Verlaging ook voor medewerkster in het bedrijf van haar echtgenoot niemand de deur uit zonder een ontbijt Honderden Zebra-zondaren gingen op de bon VAN NIEL Betaalt het rijk mee aan Amsterdams stadhuis? De gehuwde werkende vrouw en de Inkomstenbelasting LET IT POUR! you're safe and dry in a Carnaval op de „Willem Ruys" Weduwe van vaandrig Aernout heeft wèl pensioen Amsterdamse politie heeft 389 man tekort Indonesisch aanbod aan leden van de Nieuw-Guinearaad Geen Australisch visum voor vroeger Stern-lid DONDERDAG 23 NOVEMBER 1961 19 r— T-Cv* G. A. van der STEUR Kerkelijk nieuws OMEGA HORLOGES ook met gouden band Kerkelijk nieuws Prof. Grosheide 80 jaar X X X AMSTERDAMS ALLERLEI WEEKABONNEMENTEN Exit cifroën 2 cv Geert Hoogeveen Showroom Zijlweg 26 Geen vervolging tegen Haagse zenuwarts Advertentie (Van onze belastingmedewerker) In een vorig artikel hebben we wat ver teld van de fiscale tegemoetkomingen, die de beheerder van 's Lands schatkist de ge huwde vrouw, die buiten haar gezin gaat werken, heeft toegedacht. We vertelden toen, dat de belastingverlaging is gezocht in een aftrek van hetgeen met het werken buitenshuis werd verdiend, echter met een minimum van 500,- en een maximum van 2.000,- en we waren toegekomen aan de vraag, hoe het nu ging met de gehuw de vrouwen, die in het. bedrijf van haar man meehelpen. De grote moeilijkheid is hierbij, dat de ze vrouw geen salaris ontvangt, althans in ver- en veruit de meeste gevallen. En al kreeg zij wel een salaris, dan bleef voor de belastingadministratie altijd nog de vraag, of dit salaris nu wel een redelijke beloning voor de gepresteerde arbeid is. Men kan immers kwalijk volhouden, dat de beloning, die een man zijn vrouw toe^ kent een loon is, dat onder normale ver houdingen van vraag en aanbod tot stand komt. En als de fiscus moet gaan beoor delen, of de beloning redelijk is en niet te hoog, stoot hij weer op het bezwaar dat veelal niet eens bekend is, hoe lang de vrouw in het bedrijf van haar man heeft gewerkt. Hoeveel middenstandsbedrijven zijn er niet waar de vrouw naast haar huishoudelijk werk zo nu en dan inspringt bij afwezigheid van haar man of in drukke uren? Al deze moeilijkheden heeft het wetsont werp inzake de inkomsten van de gehuwde werkende vrouw willen omzeilen een naar onze mening alleszins loffelijk stre ven. Het heeft dit gedaan door het bedrag van de beloning voor de gehuwde vrouw, die in het bedrijf van haar man werkt op een vast bedrag te fixeren en wel op 2250,-. Hetgeen dus betekent, dat de vrouw, die in het bedrijf van haar man werkt geacht wordt 2250,- te verdienen ook at krijgt zij in werkelijkheid geen be loning. De regel is verder gelijk aan die voor de gehuwde vrouw, die in dienstbe trekking is bij derden: zij krijgt dus aftrek van 1/3 of 750,-. Nogmaals: deze aftrek kan ook toegepast worden als de man zijn vrouw helemaal geen salaris geeft, want het gaat niet om het salaris, maar om „een bedrag, dat een redelijke belo ning blijkt te zijn". Of het gegeven wordt, doet niet ter zake. Een man, wiens vrouw in zijn bedrijf helpt, kan dus als volgt redeneren: Mijn vrouw werkt in mijn bedrijf. Zij wordt ge acht 2250,- te verdienen. Die mag ik als onkosten van mijn winst aftrekken. Als in komen van mijn vrouw moet ik ze weer bij mijn inkomen voegen, maar ik mag er dan eerst 750,- aftrekken. Hij telt dus 750,- weer bij. Resultaat: hij geeft 750,- min Advertentie der inkomen aan, dan hij vroeger gedaan zou hebben. Tot zover zou de hele regeling eenvou dig zijn. Men zou er dan op hebben kun nen aanmerken, dat zij vrij ruw was, om dat zij iedere echtgenote, die haar echt vriend helpt 2250,- toekent, maar daar tegenover zou de charme van de eenvoud staan, die nu eens op één punt aan wel haast alle dispuut een einde zou maken. Helaas heeft het niet zo mogen zijn, want de wetgever heeft gemeend de ge fixeerde aftrek van f 2250,- goeddeels op losse schroeven te moeten zetten, door een o.i. te ver doorgevoerd perfectionisme. In de eerste plaats dan mag de gehuwde vrouw alleen een beloning hebben als ze niet alleen in het bedrijf (of zelfstandig uitgeoefend beroep) van haar man werkt, maar als dit werken past bij „de aard en omvang" ervan en als dit medewerken van de vrouw in het bedrijf of beroep „ter plaatse van de uitoefening ervan gebruike lijk is" en dan nog geschiedt „geregeld en in belangrijke mate". Is dit niet zo, dan moet degene, die aan- spraak maakt op aftrek, de aard en de om vang van de arbeid van zijn vrouw bewij zen. Hij mag niet zonder meer 2250 aan nemen, maar hij is ook nog niet Van af trek uitgesloten. Het wordt hem alleen moeilijker gemaakt. En dit is nog niet alles. Want als wel aan alle voorwaarden voldaan is, wat de aard en de omvang van het bedrijf of be roep en hetplaatselijk gebruik betreft, dan kan nog het bedrag van 2250 zowel door de fiscus als door de belastingplich tige in twijfel worden getrokken. Want de f 2250 gelden, tenzij blijkt, dat een rede lijke beloning meer of minder bedraagt. De inspecteur kan dus altijd nog beweren dat 2250 te veel is en de contribuabele kan evenzeer volhouden, dat het te wei nig is. Zien wij goed, dan zal de praktijk wel worden, dat de aftrek van V3 van f 2250 met een zekere vlotheid zal gege ven worden en dat afwijkingen zich niet te vaak zullen voordoen. En dat is maar te hopen ook. Het belastingrecht is al inge wikkeld genoeg. We menen hiermede de voornaamste voorschriften betreffende het wetsontwerp voor de belastingheffing van de arbeids inkomsten van de gehuwde werkende vrouw gegeven te hebben. Ten overvloe de vermelden we nog, dat inkomsten al tijd zijn netto-inkomsten. Kosten van ver werving mogen worden afgetrokken, even tueel met een minimum van 100 zoals nu ook al gebeurt voordat de extra vrij stelling wordt toegepast. Voor de vrouw, die in het bedrijf van haar man werkt, is 2250 als netto-loon aangenomen. Eindigen we nog met een enkele slot opmerking. Eerst dan iets over de loonbelasting. Van het loon van een gehuwde vrouw, die bij een vreemde werkt, moet nor maal loonbelasting en premie A.O.W. worden ingehouden. Dit laatste ook als van haar echtgenoot reeds het maximale bedrag aan premie is ingehouden. De te veel betaalde premie A.O.W. wordt later bij het vaststellen van een aanslag in de premieheffing teruggegeven. Een ingewik keld systeem, maar dat toch niet ge makkelijk eenvoudiger kan uitgevoerd worden. Voor de loonbelasting heeft het wets ontwerp echter iets aparts. Van het loon van de gehuwde vrouw wordt niet de be lasting volgens tabel ingehouden, maar een uniform percentage van 15 pet., on geacht de grootte van het inkomen of van het gezin, echter nadat het loon is verlaagd met 100-, kosten van verwer ving en met de extra vrijstelling. Dit percentage van 15 pet zal in vele geval len vrij hoog zijn. Dat is echter juist de bedoeling. De 15 pet loonbelasting en de teveel betaalde premie A.O.W. zullen tezamen bewerken, dat te zijner tijd de meerdere inkomstenbelasting, die het ge volg is van het werken van de gehuwde vrouw, gemakkelijk betaald kan worden. Er is dan immers een potje loonbelas ting en een potje premie A.O.W.! Een waarlijk vaderlijke zorg! En wat nu van het wetsontwerp te den ken? In ons eerste artikel hebben we ge zegd, dat, naar het schijnt van de kant van het bedrijfsleven om dit wetsont werp is gevraagd in verband met de per- soneelsschaarste. Nu is het met die par- soneelsschaarste een raar ding. De span ning op de arbeidsmarkt is niet uit de lucht komen vallen als een soort a-bom, maar is grotendeels het gevolg van een welbewuste politiek die gevoerd wordt. Er is zeer wel een politiek denkbaar, waarbij deze schaarste zou verdwijnen. Dat wil dus zeggen, dat de noodzakelijk heid van het werken van de gehuwde vrouw als die noodzakelijkheid inder daad bestaat niet over ons komt als iets onafwendbaars, maar als iets, dat we gewild hebben en dat dienen moet om de materiële welvaart op te voeren. Men kan hier verschillend over denken; we laten ieder gaarne zijn mening en we willen bovendien van de materiële wel vaart geen kwaad zeggen, doch wij heb ben voor het werken van de gehuwde vrouw, noodgevallen daargelaten, en dus ook voor het wetsontwerp, dat dat wer ken moet stimuleren, weinig appreciatie. Misschien komt het, omdat onze vrouw niet buitenshuis werkt, maar we menen dat het wetsontwerp stuurt in een rich ting, die het ideële aan het materiële opoffert. Maar nogmaals, we gunnen on ze lezers graag hun mening en als zij er voor in aanmerking komen straks het fiscale voordeeltje op de koop toe. APPOINTMJIB* to her majesty THE QUEEN CTEA THE RPR O O FRRfl BURBERRY8 LTD Some people call any raincoat a Burberry. But they're wrong. Only a Burberry keeps out a delugeand stays good-looking. A Burberry is double proofed, first in the yam, then in the cloth. Even Burberry linings and stitching are proofedYet a Burberry costs 178.—. Come and see us. Try on a Burberry first. 'Burton <4 artoitUrti ucdr math HERENKLEDING Kruisstraat 7 - Haarlem - Tel. 02500 -10730 Bij de opening van het carnavalseizoen, elf dagen geleden, op de elfde van de elf de maand, hebben de raad van ministers en de raad van elf van het Roermondse carnavalsgezelschap „D'n Uul", op voor stel van „zijne dorstlustige hoogheid" Thei II, prins van Groot-Roermond, besloten te legrafisch aan de gezagvoerder van de „Willem Ruys", hun stadgenoot kapitein Herman van den Heuvel, te verzoeken hen in de gelegenheid te stellen een be zoek te brengen aan zijn schip. De Roer mondse gemeenteraad, onder leiding van burgemeester mr. R. G. A. Höppener, heeft enkele maanden geleden de „Willem Ruys" bezocht, .omdat men er in deze Limburgse stad 'bijzonder trots op is dat de gezagvoerder van het vlaggeschip van de Rotterdamsche Lloyd een ingezetene van Roermond is. Kapitein Van den Heuvel heeft het ge zelschap uitgenodigd voor de eerstvolgen de vertrekdag van zijn schip uit Rotter dam. Zo zullen op 2 januari Prins Thei II, zijn adjudanten, de president en de raad van ministers, de voorzitter en de leden van de raad van elf en hun uitgebreid ge volg waarbij de complete prinsenkapel, de „Dans-mariekes", de hofzanger en de ceremoniemeester in vol ornaat naar Rotterdam komen om daar aan boord van de „Willem Ruys" met zang en dans, mu ziek en daverende redevoeringen een stukje Limburgse folklore ten beste te geven ter ere van „hun" kapitein. Ned. Herv. Kerk Beroepen te Huizen (N.H.) H. Jongerden te Zijderveld te Eext (Dr.) (toez.) J. A. Poelstra te Gamwerd te Hierden (toez.) P. J. Bos te Sprang te Krimpen a. d. Lek (2de maal) A. van Brummelen te Schoonrewoerd. Chr. Geref. Kerken Tweetal te Broek op Langendijk T. Brie- nen te Mussel en W. Steenbergen te Meppel. Beroepen te Leeuwarden (2de pred.pl.) M. W. van Nieuwenhuize te Amsterdam- West. In antwoord op vragen van het Tweede Kamerlid de heer Kieft (A.R.) heeft prof. De Quay, als minister van Buitenlandse Zaken a.i. mede namens minister Visser geantwoord, dat de weduwe van de dood geschoten militievaandrig van het K.N.I.L. R. L. C. Aernout, wel een beslissing heeft ontvangen op een door haar in 1952 inge diend verzoek om toekenning van een mi litair pensieon. Zij had, als nabestaande van een niet-beroepsmilitair van het K.N.I.L. geen recht op een militair pen sioen wel kon zij overeenkomstig de toen geldende Nederlandsch-Indische wettelijke voorschriften recht doen gelden op een pe riodieke uitkering volgens de algemene oorlogsongevallen-regeling. Die uitkering werd haar op 29 maart 1949 toegekend met ingang van 29 februari 1948, de dag na het overlijden van haar echtgenoot. Zij heeft die uitkering zonder onderbreking tot op heden genoten. Op 3 december 1952 heeft zij in een re kest aan de Koningin verzocht die uitke ring, welke toentertijd nog door de repu bliek Indonesië werd betaald, te doen om zetten in een rijkspensioen, omdat zij in de mening verkeerde, dat de uitkering haar was toegekend bij wijze van gunst en omdat zij zich ongerust maakte, dat de betaling daarvan wellicht door de re publiek Indonesië zou worden gestaakt. Het ministerie van Buitenlandse Zaken heeft haar geantwoord, dat de uitkering niet een gunstkarakter droeg, doch haar rechtens toekwam en dat zij zich tot dit departement kon wenden, indien de repu bliek Indonesië onverhoopt haar verplich tingen niet zou nakomen. In 1954 werd de verplichting tot betaling van de uitkering door het rijk overgenomen van Indonesië De karabijnbrigade van de Amsterdam se politie heeft in één week bijna 1000 ze bra-zondaars geverbaliseerd. Vorige week woensdag werd het startsein gegeven voor dit verscherpte optreden tegen voet gangers, automobilisten, fietsers en brom fietsers, die de nieuwe voetgangersbepa lingen negeren. Bij die 1000 processenverbaal zijn de bekeuringen van de afdelingsbureaus in begrepen. Daarvan zijn nog geen cijfers bekend. In Den Haag heeft men in de week van 15 tot en met 21 november 228 processenver baal opgemaakt wegens overtredingen van de nieuwe voetgangersbepalmgen. Honderd voetgangers kregen een bekeu ring omdat ze overstaken binnen dertig meter van een zebra. Voorts kregen 39 voetgangers die het rode voetgangers licht negeerden, een procesverbaal, 43 die onvoorzichtig overstaken via een zebra (niet lettend op de verkeers stroom of te dicht voor het aankomend verkeer) en 12 die overstaken terwijl het verkeerslicht voor het rijdens verkeer op groen stond. Tegen 15 autorijders werd procesverbaal opgemaakt, omdat zij voet gangers belemmerden. Negentien kregen een bekeuring omdat zij binnen vijf me ter van een zebra passeerden. De directie van een dierenpark heeft de minister van Verkeer en Waterstaat het voorstel gedaan alle officiële voetgan gersoversteekplaatsen in ons land op kos ten van het dierenpark aan te duiden met een wit, driehoekig bord met rode rand met in het midden de afbeelding van een zebra. Als voorwaarde wordt hierbij gesteld dat onder het verkeersbord een plaatje komt met de naam van het dierenpark. De directie van het dierenpark schat het aan- Advertentie GROTE HOUTSTR. 86 - HAARLEM Speciaalzaak sinds 1883 Geref. Kerken Beroepen te Amsterdam (vac. G. R. Vis ser) Joh. Lever te Vlaardingen te Kla- zienaveen (vac. M. N. de Wolf) J. Wolven te Urk te Hollum op Ameland, Oudega (W.) en te Wierum G. den Heeten, kand. te Rotterdam te Vinkeveen G. J. van den Burgh te Lexmond. Aangenomen naar Asperen M. J. Vos, kand. te Overveen, die bedankte voor Bruinisse, Scharendijke, Vianen en voor Vries (Dr.) Bedankt voor Nieuweroord (Dr.) J. A. van Netten te Grootegast. Beroepen te Laar (Duitsland) A. Segger te Zoutkamp. tal oversteekplaatsen in ons land op enige tienduizenden. Het aanbod wordt niet ge handhaafd als er geen naambordje aan het verkeersteken mag worden bevestigd. Het ministerie van Verkeer en Water staat heeft reeds medegedeeld, dat over het aanbod nog geen beslissing is geno men. Het wees er echter op dat er reeds een bord ter aanduiding van een officiële oversteekplaats bestaat, namelijk het drie hoekige bord met twee evenwijdige stip pellijnen waarbinnen een afbeelding van een overstekende wandelaar. Het personeelstekort bij de Amsterdam se politie bedroeg op 1 oktober 389 man. Dit delen B. en W. van Amsterdam mee in hun antwoord op de opmerkingen van de raadsleden over de gemeentebegro ting voor 1962. Wat de verkeersproblemen in de hoofdstad betreft zeggen B. en W. dat het invoeren van voorrangswegen bin nen de bebouwde kom geen oplossing is die enig voordeel kan bieden. Het dwars- verkeer zal volgens het college in het al gemeen nauwelijks een kans krijgen om de voorrangsweg te kruisen of zich in het verkeer op deze weg te voegen. Het is bovendien niet onwaarschijnlijk, dat het met grotere dan aanvaardbare snelheid doorrijden op de voorrangswegen ernstige botsingen zou kunnen veroorzaken met het dwarsverkeer, dat in dit systeem zijn ge ringe kansen moet waarnemen. Ter ontlasting van de Amsterdams bin nenstad van autoverkeer wordt het stich ten van parkeerruimte aan de rand van de binnenstad het meest aanbevelenswaar dig geacht, waarbij in het bijzonder aan parkeergarages wordt gedacht. Het scheppen van ondergrondse par keergelegenheid in de binnenstad stuit vooralsnog af op de bijzonder hoge kos ten. Het dempen van een gedeelte van de Lijnbaansgracht tussen het Raamplein en de Bloemgracht vormt thans een punt van studie en beraad, zo zeggen B. en W. In Amsterdam zijn reeds 19 openbare schuilgelegenheden opgeleverd. Veertien j zijn er in aanbouw en voor nog zes is de rijksgoedkeuring verkregen. Met de bouw van deze zes schuilplaatsen wordt binnen kort begonnen. De nieuwe richtlijnen voor de bescher ming der bevolking betekenen volgens B. en W. in geen geval, dat de bevolking van Amsterdam bij oorlogsdreiging geëva cueerd zal worden. Wel is een studie ge maakt om in geval van dringende nood zaak een evacuatie te kunnen uitvoeren. Deze studie is door de minister van Bin nenlandse Zaken als geheim geclassifi ceerd. In een gesprek met de N.T.S., dat woensdagavond werd uitgezonden, heeft de heer Jouwe gezegd dat een Indonesi sche vertegenwoordiger bij de V.N., Soe- kardjo, had aangeboden hem en zijn colle ga's gouverneur van Nieuw-Guinea te ma ken, indien het gebied aan Indonesië zou worden overgedragen. (De Nieuw-Guinea- raadsleden Jouwe, Womsiwor en Tanggah- ma zijn als adviseurs van de Nederlandse V.N.-delegatie in New York). Twee dagen tevoren, zo vervolgde de heer Jouwe, had de in Indonesië wonende papoea Johan Dimara dit voorstel reeds aan de heer Womsiwor gedaan en tenslotte herhaalde een Indonesische adviseur bij de V.N. Soe- goro, dit aanbod aan de heer Tanggahma. Toen alle drie het aanbod hadden afgewe zen, verklaarden de Indonesiërs Nieuw Guinea gewapenderhand te zullen aanval len, aldus de heer Jouwe. Hij zei dat de papoea's inmiddels de delegaties van enkele jonge Afrikaanse landen duidelijk hadden gemaakt dat zij evenals deze Afrikaanse staten hun vrij heid wensen. „Er is geen kwestie van dat wij Indonesië haten. Misschien zal Indo nesië na onze zelfbeschikking een van on ze vriendelijkste buurstaten worden", zo besloot de heer Jouwe. Op 25 november wordt prof dr. F. W. Grosheide, oud-hoogleraar aan de Vrije Universiteit, tachtig jaar. dienen uiterlijk op woensdag te worden betaald, daar de bezorgers op donder dag moeten afrekenen. DE ADMINISTRATIE HOBART (Tasmanië, UPI) De pre mier van Australië Robert Menzies, heeft op een bijeenkomst van studenten in Hj- bart, de hoofdstad van Tasmanië verteld, dat aan de economische deskundige Y. Brenner, die aan de Londense universf teit doceerde, geen toestemming was ver leend Australië binnen te komen daar hij deel had uitgemaakt van de Stern-groep in Israel. Brenner, die in Duitsland werd ge boren, zou aan de universiteit van Adelai de doceren. Menzies zei, dat Brenner had toegegeven dat hij lid van de Stern was geweest. Deze bende, aldus Menzies, be stond uit driehonderd jonge moordenaars, die de Zweedse graaf Folke Bernadotte, UNO-vertegenwoordiger in Palestina had vermoord. Bij een vroegere gelegenheid had de Australische regering verklaard dat Bren- ners lidmaatschap van de Stern en zijn communistische sympathieën niet de oor zaak waren dat een visum was geweigerd. (Van onze Amsterdamse redacteur) Het zal nog wel tien jaar duren eer Amsterdam de beschikking over een nieuw stadhuis zal hebben. Daarom heb ben de sprekers in het dezer dagen ge houden raadsdebat over het stadhuisont- werp de financiële zijde van het plan, als zijnde nog niet opportuun, onbesproken gelaten. De ontwerpers van het nieuwe stadhuis, prof. ir. J. F. Berghoef en ir. J. J. M. Vegter, ramen de bouwkosten zonder inrichtingskosten thans op 50 miljoen. Ook zonder rekening te houden met de nog steeds stijgende bouwkosten kan men nu reeds stellen, dat het stad huis het duurste gebouw wordt, dat Am sterdam 'ooit heeft gebouwd. Gelukkig be heert de wethouder van Financiën al ja ren lang een langzaam groeiend spaar potje, dat speciaal voor de stadhuisbouw is bestemd. Het geld is afkomstig uit de verkoop van het paleis op de Dam aan het rijk, waartoe in 1936 na vijf jaren van wikken en wegen is besloten, in een daad, die nog steeds door velen wordt betreurd, omdat het paleis immers als stadhuis is gebouwd en zelfs nu als zo danig nog alleszins zou voldoen. Het rijk betaalde als koopsom 15 miljoen, die in jaarlijkse termijnen van 2 miljoen is voldaan. In 1942 had Amsterdam het geld binnen, dat in 1936 reeds voor de bouw van een een nieuw stadhuis werd be stemd. Uit een in datzelfde jaar uitge schreven prijsvraag, die 225 ingezonden ontwerpen voor een stadhuis op het Fre- deriksplein opleverde, is tenslotte het ont werp van de architecten Berghoef en Veg ter bekroond. De oorlog maakte de bouw onmogelijk en in de na-oorlogse jaren moesten andere projecten voorrang heb ben. Hierdoor konden de beide architec ten tijd vinden voor een nieuw ontwerp, dat bovendien moest worden afgestemd op de inmiddels gekozen plaats op het Waterlooplein aan de Amstel. Het spaar potje, dat in 1942 f 15 miljoen telde, is door rente gekomen op een kleine 20 miljoen, nog niet de helft van de geraam de bouwkosten. Nu kan men zich afvra gen: moeten de over vele jaren uitge smeerde betalingsregeling van het rijk en de daarop volgende oorlog nu geheel en al ten nadele komen van de stad Amster dam of heeft het rijk niet de morele plicht om de toch al niet royale koopsom voor het paleis opnieuw te waarderen? Wij weten, dat reeds in één fractie van de hoofdstedelijke gemeenteraad het standpunt wordt ingenomen, dat het rijk alsnog een tegemoetkoming in de stad huishouw zou moeten geven. Na 160 jaar dienst te hebben gedaan zal het „Hotel des Pays Bas" in de Nieuwe Doelenstraat te Amsterdam wor den opgeheven. Binnenkort zal de inven taris met uitzondering van enkele kost bare stukken worden geveild. Het oude hotel telt 76 kamers met 100 bedden. Het „Hotel des Pays Bas" had weliswaar een romantische sfeer, maar voldeed niet meer aan de eisen van de verwende ho telgast. Een modernisering zou enorme investeringen vragen en het meest ver standige besluit was dan ook dat van op heffing. Het restaurant met zijn fin-de-siè- cle-sfeer had een bijzondere faam. Dat restaurant zal niet geheel verloren gaan, maar onder dezelfde naam en met ge deeltelijk dezelfde antieke inrichting wor den verplaatst naar het restaurant „De Ronde Venen" te Vinkeveen, het plassen gebied ten zuiden van de hoofdstad tjeswerden binnengebracht. Na 1825 vond o.a. de stadsbibliotheek er een plaats. In 1830 stond men voor de vraag of de justitie zich in 't gebouw zou vesti gen of dat men het tot kazerne zou be stemmen. In dat jaar kwamen er trou wens toch soldaten: honderden zieken en gewonden van de Tiendaagse Veldtocht. Hoewel de justitie in 1836 de beschikking over het gebouw kreeg, werd het pas in 1863 rijkseigendom. Het interieur is uiter aard door de jaren heen ingrijpend ge wijzigd. Een belangrijke modernisering is onlangs gereedgekomen. Het uiterlijk is onveranderd gebleven, dat wil zeggen: even lelijk als in de 17de eeuw, toen die lange, strakke gevel tussen de fraaie grachtenhuizen reeds danig uit de toon viel. Oud gebouw Dezer dagen was het 125 jaar geleden dat het paleis van Justitie aan de Prin sengracht in gebruik werd genomen. Mr M, C. van Hall was toen president van „de regtbank". Het gebouw is echter veel ouder. In 1666 was er het aalmoe zeniersweeshuis gevestigd, waar jaarlijks wel 600 kinderen meest vondelinge Advertentie Haarlem Telefoon 17296 - 58041 De officier van Justitie te Maastricht heeft aan de Haagse zenuwarts dr. mr. F. M. H. medegedeeld, dat hij hem, na een uitgebreid vooronderzoek inzake een aanklacht wegens meineed bij een ver hoor in een echtscheidingsprocedure te Maastricht, niet zal vervolgen. De arts was in verband met deze aanklacht in de afgelopen zomer enige tijd in het Huis van Bewaring te Maastricht gedetineerd. Op 6 februari 1961 had in de raadkamer van de Maastrichtse rechtbank een ge tuigenverhoor plaats in een echtscheidings procedure, aanhanging gemaakt door dr. B. te Heerlen tegen zijn echtgenote, wel ke procedure nog steeds loopt. Naar aan leiding van verklaringen, welke dr. mr. H., toen als getuige in deze zaak afleg de, diende dr. N. een aanklacht in we gens meineed. Na een onderzoek dat on geveer tweeënhalve maand vergde, vond de officier van Justitie te Maastricht aan leiding in juni de aanhouding van dr. mr. H. te gelasten. Op 29 juni vroeg de officier van Justitie de rechtbank een bevel tot gevangenhouding van dr. mr. H. op grond van de ingediende en onder zochte meineedklacht. De rechtbank wees op 30 juni deze vordering toe. De arts ging echter tegen deze beschikking van de Maastrichtse rechtbank in beroep bij het gerechtshof in Den Bosch, dat op 11 juli besliste dat er onvoldoende aanwijzigin- gen waren, dat dr. H. zich aan meineed zou hebben schuldig gemaakt. Het hof gelastte zijn onmiddellijke invrijheidstel ling. Het justitieel onderzoek werd op 19 oktober afgesloten door de rechter-com- missaris en thans heeft de officier van Justitie dr. mr. H. medegedeeld geen verdere vervolging wegens meineed te zullen instellen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1961 | | pagina 19