In het duister van de oude mijn 1 u VERWOEDE KLOPJACHT TWEE MILJOEN NAMEN OP PANDA EN DE DIENOMAAT 1 HET LUIE KABOUTERTJE Polle Ons vervolgverhaal DOOR ELIZABETH MORTON ƒ2.40 Franse kroonjuwelen onder de hamer What's in a name: Schrale troost voor alle Jansen's 11 VERTAALD UIT HET ENGELS ETAGESTRATEN EN „P Primeur WOENSDAG 22 NOVEMBER 1961 Nederlanders eten weinig vlees JAARBOEK WIE WAT WAAR 1962 IS VERSCHENEN NAAIMACHINES ZIG-ZAG >L electr. in koffer 350.- miniummum 27. „Dat ziet er keurig uit, Zeerob, je hebt echt verstand van schepen en mooi glad zagen kun je ook". „Heb je nog wat spijkers voor me, Pingo? Niet? Noudan zal ik Pelle wat voorraad vragen". „Kijk nu eens, Padje heeft warempel mijn verbandje als mutsje opgezet, nou moet ik zeker maar weer op mijn vinger slaan!" l!!l!l!l!!l!lllllllllllllll!lllll Wegenbouw in nieuwe banen 28) Hollend ging Jane Barlow achterna, i John Pierce volgde haar even snel. Barlow kende het gangen-systeem kennelijk bijzonder goed. Zonder ook E maar .een moment te aarzelen, sloeg hij de eerste zijgang rechts in. Het water stond hier vrij hoog. Het kwam tot haar middel. Ze volgde de visser echter zonder ook maar iets te vra- gen. Al spoedig bemerkte ze, dat de gang begon te stijgen. Plotseling ston- den ze in een brede galerij. Barlow sloeg rechtsaf maar hij had nog maar enkele stappen gedaan, of hij bleef plotseling staan en stak zijn hand uit E om Jane het verder gaan te belet- li ten. Het volgende ogenblik voelde ze E zich teruggeduwd worden. Wat is er nu weer?, vroeg ze 1 angstig. Ga terug, zei hij bevelend. Wat scheelt er aan, mijnheer Barlow?, vroeg ze. Ga die gang weer in en vraag niets, antwoordde hij kortaf en begon E harder tegen haar te duwen. E Op dat moment hoorde ze ergens E voor zich stemmen en ontwaardde ze het flakkerende schijnsel van een E lamp. Terwijl ze door Barlow terug- E geduwd werd, zag ze nog net iets ver- derop in de gang twee mannen ver- Ij schijnen. Ze had er een eed op kunnen doen, dat één van hen Geoffrey Mar- E quand was of haar man, Peter Wil- lans. Het gezicht van de man was E slechts vaag zichtbaar, zodat ze er niet zeker van was, maar voordat ze haar lamp op hen kon richten, had E Barlow haar op ruwe wijze wegge- S duwd. Jane was werkelijk woedend. Hoe durft u dat te doen, mijnheer E Barlow?, riep ze. Haar stem trilde van verontwaardiging. E Ik weet niet wie dat zijn, ant- woordde hij. Misschien laten ze wel E weer een lading ontploffen. Het was een nogal mager excuus en ze worstelde om loste komen. Dit keer hield hij haar niet tegen. E Toen zij echter het licht van haar lamp de gang in liet schijnen, viel er E niemand te oritwaren.V. E Ze zijn verdwenen, zei Barlow. E We kunnen nu weer rustig verder gaan. E Snel liepen ze door en enkele minu- E ten later stonden ze in de ruimte on- E deraan de ladder in de schacht. E u gaat 't eerst naar boven, Pier- ce, zei Barlow. E 'Zonder protest begon de oude but- Ier naaf bóven' fe "klimmenr 1 L En nu u, mevrouw. Jane liet het licht van haar lamp E op zijn gezicht schijnen. De visser glimlachte. E Ja, gaat u maar naar boven. En wat bent u van plan?, vroeg ze. E Ik wacht totdat u boven bent. Dan kom ik ook, antwoordde hij breed lachend. H u wilt er dus zeker van zijn, dat wij de mijn hebben verlaten voordat u hier weggaat? antwoordde ze. E Misschien, juffrouw. Ik wil er ze- ker van zijn, nu ik u hier beneden heb gebracht, dat u ook veilig en wel 1 boven komt. We zijn vanmorgen op 't nippertje aan de dood ontsnapt. Als we een paar meter verder waren ge- weest, waren we daar in die gang le is vend begraven. Het meisje huiverde en zonder nog iets te zeggen, begon ze de ladder te beklimmen. Toen ze drie, vier meter E gevorderd was, bleef ze staan en keek naar beneden. Het schijnsel van Bar- low's lamp was verdwenen. Hij had haar uitgedaan, of hij was in een van E de gangen verdwenen. Alhoewel ze eigenlijk weer terug E wilde gaan om uit te zoeken wat er - precies gaande was, klom ze toch E maar verder naar boven. Ze had nu de zekerheid gekregen dat er een ge- I heim aan de mijn verbonden was en dat Barlow, zoals John reeds zo half en half gezegd had, er meer van moest weten dan hij wel wilde toege- ven. Rustig klom ze verder, totdat ze het daglicht weer zag. John Pierce E boog zich voorover om haar te hel- pen weer vaste grond onder de voe- I ten te krijgen. E De hemel zij dank, dat u weer E boven bent, mevrouw. Ik had u nooit naar beneden mogen laten gaan, zei de oude man. Onzin, John, zei Jane opgewekt. Opgewekter echter dan ze zich eigen- lijk wel voelde. E Haar knieën beefden zo, dat ze maar nauwelijks kon blijven staan. De De razendsnelle ontwikkeling van het verkeer dwingt economen, technici en aannemers voortdurend naar nieuwe, ra tioneler mogelijkheden in de wegenbouw om te zien. Het is duidelijk gebleken dat in de meeste gevallen het aanleggen van nieuwe wegen of straten goedkoper is dan het blijven repareren en verbeteren van bestaande wegen, die eigenlijk verouderd zijn. Ook dit feit stimuleert de wegens- bouwers bij het speuren naar nieuwe me thodes, die het mogelijk kunnen maken goedkoper en sneller te werken. Eén methode die uitstekende kansen oude butler legde ten tweeden male maakt, is de „straatweg over de toon- beschermend zijn arm om haar heen. e bank". Waar is Tom Barlow gebleven, Zeer waarschijnlijk zullen binnen afzien- mevrouw? vroeg hij. E bare tijd vele wegen gebouwd worden van Hij heeft me gezegd, dat hij naar genormaliseerde, al of niet voorgespannen boven zou komen, zodra ik er zou zijn betonplaten. Om de steeds nijpender ver- John. Maar toen ik een keer omkeek, e keersproblemen in de steden te helpen op zag ik 't licht van z'n lamp niet meer. lossen zullen er ook wegen op palen ver- John Pierce keek naar beneden. rijzen, waarbij eveneens geprefabriceerde Toen hij de rug weer strekte, schudde bouwelementen gebruikt worden, hij het hoofd. De uitvoering van wegenplannen in de Geen spoor van hem te zien, me- s steden neemt dikwijls door verkeerstech- vrouw. Ik vraag me af, wat hij daar beneden kan uitspoken. Niet veel goeds denk ik, John. Nee niet veel goeds, mevrouw. Die Barlow is in de mijn met iets bezig. Daar ben ik zeker van. Ik heb e me altijd al afgevraagd, waar hij al dat geld vandaan haalt. Maar wie zou die ontploffing ver oorzaakt hebben? En wat zou daar de bedoeling van zijn geweest? Ik heb er geen idee van, me vrouw. Misschien smokkelaars. Nee, John, geen smokkelaars. Die zouden het risico niet willen lopen Nederlanders eten slechts weinig vlees. In 1960 bedroeg het verbruik per hoofd van de bevolking 44 kilo. In Europa eten al leen Italianen, Grieken en Portugezen nog minder vlees. De grootste vleeseters ter wereld zijn de Eskimo's, die jaarlijks om op zo'n manier de aandacht te I ruim 300 kilo per man verorberen, trekken. Die ontploffing moet tot ver s In ons land beschouwt men het vlees nog in de omtrek gehoord zijn. Nee, het e veelal als luxe. Dit is^~ gebleken uit een moet iets heel anders als smokkelen E dezer dagen in opdracht van de „Stichting zijn. Heb je soms de gezichten van E Voorlichtingsbureau Vlees, Vleeswaren en die mannen gezien? E Vleesconserven" door het Instituut vóór Nee, mevrouw. Ik stond achter u, Psychologisch Markt- en Motievenonder- toen Barlow u terugduwde, kon ik E zoek, onder ruim 1000 Nederlandse huis- niets meer zien. vrouwen ingestelde opinieonderzoek. Daar- Barlow wilde in ieder geval niet, bij kwam aan het licht, dat bij 32 percent dat wij hen zouden zien. Dat staat als e der Nederlandse gezinnen ten hoogste vier- een paal boven water. E maal per week vlees op tafel komt. Ruim John Pierce liep weer naar de rand e 37 percent der ondervraagden eet per van de schacht. s maaltijd circa 75 tot 100 gram vlees, 36 Hij komt eindelijk naar boven, e percent gebruikt 75 gram of minder per Even later dook Barlow uit de persoon en per keer. Bij gezinnen die schacht op. e meermalen per dag of elke dag vlees Ik ben nog even teruggegaan om n eten, zijn ook de hoeveelheden per maal- te kijken naar de instorting, zei hij. tijd groter. 't Isgelukkig niet zo erg. Ik heb pe Nederlandse huisvrouw vindt vlees echter geen spoor gevonden van de j= duur. Maar er bestaan ook nog vele mis- kerels, die 't gedaan moeten hebben, e verstanden ten aanzien van de voedings- -Weet u wie 't geweest kunnen waarde van vlees. Zestig percent der on- zijn?, vroeg Jane. dervraagden nam aan dat in vlees vooral Ik heb er geen notie van. Het eiwitten voorkomen, 40 pet. meende vet- was te donker om ze te herkennen, s ten en 27 pet antwoordde vitaminen. Jane ging er niet nader op in, maar Vele ondervraagden menen dat kinderen iJ' 1 J M «4 rt rtM /\-f Uil qI /T A I 1 ze twijfelde er niet aan of hij vertelde maar wat. minder vlees nodig hebben dan volwasse nen. Een hoeveelheid van 7 ons per week E wordt door de ondervraagden voldoende Haar gedachten waren een grote s|Bpoph|. vfwvr allp ,ppftiirissrnpnpn warwinkel. Wat kon de reden zijn ge weest voor het laten ontploffen van Warerf'het smokkelaars of kon^hun 11 De helft der huisvrouwen zou graag bij werk het daglicht velen? En tenslotte ife 751' was er dan nog een vraag, die zij echter liever niet wilde beantwoor den":" hard zij Peter Willans daar be néden gezien of niet? In ieder geval bedankt, mijn heer Barlow, dat u mij de mijn heeft willen laten zien. Ik ben blij, dat u niets overko- men is, mevrouw. Ik heb- u vooruit j gewaarschuwd, dat 't daar beneden E Meer dan een niet meer veilig is en u heeft nu met e vraagde huisvrouwen heeft ook zondags bij eigen ogen kunnen zien. dat de mijn het ontbijt geen vleeswaren op tafel. De I tvinoofa hutriTrmnirov^ hoennmniron rlün nnvr uitgeput is. Als het erts nog exploi- s geacht voor alle leeftijdsgroepen. Waardering voor de smaak van vlees was bij 85 percent der gezinnen aanwezig echter te veel van het gezinsbudget. In de enquête waren voorts vragen opgenomen E I over het verbruik van, en de waardering voor vleeswaren en vleesconserven. Het bleek dat ongeveer de helft van de onder vraagde personen door de week geen vlees- E I waren op de ontbijttafel heeft. Vleeswaren H beschouwt men namelijk meer nog dan derde deel der onder- v.-m .Io nische oorzaken veel meer tijd in beslag dan eigenlijk nodig zou zijn. Voorlopige étage-wegen", die na gebruik weer ge demonteerd kunnen worden, zouden hierin een grote verbetering kunnen brengen. Wie zich ervan bewust is voor welke problemen ojize drassige vaderlandse bo dem de wegenbouwers stelt, zal misschien zeggen: „Alles goed en wel, maar in ónze grond gaat dat zo eenvoudig niet." Na tuurlijk zal het in grote delen van ons land nodig blijven, speciaal voor de snel wegen eerst een stevige zandfundering te leggen. Dat dit echter niet altijd afdoende is, bewijst de „hobbeligheid" van sommi ge nieuwe wegen. Het voordeel van een geprefabriceerde weg is dan, dat bescha digde of verzakte delen gemakkelijk ver vangen kunnen worden. Overigens heeft het principe van de ge prefabriceerde autoweg in Nederland zijn primeur reeds beleefd. De weg die over het sluizencomplex in het Haringvliet wordt aangelegd, bestaat immers uit ge prefabriceerde segmenten van voorge spannen beton, die als het ware geregen worden aan kabels, die op hun beurt weer hangen tussen de pijlers van de sluizen Het betreft hier bijzonder zware segmen ten van driehoekige doorsnede, die teza men de zogenaamde „Nabla-ligger" vor men. Zij moeten dan ook wel zeer solide uitgevoerd worden, omdat zij tevens die nen als basis voor de geweldige sluis- schuiven, die tezamen 20.000 kubieke me ter water per seconde kunnen doorlaten In de normale wegenbouw kan men na tuurlijk veel lichtere elementen gebrui ken, zoals de tekening laat zien. Het ideale materiaal voor de wegen bouw wordt natuurlijk gevormd door de moderne kunststoffen, die licht, elastisch en gemakkelijk te verwerken zijn. Voors hands is dit materiaal echter nog veel te duur voor kilometerslange wegen, tenmin ste als men alleen aan de aanlegkosten denkt. Gaat men er echter van uit dat kunststof praktisch onverslijtbaar is, dan zouden die hogere kosten (ongeveer 3 tot 5 maal die van de traditionele materialen) alleszins gerechtvaardigd zijn. De verkoop van de nieuwe uitgave van dit populaire jaarboek is thans begonnen. Bij de kantoren van dit blad liggen de boekjes voor u klaar. Er kunnen echter geen boekjes ge reserveerd worden wie het eerst komt, het eerst maalt. Wie Wat Waar 1962 bevat het ge bruikelijke jaaroverzicht van belang rijke gebeurtenissen (september 1960—augustus 1961), en 1001 nuttige en interessante wetenswaardig heden en artikelen. 288 pagina's honderden illustraties stevige band Toezending per post mogelijk na ontvangst van 2.75 LONDEN (UPI) Het Londense vel- linglokaal Sotheby heeft aangekondigd dat verscheidene voormalige Franse kroonju welen op 30 november onder de hamer zul len komen. De firma verklaarde dat 176 stukken die vroeger het eigendom waren van wijlen de gravin Cornelia van Car- ven zullen worden geveild. Onder de ju welen bevinden zich een met robijnen en diamanten bezet diadeem en een aantal met diamanten versierde armbanden die vroeger deel uitmaakten van de Franse kroonjuwelen. Het diadeem en de armbanden behoor den tot een met robijnen en diamanten versierd parure dat door Lodewijk XVIII was besteld. Verondersteld wordt dat een aantal edelstenen waarmee de parure is opgeluisterd reeds eerder waren verwerkt in Franse kroonjuwelen, die vóór de tijd van Lodewijk XVIII waren vervaardigd. Advertentie GROTE HOUTSTRAAT 181 - HAARLEM tabel zou zijn geweest, dan was de maatschappij er zeker niet mee op gehouden. Jane en Pierce gingen de kortste weg naar huis terug. Het liep al tegen twaalf uur, zodat Jane zich meteen ging verkleden. Toen ze weer bene- I meeste huisvrouwen beschouwen dan ook vleeswaren voor de broodmaaltijd minder essentieel dan vlees bij het warme eten. Vleesconserven zien de huisvrouwen slechts als een uitkomst in noodgevallen Niettemin antwoordde 40 percent van hen wel eens vleesconserven te gebruiken. De resultaten van het opinieonderzoek üen kwam/zat' Geoffrey"Marquand al 11 hebben duidelijk gemaakt, dat voorlichting in' de bibliotheek. vooral over de voedingswaarde en ge- john heeft me verteld, dat je bruiksmogelijkheden van vlees in de toe- vandaag de mijn in bent gegaan, zei komst wenselijk is. hij. Ik begrijp niet, waarom je dat n hebt willen doen. Ik heb eens met eigen ogen wil- len bekijken, wat Sir William nu zo e| graag van mij wil kopen. En ben je daar achter gekomen? vroeg hij glimlachend. Er zit in ieder geval nog tinerts. Zelfs ik heb dat kunnen zien. 't Zou te duur worden, zei hij hoofdschuddend. Heb je er enig idee van, waarom Sir William die mijn wil hebben? Hij stond op, liep naar het venster en begon naar buiten te staren. Toen hij zich weer omdraaide, beantwoord de hij haar vraag pas. Misschien omdat hij jou wil hel pen. Heb je wel eens aan die moge lijkheid gedacht? Ze was met stomheid geslagen. Het was nog geen moment bij haar opge komen. dat Sir William de mijn zou willen kopen, louter en alleen om haar over enig kapitaal te doen beschikken. Het zou natuurlijk mogelijk kunnen zijn. (Wordt vervolgd) I HEET U TOEVALLIG óók Jansen en verdriet dat feit u zeer? Troost u dan maar met de wetenschap, dat uw doodgewone naam lang niet zo veelvuldig voorkomt als u altijd geloofd heeft. In Amsterdam bijvoorbeeld wonen a'aii- 7ienlijk minder Jansens dan De Vries'en en in diverse kleinere gemeenten komt uw naam geen enkele keer in de bevolkingsregisters voor. Ie men, DAT VERHEUGENDE feit is ontdekt door het „naamkundebureau" van de Cen trale commissie voor onderzoek van het Nederlands volkseigen (een onderdeel van de Koninklijke Nederlandse Akademie voor wetenschappen), dat al geruime tijd een verwoede jacht maakt op alle Nederland se familienamen en niet rusten zal voor al die honderdduizenden namen deugde lijk geïnventariseerd en gerubriceerd zijn. Waartoe dit alles? Wel, in de eerste plaats is zulk een register van familienamen nut tig voor de studie der bevolkingsopbouw (naar herkomst, verplaatsing e.d.) en voorts zal b.v. iedereen op deze wijze kun nen nagaan, in welke plaatsen hij of zij naamgenoten en/of onvermoede familiele den kan achterhalen. DE INVENTARISATIE geschiedt op ba sis van de gegevens der volkstelling van 1947. Reeds beschikt men over vrijwel al 14. Hoewel de Dienomaat verschrikkelijk te keer ging, waren Panda en de professor het er geheel over eens, dat het een goed denkbeeld was om Jolliepop als voor beeld te nemen voor het omgebouwde robot-karakter; en dus ging Panda er nu (keurig met .hoed en paraplu) op uit om zijn trouwe bediende te halen. „Waag het niet dat gedrocht te brengen!" krijste de Dienomaat. „Heb het lef niet!" „Je vervalt van kwaad tot erger," mompelde Professor Kalker. „Hoogst merkwaardig! Men kent zijn eigen machines niet maar gelukkig weet ik nog wel een manier om er een eind aan te maken!" En met een snelle beweging schakelde hij eenvoudig het mechanisme van de robot uit, waardoor het in het laboratorium veel rustiger werd. „En nu komt het me voor," zo prevelde de uitvinder verder, „dat ik een eenvoudig karakter-doorgeef-apparaat zal moeten gebruiken om tot een goede gelijkenis van Plak- ka's bediende te komen. Hm! Ik hoop dat het inderdaad een keurig en ordelijk exemplaar is!" Nu dat leek Jolliepop zeker wel te zijn! Op het horen van Panda's voetstappen rees hij onmiddellijk op teneinde zijn mees ter te gaan verwelkomen, terwijl een lichte frons over zijn gelaat trok omdat het al te laat was voor het glas sherry, dat Jonkheer van Nehr tot Afgeblaesen des ochtends placht te drinken en in veertien jaren niet één keer gemist had. Nog steeds waren Panda's levens gewoonten onregelmatig! Vervuld van het voornemen hier verandering in te brengen, legde de stipte bediende de ontspanningslectuur waarmee hij zich had bezigge houden opzij. in Nederlapd voorkomende familiena- n. Deze wordefi thatis alfabetisch per gemeenté gerangschikt. Daarna volgt de groepering pér provincie en tenslotte de telling. De in Drente voorkomende familiena men zijn reeds afzonderlijk geteld en ge groepeerd. De provincies Groningen en Friesland zijn bijna klaar. Het naamkun debureau is thans o.m. bezig met de ver werking van de Amsterdamse familiena men. Men kan nog niet precies zeggen hoeveel familienamen er in Nederland voorkomen. Gebleken is bijvoorbeeld, dat het er in de provincie Utrecht aanmerkelijk meer zijn dan men aanvankelijk dacht. Het onderzoek duurt zeker nog een jaar. De geïnventariseerde gegevens zullen per provincie worden gepubliceerd. Aan de drie grote steden wordt een aparte uitgave ge wijd. Het naamkundebureau is ook in versneld tempo bezig met het inventariseren van de in Nederland voorkomende veld- en ter reinnamen. „Het is de hoogste tijd dat we de buit binnenhalen, want door ruilverkavelin gen en rationalisatie verdwijnen deze namen in versneld tempo," vindt dr. P. J. Meertens, directeur van het bureau, die de veldnamen van groot weten schappelijk belang acht voor een stu die van de bewoningsgeschiedenis van ons land. „Het is een gevolg van stij gende welvaart, dat deze namen in schrikbarend tempo verdwijnen," klaagt dr. Meertens. Hij doelt hierbij onder meer op de naamsveranderingen die voortvloeien uit de ruilverkavelin gen en de gerationaliseerde methode van aanduiding. „Erwtenhoek heet nu perceel A." „Wij hollen achter aldeze namen aan, want op topografische kaarten komen ze niet voor. Ze zijn alleen nog in de volks mond te vinden"-, zeggen de onderzoekers die in dit verband een beroep doen op de medewerking van de bevolking. Met behulp van de in acht jaar reeds verzamelde gegevens heeft men de histo rie van bepaalde gebieden kunnen nagaan, zelfs die van sommige verdwenen dorpen. Het naamkundebureau, dat gevestigd is in de Nieuwe Hoogstraat 17 te Amsterdam, heeft reeds vele veldnamen geïnventa riseerd, „maar we zijn nog lang niet aan het miljoen toe", zegt dr. Meertens. In totaal zullen er zeker 2 miljoen van zulke namen geregistreerd moeten worden. jo11. Toen Swoppie bij de moestuinen - as aangekomen, stond hij even achter een dikke tak naar z'n ijverige makkers te kijken; want eigenlijk schaamde hij zich een beetje, omdat hij zo laat op het werk kwam, terwijl iedereen hard werkte. Maar hij kon zich toen moeilijk verbor gen houden. Schoorvoetend kwam hij ach ter het boompje vandaan en nam zijn plaats in tussen de andere kabouters. Maar die hadden hem wel opgemerkt, want ze wisten wel, wat voor vlees ze in de kuip hadden! Ocygh» P g 6 CoperKoae

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1961 | | pagina 11