ZESHONDERD MILJOEN „KASSIEKIJKERS"! TANTE PATENT -4 PANDA EN DE MEESTERSCHATGRAVER Slimme „dubbelparkeerders" ontspringen steeds de dans Schooljaar in Rusland en Polen begonnen 5/V ÏTJ' B (Vertaald uit het Deens) door Grete Dölker-Rehder Amsterdams x Allerlei x Elektronische verkeersagenten Een observatorium aan luchtballons f. sr A t 6 MAANDAG 17 SEPTEMBER 1962 7 Ons vervolgverhaal Kerkelijk nieuws O*?' fliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii EIKE AGENA 34) I Tyge Taden was zo in zijn opwin- dende spel verdiept, dat hij niet merkte dat de ebstroom hem uit de Bocht trok, dat de boot alsmaar be- gon te draaien en zacht draaiend in de richting van de open zee dreef, i Maar zelfs als hij het gemerkt had, zou het hem onverschillig geweest zijn. Het spel met de daalders was I op dat ogenblik een hartstocht voor hem, het enige waar hij zich mee bezighield. Met zijn volle hand greep hij nu in de schaal en met woedende gebaren slingerde hij het over boord. „Kinderen, kinderen," zei hij weer, „denken jullie nu werkelijk, dat ik jullie geld aan Hannis zou geven, die boef? Ik ben zelf een boef, daarom hebben jullie het me gegeven. Maar wat zou ik er mee moeten doen. Ik zou het opvreten en verzuipen, ver gooien en verdoen! Ik zou een nog grotere schoft worden dan ik al ben, door jou, Eike, door jou! Of denk je dat je een engel van me kunt maken met je geld, zo een als jij bent, met ie grote, heilige ogen. Jij? Ten slotte schreeuwde hij haast over het rustige, maar onzichtbaar naar zee stromende water en in de eindeloze verte. Hij sprong op in de slingerende boot, graaide nu met beide handen in de tinnen schaal en strooide de daal ders als zaad naar rechts en links, in zee. En steeds maar weer bukte hij zich en toen er tenslotte niets meer in was, greep hij de schaal zelf en slingerde hem met een juichkreet in het water, waar hij steeds maar om zijn as draaiend, langzaam naar zee dreef, want hij was met de open kant naar boven in de golven terecht gekomen. Toen lachte Tyge Taden schril en het klonk als een vogel, die over het water krijst. Maar hij was ook weer even snel ontnuchterd, als die roes over hem gekomen was. Hij had geen spijt van wat hij gedaan had. Hij schrok ook niet van zichzelf. De daalders waren weg, goddank wa ren ze weg! Hij liet zich terugvallen op de bank, greep de riemen en zag al spoedig, dat hij ver afgedreven was. Het was nu onmogelijk gewor den, Lissum nog te bereiken, daar was geen water meer. De enige mo gelijkheid was, naar de open zee te roeien en daar zes uur te wachten, tot de vloed opkwam. Maar dit leek Tyge niet erg aanlokkelijk, want de bliksem flitste al en de donder, die in de verte rolde, begon steeds dichter bij te komen. Maar hij kon ook nog naar de witte Knee terug gaan, daar was nog voldoende water. Alleen moest hij er voor zorgen, dat hij Ber- tien en Eike daar niet tegenkwam want die hoefden het niet nu al te weten, wat er met hun daalders ge beurd was. Krachtig roeide hij tegen de stroom in, en het lukte hem nog net, de boot naar de steiger te brengen, waar hij al bijna in de modder lag. Hij maak te hem vast, legde de doek, omdat het waarschijnlijk al gauw zou gaan regenen, zorgzaam onder de bank, sprong toen als een hazewind over het strand en verdween in de duinen. Gebukt liep hij door het zand, en er was niets van hem te zien, behalve zijn gele haardos, die zo nu en dan boven het grijze helm uitkwam; even later liet hij zich van de steile helling van een hoog duin afglijden en kwam weer op het strand terecht. Daar ruk te hij zich de kleren van 't lijf en sprong de aanrollende golven tege moet, liet zich door 't schuim be spatten, sprong toen weer, als een vis uit een snelle stroom, uit de branding te voorschijn, zwom met krachtige slagen over de open zee en verwij derde zich hoe langer hoe meer van het strand. Hij voelde een razende levenslust in zich, een gloeiende vreugde. £elfs de gedachte, hier afge mat te raken, het reddende strand niet meer te kunnen bereiken, door het water in de diepte getrokken te worden, schrikte hem niet af. Je leef de, zolang je leefde, en als je dood was, was je dood. Het onweer ontlaadde zich nu met volle kracht. Een plotseling opgesto ken storm huilde door de lucht, trok wolken van zand omhoog, die werve- j| lend langs het strand trokken en j| striemde de zee, die woedend begon te schuimen. De hemel was diepzwart geworden, evenals de eindeloze vlak- s te van de zee. Schelle bliksemschich- ten flitsten door de lucht, de donder overstemde het huilen van de wind en het bruisen van de branding, de regen stroomde ruisend omlaag. Glanzend en stralend in de duister- nis om hem kwam Tyge tenslotte weer tevoorschijn uit de woedend ko- kende watermassa's. Zoekend keek hij om zich heen naar |g zijn kleren, tot hij zag, dat de golven s ermee speplden. Hij raapte ze bij el- kaar, maakte er een nat, druipend g bundeltje van, legde het lachend op zijn hoofd, en liep nu, kaarsrecht en met zijn armen zwaaiend, langs het g strand. g Tenslotte kwam hij bij de heide- duinen. Hij nam zijn kleren in zijn g hand en klom op de hoogste top, g naakt als hij was. Wat jammer, dacht hij, dat er nu niemand van Lis- g sum komt. Hij zou zo graag iemand g aan het schrikken maken, hier in de g donkere eenzaamheid, een van die g brave oude boeren bijvoorbeeld, of g zo'n ouwe visser, of nog beter een g van hun vrouwen. Ze zouden denken dat hij Neckepenn g was, een naakte Neckepenn, plotse- ling opdoemend uit de struiken. Maar er kwam geen mens, hij bleef vol- g komen alleen. g Toen sprong hij maar weer naar g beneden, rende tegen een volgend g duin op, bleef daar weer staan, om g zich heen loerend. Maar er kwam niemand. H Tenslotte rende hij suizend van het g laatste duin af, met zijn armen wijd g uitgespreid, als een vogel die zich af- zet. g Op de weide zag hij de geiten van g Flor staan. Hij liep erheen, bleef g daar staan in de wind en keek pein- g zend op de dieren neer. De storm g woelde door zijn natte haar, dat hem g om de oren kletste. Hij klopte de g beesten op hun koude, magere rug- g gen en zei: „Jij wordt gauw geslacht g en jij wordt gauw moeder, en dat is allebei moeilijk". g Maar toen hij er, overmoedig over g begon te denken, zo als hij was, door g Lissum te lopen, dacht hij opeens aan g zijn eigen moeder. En toen werd de g brutale kerel plotseling een deemoe- g dige knaap, en snel trok hij zijn nat- g te kleren weer aan. Zijn moeder was g het enige wezen op de hele wereld, g waarvoor Tyge respect had. En g daarom drukte hij zijn vuisten in g zijn zijden en rende naar huis. Bertien en Eike zaten intussen g zwijgend tegenover elkaar en verme- g den het, elkaar aan te kijken. g Ze dachten allebei hetzelfde: was g Tyge normaal of was hij niet goed bij zijn hoofd? En het kwelde hen, g dat ze dat dachten. Toen het onweer over was, liep Ber- g tien naar het strand om te kijken of g de storm zijn netten beschadigd had. g Hij schrok, toen hij er kwam, want g wat was dat? Uiterst langzaam en g aarzelend liep hij naar de steiger, en g hij kon zijn ogen niet geloven. Want daar lag zijn boot, de boot waarmee g Tyge de daalders naar Lissum ge- g bracht had. Een goed uur geleden g nog had hij, evenals Eike, met zijn g eigen ogen gezien, dat Tyge over de g Bocht gevaren was. Tot bijna in het g midden van de Bocht hadden ze hem nagekeken, en daarna hadden ze nog zijn stem gehoord, die zich steeds verder verwijderd had. Hoe kwam die boot dan weer hier? Vanzelf kon hij toch niet hier geko men zijn. Bertien liep verder naar de steiger en zag dat hij weer be hoorlijk vastgelegd was aan de ket ting. Tegelijkertijd ontdekte hij de netjes opgevouwen wollen doek onder de bank. Hij nam de doek op, keek er lang en peinzend naar en begreep niet wat er gebeurd was. Tyge was hier niet, en de daalders waren er ook niet. (Wordt vervolgd) Van onze Amsterdamse redacteur) DE TROTTOIRBAND van het Damrak te Amsterdam is roodgeblokt en de verkeerspolitie hoopt, dat de vreemdelingen, die vaak de verkeersborden over het hoofd zien, hieruit zouden begrijpen, dat men ter plaatse niet mag parkeren. Het is vergeefse moeite geweest want er staan doorlopend auto's. Een enkele plaatselijke krant en vele ingezonden stukkenschrijvers hebben zich geërgerd aan deze „nonchalance" en „sabotage" van de automobilisten. Zij eisten van de politie, dat er streng zal worden opgetreden. HET IS INMIDDELS wel duidelijk ge worden dat dit alles niets uithaalt. Zij, die hun auto op het Damrak en andere verboden plaatsen parkeren weten meestal best dat zij in overtreding zijn, maar ze zien eenvoudig geen andere oplossing. Het zijn met name de niet-Amsterdammers, die „aan de pan blijven hangen". Zij we ten niet, dat de politie langs Damrak en Rokin zeer actief is met bonnetjes. De Amsterdammer echter „dubbel- parkeert" zijn auto bij voorkeur op de grachten of in de Kalverstraat (waar een stopverbod geldt) maar hij weet, dat de politie op die plaatsen om de een of andere onbegrijpelijke reden de ogen sluit. Het parkeervraagstuk van Amsterdam is zo langzamerhand een beschamende zaak geworden. Hoe ac tief het stadsbestuur zich de laatste jaren op velerlei gebied ook heeft ge toond, het toenemende verkeer en de daaruit voortvloeiende problemen heeft het consequent omzeild. DAT HET ook anders kan bewijst de wils kracht, waarmee Rotterdam verbetering brengt in zijn openbaar vervoer en het verruimen van de parkeergelegenheid. O, zeker, er zijn de laatste jaren tal van rapporten en nota's over deze Amsterdam se problemen verschenen, waarin zelfs be paalde suggesties zijn gedaan, maar daar bij is het gebleven. De stadsbestuurders wijzen op hun gebrek aan financiële mid delen, maar de gewone man zal zich daar bij afvragen, waarom men dan plannen maakt. Een particulier laat toch ook geen plannen uitwerken voor een prachtige bun galow als hij nauwelijks de huur van een arbeiderswoning kan opbrengen? SOMMIGEN hadden wellicht verwacht, dat de gemeenteraadsverkiezingen, die maar liefst 17 nieuwe gezichten in de ge- SIR WILLIAM Glanville, hoofd van het Britse „Hammondworth-laborato- torium voor verkeersonderzoek"ver wacht, dat elektronische verkeersagen ten in de naaste toekomst het verkeer zullen regelen. „In de komende decen nia zal de elektronische apparatuur dus danig geperfectioneerd worden, dat zij de taak van een verkeersagent kan overnemen", aldus Sir William in een interview. Hij is leider van de groep Britse verkeersdeskundigen en weten schapsmenen op het internationale con gres voor wegveïligheid, dat in Salz burg door 1.000 gedelegeerden uit 30 landen wordt bijgewoond. Sir William zei, dat in enkele grote steden in Groot-Brittannië en de Ver enigde Staten reeds veelbelovende vor deringen zijn gemaakt met de elektro nische verkeersregeling en dat op het ogenblik in beide landen bestudeerd wordt, hoe men de actieradius van elektronische ogen nog vergroten kan. Elektronische ogen in feite ver fijnde camera's worden op kruis punten geplaatst ter regeling van de verkeersstromen. Zij tellen de aantal len voertuigen, die uit de verschillen de richtingen naderen en bedienen de verkeerslichten op dezelfde manier als een verkeersagent. Wij zijn voornemens het verkeer door een computer per kruispunt te koppelen. In een controle centrum zal een „robotbrein" de inko mende gegevens der elektronische ogen verwerken en op die basis de verkeers lichten op de beste manier inschakelen. Eén elektronisch oog zal tevens on middellijk elke verkeersopstoping re gistreren en naar het controlecentrum doorgeven. Andere elektronische ogen zullen aangeven in welke straten het verkeer op dat ogenblik stil is. Uit de ze gegevens zal het centrale elektroni sche brein onmiddellijk de beste omlei dingsroutes berekenen waarlangs de automobilisten hun plaats van bestem ming kunnen bereiken. „Deze informa tie gaat naar het kruispunt waar de automobilisten wachten. Zij zullen dan een signaal krijgen in de trant van „neem de eerste plaats link." meenteraad hebben gebracht, enige wijzi ging zouden brengen in het verkeersbeleid. Zij zullen, zo vrezen zij, bedrogen uitko men. De eerste vergadering van het nieu we college was een weinig verheffend voor teken van wat men in de komende be stuursperiode kan verwachten. Socialisti sche en communistische raadsleden debat teerden woedend, rood-aangelopen en met overslaande stem over de Berlijnse muur. Nimmer hebben wij bij de aan zulke woor denwisselingen deelnemende lieden een dergelijke opgewondenheid bespeurd als het ging over puur-Amsterdamse aangele genheden Arti in de steigers OP DE HOEK van het Rokin en het Spui staat een gebouw in de steigers, waar een kleine 125 jaar geleden de kunstenaars sociëteit „Arti et Amicitiae" werd geves tigd. Het zal maar een tijdelijke operatie zijn, want over een dik jaar zal het ge bouw er weer als nieuw uitzien en wor den de deuren opnieuw geopend voor de kunstenaars van dit genootschap. „Arti" werd in de vorige eeuw opgericht door beeldende kunstenaars, die hier wilden sa menzijn en er een mogelijkheid voor ex poseren wilden hebben. Dat is vele jaren goed gegaan, tot echter de fundamenten van het gebouw begonnen te zakken en al gehele restauratie noodzakelijk werd. Die restauratie heeft thans plaats. Het geld voor de verbouwing werd verkregen uit de verkoop van een pand, dat het genoot schap in de Kalverstraat bezat, als tegen 1964 het jubileumfeest wordt gevierd zal dat zijn in het vernieuwde gebouw, dat dan naast de sociëteit weer zal beschikken over twee fraaie expositiezalen. Misschien dat velen de gevel niet zo mooi vin den. Het is echter wel een gevel die ka rakteristiek is voor de 19de eeuw en die als zodanig met steun van Monumenten zorg voor het nageslacht bewaard zal blij ven. Nieuwe „Poort" NAAST HET Amsterdamse hoofdpost kantoor staat „Die Port van Cleve" in de hoofdstad gemakshalve aangeduid met „De Poort". Daar heeft een dezer dagen een jubileum plaatsgehad: directeur D. W. Kapelle had veertig jaar lang het bedrijf geleid, waar zijn vader in 1884 is binnen gestapt en waarin zijn zoon hopelijk nog vele jaren de scepter zal zwaaien. De Poort is een zaak met traditie. Bekend is, dat de biefstuk hier wordt genummerd en dat men nu reeds de vijf miljoen nadert Maar traditie is ook, dat de kelners witte schorten dragen, dat de lunch van een mar meren tafelblad wordt genuttigd en dat de bestellingen luidkeels aan het buffet wor den doorgegeven. De heer Kapelle heeft echter begrepen, dat een zaak niet alleen van traditie kan bestaan en bij de jongste modernisering, waarbij de hotelaccomodatie tot 130 bedden werd uitgebreid, is tevens een'restaurantzaal ingericht, waar de gas ten worden bediend op de wijze, die over al elders gebruikelijk is. Maar gelukkig is er dan nog die benedenzaal voor dege nen, die zelfs in deze tijd nog prijststellen op stijl en traditie. De Parijse modeontwerper Jacques Heim heeft voor enkele van zijn avond toiletten schoentjes ontworpen die van buiten geheel met bonte vogelveertjes bekleed zijn. Om op gevleugelde voe ten door het leven te gaan.' Ook in de Sovjet-Unie zijn de 38 miljoen leerplichtige kinderen van kleuters tot tieners thanse het nieuwe schooljaar begonnen. Zij dra gen als lagere scholieren een soort uniform: de meisjes simpele bruine jurken met witte schorten, de jon getjes grijs-blauwe tunieken met wit te kraag en rode das, een soort po- litiemutsje en een ceintuur met em blemen. De middelbare scholen en universiteiten met nog eens 1.8 miljoen leerlingen en studenten beginnen tegen het einde dezer maand. Dit jaar is de leerplicht van zeven tot acht jaar verlengd. Volgens de Sovjet-autoriteiten zijn voor het on derwijs aan de Sovjet-kinderen thans twee miljoen onderwijskrachten be schikbaar. Bij de aanvang van het nieuwe schooljaar hebben ook de vier Rus sische kosmonauten ren steentje aan de opvoeding willen bijdragen. In de kranten is een door hen onderteken de oproep aan de leerlingen gepubli ceerd, waarin dezen worden aange spoord, hard te studeren „want lang en moeilijk is de weg van de mens naar andere werelden en alles begint op de schoolbanken". In Polen heeft, volgens een be richt uit Warschau, de r.k. primaat, Stefan kardinaal Wiszinsky, de jeugd, aangespoord, vrijwillig godsdienston derricht te volgen nu dat op de openbare scholen is verboden. In overvolle kerken is een tot de ouders en de jeugd gericht herderlijk schrij ven van de kardinaal voorgelezen, waarin o.a. wordt gezegd: „Ik smeek u, jonge mensen, niet na te laten naar het godsdienstonderwijs-te ko men. ik vertrouw, dat gij, ouders, ervoor zult tbrgen, dat uw kindeïën godsdienstonderricht ontvangen en de generatie, die het geloof zal moeten overdragen aan het volgende millen nium zult beschermen". Critiek op de autoriteiten hield de in gematig de bewoordingen vervatte brief niet in. TWEE BALLONNEN zullen volgend jaar een reusachtig Amerikaanse telescoop op een hoogte van 24 km boven de aarde brengen. De geleerden hopen met dit in strument scherpere foto's van Mars, Venus en verschillende sterren te verkrijgen dan *ot dusverre ooit gemaakt zijn. Deze tele scoop zal op een afstand van 16 km nog voorwerpen met een breedte van ongeveer 15 cm kunnen waarnemen. DE TELESCOOP zal in februari of maart gelanceerd worden in Palestine, Texas. Met de eerste vlucht van deze „Strato- scope II" zal een bedrag van 336.000 dollar gemoeid zijn. De ballons met hun zware last zullen in de lucht heen en weer zwaaien als de slinger van een klok, maar er zullen voorzieningen getroffen worden om de telescoop vrijwel onbeweeglijk op zijn plaats te houden om scherpe foto's mo gelijk te maken. De beweging van de telescoop mag gedurende ten minste een uur niet groter zijn dan een zesmiljoenste gedeelte van één graad! Dr. Schwarzchild van de Princeton Universiteit, die directeur is van het pro ject, hoopt dat men via de telescoop een duidelijker beeld zal krijgen van de „witte vlekken" op Venus en de „kanalen" van Mars. Elke vlucht zal slechts een nacht duren. Bij het aanbreken van de dag zal er een hoeveelheid helium uit de ballonnen ontsnappen op „bevel" van een radiosig naal dat gegeven zal worden door een vliegtuig. Daardoor zal de telescoop dalen tot 1500 meter, waar een helikopter het apparaat oppikken zal en het voorzichtig tot op de grond zal laten zakken. Ned. Herv. Kerk Beroepen te Bennekom (vac. C. Vos) (toez) E. J. Schimmel te Oud-Beijerland te Nieuwerkerk. d. IJsel (toez.) C. Baas te Hèaften. t i L 2* Geref. Kerken Benoemd tot hulpprediker te 's-Graven- hage-Moerwijk I. Groenenberg, laatstelijk predikant te Nieuweroord (Dr.). Geref. Gemeenten Tweetal te Barneveld P. Blok te Dirks- land en L. Rijksen te Rotterdam-West. MET EEN ENORME SNELHEID breidt de televisie zich over de wereld uit. Men taxeert dat de t.v. thans reeds zes honderd miljoen kijkers bereiken kan. In Amerika heeft de televisie haar grootste verspreiding: hier zijn 57 miljoen ont vangers in gebruik. Engeland is een goede tweede met 12 mil joen toestellen, Japan heeft er acht miljoen, West-Duitsland en de Sovjet-Unie delen de vierde en vijfde plaats met elk 6 miljoen t.v.-apparaten. In Japan heeft meer dan de helft van het aantal gezinnen een toestel en zenden drie t.v.-netten kleuren-televisie uit. De landen achter het IJzeren Gordijn hebben ook alle televisie. In China, dat in 1958 met een eigen net begon, zijn nog slechts 100.000 toestellen in gebruik: een gevolg, naar men meent, van de duurte en de materiaalschaarste in het rode Hemelse rijk. Meer dan 40 landen kennen een of andere vorm van reclame-t.v. In 30 staten is de televisie in handen van particuliere ondernemingen, in 38 andere wordt zij dóór de staat beheerd. Landen mei relevisie SOVJET -UNIE *r A Japan Japan Hawaii AFRIKA S.Arabië Nigeria Rhod' N-Zeel. Een oorspronkelijk stripverhaal door Annie M. G. Schmidt en Fiep Westendorp 14. „Zo, ik heb mijn plicht gedaan," dacht tante Patent, toen ze de nachtclub verliet. „Het zal daar nu wel anders worden, nu ze mijn Moraal-hormoon hebben ingenomen." Wel, dat bleek inderdaad zo te zijn. De eigenaar, meneer Scabroso, was buiten zichzelf van schaamte en berouw. „Wat heb ik ge daan?" kreet hij. „Ik laat artiesten optreden die slechts in veren gekleed zijn! Hoe ben ik daartoe gekomen? Ik zal het nooit weer doen? Ook de scho ne Zwarte Lola was diep onder de indruk en ten zeerste beschaamd. „Geef mij een wollen mantel pak riep ze uit. „Of een donkere japon met een hooggesloten kraagje!" De heer Scabroso greep zijn jas van de kapstok en wierp het kledingstuk over de schreiende Lola. Het publiek keek verbaasd toe. De heren dronken hun champagne niet verder uit en verlieten mompelend de Bar. Inplaats van dankbaar te zijn over de verandering die zich vol trokken had, waren zij boos en ontevreden. De heer Scabroso sprak de weggaande klanten toe. „Excuses, sprak hij. „Ik beloof u dat mijn artiesten voortaan altijd keurige japonnen zullen dragen. Tot de hals gesloten, mijne heren, tot de hals 44. Het was nog vroeg in de morgen en Panda was nog nauwelijks uitgerust, toen hij alweer gewekt werd door Joris Goedbloed. Deze verrees fris en opgewekt van zijn legerstede en sprak luchtig: „Kom, kom, baaske! De morgenstond heeft goud in de mond! Lach tegen de nieuwe dag! Hoort de vogelkens al zingen op hun tak! Sta monter op, begin met goede moed, want vandaag gaan wij op volle kracht een aardige schat zoeken!" „Niks daarvan," zei Panda knorrig, „Ik denk er niet aan om met jou naar die schat te gaan zoeken. Dat wordt vast weer een vuil zaakje en daar wil ik niets mee te doen hebben. Het enige wat ik wil ii mijn boek, zodat ik het eerlijk terug kan brengen naar de bibliotheek!" „Maar ventje toch!" riep Joris uit. „Mét mijn klas sieke leermeesters voeg ik u waarschuwend toe: de intelligentia nil nisi bonum, hetwelk betekent dat een weinig nadenken nooit schaadt. Wie veronderstelt gij heeft dat boek weggenomen? De onuitsprekelijke ISEN- GRIM, NIETWAAR? En waar veronderstelt gij, dat deze zich met boek en al bevindt? Denk daar eens rustig over na!" Hij had het bij het rechte eind De onaangename graaf had minder geslapen dan Panda en Joris, en was al lang, mèt het boek, de stad uit gegaan. Op dit ogenblik liep hij met rappe tred over een landweg, terwijl hij zich bezig hield met heb zuchtige gedachten. „Grr!" dacht hij. „Ik weet die schat te vinden en ik zal hem hebben! Anders word ik kwaad!"

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1962 | | pagina 7