1 i „De dans van de reiger" van Hugo Claus DE PROGRAMMA'S Negen Muzen De boze koks MEDEA" en „HET DAMESORKEST'' Trijntje Cornelisdr. van Huygens Nieuwe aanwinst van de Nederlandse toneelschrijfkunst MAANDAG 28 JANUARI 1963 Zilveren Nipkowschijf voor Mies Bouwman van Cünter Crass H. v. d. B. Twee één-akters van Anouilh in Rotterdam W nabeschouwingen Het TV-weekeinde „Fèl realisme" uit de Gouden Eeuw H. v. d. B. H. v. d. B. Een dichter met 612 lezers De radio geeft dinsdag 7elevisieprogramma 7 t „DE DANS VAN DE REIGER", Hugo Claus' vierde toneelstuk is dit week einde bij de Nederlandse Comedie in première gegaan. Voorheen hadden we met „Een Bruid in de Morgen", „Het Lied van de Moordenaar" en „Suiker' een zeer goed, een zeer slecht en een matig toneelstuk van hem gezien, zodat men met werkelijke spanning dit nieuwe dramatische werkstuk tegemoet zag. Welnu, de opvoering heeft zowel de optimisten als de pessimisten in het gelijk gesteld. Hugo Claus is wederom in staat gebleken, in scherpzinnige stijl menselijke ge voelens en conflicten te analyseren, en is er opnieuw niet volledig in geslaagd daar een bevredigende toneelvorm voor te vinden. Hij verplaatst ons in dit stuk naar een Spaans eiland waar een Vlaams echtpaar en de moeder van de man een zomerhuisje hebben gehuurd. De man is al een paar maanden in een de pressieve toestand, slaapt slecht en wil zich in dit vakantie paradijsje zelfs niet in de zon begeven. Hij heeft zich vol ledig in zichzelf op gesloten en doet niets dan patience spelen. In het deel voor de pauze zien we hoe de vrouw een op het strand aange troffen Belg mee naar huis brengt in de hoop dat deze ver andering in de on houdbare toestand zal brengen. Inderdaad laat de echtgenoot zijn zwijgzaamheid enigszins varen en zo vernemen we dat een kleine afwijking van de volstrekte huwe lijkstrouw, door zijn vrouw op een bal- masqué begaan, door de man als een won de plek in zich wordt omgedragen en ge koesterd. Waarom heeft hij zich dat mo ment van ontrouw zó sterk aangetrokken? Het tweede bedrijf brengt het antwoord. Volgens de onverzettelijke regels van de psycho-analyse blijkt het een jeugdtrauma te zijn. De echtgenoot die in een crisis van neerslachtigheid (omdat hij gelooft dat zijn vrouw hem opnieuw bedriegt) zich heeft willen ophangen, herbeleeft dan een voor ons ook zichtbaar wordende scène uit zijn jeugd, waarin hij zijn ouders elkaar zag liefhebben in een wonderlijk spel van schijnbedrog, waarbij ze beiden zich voor een ander uitgaven. HEEFT DE MAN die pijnlijke jeugd ervaring eenmaal herkend als de reden waarom hij het bedrog van zijn vrouw (op een gemaskerd bal!) zo zwaar heeft op genomen, dan blijkt hij zich er ook al van bevrijd te hebben. Hij trekt zijn jasje uit en maakt zich op om te gaan zonnebaden. ONTWIKKELT DE HELE handeling zich dus langs aardig conventionele lijnen, bij de uitwerking van dit thema heeft Claus een veel grótere oorspronkelijkheid aan de dag gelegd. Hij werkt herhaalde lijk met een soort hardop uitgesproken gedachten. Voorts is de functie van de half-seniele moeder duister en macaber en de scène waarin zij het ophangen van haar zoon met hem voorbereidt geeft alle aanleiding om inderdaad van een „nare komedie" te spreken, de ondertitel die de schrijver zelf aan zijn stuk heeft mee gegeven. Tegenover dit moderne „grue- some"-karakter, staan sterk-positieve kanten als de duidelijke litteraire kwali teiten van de tekst. Claus heeft zijn instru ment, de taal, meesterlijk in de vingers gekregen, hetgeen bij vlagen leidt tot poë tische passages van een ongewone direct heid. Bovendien is er een opvallend tref- wat moderniserend geënscèneerd, met als achterdoek een vergrote prentbriefkaart van een Spaanse badplaats, „in het beeld" hangende schijnwerpers en de al haast weer normaal wordende doorkijkjes op de naakte toneelmuren. Overigens had hij de verschillende personages zorgvuldig tegen over elkaar geplaatst en speciaal de ko mische kanten van het stuk het volle pond gegeven. Prachtig speelde onder zijn lei ding Ellen Vogel de bijna neurotische on rust van de vrouw, die haar man van zich ziet wegdrijven. Volkomen zuiver en na tuurlijk wist ze de overgang te vinden naar de uiteindelijke rustige moed om op nieuw te beginnen met haar man van wie ze ondanks alles houdt. Mien Duymaer van Twist was onbetaal baar en tegelijk toch ook een tikje zielig als de zonderlinge moeder, terwijl in de flash-back-scène het ouderpaar con brio werd gebracht door Hetty Verhoogt en Herman van Elteren. De echtgenoot werd gespeeld door Ton Lutz zelf, die daarmee opnieuw duidelijk maakte dat regie plus hoofdrol een té zware opgave is voor één acteur. Zijn uitbeelding was dikwijls wat al te sober, miste talrijke details in spel en tekst, waardoor menige scène beneden zijn kunnen bleef. NICOLAAS WIJNBERG had in zijn de cor de bedoelingen van Claus mijns inziens uitmuntend gediend. Met een klein beetje ironie waren de gebruikelijke Middel landse Zee-attributen overdadig aanwezig van de krekels tot en met een gevilde kurkeik. „De Dans van de Reiger" heeft onze indruk van Hugo Claus' toneeltalent bevestigd, een talent dat hem nog schrijf- Het gezelschap van televisiecritici heeft het afgelopen weekeinde in Utrecht een zilveren Nipkowschijf uitgereikt aan Mies Bouwman. Deze prijs wordt dor.- het ge zelschap toegekend voor de beste presta ties op of achter het scherm. Aan mevrouw Timp-Bouwman is deze Nipkowschijf toegekend voor de meest per soonlijke bijzondere prestatie, geleverd in de periode 1951-1962. In het juryrapport wordt opgemerkt, dat Mies Bouwman een groot aandeel heeft gehad in het welslagen van de marathon-uitzending ten bate van de actie „Open het Dorp". Het succes is mede bereikt, doordat zij voortdurend zich zelf is gebleven, aan alle contacten een persoonlijke toets wist te geven en de kij kers in de huiskarper de indruk heeft ge geven erbij te zijn. Hoewel deze prijs is toegekend voor deze bijzondere uitzending, is in het oordeel van het gezelschap ook het vroegere werk van Mies Bouwman ver disconteerd. Haar echtgenoot, de free-lance regisseur Leen Timp is in 1961 een Nipkow schijf toegekend. Annere dragers van deze onderscheiding zijn Pierre Jansen, dr. L. de Jong en de auteur W. Meuldijk. Toneelgroep Centrum. André van den Heuvel en Maxim Hamel hebben zich voor het seizoen 1963/64 vast verbonden aan de Toneelgroep Centrum. gavere resultaten in de pen zal geven, wanneer hij een enigszins moedwillige originlaliteitszucht zou willen ruilen voor een groter vertrouwen in het begripsver mogen van zijn (noordelijk) publiek dat best bereid is ook de impliciete strekking van zijn werk te duiden. Ham van den Bergh ff „DE BOZE KOKS" is het derde stuk van de jonge Duitse schrijver Günter Grass, die behoort tot de „Gruppe 47", een groep schrijvers die de bloei van een politiek zuivere Duitse litteratuur beogen. Dat die politieke zuiverheid hoe zeer ook toe te juichen nog geen waarborg is voor genietbare toneel werken is bij de première zondagavond in de Amsterdamse Kleine Komedie wel duidelijk gebleken. „Die bösen Köche" is een ten enenma le mislukte poging tot een poëtische alle gorie waar wij gaarne kort óver zullen zijn. De handeling bestaat n.l. uit een urenlang door elkaar lopen van een groot aantal koks, die zeldzaam langademige maar volslagen warhoofdige teksten spre ken. Het biedt juist door de grote vaag heid kans op talloze manieren van uitleg van de vaak nonsensikale gebeurtenissen, waarbij de geüniformeerde koks dan bij voorbeeld de massamensen voorstellen, die op zoek zijn naar een geheimzinnig re cept dat alleen gekend wordt door de Graaf die dan de Eenling symboliseert die het geheim niet prijs kan geven aangezien dat het verlies van zijn individualiteit zou betekenen. En zo zijn er zeker nog tien andere interpretaties mogelijk die steeds bepaalde aspecten van de onophoudelijke stortvloed van symbolen, vage aanduidin gen en diepe bedoelingen naar voren zullen halen en vele andere verwaarlozen. WIJ ZULLEN U daar niet mee ver moeien en volstaan met de wens dat u zich dit brok zwaartillende Duitse sen timentaliteit zult beparen, hoezeer ons dat ook spijt voor de verdienstelijke voor stelling die de toneelgroep Centrum ken nelijk met veel misplaatste toewijding in elkaar had gezet. Vooral Hans Cule- man als de Graaf en Ina van der Mo len als een in het gegeven verdwaald ver pleegstertje speelden met de inzet van hun niet gering talent tegen de klippen van de pathetische machteloosheid van Grass op. Een deerniswekkende ervaring, die door Theo Kling met een grote dosis gefor ceerde nieuwlichterij in scène was gezet. Ellen Vogel en Ton Lutz als het echtpaar in „De dans van de reiger" van Hugo Claus. zekere humor, al is die weinig spits en, ik zou haast zeggen, wat „Vlaams-leutig", speciaal in de figuur van de bezoeker, de ministeriële ambtenaar, die door Paul Cammermans met grote precisie en bril jant komediantendom in duidelijk geest verwante stijl is uitgebeeld. Diezelfde, toch ietwat oppervlakkige instelling leek ook te spreken uit de keuze van de wel zeer gemakkelijk aansprekende symboles, die dan ook nog vaak expliciet werden ver klaard. Het zonnebaden is het volle leven aandurven; de dans van de reiger is een erotische dans van de eilandbewoners, die echter ook in den huize Messiaen wordt gedanst door vrouw, echtgenoot en be zoeker. REGISSEUR TON LUTZ had het geheel, ongetwijfeld in overleg met de schrijver, ff V ■5, Het valt te betwijfelen, of het de NCRV gelukt is, de kijkers een echt gezellige zaterdagavond te bieden. Het Deense kwin tet Jörgen Ingmann kon met zijn dans pasjes en gewiegel de afwezigheid van het orkest Pi Scheffer (dat zou optreden met de wereldberoemde jazz-violist Sté- phane Grappelly) niet doen vergeten. Be houdens een dol hangmatnummer van Lucille Ball en een door dezelfde actrice met Red Skelton uitgevoerde geluidspan tomime was de film „Land(ing) in Alas ka" wat te doorzichtig en te langdradig om nog leuk te zijn. En de 35 minuten, gewijd aan het stuk „De Lift", waarin Anton Holfath, zijn aard getrouw, lawaai schopte en ruzie maakte, betekenden voor ons ook geen ontspanning. Wat ons be treft, mag dit gesynthetiseerde leeghoofd weer terugkeren naar zijn land van her komst, Engeland (Als Coen Flink, die hem talentvol uitbeeldde, dan maar blijft). Een weldadige rust, goede fotografie, goed uitgewerkte fragmenten. gemon teerd tot een boeiend geheel. Dat waren en wij zijn verheugd dat na zoveel critiek te kunnen vaststellen de ken merken van de nieuwe aflevering van de reisfilmserie „Met eigen ogen", waarin Dick van Bommel en Didier van Koeken- berg dit keer West-Pakistan behandelden. Na een interessante, maar wat summiere herdenking van de spoorwegstaking van 1903, kwamen de zingende omroeper Joop Smits en het zangeresje Francis van Rooy even op de koffie met „zomaar wat lied jes". Smits slaagde er weliswaar niet hele maal in, deze vocale visite ongekunsteld en ongedwongen te houden, maar toch was het een niet onaardig programma onderdeel. Zeer sterk en spannend was het t.v. spel van John Gillies „Bloemen voor de President", dat voor ons de beste afle vering in de door Eimert Kruidhof gere gisseerde serie zondagavond-thrillers werd. Pe grote antipoden van dit verhaal, een nuchter-menselijke, wat gedesillusioneer de Britse wereldhandelsreiziger én een Zuidamerikaanse revolutionair, vonden in Fritz Butzelaar en Leo de Hartogh uit stekende vertolkers. En ook de bijrollen waren zeer goed bezet. Het feit, dat het geheel zich afspeelde in een en dezelfde hotelkamer, droeg zeker bij tot de span ning, maar het maakte het regisseur en spelers extra moeilijk. Een moeilijkheid, die zij prachtig overwonnen. Na deze uitzending, de beste van dit weekend, kwam dan nog de rubriek „Ouderavond", waarin de kinderpsychia ter Dokter van Meurs, gesteund door ont hullende filmbeelden en enige experts, de in ons land nog zo gebrekkige lichame lijke' opvoeding ter sprake bracht. Het tekort van 2000 gymnastieklokalen sprak in deze natuurlijk ook ons het meest aan. J. Damshuizer WIE DE TWEE ééNAKTERS gaat zien waarvan het Hieuw Rotterdams Toneel zaterdagavond in de Rotterdamse Schouwburg de première heeft gegeven, ontmoet Anouilh, Frankrijks grootste levende toneelschrijver weer eens op een tweetal terreinen waar men hem de laatste jaren weinig meer bezig heeft gezien: Anouilh als de goochelaar met klassieke thema's en als onbekommerd diverti mento-auteur. IN DIE EERSTE verschijningsvorm weet hij telkens weer op grandioze wijze ou de vormen te laden met een eigentijdse gedachteninhoud. Zo heeft hij voorheen ge daan met het verhaal van Orpheus en Euri- dice en met Sophokles' Antigone. Ditmaal speelt hij zijn magistrale spel met de my the van Iason en Medea. Deze beide he roën staan in zijn versie, die Euripides' gelijknamige tragedie in scène-opbouw vrijwel op de voet volgt, voor „de" Man en „de" Vrouw die, nadat hun eerste ver liefdheid geweken is, voor de keus komen te staan om te berusten in het compromis van een nederige, klein-menselijke verhou ding, waar ze zich beiden te goed voor achten, of elkander en zichzelf te vernie tigen maar daarbij de volle gloed van hun gevoelens tenminste nog eenmaal op bo venmenselijk niveau te voelen branden. Anouilh toont zich ook hier weer de pleit- IN 1653 SCHREEF Constatijn Huygens, die als een van de grootste Haagse Heren van zijn tijd regelmatig bij verschillende Prinsen van Oranje overhuis kwam en met Breero, Vondel en Hooft tot onze belang rijkste Renaissance-kunstenaars wordt ge rekend, een zo „levensechte" klucht dat in ónze eeuw, die toch wel vertrouwd is met enig rondborstig realisme, we nog met open mond kijken en luisteren naar de dras tische situaties en de rauwe volkstaal die onze gouden-eeuwse voorvader kennelijk zonder blikken of blozen op papier durfde zetten. Er is dus wel enige moed voor nodig om tot opvoering van dit krachtda dig vermaak over te gaan en het heeft dan ook tot 1952 geduurd tot een beroeps gezelschap (de Haagse Comedie) daar ten onzent toe overging, waarna pas vrijdag avond j.l. in Tilburg de toneelgroep Ensem ble voor de tweede maal de sprong heeft gewaagd om ons naar het zeventiende eeuw- se Antwerpen te verplaatsen. MERKWAARDIGERWIJZE blijkt nu ons zuidelijk gezelschap daar minder goed in geslaagd te zijn dan indertijd de Hage naars. Maar ja, die beschikten ook over Ida Wasserman, die er haar hand niet voor omdraait om ons zo'n Vloams maaske van plaisier voor te zetten. Onder de handen van regisseur Max Croiset bleef de pret ditmaal een beetje in het „mannetjes- en vrouwtjes-maken" steken. En daar kan dit stuk onverbloemd voiksrealisme dat 't van de levensechtheid en de onmiddellijke ver staanbaarheid moet hebben, niet tegenop. Men moet deze mensen zo echt en tastbaar mogelijk voor zich zien en vooral.hun weinig ingetogen conversatie kunnen vol gen. Dat laatste punt bleek bij „Ensem ble" de grote handicap. Conny Stuart, in haar actie komisch en fraai-karikaturaal, bleef in. haar Antwerps klapwerk voor 80 percent onverstaanbaar hetgeen de van woordgrappen ritselende dialoog van Huy gens uiteraard onherstelbare schade toe bracht. CULTUURHISTORISCH gezien mag „Trijntje Cornelisdr." dan een merkwaar dig brokje litteratuur zijn, zuiver toneel matig ontbreekt er toch wel heel veel aan de vorm waarin het „Kluchtig avontuur tje", een novelle van Bormeester uit de tijd, door Huygens gegoten is. Het is wel opmerkelijk dat men 300 jaar geleden het in wezen tragische ongeval van de brave Zaanse schippersvrouw, die in Antwer pen wordt dronken gevoerd en beroofd van eer en goed, zo onverdeeld grappig kon vinden, maar het is teleurstellend dat een Nederlands tijdgenoot van Molière én groot dichter als Huygens, die intrige op geen enkele manier heeft weten te ver fijnen of af te ronden. Wat we te zien krijgen geeft een haarscherp beeld van het dagelijks leven uit die tijd en is in een meesterlijke verteltrant geschreven maar dramaturgisch gezien geeft het al leen blijk van nonchalance en/of onver mogen. De voorstelling had overigens op ver schillende punten goede kwaliteiten. De Ina van Faassen en Ton van Duin hoven in „Trijntje Cornelisdr." van Huygens. kostuums van Leontien van Beurden wa ren voorbeeldig en beeldig van kleur het decor van Lou Steenbergen was mis schien wat weinig uitbundig voor de be oogde atmosfeer maar bleek uiterst ver nuftig door de wijze waarop een Antwerps bruggetje in de brug van Trijntje's schuit overging. Toepasselijk en aardig werkten de beiaardierklanken die het geheel om lijstten. TON VAN DUINHOVEN als de pooier achtige figuur die Trijntje Cornelis helpt uitschudden, speelde vooral de proloog en de epiloog voorbeeldig, daarbij prachtig aantonend hoe met behulp van uitgekien de gebarentaal de gecompliceerde Huy- gensverzen over 't voetlicht geholpen kun nen worden. Ina van Faassen als Trijntje Cornelisdr. zelf, blies met bewonderens waardig gemis aan gêne de toch wel onge bruikelijke situaties waarin zij o.a. in de mesthoopscène kwam te verkeren, tintelend leven in. Kleinere rollen werden niet onvermake lijk bijgedragen door Louis van der Steen, Cor van Rijn (mooi!) en invaller Bob Lö- wenstein. Het voornaamste verwijt moet tegen de regie gericht worden. Croiset had meer aandacht moeten besteden aan het plastisch en desnoods door ingrij pende bewerking van de taal overbrug gen van de kloof tussen een modern pu bliek en oerhollandse kluchtigheid uit de Gouden Eeuw, een cultuurperiode die het verdient vaker maar dan ook met meer consideratie voor de hedendaagse toeschouwer, onder onze ogen te worden gebracht. bezorger voor het redelijke en betrekkelij ke, en veroordeelt ook ditmaal de neiging van de idealistische mens om zichzelf te verabsoluteren waaraan het gewone men selijke bestaan dan immers wordt opge offerd. IN DIE WONDERLIJKE vermenging van symbolisme en realisme waarvan Anouilh voor dit soort stukken het dichterlijk ge heim blijkt te bezitten zijn de beide hoofd figuren tot ideale speelrollen uitgegroeid: Medea in al haar barbaarse natuurlijkhed en Iason in zijn onuitstaanbare mannelijke zelfverzekerdheid. Daarvan heeft speciaal Josephine van Gasteren ten volle geprofi teerd. Zij toonde zich een indrukwekkend tragédienne van onverwacht groot for maat, met een indringende fel-nerveuze speeltrant die meer dqn eens in gebaar en intonatie aan Charlotte Kohier deed den ken. Een roluitbeelding die een zo volledig mens tot leven bracht en zo veel sublieme momenten had dat de vaak lelijke houding en talrijke uitspraakfouten plotseling iede re betekenis verloren, omdat het wonder van werkelijk toneelspel alle middelen doet vergeten. Een heel mooie prestatie waaraan regisseuse Elise Hoomans ook ze ker voor een deel debet was. Naast haar was de Iason van Johan Schmitz aanvan kelijk wat zwak, maar zijn pleidooi voor het nieuwe geluk dat hij wil proberen te vinden was heel ontroerend en overtui gend. De Kreoon van Wim Hoddes en Coba Kellings Voedster waren door de regisseu se wel wat erg sterk afgeremd in hun spel zodat zij weinig kans kregen hun figuren genuanceerd uit te werken. Er was zeer goede en goed gebruikte, Grieks klinkende muziek van Mikhs Theo- dorakis, wat al even Grieks klinkt. De kostuums en het eenvoudige achterdoek van Johan Greter hielden bewonderens waardig het midden tussen symbolisch rea lisme en authentiek-Grieks. NA DE PAUZE zagen we Anouilh in de rol van onbezorgde klucht-fabrikant met „l'Orchestre" (Het Damesorkest). Het is een luchtig uitsmijtertje dat echter ietwat hinkt op twee gedachten: Het werkt ener zijds met het cabaret-achtige effect van een keurig dames-orkestje in een badplaats die telkens na afloop van de mierzoete muziekstukjes in alledaags gekeuvel los barsten, maar daardoorheen loopt de ro de draad van een werkelijk dramatisch gebeuren: de hopeloze liefde van de cel liste voor de pianist van het orkestje. De ze intrige wordt zo realistisch tot in de uiteindelijke zelfmoord uitgewerkt dat de lach die door het kluchtig optreden van de dames wordt gewekt eigenlijk enigs zins detonerend botst op het werkelijke drama. Ook doet het grondmotief voor het schrijven van een dergelijk genrestukje „laten we eens bezien wat er voor alge meen-menselijks schuilgaat achter de keu rige fagade van zo'n groepje lieve da mes" rijkelijk ouderwets aan. DE VERTALING van Hans Andreus had hier een werkzaam aandeel in het ko mische resultaat, terwijl het mimisch uit beelden van het musiceren op de ingeblik te muziek meesterlijk bleek ingestudeerd door Dick de Reus. Een aantal fraai ge chargeerde types werd in deze één-akter bijgedragen door Coba Keiling als de chef fin d'orchestre en tevens moederlijk bas- siste, door Carola Gijsbers van Wijk die een mallotige altvioliste bijdroeg, door Ti ne de Vries als een te weinig, en door Fientje Berghegge als een te veel liefde be levende violiste. Steye van Branden berg was onverbeterlijk als de zielige Monsieur Léon, de pianist, die geen raad weet met al de gevoelens van verliefdheid die hij om zich heen zaait. Wellicht door tijdgebrek bij het instuderen maakte de uitvoering als geheel nog niet die puntgave indruk die zeker bereikt zal kunnen wor den en die voor het spelen van een der gelijk niemendalletje ook eigenlijk een ver eiste is. In ieder geval had regisseuse Eli se Hoomans ook hier met behulp van de decors en kostuums van Johan Greter een voor het oog goed verzorgd resultaat be reikt. Het gemis aan diepgang in dit lich telijk onnozele gevalletje zal men overi gens de schrijver van „Medea" gaarne vergeven. Twee jaar geleden liet de litteraire journalist Nol Gregoor de luisteraars ken nis maken met een uit Frankrijk overge nomen vorm van een letterkundig radio programma, het gesprek met een schrij ver. Die conversatie, welke diepgaand en openhartig is bedoeld, wordt uitgesmeerd over een reeks uitzendingen van een kwar tier tot twintig minuten elk. Zo'n massale luisterdichtheid als in som mige gevallen in Frankrijk werd bereikt vooral toen een geboren querulant als Paul Léautaud de ruimte kreeg om alle dierbare huisjes omver te schoppen is de Nederlandse geïnterviewde auteur niet beschoren, gezien het verschil in nationale litteraire belangstelling hier en ginds. Toch kan Gregoor er zeker van zijn een vaste kring van meelevende belangstellen den om de luidspreker te groeperen nu hij met zijn derde reeks, welke aan Hugo Claus is gewijd, is begonnen. Nol Gregoor heeft er slag van gekregen door middel van intelligent opgebouwde gesprekken en door het bewaren van een zekere afstand tot zijn sujet telkens binnen het hem toe gemeten tijdsbestek tot een afronding van het aangesneden vraagstuk te komen of wel de aandacht reeds op het volgende gesprek te richten. Dat laatste deed hij zeer goed tijdens de eerste uitzending met Claus, toen hij na een, uiteraard daarin door een belangrijke en verstandige part ner geholpen, treffende schets van het vroegere en tegenwoordige milieu van de auteur, bij de vraag belandde of de expe rimentele poëzie gezien moest worden in het kader v i nieuwe sociale en politieke aspecten of als de particuliere liefhebberij van de betrokken auteurs. Op dat st-amien werd zondagmiddag tij dens de tweede uitzending uitermate boei end voortgeborduurd. Claus gaf toe dat de graad van onverstaanbaarheid der mo dernste poëzie groter is geworden, maar stelde dat ook in het verleden dichters zel den begrepen werden buiten de beperkte kring dergenen die hun taal- en beeldge bruik konden verstaan. Hij meende zelfs dat die onverstaanbaarheid vereist is voor een goed gedicht. Zelf wilde hij niet „ge lezen worden in elke hut"; slechts zeshon derd mensen in Nederland en twaalf in Vlaanderen kunnen zijn gedichten lezen, aldus naar des schrijvers schatting. Gregoor voerde aan dat Claus' laatste bundel „Een geverfde ruiter" drieduizend kopers had gevonden. De schrijver wees deze belangstelling, juist omdat zij ge grond is op de uiterlijke kwaliteiten van zijn gedichten, af. De hedendaagse dich ter heeft de illusie opgegeven door zijn werk de wereldkoers te kunnen ->-erande- ren, hij uit zich dus in een introvert pro test. Gesprekken als deze kunnen ertoe bij dragen dat het misverstand tussen massa en dichters iets wordt verkleind. Wat daar bij bijzonder prettig aandoet is, dat Gre goor, anders dan in zijn eerste serie met de zeer met hem bevriende Vestdijk, de jongens-onder-elkaar-toon vermijdt. J. H. Bartman Josephine van Gasteren en Coba Keiling in „Medea" van Anouilh bij het Nieyw Rotterdams Toneel. HILVERSUM I. 402 m. 746 kc/s. 7.00 AVRO. 7.50 VPRO. 8.00-24.00 AVRO. AVRO: 7.00 Nieuws. 7.10 Ochtendgym nastiek. 7.20 Lichte grammofoonmuziek. VPRO: 7.50 Dagopening. AVRO: 8.00 Nieuws. 8.15 Prog-ai„ma-overzicht. Aan sluitend: lichte grammofoonmuziek. 9.00 Gymnastiek voor de vrouw. 9.10 De groen teman. 9.15 Klassieke grammofoonmuziek. 9.35 Waterstanden. 9.40 Morgenwijding. 10.00 Arbeidsvitaminen (gr.). 10.50 Voor de kleuters. 11.00 Voor de zieken. 12.00 Licht instrumentaal ensemble, zangsolis ten en accordeonmuziek. 12.20 Regerings uitzending: Voor de landbouw. 12.30 Me dedelingen t.b.v. land- en tuinbouw. 12.33 Lichte orkestmuziek en zangtrio. 13.00 Nieuws. 13.15 Mededelingen, eventueel ac tueel of grammofoonmuziek. 13.25 Beurs berichten. 13.30 Lichte muziek. 14.00 Klas sieke en moderne kamermuziek. 14.40 Schoolradio. 15.00 Met naald en schaar. 15.30 Pianorecital: klassieke en moderne muziek. 16.00 Actualiteiten. 16.30 Voor de jeugd. 17.30 Amateursprogramma. 17.55 New York calling. 18.00 Nws. 18 15 Even tueel actueel. 18.20 Instrumentaal trio. 18.30 Radio-Volksuniversiteit: Research en Ethiek Ethische vragen betreffende de wetenschap en haar invloed op de sa menleving, door prof. dr. R. C. Kwant OESA. 19.00 Voor de kinderen. 19.05 Paris vous parle: gesproken brief uit Parijs. 19.10 Klassieke kamermuziek. (19.20 In leiding tot muziekbegrip, muzikale lezing). 19,55 Carillonbespeling. 20.00 Nieuws. 20.05 Dansorkest en zangsolisten. 21.05 Wat ons bezig houdt, radioforum over ac tuele kwesties. 21.45 Lichte grammofoon muziek. 22.00 Pianorecital: moderne mu ziek. 22.30 Nieuws en mededelingen. 22.40 Actualiteiten. 23.00 Pianorecital (verv.). 23.20 Concertgebouworkest: klassieke mu ziek (gr.) 23.55-24.00 Nieuws. HILVERSUM II. 298 m. 1007 kc/s. 7.Ü0- 24.00 KRO. KRO: 7.00 Nieuws. 7.10 Morgengebed. 7.15 Muziekprogramma, strip voor de jeugd en ber. 7.55 Overweging. 8.00 Nieuws. 8.15 Lichte grammofoonmuziek. 8.50 Voor de huisvrouw. 9.40 Schoolradio. 10.00 Voor de kleuters. 10.15 Lichtbaken, lezing. 10.25 Opera-orkest van Monte Carlo, koor en solisten (opn.): Gewijde muziek. 11.00 Voor de vrouw. 11.30 Lichte grammofoon muziek. 11.50 Volaan.vooruit, lezing. 12.00 Middagklok - noodklok. 12.04 Lichte grammofoonmuziek. 12.30 Mededelingen t.b.v. land- en tuinbouw. 12.33 Populaire gramofoonmuz. 12.55 Katholiek nieuws. 13.00 Nieuws. 13.15 Platen lieuws. 13.30 Metropole orkest en zangsoliste. 14.10 Lich te gramofoonmuz. 14.35 Voor de plat telandsvrouwen. 14.45 Lichte grammofoon muziek. 15.00 Jubileumbijeenkomst t.g.v. het 75-jarig bestaan van de Nederlandse Heidemaatschappij. 16.00 Voor de zieken. 16.30 Ziekenlof. 17.00 Voor de jeugd. 17.45 Beursberichten. 17.50 Regeringsuitzending: Wetenschappelijk onderzoek in de Neder landse Antillen, door Drs. M. Vroman. 18.00 Licht instrumentaal kwartet met zangsolisten. 18.20 Kaarten op tafel, ge sprekken over actuele problemen. 18.30 Ju bileumactie SUS 10, bekendmaking prijs winnaars. 19.00 Nieuws. 19.10 Actualiteiten. 19.25 Lichte grammofoonmuziek. 20.00 Gregoriaanse muziek. 20.20 Modern strijk kwartet. 20.55 Vocaal dubbelkwartet. 21.10 Klein taaigeding. 21.25 Limburgs symfo nieorkest en solisten: moderne en klassie ke muziek. In de pauze: Klein Taaige ding. 22.15 22.25 Boekbespreking. 22.30 Nieuws. 22.40 Vreemd, een keuze uit woord, zang en dans van elders en .anders. 23.10 Lichte grammofoonmu ziek. 23.55-24.00 Nieuws. BRUSSEL 324 m. 12.00 Nieuws. 12.03 Lichte muziek. 12.30 Weerbericht. 12.35 Dixielandmuziek. 12.50 Beursberichten. 13.00 Nieuws. 13.15 Kamer muziek. 14.00 Nieuws. 14.03 Schoolradio. 15.45 Lichte muziek. 16.00 Nieuws. 16.03 Beursberichten. 16.09 Duitse les. 16.24 Pianomuziek. 17.00 Nieuws. 17.15 Voor de kinderen. 17.40 Licht - muziek. 18.00 Nws. 18.03 Amusementsmuziek. 18.18 Paarde- sportberichten. 18.20 Voor de soldaten. 18.50 Radiokronjek. 19.00 Nieuws. 19.40 Lichte muziek. 10.5' Standpunten van de Belgische nijverheid. 20.00 De vloek van Midas, hoorspel. 22.07 Nieuws. 22.15 Mu ziek van Belgische componisten. 22.45 Lichte muziek. 23.00 Nieuws. 23.05-23.45 Lichte muziek. VOOR MAANDAG NTS: 19.30 De kampkok, filmpje uit de oude doos, 19.45 Openb. Kunstbezit: stil le wenken in schilderstukken, lezing. 20.00 Journaal en weeroverzicht. 20.20 Politie ke uitzending: P.v.d.A. AVRO: 20.30 Open het dorp, een terugblik op ue ,grote actie. 21.00 Reportage van de afsluiting van de actie. 22.00 Ballet. NTS: 22.30-22.35 Jour naal. VOOR DINSDAG AVRO: 19.30 Ongewone hobbies, docu mentaire. NTS: 20.00 Journaal. AVRO: 20.20 Actualiteiten. NTS: 20.30 75 Jaar vooruitgang, film t.g.v. het 75-jarig be staan van de Nederlandsche Heide Maat schappij. 20.50 Uganda, documentaire over de nieuwe Afrikaanse staat 21.20 De nachten van Cabiria, speelfilm. 23.05 23.10 Jjurnaal.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1963 | | pagina 7