Zuster Glimlacheen nieuwe ster
aan de hemel der chansonnierès t
Rendez-vous met het verleden
PUZZEL NUMMER 19
PANDA EN DE DIENOMAAT
VISSERTJE PLUM
Folie,
Pelli e
PimMo
DOOR CLEMENS LAAR
en zingt
^Hoe is het ontstaan?^
J
ZATERDAG 2 0 JANUARI 1962
11
W~v 1
is vervolgverhaal
I \Hoe het begon
Alles uit t hoofd
N.V. MIJ. „HOLSTER" - OVERVEEN
Centrale verwarming
Airconditioning
Aut. oliestook
Dit woord
SCHROOMVALLIG
a
28)
Toen ik haar uit het zadel hielp, zei
ze zachtjes:
„Dank je, mijn ruitertje."
In de gastenvleugel van Eryllgo-
bragh bewoonde ik twee kamers en
in mijn zitkamer wachtte Patrick op
mij. Voor de eerste keer was ik niet
blij hem te zien. Patrick was twee
weken in Londen aan het hof geweest
en in de afgelopen nacht thuisgeko
men. Wij hadden elkaar nog niet ont
moet.
Pat omhelsde mij in zijn beren-
greep.
„Hallo, Kaspar, kleine man. Wat is
er met je? Je ziet er uit als een za
lige martelaar. Zoals onze boeren ze
op de kapelmuren schilderen."
„Hallo Pat, hoe.was het in Lon
den?"
Dat was een vraag, waar ik eigen
lijk geen antwoord op verwachtte.
Fitzpatrick St. Ives gaf nooit breed
voerig verslag van zijn doen en laten
en zeker niet over de buitengewoon
vage rol, die hij aan het hof in Londen
speelde.
Vaak dacht ik, dat dit niet alleen
kwam door de grote persoonlijke be
scheidenheid van Patrick, maar ook
door een merkwaardig mengsel van
meisjesachtige schroom en mannelij
ke twijfel ten opzichte van zijn eigen
persoon.
In de laatste tijd had ik echter de
indruk gekregen, dat Patrick bepaal
de doeleinden nastreefde en op weg
daarheen niet wenste te worden gade
geslagen. Hij had heel dikwijls en op
de meest uiteenlopende plaatsen van
Ierland besprekingen te voeren, maar
zei nooit van welke aard die bespre
kingen waren en met wie zij plaats
vonden. Ook op Eryllgobragh waren
in de laatste tijd in voortdurend toe
nemende mate bezoekers uit alle klas
sen en standen van Ierland komen op
dagen, die wel handig, maar toch niet
handig genoeg, deden, alsof zij alleen
belangstelling hadden voor de paar
den op Eryllgobragh en voor Pat
ricks wijd en zijd vermaarde reputa
tie als fokker en drinker.
Ook kon men moeilijk over hfet hoof
zien, dat de eerwaarde pater Antho
ny, die eigenlijk Quentin heette, en
ook alleen pater Quentin genoemd
werd, in een andere vriendschaps- en
vertrouwenspositie tot Patrick stond
als met zijn rol van huiskapelaan
overeen te brengen was. Hetzelfde
gold voor de butler van Eryllgobragh,
de stevige O'Bannion, die veel meer
gezinslid en vriend dan majordomus
was, en door iedereen Ban genoemd
I werd.
Ook dit kon niet alleen verklaard
worden door het feit, dat hij reeds
I onder Pats grootsvader hel zilver van
I de Callaghers op Eryllgobragh ge-
i poetst had en dat alleen zijn welgeda-
I ne glimlachende dictatuur het iet-
i wat verwarde leven in het huis teza-
men hield.
„Ja, hoe was het in Londen?" vroeg
j ik dus nog eens. Ik vroeg het automa-
I tisch en wilde eigenlijk alleen zijn, om
telkens weer dat woord te horen
echoën: ruitertje.
j Patrick had zich wat sherry laten
brengen. Als hij alleen was, dronk hij
I haast nooit iets anders en ook dat
j was een ontdekking geweest, die mij
j aanvankelijk getroffen had. Patrick
was helemaal niet de wilde en mate-
j leze drinker, die hij vaak leek te zijn.
j Ik wist alleen nog niet, of zijn alco-
I holische onmatigheid nu en dan een
vruchteloze vlucht was voor een of
I andere psychische last, dan of er een
opzettelijke en berekende camouflage
1 in gezien moest worden.
Patrick hief peinzend zijn glas*op te-
gen de laatste stralen van de zon, die
door het venster naar binnenvielen:
„De atmosfeer in Londen is niet
I prettig. Men kan onmogelijk uit het
oog verliezen, dat de Koningin in een
wereld leeft, die niet meer bestaat. Ik
geloof, dat zij het zelf ook weet, maar
aangezien zij eigenzinnig is als een
Afghaans muildier, geeft zij het niet
toe.
Zij houdt de hele mensheid voor
l goddeloos en alle mannen voor zwak-
kelingen, schurken en ezels. In de he-
le wereldgeschiedenis heeft er voor
haar maar één man bestaan en dat
was haar echtgenoot. Het klinkt
dwaas, maar ik vrees, dat 't tragische
gevolgen heeft, dat hij Duitser was.
Voor Engeland en Duitsland en trou-
wens voor ons allemaal.
„Dat klinkt wel een beetje duister,
I Pat", zei ik automatisch en deed in-
tussen mijn best, de klank van dat ene
E wonderlijke woord niet uit mijn ge-
I dachten te laten schieten.
I „Helemaal niet. De Koningin kan het
I ons allemaal eenvoudig niet vergeven,
i dat wij niet zijn als prins Albert. Voor.
al kan zij het de Duitsers niet ver-
I geven, dat zij niet zo Duits zijn als
llllllllllllil!!" 'HU
prins Albert. Het onvergefelijkst vindt
zij dat aan haar kleinzoon Willy en het i
resultaat daarvan is een maniakale
afkeer van, ja werkelijk al een haat
tegen al wat Duits is.
Het is niet gemakkelijk haar duide
lijk te maken, dat er voor Engeland
nóg wel dringender problemen be
staan. De kwestie Ierland houdt zij
voor opgelost, zodra daar in het voor
jaar homerule komt".
Dat was meer, dan Patrick mij ooit
vroeger verteld had. Op de automa
tisch gestelde vraag „hoe is het in
Londen?" had hij tot nu toe altijd
even automatisch geantwoord. „De
oude dame is heel flink. Het Hoger
huis slaapt en het Lagerhuis maakt
ruzie. De broeken worden weer breder
en langer gedragen."
Wat hij mij thans vertelde was zo
ongewoon, dat ik oplettender werd,
of ik wilde of niet. «Het was dus toch
waar, wat men in Berlijn al bij wijze
van gerucht over Patrick gehoord
had. Hij was de officieuze raadgever
van de Koningin in Ierse aangelegen
heden. „Maar", merkte ik op, „klopt
dat dan niet?" Als er homerule komt,
is toch alles in orde."
Patrick stond op. Hij keek mij aan
en toch langs me heen:
„Niet helemaal. Kaspar. Er zal met
dodelijke zekerheid een verschrikke
lijke burgeroorlog in Ierland uitbar
sten. En dat is precies, wat bepaalde
lieden in White Hall in Londen ver
wachten en ook nastreven. Tenzij men
er voor die tijd in slaagt, alle Ierse
onafhankelijkheidsbewegingen werke
lijk te verenigen.
Langzaam maar scherper herhaalde
hij:
„Zoals ik zeg: tenzij deze vereni
ging gelukt." Hij keek mij recht aan.
„Mij gelukt. En daarbij mag niets,
absoluut niets mij storen."
Wij staarden elkaar aan.
Plotseling begon hij te glimlachen.
Het was het lachen van een grotere
broer, al lag er ook, zoals ik meende,
waf droefheid in.
„Tot aanstonds, Kaspar. Wij zien
elkaar aan tafel".
De deur ging achter hem dicht.
Hij had mij het een of ander willen
zeggen, iets duidelijk willen maken; zo
ver begreep ik de ondertoon van zijn
woorden wel. Maar waar het om ging
werd mij niet duidelijk en zeker kwam
het niet bij mij op te denken, dat het
enigerlei betrekking met Nikoline zou
hebben. Voor wat ons beiden betreft,
bestond de rest van de wereld niet.
Eindelijk haalde ik hulpeloos en ge
lijkmoedig de schouders op. Pat St.
Ives was nu eenmaal niet te doorgron
den. Ik had dat al gauw gemerkt kort
nadat onze vriendschap onstaan was,
da* was toen ik bij het regiment was
teruggekeerd. Patricks verblijf liep
toen ten einde, maar voor ofis waren
een paar dagen genoeg om werkelijk
bevriend met elkaar te worden. Bo
vendien hadden wij een grote gemeen
schappelijke liefde: de paarden.
Aanvankelijk had de persoon van
Patrick mij zowel geboeid als veront
rust. Het was heerlijk, in zijn nabij
heid te kunnen zijn, maar tegelijker
tijd voor mij ook beklemmend. Soms
drukte dat zo op mij, dat ik blij was.
als wij afscheid van elkaar namen De
oorzaak daarvan was de onbegrijpe-
liike tegenstrijdigheid van zijn wezen.
Ik had intussen ondervonden, dat
n:ets op deze wereld zonder dubbel
zinnigheid is en ik had leren begrij
pen, dat er mensen zijn, wier aard
zo oneindig rijk is, dat de boog van
hun persoonlijkheid zich spant van de
ene pool tot de andere.
Ik wist, dat iemand vandaag een on
bekommerd, opgeruimd, gezellig mens
kon zijn, een meeslepende zonnebe-
stormer, een juichende levensgenieter,
en dat diezelfde persoon een dag la
ter een skeptische piekeraar kon zijn.
Iemand kon vol energie aan de prak
tische zijde van het leven bedrijvig
zijn en toch een gevoelig, in alle ze
nuwen trillend estheet zijn. En vooral
vrouwen
Wat een volheid van leven, wat een
adembenemende stroom van nuances
in haar levensuitingen legde Nikoline
aan de dag, maar het was een eeuwig
en harmonisch in elkaar overglijdende
stroom van bezieling en van vitaliteit.
Bij Patrick stonden de dingen in
schrille tegenstelling niet achter en
naast elkaar, maar in zekere zin
door elkaar. Als hij spektakel maakte
in brooddronken vrolijkheid, een reus
van schuimende levenslust, dan kon
men beter niet in zijn ogen kijken,
aaar lag dan een droefheid in waar
geen woord voor was, omdat zij waar
schijnlijk vaag en elementair in hem
leefde. Hij reed op 'n halsbrekende
manier en met een uitdagende verme
telheid die geen moeilijkheden wilde
kennen.
(Wordt vervolgd)
(Van onze correspondent)
BRUSSEL. Zoals Frankrijk zijn zingende Jëzuitenpater Duval heeft, zo kent
België sedert heel kort een zingende non uit een Dominicaner klooster. Zij ver
blijft in het klooster van Fichermont, op de weg van Brussel naar Waterloo, een
Zroot gebouwencomplex in rode baksteen. Het wordt bewoond door de missie
zusters van de Dominicaanse orde maar ook door meisjes en jonge vrouwen, die
er af en toe „in retraite" gaan. Het is alles eigenlijk heel gewoon en vanzelf
sprekend gebeurd en „Soeur Sourire" Zuster Glimlach), die eigenlijk Soeur
Gabrielle heet en wier familienaam voor haar orde niet meer ter zake doet, is
nogal verbaasd over het plotselinge succes, dat zij heeft gekregen met de door
haar zelf gemaakte en bij de guitaar gezongen liedjes.
Zij is reeds drie jaar in het klooster,
dat sinds lange tijd een doorgangshuis in
de goede betekenis van het woord is: de
zusters gaan naar vele plaatsen in de we
reld onder andere naar Kongo. Vroeger
was het regiem dezer orde veel strenger
dan thans. Zuster Gabrielle mocht echter,
toen zij dat vroeg, haar guitaar meebren
gen en in haar vrije uren muziekmaken,
zoals andere zusters piano, viool, banjo
of blokfluit spelen, dat eveneens is toege
staan. Van kind af aan heeft Soeur Ga
brielle van muziek gehouden en zelf ge-
I componeerd en gezongen. Jacques Brei,
die eveneens een Belg is, al kwam hij in
Frankrijk tot roem, George Brassens en
Yves Montand waren haar geliefde chan
sonniers en als componisten bewonderde
zij (en bewondert zij nog steeds, hetgeen
pleit voor haar muzikaal onderscheidings
vermogen) Bach, Beethoven en Vivaldi.
IN DE STILTE van het klooster, die
I overigens ook al weer betrekkelijk is,
I kwam zij er toe, zelf liedjes te schrijven
I en te componeren en die met begeleiding
van haar guitaar te spelen. Men kan zich
wel voorstellen hoe dat is gegaan: in die
gemeenschap van jonge en niet meer jon-
ge vrouwen hebben die liedjes weerklank
gevonden. Zo veel weerklank, dat zij die
I terugkeerden naar haar huis of zij die,
ver weg, de boodschap van de missie
I moesten uitdragen, de wens hadden, die
liedjes te kunnen horen, ze bij zich te kun-
nen houden om er de herinnering aan het
j klooster te versterken. Vandaar dat de
I kloosterzuster, die iedere dag met haar
kleine twee pk-tje in Brussel boodschap-
I pen gaat doen, eens de stoute schoenen
aantrok en haar wagentje parkeerde voor
een van die vele Brusselse winkels, waar
men grammofoonplaten, platenspelers, te-
I levisieontvangers en ijskasten verkoopt.
Of het niet mogelijk zou zijn, 500 plaat-
jes te maken van de liedjes van zuster
Gabrielle? Dat kon niet. Maar de zuster
was, zoals haar moeder-overste dezer da
gen aan een Franse journalist vertelde,
koppig en zij keerde terug om het nog
I eens te proberen.
Toen ontmoette zij de directeur van de
zaak en die had plotseling een ingeving:
stond hij niet voor de ontdekking van zijn
leven? Hij hakte de commerciële knoop
door: het klooster zou zijn 500 platen krij-
j gen maar tegelijkertijd kreeg een door
hem aan te wijzen maatschappij het recht,
een gelijk aantal platen met liedjes van de
zuster te plaatsen bij de wederverkopers.
150 mensen horen en vroeg: Dit is een
kloosterzuster, Hoe zoudt ge haar noe
men? Met grote meerderheid heeft dit opi
nie-onderzoek de benaming Soeur Sourire,
Zuster Glimlach dus opgeleverd.
Twaalf van de dertig chansons van Zuster
Glimlach staan op haar eerste grammo
foonplaat. Daarbij o.a. „Dominique",
„Entre les étoiles", „Alleluia", „Fleur
de cactus". Om dat alles ook zakelijk
aan te kunnen, moest Zuster Glimlach lid
worden van de befaamde- en beruchte
„Société des auteurs dramatiques et
lyriques", de organisatie, die over de ge
hele wereld de auteursrechten van de
Franse en Franssprekende auteurs int. Zij
is bij het toelatingsexamen juist met de
hakken over de sloot gekomen. Zuster
Glimlach schrijft namelijk haar liedjes
niet zelf op, want dat kan zij niet. Zij
componeert ze op haar guitaar en zij her
haalt ze net zo lang tot zij ze volledig on
der de knie heeft (zoals men dat noemt).
Alles wat zij met haar platen zal ver
dienen, zal het klooster ten goede komen.
Reeds heeft men van de royalties een pla
tenspeler kunnen kopen en een televisietoe
stel en dat schijnt nog maar een begin te
zijn. Père Duval, wiens liedjes volgens de
deskundigen minder zijn dan die van zijn
Dominicaanse zuster in den Here, heeft
reeds lang geleden de gouden plaat gekre
gen, die bewijst dat er tenminste een mil
joen zwarte schijven met zijn chansons
zijn verkocht. De verwachtingen voor het
succes van Zuster Glimlach zijn hoog ge
spannen. Zelf blijft zij er, zoals het be
hoort, sereen onder. Ik weet niet, zo zegt
zij, hoe het verder zal gaan. Het kan wel
dat ik naar Kongo of naar elders wordt
gezonden en misschien heb ik dan geen tijd
en gelegenheid om te zingen en te com
poneren. Bovendien is mijn eigenlijke lief
hebberij het tekenen van reclameplaten,
want dat heb ik, voor mijn intrede in het
klooster, op de academie geleerd.
Ook voor het bruidstoilet geldt dit
jaar: hoe korter hoe modieuzer. Dit
bijna knievrije exemplaar dat deze
week getoond werd op de presentatie
der Italiaanse voorjaarscollecties in
Florence, is van de ontwerper Alberto
Mosconi. Als „concessie aan de roman
tische traditie" is alleen de sluier
onverkort gehandhaafd.
Zo is het gebeurd en het gevolg is dat
I Zuster Gabrielle een contract heeft kun
nen afsluiten. Daarbij kwam natuurlijk
wel een en ander kijken. Haar orde be
paalde dat zij niet onder haar eigen naam
I in de openbaarheid mocht en ook dat zij
niet buiten het klooster mocht optreden.
Om een artistennaam te bepalen liet een
vertegenwoordiger van de platenmaat
schappij haar stem en haar liedjes aan
Horizontaal: 1 gewicht; 5 overblijfsel;
9 ijle stof; 13 vloerbedekking; 14 zang
stuk; 15 bijbelse figuur; 17 afzonderlijk;
19 model; 20 toespraak; 21 spelleiding; 22
lekkernij; 23 land in Azië; 24 met een
snoer vastmaken; 25 familielid; 26 projek-
tiel; 27 dun vlechtwerk; 31 soort vogel;
37 energie; 38 lengtemaat; 39 boom; 40
watervlakte; 42 voorzetsel; 43 traag van
begrip; 45 dit heeft een violist nodig; 46
Arabische bevelhebber; 48 grote bijl; 49
muzieknoot; 50 militair; 56 wier; 59 lid
woord: 60 planeet; 61 venster; 62 emmer;
64 alvorens; 65 losplaats; 66 ongevuld; 67
kippenhok; 68 voorzetsel 69 soort stof; 70
snelle greep.
Verticaal: 2 volwassen insekt; 3 klets
koek; 4 roofdier; 5 bergkloof; 6 godheid;
7 Engelse titel; 8 negertrom; 9 klein; 10
bloedvat; 11 reinigingsmiddel; 12 stuurs;
16 onbepaald voornw.; 18 schrijfgerei; 25
insekteneter; 26 Hildebrand; 28 gereed;
29 voertuig; 30 loot; 31 gewoonte; 32 over
al; 33 persoonlijk voornw.; 34 gerecht; 35
herkauwer; 36 Nederlandse rivier; 40 per
soonlijk voornw.; 41 boom; 44 muziek
noot; 45 sportartikel; 47 wijnglas; 48
Advertentie
Tel. K 2500 - 60002, 57290 en 57833
straatbedekking; 50 soort stof; 51 schoei
sel; 52 omlaaggaan; 53 strijdperk; 54 groet;
55 uitdrukking; 56 vaartuig; 57 horige; 58
echtgenoot; 59 dorsvloer; 63 sportartikel.
Inzendingen, uitsluitend per briefkaart,
dienen voor donderdag a.s. in ons bezit te
zijn.
OPLOSSING PUZZEL NUMMER 18
Horizontaal: 1 Zürich; 4 krabbedieven;
9 idem; 10 alom; 11 bleker; 12 enig; 13
hoenderhok; 15 stenen; 16 treuzelaar; 18
tuimel; 21 anijs; 22 Londen; 23 initia; 24
piloot; 25 integratie; 28 sela; 30 asbest; 32
koorts; 33 installateur; 35 elkaar; 38 ere-
ronde; 39 Drente; 40 noen.
Verticaal: 1 Zuidhollands; 2 riem;
3 Chaldeeuws; 4 krom; 5 beek; 6 dieren
tuin; 7 even; 8 enigma; 11 Blokland; 14
entrijs; 15 staren; 17 zeloot; 19 imitator;
20 Elia; 24 pilaster; 26 test; 27 iets; 28 sei
ner; 29 etalon; 30 aslade; 31 béte; 32 koel
te; 34 uren; 36 kano; 37 arên.
PRIJSWINNAARS PUZZEL NUMMER 18:
7.50: J. S. Swart, Planetenlaan 221,
Haarlem
5.00: N. Hoeflaak, Bloemendaalse-
straatweg 5 A, Santpoort.
2.50: Mej. A. J. Kemp, K. Doorman
laan 74, Haarlem.
CO» MAITEN TOONDE»
62. De Dienomaat had weer een van zijn dekselse
plannen bedacht! Hij zette de motor neer, nam Jol-
liepop onder de arm en ging met vaste tred naar
de apotheek toe. De ontzetting van de voorbijgangers
valt niet te beschrijven; die van Jolliepop evenmin,
maar deze trachtte toch zijn gevoelens onder woor
den te brengen. „Men kan zich deze behandeling niet
laten welgevallen!" kreet hij. „Men roept de politie!
Men maakt korte metten met u!" Maar hoewel hij
deze argumenten met vuistslagen kracht bijzette, trok
de Dienomaat zich er niets van aan. Rustig stapte de
robot met zijn last de zaak binnen, om daar de ge
stolen revolver te voorschijn te halen en deze met
vaste hand te richten op de eigenaar, die kundige
apotheker Pukkeldrop. „Dit is een roofoverval," kon
digde het mechaniek aan. „Bij verzet wordt gescho
ten!" Apotheker Pukkeldrop reageerde met de snel
heid en nauwkeurigheid, die men van zo'n precisie-
werker kan verwachten, en zijn armen schoten onmid
dellijk omhoog.
Intussen lieten de achtervolgers zich niet onbetuigd,
want het was Professor Kalker na een diepgaand brein-
onderzoek te binnen geschoten, welk onmisbaar voor
werp hij bijna vergeten zou hebben mee te nemen
zijn paraplu!" Hoe kon ik dat nu vergeten", mom
pelde hij; zonder paraplu kan ik me volstrekt niet
redden!" „Schiet nu toch liever op!" riep Panda ver
twijfeld. „Wie weet wat die robot intussen met Jol
liepop uithaalt!" „Ja, ja, natuurlijk, maak je niet ner
veus, Plapma," antwoordde de geleerde zachtmoedig.
„Ik kan me alleen niet herinneren waar ik die para
plu nu gelaten heb
Het werkwoord vallen kan in be
tekenis zo verzwakken, dat het ongeveer
kan worden vervangen door z ij n. Men
zegt: dat valt me zwaar, wat valt
er te zeggen en Vondel dichtte: Daer
soo de liefde viel. Van vallen in deze
betekenis is de vorm -v a 11 i g afgeleid.
Schroomvallig betekent dus: schroom
hebbend, evenals angstvallig is: angst
hebbend en vandaar: voorzichtig, be
kommerd, nauwgezet. Het derde woord
in de rij is: wisselvallig, hetgeen
betekent: veranderlijk, onbestendig, on
zeker.
Het woord schroom: bedeesdheid,
schaamachtigheid, vrees is nog niet af
doende verklaard. Men neemt aan dat
er verwantschap is tussen schroom
en gruwen en dat ook rouw tot de
familie behoort. Zeker is dit alles echter
niet.
Garage uitgebrand. In Stadskanaal
is de garage van de firma F. Lokken uit
gebrand. Enkele vrachtauto's, een per
sonenwagen, een bestelwagen, een motor
fiets en gereedschap gingen verloren. De
oorzaak van de brand is niet bekend.
15 21 CopyngKl
1213. Ook de andere vissers kwamen te
rug van de visvangst. Bij het ondergaan
van de zon zag men hun zeilen boven de
golven verschijnen.
Zo voeren ze allemaal de haven binnen,
ook vissertje Plum had zijn aanlegsteiger
bereikt Nu legde hij zijn bootje vast aan
de paal, stapte eruit en nam zijn net mee.
Daar zat niet veel in.
15. Volle neemt het anker en gaat het uitwerpen; Ze° eens, Polle,
moet je beslist als een balletdanser doen, wanneer je het anker uitgooit?"
„Help!", roept Pelli, nadat beiden achterover zijn geslagen! „We gaan ten
onderRoep vlug Zeerob hierWat een achterbaks eilandWat
gebeurt er eigenlijk? Zeg eens wat, PolleAls je er tenminste nog bent!"
„Zo'n mal eiland heb ik van mijn leven nog niet gezien! Nog een geluk,
dat we het anker hebben gegooid, en zelf niet aan land zijn gegaan!"