„Perzen hadden eeuwen voor Christus
alles al gezien, gezegd en uitgedrukt"
EEN BIOGRAFIE VAN
MICHELANGELO
DOOR IRVING STONE
6
l
DE WATERVAL IN HET GROENE DAL
BS—SS Ss
SM wg EfiCHSs
„Meneer Karei" van de
t.v. in Oostenrijk splijt
het volk in twee kampen
EXPOSITIE IN PARIJS OVER
7000 JAAR IRAANSE KUNST
Tussen mens
en marmer99
introductie
tot levend
begrip der
Italiaanse
Renaissance
PAGINA V IJ F
Bob Burn
i
(Van. onze correspondent)
PARIJS. Hoewel de onmiddellijke aan
leiding (het staatsiebezoek van het Iraanse
koningspaar aan Parijs en de 2500ste verjaardag
van het koningschap in dat land) al weer even
naar het achterplan verschoven is, blijft in het
Petit Palais de expositie „Zevenduizend jaren
kunst in Iran" nog duizenden mensen trekken.
Een toeloop waardoor de organisatoren zelf ook
overdonderd lijken, want de onontbeerlijke en
prachtig uitgevoerde catalogus is nu alleen nog
maar antiquarisch te verkrijgen. Men ziet vele
groepen van leerlingpn of studenten van aca
demies van beeldencje kunsten die door experts
worden rondgeleid, en opvallend is eveneens
hoeveel tekeningen en schetsen worden gemaakt.
De collectie zal ook naar Nederland worden
overgebracht, en we kunnen de belangstellenden
tevoren nu al wel verzekeren dat hun nu een
gebeurtenis van hoge en bijzondere orde te
wachten staat.
BIJ DE UITGEVERIJ Hollandia n.o.
te Baarn is verschenen „Tussen Mens en
Marmer", het eerste van de uit drie de
len bestaande „Roman van het leven van
Michelangélo" van Irving Stone, auteur
ook van „Het leven van Vincent van
Gogh". De vertaling is van Clara Eg-
gink. De verschijning van deze uitgave
valt op gelukkige wijze samen met de ex
positie van Italiaanse bronzen in het Rijks-
museum. In mijn verslag van deze expo-
katten, en hun virtuositeit drukte zich sigtig wggs ik op een toch te grote 0nbe-
blijkbaar even gemakkelijk uit in steen en kendheid van het publiek met deze kunst.
brons als in zilver of goud. Elk dier heeft lk heb getracht vergelijkingen te maken
zijn karakteristieke expressie en trekken mgt mger vertrouwd te achten kunst. Ik
behouden; de fierheid van de leeuw, de heb gewezen op kwaliteiten die ook voor
geslagen domheid van het varken, de gra- dg mgns van vandaag van belang kunnen
tie van het hert, de samengebalde spier- zi-n En inmiddeis bleek mij dat verschei-
kracht van de bok om niettemin te dgng jongererli studerend voor de middel-
worden getransformeerd of gestileerd om barg tekenaktes, moeilijker te interesse
als handvat, tuit, steel te kunnen dienen. zijn voor deze kunst dan voor die van
En diezelfde harmonie tussen realisme en dg Qudg Egyptenaren, van Middeleeuwers,
stilering vindt ge eveneens in de ajbeel- van oude Öost-Aziaten of Midden-Ameri-
dingen van menselijke gestalten als de be- kanen Merkwaardig is het feit dat een
roemde vorsten Persepolis, Darius „Ko- dertigtal jaren geleden de Italiaanse Re- .rHor
ning der Koningen", „Xerxes of figuren naissance een door vele kandidaten voor door de c
uit de Duizend en een Nacht bedoelde akte gekozen onderwerp uit de genoiene.
t, kunsthistorie was. Misschien mag men
ANDRE MALRAUX, Frankrijks huidige veronderstellen dat in de bewustwording
naars in tot zelfs een kort verleden som- kunnen doen verlangen naar een weerzien
mige kunstbeschouwers en verscheidene van de eveneens topografisch juist beschre-
schrijverer toe verleid zich te uiten in ven plekken,, die ,ik_ leerde kennem Maar
de biografische romanvorm ter lering van Simenon geeft mij ook een
roemde vorsten Persepolis, Darius Ko- 27rttgtaïlar7ngeïeden de Italiaanse Re- J* de'overg^te"JSÏÏiVomtMntVet ken* zemend voor me. Ik'moet melden
mncr Hpr Komnffen ..Xerxes of figuren nmio u-nYtflirlnton nnnr ae overgrote ver u s ....„JMinrton uan Mirhplaneelo m
minister voor de cultuur, heeft m zijn bij- van eigentijdse stijl het voorbeeld der Ita- jrviNG STONE koos zich een der groot |gn ecmer verscneiueuc -r>
van wlkeren liaanse Ze™is°an,C? 1 ste ons wel bekende maar niet steeds ver- die ik toch gaarne aanbeveel. Er is bij-
dat de wandelingen van Michelangelo in
Stone's boek me niets deden.
BIJ HET VELE DAT Stone belicht vie
len echter verscheidene andere dingen op,
Miniatuur, daterend van ongeveer
900 jaren vóór Christus.
noemd dat op een kruispunt van volkeren
en stromingen een cultuur-synthese van
waarden en activiteiten tot stand wist te
brengen. Dat samenbindende element fn
de eeuwenoude Iraanse cultuur verklaart
dan ook het feit dat we op deze
monstershow voortdurend op bekende
stijlelementen uit het Verre Oosten,
Indonesië. Japan, China, van Romei
nen en Grieken en ook uit de
passen. Zeker acht ik het dat bij de ont- trouwde figuren. Hij tracht niet alleen een voorbeeld een gesprek tussen de dertien
moeting met een oudere kunst het zoeken beeld te geven van Michelangelo's ontwik- iarige Michelangelo met leerlingen van
naar altijd levende waarden meer is gaan ke)jng maar gaat ook uitvoerig in op stad gejjjke leeftijd en oudere medewerkers
gelden. en landschap, maatschappelijke omstan- van Gbjriandaio's atelier over de betek--
digheden, ideologieën, collega's, kortom al- nig van de beeldhouwkunst tegenover die
les wat met Michelangelo en zijn tijd te van dg scbjiderkunst; een altijd intrige-
f>f mddfrnf KUNST heeft het moge- maken heeft gehad. Voor dit werk heeft rend probieem. Op werkelijk eenvoudige
DE MODLRNL KUJNal neen. net mug tiia tp Florence en Rome wiov oen Hmr ïnn-
lijk gemaakt meer gevoei voor en gevestigd. Hij genoot de medewerking van 'n' gn eenv-oudigen bekeken probleem,
Vlaamse Middeleeuwen schenen te stui- «3
tact tussen oost en west gelegd, waarvan het gevaar dat ook bij de kunstbeschou- meten shet al auiaei J .g ngme. meer, ook op een ruimer geoiea, a
levensbeschouwing of religie. Mij hindert
de sporen ook in tal van voorwerpen zijn wing middel als doel zal worden gezien. mogelijk dit uit die kunstwerken >e d Vêsnrek dat wordt gewag gemaakt
terug te vinden. Merkwaardige associaties Het deel willen hebben aan de problema- "J* vlor wie dat moeilijk is maakt Sto- dlt £fPn -■ -
dringen zich op in dat verband, en zo lij- tiek van het ontstaan van het kunstwerk gemakkelijker want net van TaP j,.
OVER VEERTIEN uitgestrekte zalen ken sommige tot vazen of kruiken herscha- maakt dat velen wat onverschillig staan nes werk dat gemak vervloekend zijn reac_
ijn die getuigenissen van zevenduizend pen dieren uit de potterie van Picasso in tegenover volmaakte oplossingen. Men be- d°eJeglPechPter te veej. Als voorbeeld daar. lo gfSDrek Maaf Stone kent de
jaren kunst verspreid, onderscheiden naar yalauris afkomstig te zijn. wondert hooguit knapheid en gaat verder. rnn. „,aarin iede- in dlt,_ PwPt
van mislukking", „zichzelf
en „verdoofd toegevend", al-
zijn die getuigenissen van zevenduizend dieren uit de potterie van Picasso in tegenover volmaakte oplossingen. Men be-
I-™- naar - knapheid en gaat verder, "ik naar het begin, waarin iede- nalianenbe°te7 dan schrijver dezes. Het
Toch is er nog steeds de benadering van re verplaatsing van de j°nge Mjchelan^elo .g ecbter de vraag 0f Stone voldoende beel-
cultuurperioden. De tentoonstelling begint De dominerende indruk die men mee
tnet de prehistorie (5000 tot 1000 vóór neerrd van deZe expositie die natuur-
Christus)" en eindigt met de periode die de Perzische tapijtkunst niet ver- kunst door het leren kennen van de ach- wrft_pbrofttjroOT de ^^ehjkjopo- dend vermogen bezit om onsjijn veel
in de 16e eeuw inzet om ook onze eigen waarioost
^S5eWS tergronden, van het soort leven, waarvan gr^sch juiste opsommingvan ibel.ng- waar temaken. Toen
tijd te bereiken, ofschoon de „moderne" se""e7enwicht puurheid: karaktertrekken deze kunst uitdrukking is. Wanneer we rijke monumenten Slt dacht dat dit.enorme i1'Tevend
kunst, getuige althans deze expositie,op va'n een kuns't waarin menselijke emoties daarvan iets weten accepteren wij gemak- ^bbenJnujM kungt geïnteres. g^^üe^kan^jnRenajssance
mits men de tijd er voor over heeft dit
boek door te werken.
kunst, getuige aitnans aeze expositie, ip van een kunst waarin menselijke emoties aaarvan iets weten in kunst seïnteres
Iran weinig vat moet hebben gehad. Maar elfvaringen al tot schoonheid waren ge- kelijker^zekere dingerd,e^dan nie^..nor,- C
wat betekent modern voor een cultuur die sublimeerd° in tijden dat gelijk opgemerkt ze tijd passen, maar die danook niet meer
niet met jaren en zelfs niet met eeuwen elders ter wereld de eerste stenen ener het gezicht belemmeren op waarden, die
maar met tijdsperioden van minstens vier nationale cultuur nog gelegd en zelfs ver- ook voor ons nog gelden. Zo heeft dan de
cijfers rekent, en die bovendien eigenlijk gaard moesten worden. grote bewondering voor sommige kunste-
seerde toerist en misschien de kunsthis
toricus een herinnering even levend maakt.
Zelf ken ik dat uit Simenons aanduidingen
van de routes van zijn Maigret, die mij
alles al wel lijkt gezien, gezegd, ervaren
en uitgedrukt te hebben.
IN DE CATALOGUS kan men lezen hoe
Iran zijn hoogste troeven van culturele
grootheid misschien nog wel in de archi
tectuur heeft uitgespeeld. Met een enkele
maquette is wel gepoogd een indruk van
de Perzische bouwkunst moskeeën en
paleizen te geven en ook werd hier
een aantal afgietsels van grotere beeld
houwwerken van koningen in hun epische
en vaak wrede majesteit vertoond. Doch
niettemin ligt de nadruk van de expositie-
toch wel op de dagelijkse gebruiksvoorwer
pen en miniaturen. Schoppen, bijlen,
hoofdstel-bitten (die de leiders van dit ca
valeristenvolk in hun doodkist werden mee
gegeven), vazen, bloembakken en ook
armbanden, kettingen, broches, spelden.
Dat vooral dit „kleine goed' 'hier kwanti
tatief en kwalitatief zo hoog vertegenwoor
digd is, behoeft intussen nog niet tot de
conclusie te leiden dat de Perzen zich tot
de miniaturen in 't bijzonder voel(d)en
aangetrokken. In die zevenduizend jaren
moet er in dit land, dat heel wat inva
sies heeft gekend natuurlijk ook wel 't een
en ander zijn stukgeslagen en weggeroofd
en voor een ruim deel zijn de voorwerpen
welke hier nu verenigd zijn, dan ook af
komstig uit graftomben die pas veel la
ter door archeologen werden blootgelegd.
VOOR EEN GOED DEEL bestaat de
collectie derhalve uit „toegepaste kunst"
gebruiksvoorwerpen dus in tegenstel
ling tot schilderijen of beeldhouwkunst
fhfp^p^i^jp^Perzen^n^un^ïgèhikse'^e- het water zich'een weg""door 'Te kloof, de de waterval de zilveren brug. En zoals b^ders hadden de tenten'op de "lastdieren
ven Voorardferenmotieven werden door waarvan de wanden loodrecht oprezen, het terrein rond de watervalJiet^e.gendom geladen en waren weggetrokken, de vlakte
ALS EEN DUN, doorzichtig zilveren gordijn hing de waterval van de gele hooM tusse^ de'lang^^zijdt
rotswand omlaag. De wind deed hem heen en weer zwaaien en soms loste die acbtige wimpers keken haar ogen de we-
zilveren watermassa op in een regenboog van sproeiende droppels, waardoor reld to, één oog alleen ^te^zwart^ster^
de zwaluwen, die de reis naar noordelijker streken nog niet begonnen waren, was reeds blind aan één oog als zoveel
heen en weer zwierden als blauwzwarte sikkels. Boven aan de overkragende van haar Libische lotgenoten.
rotslip, waar flarden groen aan hingen, had de eeuwenlange val van het water BLINDE OUDE man, de ruige oude
een goot uitgebouwd van afgezette kalksteen. Een walgelijke gargouille met ezel, en het mooie kind waren de enige be-
uitpuilende ogen en uitstekende jukbeenderen was daar uit de kalksteen tevoor- ^°aar®je^a^ho^het^We'en^zeUde. Etens-
schijn aekomen. Zijn ver vooruitstekende tong was het verste punt dat het water voorraad was er in de ghorfa de be-
bereikte, eer het de duizelingwekkende sprong maakte naar de metersdiepe ^aa^kd^Gduiste^atceiste^ naast het huis.
poel waarin het water met een werveling van zilveren bellen en opspattend Want het was voorjaar en heel de stam
was weggetrokken met de kudden om de-
schuim neerstoi tteze laten grazen op de hoogvlakte, waar
nu het graan was afgeoogst en de stoppel-
velden wachtten, evenals het opsprietende
OM DE POEL lagen rotsblokken als wanden vaneen en werd de kloof van de jonge gras. voor dë kudden was het een 'L
prehistorische monsters. Daar gromden waterval een vallei. Tussen de wereld van goede tijd; de jongen waren geworpen, de
kikkers en schoten pijlsnelle libellen als de hoogvlakte boven de vallei en de groe- moederdjeren gaven volop melk, genoeg A t iK
lichtflitsen voorbij. Vanuit de poel zocht ne en vruchtbare wereld van dit dal vorm- voor de jongen en de mensen beiden. Hun 1 'i
ui.J 1,1 rlo rl cs Hp 7llvPT*Pn hni2. En zoals 111 JJ /J/% lopl/lioron t il ll
Voorbeeld, van gestileerde mens- en dier
figuren.
Hip frpaip esthetische" Iraanse kunste- geelwit en kaal, behalve waar een dappere was van talloze vogels, zo was het groene Daar wag nu voortaan het land, waar
m
OVER EEN PAAR WEKEN konden de
(Van onze correspondent)
WENEN WANNEER MEN
MIJ ZOU vragen, waarover in
Oostenrijk en vooral in Wenen
het meest wordt gesproken en
gediscussieerd, moet ik ant
woorden over „Meneer Karei".
Toen deze figuur voor 't eerst
óp de cevisieschermen ver
scheen, ontstond er al dadelijk
'n felle discussie, die nog steeds
voortduurt, al is ze iets be
koeld. Veel toeschouwers von
den de typering juist; voor
hen was die „Meneer Karei"
geen fantasie maar harde,
grijpbare werkelijkheid, een
gestalte die zij vroeger had
den gekend en die ook nu nog
blijkt te bestaan, een meng
sel van karakterloosheid en
kruiperigheid, kortom een stuk
werkelijkheid, waarin de
meesten niet zichzelf, maar wel
anderen herkenden. Anderen
weer waren verontwaardigd;
zij vonden de typering over
dreven, want volgens hen
werd hier een uitzondering
gegeneraliseerd en voorgesteld
als „de" Oostenrijker of „de"
Wener bij uitstek. Volgens
deze groep, die nog steeds
hlijft protesteren, hebben de
uiwerpers van dit monster
lun eigen land en volk te kijk
gezet en hun eigen nest be
vuild. Vooral de Algemene
Katholieke Jeugdvereniging
protesteerde in een open brie)
egen deze karakteristiek, die
'iet mocht worden voorgesteld
i's het portret van de Oosten-
ijker in doorsnee De discus-
ues duren nog steeds voort en
de belangstelling neemt voort
durend toe.
HET BEGON DUS MET een
televisieschets die nauwelijks
een uur duurde. De tekst is
afkomstig van twee bekende
humoristische schrijvers, Carl
Merz en Helmut Qualtinger.
Al jarenlang hebben zij liedjes
en teksten geschreven voor het
sarcastische cabaret in de
Weense Liliengasse.waar Qual
tinger bovendien als de voor
naamste acteur optreedt. Hij is
het ook die deze „Meneer
Karei" voor de televisie
creëerde. Het is een gedrongen,
zwaarlijvige man, die enigs
zins op Laughton gelijkt, maar
die bovendien een uitzonder
lijke combinatie is van een
geestig en scherpzinnig schrij
ver en van een zeer begaafde
toneelspeler. Zijn „Meneer
dat alleen, zolang de bazin
buiten schot blijft. Ver heeft
hij het niet gebracht, maar
hij dweept met het verleden,
zoals hij het ziet en beschrijft,
met de politiek en vooral met
zijn eigen gebrek aan karak
ter. Vijf omwentelingen heeft
hij meegemaakt en elke keer
is hij met de stroom meege-
zwommen. Eerst heeft hij voor
Dolfuss gedemonstreerd, daar
na voor de socialisten, al naar
gelang hij ervoor werd betaald
met een fooi van vijf of zes
schilling. Daarna kwam de
heldhaftige tijd onder Hitier.
Wanneer hij daarover praat,
beginnen zijn ogen te schitte
ren en wordt hij zelfs poëtisch,
een aarden huis; een handvol kamers om Het boerenwerk was voorlopig afgelopen.
een binnenplaats, in de schaduw van oer- Tot de nieuwe oogst moest worden binnen-
oude, verwrongen olijfbomen. gehaald zouden ze wegblijven, maar de
oude man en het kind zouden hen nu spoe-
HET HUIS zag er verlaten uit. Er waren dig terugzien, want op de akkertjes in het t d kuddpn terugkeren
ienJ J Rn sen vliegen vdn zich af te houden. Een oude, en de olijven hadden gebloeid, weelderig voorbij. Maar de Berbers zouden blij zijn
konkelt hij met de J*"®® b]indp man leunde tegen een zonnige muur en rijk. Het was een goed jaar geweest als ze weer thuis waren. Tenslotte waren
dan met de Amerikane droomde. Zijn melkwitte ogen keken met veel regen. De boeren die de vallei zij geen nomaden Ze hielden er helemaal
nu, nu voelt hij zie regelrecht in de zon, die zijn oude botten bewerkten waren goede boeren. Ze hadden niet van om onder een lage tent te leven>
echte Oostenrijker die trots is met weldoerïde warmte, alle moeite gedaan om uit de grond te die weinig beschutting bood tegen koude
op het staatsverdrag, op de o pezige handen, afgewerkt en moe, la- halen wat er in zat. Zorgvuldig hadden ze of hitte. Ze hielden er met van om achter
afhankelijkheid en op cte j £oelfoos zijn opgetrokken knieën, stenen walletjes opgeworpen dwars door de geiten en schapen aan te trekken, deze
groeiende welvaart. Zo zwetst n zwertrden om bem heen, maar hij de vallei, die trappen vormden waar de te volgen waar ze voedsel vonden en on-
en kletst hij een heel uur vol vef. ze niet Naasf hem speelde een akkers langs de helling van de dalbodem der de blote hemel te bivakkeren als de
Karei" duurt ongeveer een
uur, hij speelt hem helemaal
alleen, zodat we hiei te doen
aebben met een one man show,
maar dan van het sarcastische,
onbarmhartige en niets-ont-
ziende genre.
„MENEER KAREL" is on
dergeschikte bediende in een
comestibleszaak. Hij zit, staat
en praat in de kelder, waar
hij de voorraden controleert
en aanvult. Hij is lui, laat zo
nu en dan een blikje sardien
tjes of een doosje smeerkaas
in zijn eigen zak verdwijnen,
maar hij blijft een kleine dief,
zoals alles wat hij doet en
denkt klein is. Groot is hij
alleen met zijn mond en ook
gebruik makend van d slag
woorden uit redevoeringen en
hoofdartikelen. „Toen voelden
wij ons onder elkaar", zegt hij.
EVEN KARAKTERLOOS is
die „Meneer Karei" ten op
zichte van vrouwen en meis
jes. Hij heeft van hen gepro
fiteerd en bleef daarom ook
lange tijd vrijgezel. Tenslotte
is hij uit „economische over
wegingen" getrouwd. Dat zijn
vrouw tijdens d Duitse bezet
ting haar eigen gang ging,
vindt hij niet erg, maar hij
voelt zich in zijn eer aange
tast, wanneer zij relaties aan
knoopt met mannen van
„vreemd ras". Dan smijt hij
haar de deur uit. Die heer-
leen magistrale prestatie van
de acteur Qualtinger), maar
hij beseft niet, hoe bekrompen,
armtierig en karakterloos hij
is.
TERWIJL NOG STEEDS
over deze „Meneer Karei
wordt gediscussieerd, is hij
intussen reeds een begrip ge
worden, een vaststaande fi
guur, zoals „Knierim" uit een
stuk van Nestroy of „Leute-
nant Gustl" uit een komedie
van Schnitzler. In de hoofd
artikelen treedt hij reeds op
als symbool en op de middel
bare scholen schrijven de kin
deren opstellen over hem. In
tussen moest de televisievoor
stelling worden herhaald, bo-
veridien speelt Qualtinger deze
rol avond aan avond in het
Konzerthaus-Theater, waar
alle voorstellingen uitverkocht
zijn en tenslotte kwam er van
deze sketch een grammofoon
plaat op de markt, waarvan er
kort voor Kerstmis alleen in
Wenen al 4000 werden ver
kocht.
DE EERSTE verontwaardi
ging is nu iets bekoeld, omdat
de Oostenrijkers tot de over
tuiging zijn gekomen dat er in
het verleden werkelijk heel
veel „Kareis" zijn geweest en
vooral dat in ieder van hen
wel een stukje van dit ge
drocht verborgen is. Op de
keper beschouwd hebben de
twee schrijvers alleen de
goede oude traditie in Oosten
rijk voortgezet door het volk
een spiegel voor het gezicht
te houden. Zolang dat nog ge
beurt, zolang een volk sterk
genoeg is voor zulke zelf-
critiek en zelfspot zolang is
het nog niet verloren.
vmUCK IllCb. ildaai wem J j
klein meisje, gekleed in een voddig ka- omlaag gingen. Ieder dammetje hield het dieren te ver gingen om voor de ayond
toenen jurkje, in het zand. Ze bouwde er water tegen en een overlaat zorgde voor weer bij de tenten terug te zijn. Want het
een huisje van kleine stenen, een lapje wat er teveel was. Maar die dammetjes tempo van de dag werd enkel en alleen
deed dienst als popje. Het was een heel hielden ook de aarde tegen, zodat de wilde door de grazende dieren bepaald.
mooi kindje met een gaaf bruin snoetje, stortvloeden van januari deze niet konden Rprbpr<, waren geen bedoeïenen ze
Ze had gezonde rode wangen en een war- meeslepen Iedere olijfboom had een eigen De Berbers waren geen oeaoeienen,
rige pruik wild, zwart krulhaar, dat in dammetje en iedere vijg was vakkundig waren bergbewoners. Ze w- ren b°®r®n
spiralen om haar halsje en over haar voor- pesnoeid. f^hu^of ïn'grot5 wo^en^nie" S
winderige tenten. Ze hielden van het le-
ven tussen het beperkte uitzicht op de
bergwanden van hun valleien. Ze hielden
ervan hun akkers te bebouwen en hun
vruchtbomen te verzorgen. Ze waren trots
op hun land, hun geschiedenis, hun eigen
taal en hun bergen. En al was hun bestaan
in de ogen van meer gezegende volkeren
op zijn best een hachelijke onderneming,
met altijd wéér hongersnood ten gevolge
van slechte oogsten, ziekte /an het vee, of
gebrek aan regen; al blies de verschrikke
lijke ghibli met zijn hete woestijnadem ge
regeld het hele Libische land dor en dood,
toch waren ze er niet dan met de uiterste
noodzaak toe te bewegen om dit harde
land te verlaten
TEGEN DE LAUWE MUUR zat de oude
man in de zon te staren Het kleine meisje
wist eensklaps dat ze slaap had. Ze liet
haar stenen en lapje 'iggen en kroop tegen
haar grootvader aan. Ze groef zich in zijn
warme witte mantel en deed de ogen
dicht. De oude man lachte even Zijn blin
de ogen staarden Drecies naar het punt
aan de rand van de kloof hoog boven hem,
waar eens op de gestelde tijd de profielen
zouden verschijnen van de herders, de gei
ten en schapen, en de zwaar beladen last
dieren, die terugkeerden '■aar hun zo ge
liefde, veilige vallei, naai het aarden huis
en de kleine binnenplaats.
De zilveren waterval ruiste, een brug
tussen hun twee werelden. De oude man
en het kindje sliepen.
Bob Tadema Sporry