Rendez-vous met het verleden
PETERTJE'S AVONTUUR
HIER BOUWT „DER ALTE"
AAN ZIJN MACHTSDROOM
VELPON
Panda en de reis van kapitein
Folie
DOOR CLEMENS LAAR
Meer letters
minder moeite
Miniatuur-radio neemt
verpleegsterstaak over
Lijnbaan in Kortrijk
^Hoe is het ontstaan?^
Ons vervolgverhaal
(Bondskanselier Konrad Adenauer
3
WOENSDAG 14 MAART 1962
9
fmpsiri
f tllpi Ui
van Ceta-Bever
Korte Steenstraat alleen
voor winkelend publiek
Mysterieus monster
1 aangespoeld
Dit woord:
BLIKKEN DOMINEE
60. Beneden zitten Zeerob en de nieuwe vriend te praten, Slokop likt als
altijd uit de pan..., „Ja", vertelt Zeerob, „ik herinner me, een keer dat
ik in de Golf van Biscaye lag, kwam daar ineens de kok naar bene..."
Öp dat ogenblik dalen ineens de drie vliegers tussen hen in„Welkom
beste vrienden", zegt Zeerob, „was het leuk..P We hadden gewoon geen
tijd om jullie te missen!" „Neen", zegt hun nieuwe vriend, op een vraag
van Polle, „oom Jansen zien jullie voorlopig niet, hij niest altijd drie
dagen, dan gaat hij altijd ergens op een eenzaam plekje, want dat genies
is vóór een ander niet om.aan te hóren!!"
50ÓOOÖÖOÖOOOOOOOC
72)
Eerst luisterde hij alleen
maar uit kameraadschappelijke be
leefdheid, maar van lieverlede raak
te hij in opwinding: „Lieve help, Gó-
deysen, ik kan je werkelijk benijden
om die rit. Op de overwinning komt
het voor jou niet meer aan. Maar
voor een ruiter is dat een pracht-
taak. Jongen, jongen.."
„Jongen, jongen," was zijn stop
woord voor alle bijzondere gelegen
heden en zijn geestdrift stak ook mij
aan. Toen een ordonnans ons voor
zijn tent de beroemde Halkettse cock
tail Overreikte een glas melk met
een scheut rum en dit alles goed
vermengd met een lepel honing
was ik totaal vergeten, dat ik deze
rit ooit beschouwd had als een zake
lijke onderneming. Ik vergat mijn
schuldeisers en het regiment, Schlöch-
tauer en Rittinghaus. Ja, tot het
ogenblik van de start, vergat ik zelfs
het meisje Bim.
De rij- en renkoorts had mij weer
te pakken. De eerste keer, sinds een
lange tijd.
„Al slaagt u er alleen maar in,
de merrie op de baan te houden,"
zei Halkett, „dan betekent dat al heel
wat. Ik heb meer van zulke gevallen
gekend en heb er ook wel eens het
loodje bij moeten leggen. Maar als
u het paard, onverschillig op welke
plaats onder de deelnemers, door de
finish weet te brengen, dan bent u
de eigenlijke, namelijk de ruiterlijke
overwinnaar van deze leger-rennen."
Ik vond dit duidelijk en overtui
gend; ik kon het opeens bijna niet
meer verdragen nog langer te moe
ten wachten. Hoe lang duurde het
eigenlijk nog tot de start? Halkett
scheen mijn gedachten te hebben ge
raden. „Over een kwartiertje onge
veer kunnen we naar de weegschaal
gaan. Maar nu eerst nog een Halkett-
cocktail. Die verlegt gegarandeerd
het zwaartepunt naar beneden.."
Ineens was het zo ver. Alleen Fel
sing en een stalknecht, die Herzeloïde
bij de teugel leidde, waren bij mij.
Rittinghaus hield zijn belofte en dat
vond ik, voorzover het hem betrof,
uitstekend, maar ik voelde een bijna
pijnlijk verlangen naar Bim. Tal van
onbekende mooie ogen blonken mij
tegen, maar de hare waren er nieit
bij.
Ik ging voor Herzeloïde staan èn
deed, alsof ik haar hoofdtuig nog
even moest controleren, maar ik wil
de alleen nog eens heel even slechts,
haar fluwelige bek in mijn handen
voelen.
„Nu is het zover, Bim," dacht ik.
„Nu moeten wij ons best doen. Ons
op elkaar verlaten, hoor je, Bim, ons
op elkaar verlaten
Herzeloïde wreef haar neusgaten
over mijn schouder, maar aan ver
dere tederheden had zij geen behoef
te. Zij was hevig geïnteresseerd in
de dansende ballonnetjes boven een
worsttentje bij de ingang. Overal
klom men nu in het zadel.
De grijze schimmel van Halkett,
een fors paard met 'n grof beender-
stelsel, maakte de eerste kapriolén.
Ik had mijn knie juist in de samen
gevouwen handen van Felsing ge
zet, en toen ik Blücher zo zag stei
geren, zonk mij het hart in de schoe
nen. Halkett moest de dwarskop nu
straffen, en als Herzeloïde de suizen
de zweep zou zien
Toen ontdekte ik, dat Halkett geen
zweep bij zich had. Hij geloofde even
min als ik aan het nut van een zweep
en had zich zelfs meer dan eens min
achtend uitgelaten over mensen, die
meer veedrijvers dan ruiters zijn,
maar een zo grillige en dwarse hengst
als Bluecher was zonder een straf
fende zweep eigenlijk nauwelijks te
berijden. Halkett liep een ongelooflijk
groot risico. Ik wist, waarom hij dat
deed en ik werd warm van voldoe
ning en trots over die ruiterlijke ges
te.
Een lichtgroene jager te paard reed
op een zandkleurige vos aan de spits.
Dan volgde Halkett op Bluecher,
die nu ineens vreedzaam en doodon
schuldig deed. Hagenau in zijn geel
wambuis op zijn moor, de Beier Rett-
berg in het donkergroen op Halcyon
Days, die er uitzag als een gouden
standbeeld en tenslotte ik met start
nummer vijf. Vluchtig zag ik ook nog
het rode borduursel op de wapenrok
van mijn wapen- en regiments-kame-
raden Machwitz en Pahlen.
Overal ratelden nog de gebedsmo
lentjes van de totalisator. Toen wij
langs de post in het waaggebouw kwa
men hoorden wij onafgebroken de
kloppende stoten van de buizenpost en
onmiddellijk wilde Herzeloïde er op
af om dat raadsel op te lossen.
Een man, die dikke pakken foto's
van ruiters en paarden stond te ver
kopen leidde gelukkig haar aandacht
*ioOOOOOOOO<XXX)000<X50000COOO<X)OOCOCX>DOOOOOOOOOOOOOOOOC!<^
af. Mijn foto op de oude Hyacinthe
was er ook nog bij. De man had het
érg druk, want in die tijd waren rui
ters nog idolen van het grote publiek.
Wij belandden veilig op de baan. Met
een half oog keek ik even naar het
keizerlijk paviljoen, waar de zwart-
gouden standaard stokstijf stond op
gericht. Maar er waren alleen dames
hoeden en parasols te zien.
De hele omgeving zag er onwaar
schijnlijk bont uit, als geschilderd met
de kleuren uit een kinderverfdoos. De
baan was een grote groene penseel
streek door een golving van blauw
ên goud.
Links, bij het theehuis, had men de
muziekkapel van het Eerste Gardere
giment Infanterie geposteerd. Uit de
verte maakten de muzikanten met hun
witte broeken en blauwe jassen de in
druk, alsof zij van porselein waren,
ze leken op de figuurtjes die op
schoorsteenmantels en sierkastjes
prijken. Zij speelden de Torgauer
Mars en nu en dan schoten hun in
strumenten vonken.
De paarden wierpen hun hoofden op,
hun stap werd gespannen ên Bluecher
wilde galopperen.
Terwijl er uit het publiek tal van
uitroepen tot ons gericht werden, re
den wij naar de start aan de oostzijde.
Wij hielden een grote afstand tussen
elkaar en Herzeloïde scheen al over
alle opwinding van het nieuwe heen
te zijn. Ik voelde hoe zij zich hoe lan
ger hoe meer overgaf aan het genot
van de snelheid en hoe wij van secon
de tot seconde meer op elkaar inge
speeld raakten. Vóór mij sloeg de ruin
van Roden met zijn hoofd tegen de
teugels. Hij scheen slecht geluimd te
zijn vandaag.
Zónder belangstelling liep Herzeloï
de langs- hem heen. Ik haalde verlicht
adem.
Nu gaan we rijden, Bim, beste
meid.nu gaan we rijden! Tegen
alle verwachting gedroeg Bluecher
zich bij de start keurig. De min Of
meer opstandige Halcyon Days
werd door Rettberg een beetje terug
gehouden en de kleine Weller had zo
als gewoonlijk zijn bevende Red-Rose
een beetje op een afstand aan de kor
te teugel genomen en sprak haar kal
merend toe.
De zachte wind droeg uit de verte
het rumoer der tribunes als het geruis
van de branding tot ons over.
Midden in de troep hield ik Herze
loïde een beetje bezig met korte
zwenkingen in draf: die plaats was in
verband met mijn startnummer nu
eenmaal niet te vermijden geweest.
Voor het begin van de rit moest ik
al mijn hoop op onze vele uren dres
suur vestigen. Ik moest.
Daar' klonk de sterfl van de starter:
„Alstublieft, mijne herep."
Wij reden op. Trillend vïógen de hh-
tên omhoog en ik voelde Herzeloïde
ineenkrimpen. Op hetzelfde ogenblik
echter voegde zij zich. Vóór mij zag
ik alleen de hemel en het groene ter
rein. Achter mij hoorde ik dof hoef
getrappel. gehijg en flarden van uit
roepen. Zachtjes spoorde ik mijn
paard met een voorzichtige druk van
de dijen aan. En achter mij ver
dween alles in het niets. De bocht, die
naar de tribunes leidde. Tegen het
lichte groen van de baan verscheen
de muur van de taxishaag. De streep
daarvan werd hoe langer hoe breder.
Rustig, rustig diertje...
Ik hoefde niet in te houden. De
sprongen van Herzeloïde, die even
de neiging tot heftigheid vertoond
hadden, werden weer lang, ja het
leek zelfs gelaten. Ik luisterde naar
wat er achter mij gebeurde. Het hoef
getrappel naderde..., naderde...
De taxishaag lag achter ons en ik
had biets van de sprong gemerkt.
Zachtjes nam ik Herzeloïde wat ste
viger in de teugel. De taxis had zij
desnoods nog mogen raken, maar nu
kwam de stadionhorde en dan twee
gevlochten hagen. Vlak onder de bo
venste struikjes daarvan lagen de
dwarsbalken. Hier moest zij zuiver
springen. Daar was de eerste horde
al. Ik beet mijn onderlip stuk. Te
laat. De merrie had de horde lelijk
geraakt en ik voelde, dat zij zich pijn
gedaan had. Balorig schudde zij het
hoofd. Daarbij raakte haar de teugel
stevig en zij viel uit het tempo.
Kom, beestje, kom!
Hoefgetrappel kwam achter mij.
Het leek wel een waterval. Maar als
of zij kwaad was op zichzelf drukte
Herzeloïde door op het linker voor
been. Ik voelde haar sprongen gestrek-
ter worden en ik hoorde mezelf
mateloos opgelucht ademen hoe
langer hoe gelijkmatiger. Daar rees
de gevlochten haag uit de grond op.
(Wordt vervolgd)
\w«n\\
42
(Van onze correspondent)
BONN. Herr Konrad Adenauer, West-Duitslands 87-jarige Bonds
kanselier, woont in het 2.500 inwoners tellende dorpje Rhöndorf. Daar -<•
resideert „de man met het lepe vossenkopje" in een kleine villa, omgeven
door een rozentuin, samen met zijn zoon, kapelaan Paul Adenauer, twee I
huishouddames en zijn hond Caesar. En vandaar raast „der Alte" elke f
dag naar zijn politieke werkplaats in Bonn. Met „razen" is niet te veel
gezegd. Chauffeur Klockner, oud-wachtmeester der politie, heeft de
permanente opdracht, zijn hoge passagier in de kortst mogelijke tijd te
vervoeren en de Mercedes 300, die van alle gemakken is voorzien, niet
te sparen. Het tempo waarmee de kanselier, vastgegespt in een veilig-
heidsgorder, dagelijks de Bondshoofdstad binnensuist, is dan ook adem- ill
benemend. Geëscorteerd door politie, alle snelheidsbeperkingen met
voeten trèdend, jaagt de chauffeur zijn
baas met donderend geweld naar het
paléis aan de beroemde Koblenzer-
strasse, waarin Adenauers bureau geves
tigd is.
■w:
e/
mms,;*
.3^
DIT PALEIS, naar de vroegere eige
naars „Palais Schaumburg" geheten, lag
tót voor kort in een riante tuin, verscholen
achter een vrij brede afscheiding van dicht
struikgewas en loofbomen. Om de chaos
waaraan het verkeer in Bonn al sinds ja
ren ten probi is, enigszins te beperken
heeft men echter kort geleden een stuk van
de paleistuin afgesnoept om het uiteinde
van de Koblenzer Strasse, tot nu toe een
flessenhals waarin van 's morgens vroeg
tot 's avonds laat honderden auto's ver
strikt raakten, op behoorlijke breedte te
brengen.
Als gevolg daarvan is het nu uit met
Adenauer's isolement: zijn paleis met bij
gebouwen ligt nu bloot voor nieuwsgierige
blikken. De verkeerssituatie is ook weinig
verbeterd omdat zich thans op dit kritieke
punt drommen nieuwsgierigen verdringen
in de hoop, een glimp van de altijd bezi
ge kanselier op te vangen.
Ja, ondanks de recente verwijten van
socialistische kant dat Adenauer „een
moedeloze, oude man" is, die zijn taak
niet meer aan kan, staat het wel vast dat
weinig mensen in de Westduitse hoofdstad
zozeer hun dag met werk vullen als „Kon
rad I van Rhöndorf", zoals een Engelse
journalist hem eens gekscherend genoemd
heeft.
Dit opvallende sombrero-hoedje met
„tweedekker"-rand werd deze week
getoond op een show van nieuwe
modellen in Londen. Tussen de twee
randen van deze vilten hoed bloeien
roze kunstrozen.
WEL IS WAAR dat Adenauer steeds
meer opziet tegen vermoeiende uitstapjes
en dat is dan ook de reden dat hij zich
bij nationale rampen zoals de recente
mijnontploffing in Völklingen en de over
stromingen bij Hamburg liet vertegen
woordigen door vice-kanselier Erhard.
Achter zijn bureau echter zit „der Alte"
zeker niet te niksen. Elke dag staat hij
om zes uur op en leest de couranten plus
een nieuwsoverzicht van zijn persafdeling.
Na het ontbijt stapt hij om half tien
in de auto voor de dodenrit naar Bonn.
Daar werkt hij de ene afspraak na de an
dere af, luncht zelfs vaak tijdens een werk
bespreking en neemt alleen 's middags een
uurtje tijd voor een hazeslaapje. Tussen
vier en vijf uur kan men hem vaak zien
wandelen in het park rond zijn paleis.
Daarna is het weer werken geblazen tot
zeker negen uur 's avonds. Om voor het
naar bed gaan niet helemaal stil te zit
ten speelt de kanselier bij schijnwerper-
licht dan nog vaak een spelletje boccia
met zijn zoon Paul. Tegen middernacht
gaat hij pas naar bed.
Voor hobby's heeft Adenauer niet veel
tijd. Vroeger ging hij zich graag te bui
ten aan uitvindingen. Zo ontwierp hij een
elektrische insectendoder, een lichtgeven
de maasbol voor bijziende, breiende huis
vrouwen en een speciale bril, waarbij men
niet verblind wórdt dóór de autolichten
van tegenliggers.
IN HET PALAIS Schaumburg zetelt het
Bundeskanzleramt, dat onder dagelijkse
leiding staat van de zeer omstreden dr.
Hans Globke, een van de twee auteurs
van een commentaar op de Neurenbergse
rassenwetten in Hitler's „derde rijk". Of
Adenauer's werknemers zich in het pa
leis thuis voelen, is onbekend. De grijze
kanselier zelf schijnt in elk geval geen
historische of psychologisch bezwaren te
hebben tegen het gebouw. Toch wordt
haar historie ontsierd door het trieste ein
de van de laatste koninklijke bewoners.
Na de eerste wereldoorlog resideerde na
melijk Prinses Victoria van Schaumburg-
Lippe in het riante bouwsel aan de Koblen-
zerstrasse. Deze Victoria was een zuster
van keizer Wilhelm II, die in die tijd
al onderdak had gevonden in Doorn.
ALS WEDUWE van een prins Schaum-
burg-Lippe, en als prinses Hohenzollern
van vaderszijde, hoorde zij uiteraard tot
de leidende kringen van Bonn en dit te
meer daar zij niet, zoals de meesten van
de ruim 150 miljonairs in de stad van
voor de Eerste Wereldoorlog, al haar geld
verloren had dóór de inflatie. Maar er
zijn ook andere wegen om fortuinen kwijt
te raken. De 68-jarige bewoonster van het
Palais Schauburg werd hals over kop ver
liefd op de 30-jarige Russische emigrant
Zoebkov, die daarop kans zag van prinses
Schaumburg-Lippe mevrouw Zoebkov te
maken. Daarmee was de bijl gelegd aan
de wortel van haar fortuin, want de levens-
Voorgevel van Palais Schaumberg.
lustige Rus, overigens niet met talenten
gezegend, bezat een gave: geld opmaken.
BINNEN ENIGE JAREN WAREN Vic
toria's miljoenen opgesoupeerd en was dè
Rus weg. Nog korte tijd maakte deze laats
te naam als barkeeper in Luxemburg,
waar hij trachtte klanten te trekken door
een bordje uit te hangen met de woorden:
„Hier wordt u bediend door de zwager van
de Duitse keizer". Dergelijke vurige harts
tochten lijken geen sporen in het paleis te
hebben nagelaten. Er wordt nu hard en
ijverig gewerkt en van vermogens ver
kwisten en alcoholistische bacchanalen is
geen sprake. De enige passie, die in de
Schaumburgse vertrekken nog een rol
speelt, brandt wellicht in stilte in het hart
van de huidige 87-jarige paleisheer: de
koudvurige hartstocht naar de macht.
„Een nieuw alfabet van 43 letters
heeft wonderen verricht voor vele
Engelse kinderen die moeilijkheden
hadden met lezen," aldus heeft de Brit
se opvoedkundige Maurice Harrison
bekend gemaakt.
In het blad „Education" schrijft Har
rison over de eerste proeven met het
speciale alfabet: „Reeds nu kunnen we
zeggen dat er soms bijna ongelooflijke
resultaten mee worden bereikt."
„Kinderen die nog voor enkele weken
als abnormaal of onaangepast werden
beschouwd, kunnen opeens meekomen,"
aldus Harrison.
Het nieuwe alfabet telt 24 gewone
en 19 nieuwe letters. De kinderen leren
het op vijf- of zesjarige leeftijd ge
bruiken. Op hun zevende jaar schake
len ze Over naar het gebruikelijke alfa
bet van 26 letters.
De proef met het nieuwe alfabet is
genomen op 24 scholen met 1000 leer
lingen. De mogelijkheid bestaat, dat het
te zijner tijd, als het zijn deugdelijk
heid onomstotelijk bewezen heeft, op
alle Britse lagere scholen zal worden
ingevoerd. De proef is in september be
gonnen en zal nog een jaar of langer
worden voortgezet voordat hierover een
beslissing zal worden genomen.
Advertentie
Lijm en plak alles met
42-43. Petertje schrok zo bij het Zien van
die dreigende slangekop, dat hij zich niet
verroeren kon. Maar Habiboe greep zijn
hand en trok hem met zich mee.
En dat was nog net op tijd ook
want de slang, die om een dikke tak ge
konkeld hing, had Petertje bijna te pak
ken gehad!
Nu konden ze allemaal nog op tijd bui
ten het bereik van het dier vluchten.
19. Wat draalt ge, goede vriend?" sprak Joris tot
kapitein Robbeklopper. „Breng mij liever schielijk de
gewenste drank!" Maar hij schrok toch wel een beetje,
toen hij zijn gezagvoerder dreigend op zich af zag ko
men. Het gezicht van de oude zeerob was helemaal
paars geworden en het had zo'n onheilspellende uitdruk
king, dat zelfs Joris Goedbloed begreep, dat hij zich
diende te matigen. „Ge schijnt u over mijn verzoek op
te winden!" riep hij dan ook snel. „Gedenk echter de
voorschriften van de kundige medicus Beenzager, die u
immers ten krachtigste afraadde, ruw op te treden je
gens m.ij, de Academisch Gevormde Zeeman! Ook ver
zocht hij u, tot tien te tellen, alvorens onberaden stap
pen te doen! Veronachtzaam zijn raad toch niet, mijn
beste!" Hoe woedend de kapitein ook was, het dokters
voorschrift sloeg hij niet in de zeewind en zo snel moge
lijk telde hij tot tien. Daarna stormde hij tierend naar
voren om Joris een trap te geven, maar deze Acade
misch Gevormde Zeeman had van het uitstel misbruik
gemaakt door ijlings de grote mast in te klimmen.
„Denk toch aan uw reeds zo vaak bezeerde been!"
vermaande hij zorgzaam, toen de kapitein hem schel
dend achterna begon te klimmen. Panda keek veront
waardigd toe. „Joris is wel erg brutaal," dacht hij.
„Eigenlijk wordt het tijd, dat de kapitein hem een lesje
geeft!"
De Radio Corporation of America heeft
een miniatuur- radiozendertje ontwikkeld
dat niet groter is dan een suikerklontje
en dat een grote toekomst tegemoet schijnt
te gaan als controle-apparaat in zieken
huizen. Het toestelletje kan op de arm of
elders op het lichaam van een ziekenhuis
patiënt worden vastgemaakt, vanwaar het
dan continu allerlei gegevens zoals pols
slag, ademhaling en temperatuur, door
geeft aan een antenne naast het bed van
de patiënt. Deze antenne is per draad
verbonden met de controlekamer, waar
de gegevens van alle patiënten met inkt
op een draaiende trommel worden geregi
streerd. De patiënten hebben niet de min
ste hinder van het apparaat, dat de zaal-
zusters van veel controle-werk bevrijden
zal.
(Van onze correspondent)
BRUSSEL Naar het voorbeeld van de
Rotterdamse Lijnbaan en van Duitse ste
den als Kassei en Hannover, zal ook de
Belgische stad Kortrijk een straat krijgen,
waar alle rijverkeer ten gerieve van het
winkelende publiek zal zijn verboden. De
winkeliers uit de Korte Steenstraat, een
drukke winkelstraat, hebben van de ge
meente toestemming gekregen voor geza
menlijke rekening de bestrating zodanig te
maken, dat de straat alleen door voetgan
gers zal kunnen worden gebruikt. Bakken
met planten en bloemen en enige fonteinen
zullen de Kortrijkse Lijnbaan versieren.
Australische geleerden breken zich het
hoofd over het karkas van een volkomen
onbekend dier, dat op een verlaten strand-
gedeelte aan de westkust van Tasmanië
is gevonden. Zij hebben verklaard dat het
vreemde geval op geen enkel bekend
schepsel lijkt.
Het is vrijwel rond, heeft geen ogen,
geen duidelijk afgebakend hoofd en geen
skelet. Het „monster" is 6 meter lang,
5.5 meter breed en 1.5 meter dik, heeft
een huid van rubberachtig vlees van on
geveer 30 cm dikte en is bedekt met een
harige vacht. Het weegt ruim vijf ton en
ziet eruit als een reusachtige schilpad
zonder ledematen.
Uitgegaan moet worden van het
werkwoord blikken: schitteren, in
het oog vallen, zich vertonen, er uit
zien, kijken. Daarmee is natuurlijk ver
want hét woord bliksem, maar ook
het woord blik in de betekenis: dun
ne metalen, meestal vertinde plaat, die
glanst, blinkt. Daarvan is weer een bij
voeglijk naamwoord blikken ge
vormd in de betekenis: van blik ver
vaardigd. Aangezien blik niet wordt
beschouwd als een edel metaal, krijgt
blikken ook de betekenis: niet echt.
Men viert zijn blikken bruiloft, wan
neer men 6% jaar getrouwd is, maar een
echt feest is het niet. Een officier van
de administratie noemt men wel: een
blikken, maar men beschouwt hem
niet als een echte officier. Zo noemt
men een ongeordend predikant, een
straatprediker, een oefenaar, vooral bij
de Afgescheidenen, een b li k k e n do
minee, met de bijbetekenis: iemand
met een u;tgestreken gezicht.
60-21
Copyr'Q1»' p I B Boi 6 Cooe«hog»«