lil
Wilkie Collins
Vera
Caspary
Ngai<
3 Marsh
r
'i 3
PÜLLa WAM
ZATERDAG 10 FEBRUARI 1962
Erbij
PAGINA VIER
VAN DE VIJF HEREN Van Wickevoort Crommelin, die
ambachtsheer waren van de heerlijkheid Berkenrode bij
Heemstede, waren er drie verwoede en bekwame paarden
mensen, slechts de eerste en de laatste Heer van Berkenrode
hadden niet meer dan de normale belangstelling voor de
edele viervoeters. Drie generaties achtereen was de naam
Van Wickevoort Crommelin nauw verbonden met de wereld
van het paard, meer in het bijzonder van dit van het edele,
snelle paard. Geen wonder, dat bij de oudere paardenmensen
de naam „Crommelin", zoals de heren in de wandeling
gewoonlijk genoemd werden, nog steeds een goede klank
heeft Toch is het alweer vijftig jaar geleden, dat de laatste
der drie paardenminnende heren zich met de paarden
bemoeide.
K
18'TG
Tofdml: M^fe o'm^urTe^reLTll M°°rd de StUdi° (Artists
Bert
De laatste der drie „paarden-Crommelins"
verkocht 's lands beste draver-stoeterij
/1Itf me\ Aarnoud Hendrik rij van Amerikaanse harddravers, een nog- omdat in geen enkel land als Holland, per-
~"J j komt zijn naam voort- al revolutionair idee in die dagen. Ameri- soonlijke geneigdheid of ongeneigdheid een
durend tegen m de oude stukken, want het kaanse dravers waren zeer snel, dat wist zo grote rol spelen in de paardensport als
moet een roerig man zijn geweest: her- men, maar ze werden niet gefokt om hun in ons lieve vaderland." Ik laat die op-
opnchter van het aloude Haarlemse „Lof- uiterlijk, doch uitsluitend om hun snelheid, merking voor wat zij was, maar het staat
jeyce ssenweyers Gilde later Deken En dat wilde er hier nog niet al te best als een paal boven water, dat de heer
hiervan tot_ aan zijn dood, toen hij opge- in. Crommelin pakte de zaak consequent Crommelin zich diep gegriefd heeft ge-
aan, ging naar Amerika, kreeg er rela- voeld doordat men een zijner paarden uit
floot! In werkelijkheid had men natuurlijk
De Cruquius-boerderij was indertijd
een „model-boerderij". Behalve paarden
stond er ook rundvee en werd t.b.-
vrije melk geleverd. Het ronde gebouw
is de z.g. Amerikaanse koestal.
volgd werd door de befaamde Haarlem
mermeerse hereboer Mr. J. P. Amers-
foordt. Hij was voorts mede-oprichter van
het „Sociëteit ter bevordering der verede
ling van het paardenras in het Hojyinkrijk
Nederland", waarvoor men gelukkig de
kortere naam „Kennemer Sociëteit" uit
vond. Deze zeer exclusieve vereniging, een
soor Nederlandse „Jockey Club" met als
leden onder meer de prinsen van het Ko
ninklijke Huis, heeft in het midden der 19e
eeuw getracht hier een Volbloedfokkerij en
Renwezen in het leven te roepen zoals men
die had in Engeland en zoals die in navol
ging daarvan ook in andere Westeuropese
landen werden gesticht.
Ik mocht daarop reeds wijzen, toen ik in
Erbij schreef over de (nog bestaande) stal
len van „De Hartekamp" nabij Benne-
broek. Want ook Baron Van Verschuer was
„van de club", om het woord van Jhr.
F. van Lennep te gebruiken. En al heeft
men Mr. Amersfoordt nooit er toe kunnen
bewegen om snelle paarden te gaan fokken
en ze op renbanen te laten lopen, wèl had
deze grote pionier der „wetenschappelijke
landbouw" andere punten van gemeen
schappelijke belangstelling. Zowel Van Ver
schuer als ook Amersfoordt en Crommelin
stelden een meer dan gewone belangstel
ling in alles wat landoouw en veeteelt be
trof. Van Verschuer hield er op zijn eigen
buiten geen vee op na en op Haarlemmer-
meerse boerderijen vlak onder Bennebroek
gelegen, werd de landbouw beoefend.
Mr. Amersfoordt woonde op zijn 200-ha-
grote bedrijf, waar zich thans Badhoeve
dorp uitbreidt. Dit was nu eenmaal zijn
standpunt: een here-boer, die werkelijk de
landbouw wil dienen, moét op zijn bedrijf
wonen. Dit deed vrijwel geen enkele groot-
grond-eigenaar uit de Meer Dat deed Ds kocht Amerikaanse paarden om mee voor de notaris een klassieke, degelij
Van Voorst niet, dat deed ook Mr Aar- te fokken' liet zicil steeds door Amerikaan- ke boerenwagen en vanaf die eerste
noud van Wickevoort Crommelin niet Hij ?e deskundiSen voorlichten, vooral over de verkoping werd dat de traditionele vei-
bleef op Huize Berkenrode aan de Heren- J'ui®te wi;ize van beslaan der paarden en lingmeestersplaats.
weg te Heemstede wonen Ook toen hii in ad "a betrekkelijk korte tijd de beste
de Meer grond had gekocht nabij de Spaar- draver-stoeterij van ons land. Een stoete- OM KORT TE GAAN: de verkoping werd
ne-uitmonding en daaron de al sooedis be- rlj> welke zelfs over onze grenzen, in lan- een Sroot Pieces, alle paarden gingen in ge
kende Cimquiu" boekerij" had Sieht. den' waar *nen ook nog niet zo dik in de andere handen °ver met uitzondering van zijn typische opmerkingen, vastgelegd in
Amerikaanse dravers zat, een zekere ver-
VAN MR. AARNOUD is heel wat té ver- maapdheid genoot. Aarnoud Hendrik was
tellen als „paardenman" en zeker ook ec er eigenlijk in zijn hart meer wed-
van zijn oudste zoon HENDRIK (1832-1901) strijdman, strijder op de renbaan, dan
Misschien is déze Crommelin wel de knap- i°kker- En wat er nu precies gebeurd is,
ste paardenkenner van de drie geweest. :s me ndg altijd niet helemaal duidelijk,
Velen hebben hem nog gekend of hij leeft maar op de Woestduin-baan moet in de
althans zoals bij mij door de eens zomer van t jaar 1901 het publiek één zij-
vertelde verhalen in de herinnering voort. fer Paarden hebben uitgefloten. Dat was
Enkele jaren geleden stierf een brave m. iaar waarin zijn vader in juni het
man in Hoofddorp, die nog als koetsier op tijdelijke met het eeuwige had verwisseld,
de Cruquius-boerderij bij de heren Crom- 1
melin had gediend. Hij had zowel „de oude ALS EEN DONDERSLAG aan heldere
heer Crommelin" gekend als zijn zoon Paardenhemel maakte Aarnoud Hendrik
„Arnold". Die „oude heer" was Hendrik daarop bekend, dat hij nimmer meer een Charles Dickens is wel eens de voor
van Wickevoort Crommelin en „Arnold" Paard, dat aan hem toebehoorde zou laten loper van onze tegenwoordige detective
stelde die boekjes helemaal zélf samen.
Daar kwam geen makelaar of notaris aan
te pas. Men krijgt sterk de indruk, dat
hij'zijn paarden al „op papier" voor een
deel aan de man had gebracht, zó over
tuigend wist hij z'n produkten te beschrij
ven. Zo wees hij er elk jaar weer op-
Wickevoort
Berkenrode,
Aarnoud Hendrik van
Crommelin, Heer van
van de Cruquius-boerderij,
paardenfokker, lid der ge
meenteraad van Heemstede, stierf II
;bruari 1912, een halve eeuw geleden.
eigenaar
beroemd
de rijder de pikeur uitgefloten, maar
Crommelin voelde het alleen maar als een
belediging zijn stal aangedaan en dus.
hém persoonlijk.
OVERIGENS WERD DIE verkoping een
geweldig succes waardoor de naam van
de Cruquius-boerderij als stoeterij van
Amerikaanse dravers nog eens extra werd
onderstreept. Het gezelschap, dat de reis
naar de Cruquius ondernam werd gevormd
door het merkwaardige mengelmoes, de... besten, die door de eigenaar werden
waaruit altijd de eeuwen door de wereld opgehouden! Later werden vanaf 1906 tot
der paardenmensen heeft bestaan: ener- en met 1910 verkopingen van fokmateriaal
zijds de „high society", anderzijds veel herhaald en er was steeds veel belang-
boeren, handelaars, officieren, maar ook stelling voor. Niet in het minst door de bij-
doodgewone belangstellenden, die overal zondere sfeer welke daar hing en welke ge-
opduiken, waar ze maar paarden vermoe- dragen werd door de eigenaar der Cru-
den. Zo was het dus ook op die merkwaar- quius zélf. Van Merkesteijn zegt in zijn
dige 14e augustus 1901, toen langs het „Hippische Schetsen" over de eerste ver
overigens zo stille weggetje, dat vanaf het koping onder andere: „De heer A. H. van
„groene kerkje" op de oude dorpskern Wickevoort Crommelin was bij de gehele bekwaamheid en dat was niet van stro.
van Heemstede, zich slingerde langs de verkoping tegenwoordig en het ontbrak Adem noch uitwendig voorkomen, kon men
ruïne van het slot naar de Cruquiusbrug, niet aan kernachtige opmerkingen van zijn
een plotselinge levendigheid door de fiet- zijde." Van der Wal, een gepensioneerde zeSgen, hadden bi.j de eigenaar van
sen, voetgangers en rijtuigen was ont- kapitein-paardenarts, die in Heemstede op enza te lijden gehad. Een paar achter
staan: hoge personages der Nederlandse het Raadhuisplein woonde en vooral in de mijn rug zeide: Een echte mannetjesvent".
draf- en renkringen, pikeurs, paardenlief- Haarlemmermeer veel heeft gedaan en
hebbers uit de onmiddellijke omgeving, bereikt voor de paardenfokkerij, maak-
Velen kwamen alleen maar om eens een te in 1906 zo'n verkoping mee en schreef
kijkje bij de befaamde stoeterij te kun- ervan: Hetgeen er te zien was, was zeer
nen nemen. In de koestal kon de Inwendi- de moeite waard, zowel wat de paarden
ge mens versterkt worden door de goede betrof, als de notaris, die op een geïm-
zorgen van de hr. Brinkmann van de proviseerde troon (boerenwagen) met zijn
Grote Markt. De eigenlijke veiling vah de staf had plaats genomen. Nadat de nota
de catalogi van zijn paardenveilingen. Hij men beter met rouwrand kunnen uitgeven,
want het was de aankondiging van de
algehele opheffing der stoeterij: 1911 was
namelijk het voor de draversport zo ramp
zalige jaar, waarin de totalisator werd
verboden. De heer Crommelin zag dat het
geen zin meer had om dravers te fok
ken, want ze zouden moeilijk te verkopen
zijn. Hij was resoluut- en maakte er met
één handomdraai een eind aan. Natuur-
nieuw op, dat men „beslist koopjes kon lijk, daar kan men zéker van zijn, heeft
komen halen". Wanneer de monsterknechts
niet hard genoeg liepen of de paarden
niet gunstig genoeg voorbrachten, nam
Crommelin zélf de paarden over. Volgens
van der Wal gaf hij dan „een proefje van
ZIJN BESTE HENGST „Concurrent"
moest voor een deel vooral door zijn na
komelingen beroemd worden. Maar Crom
melin ondersteunde de reklame-campag-
ne met kernachtige gezegden. Zo liet hij
hem dit besluit heel veel gekost. Om zo
maar een stuk levensarbeid plus een 'fa
milietraditie- over boord te zetten kost
meer dan te beschrijven is. Dat hij niet
geaarzeld heeft en niet nog een paar jaar
heeft geprobeerd voort te sukkelen, is
wel een bewijs, dat men hier met een
man van karakter had te maken, iemand
die knopen durfde door te hakken.
Hij liet nog in de stalkleuren een
catalogus drukken. Dit keer jn de En
gelse taal: „Stud-farm-Cruquius-Boerderij"
Hij leidde zijn verkoopbaar materiaal in
met de volgende aan duidelijkheid niet
te wensen latende woorden: „As the „An-
ti-Betting-Law" in Holland had killed, in
one blow, the whole breeding of trotting
horses, I will sell all my remaining young
stock advertised in this catalogue by pri-
op een foto van hem met zijn hengst vate sale". Vervolgens deelde hij mede,
- - ,i drukken. „Hij die gev/end is met een veu— bii él zün fnkmprrip? mpf Hp prhii
paarden werd geleid door notaris Boerla- ris de condities had voorgelezen, voegde len van Concurrent» te rijden, en deze ?0pende veuleSs Sevens Te itoeteri
ge, die de belangen van meerdere genera- de eigenaar met heldere stem er nog een f andpr„ r„rien niet meer ae- 'open°e veuiens Denevens ae stoeterij
tiès Crommelin heeft behartigd. De ver- en ander bij, waarmede hij de aanwezi- Tuikt raad ik ïn eeTvliegmaTtncte ST nT-T'Tlt 1% Tu °d w T
koper had gezorgd voor een goed podium gen nogal vermaakte; aan humor heeft
o /-U-f Vvof on i ffo+n miH/Jol
het gedurende de gehele verkoop niet ont
broken..."
DAT DE LAATSTE der drie „paarden-
Crommelins" een originele figuur was mo-
onder meer blijken uit enkele van
Oude en nieuwe misdaadverhalen
kopen, aangezien dit het enigste middel tenland af.en op een gegeven moment
is, dat er in snelheid het dichtst bijkomt'verkocht Crommfelin alle 13 paardén tege
lijk aan zekere Herr von Marx, „Köngl.
IN HET ARCHIEF te Heemstede liggen Landrat", te Hamburg,
de keurige catalogi der verschillende ver
kopingen, uitgevoerd in de kleuren wit en HIJ HEEFT ZIJN PAARDEN beslist ont-
blauw, de kleuren van stal Crommelins. zettend gemist, dat is zeker. En hij zocht
De laatste in deze kleuren gedrukt had enige compensatie door de trachten in
België, even over de grens, (op de baan
„Wiltrijck" nabij Antwerpen) draverijen
te organiseren en op die manier de Ne
derlandse dravèr-eigenaren en draver
pikeurs nog een kans te geven zich aan
hun liefhebberij (èn broodwinning) te wij
den. Hij begon hier onmiddellijk mee in
1911, doch zou het niet lang meer vol
houden want op 11 februari 1912 stierf
hij als gevolg van een longontsteking.
Aan zijn graf sprak Jhr. Mr. D. E.
van Lennep, burgemeester van Heemste
de, woorden, welke de overledene typeer
den. Hij schetste hem als een levenslus
tig man met een week hart, die zo bui
tengewoon sympathiek bij droefheid zijn
stone. The Moonstone kan werkelijk gel
den als een „classic" in de detectivelittera
tuur, inderdaad een der vroegste uitingen
in het genre, al mist het evenals het
meeste werk van Poe's vroegste navolgers
de scherpe redeneertrant die kenmer
kend is voor de schepper van verhalen als
De moorden in de Rue Morgue en De ge
stolen brief. Poe wist we hebben het
hier al eens eerder betoogd de twee kan-
Publiceerde Wilkie Collins in 1859 zijn
The Woman in White, dat trouwens niet
eens een detectiveroman kan worden ge-
dat uw aandacht gevraagd wordt voor dit
merkwaardige drietal, waarbij ik meer in
het bijzonder wil stilstaan bij de laatste.
Ook al omdat er nog velen zijn, die hem
gekend hebben. Aarnoud Hendrik is groot
geworden tussen de paarden op de Cru
quius-boerderij. Hij heeft daar zijns va
ders successen met de befaamde hengst
Pullaway (waarvan de herinnering leven
dig wordt gehouden door een gedenksteen
in de noordmuur van het grote stalgebouw)
nog meegemaakt. Zijn vrouw was Jkvr.
Elizabeth van Lennep en het echtpaar heeft
eerst op Klein-Berkenrode gewoond. In 1903
trekken zij in Huize Berkenrode, nadat de
oude mevrouw de wens te kennen heeft
gegeven liever op Klein-Berkenrode te gaan
wonen.
ALS IK TIJDGENOTEN en papieren
bronnen goed heb begrepen, war Aarnoud
Hendrik een origineel man, iemand, die
zo nu en dan nogal opvliegend was, dunkt
mij en dap misschien wel eens beslissin
gen nam, waarop hij later liever terug
wilde komen. Men moet beslist om hem
hebben kunnen lachen. Dat blijkt uit ver
schillende uitspraken.
Om zijn houding te kunnen begrijpen
moet men weten wat hij eigenlijk met al
zijn paarden deed. De „jonge heer Ar
nold", zoals de oude koetsier hem noemde,
had zich namelijk toegelegd op de fokke-
ten van zijn wezen, het romantische en het
rationele, gescheiden te houden en uitte het
ene voornamelijk in zijn gruwelverhalen,
het andere in zijn wezenlijke detective-
stories; zijn negentiende-eeuwse navolgers
schrijven detectiveverhalen waarin alle
ingrediënten van de romantische littera-
tuurvorm: melodramatische scènes, gru-
weleffecten, geheimzinnige situaties en*
figuren, tragische sterfgevallen etc niet het genoegen van de toekomstige lezer te
alleen voorhanden zijn, maar meestal ook bederven. Wie een verhaal vol typisch
de speur-intrige overvleugelen. Een vaar- romantische attributen op prijs weet te
dige, maar lang-ademige verteltrant doet stellen, zij verwezen naar de Nederlandse
wel, deze Wilkie Collins. Het blijkt even
eens uit De vrouw in het wit (nog onlangs
door de.A.V.R.O. in hoorspelvorm uitge
zonden) dat, niettegenstaande vele motie
ven, situaties en figuren door de heden
daagse lezer nauwelijks meer au sérieux
kunnen worden genomen, zo knap en
boeiend verwikkeld is, dat het ook van
daag nog genoten kan worden door wie
de lange adem op de koop toe wenst te
nemen.
DE TEKENAAR Walter Hartright wordt
geëngageerd op het landgoed Limme-
ridge House om les te geven aan de
halfzusters Marian Halcombe en Laura
Fairly, Hartright wordt verliefd op Laura,
doch deze heeft haar vader op diens sterf
bed beloofd, te zullen trouwen met Sir
Percival Glyde. Ondanks anonieme waar
schuwingen en het verschijnen van een
„vrouw in het wit" op het graf van Laura's
moeder, gaat het huwelijk met Sir Perci
val door, maar Laura beleeft er, zoals te
verwachten was, weinig plezier van: over
Sir Percivals verleden ligt een geheimzin
nig waas en bovendien blijkt hij onder de
invloed te staan vap een duistere figuur,
graaf Fosco, een figuur tussen twee haak
jes die Collins met veel overtuigingskracht
tekent. De adembenemende situaties zijn
vervolgens niet van de lucht: de vrouw in
het wit wordt geïdentificeerd als de uit
een inrichting ontsnapte geesteszieke doch
ter van een vroegere huishoudster van Sir
Percival, Sir Percival en graaf Fosco blij
ken op Laura's vermogen te azen. Walter
en Marian ontvangen al spoedig bericht
van Laura's onverwachte doodDe
intrige is te verwikkeld om er veel meer
van na te vertellen, teveel op die verwik
keling gebaseerd trouwens ook, om er
meer van na te kunnen vertellen zonder
en „me
nige raadsvergadering zou minder opge
wekt geweest zijn, wanneer Crommelin
er niet was geweest en zijn practische
blik in zaken was der gemeente tot voor
deel.
Hij was in brede kringen een populair
man, populair in de goede zin van het
woord.
Wouter Slob
„WILLIAM WILKIE COLLINS (1824— sponnen met de melodramatiek die veel komt bewijzen dat de diamant is wegge-
1889), Engels romancier, een vriend van schrijvers van het tijdvak eigen was. nomen door een zich daarvan geenszins
bewuste slaapwandelaar! Voorwaar een
,™1U18C uci.ov.nvc- HET JAAR 1866 BRENGT het eerste anti-climax voor de lezer, die zich, een- tu kt
was zijn zoon Aarnoud. Volgens deze snor- uitkomen in Nederland op een renbaan. En schrijvers genoemd". Aldus de uitgever detectiveverhaal in romanvorm: L'Affaire maal op dat punt aangeland, niettemin Belangstelling kon tonen. In de gemeente-
rebaard moet de „oüde heer" een „fijne dat nadat Stal Crommelin negen jaar ach- (L. J. Veen) op de achterkaft van Wilkie Lerouge, van de Fransman Emil Gaboriau, heeft beziggehouden met een hoogst onder- van weemstecie was mj „de prac-
koetsier" geweest zijn. Hij zette rustig twee tereen aan het hoofd der winnende stal- Collins' De vrouw in het wit, voor de reeks en 1866 tenslotte Wilkie Collins' The Moon- houdend boek. Vertellen kan hij namelijk t,scne man en ae vrolijke man
hengsten naast elkaar in het span. Nu zegt len had gestaan! In een brief aan de heer Amstelboeken vertaald en bewerkt door
dit u, groot geworden als ge zijt in een bijna Bultman, eveneens een paardenman-van- R. W. M. VeenBakhuis,
paardenloze omgeving en vertrouwd als u naam, wonende op „Hermans Hoeve" in
bent met motorrijtuigen, misschien niets, RiJk (thans Schiphol) schreef Crommelin: Het ]jjkt ons dat by deze bewering de
maar weet dan, dat er in Nederland wei- .De reden van de verkoop van alle mijne chronologie we'i enigszins uit het oog is
mg paardenmensen zijn te vinden die twee harddravers is voornamelijk te danken aan verloren- hooestens zou men Collins Ho
hengsten naast elkaar dtirven inspannen en de houding van het publiek op de tribune voorloper van de EnsTeTetectWeschrb-
er mee de weg op zouden durven gaan. te Woestduin waar het zonder enige reden
rommelin deed het en daarmede verdien- paaid uitfloot, t welk zijn record 5 bet algemeen desnoods, maar het vader-
de hij op slag zich een naam als „paar- seconden verbeterde en naar mijn mening schaD v h t e g h t h
denman". Jhr. van Lennep heeft in zijn getracht heeft te winnen. Ik geef u bij zgk^ toekennen
studie over Appie en Ampie (Jaarboek dezen de verzekering, dat er in ons land
Ver. Haerlem 1960) geestig en meesterlijk vanaf heden nimmer een enkele harddra-
de figuur van Hendrik beschreven; niet ver meer zal starten onder mijn naam of
hem alleen, doch ook het echtpaar. Daar pseudoniem." Voqr zover ik heb kunnen
kan men onder meer lezen, dat Hendrik nagaan is dit laatste danook niet meer
altijd op de bok zat van zijn rijtuigen en gebeurd. Ook ging de verkoping van een ÏPem i en ln 1868 detectiveverhaal The
zich van society-plichten weinig aantrok, gedeelte van zijn fokmateriaal door. Hoe- Moonst°ne> met Poe's The Murders of the
Hij en zijn zoon Aarnoud Hendrik zijn vol- wel hij misschien impulsief als hij was ^ue Morgue was reeds in 1845 de eerste
gens Van Lennep „potelingen" geweest, met alles had willen ophouden, werd al detectivegeschiedenis in de strikte zin van
die onder meer twee dieven met hun blote spoedig in „De Meerbode" bekend ge- ke': woord verschenen. Het is voorts nie-
handen vingen en ze met koetouwen (die maakt, dat hij wèl zou blijven fokken om nJand "tinder dan Dickens, die in 1850
immers tóch in de vestibule van Berken- de produkten dan op 3-jarige leeftijd te d'nnen ket raam van zijn roman Bleak
rode lagen!) vastbonden. Hendrik i- de verkopen. Aan de sport doet hij dus niet House reeds een detectiveverhaal invoegt,
„oude heer Crommelin" dus stierf op meer actief mee. Volgens Bultman moet ln de vorm van de moord op de advocaat
het veld van eer. Tenminste men kan rus- de „gentleman-rider" Abraham van Hobe- Tulkinghorn, die door de Scotland-Yard-
tig aannemen, dat dit door hem zo gevoeld ken, toen naar hartelust in Engeland rij- insPecteur Bucket wordt opgelost een
zou zijn, toen hij verscheiden moest als dend en mennend, eens tegen hem gezegd episode die alle typische kenmerken van
gevolg van een val van zijn dogcart. hebben, „dat Holland het beroerdste land het Senre bezit. en die dus feitelijk als de
TH.Ha „.XT voor de paardensport is, dat er bestaat, eerste detective-intrige van Engelse bodem
THANS BEN IK DAN gekomen aan de mag gelden In 1859 verschijnt dan The
laatste der drie paardenmensen, aan Aar- Gedenksteen in de noord-muur van de Woman in White in Dickens tijdschrift All
noud Hendrik (1864-1912), en het is eigen- grote schuur ter herklnering aan de beste the Year Round, in 1860 in boekvorm. Als
lijk omdat het morgen 11 februari, juist een hengst van H. v. Wickevoort Crommelin gezegd: een detectiveroman is het niet, wel
halve eeuw geleden zal zijn, dat hij stierf, ttpuuaway"_ piat was nog in de tijd van een verhaal rond een misdaadgeval, uitge-
snelle koets en sierlijke équipe-paarden.
ook bij een boek als The Moonstone de
versie van Collins roman in de ruim 400
Wat volgt is èen ontwikkeling vol verras
singen, intelligent in elkaar gezet en met
vraag rijzen of in de negentiende eeuw bladzijden tellende dubbel Amstel-pocket spanninj? en vaart geschreven door een
Pfl Vl "f ColHF unnr imol mnlr ml li /->+• Ir v vrnmxr H10 Cforo y-n ooclorocce ic i v-i Kol r- r-. 1—
(en hetzelfde geldt voor veel werk uit het
begin van de twintigste) het genre eigen
lijk wel rijp was voor de romanvorm en
niet beter gedijde in die van het korte ver
haal. Het verhaal van „de maansteen", de
verdwenen kostbare diamant van Lady
Verinder, is bijzonder goed geïntrigeerd,
maar niettemin moet men tot de conclusie
komen dat Collins' speurder, inspecteur
Cuff van Scotland Yard, niet tot de han
digste detectives behoort: in het eerste deel
van het boek verdenkt hij een onschuldig
dienstmeisje, dat zich hyper-romantisch
De vrouw in het wit.
VOOR DE MODERNE smaak is er in de
Prisma-reeks een bijzonder geslaagde
vrouw die een meesteresse is in het schep
pen van beklemmende situaties en intri
gerende karakters.
LIEFHEBBERS van de Nieuw-Zeeland-
,u't, wanhoop daarover in het leeft zich zo volkomen in het wezen van
drijfzand stort, vervolgens verdwijnt hij de vermoorde in, dat hij op een gegeven
de hele tweede helft van het toneel, om moment moet bekennen, verliefd op haar
pas na zijn pensioen terug te keren en te zijn geworden. Over haar mijmerend
dan nog de zegepalm te zien wegdragen doezelt hij weg in zijn stoel, tot hij gewekt
door een aan opium verslaafde arts, die wordt door een geheimzinnige stem
vTfrJT 06 vaard.ige thriller-schrijfster se schrijfster Ngaio Marsh zullen het Pris-
al bekendheid heeft gekregen door de Fox
film Laura, met Gene Tierney en Dana
Andrews. Een heel bijzondere manier van
speuren in dit verhaal: rechercheur Mc-
Pherson, belast met het onderzoek in de
moord op de mooie jonge vrouw Laura,
in
crime) met vreugde begroeten. Als een
groep aankomende schilders zich amuseert
met het uitdenken louter in theorie
van de volmaakte moord op een schilders
model en zo'n moord heeft dan een v/eek
later in de praktijk plaats dan zijn er
slechts de vaardige pen van Ngaio Marsh
en het vernuft van haar speurder, hoofd
inspecteur Alleyn, voor nodig om uit dit
gegeven een detectiveroman van de boven
ste plank geboren te doen worden.