Het verdwenen manuscript
CIRCUS JE SPELEN: DOOR DE EEUWEN HEEN EEN
GELIEFDE HOBBY VAN DE GROTEN DER AARDE
m
TANTE PATENT EN DE SOF
PANDA EN DE PECHVOGEL
NAAIMACHINES
ENGEL
m
GROEN Co
VRIJDAG 29 JUNI 1962
15
door H. Wolfram Geizsler
ONVERMOEDE „PAARDEKRA CHTEN" IN
DAF-DIRECTEUR HUUR VAN DOORNE
De Gruyter te paard
Van Leer's „Kavaljos'
Circus der edelen
Sterrengala
Jaap Best
Centrale Verwarming
Dwlker Oüehranders
Haarlem - Tel. 14444
Grote Houtstraat 181
Hollands stekje werd
stammoeder der Franse
koffiecultuur
I
O
-
Ons vervolgverhaal
17)
Toen ze echter niets van zich liet
horen, bleef hij alleen, met een
karaf rode landwijn, op de badstei-
ger zitten en genoot van de stille
sterrennacht, 't Was een zeer donkere
avond zonder maan en hoewel
hij graag een sigaret had opgestoken,
zag hij ervan af. Het vuur van de
sigaret zou verraden, dat hier in de
duisternis iemand zat en 't leek hem
beter, dat niemand hem zou ontdek
ken. Tegen de donkere achtergrond
van de struiken was hij ook van het
water af stellig volkomen onzicht
baar. Overal langs het meer glinster
den lichtjes, in San Vigilio, in Mal-
cesine. Ergens in de vefte klonk een
Italiaans lied, en tussen de bomen,
een eind verderop, hingen lampions
in de zachte avondwind te wiegelen
Fox hoorde een kerkklok elf slaan
en stond op het punt om naar het huis
terug te gaan, toen hij wederom een
boot bemerkte, welke dichter langs
kwam dan de andere boten en recht
op het badtrapje scheen aan te stu
ren. Fox bleef doodstil zitten en be
woog zich niet, maar toen de kiel
van de boot tegen het houtwerk stoot
te flitste het licht van zijn zaklan
taarn door het duister.
„O, bent U daar nog?" riep Maria,
die helemaal niet geschrokken scheen
te zijn, vanuit de boot.
„Dat is prachtig. Mag ik even de
boot vastmaken?"
Een minuut later stond ze tegen
over hem en zei: „Ik heb nieuws".
,,'t Moet wel belangrijk nieuws zijn,
anders had je niet de moeite geno
men om dat hele eind van Fasano
hierheen te roeien", merkte Fox op.
„Was 't niet veel eenvoudiger ge
weest om per auto te komen?"
„Ik wilde niet, dat mijn vrienden,
"bij wie ik logeer, iets zouden merken.
Ik ben dus gewoon de tuin ingeslen
terd en stilletjes met de boot verdwe
nen. Belangrijk nieuws.Dat moet
u maar beoordelen. Dariotis is niet
aanwezig"
„Sedert wanneer?"
„Sedert vanavond", antwoordde Ma
ria. „Ik ben er zelf heengegaan en
onder een of ander voorwendsel heb
ik naar hem gevraagd. Het was me
heel vreemd te moede, toen ik te
horen kreeg, dat hij ongeveer twee
uur geleden vertrokken was".
„Wie heèft je dat gezegd?"
„De oude dame, bij wie hij in huis
woont. Ze meende, dat hij wel een
poosje zou wegblijven. Hij had een
grote koffer meegenomen.
„En verder?"
„Dat is alles" antwoordde Maria.
„Ik had niet de moed om meer te
vragen. Zo iets moet je eerst leren"
„Wist die mevrouw niet, waarheen
hij vertrokken was?"
„O, ja, dat heeft ze me gezegd.
Hij is naar Parijs, waar hij een klei
ne flat heeft, of. misschien is 't niet
meer dan een gemeubileerde kamer
dat heb ik niet precies begrepen."
„Waar in Parijs?"
„Dat kon ik toch niet vragen!"
„O nee?", zei Fox lachend. „Ken
je Parijs?"
„Ja en nee. Ik was er twee keer
met mijn vader, doch slechts voor en
kele dagen, en terwijl hij zaken deed
heb ik de bezienswaardigheden beke
ken".
„En natuurlijk inkopen gedaan!"
„Natuurlijk!" Ze lachte in de duis
ternis. „Een mens zou vaker naar
Parijs moeten gaan.
„Ik wilde 't je juist voorstellen",
zei Fox.
Maria zei niets, maar haar zwijgen
was zo welsprekend, dat Fox geen
moeite had om te begrijpen wat er
in haar omging.
„Acht u dat noodzakelijk?" vroeg
ze enkele ogenblikken later. „En ge
looft u werkelijk, dat Dariotis iets
met deze zaak te maken heeft?"
„Ik zou er de voorkeur aan geven
om hier in jouw beminnelijk gezel
schap aan het Gardameer te blijven,
o ja, daaraan zou ik veruit de voor
keur geven! Speciaal door jouw aan
wezigheid heb ik geen zin in nieuwe
avonturen..Maar je weet, waarom 't
hier naar alle waarschijnlijkheid gaat.
Je vader weet dat nog beter en wenst
dat deze zaak opgehelderd wordt. Ik
kan dat begrijpen en derhalve zullen
we wel moeten besluiten.
„Wat zal mijn vader ervan zeggen?"
„Niets", antwoordde Fox en zette
het meisje uiteen, hoe hij Zanetti er
op voorbereid had, dat hij wellicht
enige tijd niets zou horen ,,'t Komt
er alleen op aan, dat jij de moed kunt
opbrengen".
„Moed waartoe?"
„Om een klein stukje weg samen
met mij te gaan", antwoordde Fox en
in zijn stem klonk iets van weemoed;
een weemoed, welke ze bij hem niet
gezocht zou hebben. „Het is mij na
melijk niet mogelijk om bij de fee
Morgana in het toverwoud te blijven.
Ik zou 't graag willen, maar men
schijnt 't anders met mij voor te heb
ben".
„Maar 't is uw schuld toch niet,
dat u niet meer te weten kon komen"
zei Maria.
„Het lot van een dolende ridder
een tragi-komische figuur schijnt
nu eenmaal te zijn, dat hij altijd weer
verder moet. Hij moet de hem voorge
schreven weg volgen, hoe schoon de
jonkvrouwen ook zijn, die hem trach
ten af te leiden".
Maria merkte op: „Maar niemand
heeft er toch ooit van gehoord, dat
de Fee Morgana uit haar toverbos
te voorschijn kwam en met die do
lende ridder is meegegaan?"
„Nee, mij is daarvan tenminste
niets bekend. Ik geloof, dat ze steeds
weer een zeer innig afscheid van el
kaar namen.." Hij trok Maria naar
zich toe en voegde er zacht aan toe:
„Zo ongeveer
De nacht was stil en vol sterren,
in de verte was het geluid van vis
sen, die uit het water omhoog spron
gen, hoorbaar.
„Ik zie de sterren in je ogen weer
spiegeldfluisterde Fox.
Marie vroeg: „Wanneer vertrek
ken we? Ik moet nu wel met je mee
gaan. Stel je voor, dat daarginds an
dere vrouwen zouden zijn, die je
trachten af te leiden.
Hij liet haar los en thans zaten ze
roerloos naast elkaar op de houten
bank aan het water. Er waren nog
verschillende dingen te bespreken.
Fox was van oordeel dat ze 't beste
morgen tegen het vallen van de avond
zouden kunnen vertrekken. Tot dat
tijdstip zou hij nog zeer veel te doen
hebben. Maria legde zich hierbij
neer, doch opperde alleen bezwaren
in verband met de grenspapieren.
„Daarover behoef je je geen zorgen
te maken", zei Fox. „Ik ben in het
bezit van een diplomatieke pas van
de staat Libië."
„Ben je dan geen Duitser?" vroeg
Maria verbaasd.
..Natuurlijk we1. Maar je moet we
ten, dat ik verscheidene jaren in Li
bië bij een Arabierenstam vertoefd
heb. Weliswaar niet geheel vrijwil
lig maar desalniettemin behoren
deze jaren tot de beste van mijn le
ven. Op die manier werd ik Libisch
staatsburger en kreeg ik zelfs een di
plomatieke paspoort. Dit is mij reeds
meermalen zeer goed van pas geko
men."
„Bij jou zijn er steeds nieuwe ver
rassingen," zei Maria glimlachend.
„Wanneer ontmoeten we elkaar?"
„Niet voordat jij me komt halen."
„Zullen we lang op reis zijn?"
„Dat weet ik nog niet, maar ik
raad je aan om voor alle zekerheid
wel een extra zakdoek mee te ne
men."
„Ik zou graag spoedig hier terug
zijn", zei Maria, terwijl ze het trapje
naar de boot begon af te dalen.
„En ik zou er de voorkeur aan ge
ven, om hier te blijven", antwoordde
Fox. „Slaap lekker".
„Goedennacht!" Ze maakte de roei
boot los en de riemen plonsden in het
water.
Fox bleef nog enige tijd peinzend
op de steiger zitten. Er zat nog wat
landwijn in de karaf
V.
Het was niet moeilijk om in Fasano
het huis te vinden, waar Johannes
Dariotis kamers had De oude dame
die er woonde, vond blijkbaar elk be
zoek een welkome onderbreking van
haar eenzaamheid. Of hij een vriend
was van Dariotis Nee, zo zou
hij zich niet kunnen noemen, hij was
slechts zelden hier in de buurt, het
geen hij zeer betreurde, want hij
voelde veel sympathie voor Dariotis.
„Overigens is die barnstenen ketting
gevonden", voegde hij er terloops
aan toe.
'Wordt vervolgd)
ÏÏÏIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIItlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllMIIIIIHIIIIIIMIIIIIllllllllllllllllllllHllllillllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll
ALS ER GEEN nieuwe tegenspoeden opdoemen, zal op 18 juli in het circus
Boltini een Grand Gala des Artistes gepresenteerd worden. Artiesten uit de grote
en uit de kleine kunst, vooral van radio en televisie, zullen diverse circusnummers
brengen tijdens een speciale galavoorstelling, waarvan Ue baten toevallen aan een
stichting, die voorziet in de financiële behoeften van oude vakgenoten. Circusspel
dus door leken, want al kan iemand bijvoorbeeld mooi zingen of jongleren, dan
wil dat nog niet zeggen dat hij ook verstand heeft van olifanten. Laat staan van
beren, zoals het zangeresje Ria Kuyken aan den lijve moest ervaren. Het wordt
dus een circusvoorstelling door amateurs, hetgeen een der landelijke dagbladen
meende te moeten aankondigen als iets geheel nieuws. Dat was bepaald niet juist.
In de loop der jaren hebben vele leken zich op het circus geworpen en hierbij
doelen we niet op de talloze gymnastiekverenigingen en ruitersociëteiten die zich
op dit terrein bewogen, en evenmin op de ontelbare kindercircusjes waarvan het
charmante Elleboog de rij opende. Nee, in dit artikel willen wij het hebben over
serieuze pogingen, een volwaardige circusvertoning te benaderen.
EEN ZUIVER en prettig voorbeeld hier
van blijft stellig 't HOEFKE, in 1947 ge
sticht door dr. Huub van Doorne, fabri
kant van de DAF-auto's, maar ook min
naar van het „edelste dier der schep
ping". Ruim tien jaar achtereen gaf deze
bijzonder sympathieke „onderneming" op
gezette tijden voorstellingen, overwegend
binnen een straal van 50 km. rond Deurne
waar zij thuis hoorde. Er werd gewerkt
in een eenvoudig ingerichte tent, plaats
biedend aan ongeveer duizend bezoekers.
Glansnummers waren de tweelingen Tiny
en Anny van Doorne, die reeds sinds haar
prille jeugd een van vader Huub geërfde
passie voor paarden koesterden. Met de
vrijheids-, voltige- en hogeschoolnummers
die zij in de helaas iets te' kleine piste
vertoonden, en die zij geheel zelf hadden
ingestudeerd, konden zij het tegen menig
artieste van professie opnemen. De rest
van het programma: lucht- en parterre-
acrobatiek, koorddansen, clownerie en nog
veel meer, namen andere jongelui uit Deur
ne voor hun rekening: de plaatselijke har
monie zorgde voor de muziek
Het was een met toewijding werkende
groep die overal waar ze optrad dave
rend succes oogstte. De geestelijk advi
seur, pastoor van Dinter een paarden
kenner bij uitstek ging van deze ge
zonde stelregel uit: „Circus is een stuk
volkscultuur". Hiervan heeft 't HOEFKE
een duidelijk bewijs geleverd.
VERMELDENSWAARDIG is ook het
„Nederlandsch Amateurcircus" dat tot
sland kwam dankzij een vooraanstaande
figuur in de Nederlandse paardenwerald,
A. van Hoboken. De regie berustte bij Je
kundige hippoloog H. J. Lijsen. Voorstel
lingen werden onder andere gegeven ;n
het circusgebouw te Scheveningen in juni
1936, '37 en '38. Hippische nummers na
men hier een zeer dominerende plaats in.
We herinneren ons nog levendig een pro
minente medewerker, de heer De Gruy
ter (van het gelijknamig winkelconcern)
die zich een uiterst bekwaam schoolrijder
toonde. Zijn opleiding had hij genoten van
niemand minder dan Otto Schumann. Tan
dem-rijden, quadrilles en springmanoeu-
vres ontbraken evenmin. Het programma
werd gecompleteerd met balletten, muzi
kale en komische acrobatennummers. Al
le executanten wensten anoniem te blijven
en evenals in 't HOEFKE werd hier cir
cus „gespeeld" met eerlijkheid en geest
drift.
EEN BEGRIP is nog steeds het nu even
eens verdwenen circus Kavaljos, het speel
goed zoals hijzelf het placht te noemen
van de Nederlandse groot-industrieel on
filantroop Bernard van Leer. Het werd op
25 januari 1936 ten doop gehouden: een
unieke, transportabel saloncircusje dat liet
eerst verrees op de binnenplaats van de
Hollandsche Manége in de Vondelstraat Ie
Amsterdam. Het bevatte hoogstens drie
honderd zitplaatsen, doch die boden een
summum aan comfort. De architecten
Grimmond en Grassau hadden het inte
rieur uitgevoerd in wit en blauw en het
geheel getuigde niet alleen van sublieme
smaak; het was van een ongekende luxe.
Voordat men de circusruimte bereikte,
passeerde men een galerij met prachtige
paardenplastieken van de beeldhouwer Ra-
decker en fraaie, speciaal uit Parijs ge
haalde circusschilderijen. De voorstelling
die onder supervisie stond van vakmen
sen als Adolfi van Oss en Tully Carré, en
in hoofdzaak door dilettanten werd ver
zorgd, was buitengewoon stijlvol, de prach
tige cavalerie was voor velen een openba
ring Op het verblijf in de hoofdstad volg
den bezoeken aan Wassenaar, Bussum en
later Den Bosch Voorts trad men onder
meer op in het Cirque Royal te Brus
sel, het Grand Palais in Parijs en Carré-
Amsterdam o.a. met een groep verrukke
lijke Lippizzaner hengsten in het sprook
jesachtige schouwspel „Rhapsody in
white".
NA DE KOMST van de Duitsers in ons
land zag de heer Van Leer kans met zijn
hele circus via Portugal naar Amerika te
ontsnappen. Ondanks velerlei moeilijkhe
den heeft hij er een tournee gemaakt, die
haar bekroning vond in de machtige Ra
dio City Music Hall waar Kavaljos met
zijn Friese stamboekpaarden grote triom
fen vierde. Na de oorlog in Europa terug
gekeerd, werd de heer Van Leer te veel
door zijn zaken in beslag genomen om zich
als voorheen aan zijn liefhebberij te kun
nen wijden. Een aantal paarden en een
staf van personeel voor hun verzorging en
training hield hij evenwel aan Hij kón er
niet buiten. In 1953 deed Kavaljos opnieuw
van zich spreken, toen het zijn medewer
king verleende aan de lustrumspelen ;in
Delft. Hiervoor was in Bergen op Zoom een
nieuw en perfect ingericht circus vervaar
digd met een tent van 32 m. doorsnede,
dezelfde waarmee nu Harry Belli nog reist.
Bernard van Leer, heerser over tiental
len vatenfabrieken verspreid over de gan
se wereld; rusteloos genie en keihard za
kenman die miljoenen verdiende en ze
even gemakkelijk uitgaf, had een zwakke
plek, zijn grote liefde: het circus. Dat be
tekende alles voor hem. Kort nadat hij op
6 januari 1958 op 74-jarige leeftijd overle
den was werden zijn paarden, de mooiste
die men ooit in een circus heeft kunnen
aanschouwen, de magnifieke tuigen, de
schitterende wagens, tent- en verlichtings
materiaal, kortom alles wat eens Kavaljos
was, voor een appel en een ei van de
hand gedaan..
HET IS VERWONDERLIJK dat een uit
gesproken circusland ais Duitsland nooit
een amateur-circus van reputatie heeft
opgeleverd. Daarentegen kennen wij uit het
sterk „circus-minded" tsaristische Rus
land een man als Peter Krutikov; een
naam die nog immer voortleeft. Deze
zoon van voorname en welgestelde ouders
legde zich al van jongs af toe op paar-
dendressuur, en behaalde hiermede op
zienbarende resultaten. Er bestond wel
dra een zodanige belangstelling voor, dat
Krutikov de stad Kiev een circusgebouw
schonk, waarin zo nu en dan door de
„meester amateur" met z'n leerlingen
voorstellingen werden gegeven In de zo
mer van 1897 trad Krutikov op in Pa
rijs, in het privé-circus van Ernest Mo-
lier. Ook diens vaste publiek, dat toch
wel iets had gezien, was opgetogen over
de verbluffende prestaties van de Ru-
sische dillettant. Op deze Molier willen
we wat dieper ingaan. Na uit zijn kinder
jaren onuitwisbare herinneringen te heb
ben behouden aan het Cirque Bouthors,
bracht hij in zijn studiejaren in de Fran
se hoofdstad meer tijd in de stallen der
Parijse circussen door dan in de college
zaal. Toen zijn vader overleed en hem
een belangrijk vermogen naliet, betrok
Ernest in de Rue Benouville te Parijs
een riant herenhuis met bijgebouwen die
zich prima leenden voor een manege. Hij
bezat reeds vele paarden doch breidde
zijn collectie uit en was met hun africh
ting de gehele dag bezig. Vrienden van
Molier. allen uit de hoogste kringen
en velen uit de adelstand werden er
in de gelegenheid gesteld, zich te De-
kwamen in gymnastiek, krachtsport,
evenwichtskunst, springen, schermen an
wat dies meer zij. Op een goede dag
besloot men, rond de piste zitplaatsen
voor enige honderden toeschouwers aan
te brengen. kon op 18 juni 1881 de
eerste voorstelling gegeven worden. Niet
slechts de „artiesten", ook de musici,
technici e.d. behoorden tot de „Grote
Wereld" en vonden bijzondere vreugde in
deze vorm van tijdpassering. Molier was
een energiek en zeldzaam begaafd man.
Vele later beroemd geworden amazones
leidde hij op; de voortreffelijkste, Blan
che Allarty, werd zijn echtgenote. De
circusvertoningen men gat er maxi
maal drie per jaar die uitsluitend
werden bijgewoond door de „haute volée"
droegen de stempel van weergaloze élé-
gance, grandeur en distinctie
LANGER DAN een halve eeuw heeft
dit merkwaardige instituut bestaan. In de
eerste helft der dertigerjaren overleed
zijn grondlegger en stuwende kracht. D't
betekende het einde van het befaamde
Cirgue Molier, het „paardenspel der
edellieden".
Twintig jaar later heeft men getracht
in de aldus ontstane leemte te voorzien
door in diezelfde geest circusvoorstellin
gen te organiseren, nu onder het tentdak
van Amar gevoerd in het Bois de Bou
logne. Zowel in als om de arena was het
opnieuw al prinsessen, vicomtes, hertogen
en markiezinnen wat de klok sloeg. Het
gebodene was lang niet slecht. Toch is
het, naar we menen, bij enkele proefne
mingen gebleven. Een geniale en hoogst
originele figuur als Ernest Molier laat
zich niet vervangen.
BETER STAND hield het „Gala de
l'Union des Artistes", dat afgelopen win
ter voor de 32ste maal heeft plaatsgevon
den. Telkenjare trekt, op een avond m
het begin van maart, een uitgelezen pu
bliek naar het Parijse Cirque d'Hiver,
voor die gelegenheid feestelijk versierd en
verlicht, om tegen zeer hoge toegangsprij
zen de sterren van het t eel, het caba
ret, de opera en de film te zien optre
den als circus-artiesten. Bijgestaan door
gerenonceerde vaklieden, oefenen en repete
ren deze dikwijls maandenlang teneinde
zich een geschikt nummer eigen te ma
ken. Prominenten als Mistinguett, Sacha
Guitry, Harry Baur, Jean-Louis Barault,
Tino Rossi, Ingrid Bergman, Fernandal,
Maurice Chevalier, Yul Brynner, Juliette
Gréco, Martine Carol, Josefine Baker,
Charles Trenet en vele andere grootheden
hebben reeds hieraan hun krachten gege
ven. Deze jaarlijkse, werkelijk luisterrij
ke gala is een der hoogtepunten van het
Parijse seizoen, en een traditie waarvoor
men respect mag hebben. Want niet
„met de Franse slag", worden deze gala's
voorbereid doch met een heilige ernst en
met zulk een doorzettingsvermogen, dat ?e
tot voorbeeld strekken voor ieder die zich
geroepen acht een avond de rol van sal-
timbanque te vervullen.
Aldus een beknopt overzicht van hetgeen
ons in de gedachten kwam met betrek
king tot amateur-circussen en verwante
manifestaties. Onzes inziens zijn deze al
leszins toe te juichen. De geldelijke baten
vinden gemakkelijk een nuttige bestem
ming. En circussen op commerciële basis
behoeven er geen nadelige gevolgen van
te ondervinden. Integendeel!
Aangenomen dat ijdelheid en persoonlij
ke behoefte aan reclame niet de drijf
veren zijn van de amateur circusartiesten,
kunnen deze vertoningen een uitstekende
propaganda vormen voor het echte circus
en hetb ezoek daaraan bevorderen.
Advertentie
BLOEMENDAAL
TELEFOON 5485S
In Bernhard van Leer's luxueuze privé-
circus Kavaljos vormden de paarden-
nummers de hoofdschotel. Hier ziet
men de captain-of-industrie zelf aan het
werk met een van zijn „steigerpaarden".
Advertentie
De beste Zweedse -
Zwitserse en Duitse merken.
Japanse Zig-Zag naaimachines,
electr. in kofferf 350.—
DIT JAAR is het 250 jaar geleden
lat de „Zonnekoning", Lodewijk XIV,
een koffieplantage ten geschenke kreeg
van de Amsterdamse hortus botanicus.
De plant was een nakomeling van een
koffieboom, die tegen het einde van de
zeventiende eeuw naar Amsterdam was
overgebracht waar zij prachtig gedijde
m zich snel vermenigvuldigde.
Het koffieplantje maakte het in Parijs
tot grote vreugde van de Fransen
opperbest. Frankrijk had zich name
lijk inmiddels ontwikkeld tot de be
langrijkste koffieverbruiker van het
Europese vasteland, zodat het begrijpe
lijk was, dat men zich onder dergelijke
omstandigheden met energie op de
eigen koffieproduktie begon te werpen.
Reeds in 1720 begon men de nakome
lingen van de Nederlandse schenking
n Martinique en later ook elders
in Midden-Amerika in cultuur te
brengen, en dit met zoveel succes, dat
Frankrijk reeds in 1740 met zijn kolo-
iiën in Midden-Amerika de grootste
koffieproducent ter wereld was gewor
den. Zo is tenslotte een kleine koffie-
olant uit Amsterdam de stammoeder
van miljarden andere koffiebomen over
de gehele wereld geworden.
„American Beauty" heet deze zomer
hoed van naturel-kleurig stro, ver
sierd met een satijnen strik waarop
een grote roze roos prijkt. Holly wood-
ster Paula Prentiss is de charmante
draagster.
Een oorspronkelijk stripverhaal door Annie M. G. Schmidt ïn Fiep Westendorp
n
47. „O meneer Jozef," zei tante Patent zenuwach
tig in Hotel de Gifzwam. „Hebt u misschien een pot
gevonden op de stoep? Ik bedoel een ouwe pot, inge
maakt met snij- en witte bonen?" „Was die van u?"
vroeg Jozef verbaasd. „M'n lieve mens, nog geen
tien minuten geleden heb ik 'm meegegeven. De ge
meentereiniging wou 'm niet meenemen. Toen heb ik
'm aan Keesje gegeven met een kwartje toe„En
wat heeft Keesje er mee gedaan?" vroeg tante Pa
tent. „Dat zou ik u niet durven zeggen," antwoordde
Jozef. Tante Patent ging moedeloos naar huis.
Nauwelijks had ze haar hoed afgezet of er werd ge
beld. Door het ruitje in de voordeur zag ze op de
stoep twee dames staan. Mevrouw.- Nopjes en me
vrouw de Vries. Allebei met vastberaden gezichten.
„O help," riep tante Patent. „Daar heb je 't al. De
buurdames. Gauw, méneer de Sof, ze mogen u niet
zien. In de kast!"
49. Op aandringen van meneer Pech, die bang was
dat hij met de pas aangeboorde oliebron weer nieuwe
rijkdommen zou moeten verdienen, startte de journa
list Sten O. zonder verwijl het vliegtuig en steeg op.
„Ziezo", zei hij, toen zij veilig en wel boven de wol
ken waren, „van die bron zul je geen last hebben.
Ik zal aan niemand verklappen, dat jij hem hebt
aangeboord. Weet je wat? Ik zal zeggen, dat die bron
van mij is!"
„Grutjes dat is heel vriendelijk" zei meneer Pech
opgelucht „Werden al mijn moeilijkheden maar zo
makkelijk opgelost! Wist ik daar maar iets op".
„Meneer Sten zei zoeven, dat hij een plannetje had"
merkte Panda op. Weet u werkelijk iets. waardoor
meneer Pech eindelijk eens uit al die geldmoeilijkhe-
den kan komen?"
„Ja," antwoordde Sten, „wegdoen. Alles?'
„Wegdoen?' herhaalde Panda, ,ptijn geld weggeven?
Maar dat heeft hij juist geprobeerd en daar kwamen
alleen maar meer moeilijkheden door".
Hij moet zijn geld ook niet weggeven, maar het weg
smijten", verduidelijkte de journalist. „Gewoon weg
laten dwarrelen, zodat de lui niet weten waar het van
daan komt. Want daar draait het om, vat je. Je moet
de duiten kwijt zonder dat ze merken, dat er wat te
halen valt".
„Daar zit wel wat in", zei meneer Pech, „grutjes
ja, ik geloof, dat je gelijk hebt. Wil je me naar de
Nationale Bank brengen, waar ik mijn geld bewaar
Dan ga ik meteen met geld smijten",