Rendez-vous met het verleden I
HET LUIE KABOUTERTJE
Dr. J. Somer houdt opruiming in
zijn voorraad oorlogsgeheimen
Medische vorsing boekte
in 1961 nieuwe successen
PANDA EN DE DIENOMAAT
Polle,
Pelli en
Pinöo
Ons vervolgverhaal
DOOR CLEMENS LAAR
EX-HOOFD VAN INLICHTINGENDIENST
IN LONDEN GAAT MET PENSIOEN
Wat Amerika
nodig heeft
MAANDAG 8 JANUARI 1962
Veel geluk gehad
Tip voor maanreizigers
Av
v
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
i 17)
5 Nadat Bayard de waterteren even-
EE eens voor een bruikbare boom gehou-
den had om zijn rijder te tergen, be-
landden wij toch eindelijk ik ba
ll dend in mijn zweet in een zekere
EE saamhorigheid in het hippodroom. Het
stervensuur had voor een godin gesla-
I gen.
Ik ontdekte Trixie al van verre en
H zelfs van heel ver was het duidelijk,
dat zij niet reed als het hemelse we
ll zen, dat zij toch was, maar als een
khan der Mongolen uit de negentien-
5 de eeuw. Het paard, dat zij met bazi-
j= ge gebaren pijnigde, droeg de onmis-
kenbare tekenen van een buiten al-
le ruiterlijke begrippen staande ma-
negeknol. Naast Trixie reed op een
prachtig paard uit de stoeterij van
Trakhenen een hemelsblauwe Garde-
dragonder, wiens monocle beter in
zijn oog zat, dan hij op zijn paard.
Ik probeerde Bayard min of meer
bij het kleine gezelschap te doen aan-
sluiten, maar hij deed alsof hij van
SE al mijn moeite niets merkte. Van de
andere kant hinderde hij mij ook niet.
want al zijn aandacht ging uitsluitend
1 uit naar de grote trom in het muziek-
paviljoen.
Ik was kletsnat, toen ik eindelijk bij
H Trixie en de hemelsblauwe tot stil-
stand kwam. Zij had een rose sluier
om haar hoed en was de verrukkelijk-
heid in persoon.
Een verrukkelijkheid uit de pool-
streken tenminste.
E ,.Ha, juist, mijnheer Godeysen", zei
zii met een ijskoude stem, „Bent u
ook hier. Heel aardig.."
Haar duidelijke poging om haar
paard op de achterpoten te laten om-
keren, mislukte, en zo stonden wij dan
E als een niet bijster goed uitgevallen
ruitergroep met ons drieën bij el-
li kaar en staarden elkaar aan.
Eindelijk voelde de hemelsblauwe
E eens hoe zijn monocle zat: „Wel,
vaandrig," zei hij, „u bent zeker ver-
li keerd gereden. Het kameelrijden vindt
daarginds in de dierentuin plaats."
E Trixie boog koninklijk het hoofd en
zei:
„Adieu, mijnheer Godeysen, het was
werkelijk heel aardig..?" De nadruk
E bewees niet, dat zij na gisteren nadere
inlichtingen over mij had ingewonnen
bij het „bijdehandje".
E Met behulp van de dringende vos
E slaagden de andere twee er ditmaal in,
te keren, maar Bayard zorgde ervoor,
dat hun aftocht toch niet zo glad ver-
3 liep als zij wellicht gewild hadden. Hij
beet naar de staart van de vos en de
ll ze merrie, die dat wel prettig vond,
E schreeuwde in vreugdevolle ontzetting
E en wierp het achterlijf omhoog. De he-
melsblauwe vloog over haar nek en
H raakte de stijgbeugels kwijt. Het was
E met bepaald een indrukwekkend ge-
E zicht, toen hij in het zadel terugkroop.
Maar het deed mij goed.
„Als u niet rijden kunt, vaandrig,
E maak dan dat u hier wegkomt. Het is
S trouwens eenvoudig brutaal om met
een dergelijke bok hier te verschij-
nen."
E Ik geloof, dat ik ineens precies het-
E zelfde gezicht trok als Bayard. Ho-
nend en boosaardig.
Met heel wat getrappel had de he-
E melsblauwe de merrie doen keren,
H maar zij scheen alleen maar vervuld
te zijn van het voornemen, zich nog
eens in haar staart te laten bijten.
E Bayard stond er bij als een stand-
beeld en daardoor kon ik met een ze-
1 kere superioriteit antwoorden:
E „Misschien verbetert de luitenant
E zijn kennis van paarden wel bij de
eerstkomende afstandsrit. Mijn bok
is door het tweede regiment der gar-
E de-Ulanen ingezet en wordt door ech-
te ruiters als een bijzonder veelbelo-
vend paard beschouwd."
Trixie begon een zogenaamd zilve-
E ren lachje, maar dat verging haar al
heel gauw, omdat Bayard plotseling
een hekel scheen te krijgen aan
E haar rijsleep of aan het paard, dat
E daaronder schuilging. Hij maakte in-
eens een sprong. De cylinderhoed
van Trixie schoof in haar nek en het
E volgende wat ik zag, was de mane-
geknol en Trixie boven op hem als
een marionet. De hemelsblauwe
E voegde mij nog iets toe, waarvan ik
E alleen het woord „melden" verstond
en toen sukkelde hij achter haar aan.
In mijn hartstreek voelde ik tege-
E lijkertijd een ontzaglijke voldaanheid
E en een benauwende leegte.
Bayard stond er nu vreedzaam
doorgezakt bij en keek schuin naar
mij op met een uitdrukking die voor
mij nieuw was en die ik voor onze-
E ker en vragend hield. Ik moest la-
chen:
E „Je bent en blijft een vlegel", zei
ik hardop en klopte hem op de hals.
„Maar dit keer had je gelijk."
T oen ik hem liet keren en op de
doorgang onder het tramviadukt toe-
reed, vroeg ik mij ineens af, of hij
misschien niet altijd gelijk had.
De leegte rond mijn hart was nu
nog maar een onbeduidende pijn.
Misschien ook een grote.
„Ze moeten ons niet, Bayard", zei
ik, en hoewel het geluid van mijn
stem door het donderend geratel van
een boven ons voorbijrijdende tram
overstemd werd, meende ik toch goed
te kunnen merken, dat hij me ver
stond. „Wij zijn de buitenstaanders,
Bayard. Wij kunnen doen wat we wil
len, ze moeten ons nu eenmaal niet
en wij behoren niet bij hen. Ze kun
nen naar de pomp lopen, nietwaar?"
Er waren natuurlijk nog veel goe-
,de en zelfs prachtige mensen op de
wereld, heel fatsoenlijke mensen, die
het goed met mij riteenden; er waren
ook nog tal van mooie en indrukwek
kende dingen, maar op dat ogenblik
scheen het mij, als bestond er bui
ten dit paard onder mij, niets anders
ter wereld, dat bij mij behoorde.
Br yard was een vriend, Bayard was
een troost.
Hij was even uitgestoten als ik
Pas toen bij de uitgang van de
Tiergarten ineens de ordonnans voor
mij stond, die Bayard van mij moest
overnemen, drong het tot mij door
dat de dwarskop gedurende de terug
weg geen enkele streek had uitge
haald. Ik ging voor hem staan en,
wonderlijk als het was, hij deed noch
een aanslag op mijn neusbeentje,
noch op mijn schouders. Ook hield
hij tegen zijn gewoonte in zijn kop
omhoog en keek mij rustig aan.
Pauschke had gelijk. Bayard had
een heel fatsoenlijk gezicht. In een
plotselinge opwelling nam ik toen in
eens zijn plompe kop in mijn armen,
en toen hij mij dat rustig liet doen,
was ik weer op slag opgewekt.
Pauschke nam met wantrouwen
kennis van de onverklaarbare veran
dering die zich bij de ruin had voor
gedaan.
,,'t Kan zijn, 't kan ook niet zijn.
En als het is, dan heeft het zijn reden,
en als het een reden heeft, dan krij
gen we er die toch niet uit. Is ook
met belangrijk."
„Toch zou ik werkelijk wel eens
willen weten, vader Pauscbke.
„Weten is toch niets, vaandrig.
Voelen is alles, en of u het juiste
gevoel voor mijn kleine gevonden
hebt, dat zal immers wel blijken.
Wat denkt u van vanavond in de
manege?"
's Avonds baadde ik in mijn zweet
en in onvermengde gelukzaligheid.
Vergeten waren Trixie en Lena, ver
geten de vreemde Queiss, vergeten de
eeuwige vereenzaming in mijn om
geving, uitgewist de raadselachtig
heid van het bestaan. Ik reed en
had mijn eigenlijke vaderland
weer teruggevonden.
Alleen bij de paarden was veilig
heid en duidelijkheid, en dat ook zij
mij een raadsel geworden waren, was
niet goed geweest. Bayard leek mij
als met een slag veranderd in een
wonder van ontvankelijkheid en op
merkzaamheid. Elk van zijn bewe
gingen was een verrukkelijk spel van
harmonie en kracht.
Pauschke maakte het ons niet ge
makkelijk en ik liet mij met plezier
alles welgevallen. Queiss had het
mij wel gezegd en ook in het regi
ment gold het in het algemeen als
een merkwaardige, maar niet te be
strijden feit, dat deze curieuze wacht
meester een begenadigde rijleraar
was. Misschien wel een der beste,
die ooit in het vierkant van een mi
litaire manege gestaan hadden.
Paschke had een onfeilbaar oog. Hij
zag alles en hij zag alles tegelijker
tijd Hij ontdekte met een bliksem
snelle helderziendheid die vaak al
iets onverklaarbaars op zichzelf was,
de meest verborgen oorzaken van
fouten bij ruiter en paard. Zijn aan
wijzingen kwamen plotseling en al
tijd op het juiste ogenblik. De ma
niet waarop hij ze formuleerde, was
zeer persoonlijk maar van duidelijke
overtuigingskracht.
Beroemd was de rijderstheorie van
Pauschke. Het ingewikkelde myste
rie van het verplaatsen van zwaar
tepunt en het gecompliceerde sche
ma van het effect van kruis en zit
vlak deed Pauschke eenvoudig aan
schouwelijk voor. Dat kon zelfs de
grootste ezel begrijpen. Keren, ach
teruitrichten, schouders vooruit.- en
schouders achteruit.
(Wordt vervolgd)
84-85. Verbluft keken de kabouters naar
hun groente-akker.Want wat ze daar
zagen, hadden ze nooit tevoren gezien.
Hoe vroeg in de morgen het ook was,
toch stond daar warempel Swoppie al te
werken, helemaal in z'n eentje.
De kabouters wreven hun ogen uit als
of ze 't niet konden geloven.
-Wel, heb ik ooit, zei de een.
-Hela, Swoppie! riep een ander. Wat voer
jij uit?
-Noudat zie je toch, ik werk, zei
Swoppie.
„IK BEN DE ZAAK nu aan het opruimen". Op een tot sigarenkist gebombar
deerd zend- en ontvangapparaatje zoals de „gedropte" agenten in bezet gebied
ze gebruikten „een cadeautje van de jongens, de club blijft aan elkaar klitten"
ligt het originele rapport van de „Sicherheitsdienst" over de Venlo-affaire in
1939. Daarnaast krullen de fotocopieën van belangwekkende geheime docu
menten uit de tijd van het „Englandspiel", briefjes met museumwaarde, pape
rassen en foto's, kasten en kisten vol. „Ik weet wat ik te doen heb om hierin
orde te brengen, maar het is levend werk, het ligt me wel en ik heb er nu de
tijd voor Opnieuw heeft de nu 62-jarige dr. J. M. Somer, van 1943 tot 1946
hoofd van het „bureau inlichtingen" te Londen, daarna directeur van de inlich
tingendienst te Batavia, een fase in zijn kleurig leven afgesloten. Elf jaar is hij
hoofd geweest van het bureau bedrijfsveiligheid bij Philips' Telecommunicatie
Industrie, die nu afscheid heeft genomen van haar gepensioneerde medewerker.
En dat zijn ook weer elf vruchtbare jaren geweest.
UITERAARD voornamelijk met het oog
op de militaire opdrachten, was dr. So
mer belast met de bewaking van de fa
brieksgeheimen, waarbij de „screening"
van het personeel natuurlijk van groot ge
wicht was. Dat leverde wel eens moeilijk
heden op, wanneer hij een man, die het
bedrijf graag in dienst wilde nemen, op
grond van diens politieke antecedenten af
keuren moest. Maar veiligheid gaat voor
alles. Daarnaast bouwde hij de bedrijfs
zelfbescherming op en kreeg er en passant
wat grijze haren bij van de zorg om wat
eenmaal bereikt was, ondanks de stroom
van mutaties, op de been te houden. Het
lukte met pijn en moeite.
Dr. Somer heeft zich er nooit door uit
het veld laten slaan. „Lach, want dat
werkt aanstekelijk" is een der deviezen
van deze Hilversummer, in wiens werkka
mer ingelijste documenten met handteke
ningen van koning George VI, president
Roosevelt en veldmaarschalk Montgomery
hangen, alsook de Amerikaanse „Legion
of Merit", de „Order of the British Em
pire" de Leopold-orde, het officierskruis
van Oranje-Nassau, het Oorlogsherinne-
ringskruis, de Bronzen Leeuw., eerbewij
zen voor een prachtige staat van dienst
in de oorlogsjaren.
HET BEGON in Breda, waar de heer
Somer, na zeven Indische jaren als KNIL-
officier, leraar werd aan de Koninklijke
Militaire Academie en in zijn vrije tijd
studeerde. Toen hij er na de capitulatie
in 1940 zat hij bij de generale staf
terugkeerde, begon al spoedig het illegale
werk, aanvankelijk met kadetten als koe
riers.
Hij werd O.D.-commandant in Brabant
en bouwde vluchtlijnen via België en
Frankrijk op. Het door hem voor de oor
log gereorganiseerde etnografisch museum
van de K.M.A. was het onopvallende ont
moetingspunt bij alle ondergrondse activi
teiten. Dr. Somer kon al spoedig de waar
de van de vluchtlijn zelf beproeven. Toen
er na een arrestatie was „doorgeslagen"
week hij met drie Joden en twee terdood-
veroordeelden uit na2r Zwitserland, dat
hij dankzij veel geluk bereikte. Het was
zijn bedoeling, via Portugal naar Londen
te reizen, doch dit pakte anders uit. Het
werd Suriname, waar kapitein Somer com
mandant werd van een bataljon rekruten,
dat naar Australië zou gaan. Lang duurde
het niet: drie maanden later bracht Prins
Bernhard een bezoek aan Paramaribo en
vertelde, dat men al die tijd reeds in Lon
den op hem wachtte. Via Canada, waar
kort tevoren Prinses Margriet was gebo
ren en waar hij als speciale koerier post
en de eerste foto's van de baby voor ko
ningin Wilhelmina mee kreeg, vloog hij
naar zijn nieuwe standplaats Londen, waar
hij met de organisatie en leiding van de
inlichtingendienst werd belast, de gealli
eerde en daarmee de vaderlandse zaak
onschatbare diensten bewijzend.
„IK HEB geboft tot en met", zegt dr.
Somer. Het vliegtuig waarmee hij aan
vankelijk uit Suriname zou vertrekken,
was spoorloos verdwenen. Later zou hij
weer aan de dood ontsnappen doordat zijn
visum voor een reis naar Zweden, waar
hij de beruchte Anton van der Waals
moest opsporen, vlugger afkwam dan was
verwacht. Daardoor kon hij eerder vertrek
ken dan voorzien was. Het toestel dat de
volgende vlucht naar Zweden maakte, werd
boven Noorwegen neergeschotenVan
der Waals had inmiddels de benen geno
men. Maar die reis naar Stockholm heeft
toch profijt gehad, omdat dr. Somer de
mogelijkheid ontdekte om zeker 400 Ne
derlanders, die in Zweden waren beland,
naar Engeland te krijgen. Daar de S.A.S.
de vluchten gestaakt had kon hij echter
zelf, zo leek het, niet meer weg. Hij nam
toen contact op met de Britse consul-gene
raal en kreeg na enige tijd het verzoek,
naar het vliegveld Bromma te komen
Daar landde een witgeschilderde Engelse
liberator met „diplomatieke post"
een zakje meel van twee kilo. „U kunt
mee terug", zei de piloot. Languit in het
bommenrek heeft dr. Somer toen een
luchtreis gemaakt, die hem lang zal heu
gen en die ermee eindigde, dat hij boven
Schotland „als een blok ijs" uit het bom
menrek gedragen moest worden
LATER IS HIJ nog in Zweden geweest
om een agent die dubbel spel speelde,
mee te lokken naar Londên. Direct bij
aankomst in Londen werd de man gear
resteerd. „Als ik je na de oorlog te gra
zen krijg, ga je eraan", beet hij de heer
Somer toe. Deze was er niet van onder de
indruk. Hij maakte zich ongeruster over
de politieke perikelen, die hij zo slecht
kon gebruiken bij zijn nu verantwoorde
lijk, nauw luisterend werk. Dr. Somer, die
later in Batavia nog kans heeft gezien, de
gehele uitrusting van de inlichtingendienst
vóór de souvereiniteits-overdracht het land
uit te werken, heeft destijds vele lezers
gevonden voor zijn boek „Zij sprongen in
de nacht". Voor de geschiedschrijving van
de oorlog is het te hopen dat het vele in
teressante materiaal, waarop hij bij het
„opruimen" stuit, hem zal inspireren tot
een nieuwe publikatie. Ook daarvoor heeft
hij nu tijd.
In de Franse stad Nancy, is de grootste
radiotelescoop ter wereld in gebruik geno
men. De twee reflectoren van de teles
coop beslaan te zamen een oppervlakte
van zevenduizend vierkante meter.
Men heeft reeds interessante waarne
mingen met de nieuwè telescoop kunnen
doen. Zo heeft men, door de warmteuit-
straling van de maan te meten, kunnen
vaststellen da$ de temperatuur op een me
ter beneden de oppervlakte van dit hemel
lichaam voortdurend tenminste dertig
graden celsius onder nul bedraagt.
De directeur van het nieuwe weten
schappelijke centrum, de heer Denisse,
die dit mededeelde, voegde hieraan toe:
„Deze waarneming is van groot belang
voor toekomstige maanreizigers. Tot nu
toe kende men slechts de temperaturen
aan de oppervlakte van de maan, die
overdag meer dan honderd graden celsius
bedraagt, om 's nachts tot minstens ze
ventig graden onder nul te dalen."
De heer Denisse verklaarde voorts, „het
is thans ook voor de eerste maal in Euro
pa mogelijk geweest om van de planeet
Jupiter afkomstige radiogolven op te van
gen.
Recente vorderingen op het gebied van
de studie der erfelijkheidsleer, vormen
volgens de American Medical Association
(AMA) een der belangrijkste ontwikkelin
gen op het gebied der medische vorsing
in 1961
In een dezer dagen gepubliceerd jaar
overzicht van de AMA wordt de genetica
het meest genoemd. Het overzicht was ge
baseerd op een enquête die de AMA heeft
gehouden onder de rectoren van medische
onderwijsinstellingen.
Als belangrijkste ontwikkelingen op re-
searchgebied in 1961 worden voorts ge
noemd:
Geneesmiddelen voor de behandeling
van kanker (nog in het experimentele sta
dium).
De ontwikkeling van levend virus-vaccin
tegen polio, van een mazelen-vaccin en,
wellicht, van een werkzaam vaccin tegen
de bof.
Ontwikkeling van nieuwe diagnotische
en behandelingstechnieken, waarbij ge
bruik wordt gemaakt van computers en
andere elektronische apparatuur, met na
me voor het vaststellen van hartaandoe-
ningen.
Vooruitgang bij de bestudering van he
patitis (leverontsteking), die misschien tot
de ontwikkeling van een vaccin zal lei
den".
Als belangrijkste stap vooruit in de erfe
lijkheidsleer worden de geconstateerde
betrekkingen genoemd tussen abnormali
teiten in de chromosomen (ergelijkheids-
dragers) en aangeboren afwijkingen.
In het AMA-overzicht wordt voorts ge
zegd dat de basis-behandeling van kanker
nog steeds bestaat uit chirurgisch ingrij
pen en bestraling. „Een opmerkelijke
vooruitgang werd in 1961 echter geboekt
bij het zoeken naar geneesmiddelen." Een
serie proeven met een bepaald genees
middel bleek doelmatig te zijn bij het tot
51. Men zou nu toch menen, dat de Dienomaat al
genoeg rare streken had uitgehaald, maar de robot
scheen onuitputtelijk te zijn. Het was hem niet genoeg
Panda raar toe te takelen en met thee te begieten
neen, nu begon hij ook nog sherry tegelijk met de
thee te schenken.' „Thee?" riep het knarsende ding.
„Meer thee? Plenty thee.' Sherry? Ook nog sherry?
Wil je graag! Altijd foute drank op foute tijd! Zoveel
je lust!" Het is niet te zeggen waar dit op uitgelopen
zou zijn, als niet op dit ogenblik de ontaarde machine
getroffen was geworden door een zeer doffe plof. Vanaf
de balustrade, boven, daalde namelijk een complete col
lectie beddegoed neer; het apparaat werd er zacht maar
zwaar door geraakt en verdween er onder. En misschien
zou het, levendig als het was, deze belemmering al
snel weer te boven zijn gekomen, als niet de wakkere
Jolliepop het door hemzelf afgeworpen pakket met een
moedige sprong was gevolgd. Panda, door deze ont
wikkeling aanzienlijk opgeknapt, was echter nog nauwe
lijks in staat vragen te stellen, maar zijn doortastende
bediende sprak ter verklaring: „Men hoopt dat wij dit
ruige optreden willen verschonen! Men meent evenwel,
dat bij dit mechaniek van misplaatste dromen sprake
is, en men acht het een eenvoudige gedachtengang,
dat wie droomt in bed thuis hoort." Of de gedachten-
gang nu juist was of niet de robot was voor het
moment machteloos.
Een winters tafreeltje met een zo
merse inslag aanschouwden de Londe-
naren dezer dagen na afloop van een
modeshow, waarop de Britse coutu
rier Hardy Amies zijn zomercollectie
1962 toonde. Voor de sneeuwballende
mannequins in hun mouwloze ge
streepte strandpakjes van Italiaans
satyn was het overigens maar een
koud klusje.
staan brengen van weefselwoekeringen,
verwekt door een vrij zeldzaam kanker
type.
Hoewel kanker nog steeds een raadsel
achtige ziekte is „biedt de vooruitgang
der chemotherapie uitzicht op een moge
lijke doorbraak bij de pogingen om deze
ziekte onder controle te brengen", aldus
het rapport.
„Wat Amerika nodig heeft, is niet zozeer
een goede sigaar van een kwartje als wel
een wet, die voorschrijft alle portretten
van George Washington te vervangen door
foto's van mevrouw Jacqueline Kennedy."
Dit is een spottende suggestie van Louis
Foy, een „cursiefjesschrijver" van de Pa-
ris-Presse. Hij zegt verder: „De Amerika
nen hebben alles: Dollars, Rembrandts,
bontmantels, automobielen, atoombom
men en de NAVO. Maar als ik het voor
het zeggen had, zou ik ze voor het nieuwe
jaar een handboek met ideeën voor hun
conversatie geven, en een elektrisch stel
hersens om het departement van Buiten
landse Zaken te helpen bij het uitzoeken
van plannen voor Berlijn, Laos, Kongo, de
topconferentie, Algerije en de kwestie-De
Gaulle.
Verder wenst Foy de Amerikanen in dit
nieuwe jaar:
Een ministerie van Onderwijs onder lei
ding van een Fransman, een Japanner of
een Rus om de jeugd van Amerika te
dwingen, haar hersens te gebruiken.
Genationaliseerde spoorwegen, opdat de
treinen op tijd zullen rijden en de rijtuigen
schoner zullen zijn.
Een wet, die alleen kleine personen
auto's op de wegen toelaat. Daardoor zouden
verkeersopstoppingen en overvolle autowe
gen vermeden kunnen worden.
Een dozijn diplomaten, die het verschil
kennen tussen socialisme en communisme.
Een avondcursus om de Amerikaanse
vrouwen te leren, op waardige en elegante
wijze oud te worden Hierdoor zou voorko
men worden, dat zij proberen zich op 70-
jarige leeftijd nog als schoolmeisjes aan
te stellen.
Een rustgevende pil, die de Amerikanen
een uur lang de Russen, de bom, „fall-
out"-schuilplaatsen, de twist tussen Rocke
feller en Nixon en hun complexen zou doen
vergeten."
4. „Pingo", zegt Polle, „nu hebben we ontdekt, dat we vooruit kunnen
varen, en achteruit. Kunnen we nu ook nog iets anders beleven? Iets héél
bijzonders?" „Zoiets moet je niet aan een stuurman vragen!" Onmiddellijk
laat Pingo zien, wat hij en de „Mary" wel kunnen, als het erop aankomt.
„Schitterend!"roept Polle tevreden, „jij bent een reuze stuurman, Pingor
„En nu onze bloembakken", zegt Polle, „want daar moeten we goed op
letten. Zeerob heeft beloofd, dat hij er nu en dan zijn pijpenas op zal
strooien, maar ik moet ze gieten!"
i