J
Elektronisch reuzenmodel van
menselijk brein in Amsterdam
Van oude doolhof
tot nieuwe RAI
L
TANTE PATENT
2
PANDA EN DE MEESTERSCHATGRAVER
i
INSPIRATIE VOOR BREISTERS OP
WOLMODESHOW BIJ V EN D
4
lil
Ons vervolgverhaal
(Vertaald uit het Deens)
door Grete Dölker-Rehder 1
Amsterdams
x
x Allerlei
x
Ruimtegrap
ft
A
fan*
MAANDAG 24 SEPTEMBER 1962
7
pni
'V'
1 40)
3.100.000.000 mensen
Kerkelijk nieuws
Kort nieuws
1
EIKE AGENA
Boven, bij de vuurtoren, draaide ze
zich nog eenmaal om, en toen zag ze
dat het water als zwart zilver glans
de, dat de golven grote, woedende
slangen leken, die woelden en kook
ten en over elkaar heen kronkelden.
En ze zag ook dat de woest opdrin
gende vloed het witte en gouden zeil
bootje als een willoos stuk speelgoed
met zich meetrok. Ze dacht: is er
dan niemand die stuurt? En ze bukte
zich, rekte het hoofd ver naar voren
en tuurde in zee. Daar zag ze in de
boot, die al heel dichtbij was, een
man languit op de bodem liggen. Hij
had zijn handen onder zijn hoofd ge
vouwen en sliep.
„Nee", dacht ze, „is die nu werke
lijk gek of is het alleen maar een
dromer?" En toen dacht ze, dat die
twee na aan elkaar verwant waren,
en dat hij wel beiden tegelijk zou zijn.
De eeuwige stilte en de eenzaam
heid hadden Eike zo'n diepe rust ge
geven, dat opwinding haar vreemd
geworden was. Maar kon ze dit zo
maar aanzien? Moest ze niet roepen,
schreeuwen, om de zorgeloze zeiler
wakker te maken? Moest hij de zei
len niet reven, het roer niet om
gooien? Ieder ogenblik kon hij im
mers op de stenen glooiing terecht
komen?
Maar Eike deed niets. Ze stond
daar ademloos, met open mond, en
staarde maar. Haar geiten stonden
rechts en links van haar en keken ook
naar het vreemde ding, dat daar
steeds dichterbij kwam. Eikes jurk
woei zachtjes om haar blote benen.
Haar lichtblonde haren streelden haar
gebruinde voorhoofd. Ze zag alleen
nog maar de boot, die vreemde boot
met de slaper erin.
Ook Bertien wekte de slapende man
niet. Bertien zaagde onverstoorbaar
door hoewel hij zo nu en dan door zijn
ooghoeken gluurde en heus wel zag
wat er gebeurde.
Maar toen gebeurde plotseling, wat
zich al sinds uren had laten voor
dien. Een golf nam het bootje op en
smakte het met geweld op de stenen
glooiing. De man, die erin lag, vloog
verschrikt overeind, wist nauwelijks,
wat er gebeurd was en nog minder,
wat hij doen moest, zag toen land,
greep de ketting, sprong eruit, gleed
uit en sloeg met zijn hoofd tegen de
stenen, terwijl zijn boot nu voor de
tweede maal opgeheven en krakend
en versplinterend tegen de glooiing
gesmakt werd.
Nu was Eike Flor toch geschrok
ken. Ze kon een kreet nauwelijks in
houden, drukte haar hand tegen haar
mond en dacht: o, had ik maar eer
der geroepen en de slaper wakker ge
maakt.
Maar Bertien?
Bertien, de langzame, stijve, har
kerige man, die logge beer met zijn
onhandige bewegingen, was zo snel
bij de glooiing, dat hij de ketting kon
grijpen voor die weer in zee gleed.
Toen trok hij kalm de boot aan de
ketting naar de steiger en legde hem
daar vast. De man, die, met zijn voe
ten in het water, zonder enige bewe
ging op de stenen lag, verwaardigde
bij met geen blik.
Eike zag maar met een half oog,
hoe Bertien de boot vastmaakte, de
klapperende zeilen borg en alles
deed, wat nodig was. Ze keek meer
naar de man, die daar maar bleef
liggen en ze dacht: zou hij dood zijn?
Maar juist toen ze dat dacht, begon
hij zch te bewegen. Hij trok zijn
voeten uit het water, richtte zijn bo
venlichaam op, keek verwilderd om
zich heen, drukte toen een zakdoek
tegen zijn voorhoofd en keek er op
merkzaam naar. Eike zag dat de zak
doek vol bloed was.
En toen kwam er eindelijk leven in
haar. Ze haastte zich naar de stal,
maakte de geiten vast en liep toen
naar de slaapkamer. Ze haalde er een
stuk schoon linnep uit de kast en ging
weer naar het strand.
Toen Eike Flor met haar lange be
nen van het duin afrende, kwam de
vreemdeling, ondersteund door Ber
tien, haar al tegemoet, wankelend,
zijn zakdoek nog tegen zijn voorhoofd
gedrukt. Hij scheen opgewonden te
zijn, sprak snel en levendig, klaarblij
kelijk om Bertien uit te leggen hoe
alles in zijn werk was gegaan, maar
Bertien gaf hem geen antwoord. Toen
zag de vreemdeling Eike, keek heel
even verbaasd, zuchtte en ging toen
uitgeput in het zand zitten.
Eike bukte zich over hem heen. Ze
zag, dat de wond tamelijk erg bloed
de. Verlegen, maar flink, verbond ze
het voorhoofd van de vreemde, zij, die
haast nog nooit in haar leven een
vreemde ontmoet had. Haar vingers
beefden een beetje.
De man hield zich volkomen stil.
Hij hield zijn hoofd achterover en
keek haar aan. Eike had haar ogen
neergeslagen, maar ze voelde dat hij
haar aankeek.
Toen keek hij Bertien aan en vroeg:
„Bent u doofstom?" Eike verbaasde
zich over die vraag, Niet, dat hij Ber
tien voor doofstom hield, vond ze
vreemd, maar, dat hij hem met „u"
aansprak. Dat had ze nooit gehoord...
„Er is hier verder niemand," ze ze.
De vreemdeling keek haar aan en
begreep haar niet. „Zo zo," zei hij,
en zijn mond bleef openstaan. Hij
streek voorzichtig met zijn hand over
zijn verbonden hoofd. „Ik ben nog een
beetje in de war," zuchtte hij met een
vermoeide stem.
Een o,genblik bleef hij voor zich uit
zitten kijken. „Wat dom van me," zei
hij toen eindelijk, „wat moet ik nu
doen? Hoe ben ik eigenlijk hier te
recht gekomen? Ik schijn in slaap te
zijn gevallen. En toen midden in
een prachtige droom kwam ik met
mijn hoofd op de stenen terecht.
Waar moet ik nu blijven? Is hier een
hotel?
Ze kon alleen maar, een beetje ge
krenkt, met een verlegen gebaar lang
zaam haar hoofd schudden en zeggen:
Hier is verder niemand", met het
duidelijke gevoel, dat ze hem verkeerd
begrepen had. Nu bleef de vreemde
ling helemaal met open mond zitten.
Hij werd zelfs helemaal rood. greep
naar zijn wond en zag eruit, alsof hij
boos ging worden. Maar toen keek hij
Bertien aan. Die tuurde met zijn on
zegbaar stille ogen over hem heen, in
de verte, en het meisje keek hem zo
ongelukkig aan. Een daarom mompel
de hij: „Nu ja, jullie kunnen er ten
slotte ook niets aan doen. In zo'n een
zaamheid moet men wel een beetje
vreemd worden. Een hotel is hier dus
niet. En hier woont verder niemand
meer, hè?" zei hij, een beetje ge
prikkeld, tegen Eike, maar die ant
woordde zo onschuldig, bescheiden en
vriendelijk „neen", dat hij zich een
Deetje schaamde, en op veel zachtere
toon vroeg: „Woon jij dan hier, kind?"
Eike stond daar zo jong en tenger.
Ze was gebruind door de zon, en toch
was haar huid licht. Haar vingers
speelden met haar blonde, zijdeachti
ge vlechten en de wind speelde om
haar lichaam. De zittende man zag
plotseling, dat ze in al haar eenvoud
daar stond als een beeld tegen de ver
blekende hemel. Ze glimlachte.
„Ja", zei ze, „wij wonen hier."
Dat ook Bertien met zijn zware,
grauwe gestalte, als een beeld tegen
de avondhemel stond zag hij niet
maar wel, dat in de stille ogen van
de stille oude plotseling en sterke,
rustige wilskracht blonk. Bertien buk
te zich over de vreemdeling heen. nam
hem onder de armen en zette hem,
zonder iets te zeggen, gewoon weer
op zijn voeten. Toen duwde en trok
hij hem zwijgend de weg naar het
duin op.
„Wat nu?" vroeg de vreemdeling.
Maar Eike antwoordde ernstig en
waardig: „Bertien Flor heeft nu geen
tijd meer. Hij moet het licht aanste
ken in de toren."
„Zo zo, hij heet Bertien Flor, en
hij is vuurtorenwachter", zei de
vreemdeling, en hij schikte zich.
Terwijl hij, ondersteund door Ber
tien en gevolgd door Eike langzaam
het duinpad opliep, dacht hij: dat
blonde meisje kan dus praten. Zo
vreemd als ze eerst leek, schijnt ze
dus niet te zijn. Maar waar brengen
ze me heen? Bah, wat een vervelen
de onderbreking'van mijn mooie zeil-
droom...
(Wordt vervolgd)
In enkele winterbadplaatsen wordt op
het ogenblik propaganda gemaakt
voor een nieuw spel, gemotoriseerd
polo. Het wordt gespeeld in scooter
achtige voertuigjes, niet ongelijk aan
de botsautootjes van onze kermissen.
De toeristen beleven er veel plezier
aan.
IN HET STEDELIJK MUSEUM te
Amsterdam hebben wij tegenover een
acht meter breed apparaat gestaan, dat
is samengesteld uit bollen en segmenten
van bollen, die met elkaar verbonden
zijn door lijnen van elektrische lampjes.
Het merkwaardige apparaat, dat werd
bediend door een enorme schakelkast
inet elektromotoren, spoelen en conden
sators, was een model van de menselijke
hersenen, waarmee een indruk werd ge
geven van de ingewikkelde anatomie van
dit orgaan en het functioneren ervan.
BEWEGENDE lichten en flitsende licht-
vormen maakten zichtbaar wat er in die
hersenen gebeurt als men bijvoorbeeld
Midden 1962 waren er ruim 3,1 mil
jard mensen op de wereld. Rond 21 per
cent van dit aantal woont in Europa
en de Sovjet-Unie. Dit blijkt uit een
verslag van een Amerikaans bureau in
Washington, dat zich bezighoudt met
de bestudering bevolkingsvraagstukken.
Elk jaar komen er op de wereld ruim
50 miljoen mensen bij. Dit aantal komt
overeen met de totale bevolking van
West-Duitsland. Alleen de bevolking
van Ierland, Noord-Vietnam en Oost-
Duitsland is in de afgelopen jaren ver
minderd en wel voornamelijk door
emigratie. Rond 57 percent van de
wereldbevolking woont in Azië, 14 per
cent in de beide Amerika's. Het groot
ste deel van de resterende acht per
cent woont in Afrika. Communistisch
China, dat 23 percent van de wereld
bevolking voor zijn rekening neemt,
heeft het grootste aantal inwoners,
namelijk 717 miljoen. Dan volgen India
met 448 miljoen, de Sovjet-Unie met
221 miljoen, de V.S. met 187 miljoen,
Pakistan en Indonesië met 97 miljoen,
Japan met 95 miljoen, Brazilië met 75
miljoen, West-Duitsland met 55 mil
joen en Engeland met 53 miljoen. Als
de huidige groei ongewijzigd aanhoudt,
zal de wereldbevolking over veertig
jaar verdubbeld zijn tot ruim 6 miljard.
Geref. Kerken
Beroepen te Ens (N.O.P.) G. A. Wester-
veld te Dussen.
DE LANGE winteravonden zijn weer in
aantocht en daarmee ook de gezellige
huiskamer avonden rond de brandende
haard. Het lijkt of die haard inspirerend
werkt en ons activeert tot allerlei werkjes,
waar we 's zomers niet toe komen. Zo
zullen weer heel wat moeders hun brei
pennen tevoorschijn halen en al rikketik
kend de winter garderobe van man en
kroost gaan uitbreiden.
Een extra impuls daartoe gaven de shows
van Neveda-breiwol die door Vroom en
Dreesmann te Haarlem in de afgelopen
dagen in de lunchroom van dit bedrijf ge
houden werden. Vol frisse ideeën en brui
send van breilust zal menigeen die deze
smaakvolle vollectie bewonderd heeft zich
„inspinnen" met breiwol en pennen om in
een zo kort mogelijke tijd ook zo'n pronk
stuk te bezitten.
IS HET GEEN feest om uw wederhelft,
die op de vrije zaterdag nu zoveel kar
weitjes voor u opknapt, nu te verrassen
met een eigengebreide pullover of „hob
by-trui". Als de V-hals op den duur gaat
vervelen kunt u er een losse kraaginzet
bij breien, waardoor een geheel nieuw ef
fect ontstaat. Ook voor de wintersport is
er keuze genoeg en als u er van houdt
kunt u voor uzelf een trui met hetzelfde
dessin breien maar dan in een andere
kleurstelling.
VOOR WIE van tempo houdt en gauw
resultaat wil zien, is de dikke breiwol ide
aal en met dikke pennen is zo'n vlotte
slobbertrui in een wip klaar De fantasie
dessins vragen meer aandacht, maar wie
heeft dat niet graag over voor zo'n snoezig
complet a la Chanel bijvoorbeeld, dat bij V.
en D. getoond werd? Een jasje in zwarte
pied-de-poule gebreid, afgebiesd met een
HONDERD JAAR geleden sloot het
oude „doolhof" aan de hoofdstedelijke
Prinsengracht voorgoed zijn hekken na
tweeëneenhalve eeuw de Amsterdam
mers tot vermaak te hebben gediend. Er
is velerlei amusement voor in de plaats
gekomen, maar het is niet waarschijnlijk,
dat er één attractie is, die de populariteit
van de doolhoven zal overtreffen, althans
niet in aantal jaren. De oude doolhof was
Amsterdams eerste vermaakscentrum.
De geboorte had plaats in het begin van
de 15de eeuw en ontelbare jonge paartjes
hebben in de dwaaltuin een rustig plekje
gezocht en gevonden! om te minne
kozen.
De oude doolhof kreeg vele concurren
ten en om elkaar klanten af te snoepen
verzon men allerlei attracties. Ook hier
in echter bleef de oude doolhof de baas.
Er werd bijvoorbeeld een beeldenmuseum
ingericht, waarvan de „David en Goliath"
later in het Waaggebouw een plaatsje
hebben gekregen. En er kwam een fon
tein, jawel, en een orgel. Maar de stad
breidde zich uit en in de vorige eeuw
raakte de oude doolhof geheel door hui
zen ingebouwd. In 1862 werd de zaak ge
sloten. Er is nadien nog getracht een pa
nopticum annex doolhof te exploiteren in
de Amstelstraat, maar deze wist de
eeuwwisseling niet te halen. De Am
sterdammers zochten nieuwe vermaken.
Amsterdam zou er wellicht geheel an-
der hebben uitgezien als de tweede we
reldoorlog ons land niet had overspoeld.
De hoofdstad heeft weliswaar uiterlijk
nauwelijks iets geleden van het oorlogs
geweld, maar wel zijn vele bouw- en uit
breidingsplannen blijven steken en na de
oorlog door doelmatiger projecten vervan
gen. Bij de herinneringen die thans wor
den opgehaald naar aanleiding van het
75-jarig bestaan van het Concertgebouw,
komt bijvoorbeeld een plan op de prop
pen, dat voorzag in een tweede grote
concertzaal met café-restaurant, dat als
onderdeel van het Concertgebouw aan de
zijde van de De Lairessestraat zou moe
ten komen. Het plan is van 1938, maar
de uitvoering ervan werd verhinderd door
de oorlog. Nu, 24 jaar later, vraagt men
zich af of er werkelijk behoefte bestaat
aan en dergelijke zaal, die uitsluitend
voor musiceren geschikt is. Natuurlijk,
zalen kan Amsterdam best gebruiken,
maar dat moeten dan zalen zijn, die niet
alleen voor concerten, maar ook voor opera,
toneel en revue geschikt zijn. Zo'n uni
versele zaal wordt er op dit ogenblik al
gebouwd naast de RAI, het Congresge
bouw, maar gezien de enorme belanstel-
ling van de zo bloeiende congreswereld
is het zeer de vraag of hier ooit iets
anders dan vergaderende mannen en
vrouwen zullen huizen. En, dan is er nog
het plan voor het Opera-gebouw, dat op
de plaats van de oude RAI komt. Er
wordt de laatste tijd weinig over gespro
ken. Misschien denkt men wel: als we
nu maar eerst eens een bloeiende opera
hadden.
zwart randje en een garnering van zwar
te knopen op een effen zwart rokje is in
ieder garderobe een waardevol bezit. Voor
de niet zo slanken is zo'n beige vestjum-
per met donkerbruine en witte randen een
rijke aanwinst.
Door het breien met twee verschillen
de tinten wol krijgt men een tweed effect,
wat weer tal van toepassingsmogelijkhe
den geeft. Zeer modieus is de boucléwol,
die zich heel gemakkelijk laat verwerken
en waarbij een gevallen steek verdwijnt
tussen de lusjes. Met een kleurige rand
aan hals en onderkant doet zo'n gevalle
tje zeer sportief en jeugdig aan.
VOOR DE TIENERS zijn er vrolijke
jumpers met ingebreide halspunten en,
soms, aangebreide capuchons. Zelf een
deux-pièces in korenblauw met een grote
losse witte bouclékraag werd getoond. En
voor de heel moedigen en de echte door
zetters een lange mantel met stola, die
ook als capuchon gedragen kan worden.
DE HELE collectie was met de hand
gebreid en werd gecompleteerd met pan
talons en rokjes uit de confectie-afdeling
van Vroom en Dreesmann. Zo, kon men
zien hoe met een juiste combinatie een nog
groter effect wordt bereikt.
Katy
WAUPACA (Wisconsin) (Reuter) De
politie in de Amerikaanse plaats Waupaca
is er achter gekomen dat zij het slacht
offer is geworden van een ruimtegrap.
Het bureau voor lucht- en ruimtevaart
heeft meegedeeld dat een stuk metaal van
53 cm lengte, dat een 15-jarige jongen had
gevonden kort nadat de Russische kunst
maan Spoetnik IV boven Wisconsin was
verbrand, nooit de grond heeft verlaten.
Een 22-jarige machinist blijkt het voorwerp
te hebben vervaardigd van gloeiende me
taaldeeltjes. Hij heeft het daarna begra
ven in de hoop dat iemand het zou vin
den. Dat gebeurde inderdaad.
De vondst kreeg een grote publiciteit
nadat een ander stuk metaal, 9,5 kilo
zwaar, bij Manitowoc was gevonden. Vol
gens geleerden was dit laatste stuk af
komstig van de Spoetnik IV. De Ver
enigde Staten hebben het aangeboden aan
de Russische gedelegeerde op de conferen
tie voor het vreedzaam gebruik van de
ruimte in New York.
een zangeres hoort zingen: het proces
van het waarnemen, waarderen en critisch
beoordelen van de zangeres en ten
slotte het opbergen ervan in het geheugen.
De Amerikaan Will Burtin is de maker
van dit menselijke kunstbrein. Hij is, zo
vertelde hij van huis uit graficus. Meer
dan 20 jaar heeft hij wetenschappelijke
artikelen geïllustreerd. Hij is een van de
weinige kunstenaars, die het „klimaat van
de wetenschap" niet onbehaaglijk vinden.
Zovelen zijn namelijk van oordeel dat de
strenge tucht van deze wetenschapswereld
hun verbeeldingskracht afstompt. Maar
dit geldt niet voor Will Burtin, die in de
wetenschap een intrigerend terrein heeft
gevonden.
Over het algemeen blijken geleerden
immers niet in staat te zijn hun denkbeel
den aan hun medemensen kenbaar te ma-
kan, zegt Will Burtin. Daarom is hij hun
tolk geworden, de man die hun visioenen
deelt en de gave bezit ze in een zo klaar
en eenvoudig idioom te vertalen, dat
iedere intelligente toeschouwer er aan
deel in kan hebben.
WILL BURTIN had daartoe meer no
dig dan tekenen. Hij zocht het in drie di
mensies en een van zijn eerste opzienba
rende modellen is geweest dat van de pri
maire cel. Hij bouwde een model van acht
meter doorsnee en overwon het probleem
de structurele bijzonderheden van de cel,
zoals zij door de elektronische microsco
pie worden onthuld, uit te beelden en ze
in verband te brengen met de klassieke op
vatting van de cel.
Het model is thans in miniatuur op de
tentoonstelling in het Stedelijk Museum
te zien. Maar de afgelopen jaren i% het
gebruikt in wetenschappelijke televisie
uitzendingen en honderdduizenden men
sen komen het bekijken in het museum
van wetenschap en nijverheid in Chicago.
Hoewel ontworpen als samenvatting van
de nieuwste kennis omtrent een studie
onderwerp en bedoeld voor artsen, trok
het grote publieke belangstelling en heb
ben talloze leken een blik kunnen werpen
in de vorderingen van de biologische we
tenschap.
En zo is het ook gegaan met Burtin's
drie dimensionale model van de hersenen.
Opnieuw werd een ingewikkeld proces op
eenvoudige wijze uitgebeeld en iedereen
zal hier een samenhangend beeld van de
grondslagen der hersenfunctie kunnen krij
gen. Will Burtin zal door de gunstige re
acties van wetenschapsmensen en leken
stellig voortgaan op deze weg: weten
schappelijke abstracties „vertalen" in vi
suele vormen. En wij zouden ons kunnen
voorstellen dat er naast hem nog vele
kunstenaars het avontuur zullen ontdek
ken dat schuilt in het moderne onder
zoek van de microkosmos en de macro
kosmos, het atoom en het heelal.
Burtins modellen zijn onder de titel
„Visuele aspecten van de wetenschap"
tot 15 oktober op de bovenverdieping van
de nieuwe vleugel van het Stedelijk Mu
seum te zien.
Congres. 324 geleerden en technici uit 29
landen, waaronder de Sovjet-Unie en de
Verenigde Staten, nemen deel aan het
congres van de internationale Astronau-
tische Federatie (IAF), dat zaterdag in
Varna in Bulgarije is geopend.
In het Palais Chaillot in Parijs is de
nieuwe haarmodelijn, „Chou" geheten,
van de „Haute Coiffure Frangaise et
Coiffure Creation" gepresenteerd. Twee
modellen zijn hier afgebeeld. Links de
variant „Kate", rechts een ingewikkeld
geval dat „Carissima" gedoopt is.
ÉW
Een oorspronkelijk stripverhaal
Annie M. G. Schmidt
en Fiep Westendorp
COPYRIGHT BWAV ftATÜRW «YHBJCATB
20-2. „Kijk daar nu toch," riep mejuffrouw Tutte-
ma uit. „Een oploop! Laat ik daar gauw heen
gaan met mijn collectebus." En ze repte zich naar
de schoonheidssalon van kapper Koltweef waar een
hele horde mensen zich verdrong voor de deur. En
geen wonder dat het daar druk was. De kapper was
namelijk bezig alles uit zijn winkel weg te geven.
Het mor aal-hormoon had een zeldzaam gunstige in
vloed gehad op hem en op mevrouw Koltweef. „La
ten we ophouden met commercieel denken," had
den ze elkander gezegd. „Laten we uitsluitend ge
ven en niet meer ontvangen." Met handenvol wierp
de kapper zijn lotions uit het raam. Dure flessen
parfum, tandpasta, nachtcrème, dagcreme, lippen
stiften en poederdozen vlogen door de lucht en wer
den door een dankbare menigte opgevangen. De
kapper en zijn vrouw raakten in een roes van wegge
ven, en de hele straat geurde sterk naar de fles
„Mon amour" die op het trottoir was gebroken.
A A.
50. De sombere bui van Joris Goedbloed was niet
van lange duur; al spoedig was hij weer op de been
en hij wendde zich in de richting van het huis op de
heuveltop. „Reeds de voormalige wijsgeren leerden ons;
Cogito ergo vincit, hetwelk zoveel zeggen wil als be
zint voor ge begint", verklaarde hij. „Mijn plan staat
vast. Wij zetten door." „Nou, zet jij dan maar door",
mopperde Panda. „Ik wil alleen maar mijn boek terug
hebben".
„Wanhoop niet, makkertje", zei Joris opbeurend,
„waar wij heengaan zal ook de boekenstelende Isengrim
zich vroeger of later vertonen, let maar op!". Panda
bleef de hele zaak echter wantrouwen, en toen niet lang
daarna Joris zich luidruchtig van de bel van de heuvel
villa bediende, vroeg hij nog eens wat dat plan nu
wel was maar Joris gaf een ontwijkend antwoord.
„Vertrouw op mij, baaske", zei hij slechts; „verder
hebt ge niets te doen dan u netjes en beleefd gedragen".
Op dat ogenblik werd de deur geopend door de be
woner van de villa een zekere heer Zacharias Zamel.
„Hè? Wat? Wie?! vroeg deze. „Goeden dag", zei Jo
ris, vriendelijk maar ferm. „Wij zijn de inspecteurs van
de Overheids Kelder Controledienst. Wij komen even
voor de gebruikelijke keldercontrole. Als we alles in orde
bevinden is het zó gebeurd".