Rendez-vous met het verleden 1
VISSERTJE PLUM
Van bedden en slapers en
han beider hebbelijkheden
PANDA EN DE DIENOMAAT
Folie
MAÏZENA
D U RYEA
DOOR CLEMENS LAAR
Spanjaarden moeten
vroeger naar bed
<1.
11
Ons vervolgverhaal
VRIJDAG 2 6 JANUARI 1962
De
nieuwe
modelijn
van Parijs:
,ligne pyramide"
de fijne Franse keelpastille
ontsmet-verzacht
verfrist
20. Behulpzaam springt hij met de kabel over boord, om deze vast te
maken, Zorg er voor dat het schip goed verankerd is, het is spik
splinternieuw, en mag vooral niet losslaan!!" Folie is de eerste die aan
land gaat, over de kabel! „Zo gaat men in dit land, zo aan land", zegt hij.
„Eigenlijk heel eenvoudig, je zo te bewegen!" „Folie, we moeten Slokop
een beetje beter opvoeden. Hij vertelt onze nieuwe vriend maar steeds,
hoe men visfilet klaarmaakt!"
A
32)
Ineens legde zij van achter haar han
den op Pats schouders en zonder op te
kijken greep hij ernaar.
Dat scheen voor beiden een van die
mooie en automatische gebaren te
zijn, gewoon bij mensen die met el
kaar vertrouwd en elkaar dierbaar
zijn. Ik zag er echter meer in. Ik
merkte op, hoe stevig Pats handen
zich om de hare klemden, maar er
lag niets dwingends noch gebiedens
in die geste. Het was precies, alsof
een drenkeling zich vasthield.
Een Nicoline? O'Bannion kwam zeg
gen, dat er gedekt was. Pater Quen-
tin verscheen en iedereen stond op.
Ik bleef zitten, staarde naar Nicoli
ne en bespeurde in plaats van mijn
jagend hart een verschrikkelijke, ijzi
ge leegte in mijn borst. Ik had plotse
ling begrepen, dat mij zoeven het
hoogste ten deel gevallen was, wat
mij ooit door Nicoline gegeven zou
kunnen worden. Nooit zou er iets daar
boven uitgaan. Woorden zonder klank
komend uit een verlangende mond,
een glimlach met een droom van te
derheid en een blik vol niet gestorte
tranen.
Het was de stem van Nicoline, die
mij deed opschrikken, en wat zij zei
maakte mij opstandig: „Kom, ruiter
tje We krijgen kippekroketten!" Ni
coline had hardop en voor iedereen
hoorbaar „ruitertje" tegen mij ge
zegd.
Niemand scheen dat te verwonderen
en alleen bij mister Alexander vond
ik dat niet erg. Hij was de enige, die
geen woord Duits sprak. Nicoline
spreidde op een beminnelijke en sou-
vereine manier de techniek ten toon
van de volmaakte gastvrouw. Ik
moest eraan denken, hoe zij de kunst
verstond, ook een conventionele thee
een der verschrikkingen van het
Anglo-Ierse gezelschapsleven tot
een feest te maken. Overleg, handig
heid en tact speelden daarbij een gro
te rol, maar het eigenlijke geheim lag
dieper. Waarschijnlijk was het, behal
ve de vanzelfsprekende routine, de
vibrerende, zachte en ieder moment
merkbare intensiteit, waarmee zij el
ke seconde beleefde. Wat zij ook deed
of zei, het gaf nooit de indruk van iets
bijkomstigs, nooit was er bij haar iets
vervuld van onverschilligheid of leeg
automatisme. Het was niet mogelijk
zich aan haar te onttrekken. Wie in
de ban van Nicoline's persoonlijkheid
kwam, voelde zich omhooggeheven
op een golf van vitaliteit. De woord-
karige en verlegene werd spraak
zaam, de norse werd opgewekt, de
gesloten angst van de onzekere sloeg
om tot bevrijde vrolijkheid, onbehol
penheid werd gemakkelijke bewegelijk
heid, de breedsprakige grappenmaker
ontdekte ineens geest bij zichzelf en
alle vrouwen, zo had ik eens tot mijn
grote verwondering vastgesteld, kre
gen plotseling iets over zich van Ni
coline's glans. Zij bemerkten het zelf
niet, maar zij imiteerden de gena-
digde zuster. Daar zij het niet wisten
konden zij dat zonder nijd en afgunst
doen. Het was eenvoudig zo, dat
iemand die lelijk was zich in tegen
woordigheid van Nicoline aanvallig
vond en iemand die werkelijk mooi
was scheen te stralen.
Dit alles kostte haar geen moeite.
Zij stond altijd in het middelpunt en
op de voorgrond, zonder dit op de een
of andere manier na te streven. Ook
als zij zweeg, gingen alle impulsen al
van haar uit. Nicoline was een hei
melijke koningin. Een dergenen, die
nu en dan in het leven, maar slechts
zelden op een troon verschijnen.
De glimlachende vrouwelijke voor
naamheid en de eenvoudige oprecht
heid, waarmee zij zich op dit ogen
blik aan haar omgeving openbaarde,
vervulde mij met een verstikkende
trots. Als ik iets zeggen moest, kostte
het met moeite om mijn woorden te
vmden. Het was maar goed, dat er
thans aan tafel overwegend Engels
gesproken werd; dan viel dat niet zo
direct op.
Toch had ik het idee, dat iedereen
wist, hoe het met mij gesteld was.
Dat was het derde, dat was het on
weegbare, dat nu naast Nicoline en
mij was komen staan. De omgeving.
Het had zich niet pas nu, maar al
uren geleden voltrokken. Om het
nauwkeurig te zeggen: op het mo
ment, dat Pat mij aangekeken en
gezegd had, dat niets hem bij zijn
werk mocht hinderen.
Ik had het aangehoord en toch niet
begrepen. Thans wist ik het. Nu en
dan zei Nicoline het een of ander in
het Duits. Ik wist zeker, dat zij het
alleen deed, om mij te kunnen aan
spreken. Mijn ruitertje
Een keer wierp Pat mij een harte
lijke vriendschappelijke blik toe en
zei zachtjes:
„Ja, dat is goed. Dat past bij hem.
Hij is het ruitertje. Eens zal hij als
Pruisisch veldheer de wereld ver-
overd hebben, en dan kunnen wij j
„het gouden ruitertje" tegen hem E
zeggen."
Ook Pat sprak mij nu vaker op die j
manier aan. Ik merkte wel, dat hij
nooit „mijn ruitertje" en ook niet j
„ons ruitertje" zei, zoals Nicoline wel j
eens deed, maar altijd alleen van
„het ruitertje" sprak.
De eerwaarde pater Quentin vertel- j
de verheerlijkt over Frankische wij- j
nen. Aanvankelijk moest hij daarbij j
noodgedwongen Duits spreken, maar e
toen hij de innige gloed van een
,.1848er Wuerzburger Mariengarten"
probeerde te schetsen ging hij van j
pure geestdrift in het Gaelisch over. j
Mister Alexander was weer bij j
Bruckner terechtgekomen. Ik vernam j
daf de achtste symphonie uit de dui- j
zelingwekkende overvloed en het le-
versgevoel van de barokke architec- j
tuur was ontstaan.
Pat prikkelde beiden met zijn ge- j
speelde twijfel en zijn hoon van man
van de wereld tot telkens nieuwe i
overdrijvingen. Zijn ogen waren,
waar ook de mijne waren, zij hingen j
aan de lippen van Nicoline
Ik was verbaasd, toen O'Bannion I
eindelijk niet de deur naar de biblio- I
theek, maar naar de kleine muziek- l
kamer openmaakte. Het was een
achthoekig blauw-zilveren vertrek in j
speels, doch kil rococo, maar deze i
avond leek het één enkele diepe klank i
als een akkoord van enkel cello's.
Op Eryllgobragh was alleen kaars
licht; in de person eels vleugels en in
de stallen werden ook petroleum en
olie gebruikt. In die tijd had men in
Ierland weinig gas en zo goed als
geen electriciteit, en ik vond dat
eigenlijk nog maar het beste. Bij een
volk, dat leefde met de natuurkrach
ten en zich een deel daarvan voelde,
dat aan de bezieldheid van bomen en
struiken, bergen, rotsen en meren ge
loofde, paste niet het gemak van de
alledaagse industrie.
Zij sloegen een kruis, als de Atlan
tische storm met razend geweld over
het eiland neerviel, maar zij mompel
den ook met schuwe blikken naar het
sombere, jachtende wolkenveld oud-
heidense banspreuken. Zij knielden
in innige vroomheid voor de verweer
de altaren van hun stenen veldkapel-
letjes, maar dan gingen zij naar bui
ten, waar het jonge koren uit de
grond schoot, en smeekten de boven-
en onderaardse machten om bijstand.
Voor hen was dat geen godslastering.
Eens, en misschien wel spoedig, zou
dat anders worden. Waar zou de ziel
van Ierland dan heengaan?
De hoge heer uit Londen vroeg mij
iets, ik schrok, maar Pat antwoordde:
„Zo gauw nog niet."
Toen ik hem vragend aankeek, ver
klaarde hij:
„Mister Alexander wilde weten,
wanneer je naar Duitsland terugkeert
en of je blij bent, je kameraden in
het regiment terug te zien."
Ik schoot onwillekeurig in een lach.
Dat scheen erg hard en boosaardig ge
klonken te hgbben, want Nikoline
keek mij bezorgd aan.
„Maar ruitertje.."
Pat legde met een lichte druk zijn
hand op mijn arm en er viel een plot
selinge stilte.
Nikoline redde de situatie en merk
te op dat mister Alexander beloofd had
haar de volksmelodische motieven in
de pastorale van Mahlers „Lied von
der Erde" te verklaren. Zij gingen
beiden naar de vleugel. Pat keek mij
onderzoekend aan:
„Ik geloof, dat je niet graag naar
je regiment terugkeert, Kaspar. Wat
is er met je aan de hand? Je bent
toch een Pruisisch officier?"
Ik moest mijn hart luchten.
„Als ik dat maar eens wist, Pat.
Alleen één ding weet ik zeker: tel
kens als ik aan het regiment denk,
krijg ik 'n gevoel van afkeer. Dat
domme kliekjesgedoe, al die bekrom
penheid en kleinburgerlijkheid bij al
dat feodale kabaal. Ik huiver ervan."
Pat hief een hand op.
„Overdrijf je nu niet ruitertje?"
„Beslist niet. Ik ril als ik aan die
dienstsfeer denk, aan die eenzijdige
geborneerdheid en enghartigheid".
Pat lachte.
Men moet in het leven dikwijls ril
len. Zo is dat nu eenmaal, ruitertje.
Maar hoe denk je dat wij allemaal
zouden rillen, als niet alleen de sol
daten in kazernes gestopt werden.
(Wordt vervolgd
fr* -«Sr
Een vlot vakantiejurkje van speciaal
geprepareerde katoen die zeer snel
droogt en geen strijkbout behoeft. Het
model is van het Londense modehuis
Brilkie.
De Spaanse regering heeft een decreet
uitgevaardigd volgens hetwelk alle biosco
pen tussen oktober en mei om midder
nacht moeten sluiten en alle schouwbur
gen een kwartier na middernacht. Van
mei tot oktober mag het een half uur
later zijn.
Krachtens hetzelfde decreet moeten res
taurants en koffiehuizen in de winter
maanden 's nachts om half twee sluiten
en om twee uur gedurende de zomer. Tap
perijen van sterke drank moeten precies
te middernacht hun deuren sluiten.
Een overeenkomstig voorschrift, dat in
april 1961 is bekend gemaakt, om de Span
jaarden af te brengen van hun voorkeur
voor late diners, middernachtelijke bio
scoopvoorstellingen en borrelen tot drie uur
in de morgen, werd algemeen door de bur
gerij genegeerd.
Diverse Parijse couturiers hebben in de
afgelopen dagen hun voorjaars- en
zomercollecties getoond. De eerste,
Pierre Balmain, heeft de vrouw haar
taille teruggegeven en belooft haar
overigens comfortabeler en gemakke
lijker kleding dan de laatste jaren. Zijn
silhouet is de pyramidevorm met
smalle schouders en idem taille, vaak
geaccentueerd door een ceintuur waar
onder een iets verwijde rok (zoom juist
onder de knie) driehoekig uitloopt. Dat
geldt voor de japonnen maar ook voor
de mantelpakjes, veelal in felle kleu
ren met brutaal rood als favoriet. De
jasjes zijn klein en nauwaansluitend
en reiken nauwelijks tot de heup, de
mantelpakrokken zijn licht-uitwaaie-
rand in plisse of andere platte plooien.
Net als Dessès die zijn collectie al eer
der toonde, bracht Balmain in zijn
japonnen ook varianten op de matro
zenkraag, maar dan in „dubbele" uit
voering, met twee zwart- en wit
gestreepte losse flappen op rug en
borst. Zijn meeste avondtoiletten volg
den de driehoeklijn, maar het meeste
succes hadden enkele kokervormige
avondjurken van 7/8 lengte, die met
leren ceintuurs gedragen werden. Er wa
ren volop kleine opgeborduurde parel
tjes, in rozetpatronen, soms in combi
natie met lussen en strikken van
satijnlint. Voor Balmain was het een
tamelijk conservatieve collectie, maar
ook een, die de tendens naar vrouwe-
lijker accenten nog eens duidelijk
onderstreepte.
Guy Laroche verrukte vele van zijn
showbezoeksters met een collectie, die
uitermate draagbare modellen bracht,
maar ook briljante creaties voor de
exclusieve smaken. In de eerste cate
gorie vielen o.a. zijfn tweedpakjes met
kleine jasjes en gemakkelijke rokken,
die van voren iets boven de taille uit
rijzen. Luisterrijk en bizar waren zijn
crêpe-japonnen in sorbetkleuren, met
veelrijïge halskettingen in contraste
rende kleuren als accessoires. Sommige
modellen hadden v-halzan, opgevuld
met driehoekige massa's pareltjes. De
décolletés waren decent, de rokken
reikten tot even onder de knie, maar
de sensatie kwam op taillehoogte. Een
jurk van zwart crêpe „bedekte" het
middenrif met de doorzichtigste mous
seline en een wit jurkje vam zware
witte kant in bloemmotieven veroor
loofde de kijkers een blik tussen de
bloemblaadjes door op taillehoogte.
Mooie maar extravagante kleurencom
binaties vormden een der hoogtepun
ten van de show, zoals een transpa
rante oranjekleurige organzamantel,
gedragen op een jurk van baby-roze en
bekroond door een roze- en abrikoos-
kleurige strohoed, welke combinatie
er uitzag als iets dat men in een ijsbar
bestellen kan.
Andere markante details waren: kor
te bolero's, van de schouders wijkende
„Bertha"-kragen tin balletjesjurken
niét een grote „flap" op de rug. De
mannequins waren, net als sommige
van haar collega's in Rome en Flo
rence eerder in deze maand, a la
Cleopatra gekapt en „gemutst", naar
het voorbeeld van Elizabeth Taylor in
haar nieuwe film over de oud-Egyp
tische koningin.
Jaques Heim tenslotte bracht ook al
een driehoekslijn, geïnspireerd op de
Eiffeltoren: nauwsluitende korte lijfjes
en jakjes, met geplooide lampekap-
rokken, wijd uitwaaierend over stijve
petticoats. Voor de avond onder meer
een zwart witte organza-balletjesrok
met witte bloese en vele met schitter-
steentjes versierde kokerjurken, waar
van er een, in abrikooskleur, franje
van boezem tot bodem had. Er waren
ook mooie chiffons in Griekse drape
rieën. De rokzoom voor overdag reikt
tot juist onder de knie, de taille is
slank, de bustelijn klein maar geaccen
tueerd.
ooooooocooooooooooooooooooooooooooo<xxx>X300oooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooockxx>oooooooooooooooooooocdoooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooc
Advertentie
maakt Uw groenten zo lekker.
In opdracht van de Amerikaanse
scheepvaartautoriteiten heeft de Bell
Aerosystems Company te Buffalo in de
staat New York een begin gemaakt met
de verwezenlijking van een project
voor de bouw van een grotere en ver
beterde „Hovercraft" waarvan men
hier een perspectieftekening ziet. De
plannen voorzien in een vaartuig dat
op een luchtkussen van zestig centi
meter dikte boven het wateroppervlak
kan zweven en dan een nuttige last
van vijfduizend kilo kan dragen bij een
snelheid van ruim honderd kilometer
per uur. Door het zeer dikke lucht
kussen zal deze „XHS-4" ook bij vrij
zware zeegang te gebruiken zijn, wat
bij eerdere type's „luchtboten" vrijwel
onmogelijk was. Het prototype zal
waarschijnlijk medio 1963 gereed zijn.
2223. Ja, dat was een mooie droom.
Maar aan dromen heb je niet veel.Vis
sertje Plum zou er weer op uit moeten
met z'n bootje.
Wel keek hij bedenkelijk naar de lucht,
ivant die zag er dreigend en donker uit.
Het leek wel, dat er storm op komst was.
Maar vissertje Plum besloot toch, het
er maar op te wagen. Hij dacht nog aan
z'n mooie droom: wie weet.misschien
had hij vandaag geluk! En zo dobberde
hij even later op de bruisende golven.
De olifanten zijn de luidste snurkers van de dierenwereld en hebben de
ergste nachtmerries. Welke man in de geschiedenis was de kieskeurigste slaper?
Dat was koning Lodewijk XIV van Frankrijk, die niet minder dan 413 bedden
bezat om zijn moede hoofd in neer te leggen. Het hoofdeinde van het bed van
Charles Dickens moest altijd op het noorden gericht zijn. Hij had het idee dat
hij anders niet kon slapen. De actrice Sarah Bernard had een bed dat vijf meter
breed was. Dit zijn een paar van de vele interessante feiten over het slapen,
door onderzoekers opgedolven voor een nieuwe Amerikaanse t.v.-produktie,
getiteld „De Bedkoets", waarin Tammy Grimes, Jackie Cooper en een stoer,
ouderwets bed de hoofdrollen spelen.
HAL BOYLE van Associated Press
geeft zijn landgenoten, die belang stellen
in hetgeen de mensen in de loop der
eeuwen zoal hebben gedaan om lekker te
kunnen slapen en wie stelt daar geen
belang in de volgende punten ter over
denking:
De helft van de Amerikanen heeft moeite
om in slaap te komen.
Gehuwden hebben minder last van slape
loosheid dan ongehuwden; weduwen,
weduwnaars en gescheiden personen
hebben er de meeste last van. Lieden,
die hoger onderwijs hebben geno
ten, slapen beter dan mensen, die al
leen een middelbare school hebben be
zocht.
De twee ergste vijanden van een gezonde
slaap zijn een slecht geweten en kom
kommers in het zuur.
De eerste springmatrassen gemaakt
van riemen zijn uitgevonden door de
Grieken, die eveneens het opvouwbare
bed „ontdekten".
HET WOORD BED is afgeleid van een
Indo-Europese term, die betekende: „een
uitgeholde plek om veilig in te rusten".
In Bijbelse tijden sliepen gewone men
sen op harde kussens, die overdag werden
gebruikt om op te zitten. Maar Salomo
had een bed, dat was vervaardigd uit het
welriekende cederhout van de Libanon en
het bed van Cleopatra was gemaakt van
ivoor en goud. Aan het voeteneinde stond
een gouden beeld van de god der liefde
een meter hoog die een gouden pijl op
de Egyptische koningin richtte.
Tot de 15de eeuw bezat in Europa zelfs
67 - 69
67. De Vaderlandse Nering Bank was een door en door
solied bedrijf, dat handeldrijvenden, beleggers en spaar
ders al sinds jaar en dag degelijke diensten bewees en
ter beurze uitstekend stond aangeschreven. Geen direc
teur was er nog ooit in het gevang beland, geen kas
sier was er ooit voortvluchtig geraakt; en de talrijke
cliënten ontleenden alleen al aan het betreden van het
riante pand een mooi gevoel van veiligheid en vertrou
wen waaraan, het zij gezegd, niet weinig werd bij
gedragen door de keurige en toch beminnelijke portier,
Petrus Johannus Klepperman, die wegens zijn uitste
kend groetwerk al op menig jubileum een horloge had
mogen ontvangen. Ook op deze noodlottige morgen was
de wakkere functionaris al vroeg in de weer om allen
die hier met hun geldzaken binnen gingen een goed
afgewerkt saluut te brengen. „Goedenmorgen, mijn
heer," zei hij daar dan steeds bij.
„Goeden morgen, heren," zei hij dus ook tot de Die-
nomaat en Jolliepop. Daar had natuurlijk de macht der
gewoonte hem even verschalkt doch niet langer dan
enkele seconden. Geschraagd door zijn langjarige er
varing begon hij te vermoeden, dat er met deze twee
cliënten iets bijzonders aan de hand was. „Die zijn hier
zéker niet gekomen om rustig zaken te doen!' dacht
hij. „Ik heb geen bewijzen, maar die twee vertrouw ik
niet!"
Een ogenblik later kréég hij bewijzen, want terwijl
er binnen een angstwekkend geknal en geknetter klonk,
stortten allen die voordien het gebouw betreden hadden
zich in paniek de straat op. „Dacht ik het niet?" vroeg
Portier Klepperman zich af. „Ze kunnen een goed por
tier niet voor de gek houden!"
de adel geen bedden. Ridders op reis voer
den strozakken mee om er zeker van te
zijn, dat zij iets hadden om op te slapen.
Koningin Elizabeth I van Engeland zat
bijna rechtop tussen veren kussens als zij
sliep. Haar bed was vervaardigd van ro-
zenhout en zo hoog, dat ze er via een trap
je in moest klimmen. Zij hield ervan even
als Catherina van Rusland, haar haren te
laten borstelen tot ze insliep.
Bedden stonden zo hoog in aanzien, dat
William Shakespeare in zijn testament
..op een na zijn beste bed" speciaal aan
zijn vrouw vermaakte, (het beste heeft
vermoedelijk zijn meest geliefde dochter
gekregen).
Parijse aristocraten van de zeventiende
eeuw ontvingen dikwijls vrienden en voor
name bezoekers, liggende op bedden die
op tronen leken. Zij volgden daarin de
Franse koning Lodewijk IX na, die op zijn
„bed der gerechtigheid" schuldigen von
niste en gunsten uitdeelde aan vrienden.
De vader van het moderne bed is, vol
gens Hal Boyle, de heer James Liddy lilt
Watertown, die de uit banden bestaande
vering uit de tijd van de Amerikaanse
pioniers verving door veren van metaal
draad.
Het bed van Abraham Lincoln werd op
een veiling verkocht voor 20 dollar (thans
ongeveer 72,-).
Tot slot nog enkele merkwaardigheden:
Augustus is de ergste maand wat slape
loosheid betreft. „Als u iemand met
snurken wilt doen ophouden, stoot hem
dan niet aan, maar fluit alleen zachtjes.
Er zijn drie snurkende mannen tegen een
snurkende vrouw.
Vrouwen lezen vaker in bed dan man
nen, nemen meer slaaptabletten in, slaap
wandelen meer, maar praten minder in
haar slaap en ze woelen en draaien zich
30 percent minder in haar slaap dan man
nen. Ze hebben ook minder neiging tot
tandenknarsen.
De meeste mensen hebben acht uur
slaap per nacht nodig, maar chimpansees
slapen graag 12 uur.... Orang oetans
slapen graag op een bed van bladeren in
de top van een boom, een meter of vijftien
hoog en gorilla's maken voor elke nacht
een nieuw bed, groot genoeg om er met
de hele familie op te slapen.
Kwartels slapen in een cirkel met de
koppen gekeerd naar de buitenste rand
van hun cirkelvormige, met veren be
klede nesten.
Advertentie