Het verdwenen manuscript SENAAT DER V.S. BEZORGD OVER LOT DER STRIPTEASE-MEISJES Valspar42 DURE FILMS (f 288.000!) VAN MEVROUW KENNEDY'S AZIE-REIS ZIJN HUN GELD VOLOP WAARD TANTE PATENT EN DE SOF PANDA EN DE PECHVOGEL Ons vervolgverhaal Vakvereniging laat „ontkleeddames ook figuurlijk in haar hemd staan Critiek is verstomd MAANDAG 9 JULI 1962 door H. Wolfram Geizsler Tof hiertoe Lakverf Oog in oog met de vangst Geen „B-girls' I 'f'lll Psychologische aanpak J C; V -V "&V - .'j. v~ fp 25) M „Steeds?" vroeg Yvonne. „Ik kan 't niet anders zien", ant- woordde Fox. ,,'t Is de enige en tege- lijkertijd vreselijkste konsekwentie, van- de mesnelijke samenleving. Men spreekt graag over de goede oude tijd. Welnu, ik geloof niet, dat die er ooit is geweest. Het ligt alleen in de =j aard der menseq om de narigheid sneller te vergeten dan de goede din- gen, en hoe verder het verleden weg- jE zinkt, hoe meer het goede uit die tijd schijnt te overwegen. Maar ik geloof, dat de geschiedenis, het tegendeel aantoont. Kijkt u maar eens naar de muren en tinnen van dit oude slot, S zien die er vreedzaam uit?" Yvonne merkte op: „Toch moet het leven toen veel onschuldiger geweest 5 zijn. Want hoe vaak de Noormannen S en andere zeerovers ook geprobeerd hebben dit slot te veroveren, het is 1 hun niet gelukt; anders zou er niet veel meer van over zijn. Hoe anders is dat tegenwoordig! Eén voltreffer uit zwaar geschut, dat men helemaal niet ziet en ons oude kasteel zou een puinhoop zijn. 't Waren toch wer- kelijk betere tijden, toen die Arthur- =j ridders nog man-tegen-man vochten en de sterkste overwon. Tegenwoor- Ej dig zou die hele kring van dappere ridders in een minuut zelfs door een kind neergeschoten kunnen worden 2 met zo'n modern machinegeweer." „Dat is eigenlijk wat ik bedoelde", zei de slotvrouwe van Louha, „en zo schijnt 't altijd weer door te gaan." B Fox vond de wending, die het ge- sprek nam, -niet helemaal prettig en zag 't aankomen, dat madame Ber- nard over haar gesneuvelde zoon zou 5 beginnen. Ze vervolgde echter: „U zult in die meneer Denis, die ons deze week komt opzoeken, een man leren 1 kennep, die onze meningen deelt. Hij ziet de toekomst zelfs nog zwarter dan wij en hij heeft niet veel hoop meer voor de mensheid." 5 „Hij is dus vermoedelijk geen door- Ej snee-Amerikaan", merkte Fox op. „Hij is noch een doorsnee-mens, noch een Amerikaan", antwoordde madame s Bernard en stond op. Het was iets merkwaardigs in haar, dat ze het S gezelschap van andere mensen, een discussie of wat ook, eigenlijk nooit langer dan hoogstens een half uur verdroeg. 5 Fox dacht echter, dat er allerlei droevige herinneringen bij haar wa- ren gewekt. „We hadden voorzichtiger moeten zijn", zei hij even later tegen Yvonne. „Dat helpt niet", antwoordde het meisje. „Ze denkt nu eenmaal altijd aan haar gesneuvelde zoon. Daarom draagt ze ook alleen maar zwarte kleren. Ze leidt een ongélukkig en daarbij onbegrijpelijk leven. Ik ver- heug me erover, dat u bij ons blijft logeren. De avonden hier zijn vrese- lijk! Wilt u wel geloven, dat ik er soms als een berg tegenop zie om E hier te gaan logeren. Maar ik moet 't doen. hoe zou mijn tante 't anders E uithouden? Waar 't echter tenslotte E op uit moet lopen „U bedoelt, als ze sterft E „Mijn moeder en ik zullen dan het E slot erven, en dan wens ik maar een ding: een behoorlijke voltreffer, maar natuurlijk op een moment, dat ik niet hier ben „Meent u dat in ernst?" „Niet helemaal, dat moet ik toe- E geven", antwoordde ze. „Ik heb er E natuurlijk wel enig gevoel voor, dat ik de laatste ben van een familie die al vijftienhonderd jaar dit oude slot op de rotsen bezit. Maar ik voel me soms zo opstandig, dat alleen mijn 1 gedachten al de oude muren tot bar- sten zouden moeten brengen. Staat er 5 ook niet iets dergelijks in de Bijbel?" E „De muren van Jericho", antwoord- de Fox glimlachend, „maar het wa- ren geen gedachten, doch bazuinen." I „Komt u mee? Dan gaan we het E slot van buiten nog eens bekijken. E Misschien valt ons dan nog een ande- re manier in", zei Yvonne lachend. „Ik moet zo nu en dan bewust het, gevoel ondergaan, dat ik hier tenslot- te niet gevangen zit. 5 Ze was op deze zondagmorgen niet E zo boers gekleed als de vorige dag; E ze droeg een fleurige gebloemde jurk en schoenen met hoge hakken. De jurk deed haar robuuste, doch goed gevormde lichaam voordelig uitko- E men en ze scheen zich hiervan be- wust te zijn. Ze liep langs een smal heidepaadje voor hem uit. „Ik zal u naar °en g plekje brengen", legde ze uit, „dat g sinds mijn prille jeugd mijn bijzon- E dere liefde heeft. Je hebt van daaruit een zeer ongewoon uitzicht op het slot. En juist omdat u wilt tekenen, zal dit uitzicht u bevallen Ik heb wel E eens eerder gedacht, dat men van daar eigenlijk een schets van het slot g moest maken, maar helaas kan :k zelf niet tekenen." „Zijn er geen oude kronieken over Louha?" vroeg Fox. Ze meende van niet. „Toen 't nog boeiende tijden waren, konden d° E mensen niet schrijven alleen de monniken verstonden die kunst, en g die waren hier niet. O wat zou ik graag in die tijd geleefd hebben!" Ze sprak met hem, terwijl ze achter el- kaar langs het smalle pad voortwan- g delden, en telkens keek ze even naar hem om. Hij sloeg haar gade t.n E peinsde, dat 't in het slot, met Yvon- ne als burchtvrouwe, waarschijnlijk g heel genoeglijk toegegaan zou zijn. Na een kwartier bereikten ze een E kleine verhoging, die recht tegenover de vuurtoren aan de andere kant van g de baai lag. Van dit plekje was het uitzicht over de zee-inham, met het E slot op de rotsen, inderdaad verras- E send mooi. Yvonne had niet overdre- ven. Ze gingen in het zand zitten, g „Begint.u nu maar te schetsen. Als E die tekening wordt, zoals ik me voor- g stel, ben ik van plan u te vragen, haar aan mij te geven. U moet alle E bijzaken en natuurlijk ook die lelijke vuurtoren weglaten." g Fox, die haar niet graag wilde to- e nen, dat hij helemaal geen tekenta- E lent had, antwoordde, dat hij .lit prachtige uitzicht eerst rustig op zich g wilde laten inwerken. E „Laat ik u daarbij niet storen", zei E Yvonne en strekte zich languit naast g hem uit. „Ik zal doodstil zijn. Als er g wind was, zouden we het ritselen van E het zand horen. Dat kan klinken als E de zachte violen in de ouverture Lo- hengrin, maar dan moet je de ogen g dichtdoen." „Doe dat maar", zei hij. Steunend E op zijn ellebogen, zat hij naast haar g en tuurde voor 'zich uit. g „Er is toch wel wat wind", zei nij E even later, „de krulletjes op je ,voor- hoofd bewegen." „Dat is een van die bijzaken, waar- g mee u zich niet moet bezighouden", E antwoordde ze. „U moet naar het uit- E zicht blijven kijken." g „Maar ik vind dat bewegen van die krulletjes momenteel veel boeiender. E Zullen we dat tekenen niet tot mor- E gen uitstellen?" g „Morgen heb ik geen tijd." E „Misschien juist daarom. Ik moet E namelijk bekennen, dat ik door ",ie krullende haren afgeleid word van g mijn kunstzinnige plannen." g „Heel onbetamelijk!" E „Maar heel plezierig!" „O zei Yvonne met een diepe g zucht, „U weet niet, aan wie u uw g aandacht verspilt. Men heeft mij deze E zomer namelijk hierheen verbannen, E omdat ik aan een ongelukkige liefde e leed." „Aan liefde kan ik bij jou geloven, E Yvonne, maar niet aan ongelukkig- hêid". g „Alsof ik hier troost zou kunnen g vinden", zei het meisje, meer tot g zichzelf dan tot haar metgezel. „Misschien kan ik je troosten", zei g Fox zacht en zich over haar heenbui- g gend streek hij de krulletjes van haar E voorhoofd weg VII. g Door de wonderlijke stilte van de g avond wandelde Fox terug naar Ërig- E nogan. De roodgouden avondzon, die hij in de rug had, zonk langzaamweg g achter de horizon en in deze belich- g ting leek zijn schaduw eindeloos. Er- E gens op zee klonk de stoomfluit van E een schip; in deze omgeving leek 't g op de hoorn van een zeegod. E Ook de eenzaamheid kan onrustig maken, peinsde Fox. Tegelijkertijd besefte hij echter, dat 't niet de een- g zaamheid was, doch Yvonne, die hem g enigszins van zijn stuk had gebracht, Yvonne hield niet van deze eenzaam- héid g „Bent u ontstemd om 't een of an- g der?" vroeg de hotelhouder in Brig- g .nogan?" „Helemaal niet, hoe komt u daar- bij?" g (Wordt vervolgd) fTiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii'iiimii'iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiniiiiiiiHiiiiiiniiiiiiiiHiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiii ft (Van onze correspondent) WASHINGTON. - Wekenlang heeft een onderzoekscommissie van de Ameri kaanse Senaat onder voorzitterschap van McClelIan voorpaginanieuws opge leverd. De Senatoren maakten zich offi cieel bezorgd over het lot van de strip- teasers „uitkleedplaaggeesten" zou men die meisjes in het Nederlands kun nen noemen Maar nu de Senaatscom missie dit onderzoek beëindigd heeft, ziet het er niet naar uit, dat er veel zal veranderen in de strip-tease-wereld. De Senatoren zijn er alleen in geslaagd, zelf flink wat publiciteit te krijgen en som mige „plaaggeesten" hebben in die pu bliciteit mogen delen. EEN BAR in Chicago vijf uur 's mid dags. Een tiental mannen zit stevig te drinken: whisky of bier. De barman schenkt telkens snel hun lege glazen weer vol, wanneer ze die naar hem toeschui ven. De mannen zeggen niets en ze staren voortdurend langs de barman heen. Want achter hem op 'n soort loopplank wan delt een juffrouw heen en weer, die zich letterlijk gaandeweg van haar glan zende kleren ontdoet. Als ze nagenoeg poe delnaakt is, kan ze inrukken. De drinkende mannen accepteren het zonder een woo:d van protest. Ze kennen de regels van het spel: tot hiertoe en niet verder. Lola ver dwijnt van de loopplank en een van top tot teen in bont en nylon geklede Moni que of Lilian of Electrique(!) zal haar baantje overnemen en heupdeinend rp de maat van grammofoonmuziek ter- Advertentie c,PA/? GEMBO N.V. - Winschoten - Amsterdam Sam Whatley uit Moultrie in de Ame rikaanse staat Georgia oog in oog met de baas van bijna vijf pond die hij op zijn achtste jaar heeft gevangen. Sam is een geboren visser, al was deze vangst wel de grootste uit zijn leven. Hij vist met een werphengel en deze laatste prestatie kostte hem vijf minuten. gend langzaam enige ritssluitingen open trekken met alle onthullingen vandien. Misschien behoort er ook wel een juffrouw Salomé tot de vakvereniging van de strip- teasers. Die toneelnaam lijkt me bijzon der passend want de dochter van Herodias zou wel tot patrones van dit gilde verhe ven mogen worden. Zij immers moest het nog zonder ritssluitingen stellen. Maar één ding had Salomé met de hedendaagse plaaggeesten zeker gemeen: ook zij werk te in een sfeer van „sexe en misdaad". DIE MEISJES in zo'n bar in Chicago en in vele dergelijke bars elders, zullen maar heel matig betaald worden voor hun rol letjes in zulk een uitkleedmarathon aan de lopende band. Zij fungeren zo ongeveer als borrelhapjes of zoutjes. Ze houden de mannen langer op hun barkruk en hun glazen gevuld. Men zou het Aiiet verwach ten, maar veel van die meisjes zijn geor ganiseerd in een echte vakvereniging: de American Guild of Variety Artists of kort weg A.G.V.A.. De leden moeten een stevige contributie betalen en de leiders van deze vakvereni gingen hebben een vet baantje. De A.V.G.A. behoort tot het overkoepelend vakverbond van de grote „A.F.L.-C.I.O." Ook de „stripsters" werken op arbeids contract en een van de clausules daarin luidt, dat zij niet als „b-girls" ofwel ani- meermeisjes gebruikt mogen worden. In de praktijk echter zijn ze heel vaak wel werkzaam in beide „functies": eerst kle den zij zichzelf uit en aan en daarna pro beren ze de drinkers aan de bar figuur lijk uit te kleden door naast hen te gaan zitten en drankjes af te bedelen. Ze vragen altijd iets te drinken dat duur klinkt en veel kost, doch wfet in feite meestal water met een kleurtje is. Van de hoge prijs die de klant daarvoor betaalt, krij gen de meisjes „percenten". Soms worden ze betaald overeenkomstig het aantal con sumpties dat ze in één avond hebben „op gespaard". Enfin, ook de animeer-meis- jes bestaan al eeuwen en in vele landen. Waar de Senaatscommissie zich onder an deren over opwond was het feit, dat het arbeidscontract van de „plaaggeesten" vaak geschonden werd door de werkge vers en dat de vakvereniging bijvoor beeld door het organiseren van een sta king! daar niets tegen deed. Maar het klonk heel aannemelijk, toen een van i.e vakverenigingsleiders de opinie verkondig de, dat vrijwel geen enkele „stripster" tot staken bereid zou zijn. Zij kunnen van bet „strippen" alleen nauwelijks leven en lie ver dan met een zuur gezicht achter de schermen te zitten, komen ze een lief in zicht zetten tegen de mannen aan de oar. Tja, en om meer dure drankjes los ie krijgen beloven ze die mannen soms heel wat „voor later" ook. Of ze zich daaraan houden is niet zo gemakkelijk na te gaan, maar de Senatoren sloegen de plank niet te ver mis, toen ze stelden, dat sommige van die ontkleeddames beter „prostituees met een vakverenigingskaart" genoemd konden worden. Dat is natuurlijk allemaal niet zo fraai. Maar het doet erg naief aan, om hoge ethische normen te gaan eisen van een vakvereniging van semi-verleidsters. Oe opvolgsters van Salomé hebben zich een „werkkring" gezocht, die men de vicieuze cirkel van de zonde kan noemen. En wan neer enige van de tien geboden daar over treden worden, haalt men er beter de po litie bij dan het bestuur van de vakvereni ging. Dat die vakvereniging ook op haar manier de leden weer uitkleedt, door hoge contributies te heffen en daar weinig be scherming tegenover te stellen is natuur lijk niet fraai, maar dat komt meer voor in Amerika. 'DAT DE SENAATSCOMMISSIE juist deze bedrijfstak onder de loep heeft genomen, heeft haar heel wat publiciteit bezorgd. Was dat een van de nevenbedoelingen? Dag in, dag uit hebben de Amerikaanse kran tenlezers in hun sènsatiebladen maar even goed in de serieuze kranten hoofdschud dend of likkebaardend de verslagen kun nen lezen van de verhoren die de com missie op touw zette. Aan fotomateriaal was geen gebrek: Senatoren, die met de vuist op tafel sloegen, bareigenaars met louche tronies en stripsters met weelde rige kapsels doch in opvallend brave jurk jes. Want tenslotte, om tien uur 's mor gens gedraagt een stripster zich nog niet als plaaggeest, en zeker niet in de deftige zedige senaatskamers in het Kaptool van Washington waar de commissie van on derzoek haar slachtoffers ondervraagd heeft. mtr" Twist met balletjes was het recept voor deze grappige nylon stippenjurk die de Londense couturier Farman ont wierp voor de naderende hoog- zomerse dagen. (Van onze correspondent) WASHINGTON. Toen bekend werd, dat het verfilmen van Jacqueline Kennedys recente reis naar India en Pakistan het lieve sommetje van tachtig duizend dollar (288.000 gulden) had gekost, veroorzaakte dat nogal wat critiek in de Verenigde Staten. Maar nu leden van de Amerikaanse en van de buiten landse pers die films hebben gezien, is alle critiek verstomd. De films zijn voortreffelijk vakwerk, uitgevoerd met veel smaak en met een juist gevoel voor propagandawaarde. Zij kunnen er zeer toe bijdragen Amerika meer geliefd te maken in India, Pakistan en elders. En dat is tenslotte één van de belangrijkste taken van de Amerikaanse informatiedienst, die deze rolprenten heeft doen opnemen. „HOE MAAK JE vrienden en hoe kun je invloed krijgen op de mensen?" luidt de titel van een bekend Amerikaans boek over .public relations", dat wil zeggen over officiële en persoonlijke betrekkin gen met de medemensen. De Amerikaan se informatiedienst moet de „public re lations" voor Amerika verzorgen en die taak is razend moeilijk. Want het gaat met staten precies als met mensen: wie rijk en machtig is, wordt wel vaak ach terna gelopen, maar zelden bemind. Pre sident Kennedy en zijn jonge echtgenote hebben echter de goede toon en de juiste houding gevonden in hun contacten met het buitenland Dat bleek onlangs nog heel duidelijk bij hun bezoek aan Mexico. En daar zij bij hun bezoeken Amerika vertegenwoordigen is dat een groot voor deel voor de Verenigde Staten. DIKWIJLS wanneer Amerikanen in het buitenland komen, bezoeken zij gebieden die in macht, rijkdom en techniek ver achterstaan bij de V S., maar die terecht trots zijn op hun oude geschiedenis en cultuur Te trotser, omdat zij met die trots het gevoel van minderwaardigheid compenseren, dat wordt ingeboezemd door de moderniteit en het technisch vermogen van de zogenaamd hoogontwikkelde lan den. Wat heeft nu de cineast Leo Seltzer gedaan toen hij een propagandafilm moest maken van mevrouw Kennedy's bezoek aan India en Pakistan? Hij heeft de ca mera niet in de eerste plaats gericht op de charmante echtgenote van Amerika's president, doch op de mensen, de palei zen, tempels en natuur van het mysterieu ze Aziatische subcontinent. Misschien heb ben de mensen in Pakistan en India nog nooit zulk een mooie film van hun eigen land gezien De kleuren zijn warm, de beelden wisselend en boeiend. Het is een verrukking naar dit alles te kijken en nie mand is gelukkiger met deze reisfilms, dan juist mevrouw Kennedy, die haar reis maakte op uitnodiging dezer landen en die, in haar omgang met de hoogst- en met de laagst-geplaatsten, altijd dezelf de meisjesachtige charme en vriendelijk heid toont Onvergetelijk gelukkig is haar gezicht bijvoorbeeld in de scene, die op genomen werd toen zij in Pakistan het prachtige rijpaard Sardar ten geschenke kreeg. Maar de filmoperateur begon deze scene niet met mevrouw Kennedy, doch met het paard. Wie zo'n paard ziet (en krijgt) móet zich wel heel gelukkig voelen. Een oorspronkelijk stripverhaal door Annie M. G. Schmidt en Fiep Westendorp 55. Tante Patent had vanaf haar stoep het afschu welijke drama gadegeslagen. „Hemeltjedit gaat wat vermompelde ze en dribbelde vlug de straat over, naar de plek waar de agent lag, geveld tijdens de uitoefening van zijn plicht. Een groep toe schouwers had zich over hem heengebogen. Zonder iets te doen, overigens. Tante Patent aarzelde geen ogenblik. „Meneer de Sof," zei ze. „Er zijn gren zen. U gaat te ver. U werkt niet mee. Ik heb alles voor u gedaan wat ik kon doen. Ik heb zelfs een verklaring voor uw gedrag en voor uw costuum. Ik heb aan mijn buurdames verteld dat u lid is van een nieuwe Beweging. Van de Impulsieve Beweging. Laten we hopen dat met die uitleg uw gedrag vol doende is verontschuldigd. Maar nu gaat u met mij mee. Wij gaan samen zoeken naar het jongetje Kees, dat Uw offervat in zijn bezit moet hebben." Deze incidentele scene markeert, hoe de aanpak van de films in het algemeen is geweest: aandacht allereerst voor deze prachtige landen en hun gracieuze in woners en pas daarna de weerspiegeling van al die exotische schoonheid op het gezicht van mevrouw Kennedy. Dat Jacqueline Kennedy in deze korte films (22 en 15 minuten) meer dan twin tig verschillende jurken draagt, zal de vrouwen in de wereld zeker interesseren. Mij leken die jurken veel charmanter dan veel wat ze doorgaans in Amerika draagt, maar als man voel ik me beslist niet competent, hierover te schrijven. Toch is dit beslist geen modeshow in een exotisch décor. Andersom alweer: mevrouw Ken nedy heeft de goede smaak gehad, zich te kleden in harmonie met de gracieuze omgeving waarin ze als gast verkeerde. In het begin van dit artikel noemde ik het Amerikaanse boek „How to make friends and influence people". In dat boek staat o.a. de opmerking: „Waarom hou den we van een hond?" Het antwoord is: „omdat hij zo blij naar ons toekomt". Het is een wat gewaagde maar zeer vrien delijk bedoelde vergelijking: in India en Pakistan zullen de duizenden die deze films te zien krijgen, een grote genegen heid opvatten voor mevrouw Kennedy, die zo zichtbaar gelukkig was omdat ze in hun landen zoveel moois zag en zoveel sympathie ondervond. ZULKE FILMS (kopieën worden thans in India èin Pakistan en in vele andere niet communistische landen gratis verspreid) doen Amerika meer goed, dan films over wolkenkrabbers, autowegen, ijskasten en zelfs over ziekenhuizen en universiteiten in Amerika zelf. De aanpak van deze films was psycho logisch volkomen juist en de mensen, die de reis hebben verfilmd, hebben 'n subtiel geveol gehad niet alleen voor de schoon heid van deze landen, maar ook voor een juiste benadering van de bevolking. Wat dat laatste betreft hebben zij gewerkt in volkomen harmonie met mevrouw Kenne dy, die even charmant is wanneer ze praat met Nehroe of wanneer ze geheel onverwacht en buiten het protocol om be sluit om een ritje te maken op een ka meel, samen met haar levenslustige zus ter prinses Radziwill. MAITTJ TOONDÏÏ 57. Volgens het plannetje van tante Hennie werd voor meneer Pech een groot huis gekocht, waar hij met al zijn ooms, tantes, neven en nichten kon wonen. Maar hoewel dit een aardig sommetje kostte en ook het no dige werd neergeteld voor kleren, juwelen en zo, bleef er toch nog zo'n groot vermogen over, dat meneer Pechs familie niet rustig kon zijn. Steeds weer ontston den ruzies over de verdeling van grote geldsommen, die overbleven, nadat grote geldsommen verdeeld wa ren. En daar zat de ongelukkige toto-winnaar maar tussen! „Grutjes o grutjes, wat een leven!" zuchtte de onfortuinlijke miljardair, „is er dan niets, dat een einde aan die eeuvnge ruzies kan maken?" Op dat ogenblik kwam een dienstmeisje binnen en meldde: „Er is een meneer Panda aan de deur, die meneer Pech wil spre ken." Deze simpele woorden brachten als bij toverslag eenheid tussen de twistenden. Als één grote familie stormden de ooms, tantes, neven en nichten naar de voordeur om Panda te verjagen. „Laat je hier nooit meer zien!" riep tante Hennie, „je wilt alleen maar misbruik maken van de goedgeefsheid van mijn lieve neef!" „Dat is helemaal niet waar!" antwoordde Panda verontwaardigd. „Ik wil juist.Maar zijn woorden werden overstemd door de kreten, waarmee de familie hem de deur wees. „Echt gemeen, dat ik meneer Pech niet even mag spreken," dacht Panda, „maar ik geef het toch niet op!"

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1962 | | pagina 7