„ZOETE VOGEL VAN DE JEUGD De plaats van kunstzinnige vorming in het onderwijs „De advocaat van de duivel" llHOPirimrai Theatraal maakwerk van Morris West en Dore Schary Jean Tinguely (van Bewogen Beweging) liet in Las Vegas zijn wereldje vergaan Tsjaikofsky-concours MA A DAG 26 MAART 1962 4 tr erotomaan drama van TENNESSEE WILLIAMS RAMSES SHAFFY IN DE ROL VAN ZIJN LEVEN Paul Steenbergen en Ida Wasserman naar Helsinki Dr. G. Hylkema bekroond met gouden erepenning CONFERENTIE IN EVERT KUPERSOORD „De interpretatie van het lied" door Laurens Bogtman P. Zwaanswijk Dr. A. van Hoboken in Bonn gehuldigd Simon Koster Contour geopend Het weekeinde De radio geeft dinsdag 7 elevisieprogramma i V\ IE EENMAAL GEACCEPTEERD heeft dat de wereld van Tennessee Wil liams vol is van mensen die voortdurend met elkaar naar bed willen, zal mis schien met een zekere waardering opnieuw deze toch wel wat eenzijdige kijk op de menselijke problematiek in al zijn hevigheid willen ondergaan bij „Sweet bird of youth (Zoete vogel van de jeugd) waarvan de Nederlandse Comedie zaterdag j.l. de première heeft gegeven in de Amsterdamse Stadsschouwburg. Maar wie dit uitgangspunt niet delen kan, zal zich bij deze voorstelling wellicht zo nu en dan meegesleept voelen door het onmiskenbaar talent van de schrijver om boeiend theater te maken, maar nog veel vaker geërgerd zijn door de vol slagen onmogelijkheid om met de probleemstelling van het stuk mee te leven. volkomen onzinnige regievondst omdat de gesloten deur van de hotelkamer juist een belangrijke, van de wereld afsluitende functie te vervullen. KO VAN DIJK speelde zelf de politicus met al zijn routine en talent maar ook met Het centrale thema ervan is immers dat de voortschrijdende tijd de grote vijand van de mens is, omdat deze ons langzamerhand berooft van onze mogelijkheden de zaal staan etc.) Twee van de jonge spe- iets van het leven te maken. INDERDAAD IS HET WAAR, dat wie het welslagen in het leven afhankelijk stelt van succes op het sexuele vlak, zich meer door de tijd bedreigd zal voe len dan wie de mo gelijkheid ziet op andere wijze zijn ide alen te verwezenlij ken. Tennessee Wil liams heeft zijn hoofdpersonen met zorg zo gekozen dat het ouder worden voor hen inderdaad catastrofaal moet zijn: een filmactrice die haar „glamour" dreigt te verliezen en een gigolo-achtige playboy die via het bed naar de top van de ladder (in dit ge val natuurlijk Holly wood) tracht te klim men. Het spreekt vanzelf dat de tra giek van deze mensen zeer wezenlijk en aangrijpend kan zijn; het loopt pas spaak wanneer Williams na drukkelijk hun lot als symbolisch-ken- merkend voor dat van de hele mens heid stelt en ons in de epiloog met klem verzoekt ons eigen leven in de ondergang van de hoofdpersoon te herkennen. Het is absurd om het kramp achtig vastklampen aan valse jeugdillu sies, zoals hier gebeurt, als algemeen gel dig te stellen, maar het is niet onmogelijk dat deze overwaardering van het jong-zijn typerend is voor een „jonge" cultuur als de Amerikaanse. DE INHOUD VAN „Sweet bird of youth" is overigens opgebouwd uit twee intriges die niet helemaal een eenheid zijn geworden. Want de lotgevallen van de ouder wordende actrice en de jonge ac teur, die in hun wanhopige liefdesverhou ding steun zoeken bij elkaar, spelen zich af tegen de achtergrond van politieke ver wikkelingen in een van de Zuidelijke sta ten, waar een machtsbelust politicus zich door het preken van rassenhaat een weg naar de top probeert te banen. Uiteraard blijkt ook zijn weg die van de haat evenmin als die van de erotiek-puur naar het succes, laat staan naar het geluk te leiden. De politicus is namelijk niet meer tot lichamelijk bevredigende liefdespresta ties in staat en ook hij zoekt maar dit maal in letterlijke zin steun in de jeugd, door het oprichten van een jeugdbond die hem bijstaat in zijn streven naar macht. Zoals wij uit Tennessee Williams' vroe gere werk al weten, werkt deze schrijver nu eenmaal altijd met veruiterlijkte sym bolen, die zijn bedoelingen zo letterlijk mo gelijk zichtbaar moeten maken. Uit pani sche angst dat het publiek zijn gedachten- vlucht niet zal kunnen volgen wordt alles, zo hevig mogelijk, concreet uitgebeeld; daarom wordt het al op jeugdige leeftijd verleide meisje besmet met een zo ernsti ge geslachtsziekte dat ze al heel jong een operatie moet ondergaan, die haar van haar vrouwelijkheid berooft. Het is de schrijver telkens kennelijk onmogelijk zijn stellingen in casu de corrumperende werking van de erotiek op minder ex treme wijze vorm te geven. Zo schijnt ook de jonge hoofdpersoon die haar deze ziekte bezorgd heeft, zijn schuld niet anders te kunnen delgen, dan door zich te laten castreren. HET IS ZONDER MEER duidelijk dat volgens deze methode schokkende toneel situaties ontstaan, die in de hoogst denk bare graad aanleiding geven tot sterke speelscènes, maar fijnzinnig kan die werk wijze nauwelijks genoemd worden. Zoals gezegd, bevat ook dit stuk talrijke voor beelden van het bekende Tennesse Wil- liams-procédé, volgens hetwelk op weinig subtiele wijze innerlijke motieven in uiter lijke parallellen worden uitgebeeld:bijvoor- beeld de verlopen actrice, die buiten haar kunst niet kan „ademen", lijdt letterlijk aan aanvallen van zuurstofgebrek; de jon geman met zijn angst voor verouderen kamt voortdurend zorgvuldig zijn kuif om het kaalworden te verbergen; de politicus die op Goede Vrijdag een nederlaag heeft geleden, verwacht op eerste paasdag een politieke overwinning; de hoofdpersoon, die zjjn laatste kans aan het beproeven is héét Chance en was in zijn succesvolle jeugdjaren een befaamd „schoonspringer" terwijl hij nu in de meest letterlijke zin een „Come-back" in zijn geboortestreek beproeft als parallel van de "ome-back die de filmster in haar wereld net achter de rug heeft. AFGEZIEN VAN DEZE behoorlijk irri terende, opgelegd-symbolische schrijfwijze, is het wederom gebleken dat Williams in staat is boeiende, natuurlijk klinkende dia logen te schrijven en zo werden speciaal de scènes aan het begin en het eind van het stuk tussen de filmdiva Ank van der Moer en de jonge succeszoeker Ramses Shaffy buitengewoon mee slepend theater. Vooral deke laatste heeft mooi van stem en prachtig beheerst van gebaar en houding de rol van zijn leven gespeeld. Maar ook Ank van der Moer, had, ondanks de goedkope effecten waar de rol nu eenmaal toe dwong, fas cinerende en ontroerende momenten. Ko van Dijk had het stuk in enigszins gemaniëreerde trant geregisseerd, vol op- Vrv Ank van der Moer en Ramses Shaffy in „Zoete vogel der jeugd" van Tennessee Williams. zettelijke, de aandacht trekkende „trou vailles" die aan het stuk niets wezenlijks hadden toe te voegen: als in de tekst ver meld stond dat de gordijnen in de hotel kamer geopend of gesloten moesten wor den werden vitragegordijnen, die de gehele toneelopening afsloten, heen en weer ge schoven; een televisietoestel was in het voetlicht ondergebracht; een meterslange vogel hing de hele avond hoogst symbo lisch boven het toneel en alsof het een Chi nees toneelstuk betrof werd het openen en sluiten van deuren alleen maar mimisch aangegeven; vooral dit laatste was een Paul Steenbergen en Ida Wasserman zul len op 8 april a.s. per vliegtuig naar Hel sinki reizen waar ze 9 en 10 april in net Nationaal Theater aldaar voorstellingen zullen geven van de „Lieve Leugenaar", een toneelbewerking van de briefwisseling tussen George Bernard Shaw en de actrice Patricia Campbell. Iers van de Nederlandse comedie Hans Boswinkel en Femke Boersma, die de be langrijke rollen van de kinderen van de po liticus te vervullen hadden, waren door de regie tot een wonderlijke krampachtigheid gedwongen, die iedere natuurlijkheid mis te en soms een bijna karikaturaal effect teweeg bracht. Van de vele bijrollen vie len vooral Mimi Boesnach en Eli Blom met verzorgde en gevoelige uitbeeldingen op. De vertaling van Nick van den Boe zem klonk nogal eens wat huisbakken en was niet steeds voldoende van het origi neel los gekomen („Where I lived" werd „waar ik leefde" en de titelvertaling le verde het vermelde vreemde resultaat op). De decors van Wim Vesseur waren als steeds heel mooi, maar ditmaal toch te veel in het feërieke getrokken om de zwoe le, morbide sfeer van het stuk voldoende te kunnen ondersteunen. Ham van den Bcrgh Teylers Godgeleerd Genootschap In de aula van Teylers Stichting te Haarlem is zaterdag de gouden erepen ning van Teylers Godgeleerd Genootschap uitgereikt aan dr. G. W. Hylkema, arts te Haarlem, die deze penning ontving als bekroning van zijn antwoord op een prijs vraag betreffende de btekenis van het ge weten bij kant, Hegel en Heidegger. Namens directeuren van Teylers Stich ting zette mr. C. W. Thöne de betekenis van het beschikbaarstellen van de gouden medaille uiteen. In 1768 heeft Pieter Tey- ler van der Hulst twee genootschappen gesticht, die ieder jaar prijsvragen uit schreven. Teylers Godgeleerd Genootschap schreef in 1959 de onderhavige prijsvraag uit, waarop twee antwoorden binnenkwa men; dat van dr. Hylkema werd be kroond Binnenkort zal deze studie wor den gepubliceerd. Prof. dr. mr. J. A. Oosterbaan, spre kende namens Teylers Godgeleerd Ge nootschap zei dat, toen in 1959 de prijs vraag werd uitgeschreven, het genootschap begreep dat de opdracht niet gemakkelijk was. Daardoor was het niet verwonderd dat slechts twee antwoorden binnenkwa men. Het eerste was niet onverdienste lijk, maar kon niet worden bekroond, en het tweede dat later van dr. Hylkema afkomstig bleek te zijn was zo ver dienstelijk dat het met algemene stem men werd bekroond. De spreker wenste dr. Hylkema, die een drukke artsenprak tijk heeft, geluk, waarna hij een toelich ting gaf op het bekroonde werkstuk. (Van onze reportageredacteur) IN HET EVERT KUPERSOORD te Amersfoort is een tweedaagse conferentie gehouden, welke door de Werkgemeen schap voor Vernieuwing van Opvoeding en Onderwijs over de kunstzinnige vorming van de jeugd was belegd. Aanleiding vorm de het verleden jaar verschenen gelijkna mige rapport van een staatscommissie. De voorzitster, mevrouw H. W. Boersma-Smit, herinnerde eraan dat de critiek op dat werkstuk lang niet mals is geweest, maar dat het zijn nut heeft bewezen door de ve le reacties, welke het heeft opgeroepen, zo als deze bijeenkomst, die werd bijgewoond door meer dan 200 vertegenwoordigers van wel 80 organisaties van alle mogelijke richtingen en gezindten op het gebied van opvoeding en onderwijs. Staatssecretaris mr. Y. Scholten kwam reeds zaterdagmorgen luisteren naar de algemene discussie door de woordvoerders van twaalf gespreksgroepen. De bewinds man kwam 's middags eveneens onder de indruk van het meesterschap, waarmee prof. dr. R. C. Kwant O.E.S.A. niet alleen de conclusies, maar ook de sfeer van de conferentie in een breedgebouwd- betoog samenvatte. ,,Jk ben benieuwd naar he optreden van deze pressiegroep", zei df staatssecretaris 'na afloop. De bezielende woorden van prof. Kwant hebben de aanwezigen bevestigd in hun overtuiging, dat de „muzische ontplooiing" wat een betere term werd gevonden dan kunstzinnige vorming van het kind een eigen, geïntegreerde plaats dient te krijgen in het onderwijsstelsel en in de buitenschoolse vorming. Ons onderwijs, al- DE BEZOEKERS van de Haarlemse Stadsschouwburg, die daar gisteravond de Toneelgroep Theater uit Arnhem „De advocaat van de duivel" hebben zien spelen, werden door het programma in het onzekere gelaten omtrent de identiteit van de auteur van dat stuk. Want wel vermeldde het programma dat het een toneelspel in drie bedrijven was, „met gebruikmaking van de Amerikaanse bewerking door Dore Schary van de oorspronkelijke roman van Morris L. West", maar het onthulde niet, w i e dat gebruik van die romanbewerking had gemaakt. Vermoedelijk niet de Nederlander Alfred Pleiter, want deze werd alleen als vertaler genoemd. De ano nieme „gebruikmaker" heeft er echter wel verstandig aan gedaan, zijn naam niet toe te voegen aan die van Dore Schary en Morris West; de blaam voor het bedenken van de handeling en het in-elkaar-prutsen van „De advocaat van de duivel" als toneelspel komt daardoor, althans in het openbaar, alleen op de hoofden van die twee andere heren neer. dus prof. Kwant, is rationalistisch; het draagt een sterk opleidend karakter als uitvloeisel van het wetenschappelijk ar beidsbestel in de westerse wereld. Arbeid is echter een middel en geen doel op zich zelf; de mens moet er ook bovenuit kunnen stijgen. Dankzij dat wetenschappelijk ar beidsbestel zijn een vrije zaterdag en al gemene vakanties mogelijk geworden. De mens heeft tijd gekregen zich aan de we zenlijke waarden van het leven te kunnen wijden. Aan die nieuwe situatie is ons onderwijs echter nog niet aangepast. Het gaat erom de jonge mens thans zo op te voeden dat hij van zijn vrije tijd ook een zinvol ge bruik kan maken. Hij moet de smaak beet krijgen van de kunstzinnige ontplooiing, het voeren van een zinvol gesprek, het zin vol feestvieren. Daardoor moet er een nieuwe geesteshouding ontstaan en dat is het grondprobleem dat ons heeft bijeenge bracht, aldus spreker. De hoogleraar zag wel een aantal pro blemen: hoe zal men de docenten aantrek ken, hoe zal men bij de kinderen eigenge aardheid en smaak respecteren en hoe kan men de veelzijdigheid der kunstzinnige vorming combineren met de beperkte be schikbare tijd? Bij de schoolvrije jeugd rijst de vraag hoe men die bereiken moet en -die i-fistltuten te financieren. De ge meenschap zal dienen te erkennen, dat hier een wezenlijk deel van de opvoeding en dus een taak voor de gemeenschap ligt. Onder applaus van een deel der aanwezi gen verklaarde prof. Kwant zich tegen een verzuiling van de docentenopleiding voor de kunstzinnige vorming: dat zou slechts betekenen dat vele streken daarvan ver stoken zouden blijven en dat er teveel scho len met te weinig nieveau zouden komen, waardoor het geheel weinig effect zou sor teren. Toch vond de spreker het niet nodig, dat men met de praktische aanpak van het werk wacht tot alle kwesties theoretisch zijn opgelost. Het leven is altijd vooruit op de theorie, hetgeen niet wegneemt, dat er veel aan research zal moeten worden ge daan. Prof. Kwant resumeerde tenslotte de op gaven, welke thans moeten worden verwe zenlijkt: laat de wetgeving voldoende ruim te voor de kunstzinnige vorming, hoe kan de financiering van de bestaande en nog op te richten instituten worden geregeld, zul len de onderlinge coördinatie en informa tie door een tijdschrift moeten worden be vorderd en hoe dient de werkgroep te wor den samengesteld, teneinde de resultaten van deze conferentie niet verloren te laten gaan Op uitnodiging van de afdeling Haar lem Haarlem en omstreken van de Koninklijke Nederlandse Toonkunste naarsvereniging heeft de zanger Laurens Bogtman zaterdagavond in de muziekzaal van de Muziekschool van Toonkunst voor de leden van de afdeling en intro ducé's een voordracht gehouden over de interpretatie van het lied. De twee factoren aldus de spreker waar het bij het zingen van een lied op aan moet komen, zijn de stem en de uit drukking. Daarop zal de aandacht van de zanger zich moeten concentreren. De tech nische vorming van de stem viel bij de lezing natuurlijk buiten beschouwing. Het ging om een besnreking van de middelen om een juiste interpretatie van het lied te bewerken en een indruk te bereiken, die men niet meer vergeten kan. Een fraaie stem behoeft hiervoor lang niet altijd een volstrekte voorwaarde te zijn. Verstand zin voor schoonheid in de ruimste beteke nis, gevoel voor proporties en fantasie moeten aanwezig zijn. En dan: „De ziel van de zanger moet niet als een onbe schreven blad zijn", hij moet de levens- diepten die in het woord en de muziek besloten liggen, kunnen peilen en kunnen ondergaan als eigen ervaringen. Laurens Bogtman waarschuwde voor het verliezen van het contact met de ge sproken taal, dat tot vertekening van de natuurlijke voordracht leidt. Het binden van de melodietonen moet uitgangspunt zijn bij het brengen van de muziek. Woord en toon moeten ondergeschikt gemaakt worden aan de muzikale lijn. Met bijzondere interesse heeft het audi torium geluisterd naar Bogtmans voor dracht van enige liederen, waarmede de zanger zijn uitgesproken inzichten omtrent de interpretatie-kunst, aangrijpend, gro tesk en ook fijn-geestig toelichtte. Men hoorde het romantische „Sehnsucht" van Franz Schubert en het bewogen „Unge duld" van dezelfde componist. Het ver halende, dramatische Erlkönig" op de muziek van Carl Loewe, het merkwaar dige „sprookje" van „Die wanderende Glocke" van Robert Schumann en de kos teliike psychologisch scherp getekende portretten van „Der Schafer" en van de dichter in „Zur Warnung", met de muziek van Hugo Wolf. En ten slotte bracht Laurens Bogtman de geestige symboliek van „Les canards' van Emanuel Chabrier en „Le corbeau et le renard" van André Capet in een onver beterlijk typerende voordracht, waaraan zelfs de mimische imitatie niet ontbrak Terecht kon men respect hebben voor de muzikale en zeer slagvaardige begelefdin- gen van de pianist Leendert Huges, die voor de voorbereiding hiervan slechts over een minimale tijd had kunnen beschikken. BONN In de Beethovenzaal van de Redoute in Bad Godesberg bij Bonn is zondag de Nederlandse muziëkhistdidcuk dr. Athony van Hoboken gehuldigd. Ter gelegenheid van diens 75ste verjaardag verleende de vereniging „Het Beethoven huis" hem het erelidmaatschap, een eer die dr. Van Hoboken slechts met de cel list Pablo Casals en de pianist Wilhelm Backhaus deelt. Dr. Van Hoboken, die nu in Ascona woont, kreeg het ere-lidmaatschap, zo schetste prof. Schmidt-Görg, de directeur van het Bonner Beethovenarchief, voor zijn grote verdiensten bij het onderzoek naar vroege drukken van werken van Beet hoven. Het Beethovenarchief heeft, door het werk van dr. Van Hoboken, niet min der dan 15.000, nu in microfilm bewaar de bladzijden, van vroege drukken van werken van de componist, aldus prof Schmidt-Görg. Bij de plechtigheid in de Godesberger Redoute spraken ook nog prof dr. E. Reeser uit Utrecht, en prof. dr Carl Fellerer, de plaatsvervangende voor zitter van het Keulse Haydn-Instituut. De laatste voerde speciaal het woord in ver band met het feit dat dr. Van Hoboken de muziekwetenschap verrijkte met een monumentale Haydn-bibliografie. In 1958 werd dr. Van Hoboken door de Rijksuniversiteit van Utrecht het eredocto raat verleend. In 1957 ontving dr. Van Ho boken dezelfde eer in Kiel aan de Chris tian Aibrechtuniversiteit. DAT DORE SCHARY in de roman van Morris West over het kerkelijk vooronder zoek voor een zaligverklaring in het tegen woordige Italië „iets heeft gezien," kan wellicht verklaard worden uit de richting die zijn loopbaan heeft genomen: in tegen stelling tot verschillende Amerikaanse to neelschrijvers die via het filmscenario en de filmregie ten slotte filmproducers zijn geworden, is Schary éérst filmproducer en toen een (opvallend goed) filmregisseur ge weest, waarna hij Hollywood heeft verla ten om zich in New York met het toneel bezig te houden. Het zal dus zeker zijn „filmbloed" zijn geweest, waardoor hij zich zó zeer tot de meer populaire dan lit teraire roman van West aangetrokken voel de dat hij de neiging niet kon weerstaan om er een toneelstuk van te maken. Maar daarbij heeft hij klaarblijkelijk over het hoofd gezien dat een toneelbewerking an dere eisen stelt dan een filmbewerking; hij heeft volstaan met het verhaaltje uit de roman te halen en dat door middel van een eindeloos aantal dialogen in een soort toneelvorm te gieten die met echte dra matische vormgeving niets te maken heeft. Eveneens op z'n Hollywoods voorzag hij het stuk van een aantal flash-backs vol gens de kinderlijke methode die een der personages laat zeggen: „En toen, op een avond..", waarbij de stippeltjes aangeven dat de toneelverlichting moet worden ver anderd omdat we nu een stukje verleden gaan beleven. EN ZO IS DAN EEN „toneelspel in drie bedrijven" en in onnoemelijk veel tafe relen tot stand gekomen, dat druipt van de theatrale emoties en krioelt van de kwasi-ethische gemeenplaatsen; een stuk dat daardoor herinneringen oproept aan „De rozenkrans" een eveneens religieus getint brok sentimentele dramatiek waarbij het schouwburgpubliek van een generatie geleden hete tranen stortte maar dat in onze tijd niet voor het Ne derlandse, zo milddadig gesubsidieerde be roepstoneel in aanmerking diende te ko men. Dat ons huidige beroepstoneel boven dit soort van maakwerk in feite ver verheven is, bleek trouwens duidelijk uit de verto ning die de Toneelgroep Theater van dit stuk heeft gegeven. De regisseuse Elise Hoomans had al het mogelijke gedaan om het werk op een hoger plan te brengen dan waarop het in feite staat, hetgeen natuur lijk een ondankbare, want onuitvoerbare taak was. Zeer begaafde acteurs en actri ces als Lo van Hensbergen, Hans Tiemeijer Robert de Vries, Hans Culeman, Tine de Vries, Josephine van Gasteren en Jacques Snoek spanden zich eveneens met alle macht in om de bordkartonnen figuren van de schrijvers leven in te blazen en daar voor verdienen zij stellig waardering. (Dat geldt overigens ook voor de vertolkers van de kleinere rollen: Ferd. Sterneberg, Annie Langenaken. Harry de Garde, Piet van der Meulen en Jan Apon). Zij allen vochten hard, en met inzet van veel talent, voor een verloren zaak erger nog: voor een zaak die niet waard was dat er zo voor gevochten werd. Al dit talent zou aan een waardevoller stuk misschien „zelfs" aan een Nederlands stuk! vele malen beter besteed zijn geweest. Johan Greter had met een bijzonder in genieus decor bijgedragen tot een vlot verloop van de voorstelling, zodat er aan het holle gepraat van de heren West en Schary toch nog binnen de drie uur een einde kwam. IN EEN WOLK van gele rook, onder het geknal van vuurwerk en temidden van laaiende, oranjekleurige vlammen is de „wereld" van de in Zwitserland ge boren Jean Tinguely vergaan. Hij maakte vorig jaar in Amsterdam furore in de expositie „Bewogen Beweging". De 36- jarige Tinguely, die zichzelf een be- wegingsbeeldhouwer noemt, stond deze week midden in een uitgedroogd meer in de woestijn, 40 km ten zuiden van Las Vegas en draaide 50 minuten lang elek trische schakelaars om. OP DEZE WIJZE vernietigde hij door afstandsbediening zijn impressie van de wereld, bestaande uit ijskasten, fietsen, auto's en onderdelen van de luchtrege- lingsinstallaties, alles bij elkaar gezocht op opslagplaatsen van oude rommel en verspreid over een oppervlakte van on geveer 17 bij 20 meter. Dynamiet en kneedbommen, begraven in de gebarsten droge grond, wierpen stofwolken 100 me ter omhoog temidden van winden met snelheden van 32 km per uur. Een van de ontploffingen slingerde een stuk plaat metaal van 1 bij 1,3 meter over zo'n af stand weg, dat het bijna een geparkeer de wagen raakte. Een andere deed tot op meer dan 130 meter afstand allerlei rommel neerkomen, waardoor een auto een deuk kreeg. Voor Tinguely en zijn knappe assisten te was dit alles een satire op het einde van een wereld vol van materialisme en zorgen. Hij heeft de bommen zelf ge maakt op zijn kamer in Hotel Flamingo te Las Vegas. „De geleerden zijn al bezig ons op te ruimen", zei zijn Amerikaanse meisje, dat in Parijs woont. Daarom zegt Jean: waarom zou een artiest niet een beetje meedoen? Tinguely spreekt maar weinig Engels en daarom trad het meisje als tolk op. Jean, die een metalen hoofdbedekking en een stofbril droeg, stond afwisselend met zijn armen om de schouders van zijn ge zellin of met zijn handen op zijn rug naar het schouwspel in de dorre woestijn te kijken. Toen de laatste ontploffing een blauw geverfde watertank van 2250 liter vernietigde, leek het werk Tinguely goed gelukt. Op de grond, op 4,8 km afstand van de hoofdweg Las Vegas-Los Angeles, was niets meer over dan verbogen metaal en verbrand hout. Op de vraag, of hij vond dat zijn wereld goed was vergaan antwoordde Jean: „Ik voel me heel ge lukkig". Dmitri Sjostakowitsj, voorzitter van de internationale Tsjaikofsky-concoursen, heeft bekend gemaakt, dat aan het con cours, dat van 2 april tot 2 mei duurt, zal worden deelgenomen door 159 musici uit 32 landen: 66 pianisten, 52 violisten en 42 violoncellisten. Het grootste contingent deelnemers komt uit Amerika: tweehonderd, daarop volgt een groep van 28 Russen er, een van 15 Fransen. In Delft is in het Stedelijk Museum Het Prinsenhof de 11de tentoonstelling „Con tour der Nederlandse Beeldende Kunst 1962" geopend door het lid der Eerste Ka mer mr. G. J. P. Cammelbeeck. De ex positie, die tot 7 mei duurt, is ditmaal gewijd aan het meer figuratieve oeuvre in de beeldende kunst. Direct na de ope ning was reeds voor ongev-er 10.000 gul den aan particulieren verkocht. A A nKONDIGIHGEH euBESCHOUWMGEH De zaterdagavond werd niet in de laatste plaats opgeluisterd door het uitstekende ensemble van Pie Scheffer, die in „Muziek voor U" opnieuw toonde hoe een t.v.-uit zending van een musicerend gezelschap boeiend en bezienswaardig kan zijn. Meest al zijn orkesten op het scherm oerverve- lend, ook al is hun muziek van goede kwa liteit. Maar „Muziek voor U" is van be gin tot het eind het aanzien waard en bo vendien muzikaal uitstekend. De laatste aflevering van „De vier doch ters Bennet" werd door een wel zeer ironi sche inleiding min of meer tot een draak gediskwalificeerd, wat misschien voor de N.C.R.V. nodig was om de verantwoorde lijkheid voor dit inderdaad drakerige doch voor velen nog zeer genietbare huwelijks drama af te schuiven. De ridiculisering van deze laatste aflevering gaf een slechte smaak aan het geheel en was helemaal niet noodzakelijk geweest. Schaamte ook valse! over de keus van een t.v.-spel behoort achter de schermen te blijven. „Gevaarlijke lading" vormde een boei end sluitstuk van het lichtere genre: een spannend filmpje van t.v.-kwaliteit. „Ont moetingen met Elisabeth Andersen" zocht het ditmaal in Tsjechov, waardoor de za terdagavond een zwaar slot kreeg, nog aan merkelijk verzwaard door ds. Langstraat, die uiteraard al in een plechtige zondags stemming verkeerde. Voornaamste attractie van het AVRO- programma van zondagavond was „Ren- dez-vous", waarin Mies Bouwman een soort gastenavond houdt. De wijze waar op, valt te prijzen, want Mies is een slag vaardige jonge dame, die gespitst is op de actualiteit en een zorgeloze manier van babbelen en introduceren heeft. Ze sprong bijzonder handig om met Johnny Kraai- kamp wiens rentree verliep op de" potsier lijke manier, die Johnny bij de kijkers populair heeft gemaakt, ze wist zowaar de Spelbrekers helemaal te ontdooien wat wij nooit hadden gedacht als men de he ren ziet zingen en ze wekte zelfs de illusie dat Isabelle Aubret, winnares van het Songfestival, een aardig mondje Ne derlands kon verstaan. „Rendez-vous" is bepaald een onderhoudend programma, zeker niet het minste wat op de scher men verschijnt. Het werd omlijst door de heer Hilterman en de serie „Van stoel tot stad", degelijke kost dus, die overigens sterk op de persoon hangt, die deze kost opdient. Beeldschermer HILVERSUM I. 402 m. 746'kc/S. 7.00-24.00 KRO: 7.00 Nieuws. 7.15 Pianorecital (gr.) 7.30 Voor de jeugd. 7.45 Morgenge bed en overweging. 8.00 Nieuws. 8.18 Lich te grammofoonmuziek. 8.50 Voor de vrouw. 9.35 Waterstanden. 9.40 Schoolradio. 10.00 Voor de kleuters. 10.15 Lichtbaken, lezing. 10.25 Lichte grammofoonmuziek. 10.35 Pa ris et ses vedettes. 11.00 Voor de vrouw. 11.30 Lichte* grammofoonmuziek. 11.50 Vol- aan vooruit, lezing. 12.00 Middagklok - noodklok. 12.04 Lichte muziek. 12.30 Mede delingen t.b.v. land- en tuinbouw. 12.33 Lichte grammofoonmuziek. 12.50 Actuali teiten. 13.00 Nieuws. 13.15 Platennieuws. 13.40 Lichte muziek. 14.00 Lichte orkest muziek (gr.) 14.35 Voor de plattelands vrouwen. 14.45 Tierelantijnen, gevarieerd programma (herh.) 15.50 Populaire gram mofoonmuziek. 16.00 Voor de zieken. 16.30 Ziekenlof. 17.00 Voor de jeugd. 17.40 Beurs berichten. 17.45 Regeringsuitzending: De functie van het Nederlands in Suriname, door drs. J. D Speckmann. 18.00 Voor de jeugd. 18.20 Politieke lezing. 18.30 Lichte muziek en zangsolisten. 19.00 Nieuws. 19.10 Actualiteiten. 19.25 Lijdensmeditatie. 20.00 Fragmenten uit Mattheus Passion. 20.15 Muziek, modern en klassiek, muzikale le zing. 20.45 Limburgs symfonie orkest en solisten. 22.15 22.25 Boekbespreking. 22.30 Nieuws. 22.40 Vreemd. litteratuur en muziek in cabaretvorm. 23.10 De halve maan(d), licht programma. 23.30 Lichte grammofoonmuziek. 23.55-24.00 Nieuws. HILVERSUM II. 298 m. 1007 kc/s. 7.00 AVRO. 7.50 VPRO. 8.00-24.00 AVRO. AVRO: 7.00 Nieuws. 7.10 Ochtendgym nastiek. 7.20 Lichte grammofoonmuziek. VPRO: 7.50 Dagopening. AVRO: 8.00 Nieuws. 8.15 Lichte grammofoonmuziek. 9.00 Gymnastiek voor de vrouw. 9.10 De groenteman. 9.15 Klassieke ammofoon- muziek. 9.40 Morgenwijding. 10.00 Lichte grammofoonmuziek. 10.50 Voor de kleuters. 11.00 Voor de zieken. 12.00 Zang en piano. 12.20 Regeringsuitzending: Voor de land bouw. 12.30 Mededelingen t.b.v. land- en tuinbouw. 12.33 Lichte muziek. 13.00 Nieuws. 13.15 Mededelingen en grammo foonmuziek. 13.25 Beursberichten. 13.30 Promenade-orkest. 14.00 Kamermuziek. 14.40 Schoolradio. 15.00 Met naald en schaar. 15.30 Zangrecital. 16.00 Filmbe schouwing. 16.15 Lichte muziek. 16.30 Voor de jeugd. 17.30 Amateursprogramma. 17.55 New York calling 18.00 Nieuws. 18.15 Even tueel actueel. 18.20 Pianospel. 18.30 Lichte muziek. 19.00 Voor de kleuters. 19.05 Paris vous parle. 19.10 Inleiding tot muziekbe grip. 19.25 Viool en piano. 20.00 Nieuws. 20.05 Gastenavond: gevarieerd program ma. 22.00 Studenten Madrigaalkoor. 22.30 Nws. en mededelingen. 23.00 La gaité pa- risienne, ballet (gr.) 23.55-24.00 Nieuws. BRUSSEL. 324 m. 12.00 Nieuws. 12.03 Lichte grammofoon muziek. 12.30 Weerberichten. 12.35 Lichte grammofoonmuziek (vervolg). 12.50 Beurs berichten. 13.00 Nieuws. 13.15 Kamermu ziek. 14.00 Schoolradio. 15.45 Operettemu ziek. 16.00 Beursberichten. 16.06 Duitse les. 16.21 Zang en piano. 17.00 Nieuws. 17.15 Lichte muziek. 17.40 Boekbespreking. 17.50 Voor de jeugd. 18.20 Voor de soldaten. 18.50 Sport. 19.00 Nieuws. 19.40 Lodewijk Mortelmans-herdenking. 19.50 Syndicale kroniek. 20.00 Orkestconcert en solisten. 21.20 Jazz. 22.00 Nieuws. 22.15 Grammo foonmuziek. 22.55-23.00 Nieuws. VOOR MAANDAG NTS: 20 00 Journaal en weeroverzieht. AVRO 20 20 Pclevizier 20 30 Leren denken: programma over sehoollaboratorium van onze zuiderburen. 21.20 Line Renaud, zang. 21.30—22.15 Muziek- mozaiek. VOOR DINSDAG NTS: 20.00 Journaal. 20.20 Zendtijd po litieke partijen: AR. 20.30 Deltaschouw, filmreportage. 21.00-22.45 Speelfilm.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1962 | | pagina 4