar worden gesteld. Evenals het vori
ge jaar heeft de zegel (waarde 5 d.
bruin) de bijbel tot onderwerp. Dit naar
aanleiding van de 350ste verjaardag
van de eerste publicatie van een nieu
we Britse vertaling van de bijbel in
1611, de zogenoemde koning Jamei' uit
gave. Erop afgebeeld is een geopende
bijbel met links een voorstelling die de
geboorte van Christus uitbeeldt en
rechts de tekst „Eer aan God in den
Hoge en vrede op aarde". In NORFOLK
EILAND komt de zegel in dezelfde
waarde en tekening, maar in een ge
wijzigde blauwe kleur.
VERENIGDE STATEN. De vijftig
ste verjaardag van de stichting van de
Chinese republiek is herdacht door de
uitgifte van een postzegel van 4 cents
(blauw), waarop het portret van de
stichter van de republiek dr. Söën Yat-
Sen is afgebeeld. Boven het portret ziet
men het t'waalfpuntige symbool van de
witte zon, die ook voorkomt in de vlag
van (nationalistisch) China. Hiernaast
Chinese karakters, waarvan de verta
ling luidt „Republiek China".
EGYPTE. De Egyptische posterijen
hebben twee postzegels, 10 mills (don
kergrijs en geeloker) en 35 mills (kas
tanjebruin en groenachtig blauw) het
licht doen zien bij gelegenheid van de
Dag van de Verenigde Naties (24 okto
ber). De zegels zijn gewijd aan het tech-
nmma.
wiw m+t.
nische bijstandsprogramma van de
UNO. De eerste waarde vertoont het
UNO-embleem dat licht werpt op sym
bolen van de landbouw, industrie en
opvoeding (korenaar, tandrad en boek)
en de tweede waarde beeldt de twee
halfronden en een tandrad, waarin het
UNO-embleem is vervat, af.
FEDERATIE VAN MALAKKA. Naar
aanleiding van de 13e vergadering van
het raadgevende comité voor de coöpe
ratieve economische ontwikkeling in
zuid- en zuid-oost Azië (Colombo Plan),
die van 30 oktober tot 18 november a.s.
in Kuala Lumpur wordt gehouden, is
een serie van drie zegels in omloop ge
bracht. Op een 12, 25 en 30 cents komt
het embleem van het Colombo Plan
voor.
SAN MARINO. In deze miniatuur-
staat is een postzegel van 500 lire uit
gekomen met de afbeelding van de berg
Titano en het inschrift „Europa". De
zegels zijn gedrukt in velletjes van zes
exemplaren.
BRAZILIë. Evenals in verscheidene
andere landen is ook in Brazilië de In
dische dichter, filosoof en musicus Ra
bindranath Tagore op de postzegel her
dacht. Op een zegel van 10 cr. (rood)
is het portret van Tagore voorgesteld.
Enige weken geleden publiceerden wij
het volgende eindspel:
CXXXXXXXXXK)OOOOOOOOOOOOOCXXX)OOOOOOOOOOOOOOCOOC)
oooo^Éooc»o<^^^xxxxx3^^^oooooooo^)Ooc)oooó
Wit kan winnen met de verrassende ma
noeuvre 1) Kbl! a3. 2) b3! Slechts zö
gaat het. 2) Ke5. 3) Ka2 Kd5. 4) Ka3:
Kc5. 5) Ka4 enz. Wij vermeldden F. Dedrle
als componist en 1921 als jaar van tot
standkoming der compositie.
De grote eindspelkenner ir. W. J. G. Mees
uit Driehuis (Velsen) rectificeert deze ge
gevens. Zijn mededelingen zijn interessant
genoeg, om de lezers daarvan op de hoogte
te brengen.
„De stelling", aldus de heer Mees, „is
niet afkomstig van Dedrle en veel ouder.
Wel is het zo, dat Dedrle de stand heeft
opgenomen in zijn boek „Studio" uit het
jaar 1925 in een opstel over pionneneind-
spelen, zonder bronvermelding. Selma
heeft een jaar of wat geleden de geschiede
nis van de stelling ontrafeld. De hoofd
punten van zijn relaas zijn de volgende: In
maart 1884, in Chess Monthly, verschijnt
een studie van B. Horwitz met als onder
schrift: naar Dr. Cassidi. Na een zet of vijf
ziet men (met een kleine wijziging) de be
wuste stelling ontstaan. Dit blijkt nu de
vondst van dr. Cassidi te zijn; het (naar
onze begrippen waardeloze) voorspel is
door Horwitz in elkaar gezet. Deze dr. Cas
sidi zou de stand niet hebben verzonnen,
doch de winnende voortzetting hebben
aangewezen in deze blijkbaar als slot van
een partij voorgekomen positie.
Dr. Cassidi is net zo'n onbekende figuur
als de beroemde Saavedra! Van diens da
den is alleen bekend dat hij als dokter aan
Zukertort eerste hulp verleende, toen deze
in 1888 achter het bord door een beroerte
werd getroffen.
De foutieve mededeling, dat Dedrle de
auteur zou zijn, komt intussen in vele mo
derne eindspelboeken voor: Rafinowitsj,
Euwe, Fine.
Merkwaardig is, dat „A Thousand End
games" van Tattersall uit 1910 de stand
reeds bevatte, in de huidige vorm, zonder
bronvermelding. Noch Horwitz, noch Tat
tersall, noch Dedrle hebben de studig ooit
geclaimd.
Rest nog te vertellen, dat de Tsjech J.
Moravec in Sesko Slovensky Sach 1952 de
volgende kleine uitbreiding heeft gepubli
ceerd: Wit: Kfl, pi g2. Zwart: Kc8. pi, h5.
Wit wint hier door 1) Kf2 h4. 2) Kgl!
en verder zoals bekend".
Tot zover ir. Mees over het door ons aan
Dedrle toegeschreven eindspel. Hij voegt
er nog een compositie aan toe, welke wij
onze lezers beslist niet mogen onthouden
en geeft daarbij'de volgende toelichting:
„Niet alleen het verre verleden heeft der
gelijke onbekende grootheden voortge
bracht. Op dit moment doet de volgende
studie van de totaal onbekende Hongaar
dr. Z. Vecsey (Magyar Sakkvilag 1934, 1ste
E.V.) de ronde, door Averbach van een
driezettige inleiding voorzien.
Wit: Kc7, Pd4, pion b2. Zwart: Kg6, Rg4,
pion d5.
d5f! Kf6-e5. 13) Kf5? 14) Pe3f. 14) Dg8-
g7f! Ke5-d6. Het paard is wegens dame-
vangst taboe en na 14) Ke6. 15) De7t
is het direct uit. 15) Dg7-e7t Kd6-c6. 16)
De7-c7t en de zwarte dame gaat verloren.
Terecht noteert de heer Mees, die wij
zeer dankbaar zijn voor zijn inzending,
hierbij: een fantastische oplossing!
Mr. Ed. Spanjaard
In de eerste helft van de wedstrijd
NederlandEngeland tijdens de Europese
kampioenschappen gespeeld, behaalde ons
team goede resultaten en het stond bij
de pauze zelfs vier matchpunten voor.
Spel no 12 van deze eerste helft werd
voor onze landgenoten een dure geschiede
nis het kostte 8 matchpunten, doch het
had gemakkelijk 12 punten kunnen op
brengen, als.
V
9 B 9 7 5 4 2
O B 3
10 7 6 3
winst. 1) 36-41. 2) 15-47 41-46. 3) 49-43
en de dam moet slaan van 46x23x40x49x38
en moet blijven staan, moet de vier stuk
ken weghalen waarna wit wint door 47x25.
Voorbeeld twee van de „slaanmoeilijk-
heden" deed zich voor in het provinciaal
toernooi 1961, zesde ronde tussen titelhou
der Ansems en de jeugdige Veenstra.
VEENSTRA
XOOOOOOOOCOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOGO(X)OüOOOOOOnoOOOOOCroCO:
-«ze*? w//////, u
A H 8 6 5 4 3
9? -
V 10 7
B 9 2
W O
10
7 2
A
H V 10 6
8
5 2
H
8
ooc^xxxjoonoooooooococooooooooocooooooc^or-
WW/. 'MM. wmy/.
oooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooc
Wit wint. Natuurlijk moet hij het hebben
van zijn pion en voorkomen, dat zwart zijn
loper daartegen offert. Van belang is dus
ervoor zorg te dragen, dat de zwarte pion
vooralsnog op d5 de lange diagonaal voor
zwarts raadsheer gesloten houdt.
Het begin is niet moeilijk: 1) b2-b4 Rg4-
h3. 2) b4-b5 Rh3-fl. 3) b5-b6 Rfl-a6. Maar
nu? 4) Pd4-c6! Hier staat het paard
bijzonder actief. Er dreigt eenvoudig Pc6-
e7fx d5-b4xa6 met gemakkelijke winst. In
allerlei varianten verovert wit eerst met
Pc6-b4xa6 de loper om vervolgens terug
te springen met het paard en met schaak
juist op tijd de zwarte pion te veroveren.
Zie b.v.: a) 4) Kf5. 5) Pb4 d4. 6) Pa6:
d3. 7) Pb4! d2. 8) Pd5! Ke4. 8) dlD.
9) Pe3t Kd3. 10) Pdl en wint. Of:
B) 4) Kf6. 5) Pb4 d4. 6) Pa6:d3.
7) Pc5 d2. 8) Pe4f enz.
Telkens weer brengt een gelijktijdige
aanval op koning en pion de beslissing en
daarom moet de zwarte koning zich zover
mogelijk van de pion verwijderen. Zo vin
den we als beste zet (de lezer onderzoeke
dit verder zelf) 4) Kg6-h7! 5) Kc7-b8
Kh7-h8!Deze „verre" zet is de enige;
zo beslist na 5) Kg7? 6) Pe7 d4. 7)
Pf5+ aanstonds 6) Kb8-a7 Ra6-c8. 7) Pc6-
e7 d5-d4. Zwart heeft natuurlijk geen an
dere keus dan dit rennen met de pion,
waardoor hij gelijk dame haalt. Daarna
wreekt zich echter zijn slechte konings
stelling. 8) Pe7xc8 d4-d3. 9) b6-b7 d3-d2.
10) b7-b8D d2-dlD.
Nu volgt de wonderlijke slotfase. Telkens
gaat zwart mat of gaat zijn dame verloren.
11) Pc8-e7t Kh8-g7. Niet 11) Kg8.
12) Dg6t enz. 12) Db8-g8t Kg7-f6. 13) Pe7-
'mM/. mW/.
B 9
9 8 3
O A H 9 6 4
A V 5 4
Oost was gever. NZ kwetsbaar. In de
kamer waar Nederland NZ speelde (noord
Cats zuid Verboog), ging het bieden:
oost 1 harten zuid 2 ruiten west 2
schoppen noord pas oost 3 schoppen
zuid pas west 4 schoppen.
Het contract is natuurlijk te hoog, doch
het is moeilijk uit 4 schoppen te blijven,
als de partner eenmaal geopend heeft. De
Nederlanders speelden het spel feilloos
tegen: eerst twee malen ruiten en toen een
3de ruiten ingetroefd door noord. Noord
speelde klaveren na, zuid maakte Aas en
Vrouw van die kleur waarna weer rui
ten werd gespeeld! West, die niet wist wie
de troefboer had, besloot deze slag in te
troeven met schoppenheer en verloor daar
door nog een troefslag aan zuid. Het con
tract was dus 3 down: 150 voor Nederland.
Helaas kwamen de Nederlanders aan ta
fel 2 (oost Oudshoorn west Boender) in
een biedserie terecht, waarbij zij, mede
door een sluw bod van de Engelse noord
speler, de controle over de gebeurtenissen
verloren. Het ging daar:
Oost 1 harten zuid 2 klaveren west
4 schoppen noord 5 klaveren oost
pas zuid pas west 5 schoppen die
gedoubleerd werden door zuid en waarvoor
de Engelsen 3 down 500 scorepunten
noteerden.
Het biedverloop geeft tot vele opmer
kingen aanleiding: zuids 2 klaverenbod was
„zomaar-een-bod", met als achtergrond de
kans 2 ruiten te bieden. Wests 4 schoppen
is vrij normaal, doch bijzonder brutaal is
noords 5 klaverenbod (kwetsbaar tegen
niet). Noord had er een goede reden voor
die ik u later zal uitleggen. Oost paste
nu en later is dat aan critiek onderworpen,
want men vond dat hij wel had moeten
doubleren. Ik weet niet, of dat wel zo is
oost heeft een zeer slappe opening en het
is helemaal niet zeker dat hij enkele
hartenslagen zal maken. Er is slechts één
reden, waarom hij het had kunnen doen:
OW speelden een systeem, waarbij een
„psychologisch bod" in de eerste hand ge
oorloofd was en vaak toegepast wordt.
Door nu te passen, zou bij west de indruk
gewekt kunnen worden dat oost op niets
had geopend. West kwam na deze actie
inderdaad in een luchtledig te hangen
hij besloot tot 5 schoppen, denkende dat
de tegenpartij 5 klaveren wel zou maken.
De Engelse noord vertelde later, dat hij
het biedsysteem van OW bestudeerd had
en wist, dat OW door hun mogelijke psy
chologische actie in moeilijkheden zouden
kunnen komen: vandaar zijn brutale 5-
kla verbod!
Slotsom: het bestuderen van de conse
quenties van een conventie is even belang
rijk, als de kennis van de conventie zelf.
Bridgevraag dezer week: Zuid is gever,
NZ kwetsbaar. Zuid heeft:
AIO 8 9AH O 7 6 4 3 H 10 9 5
Het bieden: zuid 1 klaveren west
1 harten noord 1 schoppen oost 4 har
ten wat moet zuid bieden? Antwoord
elders op deze bladzijde.
30C03000000000QÓOOOOOOOOOOOOOCOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOC
ANSEMS
Zwart: 7, 11, 13, 16, 17, 20, 24, 25, 26, 35.
Wit: 22, 28, 29, 31, 32, 33, 34, 37, 39, 44.
In dit gedeelte is voor wit het sterkste
28-23 te spelen. In de partij. 1) 22-18 13x22.
2) 32-27 17-21? remise is 25-30 34x14 17-21.
3) 28x6 21x41. En nu ontging de titelhouder
1960 de volgende geestige winst, welke na
offers en het juist slaan mogelijk is. 4)
33-28 24x22. 5) 44-40 35x33. 6) 34-30 25x34
of 26x37. 7) 6-1 en na de gedwongen slag
kan wit winnen door zeven stukken weg
te slaan door 1x29x47x36x9x25x48x26.
Het volgpnd eindspel kwam in de zeven
de ronde van hetzelfde toernooi.
ANSEMS
DOOOOOOOO'X-X)OOOOC^'~ ^GOCOCXV^^^OOOCOCGOO^OCOOOOeococC
Artikel 14 van het spelreglement luidt:
elke slag moet regelmatig stuk voor stuk
worden aangetoond, waarbij men wel
meermalen over hetzelfde open veld mag
gaan, maar niet ten tweede male over
hetzelfde stuk; tijdens het slaan mogen
de vijandelijke stukken niet van het bord
genomen worden; dit geschiedt na de slag.
Het volgende voorbeeld is uit de hoofd
klassecompetitie om het clubkampioen
schap van Noordholland 1961.
OOOOOOOOOO» (XXXXXyy OC^OOCXX^DOCOOOtXOCX^XXTYXXXXXXXKXXOC
,.M 'WW. '#M. 'Mm.
3000000000000000cxxxxxxx)000000000000000000(-'00cxxxxxxxx)0c
Zwart: vijf stukken op 3, 6, 12, 13, 41.
Wit: dam op 15 vier stukken op 32, 34,
44, 49.
De laatste zet van zwart was 36-41 en
wit bood remise aan. Reglementair is de
:ooc£>oooooooé^^xx*3oco^^doocoo<^^
DUKEL
Zwart: 8, 13, 16, 18, 20, 21, 25.
Wit: 31, 32, 37, 38, 39, 45.
Wit aan zet vervolgde met 31-28 waarna
men op drieërlei wijze kan doorbreken.
Zeker remise is 18-23 26x17 23-28 32x23
8-12 17x19 20-24 met 25x41.
In de partij werd het spelremise door:
1) 31-26 8-12. 2) 26x19 20-24. 3) 19x30 25x43.
4) 37-31 43-48. 5) 31-26 18-23. 6) 26-21 17x27.
7) 32x21 48-26. 8) 21-16 26-17. 9) 45-40 en
het spel is remise.
Wij laten nog in het midden, dat er mo
gelijk door zwart sterker kan worden ge
speeld. De derde spelgang lijkt ons de
beste en de kansrijkste (aangegeven door
P. Roozenburg).
1) 31-26 13-19. 2) 26x17 18-22. 3) 17x28
19-23. 4). 28x19 20-24. 5) 19x30 25x43. 6)
37-31 43-48. 7) 31-26 en nu is het een vraag
of het spel remise, of winst voor zwart
oplevert. Zwart aan zet: dam 48, stukken
op 8, 16. Wit: 5 stukken, 26, 32, 38, 45, 49.
De heer A. Douma heeft een probleem
samengesteld. Onder de goede oplossers zal
een boekwerk verloot worden.
Elf stukken zwart: 2, 3, 7, 9, 12, 15, 17, 18,
22, 25, 26.
Elf stukken wit: 19, 27, 29, 30, 31, 33. 34,
37, 38, 39, 48.
Wit aan zet speelt 19-13 9-14 gedwongen
en wit wint.
B. Dukel
Oplossingen en correspondentie te
zenden aan het adres van de damredac-
teur: B. Dukel, Wijk aan Zeeërweg 125,
IJ muiden.
juaSuig uMop-
uaa jbbui aip 'ua;jBq 9 sjjaz ua
uaddoqas ptnz pooq qfipiBJd ap ui 'UBq
uaqliqaq ua§o ajapuB ;atu raam pinz poq
jqaM 'ubb§ uai-iEq g jbbu pSaj sib ibz
ua ")tz ut jaM ra )Bp jo saiaaJd }aiu ipaM
CijjBduaSai ap :uapaiq a; uaddoqas f uio
a;saq iaq (jaiu fnjeduaSai 'jeeqsiaAvq jjaz)
saxiEniis azap ui }aq si uaauiaSiB ;aq joao
•uaqqaq aijasua;ina apaoS uaa 'unaisuapmq
(aëUBi) uCiz L'iq jaqaz ibz ;soo 'uazaqJOA Uat
-inz uajaAEiq ui uaa uaiqossitu ua jaoa; ut
uaSEjs z 'uaddoqas ut 3bis uaa usp Jaaui
latu AVO iep 'doaa uapaiq )aq iqCq qaoj,
•ua;JBq f uba uaqBUi ;aq ubb ua[ajfiAV(
ai uio uapaj apB nCipinniEU ijaaq. pmz
:qaaAV aazap SeeJAaüpuq do pjooAvjuy
- In „PONY HET ZEEPAARDJE" van
Mischa Damjan is een oude octopus, oom
Salomon, aan het woord, die octopus-
kindertjes het verhaal vertelt van zee
paardje Pony, dat na veel verwikkelingen
er in slaagt een door een reuzenkrab ge
vangen gehouden meisjes-zeepaard te be
vrijden. Allerlei zeedieren, kreeften, schel
pen, zaagvissen en dolfijnen komen in dit
vlot vertelde verhaal ten tonele. De ver
taling van Miep Diekmann is uitstekend;
de illustraties zijn ronduit afschuwelijk.
(H. P. Leopolds Uitgeversmij. n.v- Den
Haag).
OPA JANSEN HAD een dierenwin-
keltje. Als je bij hem binnen kwam zag
je daar allemaal grote en kleine kooien
staan. In die kooien zaten allerlei die
ren; er zaten een paar marmotjes, een
klein wit konijntje met vuurrode oog
jes en een heleboel vogeltjes, die het
hoogste lied zongen. En ook was er in
de winkel van opa Jansen een aap.
Sjim Pansee heette die aap, maar opa
noemde hem altijd Sjimmie. Die Sjim-
mie zat vol ondeugende streken en als
er iemand voor de kooi van de aap ging
staan moest die heel voorzichtig zijn,
want Sjimmie probeerde altijd de hoe
den van de mensen af te pakken en op
zijn eigen apekop te zetten.
Op een dag, het liep al tegen de avond
wilde opa Jansen zijn winkeltje gaan
sluiten. Hij liep nog eens langs alle
kooien om te kijken of zijn dieren ge
noeg eten en drinken hadden en of de
deurtjes van de kooien goed dicht wa
ren. Nu werd opa Jansen al een dagje
ouder en daarom vergat hij om naar
het deurtje van de kooi van de aap
te kijken. Had hij het maar wel ge
daan, dan had hij kunnen zien dat het
deurtje niet helemaal dicht was
Toen opa de winkeldeur gesloten had
en langzaam de straat uitslofte kwam
Sjim van zijn stok af. Hij gaf een duw
tje tegen de deur van zijn kooi en stap
te naar buiten. Eerst stak hij zijn tong
uit tegen de andere dieren. De vogels
begonnen te krijsen van opwinding en
de papegaai begon te schreeuwen. Het
konijn liep opgewonden in zijn hok heen
en weer en als het geluid had kunnen
geven, had het dat ook vast en zeker
gedaan.
„ZAL IK JULLIE ook loslaten?,"
vroeg de ondeugende aap aan de an
dere dieren, „wacht maar, het is zo ge
beurd".
„Ja, maar wat moeten we doen als
we los zijn?", vroeg een groen kana
riepietje. „Ik weet niet wat ik doen
moet als ik niet in een kooi zit. Ik ben
in een kooi geboren en ben nog nooit
buiten de deur geweest. Het bevalt mij
best hier bij opa".
„Ach, dat is allemaal onzin", lachte
de aap, „ik zal jullie baas wel zijn.
Jullie gaan allemaal met mij mee, dan
I
Iedere dag van zeven tot acht
Gaat slager Van Manen op
vliegenjacht.
Hij kijkt op de klok, en is het zijn tijd
Dan grijpt hij de krant en begint de
strijd.
„Pats" klinkt het weldra en, kijk nu
toch uit.',
Want, o, hij slaat haast een barst in
de ruit.
„Hoera!" roept de slager „die is er
geweest!"
Hij mept alweer gauw naar een
ander beest
En pakt zijn pantoffel en klimt op
de kruk
Hij wankelt, krijgt bijna een ongeluk!
Maar opgewekt roept hij: „Die was
haast raak!"
En springt van de kruk af met veel
gekraak.
Dan kijkt hij gespannen naar opzij.
Heidaar, vloog daar hem geen vlieg
voorbij?
Een zoemend geritsel, een schaduw,
zo snel,
Dat de slag van de slager te laat
kwam! Jawel,
Als een wildeman slaat nu de slager
in 't rond
En valt dan tenslotte vermoeid op de
grond.
Op dit moment, zo hij al weet van
te voren,
Laat de klok acht dreunende slagen
horen.
Dan staat de slager weer op om te
lopen-
Dan slaat hij zijn krantje al lezende
open
Dan neemt hij pas rust, want van
zeven tot acht
Gaat slager van Manen op vliegenjacht.
Marjan van Beek
zal ik jullie de wereld wel eens laten
zien. En je kunt buiten veel lekkerder
eten dan hier. Nou, moet ik jullie los
laten ja of nee?"
„Ja, ja, ja", piepten, schreeuwden en
zongen de dieren en het konijn trok een
paar keer snel met zijn neusje, want
het wilde ocrk mee naar de wereld daar
buiten. Nu ging de aap langs alle kooi
en. Hij liet de parkieten los, de kana
ries en de marmotten. Hij opende de
kooi van het konijn en als laatste wilde
hij de papegaai loslaten. Maar die werd
erg kwaad en krijste:
„Niks ervan, lelijke aap. Ik ben al
veertig jaar bij opa Jansen en ik ga
hier niet weg".
„Nou, dan niet", antwoordde de aap,
ga jij maar niet met ons mee. Je mag
geeneens meer. Kom dieren, het raam
staat open, daar gaan we door". Alleen
het konijn en de marmotjes konden
niet bij het hoge raam komen, maar
de aap hielp ze één voor één
DE VOLGENDE DAG om een uur of
acht ging opa Jansen weer naar zijn
winkel. Hij stak de sleutel in het slot
van de winkeldeur en stapte even la
ter naar binnenMaar wat schrok
opa toen hij zag dat alle kooien leeg
waren en dat de deurtjes open stonden.
Hij bleef een paar minuten met open
mond staan en begon toen zachtjes te
huilen.
„Er zijn dieven geweest", jammerde
de oude man, „dieven die mijn beestjes
hebben gestolen".
Maar ineens begon de papegaai te
gillen: „Grrr, gr, lelijke aaaap, lelijke
aaaap".
„O, gelukkig", mompelde opa Jansen,
„mijn papegaai hebben ze tenminste
niet gestolen. Kom maar Lorre, kop-
piekrauw".
Verdrietig schreef opa op een groot
vel papier: Alle beesten zijn weg. Ik
heb niets meer te koop.
Toen ging opa op de stoep voor zijn
winkel zitten, met de papegaai op zijn
schouder.
Zo zat de oude baas daar een uurtje,
toen hij opeens een bekend geluid hoor
de; daar floot een kanarie in de straat
en er koerde een tortelduif!
Verbaasd keek opa Jansen de straat
in en meteen wreef hij zich de ogen
uit, want wat zag hij??.Daar
kwam een hele optocht van natgeregen
de dieren aan. Het waren alle dieren
uit zijn winkeltje.De kanaries, de
parkieten, de tortelduiven, de marmot
ten en het witte konijntje. En helemaal
achteraan liep Sjimmie te sloffen. Een
paar parkieten probeerden steeds maar
de aap te bijten en Sjimmie was te
moe om zich te verweren.
DAAR KWAM DE STOET naar opa
toe en bleef vlak voor het winkeltje
staan. Ineens begreep opa Jansen wat
er gebeurd was, want hij herinnerde
zich dat hij gisteravond vergeten was
om naar de kooi van de aap te kijken.
Gauw deed hij de winkeldeur weer
open en alle dieren vlogen bf wipten
naar binnen en gingen in hun eigen
kooi zitten. Ze begonnen meteen van
het voer in de kooien te eten, want ze
waren erg hongerig geworden. Alle die
ren hadden spijt dat ze met Sjimmie
Pansee mee waren gegaan, want de
aap had ze hiets te eten kunnen ge
ven. Wel waren ze midden in de nacht
kletsnat geregend
Zo vlug mogelijk sloot opa Jansen al
le kooien weer. Toen haalcje hij met een
blij gezicht het papier weer van het
raam waarop hij geschreven had, dat
alle dieren weg waren.
Alleen Sjimmie de aap zat nog niet in
zijn kooi, met een heel zielig apesnuit-
je zat hij naar opa te kijken. Maar zijn
baas had helemaal geen medelijden met
hem. „Stoute Sjim", zei opa, „ik heb
al last genoeg van jou gehad. Hoeveel
hoeden heb je al kapot gemaakt, en nu
heb je deze streek weer uitgehaald. Ik
ga jou weggeven aan een circus, daar
kun je al je streken aan de mensen la
ten zien. Ik ga een grote brief schrijven
naar de baas van circus Piroponi".
Toen werd Sjimmie weer in zijn hok
gezet. Maar de aap was na die dag zo
gehoorzaam, dat opa Jansen vergat
om de brief te schrijven
Jan Nelissen
TER GELEGENHEID van het tien
jarig bestaan van de Gemeentelijke
Jeugdbibliotheek in Haarlem wordt er
van heden, zaterdag 28 oktober, tot en
met dinsdag 7 november (dus iets
langer dan de Kinderboekenweek) in
het gebouw aan de Schouwtjeslaan
(ingang Van Merlenstraat 1, Haar
lem) een keurcollectie uit de boeken
schat van de Gemeentelijk Jeugdbi
bliotheek geëxposeerd. De titel van
deze expositie luidt „10 jaar J.B., wie
leest er mee?" De expositie is elke
middag (behalve op zondag) geopend
van 2 tot 5 uur, en elke avond (be
halve zaterdag en zondag) van 7 tot
9 uur.