1 Muiterij op het Vrouwenschip
„U spreekt met TOP-telefoon"
VOORAL VOOR
TANTE PATENT
PANDA EN DE BEWOGEN BEWEGER
ff
door Henrick Binder
11
VRIJDAG 18 JANUARI 1963
Om vervolgverhaal
Betrouwbaarheid
„Het"
Hard vak
De fiscus
I
3*
Contrasten
Hollen of stilstaan
Artistiek gezin
H. S.
jllllllilllltlllllllllllllllllllll
1 33)
1 Gill legde de luitenant uit, waarom
1 hij de indeling zo gemaakt had,
j§ maar het kon George weinig sche-
E len, wat Gill hem vertelde; het be-
langrijkste voor hem was Maud. Met
g Grace Wynard stond ze helemaal
E vooraan, voor alle afdelingen uit.
§j Maud's positie was, door het plotse-
j§ linge opduiken van Lil, niet meer
E zo belangrijk.
E Ze was, dit had Gill zeer juist op-
E gemerkt, niet geschikt om enig bevel
g te voeren, en ze kon nu. onder de
g bescherming van Lil, dubbel zo rus-
li tige en aangename dagen doorbren-
H gen.
g „Jij hebt me met jouw dokter Hol-
j§ born behoorlijk laten schrikken", zei
George na het appèl tegen Lil. „Eén
g ding is zeker: Smasbury's koffer is
g uit mijn kajuit verdwenen".
E „Dan staat hij in de hut van Hol-
E born", stelde Lil vast.
g „Maar Lil" zei hij, Holborn is
g toch de scheepsdokter!"
H „Ja," antwoordde ze „en Smas-
bury is een scheepsofficier.Hoe
g laat eten we?"
S „Om één uur".
I „Worden de hutten afgesloten?"
g vroeg Lil.
g „Nooit" antwoordde Nunham. „De
E enige man, die zijn hut eigenlijk
g moest afsluiten, is Nicol, en die sluit
g hem ook nooit af",
g „Goed, even na enen zal ik op het
dek komen. Je hoeft maar een ogen-
si blikje voor de deur te gaan staan,
g zodra dokter Holborn in de mess is".
E „Je vindt toch niets", zei George,
E een beetje zenuwachtig. Ze gingen
g beiden George's hut in, waar Gill
H al zat te schrijven,
g „Miss Knotherwell zou graag uw
lijst even willen in kijken",
g Hij liet beiden alleen, en Lil ging
g tegenover Gill zitten,
g Gill scheen nauwelijks geïnteres-
seerd, toen hij Lil zijn indeling ver-
g klaarde. Maar Lil was er werkelijk
g enthousiast over.
g „Het is fantastisch", zei ze meer
g dan eens. Achter iedere naam stond
g een uitstreksel uit de processtukken,
met korte opmerkingen in rubrieken
=j ingedeeld. Aan de hand van deze
lijst was 't niet moeilijk, de tweehon-
g derdvijftig vrouwen spoedig te leren
H kennen. Vooral de indeling ift vijf
categorieën maakte grote indruk op
g Lil, en later zou ze nog ervaren,
g hoe nauwkeurig de karakters van de
meisjes beschreven waren,
g Gill verscheen haar nu in een ge
il heel ander licht.
Ze zat, en las maar. Vooral de
vijfde categorie interesseerde haar,
g want hier had Gill, bij het op volg-
g orde stellen van de namen, niet de
E straffen maar de gevaarlijkheid van
S de persoon in kwestie in aanmerking
g genomen.
g Bovenaan de lijst stond Edith Sha-
j= row met haar vriendien Sarah Sabo-
g lah. Sharow was de meest gevreesde
g vrouw van Smithfield geweest, en te-
g vens jarenlang de vriendin van de
in heel Oost-Londen bekende Wing
g Low. Maar beslissend was niet dat
g ze bovsnaan de lijst stond, maar wel-
ke invloed ze op de andére vrouwen
H zon hebben. De meisjes in haar di-
g ricte omgeving bewonderden haar,
g maar ze vreesden haar ook, haar en
g haar vriendin. Sabolah had een school
voor zakkenrolsters geleid in Rother-
E hith, maar ze was ook, evenals Edith
g Sharow, bij verscheidene moorden
betrokken.
g Aan dezelfde tafel zaten ook Nelly
Cashenbeeg, Nancy Ferrel en Bella
Kerwin. Alle drie wisten ze goed met
het pistool om te gaan. Het was op-
g windend, de rake opmerkingen te le-
g zen, die Gill achter iedere naam had
H geschreven. Lil vergat bijna de af-
g spraak, die ze met George gemaakt
g had.
g Op het moment dat ze het dek
g betrad, kwam George de mess uit
g lopen,
g Vijf seconden later stond Lil in de
E hut van dokter Holborn.
George had haar Smasbury's kof-
is fer beschreven: het was een lang-
werpig, zwart valies van zeehonden-
g leer, met een rode S gemerkt. Ze
g trok de koffer onder Holborn's bed
g uit.
E Hij was nie* gesloten; bovenop lag
het kleine, in groen leer gebonden
dagboek. Daar lagen ook de twee g
brieven van zijn moeder en zijn ver- g
loofde in. „Die Smasbury heeft ze g=
wel achter de ellebogen", dacht Lil. g
Smasbury's papieren lagen ook in de g
koffer, verder een boek over medi- g
cijnen, een Sheffieldmes, net zo een g
als George had, en 'n paar handboeien.
Ze nam zich voor om bii gelegenheid
de inhoud van de koffer aan een
nader onderzoek te onderwerpen; wat
ze nu in haar handen had, was voor
lopig wel genoeg.
Ze schoof de koffer weer onder het g
bed en sloop, met de voorwerpen die s
ze er uit had genomen, weer naar g
buiten.
Toen George een poosje later haar g
hut binnenkwam, zag hij dat ze ijve-
rig in het medische boek zat te lezen: s
„Handleiding voor scheepsartsen en g
zij die het willen worden." In de rech- g
ter -bovenhoek van de binnenkant van g
het omslag stond, keurig netjes ge-
schreven: „William Horatio Smasbu-
E=
ry.
Er bestond dus geen dokter Holborn g
en de vraag was nu, hoe hij zich tegen s
over die echte Smasbury gedragen g
moest. George wist het niet, radeloos g
zat hij naast Lil en speelde met de s
boeien. s
„Jij bent door de hemel gezonden, jg
Lil." g
„Dat heeft Aitken ook al gezegd, en g
er zullen er nog wel meer op het schip
zijn, die dat zullen zeggen. Hoe kun g
je toch zo lichtzinnig zijn, je papie-
ren te laten slingeren!"
„Een beetje zachtjes, alsjeblieft," s
zei George, ,wat moet ik nu doen?" g
„Niets," riep Lil. „Probeer Hol-
borns sympathie te winnen."
„Er is heel wat, dat me duidelijk g
wordt aan die Holborn," verklaarde
George. „Vanaf het eerste ogenblik al
vond ik hem onsympathiek, en vanaf g
het eerste ogenblik ook heb ik gepro-
beerd goed met hem op te schieten g
Herhaaldelijk heb ik hem gevraagd g
een glas port te komen drinken in g
mijn hut, maar steeds heeft hij ge- g
weigerd. En toen ik hem een keer in g
zijn eigen hut opzicht, was hij wel niet
direct onhoffelijk maar hij zat er bij, g
alsof hij er op wachtte dat ik maar g
zo gauw mogelijk weer zou verdwij- g
nen." g
„Dan is het maar het beste dat je g
hem links laat liggen. Dan zul je nog
de meeste kans bij hem hebben."
Aitken, die, ondanks zijn humane
karakter, toch een goed zakenman
wa§, had er bij de.werkverdeling voor
gezorgd dat de meisjes allen tegelijk
bezig waren. Grote balen goed linnen g
had hij ingekocht, waaruit nu mah-
nenhemden gemaakt moesten worden
Die hemden wilde de kapitein in de g
havens en in Port Jackson verkopen,
ten eigen bate. Meer dan de helft van
de meisjes werkte in die afdeling, g
Bovendien ws er nog een manden-
vlechterij ingericht. In de vrachtrui-
men waren grote massa's wilgentenen
en bast geladen. De meisjes moesten
al dat soort werkjes leren en de mees-
ten bleken heel gewillig en geschikt
te zijn. Maar het belangrijkste was
toch de kleermakerij, waarin hun
eigen kleren vervaardigd werden. An-
dere vrouwen werden in groepen in- g
gedeeld, die moesten koken, wassen,
de vaat spoelen en schrobben. Een
klein groepje had op het dek een was-
serij ingericht, waar ook de vuile was
van de bemanning gedaan werd. Het
wasserijtje was voortdurend in be-
drijf.
Het spreekverbod, dat in New Gate
voor die gevangenen gold, die meer
dan vijf jaar gevangenisstraf hadden
was opgeheven.
Als je benedendeks kwam, klonk er
een oorverdovend gekwetter en geka-
kei, als in een volière. Het leek wel
alsof veel meisjes aan praten wilden
inhalen, wat ze in New Gate te kort f
gekomen waren. Dikwijls zongen ze.
Soms waren het liederen, die hun oor-
sprong in het misdadigersleven von-
den. en waarin de armzalige politie
bespot werd. maar die dikwijls ook
enig inzicht in de ziel van de gevan-
genen gaven.
(Wordt vervolgd) E
„Jau spreekt met TOP-telefoon, wat kan ik voor u doen?" Degene, die
Amsterdam-137080 heeft gedraaid, krijgt een vriendelijke stem aan de lijn,
„Bent u al lang fotomodel?" Pauze. „Oh, u hebt wel eens geposeerd". Pauze.
„Stuurt u maar eens een foto met naam, adres en leeftijd op of een composer".
Pauze. „Ja, tot uw dienst. Dag juffrouw. De haak wordt op het telefoon
toestel gelegd. We zijn in de zijkamer van de sfeervolle woning van het
echtpaar Hubert Wijnberge-Tonny Wijnberge-Visser aan de Willy Sluyter-
straat 38 in Amsterdam. Wat is TOPTOP-telefoon, de enige in West-
Europa, houdt in, zoals de heer Wijnberge formuleert: de Telefonische Op
lossing van Problemen, speciaal gericht op het wereldje van kledingindustrie,
reclame en publiciteit. De telefoon rinkelt weer. Het is nu nog
vrij stil als we begin januari voor een interview komen. Na de vijftiende
januari kunnen er geen afspraken meer worden gemaakt. Dan is het dag èn
nacht door: „JJ spreekt met TOP-telefoon, wat kan ik voor u doen?" Vijf
honderd tot duizend keer per dag.
Tonny Wijnberge-Visser en haar TOP-
deel- en echtgenoot Hubert Wijn-
berge in hun telefonische „schoon-
heidsbemiddelingscentrale".
ZO'N 95 PERCENT van de Neder
landse mannequins en fotomodellen zijn
bij TOP aangesloten. Vijf-en-negentig
percent schoonheden aan wie de heer en
mevrouw Wijnberge adviezen geven.
(„Geen arbeidsbemiddeling", corrigeert
de heer Wijnberge ons).
Dat gaat zo in z n werk. Een manne
quin, ingeschreven voor een bedrag van
100 per jaar (dan is ze abonnee),
belt TOP-telefoon. Ze kent het echtpaar
Wijnberge al. „Ach mevrouw Wijnbejrge
is er nog een studio die me kan ge
bruiken? Ik heb de shows erop zitten".
In het archief wordt naarstig geplozen.
Die en die studio heeft nog een model
nodig met die maten en dat uiterlijk
voor een sinaasappelcampagne van een
Spaanse firma. Of andersom: de KLM
belt. Er moet een brochure worden ge
maakt van het interieur van een vlieg
tuig of van een reis. Zo en zo moet het
model eruit zien. Heren hebben we ook
nodig. Het echtpaar Wijnberge advi
seert de aan de eisen voldoende typen
contact op te nemen met de K.L M.
Een mannequin of fotomodel, ge
abonneerd op TOP, laat diverse contact
adressen achter. Gaat ze naar de kap
per, vrienden, de tennisbaan, paard
rijden of waar ook, dan belt ze 137080
en laat de Wijnberge's weten waar ze
te bereiken is. Dit voor het geval er een
vacature bij een studio is.
„Wij, als centrale, zijn in staat
een mannequin advies te geven, opdat
zij bij betrouwbaar en bona fide werk
gevers terecht komt," aldus de Wijn
berge's. „Het moet trouwens niet al
leen van de kant van de opdrachtge
ver komen, ook van die van de meis
jes. Een fotomodel dat -niet op tijd
komt, niet haar make-up spulletjes en
de vereiste kleding bij zich heeft, wordt
onmiddellijk het abonnement op TOP
opgezegd", zegt fel mevrouw Wijnber
ge, die ook fotomodel is geweest (en
in -geval van nood wel eens inspringt).
Ze is zelf doorkneed in het vak en
weet precies wat er van een manne
quin of fotomodel verlangd mag wor
den: stiptheid, goed gedrag, geen sno
bisme, veel zelfkritiek, Consciëntieus
zijn, zorgen voor een goede nachtrust.
Kortom streng zijn op levensmaatsta-
- ven, jezelf onder controle houden, zo
ook je garderobe vooral de aan
schaf en je kapsel. „Meisjes die
met veel „deining" op mijn kantoor
komen, komen niet aan bod", kritiseert
mevrouw Wijnberge.
HET VOLGENDE tafereeltje speelt
zich wel zo'n keer of tien per week
in het kantoortje van TOP af. Een moe
der met een dochter van een jaar of
vijftien. „Mevrouw, we vinden dat ze
zo'n lief toetje heeft en iedereen
zegt, dat ze maar fotomodel of manne
quin moet worden". Mevrouw Wijnber
ge, die in een oogopslag ziet of een
meisje iets kan bereiken in dit vak,
zegt: „Maar zoudt u uw dochter
niet liever nog wat op school houden
Bovendien gebruikt ze teveel make
up". Moeder: „Kunt u haar dan toch
tenminste niet inschrijven?" Het geld
ligt al op het lage, langwerpige bruine
tafeltje naast het bureau. „Mevrouw,
houdt u dat geld nu. Uw dochter is een
beeldig meisje, maar ze heeft „het"
niet". HET. Dat drie letters tellende
woord, waar alles bij mannequins en
fotomodellen om draait.
EEN HARD VAK. zegt mevrouw Wijn
berge. Maar al te vaak is de voor
lichting erover suikerzoet. De roman
tiek druipt er af In werkelijkheid: bik
kelhard.
Wat dacht u van een lente-collec
tie, die 's wjpters wordt gefotogra
feerd Mannequins, fotomodellen,
buiten bij een boom met kale tak
ken in.een katoenen, lichtgekleurd
jurkje.... Fraaie opnamen bij een
bevroren vijver. Urenlang poseren,
dat is het beroep van fotomodel.
Onder alle omstandigheden. Zomer
en winter: klaar staan.
En dan, als we de damesbladen in
de bus krijgen en het vriendelijk
lachend, charmante gezicht van een
knappe jonge vrouw zien afgedrukt
liefst in kleuren wie denkt er dan
niet: was ik het maar. daar zijn we
vrouwen voor.
„Fijne, beschaafde en geschikte meis
jes", zoals mevrouw Wijnberge het
uitdrukt, zijn bij TOP geabonneerd. Zij
interesseert zich vooral voor de sociale
kant van het vak en spreekt met groot
m,isnoegen over de lieden, die in steden
plegen te wandelen, knappe meisjes
aanspreken en „wel een plaatsje voor
hen weten als fotomodel of manne
quin".
Een ander punt is de belastingaftrek.
De fiscus heeft vaak geen inzicht in
dit vak, vertelt de heer Wijnberge. „Men
vindt het bijvoorbeeld overbodig, dat
de vrouw een paar cocktailjurkjes koopt
Men zegt dan: mijn vrouw heeft het
ook nietEen taxi? Luxe, is het
krankzinnig, ik leef er dagelijks nog in.
Ik had er behoefte aan me er weer mee
te bemoeien." De wens werd vervuld-
Die andere wereld: intiem. Een huis
kamer met veel antiek op de gekste
manieren bij elkaar gezocht. En kaar
sen. Geen kunstverlichting, maar kaar
sen en „snotneusjes". Elke dag zes-en-
twintig. Boven de tafel dichtbij het
grote raam, een petroleumlamp, zoals
er meer in deze zitkamer zijn. Zowel
Tonny als Hubert Wijnberge weten het
radikale antwoord. Men vergeet, dat
juist een modél of mannequin er altijd
gesoigneerd moet uitzien en nu een
maal niet met een verwaaid kapsel
bij haar werkgever kan aankomen.
Dat is het probleem van de kosten, on
kosten en verwervingskosten. In één
van de afleveringen van het meestal
maandelijks uitkomende periodiek
TOP-nieuws, is de heer Wijnberge van
leer getrokken tegen zoals hij het noemt
de „belachelijke" situatie, dat de be
lasting niets wil aftrekken.
HET TOP-NIEUWS is een gezellig
blad, dat ongeveer vijftig bladzijden
telt. Iedere maand schrijft de heer
Wijnberge het weer vol met nieuwtjes
over mannequins en fotomodellen: car
rières die worden gemaakt, huwelijken
die worden gesloten, geboorten, te hou
den shows, artikelen over mode, prui
ken en modellen die in het buitenland
succes hebben (Stann.y van Baer miss
International Beauty 1962 Loesje Ha
mel Cardin en Rina Lodders
miss World 1962) en nog heel veel din
gen, geïllustreerd met goede foto's van
bekende fotografen.
'S MIDDAGS om een uur of vijf gaan
de kaarsen aan. Het echtpaar Wijnber
ge leeft in twee uiterst contrasterende
werelden. De ene van de zakelijkheid.
Telefoongerinkel tot je er stapel van
wordt. Vragen, vragen en nog eens vra
gen. Antwoorden, adviseren en proble
men oplossen. Mensen, die zich hele
maal wijden aan hun niet alledaags en
dierbaar bedrijf, waar ze drie jaar ge
leden mee zijn gestart, omdat de in
nerlijke wens van Tonny Wijnberge
was nog eens terug te keren naar dat
wereldje waarin ze vroeger leefde. „Er
gens kom je er niet los van. 't Is heel
de bezoeker direct gemakkelijk te.ma
ken. Men voelt zich in deze sfeer en bij
deze mensen thuis.
's VRIJDAGS, als de telefoon voor
het week-end wordt opgeborgen, trek
ken ze met hun beide kinderen, Willy
bijna zestien, en Harry, veertien
jaar, naar de Veluwe. Zaterdagochtend
staan ze tussen de herten en wilde
zwijnen. Het is nog maar vijf uur in
de morgen.Wat later begroeten ze
hun vriend de jachtopziener.
RustFietstochten op gehuurde
vehikels maken moeder Wijnberge en
haar kinderen. Slapen een gat in
de dag doet vader Wijnberge. Want
maandagmorgen begint het non-stop
gerinkel van de TOP-telefoon.
Een vak van hollen en stilstaan,
's Avonds belt TOP de hospita van 'n
(geabonneerde) mannequin, die op
dat moment in den lande show loopt.
Men laat een boodschap achter, om
dat een studio de mannequin de vol
gende dag nodig heeft. Het is al
laat als de mannequin naar huis
rijdt. Ze vindt de boodschap en belt
TOP. Een van dj Wijnberge's neemt
de haak op en zegt welgemoed: Mor
gen om vier uur bij die en die stu
dio, Marion. En slaap lekker
je kunt uitslapen. Daaag.
Ruim honderd studio's zijn geabon
neerd op TOP. Geselecteerde studio's.
„Waar mijn eigen dochter ook heen zou
mogen", zegt de heer Wijnberge. Een
uitspraak die duidelijk genoeg is.
En zo komen we in de uren die ver
strijken nog meer te weten. Dat me
vrouw Wijnberge mannequins en foto
modellen in stille periodes adviseert,
iets erbij te gaan leren. Het doet er niet
toe wat. Ook al met het oog op pose
ren of showen in het buitenland (dus
de talen).
Dat in een „mappenboy" alles over
mannequins staat, zodat, als een studio,
een K.L.M., een H.A.L., een Philips of
A.N.V.V. een fotomodel, mannequin of
elegante gastvrouw nodig heeft en TOP-
telefoon belt, direct kan worden opge
zocht in het 1500 foto's tellende archief,
wie in aanmerking komt. Het door de
firma gevraagde type krijgt een tele
foontje van TOP.
Dat (ijdele) teen-agers niet worden
aangenomen omdat ze in de schoolban
ken thuis horen.
Dat mevropw Wijnberge duizend en
een goede adviezen aan haar „pupillen"
meegeeft en dat iederen bij de TOP-
mensen welkom is. Een instuif van zo
veel mensen, dat de teamgeest er al
leen maar aangenamer door wordt.
Een gezin, waar men trots op elkaar
is. Hubert Wijnberge, 50 jaar, bebaard,
Tonny Wijnberge-Visser, 40 jaar, char
mant en tegen wie zoon Harry eens zei:
„Mam, als je er in de verte aankomt
lijk je net 32Tegen wie wij zei
den: „U lijkt nog maar 28" (een onver
geeflijke fout, als men hoort dat de kin
deren al bijna 16 en 14 jaar zijn). Doch
ter Willy, niet bestemd om fotomodel
te worden omdat ze „het" niet heeft
volgens haar moeder, zit op een IVO-
school, evenals Harry. De artistieke be
zigheid van Willy is pottenbakken. Zoon
Harry, die met een bijzonder rijp teken
talent is begenadigd en waar een mode
ontwerper in zit. Nauwelijks zes (dus
vóór 't TOP-bedrijf) tekende hij al vol
wassen vrouwen met een ondeugende
oogopslag.
EN DAN DE telefoon.... waardoor
men de gekste vragen hoort overi
gens zakelijk hebt u nog een paar
mooie benen voor me (een fotomodel
met welgevormde benen die voor een
kousenfirma moet poseren). Ach, is er
nog een baby in het archief (een firma
van babyvoedsel die een reclamefoto wil
publiceren). Een klassieke vrouw graag)
(voor een haute-couture foto). Dag in
dag uit want om die (TOP)tele-
foon draait alles.
mnnniirnnnmninnniinnnnnnrwiiwiwwyiiwiwwwwi>wnMWwwiwww>iw*miwmivwiwwi»wiiwM'Wnw>ii*iiwiiwwMwwi*iiw>wwH*wwiiww'WMW
Een oorspronkelijk stripverhaal
door Annie M. G. Schmidt
en Fiep Westendorp
W
36. „Een ogenblikje", zei meneer Kwikstaart
„ik hoor dat er telefoon voor mij is hiernaast." Hij
ging in het aangrenzende vertrek en van dat ogen
blik maakte tante Patent gebruik om op een van de
knopjes te drukken. De gevolgen waren verrassend.
Onder hun voeten opende zich een luik en alledrie:
tante Patent, neef Boordevol en juffrouw Tuttema,
verdwenen in de afgrond. „Help wat doet u
nou?" schreeuwde juffrouw Tuttema al vallende.
„Waar komen we terecht?" gilde neef Boordevol. De
val scheen eindeloos te duren. Tante Patent wilde
juist antwoorden: „Afwachten toen ze met een
enorme dreun op een vloer belandden. Pijnlijk ge
kneusd vol builen zaten ze daar en keken mismoedig
om zich heen. „Een soort archief", zei tante Patent.
„Allemaal kasten met documenten en boeken. En
erg donker. Zou er hier niemand wezen? Oehoe Is
hier iemand?"
11. Toen de onbekende maar onbewogen voor zich uit
bleef staren zonder een verklaring te geven voor de
vreemde dingen, die hij met het tafelzilver had gedaan,
was Jolliepops geduld uitgeput. Driftig greep hij de tele
foon en belde de politie. „Er is hier een indringer!"
riep hij opgewonden in de hoorn. „Hij beweegt het
tafelzilver! Ik ben door ons eigen bestek aangeval
len!Wat zegt u?Nee, niet de indringer. Dat
deden de vorkjes zelf!.Ja, ik ben nerveus. Dat zou
iedereen zijn in mijn plaats. Komt u gauw!" Terwijl
de bediende aan het spreken was, kroop het rare toe
stelletje het keukenraam uit, alsof het voelde, dat de
grond te heet werd onder zijn vorken. „Gelukkig, het
ding gaat nu niet meer naar Jolliepop om hem te prik
ken", dacht Panda, die het levendige zilverwerkje
nieuwsgierig volgde, „die arme stakker was toch al
helemaal overstuur!" Die indruk had de politie ook gekre
gen en het duurde dan ook niet lang of er stopte
een politiemotor voor het huis. De berijder, brigadier
Brakkeput sprong er af en boog zich over het zijspan
om een voorraad opschrijfboekjes te pakken. „Het was
een onduidelijke oproep," mompelde hij, „en dan is
het zaak de boel schriftelijk vast te leggen. Opschrijven,
zeg ik altijd maar, in klare taal. Vooral dat punt over
een aanval met, vorkjes mag wel eens wat scherper
worden toegelicht."