HAN GORTER L."
Gouden forellen-industrie
in Limburg gaat uitbreiden
neem geen
Valspar45
TANTE PATENT EN DE SOF
PANDA EN DE PECHVOGEL
23 u. afgesproken plaats
rolt beter, plakt beter, brandt beter
Graf van nazaten van
Veluwse roofridder
ontdekt
Ons vervolgverhaal
MAANDAG 4 JUNI 1962
JAARPRODUKTIE: EEN
HALF MILJOEN VISSEN
"""SP
S
Moeilijke hartoperatie
Nieuwe speurtocht
naar het monster
Lakverf
Exellente vrouwenjager
lllllllllllllliilllillllllillllii
1 44)
Toen Willem van Woerden mij later
uit zichzelf een bekentenis kwam doen
die, zoals hijzelf ook begreep, de ver
denking tegen Jan Faber moest ver
groten, had dit mij mij een tegenge
stelde uitwerking. Ik vroeg mij af,
waarom Van Woerden mij dat kwam
vertellen. Hij zou dat zeker niet ge
daan hebben als hij de medeplichtige
van Faber was geweest en zonder zijn
medeweten kon Faber de moord nooit
hebben gepleegd. Voor mij stond het
dus vast, dat ik de namen van deze
beide mannen gerust kon schrappen
als verdachten.
Ploeger wachtte even. Aan de ge
zichten van de beide mannen was dui
delijk te zien hoe de mededeling van
de hoofdinspecteur hen had opgelucht.
Iets anders is, vervolgde Ploe
ger rustig, dat ik Jan Fager niet heb
Uitgesloten van medeplichtigheid aan
spionage en de verdwijning van de
beide hoogleraren. Ik was er in te
gendeel zeker van, dat hij daarin een
belangrijke rol heeft gespeeld. Alleen
de vrees, dat zijn arrestatie de veilig
heid van dr. Willbrough in gevaar kon
brengen hield mij ervan terug hiertoe
over te gaan.
Faber was bij deze woorden doods
bleek geworden. Wezenloos staarde hij
naar de spreker die hem strak aan
keek en rustig zijn betoog vervolgde.
Het is mij namelijk gebleken, ging
Ploeger verder, Dat Jan Faber ge
durende de tijd van twee minuten voo
tien tot ruim kwart over tien alleen
in de kamer van Van Woerden was.
Hij heeft, direct na diens vertrek, freu
le Marja via de huistelefoon opgebeld
en haar gezegd de opdracht die zij
die avond had ontvangen, een halfuur
te vervroegen.
Zij moest niet om 11 uur, maar om
half elf op de afgesproken plaats zijn
en dus onmiddellijk vertrekken. Freu
le Marja ging direct daarop weg. Fa
ber liep naar haar kamer en depo
neerde daar het briefje, dat wij la
ter bij de dode terug vonden
Dat is gelogen!
Jan Faber stond rechtop voor zijn
stoel. Hij had die woorden uitge
schreeuwd. Even was het doodstil.
Iedereen keek naar de man tegen wie
deze zware beschuldiging was geuit.
Op hetzelfde moment hoorde men
een korte klik. De boeien sloten zich
om de polsen van de verdachte. Re
chercheur Wilkens, die vlak naast hem
zat, had op een wenk van de hoofd
inspecteur, die handeling verricht.
Het is een gemene leugen! riep
Faber nog eens, terwijl hij in zijn
stoel terug viel.
Het is de waarheid, antwoordde
Ploeger rustig.
Ik zal die trouwens bewijzen. In
de eerste plaats bent u op diezelfde
dag, terwijl fleule Marja zat te eten,
het restaurant van het American Ho
tel binnen gegaan. U bent daar aan
een tafeltje gaan zitten vlak bij de
plaats waar zij haar mantel had opge
hangen. U hebt een glas bier besteld
en terwijl dat voor u gehaald werd,
hebt u een briefje in haar mantelzak
gestopt. Dat briefje is in ons bezit
en ligt bij de stukken.
Het is niet waar!
De kelner die u bediende, heeft
u van een foto herkend. Uw bestelling
was hem opgevallen omdat er in dit
gedeelte van het hotel uitsluitend ge
geten wordt. Hij zal dit straks voor
de rechtbank bevestigen. Ontkennen
zal u dus niet baten.
Ik raad u in uw eigen belang aan
die houding te laten varen, zei Ploe
ger scherp.
Het is gelogen! herhaalde de ge
vangene. Ik ben daar niet geweest.
Goed. Dan zal ik u nog iets be
wijzen. U hebt mij verteld en uw hos
pita heeft dat bevestigd, dat u op de
avond van de overval op de beide
hoogleraren even voor achten het huis
bent uitgegaan. Volgens u hebt u daar
na een bioscoop bezocht, en tot slot
een kop koffie gedronken in een ca
fé. Dat laatste is waar. U was daar
precies om half elf, terwijl de film,
die u opgaf, pas om kwart voor elf
was geëindigd. In de bioscooo heeft
men u echter niet gezien. Dat kon
trouwens ook niet, want om klokslag
negen uur belde u aan de ingang van
het laboratorium van professor Boon.
Er stond op enige meters afstand van
u een gesloten auto te wachten. Toen
de professor de deur openmaakte bent
u naar binnengegaan en hebt even la
ter de beide heren onder bedreiging
met een revolver gedwongen met u
mee naar buiten te gaan. Tevoren
had u professor Boon in de gang vlak
bij zijn kamerdeur een injectie in zijn
arm toegediend, waardoor hij versufte
en dus minder weerstand bood. De j
auto stond toen vlak voor de deur.
Met behulp van Iwan Petrofski hebt j
u beide heren in de wagen geduwd, j
Petrofski stapte bij hen achterin en
de auto reed snel weg. U hebt de voor- j
deur van het laboratorium dichtgetrok-
ken en bent weggegaan. U hebt on-
geveer een uur rondgelopen en bent j
toen het café binnen gestapt. Jammer
genoeg hebt u zich in de tijd vergist.
U had er nooit voor 11 uur kunnen
ziin. als u in die bioscoop was ge- I
weest.
Allemaal leugens! schreeuwde j
Faber buiten zichzelf. Ik ben daar I
nooit geweest!
Ploeger gaf Koopman een wenk. De- j
ze stond op en liep de kamer uit.
Het spijt mij, vervolgde de hoofd- i
inspecteur, dat u zo dom bent om
alles te blijven ontkennen. Een eer- i
lijke bekentenis was voor uzelf onge-
twijfeld beter. Ik zal u nu mijn laat- j
ste bewijs tonen en daarmee is dan i
voor mij dit gedeelte van de zaak af- j
gelopen.
Koopman kwam de kamer binnen,
gevolgd door een heer van middelba
re leeftijd. Hij had een scherp gete
kend, intelligent gezicht en spierwit
haar. Hij was het type van een aris
tocraat. Rustig liep hij op Ploeger
toe en keek hem vragend aan.
Dr. Willbrough stelde de hoofd
inspecteur hem aan het gezelschap
voor. Wilt u mij onder de hier aan
wezigen de man aanwijzen, die op die
bewuste avond de overval in het la
boratorium heeft gepleegd en u, sa
men met uw collega, onder bedrei
ging met zijn revolver, noodzaakte om
mee naar buiten te gaan? vervolgde
Ploeger in het Engels.
Dr. Willbrough nam de aanwezigen
even scherp op. Toen strekte hij zijn
arm uit en wees zonder aarzeling op
Jan Faber.
Dat is hem, zei hij.
Waaraan herkent u hem?
Ik zou hem overal uit herkennen.
Hij heeft een litteken op zijn linker
wang, opzij van zijn bovenlip. Dat was
zelfs niet te maskeren, door de kleine
snor, die hij toen droeg. Het is mij
die avond opgevallen. Hij stond vlak
voor mij en bedreigde mij. Ik ben
dat niet vergeten.
Ik dank u, doctor, antwoordde
Ploeger.
De geboeide hand van Faber was
onwillekeurig naar zijn gezicht ge
gaan. Hij streek over het kleine lit
teken.
Bekent u nu alles wat ik u heb
gezegd? vroeg Ploeger streng.
Faber zat met gebogen hoofd.
Ja, ik beken, antwoordde hij zacht.
Wat bekent u?
Alles.
Dus de overval in het laborato
rium?
Ja.
Het telefoneren mét freule Marja
vanuit de kamer van uw neef?
Ja.
Hebt u haar opgedragen een half
uur eerder te vertrekken?
Ja.
Hebt u het briefje, waarin stond,
dat verraders de dood verdienen, op
haar kamer neergelegd?
Ja. De inhoud was mij niet be
kend.
Wilkens stond op. Hij hield de arm
van Faber vast.
Kom, zei hij. Wij gaan.
Zwijgend verlieten beide mannen de
kamer.
XIX
Het was doodstil in het vertrek. Al
len waren diep onder de indruk van
het gebeurde. Zelfs de glimlach op
het gezicht van de officier was ver
dwenen. Vol spanning keek hij naar
Ploeger, die nog steeds de naam van
de moordenaar van Marja niet had
genoemd.
Lang duurde deze pauze niet. De
hoofdinspecteur stond nog steeds voor
zijn toehoorders. Zodra ook de Engel
se geleerde de kamer had verlaten,
ging hij verder met zijn uiteenzetting.
Ik was er dus zeker van, dat Fa
ber de moord niet had gepleegd, zei
hij. Een van de andere huisgeno
ten moest dus de dader of in ieder
geval medeplichtige zijn. De beide
dienstmeisjes kon ik gevoeglijk uit
schakelen. De informaties, die ik over
hen kreeg, sloten iedere verdenking
bij voorbaat al uit.
(Wordt vervolgd)
Wild spattend spartelen de forel
len op zodra er voedsel (rauwe
vis of vlees) in het water wordt
geworpen. Als echte roofvissen
verslinden zij hun prooi direct.
IN HET MOOISTE DEEL van Zuid-Limburg, waar snelstromende beekjes
langs de glooiende heuvelhellingen klateren en Dronwater zich bruisend naar
beneden stort, liggen, onder de gemeente Gulpen,, de forellenkwekerijen van
de Nederlandse Heidemaatschappij. Vijftig jaar geleden werd daar een be
scheiden begin gemaakt met de forellenkweek ingevolge een besluit van de
Heidemaatschappij „tot bevordering van de zoetwatervisserij". Reeds eerder,
namelijk in 1898, waren in Vaassen bij Apeldoorn (in de slotgracht van het histo
rische roofridderkasteel De Cannenturgh) en in Arnhem de eerste stappen
edaan om te komen tot een zalmkwekerij. Dit liep op den duur op een mis-
ukking uit en in 1912 schakelden Vaassen en Arnhem over op de kweek van
forellen. Ongeveer tegelijkertijd werd ook in Gulpen begonnen en daar had men
direct succes, want als ergens de forellenkwekerij moest slagen, dan was het
in Zuid-Limburg met zijn heldere, koude, snelstromende en zuurstofrijke water.
DE LIMBURGSE forellenkwekerijen heb
ben een groot aantal visbakken aangelegd,
waar de forellen van het ei tot pootvis
en consumptievis worden opgekweekt, een
biologisch-wetenschappelijk proces, waar
bij de nieuwste vindingen worden toege
past. Hier in Zuid-limburg vindt men de
enige kwekerij waar de forellen uit het
ei worden gekweekt, een werk waarbij
veel handenarbeid nodig is. Maar binnen
kort zal worden overgegaan tot automati
sering bij het op grootte sorteren, hetgeen
een enorme tijd- en arbeidbesparing zal
geven. Vaassen ontvangt van Zuid-Limburg
het forellenbroedsel voor de verdere kweek
en in Arnhem vindt men een aquarium
van in Nederland geteelde forellen. De
forellenkwekerijen van Zuid-Limburg heb
ben in de loop der jaren de produktie, af
levering en export van forellen geregeld
opgevoerd. België, dat zelf toch ook heel
wat forellenkwekerijen heeft, maar zeer
veel van deze vis verbruikt, neemt jaar
lijks nog tien percent van de consumptie-
vis van Gulpen af. "bat betekent dat van
de 50.000 kg consumptie-forel 45.000 kg.
in Nederland en 5.000 kg. in België wordt
afgezet voor verkoop.
Gulpen vindt dit lang niet genoeg. Men
hoopt dat het Nederlandse volk, dat per
hoofd der bevolking tienmaal minder fo
rel eet dan onze zuiderburen, ertoe te
brengen veel meer van deze vissoort te
gaan consumeren. De forellenkwekerij van
Gulpen heeft een zeer belangrijke produk
tie van eieren, namelijk 1 tot 2 miljoen,
waarvan de helft voor export bestemd is.
De jaarlijkse produktie uit het aangehou
den broedsel bestaat uit 500.000 tot 600.000
vissen, die na één jaar teelt geschikt zijn
voor uitzet in beken en andere wateren.
Dat gebeurde tot nu toe voornamelijk in
België omdat te veel Nederlandse beken
vervuild raken. De Nederlandse Heidemij.
wil in de komende jaren krachtige pogingen
doen om de vervuiling van beken door
industriële afvalprodukten tegen te gaan.
De teelt van rond 250.000 stuks pootvis
vergt een jaar intensieve zorg in de vijf
tig visvijvers. Met de bestgroeiende vis
sen wordt doorgeteeld tot volwassen forel
len, die voor de consumptie bestemd zijn
Geen visserslatijn! Deze forel uit de
kwekerij van de Heidemaatschappij in
Gulpen weegt ruim vijf pqnd. Hij is
dan ook een jaar of vijf oud. Zulke
grote exemplaren zijn m de vrije
natuur zeldzaam.
•v.
en daarvan komt jaarlijks dus 50.000 kg
in de handel
De directeur van de Nederlandse Heide
mij., ir. B. Polderman, deelde ons mede
dat de vraag naar consumptieforellen ge
stadig stijgt en dat de Nederlandse Hei
demij. in verband daarmee de nodige voor
bereidingen tot uitbreiding van de visvij
vers en bijbehorende technische installa
ties treft. Hij vertelde verder dat het de
bedoeling is nieuwe forellensoorten te gaan
kweken, namelijk de z.g. beekridder als
mede de meer- en de zalmforel. Deze soor
ten worden namelijk in het buitenland meer
en meer gevraagd als pootvis, o.a. om
uit te zetten in de Duitse berg- en stuw
meren. Mede door hun idyllische ligging
trekken de Gulpener forellenkwekerijen in
de uitlopers van het zogenaamde „Lim
burgse klein-Zwitserlandf' heel wat belang
stelling. Tienduizenden toeristen komen
jaarlijks in het vakantiehoogseizoen naar
de kwekerijen om er in visvijvers te tu
ren en om de vraatzuchtige forellen te
zien schrokken van het voedsel. Tot nu
toe bestond dat voedsel uit vis- en vlees-
afval, maar langzamerhand gaat men over
tot het geven van droogkorrelvoer. Hoe
veel voer er paar jaar nodig is? De beno
digde hoeveelheid per dag bedraagt 700
kg, zodat er paar jaar 250.000 kg wordt
opgevoerd, ongeveer een trein van 50 a
60 wagons. Er gaat dus heel wat geld zit
ten in het overigens uitstekend renderen
de bedrijf.
De Amerikaanse chirurg dr. D. A. Cooley
eft in Gent onlangs een ingewikkelde
hartoperatie 'verricht bij" de tien jaar oude
Belgische jpngen Gabriel Castelyn. De
opératie duurde drie uur. Er werd een
kunsthart gebruikt om bloedcirculatie tij
dens de operatie te vervangen. De operatie
was een onderdeel van een symposium
over hartchirurgie dat door prinses Liliane
de Réthy georganiseerd is en dat door spe
cialisten uit de gehele wereld bijgewoond
werd.
De prinses, die zeer grote belangstelling
heeft voor hartchirurgie omdat haar 20
jaar oude zoon prins Alexander in 1957 in
Boston geopereerd moest worden wegens
een ernstige hartvervorming, volgde de
operatie in het ziekenhuis van de universi
teit van Gent via een gesloten tv-circuit,
tezamen met chirurgen, studenten en jour
nalisten.
De kleine Gabriel had een abnormale
verbinding tussen de hartkamers en een
vernauwing in de hartslagader. Het was de
eerste maal dat een dergelijke operatie in
Europa verricht werd. In de V.S. is zij reeds
eerder gedaan.
Het symposium werd bijgewoond door
ruim 40 hartspecialisten uit 20 landen. Be
halve de lezingen en besprekingen staan er
20 hartoperaties op het program.
In Engeland is opgericht het „Bureau
voor onderzoek inzake het Fenomeen van
Loch Ness n.v.," dat zich onledig zal hou
den met het op verzoek verschaffen
van hulp en voorlichting aan ieder die een
onderzoek naar het monster van Loch Ness
wil instellen. Adviseurs zijn Peter Scott,
natuur-onderzoeker en zoon van de be
faamde Zuidpoolvorser kapitein Scott, en
David James, Lagerhuislid voor het dis
trict Kempton (Brighton). James ver
klaart: „Ik ben er persoonlijk rotsvast
van overtuigd dat het monster bestaat en
ik zal zelf een expeditie naar het Loch lei
den in de loop van dit jaar."
Advertentie
1 Eft:*) p>'
2782
Advertentie
GEMBO N.V. - Winschoten - Amsterdam
Alexander Downer, de Australische
minister van Immigratie, is naar Enge
land gekomen om huwbare Britse
meisjes naar zijn land te lokken.
„Er zijn lang niet genoeg aantrekke
lijke jonge vrouwen in Australië", zo
verklaarde hij bij aankomst in Londen.
„Ik zou graag zien dat er veel meer uit
Engeland zouden emigreren."
Downer zal wellicht ook een aantal
andere landen waaronder Nederland
bezoeken met hetzelfde doel.
„Ik schijn de reputatie te hebben,
een internationale vrouwenjager be
zijn," verklaarde hij tegenover de pers.
Bij herstelwerkzaamheden aan de Ne
derlands Hervormde kerk in Vaassen (Ve-
luwe) l.ebben werklieden in het midden
schip een grafkelder blootgelegd, die zeer
waarschijnlijk uit de elfde eeuw dateert
Een van de arbeiders zakte plotseling in
de zanderige bodem van het midden
schip weg. Een onderzoek bracht toen de
grafkelder aan het licht.
In deze kelder, die ongeveer 3'/2 x 4
meter groot is, werden diverse half ver
gane, en een vrijwel ongeschonden kist
gevonden, waarin zich de stoffelijke res
ten van twaalf a dertien personen bevin
den.
Het gaat hier om het familiegraf van
de familie Isendoorn a Blois die geruime
tijd het kasteel De Cannenburgh heeft
beheerd en waarschijnlijk nog zijdelings
verwant is met de beruchte roofridder
Maarten van Rossum, die op dit kasteel
woonde.
Het graf bevindt zich op de plaats, waar
het koor van de oude kerk stond In 892
werd deze kerk door een zekere Brunhild
namens de groothertog van Hessen, aan
wie ook Vaassen behoorde, aan de ge
meente geschonken.
Het koor werd in de oude kerk tot op de
fundamenten afgebroken. Daarna is op
dezelfde plaats een nieuw godshuis ge
bouwd. Verschillende voorwerpen, die
naast de stoffelijke resten zijn gevonden,
zoals een kam en enige strikjes kunnen
waarschijnlijk de Oudheidkundige Dienst
helpen, de ouderdom van de kelder en de
skeletten precies vast te stellen.
I
Een oorspronkelijk stripverhaal door Annie M. G. Schmidt en Fiep Westendorp
ropmiOHT »WAj» FEATUKM BTNdTCATB
26. „Slager", zei Tante Pantent. „Ik wou graag
twee kilo mooie ossenlapjes van u hebben". „Wel,
wel", zei de slager, „krijgt u gasten? Anders is het
altijd alleen maar een onsje gehakte biefstuk". „Ja,
ik krijg mensen te eten", zei tante Patent. „Doet
u er ook maar een paar beentjes bij voor de soep".
Vervolgens ging Tante Pantent naar de zelfbedie
ningswinkel waar ze een wagentje nam en langs de
rekken met blikjes en pakjes reed. Zou meneer Sof
van griesmeel houden? dacht ze. Waar houdt een Ba
tavier van? Lust zo'n barbaar spaghetti? Of zou hij
uitsluitend vlees willen? Dat wordt te duur. Wan
neer hij nog een paar dagen blijft, zal hij toch ge
noegen moeten nemen met eenvoudig eten. Burger
pot. Aardappeltjes en een balletje gehakt en wat
andijvie. En een puddinkje toe. Ondertussen was de
grote Sof nog steeds aan het stofzuigen.
Sglïi a
UAITEN TOONDE*
28. „Kijk!" sprak de makelaar geestdriftig, op een
blanco stuk van de kaart wijzend, „ik heb hier een heel
barre landstreek voor u! Een praktisch onbereikbaar
stuk land, eenzaam en woest, tegen een heel voordelig
prijsje!" „Tja," zei meneer Pech voorzichtig, „dat lijkt
me wel iets! Maar ik wil er beslist geen voordeel van
hebben! Ik heb al te veel geldelijke voordeeltjes gehad."
„Eh oh!, juist!" stamelde de onthutste makelaar,
bevreemd met de ogen knipperend. „Als dat uw wens
is, kunt u dit stuk land krijgen voor een prijs, die abso
luut een strop voor u zal betekenen!" En zo betaalde
meneer Pech met plezier een heleboel geld aan de ver
heugde makelaar, en de voor beide partijen prettige
koop werd bekrachtigd met een wamre handdruk. Maar
nauwelijks hadden Panda en meneer Pech het kantoor
verlaten, of een luid kabaal deed hen verschrikt om
kijken. „Oh grutjes!" kreunde meneer Pech angstig,
„daar is de horde weer!" Inderdaad was men de arme
totowinnaar weer op het spoor gekomen. „Lieve neef!"
riep tante, „ik ben niet boos meer! Kom terug! Alles is
vergeven en vergeten!" En haar lokroep deed de ruiten
trillen.
4