TWEE ITALIANEN r IN DE VISHAL+EN OP ZEE MODE-KOOPJE Dagblad- abonnees Dagblad abonnees Gage van Noorse zeelui verdwenen tijdens krcegtocht Startbaan Zestien hoven wordt verlengd én isseo Wiu\u Grammofoonplaten én KiJÜAU 2 S S h 1M EMBER 1962 11 Hl C. Boost Juffrouw bewaarde6000 Stage fright „Ik weet best dat ik vandaag aan de beurt ben om af te drogen maar mag ik alsjeblieft eerst mijn jad uittrekkenF In uw wlnknll WAAR MEISJESKLEDING MINDER KOST MUZIEKHANDEL Wijk aan Zeeërweg 45 In uw winkel I In „De Loterij" krijgt Sophia horen de bedeesde koster van de dorpskerk aangewezen als de bezitter van het winnende lot. De Amsterdamse bioscoopbezoeker kan deze week onder meer een keuze doen uit twee Italiaanse films en ogen schijnlijk is die keuze niet moeilijk. Aan de ene kant is daar het al weer enige weken in het Leidseplein Theater lopen de debuut van de jonge filmer Ermanno Olmi met de weinig zeggende titel „Het baantje" (II posto), aan de andere kant een groot geadverteerd paradepaard van de Italiaanse filmindustrie, „Boccaccio 70", waaraan drie internationaal ver maarde regisseurs hebben meegewerkt en niet minder bekende sterren van het witte doek als Sophia Loren, nita Ek- herg en Romy Schneider haar populaire steun hebben gegeven. Tegenover een bescheiden, kennelijk weinig kostbaar en door geen bekende namen geschraagd werkje van een beginneling die zijn ta lent nog moet bewijzen, staat daar de ambitieuze onderneming van drie top figuren die de Italiaanse film groot aan zien hebben gegeven: Vittorio de Sica, Federico Fellini en Luchino Visconti. Zoals gezegd, de keuze lijkt niet moeilijk. En toch. „BOCCACCIO '70" verzamelt drie ver halen die, zoals de reclametekst zegt, door Boccaccio in zijn Decamerone zou den kunnen zijn opgenomen, maar dan bedoeld voor een volwassen publiek in het jaar 1970. Nu bevat, zoals men weet, de Decame rone een reeks verhalen die een gezelschap van jongelieden, dat een pestepidemie ontvlucht is in een weelderig buitenhuis, aan elkaar vertelt om de tijd te doden. In de tien dagen die hun zelfverkozen af- 'ondering duurde, komen honderd verha len op tafel en daar de fantasie van de .even vrouwen en drie jongemannen die het gezelschap vormen, zich vooral op het erotische vlak beweegt en ieder ver haal weer stimulerend werkt op de ver beeldingskracht van de volgende verteller, rntstaat er een collectie schalkse en pi kante vertellingen die elkaar in frivoliteit i vertreffen en vele aspecten van de lief de en de erotiek op openhartige wijze be- 'ichten. Met het oproepen van herinneringen aan die unieke uit 1350 daterende collectie erotische verhalen, stelt de film „Boccac cio '70" al dadelijk hoge eisen aan haar in houd die, bovendien zoals de titel verder suggereert, niet eens bedoeld is voor on ze tijd, maar eigenlijk meer voor het nog weer wat rijpere publiek van omstreeks '70. Die aldus gesuggereerde gedurfdheid van de film valt uiteindelijk natuurlijk nogal mee en al houden de verhalen van deze film-triptiek zich uiteraard met de verhoudingen tussen de sexen bezig, ze missen de pikante verfijning en de weel derige verbeelding die de Decamerone on derscheidt van andere geschriften op dit gebied. FELLINI KREEG ter uitwerking „De verleiding van dr. Antonio", waarvan het idee van hemzelf afkomstig was en het scenario in samenwerking met Ennio Flaiano en Tullio Pinelli ontstond. Het is het verhaal van een zedelijkheidsapostel die in zijn strijd om Rome tot een kuise stad te maken, gehinderd wordt door een aanstootgevend reclamebord dat precies voor zijn woning wordt opgericht en dat een voluptueuze vrouw voorstelt, dig met een glas in de hand reclame moet maken voor het meer drinken van melk. De afbeelding van de tienmaal levensgro te vrouwefiguur wordt voor Antonio een obsessie en op een nacht slaat zijn ver warde fantasie dusdanig op hol dat hij zich verbeeldt geconfronteerd te worden met het tot leven geraakte reclamebeeld- Een vrouw van enorme afmetingen neemt hem in haar armen en deze wellustige droom drijft hem tot verstandsverbijstering. Hoogtepunt van dit fragment is natuurlijk deze ontmoeting tussen de puriteinse dr. Antonio en de vleesgeworden reclame-ver- leiding en als satire op de erotisch ge tinte advertentiepolitiek van tegenwoordig en tegelijk ook op dt altijd aanwezige ze den-maniakken geeft „De verleiding" wel enige puntige commentaren. Maar Fellini is te karikaturaal te werk gegaan om geloofwaardig te blijven. Alles in zijn film, ook het spel van Peppino de Philippo als dr. Antonio en Anita Ekberg als de ver leidster, is te overtrokken en te druk, waardoor ook de gezochte effecten te grof vorden en los komen te staan van een nogelijke werkelijkheid. HET MIDDENGEDEELTE van de trip- lek is gereserveerd voor Luchino Visconti, naker van onder meer het veel omstreden .Rocco en zijn broers" en andere sociale drama's. Hij heeft het volkse milieu van vroegere films verruild voor de decaden te sfeer van de wereld der Romeinse aris tocratie, waar zich een drama afspeelt tussen een pas getrouwde gravin en haar ontrouwe echtgenoot. Ingelicht door de sen satiepers over diens uitspattingen met rij ke „callgirls", besluit het jonge vrouwtje voortaan alleen tegen betaling van geld het bed met hem te delen. Deze wat ma gere intrige, waarbij het vooral op de slot-wending aankomt, heeft Visconti rijk aangekleed, maar zijn keuze van Romy- Schneider als het verleidelijke vrouwtje is er volkomen naast, omdat zij de uiter lijke attracties mist die voor de ongewo ne overeenkomst met haar echtgenoot een eerste voorwaarde zijn. Met de'Sica's „De loterij" zijn we ten slot te beland in de dorpse klucht met ero tische ondergrond. Als Zoë, de mooie standwerkster van een schiettent op de kermis, is Sophia Loren bovendien de eni ge prijs in een klandestiene loterij die als een welkome bijverdienste door haar in het leven is geroepen. Hoe ondanks deze materiële beslomme ringen de ware liefde toch nog kansen heeft laat het verhaal dat van de hand van Cesare Zavattini is, aan het einde toch nog doorschemeren. Vittorio de Sica die dit scenario van zijn trouwe mede werker uit de neo-realistische periode, ver filmd heeft, maakt van deze aardse ko medie wat er van te maken valt en men kan zich bij tijden wel amuseren met de situaties die het gegeven oproept. Maar dat hij, naar geest en vorm, ver bene den het peil blijft van zijn vroeger werk uit de jaren van vernieuwing, is wel duidelijk. En die critiek geldt eigenlijk ook de andere medewerkers aan deze omnibus film. Ieder der drie filmers vertegenwoor digt een belangwekkend tijdperk in de na-oorlogse filmontwikkeling in Italië, maar geen van drieën onderscheidt zich in het werk dat uit hun samengaan is ontstaan door bijzondere dingen. Het is alsof ze na veel aandringen tenslotte ge zwicht zijn en mee zijn gaan doen met de gezamenlijke grap, zonder dat ze er met hun hart bij waren. Het is gefor ceerd wat ze doen en de opgave om gelijke tred met Boccaccio te houden is' kennelijk te zwaar voor hen geweest. INTUSSEN WORDEN de beste tradi ties van het pionierswerk dat door ge noemd drietal in het verleden is ver richt en door hen min of meer verloo chend wordt in het pompeuze „Boccac cio", voortgezet door de jeugdige Erman no Olmi die met zijn scherpe opmerkings gave, menselijke bewogenheid en milde humor de juiste man is om het neo realisme nieuwe inhoud en vorm te ge ven. In zijn beschrijving van de gemoeds aandoeningen van ee jongen die naar de grote stad trekt voor zijn eerste baantje en geconfronteerd wordt met de wereld der volwassenen die hem deels met ont zag, deels met lichte spot vervult, in die weergave van uiteenlopende emoties, toont Olmi zich, ondanks zijn onervaren heid, een meester. Er gebeurt weinig in „II posto" en wat er gebeurt zijn alle daagse voorvallen, maar de liefdevolle aandacht waarmee de filmer zijn sujet ten bekijkt, onthult kleine, "dagelijkse drama's, menselijke tekorten en allerhan de gebeurtenissen van gering formaat die de moeite waard zijn en de film een warme onderstroom van echt leven mee geven, zodat deze opmerkelijke prestatie ondanks haar bescheiden pretenties aan zienlijk meer attracties bevat voor de filmliefhebber dan de zo veel duurdere en zoveel hoger grijpende imitatie-Boc- caccio. The connection (Studio) Destijds, naar aanleiding van de Amsterdamse vertoningen, hebben wij uitvoerig aandacht besteed aan de Amerikaanse film „The connection", een bewerking van het 'gelijknamige toneel stuk door Shirley Clarke, waarin de ver slaving aan verdovende middelen aan de orde wordt gesteld. Dit gebeurt nauwe lijks op een gedramatiseerde wijze, maar veel meer in documentaire trant en im proviserend als was de camera toevallig aanwezig bij het kleine gezelschap ver slaafden dat wacht op de tussenperssooo, de „connection", die hen van heroïne zal voorzien. Want tijdens dit wachten wor den voorbereidingen getroffen tot het ma ken van een documentaire over verdoven de middelen En de film wil suggeren dat de daarbij aanwezige camera voorturend „open" heeft gestaan en alles heeft op genomen, wat we nu op het doek te zien krijgen. Het is de makers van de film, zo sihreven wij destijds, niet helemaal gelukt het spontane karakter dat de ge dragingen van de handelende personen bij deze gang van zaken moeten bezit ten, op te roepen. Wel is er een, door zijn ongewoon onderwerp opmerkelijke film ontstaan die als poging om de werkelijk heid te benadere belangwekkend is, al moet er aan worden toegevoegd dat bij de film, evenals dat bij het toneelstuk het geval was, sprake blijft van een min of meer senstationeel kijkspel dat weinig onthult van de achtergronden van de ver slaving en ons niet nader brengt tot de wereld van de „junkies", zoals de ver slaafden aan verdovende middelen in het vakjargon worden genoemd. Vier Parijse meisjes (Rembr andt) Vier Franse regis seurs, onder wie Mare Allégret en Mi chel Boisrond, hebben zich beijverd een beeld van de Parijse vrouw te ontwer pen en ze deden dat ieder op zijn ma nier en in een eigen vertelling. Zodoen de ontstonden er vier portretten, vier as pecten van de echte Parisienne die sa men het beeld moeten completeren. In hoeverre het viertal daarin geslaagd is, kan ieder voOr zichzelf uitmaken, wij voor ons vinden de verhaaltjes wat al te incidenteel om ze als typisch Parijs te kunnen accepteren en de regisseurs niet maatgevend voor de Franse film kunst. Maar voor amusante verstrooiing hebben ze gezorgd en dat houdt al een zeker compliment in. Les enfants du Paradis (Frans Hals). Ook over deze Fran se film van Marcel Carné hebben wij in dertijd het nodige bericht, o.a. dat hij gemaakt werd tijdens de oorlog en kort na de bevrijding zijn eerste vertoningen beleefde en dat aan dit grote dramatische kijkspel bijna twee jaren is gewerkt, zo dat het lange tijd tot de duurste films ge rekend werd die ooit in Frankrijk waren gemaakt. De handeling van „Les enfants du paradis" speelt zich af in 1840 en voor namelijk in het Parijse uitgaanscentrum van die tijd, de Boulevard du Temple, ook wel om zijn vele misdaden de Boulevard du Crime genoemd. De film die nu twintig jaar oud is, heeft natuurlijk iets van zijn oorspronkelijke reputatie inge boet, maar ook nu nog blijkt Carné een onderhoudende, zij het wat trage vertel ler d'e de toeschouwers opnieuw in de ban weet te houden met zijn verhaal over de hopeloze liefde van de pantomimespe ler Debureau (Jean-Louis Barrault) voor een vrouw (Arletty) die ook een rol speelt in de levens van de mode-acteur Lemaitre (Pierre Brasseur), de dandy moordenaar Lacenaire (Marcel Herrand) en de flegmatieke graaf de Montray (Louis Salou). Robin Hood in Rome (R o x y) Misschien kijkt men verbaasd op bij het horen van het bericht dat Robin Hood in de Italiaanse hoofdstad is gesignaleerd, maar men moet de won derliike titel van deze film van Mario Bonnard maar toeschrijven aan de vin dingrijkheid van de importeur die de door de televisie weer populair geworden En gelse vrijheidsheld betrokken heeft bij zijn publiciteit over een middelmatige Italiaan se avonturenfilm die zich op het einde van de zestiende eeuw afspeelt. Er is dan sprake van een ernstige gezagscrisis in Rome als gevolg van de langdurige ziekte van Paus Gregorius XIII en daar van maakt o.a. de hertog van Bolsena een ergerlijk misbruik. Hij doodt niet al leen zijn rivaal, de prins van Potoreale, maar ontvoert bovendien diens dochter Alba met slechts te vermoeden bedoe lingen óelukkig is er de knappe Leo- netto, afstammeling van een verarmd adellijk geslaoht die paal en perk wil stellen aan de willekeur van de hertog en samenwerkt met een bende huurlin gen die zich in de bossen rond Rome schuilhoudt (vandaar de titel!) De afloop valt wel te vermoeden: na veel gevech ten op de degen vinden Leonetto en prin ses Alba elkaar in de onvermijdelijke slotkus. Tot en met zondag blijft Robin Hood in Rome, waarna plaats gemaakt wordt voor „In de schaduw van de hel een film over aan heroïpe verslaafde jongelui, waartoe ook de dochter behoort van de inspecteur die de zaak moet on Van 6.000.-, de hele gage van de be manning van een Noors schip, is op de kop af 34,75 teruggevonden bij een aller hartelijkste juffrouw, die het geld „zo lang" in bewaring had genomen. Zij zit nu opgesloten in het hoofdbureau van po litie te Rotterdam. In opdracht van zijn kapitein moest een 37-jarige Noorse zeeman zaterdag in Rot terdam de gage voor de bemanning opha len. Het innen maakte dorstig en in ge zelschap van een collega bezocht de Noor enkele café's, waarbij kennis werd ge maakt met de 36-jarige vrouw een goe de bekende van de politie. Zij loodste de zeelieden van kroeg tot kroeg, waarbij de collega tenslotte ergens achterbleef. De Noor had er evenwel zo veel nieuwe vrienden bij gekregen dat het verlies van die ene geen verschil maakte. In een gezellige stemming werd een ca baret in de binnenstad bezocht, waarna een kijkje op Katendrecht werd genomen Op geld werd niet gekeken. Dat was niet nodig, want de juffrouw had de Noor ge zegd dat hij haar maar liever die tas met f 6.000 moest geven, anders zou er allicht iets mee kunnen gebeuren. Van die zorg bevrijd gaf de Noor zich ten volle aan het plezier over en na een feest in Scheveningen stopte men de Noor in een taxi 'met de opdracht hem naar een hotel in Rotterdam te brengen. De volgen de morgen werd de zeeman wakker zonder tas. Met de hoopvolle gedachte dat er mis schien een vergissing was begaan, toog hij naar Katendrecht om zijn vriendin op te zoeken. Op zijn beurt werd de Noor weer gezocht door de politie, want de kapitein had van de vermissing aangifte gedaan. Op Katendrecht kwam men elkaar al zoe kend tegen. Inmiddels hoorde de pqlitie dat de juf frouw naar Amsterdam was gegaan en gis teren arresteerde de Amsterdamse politie haar op de Nieuwendijk in het bezit van 34,75. De Noor werd niet gearresteerd. B. en W. van Rotterdam hebben de raad voorgesteld nieuwe kredieten te verlenen voor de verdere uitbouw van het vlieg veld Zestienhoven. Het ligt in de bedoeling nog voor de winter de startbaan met 120 meter te verlengen en een zandlichaam aan te brengen dat nodig is voor nog ver dere verlengingen van de baan. De werk zaamheden zullen des nachts geschieden om het luchtverkeer niet te hinderen. Voor deze plannen en voor uitbreiding van de recreatiemogelijkheden in de Zestienho- vense polder zullen onteigeningen noodza kelijk zijn. derzoeken, een complicatie die de inspec teur niet belet de leverancier van de verdovende middelen aan de justitie over te leveren en zijn dochter via een ont wenningskuur weer geschikt te maken voor een huwelijk met zijn assistent. (Minerva) Minerva heeft deze week een afwisselend programma dat voor 'za terdag en zondag een hier al besproken film van Hitchcock, „Stage fright", met Mariene Dietrich en Richard Todd omvat en maandag en dinsdag zorgt voor „Aimez-vous Brahms", een verfilming door Anatole Litvak van een vrij recente roman van Franccoise Sagan, waarin Ingrid Bergman de rijpere vrouw speelt die op een gegeven ogenblik moet kiezen tussen een veilig bestaan met haar rijke maar ontrouwe vriend Yves Montand en een onzeker, maar meer emotioneel leven met een jeudige minnaar, Anthony Per kins. Een en ander wordt begeleid door ge adapteerde composities van Brahms. Don derdagavond vindt dan nog een reprise plaats van „De wet der wildernis" een fraaie, documentaire speelfilm van Ame Sucksdorf, waarin aan de Zweedse natuur een dramatische rol is toebedeeld. Prolongaties Madame sans Gêne, de geschiedenis van een openhartige wasvrouw tijdens Napo leon wordt geprolongeerd in Cinema P a 1 a c e, terwijl een andere roman tische kostuumfilm, n.l. Cartouche met Jean-Paul Belmondo een week verlengd wordt in L i d o. ©PIB CP»IMMkSfM willen weten wat er te koop U ln de wereld. In het land, in de omgeving Zo was het donderdag Te IJmuiden werden donderdag aange voerd 3940 kisten, waarvan 600 kisten tong en tarbot, 1 heilbot, 2 tongschar en schar- tong 805 schol, 23 schar, 7 bot, 1098 haring, 701 makreel, 320 schelvis, 226 wijting, 100 kabeljauw en gul, 16 poon, 18 koolvis en 23 diversen. De prijzen waren, in guldens, per kg: heilbot 4,40-4,20; gr. tong 5,60-5,20; grm. tong 3,70-3,40; kim. tong 3,40-2,90; kl. tong I 3,40-3; kl. tong II 2,40-1,90; tarbot I 4,40- 3,50; zalm 4,10. Per 50 kg: tarbot IV 100; kl. tongschar 79; gr. schol 50; grm. schol 48; kim. schol 48; kl. schol I 48; kl. schol II 32-8; schar 38-22; bot 19-9,20; verse haring 28,60-22; makreel 44-17; gr. schelvis 57-48; grm. schelvis 50- 40; kim. schelvis 52-46; kl. schelvis I 59-4L kl. schelvis II 40-13; wijting 27-12; gr. gul 72-65; mid. gul 77-54; kl. gul 43-26; poon tjes 18; kl. rode poon II 28-18. Per 125 kg: gr. kabeljauw 328-150; gr. koolvis zwart 134-124; gr. koolvis wit 144. In guldens: KW 180 13.470: KW 140 4.370; KW 109 260; IJM 4 5.750; IJM 11 2.840; IJM 67 3.220. Aanvoer van vrijdag De aanvoer te IJmuiden werd heden morgen door vijftig vissersvaartuigen ver zorgd. Aangevoerd werden 1.380 kisten schelvis, 260 wijting, 160 gul en kabel jauw, 60 koolvis, 3.000 haring, 850 makreel, 720 schol, 15 tarbot, 280 diversen, 500 stuks stijve kabeljauw, 30.000 kilo tong. De SCH 171 „Cornelis Vrolijk", die vanmorgen om zeven uur binnenliep, is zijn lossing van I.200 kisten Westkustharing eerst om negen uur begonnen. Prijzen van vrijdag De prijzen waren. In guldens per kg: heilbot 4,20—3, tarbot 4,90—3,80, grote tong 5,80—5,40, grbotmiddel'. tong 4,203.80, kleinmiddel tong 3.703,20, tong I 3,60 3,20, tong II 2,20—2. Per 125 kg: grote kabeljauw 162158, middel kabeljauw 144120, grote koolvis 120112, mddel koolvis 114112, leng 120 witte koolvis 150. Per 50 kg: grote gul 6555, middel gul 5648, kleine gul 4021, grote en groot- middel schol 5652, zetschol en schol I 52—44, schol II 40—21, schol III 27—10 gestripte wijting 2513,40, dichte wijting 208, schar 36—24, bot 138, radio 8,60- 8, grote schelvis 4836, grootmiddel schel vis 4133, kleinmiddel schelvis 3729, schelvis I 3423, schelvis II 2615, tarbot 17284, griet 63, tongschar 94120, kool vis 4540, witte koolvis 56, trawlharing 3221, spanharing 3229, makreel 30 II,60, bonken 4440, rode poon 4130. Per 40 kg: krabbepoten 138,50. Regels kabeljauw: groot 132110, middel 6850, vleet 7050 per hoop, rog 6835. Besommingen van vrijdag HD 74 ƒ2206; KW 12 8770; KW 49 16.400; KW 128 7070; KW 145 f 9050; KW 159 f 2770; KW 124 ƒ7100; KW 39 1880; KW 139 8890; KW 112 f 2490; IJM 64 4450; IJM 66 4980. Van de zijde van de schooljeugd was er gistermorgen bij de IJmuider vishal veel belangstelling voor het lossen van de KW 15 Rijnmond. Scheveningen Te Scheveningen werden hedenmorgen aangevoerd: 200 kisten wijting, 500 schol, 100 varia, 15.0"0 kilo tong, 1.450 kantjes ha ring. Het is niet zeker dat de SCH 64, die pas hedenmorgen binnenkwam, zijn lading vandaag nog zal lossen. Mogelijk zal dit morgen zaterdag gebeuren. Haringvangsten KW 147—12. De andere schepen geringe vangsten. Gemiddelden: Katwijk 2, Vlaar- dingen 2 en Scheveningen 10 kantjes. Op zee De „Dirkje" (KW 54) gaf omstreeks zes uur gisteren als dagvangst maar net tien kantjes haring op. De „Wiron II" is naar de 57 graden noorderbreedte gestoomd om daar zijn geluk te beproeven. De visserij op de kuitzieke haring had voor dit schip de afgelopen twee dagen weinig of niets opgeleverd. De „Johanna" (SCH 3) meldde als dagvangst 63 kantjes haring. De „Wil lem van der Zwan" was tussen 57 en 58 graden pan het vissen geweest, maar had daar niets gevangen. Er was alleen wat schelvis. Daarom werd weer terugge- stoomd om nog wat kuitzieke haring te verschalken. Volgens de schipper van de Johanna" was de kuitzieke vis nog lang niet op, de vis bleef steeds nog te hoog zwemmen. Van de Vlaardingse trawlers kwamen ongunstige meldingen, zoals „weinig ver diend". De „Jap Senior" kon nog een dag vangst van 6u kantjes haring melden. De „Liesie en Rutger" (VL 153) had in de laatste drie etmalen nog geen vijftig kantjes scheep gekregen. Toch kwam de "niéuwe „Bets en Gerda" (VL 112) de rich ting van dit schip uit, want als men eerst naar de Ierse Zee moest stomen, kwam er van vissen deze week niets meer. Het vlootje schepen, op weg naar de Ierse Zee, hoopte donderdagavond op de plaats van bestemming te komen. De vangstberichten waren niet ongunstig. De „Adriana" (SCH 16) die al maandagmorgen vroeg naar Ier land vertrok, ving in de eerste trek vijftig kantjes haring. De tweede trek leverde drie grote pakken haring op, maar die was gemengd met pilchards. De „Deining" (KW 8) die voor Cork de netten had uitge zet, kon gisteravond slechts vier manden haring en een hoop rommel uit de netten schudden. Ook daar: „de haring zwemt te hoog". Vissen met lampen. De Russen zijn, naar Commercial Fisheries Review meldt, van plan in de Grote Oceaan 180.000 ton makreel te van gen. Daarbij willen zij gebruik maken van blauwe elektrische lampen om de vis 's nachts te lokken. Als er voldoen de vis gelokt is, worden de lampen over geschakeld op rood. De dan verblinde vissen kunnen gemakkelijk worden ge vangen. Dochters van moeders met-smaak dragen leuke mohaircoat met wolfranje. Shawl met zwart/wit pepitategengevoerd. Anthraciet. 5 t/m 14 jaar N vanaf JmJ Helanca-broek zit heerlijk, heeft 2 steekzakken en verstelbaar voetbandje. In zwart en 4 modekleuren 5 t/m 14 vanaf AMSTERDAM •ROTTERDAM-ONDHOVEN-UTRECHT.HAARLEM MAASTRICHT (WéBè> NIJMEGEN-AMERSFOORT-AMSTELVEEN Grote sortering Populair en klassiek TOONAANGEVEND IJmuiden-O. - Telef. 7127 willen weten wat er te koop is in de wereld, tn het land. in de omgeving

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1962 | | pagina 11