FILATELIE
mmm$
VAN EEN ONGEHOORZAME BIC
t fr*
Dammen
Bridge
vVv/tóy
/v
De hoed ee de kat
CATHARINA DE GROTE
WIE IS DE LOGEE?
ZATERDAG 30 JUNI 1962
Erbij
PAGINA VIER
yii
l
I j'T
mmSM»
m. JU
ww. Ww
Mr. Ed. Spanjaard
B. Dukel
Dr. P. H. Schroder
4 V I t
4 \j.j v J
v J t \V J\
-)
Jan Nelissen
Cor Beek
Elka
BELGIë. De Belgische posterijen heb
ben een serie van zes waarden het licht
doen zien, waarop vogels uit de dier
gaarde van Antwerpen voorkomen. De
40 c. 10 c. toont de rotshaan, de lfr.
-
n'
50 c. de rode lori, de 2 jr. 50 c.
de Senegal toerako, de 2.50 jr. 1 jr.
de kortbek toekan, de 3 jr. 1 jr. de
grote paradijsvogel en de 6 jr. 2 jr.
de Kongopauw. Elke zegel is uitgevoerd
in vier kleuren.
ZWEDEN. In de bestaande serie
jrankeerzegels met het portret van de
koning Gustaaj VI Adolj zullen op 2 juli
a.s. vier aanvullingswaarden verschij
nen: 25 öre (bruin), 30 ore (violet), 35
öre (blauw) en 50 öre (olijjgroen).
EGYPTE. Honderdvijjtig jaar gele
den werd de Militaire Academie in
Egypte gesticht. Dit feit is herdacht
door de uitgifte van een postzegel van
10 mills (groen), die een parade van
cadetten in beeld brengt. De oplage be
draagt twee miljoen exemplaren.
WEST-DUITSLAND. Op 12 juli a.s zal
een postzegel van 20 pf. (rood en zwart)
worden uitgegeven, die gewijd is aan
„Lied en koor". De zegel vertoont een
fragment uit de notentekst van het
5
i'?
i mswmz&Kr-:
f w? i
driestemmige koorgedeelte „In duld
jubïlo" uit „Musse Sioniae" van Mi
chael Praetorius (1571-1621), alsmede
een stemvork. Het ontwerp is gemaakt
door professor Walter Breker. Er zijn
dertig miljoen exemplaren gedrukt.
OOST-DUITSLAND. De tachtigste ge
boortedag van de Bulgaarse communis
tische politicus Georgi Dimitrow (1882-
1949) is herdacht met een serie van
twee waarden. Op de 5 pf. (groen en
zwart) ziet men Dimitrow als beklaag
de voor het Hooggerechtshof te Leip
zig en op de 20 pf. (rood .en zwart) zijn
portret. De zegels zijn in samenhang
gedrukt. Op dit aanhangsel staat een
uitspraak van Dimitrow uit 1935, lui
dend „Das erste womit mann beginnen
muss, ist die Schaffung der Einheits-
front, die Herstellung der Aktionsein-
heit der Arbeiter". De 5 pf. is een
„sperwaarde".
GHANA. In Akkra is van 21 tot 28
juni j.l. een conferentie gehouden over
het onderwerp „De wereld zonder de
bom". Voor deze gelegenheid is een
serie van drie waarden uitgegeven, die
slechts gedurende de acht dagen van de
conferentie verkrijgbaar was. De 3 d.
laat vijf handen met in het midden de
zwarte ster van Ghana zien als sym
bool van de vrede tussen de vijf we
relddelen, de 6 d. een ontploffing van
een atoombom in de vorm van een
doodshoofd en de 1 sh. 3 d. een vredes
duif en een wereldbol.
JOEGOSLAVIë. Als propaganda voor
de Europese atletiekkampioenschappen,
die van 12 tot 16 september a.s. in Bel
grado worden gehouden, zal op 10 juli
een serie van acht zegels verschijnen:
15 din. polsstokhoogspringen, 25 din.
discuswerpen, 30 din. lange-afstand-lo-
pen, 50 din. speerwerpen, 65 din. kogel
stoten, 100 din. korte-afstand-lopen, 150
din. verspringen en 200 din. hoog
springen.
WEST-BERL1JN. De nieuwe serie
frankeerzegels met stadsgezichten uit
het oude Berlijn, waarvan wij de ver
schijning in onze rubriek van 19 mei
jl. hebben gemeld, zal op 27 juli a.s.
l m i
worden aangevuld met een zegel van 70
pf. (blauw-violet en grijs). Op de zegel,
vervaardigd naar een gravure van Jo-
hann Georg Rosenberg (1739-1808) is de
Parochiekerk uit omstreeks 1780 voor
gesteld.
BULGARIJE. Voor het vijftigjarig
bestaan van de Russische krant „Prav-
da" is een zegel van 5 stotinki uitge
geven, waarop het eerste nummer van
deze krant en het portret van Lenin zijn
afgebeeld.
Wit: Keres. Zwart:
Siciliaans
Benkö.
Wit: Keres
Rg7h6? Blijkens het boeiende toernooi
bulletin van Withuis achtte de witspeler
hier 26) Rf8 27) Td7 Df5 met de drei
ging Te4 sterker. Hoe moeilijk wit staat
blijkt bv. uit de volgende variant: 28) Ta7:
Te4 29) Rb6: Tf4: en de witte dame mag
de diagonaal gla7 niet verlaten wegens
30) Rc5f met verlies van Rb6 of Ta7,
terwijl na 30) De3 Tflt 31) Kh2 Rd6t 32)
g3 Dc2t enz. volgt. De eerste gemiste kans
dus. 27) Td6d7 Rh6xf4. Dreigt Dblf met
onmiddellijke winst 28) g2g3 De4e6
29) Td7xa7? Beter 29) Df4: Dd7: 30)
Df6 Kf8 31) Dg7t Ke7 32) Df6f met remise
door eeuwig schaak. Deze kans had wit,
objectief gezien, moeten nemen. 29)
Rf4b8 30) Ta7b7 Rb8xg3? Een nieuwe
misgreep. De bedoeling was, na 30) Dg3:
met Dd5 het geofferde stuk met rente te
heroveren. Dit faalt echter op 31) De3ü en
wit behoudt het stuk, daar 31) Te3:?
op 32) Tb8f benevens mat faalt. 31) Df2
f3? En Keres ziet het niet! 40 graden
schaakkoorts.
31) Rg3d6? Alweer mis; winnend
was 31) Delf 32) Dfl Rh2f 33) Kg2
Te2f 34) Rf2 Dd2 en wit kan zijn lot niet
meer ontvluchten. 32 Kglg2 Rd6c5 33)
Rd4c3 Rc5f8. Met hangende vlag doen
de spelers maar wat. Hun zetten onttrek
ken zich aan analyse. 34) Tb7a7 h7h5
35) a2a4 f7—f5? 36) b3—b4 g6—g5? Beter
b.v. Dc4 37) Df3xh5 De6—d5t 38) Kg2—gl
Rf8c5t en zwart overschreed tevens zijn
tijd zulks terwijl er na 39) bc5: Dc5:t nog
wel remise door eeuwig schaak in zat
volgens het Bulletin. Een dergelijk winst
punt kan door de opwinding, spanning,
zelfverwijt achteraf en uitputting het kan
didaat-wereldkampioenschap kosten. Of
het opleveren!
„Schaken is een bloed-ziekte", lazen wij
in een van de commentaren op het kandi
daten-toernooi te Curacao. Accoord. Wij
zouden er aan willen toevoegen dat de
ziekte ongeneeslijk is en herhaaldelijk
leidt tot delirium. Het is een misverstand
te geloven dat de acht beste schaakden
kers ter wereld, na jarenlange selectie te-
zamengekomen op dat kleine eiland, aan
de lopende band onberispelijke geestelijke
topprestaties tot stand brengen. Na een
geseling van twee maanden, een perma
nente overbelasting van het denkvermo
gen, een doldraaien van de zenuwen, een
uitgeput raken van de laatste reserves,
zakt de schaakcapaciteit op sommige mo
menten tot een niveau, waarvoor een klein
amateurtje zich zou schamen. De groot
meesters, die in onderdelen van seconden
hele variantencomplexen kunnen overzien,
„alles"' van hun vak weten, normaliter on
verstoorbaar zijn, verlangen nog slechts
naar één ding: het einde. Dat zal zijn ge
komen wanneer dit artikel verschijnt. Wie
van de grote drie: Keres, Petrosian of Gel-
Ier, dan als no. 1 zal worden gehuldigd, is
wel belangrijk, maar zegt het eigenlijk
iets over hun onderlinge krachtsverhou
ding? Na 28 partijen, na pak weg 1000 zet
ten, gekozen na het overwegen van mis
schien miljoenen varianten, beslist een
half puntje over de vraag: troonpretendent
dan wel één van de velen op de tweede
rang. Eén seconde van verminderde con
centratie gedurende 60 x 24 x 60 x 60 se
conden, één onjuiste overweging temidden
van een miljoen juiste, kan hier doorslag
gevend zijn. Ziedaar het noodlot van de
lijder aan voormelde bloedziekte. Onder
staande partij toont zijn koortscurve.
Een zeer moeilijke slagwending is de
„Turkse slag". Artikel 14 van het dam-
reglement luidt: Elke slag moet regelmatig
stuk voor stuk worden aangetoond, waar
bij men wel meermalen over hetzelfde
open veld mag gaan, maar niet ten tweede
male over hetzelfde stuk. Tijdens het slaan
mogen de vijandelijke stukken niet van
het bord genomen worden. Dit geschiedt
na de slag.
Nu geven wij twee voorbeelden hoe de
„Turkse slag" tot stand kan komen.
OpOOOOOOOOOO(XXX)OOOOOOOC)CXXXXXX)OOOOOOOC)OOOOCX)OOOOOOOCXXX
DOOOOOOCOOOO^^^XXXOC^^TOOOOOOO^^É)OOOOC^^^DC)OOOOÖ
1) e2e4 c7—c5 2) Pgl—f3 Pb8—c6 3)
d2d4 c5xd4 4) Pf3xd4 g7g6. Vroeger
verwierp men dit, omdat wit nu met c2c4
de uiteindelijk noodzakelijk geachte tegen
stoot d7d5 definitief kan beletten. Tegen
woordig denkt men daar anders over; c2
c4 geeft ook verplichtingen, één van de
factoren welke tot het schaakdelirium
kunnen leiden. 5) Pblc3 Rf8g7 6) Rel—
e3 Pg8—f6 7) Rflc4 Pc6—a5 8) Rc4—e2
0—0 9) 0—0 d7—d6 10) f2—f4 Rc8—d7 11)
Pd4b3 Rd7—c6 12) Ddl—d3 Pf6—d7.
Zwart stelt zijn stukken bijzonder flexibel
op; pion e4 is zijn eerste aanvalsdoel. 13)
Re2f3 Pa5xb3 14) c2xb3.... Wit neemt
met de c-pion terug, om veld c2 vrij te
krijgen voor zijn dame. 14) Pd7c5
15) Dd3c2 Dd8d7. Zwart's openingsbe
handeling is imponerend sterk; hij dreigt
reeds De6 met druk cp pion e4 16) e4e5
Ta8c8 17) Tal—dl Dd7—e6 18) Rf3xc6
Tc8xc6 19) Dc2f2.... Door deze tegen
aanval op Pc5 kan zWart nu niet op e5
slaan 19)b7—b6 20) e5xd6 Tc6xd6 21)
Tdlxd6 Natuurlijk niet 21) Rc5: bc5:
22) Dc5:? Rd4f! 23) Td4: De3f enz. 21)
e7xd6! De open e-lijn komt nu zwart te
stade. Wit kan niet met Tel opponeren
wegens Pd3. 22) Tfl—dl Pc5—e4 23) Pc3x
e4 De6xe4 24) h2—h3 Niet 24) Td6:?
Te8 25) Rd2 Rf8! benevens Rc5, of 25) Rd4
Dblf 26) Dfl Tel enz.; vandaar dat wit
een luchtghatje maakt.
24) Tf8c8. Zeer in aanmerking
kwam ook Te8. Zwart heeft door zijn
vootreffelijke strategie een overwegend
goede stelling bereikt. Maar hij gebruikte
er twee uur van de beschikbare 2Vz uur
bedenktijd voor en wit zelfs nog 10 minu
ten méér. De bloedziekte barst nu los, het
delirium is nabij. 25) Tdlxd6 Tc8e8 26)
Re3—d4
Zwart: Benkö
COOOOOOOaXXXXXXXX>^GOCOOOOOO^r~" V- - -.--"COC-—
>-.-ryy-v~ -nrr-jZr oor -,CDCO^'^r^^OOOOOOOOOC
WW 'WW WW. WW:
30000000000000000000000000000000000000000000000000000000
Wit: drie dammen op 4, 27, 37.
Zwart: dam op 20.
Wit speelt en wint.
W/. 'WW.
30000000000000000000000000000000000000000000000000000000
Wit: drie dammen op 9, 10, 49.
Zwart: dam op 26.
Wit speelt en wint.
De volgende eindspelwinst kwam voor
in een van de Russische toernooien.
Wit: 27, 28. 32, 33, 34, 37, 48.
Zwart: 8. 16, 19, 21, 23, 24, 26.
Wit: 1) 48-43 8-12. 2) 43-39 12-18. 3) 34-30
24x35, 4) 39-34 19-24. 5) 28x30 35x24. 6)
33-28 18-22. 7) 28x17 21x12. 8) 32-28 12-18.
9) 37-32 16-21. 10) 27x16 26-31. 11) 16-11
31-36. 12) 11-6 36-41. Ï3) 6-1 18-22. 14) 28x17
41-47. 15) 1-6 47-42. 16) 34-29- 24x33. 17)
32-28 33x11. 18) 6x47. Een fraaie winst!
Zwart: 2, 8, 9, 19, dam op 15.
Wit: 21, 22, 32, 37, 39.
Wit speelt 39-33, waarna de dam van
15x42x26x17x28 moet blijven staan, de
stukken mag weghalen, waarna wit aan
zet met 32x12 wint.
Zwart: stukken op 2, 6, 9, 11, 19, dam 45.
Wit: 22, 28, 32, 33( 37, 43.
Wit: 1) 28-23 dam slaat 45x18, 31, 48x39x
28 met 32x3.
Vooral in de problematiek is de Turkse
slag" een veel gebruikt wapen, doch elke
partij speler moet terdege met het verras
send element op de hoogte zijn.
Een der veel voorkomende vragen is:
wanneer is het spel remise? Artikel 16
zegt: Als in het eindspel wederzijds drie
maal achter elkaar dezelfde zetten zijn ge
daan, of een voorgaande stand tweemaal
is teruggekeerd, wordt het spel remise ge
houden.
Drie dammen tegen één dam is remise.
Alleen als de ene dam de hoofdlijn bezet
is het spel met drie zetten remise. Echter,
indien daarna nog winst kan worden aan
getoond, dat winst in de positie aanwezig
is, mag worden doorgespeeld.
Indien de drie dammen de hoofdlijn be
zetten ,is het spel na tien zetten remise.
Toch kunnen er leerzame en leuke stan
den voorkomen in de drie om één dam
standen. Hieronder twee voorbeelden:
BRIDGE IN BUSSUM.
Het Gooi was zondag 24 juni weer tref
punt der bridgers. De Gooise Bridge Club
had te Bussum zijn jaarlijkse viertallen-
toernooi georganiseerd en verheugde zich
op de deelname van vele vooraanstaande
Nederlandse spelers, waarbij ook België
nog met een sterk Antwerps team ver
tegenwoordigd was.
Vele interessante spelsituaties deden
zich voor een tweetal wil ik u er eens
van voorleggen.
In beide situaties diene men er rekening
mee te houden, dat de wedstrijdtelling
dusdanig is, dat slechts winst of verlies
van een (aan twee tafels) gespeeld spel be
langrijk is; de te behalen score per spel
was 2-0 of 1-1. Een meerdere overslag was
dus éven belangrijk als een slempremie.
1) Oost gever, niemand kwetsbaar. De
zuidspeler heeft
*8743 A 5 <>A752 4- H 6 3
OW spelen de zwakke Sansatout met de
Staymanconventie en het bieden ging,
onder voortdurend passen van NZ oost
1 SA - west 2 klaveren - oost 2 ruiten -
west 3 SA - allen passen.
Waarmee moet zuid uitkomen?
Antwoord onderaan.
2) Noord gever, NZ kwetsbaar. Zuid
heeft
V 6 C B 4 OHVB5 A H 10 7 4
NZ spelen géén zwakke Sans en het bie
den gaat (OW passen): noord 1 harten -
zuid 2 klaveren - noord 2 ruiten - wat
moet zuid nu bieden
Antwoorden:
1) Zuid moet beginnen te taxeren, wat
zijn partner kan hebben. Oost heeft onge
veer 13 punten - en west heeft er zeker
ook 13, daar hij ¥oor 3 SA 25 punten nodig
heeft en bij oost een minimum van 12
moet aannemen. OW kunnen dus op onge
veer 26 punten samen getaxeerd worden -
zuid heeft 11 punten aan hoge kaarten,
waaruit volgt dat noord niet meer dan ten
hoogste één Heer, dan wel één Vrouw plus
een Boer in handen kan hebben. Op basis
van die taxatie is een uitkomst in schop
pen al taboe: het gevaar is veel te groot,
dat zuid met die uitkomst een vrouw of
boer van zijn partner verraadt. Daar zuid
verwachten mag, alle entrees te hebben en
dus nog enige malen aan slag te komen,
moet hij met zijn sterkste vierkaart
starten: ruiten 2. In de.praktijk zouden OW
niet meer dan 3 SA hebben kunnen maken
- bij een uitkomst in schoppen zouden zij
een overslag hebben verkregen, daar zuid
zijn ruitens niet meer op tijd vrij kon krij
gen. Noords enige plaatje bleek harten
vrouw te zijn (vijfde), met twee kleine
schoppens, drie ruitentjes en drie klaver
tjes. Oost had een vierkaart klaveren (met
het Aas) en drie driekaarten.
2) Dit spel is moeilijk te bieden zonder
moderne conventie: de zogenaamde vierde-
kleurconventie. Zuid biedt daarmee thans
twee-schoppen, een dwangbod dat verdere
informatie aan noord vraagt. Noord zou
dan 2 SA zeggen - zuid kan nu 3 ruiten
bieden (forcing) en als noord dan 3 SA
zegt kan zuid de hoop op een gezonde slem
gevoegelijk opgeven. De noordspeler had:
A 10 2 9 A 9 7 2 OA 10 83 *85
Zonder deze vierde-kleurenconventie
moet zuid haast wel tenminste 4-ruiten
bieden, of azen gaan vragen en met een
minimale noordhand een slem in ruiten
gaan spelen. Een eindcontract van 5-ruiten
is altijd weinig attractief: zit het er „ge
makkelijk" in en scoort men 600 of 620,
dan blijkt meestal 3 SA met één of twee
overslagen (630 of 660) een betere score te
zijn.
(Vervolg van pagina 3)
brief die zonder enige twijfel echt is, „Hoe
moet ik verklaren wat er is gebeurd? I'
zult uw trouwe dienaar niet geloven, maar,
bij God, ik spreek de waarheid. Moedertje,
ik ben bereid te sterven, maar ik weet niet
hoe de ramp geschied is. Wij zijn verlo
ren als u geen genade voor recht laat
gelden. Hij is niet meer. Maar wie zou
de hand durven opheffen tegen zijn kei
zer? Maar het onheil is geschied. Er was
een gevecht, wij konden ze niet scheiden
en opeens was hij niet meer. Wij herinne
ren ons niet meer wat wij gedaan heb
ben, maar wij zijn schuldig. Wij hebben
de dood verdiend. Heb genade met mij
om mijn broeders wil. Ik heb mijn ge
tuigenis afgelegd. Er valt niets meer te
onderzoeken. Vergeef mij of beveel dat
er een eind aan mijn leven wordt gemaakt.
Wij hebben u vertoornd en onze ziel voor
eeuwig in de verdoemenis gestort".
UIT DEZE BRIEF mag de conclusie
worden getrokken dat Catharina niet het
bevel heeft gegeven haar man te vermoor
den. Haar morele medeplichtigheid blijkt
echter zonneklaar uit de betrekkingen die
zij onderhield en blééf onderhouden met
de moordenaar en zijn handlangers. Jaren
is Orlow haar minnaar gebleven en was
ook zijn broer in ere. Op Orlow zijn in de
veertig jaar harer regering nog twintig
gunstelingen gevolgd. Is het wonder dat
de dichter Byron haar heeft genoemd: the
greatest of all sovereigns and whores?
Het particuliere leven van Catharina heeft
haar berucht gemaakt, maar haar regering
is in vele opzichten voor het Russische
Keizerrijk van grote betekenis geweest.
Onder de „verlichte despoten" der acht
tiende eeuw neemt zij een belangrijke
plaats in en de naam „de Grote", haar
door de geschiedenis gegeven, verdient zij
voor haar bijzondere heersersgaven.
v,
„IK SCHAAM ME DOOD", klaagde
varken Dorothea Baklap tegen haar
vriendin Clara van Vuylenhuise. „Ik
schaam me over mijn jongste zoon. Ik
kan wel huilen van verdriet, want hij
wil niet in de modder gaan liggen en
hij eet alleen maar gras en wortels.
Slobber, die heerlijke slobber die de
boer geeft lust hij niet die deugniet.
Kijk maar, al mijn kindertjes zijn keu
rige biggen en gaan heerlijk in de mod
der rollen en die nare jongen blijft aan
de kant staan".
Clara keek naar het ongehoorzame big
getje en toen naar haar eigen kinde
ren die allemaal in een modderpoel za
ten.
„Je hebt maar een sloom kind erbij",
zei ze en die andere biggen van jou
zijn ook lang zo lekker vuil niet als die
van mij. Maar ik geef ze ook het voor
beeld, dat doet een goede moeder nu
eenmaal' en meteen liet ze zich met
een bons op de grond vallen en ging
heerlijk tussen haar kinderen in de
modder liggen.
O, wat werd Dorothea Baklap nu kwaad
Ze rende woedend naar haar ongehoor
zame zoon en pakte hem bij één van
zijn flaporen.
„Deugniet", knorde ze, „stoute knor-
knor, stoute deugniet, knorrr, ik schaam
me voor mijn vriendin. Kijk eens naar
je broertjes knor. Vooruit, ga in de
modder!"
Maar big Prikoog rukte zich gillend los
en rende het weiland in, zo hard, dat
zijn dikke moeder hem niet in kon ha
len.
„Knor, knor", hijgde Rikooig! „Ik
wil niet in die vieze modder. Ik heb
geen zin om vies te gaan ruiken".
Maar die domme Prikoog wilde ook niet
eten wat de andere biggen aten en daar
om bleef hij mager terwijl zijn broertjes
kogelrond werden.
OP EEN KEER stopte er een woon
wagen op het erf van de boerderij waar
de biggen woonden. Er stapte een grote,
donkere man uit de wagen die naar
de varkens keek en toen de boer ging
zoeken.
„Ik wil een big van je kopen", zei
de man uit de woonwagen tegen de
boer.
„Ik heb een big nodig om kunstjes
te leren voor het circus".
„Mmmm", bromde de boer, „ik ver
koop geen biggen voor het circus".
Maar juist op dat ogenblik kwam big
Prikoog langs de mannen gelopen en
zijn moeder Dorothea Baklap liep vlak
achter hem.
„Wat is dat voor een magere big?"
vreoeg de woonwagenman en Dorothea
Baklap schaamde zich zo toen ze dat
hoorde, dat ze op een holletje wegliep.
Maar de boer kreeg opeens een idee.
„Je kunt die magere big wel van me
kopen", zei hij. „Ik heb niets aan dat
rare beest, het dier eet alleen maar
gras en wortels".
Nu, dat vond de vreemde man hele
maal niet erg en zo kwam het dat Prik
oog even later in de woonwagen werd
neergezet.
Eerst vond de big het erg leuk en hij
was er maar wat trots op dat hij was
uitgekozen. Maar al gauw vond hij er
niets meer aan, want de man ging hem
allerlei moeilijke kunstjes leren. Hij
moest mooi zitten als een hondje en
door een hoepel springen. Hij moest een
bal op zijn kop opvangen en op zijn
voorpoten gaan lopen. Hij kreeg meer
slaag dan eten en 's avonds als ieder
een sliep knorde de maag van het big
getje harder dan de big zelf kon knor
ren.
„Was ik maar gehoorzaam geweest",
klaagde Prikoog tegen zichzelf, „dan
had de boer me niet aan de vreemde
man verkocht". De tranen sprongen 'm
in de ogen als hij aan zijn moeder
dacht, maar de woonwagen rolde steeds
maar verder van de boerderij vandaan.
OP EEN DAG stopten ze in een stad
waar een circusvoorstelling zou zijn en
toen pakte de vrouw van de woonwa
genman Prikoog vast.
„Zo", sprak ze, „nu gaan we jou eens
wassen" en vóór Prikoog wist wat er
gebeurde, werd hij in een bak met sop
gestopt en stevig afgeboend. Prikoog
piepte en gilde van angst, maar dat
hielp allemaal niets.
Na een hele poos werd hij uit het sop
getild en toen ging de vrouw hem ste
vig afdrogen en de tranen van pijn
en angst liepen Prikoog over de neus.
Toen hij eindelijk droog was, pakte ze
een lint. Een mooi vuurrood lint en
maakte daarvan een prachtige strik in
het krulstaartje van de big. Maar dat
vond Prikoog toch al te erg en vóór
de vrouw wist wat er gebeurde sprong
de big van de tafel, rende het woonwa
gentrapje af en ging er vandoor. De
vrouw ging hem gillend achterna en
even later haar man ook.
Maar Prikoog rende tussen de benen
van de mensen en tussen de tenten dooi
en wist te ontsnappen. Hij bleef maar
rennen en liep helemaal alleen de lange
weg terug naar zijn moeder. Soms bleef
hij even langs de weg liggen om uit
te rusten of om wat afval te eten dat
hij vond.
Maar eindelijk, na dagen en dagen ren
de hij het erf van de boerderij op,
regelrecht naar zijn moeder, die heer
lijk in de modder lag te baden en haar
ongèhoorzame zoon al bijna vergeten
was.
AlET EEN PLONS liet Prikoog zich
languit in de modder vallen en rolde
er wel tien keer doorheen. Toen liep
hij naar de trog en at gulzig van de
slobberpap. Wat was Dorothea Baklap
blij toen ze zag dat het ongehoorzame
biggetje zo veranderd was. Ze liep op
een holletje naar haar vriendin en ver
telde haar dat Prikoog de liefste en
vuilste big op de hele wereld was.
Maar Prikoog merkte 't niet eens, die
stond helemaal in de slobberpap en al
leen de strik in zijn krulstaart stak nog
boven de trog uit....
•9é
9
•V
•<r
We hebben een logee,
ik denk, wel voor drie weken,
maar dat is juist heel leuk,
want 'k raak niet uitgekeken!
Hij doet haast niéts als wij:
poetst nooit eens fris zijn tanden,
eet zonder mes en vork
en tóch niet met zijn handen!
Hij zegt geerl woord, maar toch
laat hij zich dikwijls horen
en krabt zich doodgewoon,
als 't jeukt achter zijn oren
i
En kom ik 's middags thuis,
dan rent hij blij een rondje,
Volg nu de cijfers maar,
dan zie je: 't is een
Een kleine kat en een grote hond
Zaten samen heel boos op de grond
„Woef", zei de hond
„Kssst", zei de l at
„Ga weg zeg, of ik doe je wat!"
De kat maakte boos een heel hoge rug
Verschrikt vloog de hond een eind terug.
„Wat een kit", zei de hond
„Wat een hónd," zei de kat
„en hij zit nota bene ook nog op
mijn mat!"'
„Kom zeg, doe nou eens niet zo boos,"
zei de hond „ik woon hier toch ook
al een poos?"
„Schik eens op," zei de kat
„Dat is goed," zei de hond
„maar hou asjeblieft je grote mond."
Daar zitten een kat en een grote hond
Samen heel knusjes op de grond
„Lekker warm," zegt de hond
„Dat is waar," zegt de kat
„Tóch wel leuk met jou op de
keukenmat."