1
i
„De dans van de reiger" van Hugo Claus
DE PROGRAMMA'S
Negen Muzen
De boze koks
MEDEA" en „HET DAMESORKEST''
Trijntje Cornelisdr. van Huygens
Nieuwe aanwinst van de Nederlandse toneelschrijfkunst
MAANDAG 28 JANUARI 1963
Zilveren Nipkowschijf
voor Mies Bouwman
van Cünter Crass
H. v. d. B.
Twee één-akters van Anouilh in Rotterdam
W nabeschouwingen
Het TV-weekeinde
„Fèl realisme" uit de Gouden Eeuw
H. v. d. B.
H. v. d. B.
Een dichter met
612 lezers
De radio geeft dinsdag
7elevisieprogramma
7
t
„DE DANS VAN DE REIGER", Hugo Claus' vierde toneelstuk is dit week
einde bij de Nederlandse Comedie in première gegaan. Voorheen hadden we
met „Een Bruid in de Morgen", „Het Lied van de Moordenaar" en „Suiker' een
zeer goed, een zeer slecht en een matig toneelstuk van hem gezien, zodat men
met werkelijke spanning dit nieuwe dramatische werkstuk tegemoet zag. Welnu,
de opvoering heeft zowel de optimisten als de pessimisten in het gelijk gesteld.
Hugo Claus is wederom in staat gebleken, in scherpzinnige stijl menselijke ge
voelens en conflicten te analyseren, en is er opnieuw niet volledig in geslaagd
daar een bevredigende toneelvorm voor te vinden.
Hij verplaatst ons
in dit stuk naar een
Spaans eiland waar
een Vlaams echtpaar
en de moeder van de
man een zomerhuisje
hebben gehuurd. De
man is al een paar
maanden in een de
pressieve toestand,
slaapt slecht en wil
zich in dit vakantie
paradijsje zelfs niet
in de zon begeven.
Hij heeft zich vol
ledig in zichzelf op
gesloten en doet
niets dan patience
spelen. In het deel
voor de pauze zien
we hoe de vrouw een
op het strand aange
troffen Belg mee naar
huis brengt in de
hoop dat deze ver
andering in de on
houdbare toestand zal
brengen. Inderdaad
laat de echtgenoot
zijn zwijgzaamheid
enigszins varen en zo
vernemen we dat een
kleine afwijking van
de volstrekte huwe
lijkstrouw, door zijn
vrouw op een bal-
masqué begaan, door
de man als een won
de plek in zich wordt
omgedragen en ge
koesterd. Waarom
heeft hij zich dat mo
ment van ontrouw zó sterk aangetrokken?
Het tweede bedrijf brengt het antwoord.
Volgens de onverzettelijke regels van de
psycho-analyse blijkt het een jeugdtrauma
te zijn. De echtgenoot die in een crisis van
neerslachtigheid (omdat hij gelooft dat zijn
vrouw hem opnieuw bedriegt) zich heeft
willen ophangen, herbeleeft dan een voor
ons ook zichtbaar wordende scène uit zijn
jeugd, waarin hij zijn ouders elkaar zag
liefhebben in een wonderlijk spel van
schijnbedrog, waarbij ze beiden zich voor
een ander uitgaven.
HEEFT DE MAN die pijnlijke jeugd
ervaring eenmaal herkend als de reden
waarom hij het bedrog van zijn vrouw
(op een gemaskerd bal!) zo zwaar heeft op
genomen, dan blijkt hij zich er ook al van
bevrijd te hebben. Hij trekt zijn jasje uit
en maakt zich op om te gaan zonnebaden.
ONTWIKKELT DE HELE handeling zich
dus langs aardig conventionele lijnen,
bij de uitwerking van dit thema heeft
Claus een veel grótere oorspronkelijkheid
aan de dag gelegd. Hij werkt herhaalde
lijk met een soort hardop uitgesproken
gedachten. Voorts is de functie van de
half-seniele moeder duister en macaber en
de scène waarin zij het ophangen van
haar zoon met hem voorbereidt geeft alle
aanleiding om inderdaad van een „nare
komedie" te spreken, de ondertitel die de
schrijver zelf aan zijn stuk heeft mee
gegeven. Tegenover dit moderne „grue-
some"-karakter, staan sterk-positieve
kanten als de duidelijke litteraire kwali
teiten van de tekst. Claus heeft zijn instru
ment, de taal, meesterlijk in de vingers
gekregen, hetgeen bij vlagen leidt tot poë
tische passages van een ongewone direct
heid. Bovendien is er een opvallend tref-
wat moderniserend geënscèneerd, met als
achterdoek een vergrote prentbriefkaart
van een Spaanse badplaats, „in het beeld"
hangende schijnwerpers en de al haast
weer normaal wordende doorkijkjes op de
naakte toneelmuren. Overigens had hij de
verschillende personages zorgvuldig tegen
over elkaar geplaatst en speciaal de ko
mische kanten van het stuk het volle pond
gegeven. Prachtig speelde onder zijn lei
ding Ellen Vogel de bijna neurotische on
rust van de vrouw, die haar man van zich
ziet wegdrijven. Volkomen zuiver en na
tuurlijk wist ze de overgang te vinden
naar de uiteindelijke rustige moed om op
nieuw te beginnen met haar man van wie
ze ondanks alles houdt.
Mien Duymaer van Twist was onbetaal
baar en tegelijk toch ook een tikje zielig
als de zonderlinge moeder, terwijl in de
flash-back-scène het ouderpaar con brio
werd gebracht door Hetty Verhoogt en
Herman van Elteren. De echtgenoot werd
gespeeld door Ton Lutz zelf, die daarmee
opnieuw duidelijk maakte dat regie plus
hoofdrol een té zware opgave is voor één
acteur. Zijn uitbeelding was dikwijls wat
al te sober, miste talrijke details in spel
en tekst, waardoor menige scène beneden
zijn kunnen bleef.
NICOLAAS WIJNBERG had in zijn de
cor de bedoelingen van Claus mijns inziens
uitmuntend gediend. Met een klein beetje
ironie waren de gebruikelijke Middel
landse Zee-attributen overdadig aanwezig
van de krekels tot en met een gevilde
kurkeik. „De Dans van de Reiger" heeft
onze indruk van Hugo Claus' toneeltalent
bevestigd, een talent dat hem nog schrijf-
Het gezelschap van televisiecritici heeft
het afgelopen weekeinde in Utrecht een
zilveren Nipkowschijf uitgereikt aan Mies
Bouwman. Deze prijs wordt dor.- het ge
zelschap toegekend voor de beste presta
ties op of achter het scherm.
Aan mevrouw Timp-Bouwman is deze
Nipkowschijf toegekend voor de meest per
soonlijke bijzondere prestatie, geleverd in
de periode 1951-1962. In het juryrapport
wordt opgemerkt, dat Mies Bouwman een
groot aandeel heeft gehad in het welslagen
van de marathon-uitzending ten bate van
de actie „Open het Dorp". Het succes is
mede bereikt, doordat zij voortdurend zich
zelf is gebleven, aan alle contacten een
persoonlijke toets wist te geven en de kij
kers in de huiskarper de indruk heeft ge
geven erbij te zijn. Hoewel deze prijs is
toegekend voor deze bijzondere uitzending,
is in het oordeel van het gezelschap ook
het vroegere werk van Mies Bouwman ver
disconteerd. Haar echtgenoot, de free-lance
regisseur Leen Timp is in 1961 een Nipkow
schijf toegekend. Annere dragers van deze
onderscheiding zijn Pierre Jansen, dr. L.
de Jong en de auteur W. Meuldijk.
Toneelgroep Centrum. André van den
Heuvel en Maxim Hamel hebben zich voor
het seizoen 1963/64 vast verbonden aan de
Toneelgroep Centrum.
gavere resultaten in de pen zal geven,
wanneer hij een enigszins moedwillige
originlaliteitszucht zou willen ruilen voor
een groter vertrouwen in het begripsver
mogen van zijn (noordelijk) publiek dat
best bereid is ook de impliciete strekking
van zijn werk te duiden.
Ham van den Bergh
ff
„DE BOZE KOKS" is het derde stuk
van de jonge Duitse schrijver Günter
Grass, die behoort tot de „Gruppe 47",
een groep schrijvers die de bloei van
een politiek zuivere Duitse litteratuur
beogen. Dat die politieke zuiverheid
hoe zeer ook toe te juichen nog geen
waarborg is voor genietbare toneel
werken is bij de première zondagavond
in de Amsterdamse Kleine Komedie wel
duidelijk gebleken.
„Die bösen Köche" is een ten enenma
le mislukte poging tot een poëtische alle
gorie waar wij gaarne kort óver zullen
zijn. De handeling bestaat n.l. uit een
urenlang door elkaar lopen van een groot
aantal koks, die zeldzaam langademige
maar volslagen warhoofdige teksten spre
ken. Het biedt juist door de grote vaag
heid kans op talloze manieren van uitleg
van de vaak nonsensikale gebeurtenissen,
waarbij de geüniformeerde koks dan bij
voorbeeld de massamensen voorstellen, die
op zoek zijn naar een geheimzinnig re
cept dat alleen gekend wordt door de Graaf
die dan de Eenling symboliseert die het
geheim niet prijs kan geven aangezien dat
het verlies van zijn individualiteit zou
betekenen. En zo zijn er zeker nog tien
andere interpretaties mogelijk die steeds
bepaalde aspecten van de onophoudelijke
stortvloed van symbolen, vage aanduidin
gen en diepe bedoelingen naar voren zullen
halen en vele andere verwaarlozen.
WIJ ZULLEN U daar niet mee ver
moeien en volstaan met de wens dat
u zich dit brok zwaartillende Duitse sen
timentaliteit zult beparen, hoezeer ons dat
ook spijt voor de verdienstelijke voor
stelling die de toneelgroep Centrum ken
nelijk met veel misplaatste toewijding
in elkaar had gezet. Vooral Hans Cule-
man als de Graaf en Ina van der Mo
len als een in het gegeven verdwaald ver
pleegstertje speelden met de inzet van
hun niet gering talent tegen de klippen van
de pathetische machteloosheid van Grass
op. Een deerniswekkende ervaring, die
door Theo Kling met een grote dosis gefor
ceerde nieuwlichterij in scène was gezet.
Ellen Vogel en Ton Lutz als het
echtpaar in „De dans van de reiger"
van Hugo Claus.
zekere humor, al is die weinig spits en, ik
zou haast zeggen, wat „Vlaams-leutig",
speciaal in de figuur van de bezoeker, de
ministeriële ambtenaar, die door Paul
Cammermans met grote precisie en bril
jant komediantendom in duidelijk geest
verwante stijl is uitgebeeld. Diezelfde, toch
ietwat oppervlakkige instelling leek ook
te spreken uit de keuze van de wel zeer
gemakkelijk aansprekende symboles, die
dan ook nog vaak expliciet werden ver
klaard. Het zonnebaden is het volle leven
aandurven; de dans van de reiger is een
erotische dans van de eilandbewoners, die
echter ook in den huize Messiaen wordt
gedanst door vrouw, echtgenoot en be
zoeker.
REGISSEUR TON LUTZ had het geheel,
ongetwijfeld in overleg met de schrijver,
ff
V
■5,
Het valt te betwijfelen, of het de NCRV
gelukt is, de kijkers een echt gezellige
zaterdagavond te bieden. Het Deense kwin
tet Jörgen Ingmann kon met zijn dans
pasjes en gewiegel de afwezigheid van
het orkest Pi Scheffer (dat zou optreden
met de wereldberoemde jazz-violist Sté-
phane Grappelly) niet doen vergeten. Be
houdens een dol hangmatnummer van
Lucille Ball en een door dezelfde actrice
met Red Skelton uitgevoerde geluidspan
tomime was de film „Land(ing) in Alas
ka" wat te doorzichtig en te langdradig
om nog leuk te zijn. En de 35 minuten,
gewijd aan het stuk „De Lift", waarin
Anton Holfath, zijn aard getrouw, lawaai
schopte en ruzie maakte, betekenden voor
ons ook geen ontspanning. Wat ons be
treft, mag dit gesynthetiseerde leeghoofd
weer terugkeren naar zijn land van her
komst, Engeland (Als Coen Flink, die hem
talentvol uitbeeldde, dan maar blijft).
Een weldadige rust, goede fotografie,
goed uitgewerkte fragmenten. gemon
teerd tot een boeiend geheel. Dat waren
en wij zijn verheugd dat na zoveel
critiek te kunnen vaststellen de ken
merken van de nieuwe aflevering van de
reisfilmserie „Met eigen ogen", waarin
Dick van Bommel en Didier van Koeken-
berg dit keer West-Pakistan behandelden.
Na een interessante, maar wat summiere
herdenking van de spoorwegstaking van
1903, kwamen de zingende omroeper Joop
Smits en het zangeresje Francis van Rooy
even op de koffie met „zomaar wat lied
jes". Smits slaagde er weliswaar niet hele
maal in, deze vocale visite ongekunsteld
en ongedwongen te houden, maar toch
was het een niet onaardig programma
onderdeel.
Zeer sterk en spannend was het t.v.
spel van John Gillies „Bloemen voor de
President", dat voor ons de beste afle
vering in de door Eimert Kruidhof gere
gisseerde serie zondagavond-thrillers werd.
Pe grote antipoden van dit verhaal, een
nuchter-menselijke, wat gedesillusioneer
de Britse wereldhandelsreiziger én een
Zuidamerikaanse revolutionair, vonden in
Fritz Butzelaar en Leo de Hartogh uit
stekende vertolkers. En ook de bijrollen
waren zeer goed bezet. Het feit, dat het
geheel zich afspeelde in een en dezelfde
hotelkamer, droeg zeker bij tot de span
ning, maar het maakte het regisseur en
spelers extra moeilijk. Een moeilijkheid,
die zij prachtig overwonnen.
Na deze uitzending, de beste van dit
weekend, kwam dan nog de rubriek
„Ouderavond", waarin de kinderpsychia
ter Dokter van Meurs, gesteund door ont
hullende filmbeelden en enige experts, de
in ons land nog zo gebrekkige lichame
lijke' opvoeding ter sprake bracht. Het
tekort van 2000 gymnastieklokalen sprak
in deze natuurlijk ook ons het meest
aan.
J. Damshuizer
WIE DE TWEE ééNAKTERS gaat zien waarvan het Hieuw Rotterdams
Toneel zaterdagavond in de Rotterdamse Schouwburg de première heeft gegeven,
ontmoet Anouilh, Frankrijks grootste levende toneelschrijver weer eens op een
tweetal terreinen waar men hem de laatste jaren weinig meer bezig heeft gezien:
Anouilh als de goochelaar met klassieke thema's en als onbekommerd diverti
mento-auteur.
IN DIE EERSTE verschijningsvorm
weet hij telkens weer op grandioze wijze
ou de vormen te laden met een eigentijdse
gedachteninhoud. Zo heeft hij voorheen ge
daan met het verhaal van Orpheus en Euri-
dice en met Sophokles' Antigone. Ditmaal
speelt hij zijn magistrale spel met de my
the van Iason en Medea. Deze beide he
roën staan in zijn versie, die Euripides'
gelijknamige tragedie in scène-opbouw
vrijwel op de voet volgt, voor „de" Man
en „de" Vrouw die, nadat hun eerste ver
liefdheid geweken is, voor de keus komen
te staan om te berusten in het compromis
van een nederige, klein-menselijke verhou
ding, waar ze zich beiden te goed voor
achten, of elkander en zichzelf te vernie
tigen maar daarbij de volle gloed van hun
gevoelens tenminste nog eenmaal op bo
venmenselijk niveau te voelen branden.
Anouilh toont zich ook hier weer de pleit-
IN 1653 SCHREEF Constatijn Huygens,
die als een van de grootste Haagse Heren
van zijn tijd regelmatig bij verschillende
Prinsen van Oranje overhuis kwam en met
Breero, Vondel en Hooft tot onze belang
rijkste Renaissance-kunstenaars wordt ge
rekend, een zo „levensechte" klucht dat in
ónze eeuw, die toch wel vertrouwd is
met enig rondborstig realisme, we nog met
open mond kijken en luisteren naar de dras
tische situaties en de rauwe volkstaal die
onze gouden-eeuwse voorvader kennelijk
zonder blikken of blozen op papier durfde
zetten. Er is dus wel enige moed voor
nodig om tot opvoering van dit krachtda
dig vermaak over te gaan en het heeft
dan ook tot 1952 geduurd tot een beroeps
gezelschap (de Haagse Comedie) daar ten
onzent toe overging, waarna pas vrijdag
avond j.l. in Tilburg de toneelgroep Ensem
ble voor de tweede maal de sprong heeft
gewaagd om ons naar het zeventiende eeuw-
se Antwerpen te verplaatsen.
MERKWAARDIGERWIJZE blijkt nu ons
zuidelijk gezelschap daar minder goed in
geslaagd te zijn dan indertijd de Hage
naars. Maar ja, die beschikten ook over
Ida Wasserman, die er haar hand niet voor
omdraait om ons zo'n Vloams maaske van
plaisier voor te zetten. Onder de handen
van regisseur Max Croiset bleef de pret
ditmaal een beetje in het „mannetjes- en
vrouwtjes-maken" steken. En daar kan dit
stuk onverbloemd voiksrealisme dat 't van
de levensechtheid en de onmiddellijke ver
staanbaarheid moet hebben, niet tegenop.
Men moet deze mensen zo echt en tastbaar
mogelijk voor zich zien en vooral.hun
weinig ingetogen conversatie kunnen vol
gen. Dat laatste punt bleek bij „Ensem
ble" de grote handicap. Conny Stuart, in
haar actie komisch en fraai-karikaturaal,
bleef in. haar Antwerps klapwerk voor 80
percent onverstaanbaar hetgeen de van
woordgrappen ritselende dialoog van Huy
gens uiteraard onherstelbare schade toe
bracht.
CULTUURHISTORISCH gezien mag
„Trijntje Cornelisdr." dan een merkwaar
dig brokje litteratuur zijn, zuiver toneel
matig ontbreekt er toch wel heel veel aan
de vorm waarin het „Kluchtig avontuur
tje", een novelle van Bormeester uit de
tijd, door Huygens gegoten is. Het is wel
opmerkelijk dat men 300 jaar geleden het
in wezen tragische ongeval van de brave
Zaanse schippersvrouw, die in Antwer
pen wordt dronken gevoerd en beroofd
van eer en goed, zo onverdeeld grappig
kon vinden, maar het is teleurstellend dat
een Nederlands tijdgenoot van Molière én
groot dichter als Huygens, die intrige op
geen enkele manier heeft weten te ver
fijnen of af te ronden. Wat we te zien
krijgen geeft een haarscherp beeld van
het dagelijks leven uit die tijd en is in
een meesterlijke verteltrant geschreven
maar dramaturgisch gezien geeft het al
leen blijk van nonchalance en/of onver
mogen.
De voorstelling had overigens op ver
schillende punten goede kwaliteiten. De
Ina van Faassen en Ton van Duin
hoven in „Trijntje Cornelisdr."
van Huygens.
kostuums van Leontien van Beurden wa
ren voorbeeldig en beeldig van kleur het
decor van Lou Steenbergen was mis
schien wat weinig uitbundig voor de be
oogde atmosfeer maar bleek uiterst ver
nuftig door de wijze waarop een Antwerps
bruggetje in de brug van Trijntje's schuit
overging. Toepasselijk en aardig werkten
de beiaardierklanken die het geheel om
lijstten.
TON VAN DUINHOVEN als de pooier
achtige figuur die Trijntje Cornelis helpt
uitschudden, speelde vooral de proloog en
de epiloog voorbeeldig, daarbij prachtig
aantonend hoe met behulp van uitgekien
de gebarentaal de gecompliceerde Huy-
gensverzen over 't voetlicht geholpen kun
nen worden. Ina van Faassen als Trijntje
Cornelisdr. zelf, blies met bewonderens
waardig gemis aan gêne de toch wel onge
bruikelijke situaties waarin zij o.a. in de
mesthoopscène kwam te verkeren, tintelend
leven in.
Kleinere rollen werden niet onvermake
lijk bijgedragen door Louis van der Steen,
Cor van Rijn (mooi!) en invaller Bob Lö-
wenstein. Het voornaamste verwijt moet
tegen de regie gericht worden. Croiset
had meer aandacht moeten besteden aan
het plastisch en desnoods door ingrij
pende bewerking van de taal overbrug
gen van de kloof tussen een modern pu
bliek en oerhollandse kluchtigheid uit de
Gouden Eeuw, een cultuurperiode die
het verdient vaker maar dan ook met
meer consideratie voor de hedendaagse
toeschouwer, onder onze ogen te worden
gebracht.
bezorger voor het redelijke en betrekkelij
ke, en veroordeelt ook ditmaal de neiging
van de idealistische mens om zichzelf te
verabsoluteren waaraan het gewone men
selijke bestaan dan immers wordt opge
offerd.
IN DIE WONDERLIJKE vermenging van
symbolisme en realisme waarvan Anouilh
voor dit soort stukken het dichterlijk ge
heim blijkt te bezitten zijn de beide hoofd
figuren tot ideale speelrollen uitgegroeid:
Medea in al haar barbaarse natuurlijkhed
en Iason in zijn onuitstaanbare mannelijke
zelfverzekerdheid. Daarvan heeft speciaal
Josephine van Gasteren ten volle geprofi
teerd. Zij toonde zich een indrukwekkend
tragédienne van onverwacht groot for
maat, met een indringende fel-nerveuze
speeltrant die meer dqn eens in gebaar
en intonatie aan Charlotte Kohier deed den
ken. Een roluitbeelding die een zo volledig
mens tot leven bracht en zo veel sublieme
momenten had dat de vaak lelijke houding
en talrijke uitspraakfouten plotseling iede
re betekenis verloren, omdat het wonder
van werkelijk toneelspel alle middelen
doet vergeten. Een heel mooie prestatie
waaraan regisseuse Elise Hoomans ook ze
ker voor een deel debet was. Naast haar
was de Iason van Johan Schmitz aanvan
kelijk wat zwak, maar zijn pleidooi voor
het nieuwe geluk dat hij wil proberen te
vinden was heel ontroerend en overtui
gend. De Kreoon van Wim Hoddes en Coba
Kellings Voedster waren door de regisseu
se wel wat erg sterk afgeremd in hun spel
zodat zij weinig kans kregen hun figuren
genuanceerd uit te werken.
Er was zeer goede en goed gebruikte,
Grieks klinkende muziek van Mikhs Theo-
dorakis, wat al even Grieks klinkt. De
kostuums en het eenvoudige achterdoek
van Johan Greter hielden bewonderens
waardig het midden tussen symbolisch rea
lisme en authentiek-Grieks.
NA DE PAUZE zagen we Anouilh in de
rol van onbezorgde klucht-fabrikant met
„l'Orchestre" (Het Damesorkest). Het is
een luchtig uitsmijtertje dat echter ietwat
hinkt op twee gedachten: Het werkt ener
zijds met het cabaret-achtige effect van
een keurig dames-orkestje in een badplaats
die telkens na afloop van de mierzoete
muziekstukjes in alledaags gekeuvel los
barsten, maar daardoorheen loopt de ro
de draad van een werkelijk dramatisch
gebeuren: de hopeloze liefde van de cel
liste voor de pianist van het orkestje. De
ze intrige wordt zo realistisch tot in de
uiteindelijke zelfmoord uitgewerkt dat de
lach die door het kluchtig optreden van
de dames wordt gewekt eigenlijk enigs
zins detonerend botst op het werkelijke
drama. Ook doet het grondmotief voor het
schrijven van een dergelijk genrestukje
„laten we eens bezien wat er voor alge
meen-menselijks schuilgaat achter de keu
rige fagade van zo'n groepje lieve da
mes" rijkelijk ouderwets aan.
DE VERTALING van Hans Andreus
had hier een werkzaam aandeel in het ko
mische resultaat, terwijl het mimisch uit
beelden van het musiceren op de ingeblik
te muziek meesterlijk bleek ingestudeerd
door Dick de Reus. Een aantal fraai ge
chargeerde types werd in deze één-akter
bijgedragen door Coba Keiling als de chef
fin d'orchestre en tevens moederlijk bas-
siste, door Carola Gijsbers van Wijk die
een mallotige altvioliste bijdroeg, door Ti
ne de Vries als een te weinig, en door
Fientje Berghegge als een te veel liefde be
levende violiste. Steye van Branden
berg was onverbeterlijk als de zielige
Monsieur Léon, de pianist, die geen raad
weet met al de gevoelens van verliefdheid
die hij om zich heen zaait. Wellicht door
tijdgebrek bij het instuderen maakte de
uitvoering als geheel nog niet die puntgave
indruk die zeker bereikt zal kunnen wor
den en die voor het spelen van een der
gelijk niemendalletje ook eigenlijk een ver
eiste is. In ieder geval had regisseuse Eli
se Hoomans ook hier met behulp van de
decors en kostuums van Johan Greter een
voor het oog goed verzorgd resultaat be
reikt. Het gemis aan diepgang in dit lich
telijk onnozele gevalletje zal men overi
gens de schrijver van „Medea" gaarne
vergeven.
Twee jaar geleden liet de litteraire
journalist Nol Gregoor de luisteraars ken
nis maken met een uit Frankrijk overge
nomen vorm van een letterkundig radio
programma, het gesprek met een schrij
ver. Die conversatie, welke diepgaand en
openhartig is bedoeld, wordt uitgesmeerd
over een reeks uitzendingen van een kwar
tier tot twintig minuten elk.
Zo'n massale luisterdichtheid als in som
mige gevallen in Frankrijk werd bereikt
vooral toen een geboren querulant als
Paul Léautaud de ruimte kreeg om alle
dierbare huisjes omver te schoppen is
de Nederlandse geïnterviewde auteur niet
beschoren, gezien het verschil in nationale
litteraire belangstelling hier en ginds.
Toch kan Gregoor er zeker van zijn een
vaste kring van meelevende belangstellen
den om de luidspreker te groeperen nu
hij met zijn derde reeks, welke aan Hugo
Claus is gewijd, is begonnen. Nol Gregoor
heeft er slag van gekregen door middel
van intelligent opgebouwde gesprekken en
door het bewaren van een zekere afstand
tot zijn sujet telkens binnen het hem toe
gemeten tijdsbestek tot een afronding van
het aangesneden vraagstuk te komen of
wel de aandacht reeds op het volgende
gesprek te richten. Dat laatste deed hij
zeer goed tijdens de eerste uitzending met
Claus, toen hij na een, uiteraard daarin
door een belangrijke en verstandige part
ner geholpen, treffende schets van het
vroegere en tegenwoordige milieu van de
auteur, bij de vraag belandde of de expe
rimentele poëzie gezien moest worden in
het kader v i nieuwe sociale en politieke
aspecten of als de particuliere liefhebberij
van de betrokken auteurs.
Op dat st-amien werd zondagmiddag tij
dens de tweede uitzending uitermate boei
end voortgeborduurd. Claus gaf toe dat de
graad van onverstaanbaarheid der mo
dernste poëzie groter is geworden, maar
stelde dat ook in het verleden dichters zel
den begrepen werden buiten de beperkte
kring dergenen die hun taal- en beeldge
bruik konden verstaan. Hij meende zelfs
dat die onverstaanbaarheid vereist is voor
een goed gedicht. Zelf wilde hij niet „ge
lezen worden in elke hut"; slechts zeshon
derd mensen in Nederland en twaalf in
Vlaanderen kunnen zijn gedichten lezen,
aldus naar des schrijvers schatting.
Gregoor voerde aan dat Claus' laatste
bundel „Een geverfde ruiter" drieduizend
kopers had gevonden. De schrijver wees
deze belangstelling, juist omdat zij ge
grond is op de uiterlijke kwaliteiten van
zijn gedichten, af. De hedendaagse dich
ter heeft de illusie opgegeven door zijn
werk de wereldkoers te kunnen ->-erande-
ren, hij uit zich dus in een introvert pro
test.
Gesprekken als deze kunnen ertoe bij
dragen dat het misverstand tussen massa
en dichters iets wordt verkleind. Wat daar
bij bijzonder prettig aandoet is, dat Gre
goor, anders dan in zijn eerste serie met
de zeer met hem bevriende Vestdijk, de
jongens-onder-elkaar-toon vermijdt.
J. H. Bartman
Josephine van Gasteren en Coba
Keiling in „Medea" van Anouilh bij het
Nieyw Rotterdams Toneel.
HILVERSUM I. 402 m. 746 kc/s. 7.00 AVRO.
7.50 VPRO. 8.00-24.00 AVRO.
AVRO: 7.00 Nieuws. 7.10 Ochtendgym
nastiek. 7.20 Lichte grammofoonmuziek.
VPRO: 7.50 Dagopening. AVRO: 8.00
Nieuws. 8.15 Prog-ai„ma-overzicht. Aan
sluitend: lichte grammofoonmuziek. 9.00
Gymnastiek voor de vrouw. 9.10 De groen
teman. 9.15 Klassieke grammofoonmuziek.
9.35 Waterstanden. 9.40 Morgenwijding.
10.00 Arbeidsvitaminen (gr.). 10.50 Voor
de kleuters. 11.00 Voor de zieken. 12.00
Licht instrumentaal ensemble, zangsolis
ten en accordeonmuziek. 12.20 Regerings
uitzending: Voor de landbouw. 12.30 Me
dedelingen t.b.v. land- en tuinbouw. 12.33
Lichte orkestmuziek en zangtrio. 13.00
Nieuws. 13.15 Mededelingen, eventueel ac
tueel of grammofoonmuziek. 13.25 Beurs
berichten. 13.30 Lichte muziek. 14.00 Klas
sieke en moderne kamermuziek. 14.40
Schoolradio. 15.00 Met naald en schaar.
15.30 Pianorecital: klassieke en moderne
muziek. 16.00 Actualiteiten. 16.30 Voor de
jeugd. 17.30 Amateursprogramma. 17.55
New York calling. 18.00 Nws. 18 15 Even
tueel actueel. 18.20 Instrumentaal trio.
18.30 Radio-Volksuniversiteit: Research
en Ethiek Ethische vragen betreffende
de wetenschap en haar invloed op de sa
menleving, door prof. dr. R. C. Kwant
OESA. 19.00 Voor de kinderen. 19.05 Paris
vous parle: gesproken brief uit Parijs.
19.10 Klassieke kamermuziek. (19.20 In
leiding tot muziekbegrip, muzikale lezing).
19,55 Carillonbespeling. 20.00 Nieuws.
20.05 Dansorkest en zangsolisten. 21.05
Wat ons bezig houdt, radioforum over ac
tuele kwesties. 21.45 Lichte grammofoon
muziek. 22.00 Pianorecital: moderne mu
ziek. 22.30 Nieuws en mededelingen. 22.40
Actualiteiten. 23.00 Pianorecital (verv.).
23.20 Concertgebouworkest: klassieke mu
ziek (gr.) 23.55-24.00 Nieuws.
HILVERSUM II. 298 m. 1007 kc/s. 7.Ü0-
24.00 KRO.
KRO: 7.00 Nieuws. 7.10 Morgengebed.
7.15 Muziekprogramma, strip voor de
jeugd en ber. 7.55 Overweging. 8.00 Nieuws.
8.15 Lichte grammofoonmuziek. 8.50 Voor
de huisvrouw. 9.40 Schoolradio. 10.00 Voor
de kleuters. 10.15 Lichtbaken, lezing. 10.25
Opera-orkest van Monte Carlo, koor en
solisten (opn.): Gewijde muziek. 11.00
Voor de vrouw. 11.30 Lichte grammofoon
muziek. 11.50 Volaan.vooruit, lezing.
12.00 Middagklok - noodklok. 12.04 Lichte
grammofoonmuziek. 12.30 Mededelingen
t.b.v. land- en tuinbouw. 12.33 Populaire
gramofoonmuz. 12.55 Katholiek nieuws.
13.00 Nieuws. 13.15 Platen lieuws. 13.30
Metropole orkest en zangsoliste. 14.10 Lich
te gramofoonmuz. 14.35 Voor de plat
telandsvrouwen. 14.45 Lichte grammofoon
muziek. 15.00 Jubileumbijeenkomst t.g.v.
het 75-jarig bestaan van de Nederlandse
Heidemaatschappij. 16.00 Voor de zieken.
16.30 Ziekenlof. 17.00 Voor de jeugd. 17.45
Beursberichten. 17.50 Regeringsuitzending:
Wetenschappelijk onderzoek in de Neder
landse Antillen, door Drs. M. Vroman.
18.00 Licht instrumentaal kwartet met
zangsolisten. 18.20 Kaarten op tafel, ge
sprekken over actuele problemen. 18.30 Ju
bileumactie SUS 10, bekendmaking prijs
winnaars. 19.00 Nieuws. 19.10 Actualiteiten.
19.25 Lichte grammofoonmuziek. 20.00
Gregoriaanse muziek. 20.20 Modern strijk
kwartet. 20.55 Vocaal dubbelkwartet. 21.10
Klein taaigeding. 21.25 Limburgs symfo
nieorkest en solisten: moderne en klassie
ke muziek. In de pauze: Klein Taaige
ding. 22.15 22.25 Boekbespreking.
22.30 Nieuws. 22.40 Vreemd, een keuze
uit woord, zang en dans van elders en
.anders. 23.10 Lichte grammofoonmu
ziek. 23.55-24.00 Nieuws.
BRUSSEL 324 m.
12.00 Nieuws. 12.03 Lichte muziek. 12.30
Weerbericht. 12.35 Dixielandmuziek. 12.50
Beursberichten. 13.00 Nieuws. 13.15 Kamer
muziek. 14.00 Nieuws. 14.03 Schoolradio.
15.45 Lichte muziek. 16.00 Nieuws. 16.03
Beursberichten. 16.09 Duitse les. 16.24
Pianomuziek. 17.00 Nieuws. 17.15 Voor de
kinderen. 17.40 Licht - muziek. 18.00 Nws.
18.03 Amusementsmuziek. 18.18 Paarde-
sportberichten. 18.20 Voor de soldaten.
18.50 Radiokronjek. 19.00 Nieuws. 19.40
Lichte muziek. 10.5' Standpunten van de
Belgische nijverheid. 20.00 De vloek van
Midas, hoorspel. 22.07 Nieuws. 22.15 Mu
ziek van Belgische componisten. 22.45
Lichte muziek. 23.00 Nieuws. 23.05-23.45
Lichte muziek.
VOOR MAANDAG
NTS: 19.30 De kampkok, filmpje uit de
oude doos, 19.45 Openb. Kunstbezit: stil
le wenken in schilderstukken, lezing. 20.00
Journaal en weeroverzicht. 20.20 Politie
ke uitzending: P.v.d.A. AVRO: 20.30 Open
het dorp, een terugblik op ue ,grote actie.
21.00 Reportage van de afsluiting van de
actie. 22.00 Ballet. NTS: 22.30-22.35 Jour
naal.
VOOR DINSDAG
AVRO: 19.30 Ongewone hobbies, docu
mentaire. NTS: 20.00 Journaal. AVRO:
20.20 Actualiteiten. NTS: 20.30 75 Jaar
vooruitgang, film t.g.v. het 75-jarig be
staan van de Nederlandsche Heide Maat
schappij. 20.50 Uganda, documentaire over
de nieuwe Afrikaanse staat 21.20 De
nachten van Cabiria, speelfilm. 23.05 23.10
Jjurnaal.