FILATELIE mmm$ VAN EEN ONGEHOORZAME BIC t fr* Dammen Bridge vVv/tóy /v De hoed ee de kat CATHARINA DE GROTE WIE IS DE LOGEE? ZATERDAG 30 JUNI 1962 Erbij PAGINA VIER yii l I j'T mmSM» m. JU ww. Ww Mr. Ed. Spanjaard B. Dukel Dr. P. H. Schroder 4 V I t 4 \j.j v J v J t \V J\ -) Jan Nelissen Cor Beek Elka BELGIë. De Belgische posterijen heb ben een serie van zes waarden het licht doen zien, waarop vogels uit de dier gaarde van Antwerpen voorkomen. De 40 c. 10 c. toont de rotshaan, de lfr. - n' 50 c. de rode lori, de 2 jr. 50 c. de Senegal toerako, de 2.50 jr. 1 jr. de kortbek toekan, de 3 jr. 1 jr. de grote paradijsvogel en de 6 jr. 2 jr. de Kongopauw. Elke zegel is uitgevoerd in vier kleuren. ZWEDEN. In de bestaande serie jrankeerzegels met het portret van de koning Gustaaj VI Adolj zullen op 2 juli a.s. vier aanvullingswaarden verschij nen: 25 öre (bruin), 30 ore (violet), 35 öre (blauw) en 50 öre (olijjgroen). EGYPTE. Honderdvijjtig jaar gele den werd de Militaire Academie in Egypte gesticht. Dit feit is herdacht door de uitgifte van een postzegel van 10 mills (groen), die een parade van cadetten in beeld brengt. De oplage be draagt twee miljoen exemplaren. WEST-DUITSLAND. Op 12 juli a.s zal een postzegel van 20 pf. (rood en zwart) worden uitgegeven, die gewijd is aan „Lied en koor". De zegel vertoont een fragment uit de notentekst van het 5 i'? i mswmz&Kr-: f w? i driestemmige koorgedeelte „In duld jubïlo" uit „Musse Sioniae" van Mi chael Praetorius (1571-1621), alsmede een stemvork. Het ontwerp is gemaakt door professor Walter Breker. Er zijn dertig miljoen exemplaren gedrukt. OOST-DUITSLAND. De tachtigste ge boortedag van de Bulgaarse communis tische politicus Georgi Dimitrow (1882- 1949) is herdacht met een serie van twee waarden. Op de 5 pf. (groen en zwart) ziet men Dimitrow als beklaag de voor het Hooggerechtshof te Leip zig en op de 20 pf. (rood .en zwart) zijn portret. De zegels zijn in samenhang gedrukt. Op dit aanhangsel staat een uitspraak van Dimitrow uit 1935, lui dend „Das erste womit mann beginnen muss, ist die Schaffung der Einheits- front, die Herstellung der Aktionsein- heit der Arbeiter". De 5 pf. is een „sperwaarde". GHANA. In Akkra is van 21 tot 28 juni j.l. een conferentie gehouden over het onderwerp „De wereld zonder de bom". Voor deze gelegenheid is een serie van drie waarden uitgegeven, die slechts gedurende de acht dagen van de conferentie verkrijgbaar was. De 3 d. laat vijf handen met in het midden de zwarte ster van Ghana zien als sym bool van de vrede tussen de vijf we relddelen, de 6 d. een ontploffing van een atoombom in de vorm van een doodshoofd en de 1 sh. 3 d. een vredes duif en een wereldbol. JOEGOSLAVIë. Als propaganda voor de Europese atletiekkampioenschappen, die van 12 tot 16 september a.s. in Bel grado worden gehouden, zal op 10 juli een serie van acht zegels verschijnen: 15 din. polsstokhoogspringen, 25 din. discuswerpen, 30 din. lange-afstand-lo- pen, 50 din. speerwerpen, 65 din. kogel stoten, 100 din. korte-afstand-lopen, 150 din. verspringen en 200 din. hoog springen. WEST-BERL1JN. De nieuwe serie frankeerzegels met stadsgezichten uit het oude Berlijn, waarvan wij de ver schijning in onze rubriek van 19 mei jl. hebben gemeld, zal op 27 juli a.s. l m i worden aangevuld met een zegel van 70 pf. (blauw-violet en grijs). Op de zegel, vervaardigd naar een gravure van Jo- hann Georg Rosenberg (1739-1808) is de Parochiekerk uit omstreeks 1780 voor gesteld. BULGARIJE. Voor het vijftigjarig bestaan van de Russische krant „Prav- da" is een zegel van 5 stotinki uitge geven, waarop het eerste nummer van deze krant en het portret van Lenin zijn afgebeeld. Wit: Keres. Zwart: Siciliaans Benkö. Wit: Keres Rg7h6? Blijkens het boeiende toernooi bulletin van Withuis achtte de witspeler hier 26) Rf8 27) Td7 Df5 met de drei ging Te4 sterker. Hoe moeilijk wit staat blijkt bv. uit de volgende variant: 28) Ta7: Te4 29) Rb6: Tf4: en de witte dame mag de diagonaal gla7 niet verlaten wegens 30) Rc5f met verlies van Rb6 of Ta7, terwijl na 30) De3 Tflt 31) Kh2 Rd6t 32) g3 Dc2t enz. volgt. De eerste gemiste kans dus. 27) Td6d7 Rh6xf4. Dreigt Dblf met onmiddellijke winst 28) g2g3 De4e6 29) Td7xa7? Beter 29) Df4: Dd7: 30) Df6 Kf8 31) Dg7t Ke7 32) Df6f met remise door eeuwig schaak. Deze kans had wit, objectief gezien, moeten nemen. 29) Rf4b8 30) Ta7b7 Rb8xg3? Een nieuwe misgreep. De bedoeling was, na 30) Dg3: met Dd5 het geofferde stuk met rente te heroveren. Dit faalt echter op 31) De3ü en wit behoudt het stuk, daar 31) Te3:? op 32) Tb8f benevens mat faalt. 31) Df2 f3? En Keres ziet het niet! 40 graden schaakkoorts. 31) Rg3d6? Alweer mis; winnend was 31) Delf 32) Dfl Rh2f 33) Kg2 Te2f 34) Rf2 Dd2 en wit kan zijn lot niet meer ontvluchten. 32 Kglg2 Rd6c5 33) Rd4c3 Rc5f8. Met hangende vlag doen de spelers maar wat. Hun zetten onttrek ken zich aan analyse. 34) Tb7a7 h7h5 35) a2a4 f7—f5? 36) b3—b4 g6—g5? Beter b.v. Dc4 37) Df3xh5 De6—d5t 38) Kg2—gl Rf8c5t en zwart overschreed tevens zijn tijd zulks terwijl er na 39) bc5: Dc5:t nog wel remise door eeuwig schaak in zat volgens het Bulletin. Een dergelijk winst punt kan door de opwinding, spanning, zelfverwijt achteraf en uitputting het kan didaat-wereldkampioenschap kosten. Of het opleveren! „Schaken is een bloed-ziekte", lazen wij in een van de commentaren op het kandi daten-toernooi te Curacao. Accoord. Wij zouden er aan willen toevoegen dat de ziekte ongeneeslijk is en herhaaldelijk leidt tot delirium. Het is een misverstand te geloven dat de acht beste schaakden kers ter wereld, na jarenlange selectie te- zamengekomen op dat kleine eiland, aan de lopende band onberispelijke geestelijke topprestaties tot stand brengen. Na een geseling van twee maanden, een perma nente overbelasting van het denkvermo gen, een doldraaien van de zenuwen, een uitgeput raken van de laatste reserves, zakt de schaakcapaciteit op sommige mo menten tot een niveau, waarvoor een klein amateurtje zich zou schamen. De groot meesters, die in onderdelen van seconden hele variantencomplexen kunnen overzien, „alles"' van hun vak weten, normaliter on verstoorbaar zijn, verlangen nog slechts naar één ding: het einde. Dat zal zijn ge komen wanneer dit artikel verschijnt. Wie van de grote drie: Keres, Petrosian of Gel- Ier, dan als no. 1 zal worden gehuldigd, is wel belangrijk, maar zegt het eigenlijk iets over hun onderlinge krachtsverhou ding? Na 28 partijen, na pak weg 1000 zet ten, gekozen na het overwegen van mis schien miljoenen varianten, beslist een half puntje over de vraag: troonpretendent dan wel één van de velen op de tweede rang. Eén seconde van verminderde con centratie gedurende 60 x 24 x 60 x 60 se conden, één onjuiste overweging temidden van een miljoen juiste, kan hier doorslag gevend zijn. Ziedaar het noodlot van de lijder aan voormelde bloedziekte. Onder staande partij toont zijn koortscurve. Een zeer moeilijke slagwending is de „Turkse slag". Artikel 14 van het dam- reglement luidt: Elke slag moet regelmatig stuk voor stuk worden aangetoond, waar bij men wel meermalen over hetzelfde open veld mag gaan, maar niet ten tweede male over hetzelfde stuk. Tijdens het slaan mogen de vijandelijke stukken niet van het bord genomen worden. Dit geschiedt na de slag. Nu geven wij twee voorbeelden hoe de „Turkse slag" tot stand kan komen. OpOOOOOOOOOO(XXX)OOOOOOOC)CXXXXXX)OOOOOOOC)OOOOCX)OOOOOOOCXXX DOOOOOOCOOOO^^^XXXOC^^TOOOOOOO^^É)OOOOC^^^DC)OOOOÖ 1) e2e4 c7—c5 2) Pgl—f3 Pb8—c6 3) d2d4 c5xd4 4) Pf3xd4 g7g6. Vroeger verwierp men dit, omdat wit nu met c2c4 de uiteindelijk noodzakelijk geachte tegen stoot d7d5 definitief kan beletten. Tegen woordig denkt men daar anders over; c2 c4 geeft ook verplichtingen, één van de factoren welke tot het schaakdelirium kunnen leiden. 5) Pblc3 Rf8g7 6) Rel— e3 Pg8—f6 7) Rflc4 Pc6—a5 8) Rc4—e2 0—0 9) 0—0 d7—d6 10) f2—f4 Rc8—d7 11) Pd4b3 Rd7—c6 12) Ddl—d3 Pf6—d7. Zwart stelt zijn stukken bijzonder flexibel op; pion e4 is zijn eerste aanvalsdoel. 13) Re2f3 Pa5xb3 14) c2xb3.... Wit neemt met de c-pion terug, om veld c2 vrij te krijgen voor zijn dame. 14) Pd7c5 15) Dd3c2 Dd8d7. Zwart's openingsbe handeling is imponerend sterk; hij dreigt reeds De6 met druk cp pion e4 16) e4e5 Ta8c8 17) Tal—dl Dd7—e6 18) Rf3xc6 Tc8xc6 19) Dc2f2.... Door deze tegen aanval op Pc5 kan zWart nu niet op e5 slaan 19)b7—b6 20) e5xd6 Tc6xd6 21) Tdlxd6 Natuurlijk niet 21) Rc5: bc5: 22) Dc5:? Rd4f! 23) Td4: De3f enz. 21) e7xd6! De open e-lijn komt nu zwart te stade. Wit kan niet met Tel opponeren wegens Pd3. 22) Tfl—dl Pc5—e4 23) Pc3x e4 De6xe4 24) h2—h3 Niet 24) Td6:? Te8 25) Rd2 Rf8! benevens Rc5, of 25) Rd4 Dblf 26) Dfl Tel enz.; vandaar dat wit een luchtghatje maakt. 24) Tf8c8. Zeer in aanmerking kwam ook Te8. Zwart heeft door zijn vootreffelijke strategie een overwegend goede stelling bereikt. Maar hij gebruikte er twee uur van de beschikbare 2Vz uur bedenktijd voor en wit zelfs nog 10 minu ten méér. De bloedziekte barst nu los, het delirium is nabij. 25) Tdlxd6 Tc8e8 26) Re3—d4 Zwart: Benkö COOOOOOOaXXXXXXXX>^GOCOOOOOO^r~" V- - -.--"COC-— >-.-ryy-v~ -nrr-jZr oor -,CDCO^'^r^^OOOOOOOOOC WW 'WW WW. WW: 30000000000000000000000000000000000000000000000000000000 Wit: drie dammen op 4, 27, 37. Zwart: dam op 20. Wit speelt en wint. W/. 'WW. 30000000000000000000000000000000000000000000000000000000 Wit: drie dammen op 9, 10, 49. Zwart: dam op 26. Wit speelt en wint. De volgende eindspelwinst kwam voor in een van de Russische toernooien. Wit: 27, 28. 32, 33, 34, 37, 48. Zwart: 8. 16, 19, 21, 23, 24, 26. Wit: 1) 48-43 8-12. 2) 43-39 12-18. 3) 34-30 24x35, 4) 39-34 19-24. 5) 28x30 35x24. 6) 33-28 18-22. 7) 28x17 21x12. 8) 32-28 12-18. 9) 37-32 16-21. 10) 27x16 26-31. 11) 16-11 31-36. 12) 11-6 36-41. Ï3) 6-1 18-22. 14) 28x17 41-47. 15) 1-6 47-42. 16) 34-29- 24x33. 17) 32-28 33x11. 18) 6x47. Een fraaie winst! Zwart: 2, 8, 9, 19, dam op 15. Wit: 21, 22, 32, 37, 39. Wit speelt 39-33, waarna de dam van 15x42x26x17x28 moet blijven staan, de stukken mag weghalen, waarna wit aan zet met 32x12 wint. Zwart: stukken op 2, 6, 9, 11, 19, dam 45. Wit: 22, 28, 32, 33( 37, 43. Wit: 1) 28-23 dam slaat 45x18, 31, 48x39x 28 met 32x3. Vooral in de problematiek is de Turkse slag" een veel gebruikt wapen, doch elke partij speler moet terdege met het verras send element op de hoogte zijn. Een der veel voorkomende vragen is: wanneer is het spel remise? Artikel 16 zegt: Als in het eindspel wederzijds drie maal achter elkaar dezelfde zetten zijn ge daan, of een voorgaande stand tweemaal is teruggekeerd, wordt het spel remise ge houden. Drie dammen tegen één dam is remise. Alleen als de ene dam de hoofdlijn bezet is het spel met drie zetten remise. Echter, indien daarna nog winst kan worden aan getoond, dat winst in de positie aanwezig is, mag worden doorgespeeld. Indien de drie dammen de hoofdlijn be zetten ,is het spel na tien zetten remise. Toch kunnen er leerzame en leuke stan den voorkomen in de drie om één dam standen. Hieronder twee voorbeelden: BRIDGE IN BUSSUM. Het Gooi was zondag 24 juni weer tref punt der bridgers. De Gooise Bridge Club had te Bussum zijn jaarlijkse viertallen- toernooi georganiseerd en verheugde zich op de deelname van vele vooraanstaande Nederlandse spelers, waarbij ook België nog met een sterk Antwerps team ver tegenwoordigd was. Vele interessante spelsituaties deden zich voor een tweetal wil ik u er eens van voorleggen. In beide situaties diene men er rekening mee te houden, dat de wedstrijdtelling dusdanig is, dat slechts winst of verlies van een (aan twee tafels) gespeeld spel be langrijk is; de te behalen score per spel was 2-0 of 1-1. Een meerdere overslag was dus éven belangrijk als een slempremie. 1) Oost gever, niemand kwetsbaar. De zuidspeler heeft *8743 A 5 <>A752 4- H 6 3 OW spelen de zwakke Sansatout met de Staymanconventie en het bieden ging, onder voortdurend passen van NZ oost 1 SA - west 2 klaveren - oost 2 ruiten - west 3 SA - allen passen. Waarmee moet zuid uitkomen? Antwoord onderaan. 2) Noord gever, NZ kwetsbaar. Zuid heeft V 6 C B 4 OHVB5 A H 10 7 4 NZ spelen géén zwakke Sans en het bie den gaat (OW passen): noord 1 harten - zuid 2 klaveren - noord 2 ruiten - wat moet zuid nu bieden Antwoorden: 1) Zuid moet beginnen te taxeren, wat zijn partner kan hebben. Oost heeft onge veer 13 punten - en west heeft er zeker ook 13, daar hij ¥oor 3 SA 25 punten nodig heeft en bij oost een minimum van 12 moet aannemen. OW kunnen dus op onge veer 26 punten samen getaxeerd worden - zuid heeft 11 punten aan hoge kaarten, waaruit volgt dat noord niet meer dan ten hoogste één Heer, dan wel één Vrouw plus een Boer in handen kan hebben. Op basis van die taxatie is een uitkomst in schop pen al taboe: het gevaar is veel te groot, dat zuid met die uitkomst een vrouw of boer van zijn partner verraadt. Daar zuid verwachten mag, alle entrees te hebben en dus nog enige malen aan slag te komen, moet hij met zijn sterkste vierkaart starten: ruiten 2. In de.praktijk zouden OW niet meer dan 3 SA hebben kunnen maken - bij een uitkomst in schoppen zouden zij een overslag hebben verkregen, daar zuid zijn ruitens niet meer op tijd vrij kon krij gen. Noords enige plaatje bleek harten vrouw te zijn (vijfde), met twee kleine schoppens, drie ruitentjes en drie klaver tjes. Oost had een vierkaart klaveren (met het Aas) en drie driekaarten. 2) Dit spel is moeilijk te bieden zonder moderne conventie: de zogenaamde vierde- kleurconventie. Zuid biedt daarmee thans twee-schoppen, een dwangbod dat verdere informatie aan noord vraagt. Noord zou dan 2 SA zeggen - zuid kan nu 3 ruiten bieden (forcing) en als noord dan 3 SA zegt kan zuid de hoop op een gezonde slem gevoegelijk opgeven. De noordspeler had: A 10 2 9 A 9 7 2 OA 10 83 *85 Zonder deze vierde-kleurenconventie moet zuid haast wel tenminste 4-ruiten bieden, of azen gaan vragen en met een minimale noordhand een slem in ruiten gaan spelen. Een eindcontract van 5-ruiten is altijd weinig attractief: zit het er „ge makkelijk" in en scoort men 600 of 620, dan blijkt meestal 3 SA met één of twee overslagen (630 of 660) een betere score te zijn. (Vervolg van pagina 3) brief die zonder enige twijfel echt is, „Hoe moet ik verklaren wat er is gebeurd? I' zult uw trouwe dienaar niet geloven, maar, bij God, ik spreek de waarheid. Moedertje, ik ben bereid te sterven, maar ik weet niet hoe de ramp geschied is. Wij zijn verlo ren als u geen genade voor recht laat gelden. Hij is niet meer. Maar wie zou de hand durven opheffen tegen zijn kei zer? Maar het onheil is geschied. Er was een gevecht, wij konden ze niet scheiden en opeens was hij niet meer. Wij herinne ren ons niet meer wat wij gedaan heb ben, maar wij zijn schuldig. Wij hebben de dood verdiend. Heb genade met mij om mijn broeders wil. Ik heb mijn ge tuigenis afgelegd. Er valt niets meer te onderzoeken. Vergeef mij of beveel dat er een eind aan mijn leven wordt gemaakt. Wij hebben u vertoornd en onze ziel voor eeuwig in de verdoemenis gestort". UIT DEZE BRIEF mag de conclusie worden getrokken dat Catharina niet het bevel heeft gegeven haar man te vermoor den. Haar morele medeplichtigheid blijkt echter zonneklaar uit de betrekkingen die zij onderhield en blééf onderhouden met de moordenaar en zijn handlangers. Jaren is Orlow haar minnaar gebleven en was ook zijn broer in ere. Op Orlow zijn in de veertig jaar harer regering nog twintig gunstelingen gevolgd. Is het wonder dat de dichter Byron haar heeft genoemd: the greatest of all sovereigns and whores? Het particuliere leven van Catharina heeft haar berucht gemaakt, maar haar regering is in vele opzichten voor het Russische Keizerrijk van grote betekenis geweest. Onder de „verlichte despoten" der acht tiende eeuw neemt zij een belangrijke plaats in en de naam „de Grote", haar door de geschiedenis gegeven, verdient zij voor haar bijzondere heersersgaven. v, „IK SCHAAM ME DOOD", klaagde varken Dorothea Baklap tegen haar vriendin Clara van Vuylenhuise. „Ik schaam me over mijn jongste zoon. Ik kan wel huilen van verdriet, want hij wil niet in de modder gaan liggen en hij eet alleen maar gras en wortels. Slobber, die heerlijke slobber die de boer geeft lust hij niet die deugniet. Kijk maar, al mijn kindertjes zijn keu rige biggen en gaan heerlijk in de mod der rollen en die nare jongen blijft aan de kant staan". Clara keek naar het ongehoorzame big getje en toen naar haar eigen kinde ren die allemaal in een modderpoel za ten. „Je hebt maar een sloom kind erbij", zei ze en die andere biggen van jou zijn ook lang zo lekker vuil niet als die van mij. Maar ik geef ze ook het voor beeld, dat doet een goede moeder nu eenmaal' en meteen liet ze zich met een bons op de grond vallen en ging heerlijk tussen haar kinderen in de modder liggen. O, wat werd Dorothea Baklap nu kwaad Ze rende woedend naar haar ongehoor zame zoon en pakte hem bij één van zijn flaporen. „Deugniet", knorde ze, „stoute knor- knor, stoute deugniet, knorrr, ik schaam me voor mijn vriendin. Kijk eens naar je broertjes knor. Vooruit, ga in de modder!" Maar big Prikoog rukte zich gillend los en rende het weiland in, zo hard, dat zijn dikke moeder hem niet in kon ha len. „Knor, knor", hijgde Rikooig! „Ik wil niet in die vieze modder. Ik heb geen zin om vies te gaan ruiken". Maar die domme Prikoog wilde ook niet eten wat de andere biggen aten en daar om bleef hij mager terwijl zijn broertjes kogelrond werden. OP EEN KEER stopte er een woon wagen op het erf van de boerderij waar de biggen woonden. Er stapte een grote, donkere man uit de wagen die naar de varkens keek en toen de boer ging zoeken. „Ik wil een big van je kopen", zei de man uit de woonwagen tegen de boer. „Ik heb een big nodig om kunstjes te leren voor het circus". „Mmmm", bromde de boer, „ik ver koop geen biggen voor het circus". Maar juist op dat ogenblik kwam big Prikoog langs de mannen gelopen en zijn moeder Dorothea Baklap liep vlak achter hem. „Wat is dat voor een magere big?" vreoeg de woonwagenman en Dorothea Baklap schaamde zich zo toen ze dat hoorde, dat ze op een holletje wegliep. Maar de boer kreeg opeens een idee. „Je kunt die magere big wel van me kopen", zei hij. „Ik heb niets aan dat rare beest, het dier eet alleen maar gras en wortels". Nu, dat vond de vreemde man hele maal niet erg en zo kwam het dat Prik oog even later in de woonwagen werd neergezet. Eerst vond de big het erg leuk en hij was er maar wat trots op dat hij was uitgekozen. Maar al gauw vond hij er niets meer aan, want de man ging hem allerlei moeilijke kunstjes leren. Hij moest mooi zitten als een hondje en door een hoepel springen. Hij moest een bal op zijn kop opvangen en op zijn voorpoten gaan lopen. Hij kreeg meer slaag dan eten en 's avonds als ieder een sliep knorde de maag van het big getje harder dan de big zelf kon knor ren. „Was ik maar gehoorzaam geweest", klaagde Prikoog tegen zichzelf, „dan had de boer me niet aan de vreemde man verkocht". De tranen sprongen 'm in de ogen als hij aan zijn moeder dacht, maar de woonwagen rolde steeds maar verder van de boerderij vandaan. OP EEN DAG stopten ze in een stad waar een circusvoorstelling zou zijn en toen pakte de vrouw van de woonwa genman Prikoog vast. „Zo", sprak ze, „nu gaan we jou eens wassen" en vóór Prikoog wist wat er gebeurde, werd hij in een bak met sop gestopt en stevig afgeboend. Prikoog piepte en gilde van angst, maar dat hielp allemaal niets. Na een hele poos werd hij uit het sop getild en toen ging de vrouw hem ste vig afdrogen en de tranen van pijn en angst liepen Prikoog over de neus. Toen hij eindelijk droog was, pakte ze een lint. Een mooi vuurrood lint en maakte daarvan een prachtige strik in het krulstaartje van de big. Maar dat vond Prikoog toch al te erg en vóór de vrouw wist wat er gebeurde sprong de big van de tafel, rende het woonwa gentrapje af en ging er vandoor. De vrouw ging hem gillend achterna en even later haar man ook. Maar Prikoog rende tussen de benen van de mensen en tussen de tenten dooi en wist te ontsnappen. Hij bleef maar rennen en liep helemaal alleen de lange weg terug naar zijn moeder. Soms bleef hij even langs de weg liggen om uit te rusten of om wat afval te eten dat hij vond. Maar eindelijk, na dagen en dagen ren de hij het erf van de boerderij op, regelrecht naar zijn moeder, die heer lijk in de modder lag te baden en haar ongèhoorzame zoon al bijna vergeten was. AlET EEN PLONS liet Prikoog zich languit in de modder vallen en rolde er wel tien keer doorheen. Toen liep hij naar de trog en at gulzig van de slobberpap. Wat was Dorothea Baklap blij toen ze zag dat het ongehoorzame biggetje zo veranderd was. Ze liep op een holletje naar haar vriendin en ver telde haar dat Prikoog de liefste en vuilste big op de hele wereld was. Maar Prikoog merkte 't niet eens, die stond helemaal in de slobberpap en al leen de strik in zijn krulstaart stak nog boven de trog uit.... •9é 9 •V •<r We hebben een logee, ik denk, wel voor drie weken, maar dat is juist heel leuk, want 'k raak niet uitgekeken! Hij doet haast niéts als wij: poetst nooit eens fris zijn tanden, eet zonder mes en vork en tóch niet met zijn handen! Hij zegt geerl woord, maar toch laat hij zich dikwijls horen en krabt zich doodgewoon, als 't jeukt achter zijn oren i En kom ik 's middags thuis, dan rent hij blij een rondje, Volg nu de cijfers maar, dan zie je: 't is een Een kleine kat en een grote hond Zaten samen heel boos op de grond „Woef", zei de hond „Kssst", zei de l at „Ga weg zeg, of ik doe je wat!" De kat maakte boos een heel hoge rug Verschrikt vloog de hond een eind terug. „Wat een kit", zei de hond „Wat een hónd," zei de kat „en hij zit nota bene ook nog op mijn mat!"' „Kom zeg, doe nou eens niet zo boos," zei de hond „ik woon hier toch ook al een poos?" „Schik eens op," zei de kat „Dat is goed," zei de hond „maar hou asjeblieft je grote mond." Daar zitten een kat en een grote hond Samen heel knusjes op de grond „Lekker warm," zegt de hond „Dat is waar," zegt de kat „Tóch wel leuk met jou op de keukenmat."

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1962 | | pagina 16