'n praktische
modeshow voor
iedere vrouw
7a
modeshow
Jan Frederik Helmers
NIEUWE UITGAVEN VOOR DE KLEINEN
SE PROGRAMMA'S
m
Langspeelplaat voor
vluchtelingenhulp
DINSDAG 26 FEBRUARI 1963
poëet-verzetsman, vandaag
150 jaar geleden gestorven
HHH
Keiler Macdonald
WASAUTOMATEN
Programmawiiziging
bij het N.Ph.O.
Maeterlinck-herdenking
Nieuws vanachter
het scherm
nabeschouwingen
De radio geeft woensdag
T elevisieprogramma
OP 26 FEBRUARI 1813, nu 150 jaar
geleden, werd bij het aanbreken van de
dag luid en nadrukkelijk geklopt op de
huisdeur van de Amsterdamse make-
laarszoon, aannemer en dichter Helmers.
Toen zijn zwager, Cornelis Loots, toen
tertijd eveneens een niet ongeëerd litte
rator, de deur opende, zag hij op de
stoep de gendarmes staan van De Celles,
prefect van het Departement van de
Zuiderzee, met een bevel tot in hechte
nisneming van de dichter. Loots liet de
mannen binnen en ging hen zwijgend
voor naar de slaapkamer. Daar lag het
ontzielde lichaam van de in de afgelopen
nacht op 46-jarige leeftijd overleden Jan
Frederik Helmers. De gendarmes staar
den enige ogenblikken naar het stille
gelaat, toen salueerden zij en verlieten
zonder een woord te spreken de woning.
De dood heeft Helmers gevrijwaard
voor gevangenneming, overbrenging
naar Frankrijk en de kogel die de over
weldiger immers steeds gereed heeft
voor de verzetsman in bezet gebied.
'v>
Lx
HELMERS een verzetsman? Ik aarzel
niet hem zo te noemen nu ik mij weer
eens in zijn werk heb verdiept en in de
tijd waarin het tot stand kwam, de zo
genaamde Franse tijd, dus de tijd na de
ondergang van onze Republiek, de tijd van
het Koninkrijk Holland onder Lodewijk
Napoleon en van de inlijving bij het Franse
Keizerrijk. En ik breng in herinnering
hoe het Nederlandse publiek kort voor de
tweede wereldoorlog reageerde als de uit
Duitsland verjaagde Moissi in Schillers
Don Carlos uitriep: „Sire, geben Sie Ge-
dankenfreiheit!" Hoe ontroerde in de be
zettingsjaren Charlotte Kohier ons als ze
met Potgieters woorden Holland noemde:
„Land, ééns het vrijst en gezegendst der
aard." En als Broer Peter in de slotscène
van Gijsbrecht van Aemstel zeide: „De
liefde tot zijn land is ieder aangeboren,"
schoot ons een brok in de keel. Wie die
tijd niet bewust beleefd heeft, zal dit over
dreven vinden, maar het was zo. En al
zulke uitingen behoorden tot het geestelij
ke verzet, waren er misschien wel mede
de ruggegraat van. Wie in die jaren ver
zen schreef waardoor dat innerlijke gevoel
van verweer tegen de onderdrukking werd
versterkt, behoorde tot het verzet en zijn
invloed was, hoe onmeetbaar ook, soms
groot. Ik breng de „Ballade van de acht
tien doden" van Jan Campert in herinne
ring. Is dat gedicht nog levend in ons
volk of is het reeds vergeten?
Helmers een verzetsman, nu dus zonder
vraagteken. Meer verzetsman dan dichter
zelfs, in de betekenis die wij thans aan
dat woord hechten. Reeds Potgieter zag
dat. Terecht zeide hij van Helmers „dat
we zijn beeld liever met eikenblaren dan
met lauwertwijgén omkransen, dat wij
hem als burger hoger stellen dan we het
hem als dichter mogen doen. Daarmee
wordt hem," gaat Potgieter door, „niet te
kort gedaan, want het is groter lof dan
het schijnt, mits ge u den tijd dien hij
beleefde, mits ge u de gezonken natie die
zijn geloof door zijne gebrekkige kunst be
zielde, voor den geest brengt."
DAAR IS IN de eerste plaats het „Frag
ment van een onuitgegeven treurspel", dat
Helmers in 1806 publiceerde en waarvan
de beginregel luidt: „Het vonnis is ge
veld, ja, Grieken, gij wordt slaven!" Dat
vonnis het was voor elke tijdgenoot
overduidelijk was het besluit van Na
poleon de Bataafse Republiek te vervan
gen door het Koninkrijk Holland met zijn
broeder Lodewijk als vorst. Iedereen voor
voelde daarin reeds de inlijving bij het
Keizerrijk die dan ook luttele jaren later
volgde. Daar is voorts het gedicht „Ter
bemoediging", in 1810 geschreven en uit
gegeven nog juist voor de Franse censuur
hier optrad. Helmers wie het mateloos er
gerde dat in dit tijdperk van ellende en
vernedering velen nog „naar schouwburg,
danszaal, feest en hof" bleven gaan, schil
derde het „hartverplett'rend heden" in
schrille kleuren, maar gaf tevens uiting
aan zijn- onwankelbaar vertrouwen in de
bevrijding van het vaderland. Daar is in
de derde, de laatste en voornaamste plaats
het grote gedicht „De Hollandsche Natie,"
waaraan Helmers tien jaar gewerkt heeft
en dat hij in het licht gaf in 1812, in het
tijdperk van Neerlgnds diepste verval. Er
zijn weinig Nederlandsche dichtwerken,
waarmee zo gespot en zo gesold is als
met deze dithyrambe in zes zangen. En
dat is begrijpelijk. Helmers was een man
in wie de vaderlandsliefde tot opgewon
denheid was geworden, een man die zich
naar de uitlating van een. letterkundige
bedronken had aan de historische wijn
van twee eeuwen oud" en voor wie niets
hoger, niets vererenwaardigers bestond
dan het „heilig, goddelijk voorgeslacht".
In dat opzicht is Potgieter met zijn ro
mantische verheerlijking van de gouden
eeuw een leerling van Helmers. Van die
bewondering voor het verleden, van die
smart om het rampspoedige heden legt de
dichter getuigenis af in verzen die wij
hoogdravend, gezwollen, bombastisch,
pompeus noemen en die dat ook werkelijk
zijn. Daarover valt niet te redetwisten.
Maar wanneer hij hen die het Franse juk
slaafs aanvaardden, vol verontwaardiging
zijn haatverzen in het gelaat slingert, dan
doen die dreunende vervloekingen mij den
ken aan de dikwijls kunsteloze, maar eer
lijke verzen uit het verzet die later ge
bundeld zijn in het „Geuzenliedboek". Ik
denk aan de N.S.B.-ers en landverraders
als ik bij Helmers lees:
Dat hij verga, die, diep verbasterd,
Den vaderlandschen grond miskent,
Den grond van zijn geboorte lastert,
En 't heilig graf der vadren schendt!
Hij leev', maar leve een slaaf der sla
ven!
Zijn rif, verworpen, onbegraven,
Zij 't aas, waarop 't gevogelt' brast!
Zijn naam zij elk een vloek in de ooren,
En 't kroost, den onverlaat geboren,
Zij eeuwig met dien vloek belast.
IN ZES ZANGEN vol daverende alexan
drijnen geeft de dichter ons een beeld van
Nederland zoals het was: de helden ter
zee, de helden te land, de geleerden, de
kunstenaars, zij vormen het onderwerp van
uitvoerige lyrische loftuitingen. Steeds
weer noemt Helmers moed, verdraagzaam
heid, eenvoud, godsdienstzin en vader
landsliefde de deugden waardoor het voor
geslacht zich onderscheidde, waardoor het
Nederland groot maakte. Wil men nu spre
ken van een „rhetorische, compositorisch
slecht sluitende, onvolledige cultuurge
schiedenis op rijm," zoals Stuiveling zegt,
dan kan men met dat meedogenloze von
nis slechts instemmen onder het beding,
dat moed en de hoge opvatting van het
dichterschap in tijden van druk van gro
ter waarde zijn dan de edelste verzen. Hel
mers heeft en riiet zonder succes
getracht het Nederlandse volk, dat de nei
ging had gelaten bij de pakken te gaan
neerzitten, uit zijn ontmoediging op te hef
fen. En hij deed dat in een tijd dat spre
ken gevaarlijker was dan zwijgen; hij
deed dat met doodsverachting en door ede
le motieven gedreven. En daarvoor neem
ik dan zijn schrille kleuren en zijn ge
zwollen taal maar op de koop toe.
Er is eens een aardige vergelijking ge
trokken tussen Helmers en een wandelaar
in de bergen. Zoals de laatste steeds weer
huiverend getrokken wordt naar de rand
van de afgrond waarlangs zijn pad leidt,
zo wordt Helmers onweerstaanbaar getrok
ken tot voorstellingen die hem doen hui
veren en met schrik terugtreden, maar
die een magische aantrekkingskracht op
hem blijven uitoefenen. Van Schaffelaar
die zich „te bersten springt," Albrecht
Beilinc die zijn woord gestand doet en le
vend wordt begraven. Willen van Oranje,
Reinier Claassens, ..die in 't sneuvelen
Advertentie
Zijlstraat 56 Telefoon 11828
Door een groot aantal zieken, speciaal bij
de strijkers, moet op het concert van het
N.Ph.O., dat hedenavond zal plaatshebben,
het aangekondigde werk „Musique funè-
bre" van Witold Lutoslawski komen te
vervallen.
In de plaats hiervan zal worden uitge
voerd het Fluitconcert in D gr. t. KV 314
van Mozart. Solist is de solo-fluitist van
het N.Ph.O. Pieter Odé.
Pieter Odé werd in 1932 geboren. Hij
studeerde aan het Amsterdams Conserva
torium onder leiding van Paul Loewer en
behaalde aldaar in 1950 zijn einddiploma.
Daarna studeerde hij gedurende twee jaren
te Parijs als leerling van René le Roy.
Pieter Odé is reeds verschillende malen
met orkest en in recitals opgetreden, zo
wel in Nederland als ook in Duitsland
Frankrijk en Italië. Sedert 1956 is hij solo
fluitist van het Noordhollands Philharmo
nisch Orkest.
Advertentie
Een Modeshow, die u alle
mogelijkheden van de nieuwe
lente- en zomermode 1963
toont. Geen extravagante
modellen maar mode, die u
zelf kunt maken, die u zelf
graag dragen zult.
5 aardige mannequins tonen
u mode in alle maten, voor
alle maten (ook de grote),
'n Kans, die niemand missen
mag. Zorg daarom dat u
tijdig een plaatsbewijs hebt
f 1.- voor de
LIBELLE MODESHOW
in Café-Restaurant Brinkmann,
(Hildebrandzaal) ingang Smede-
straat te Haarlem op maandag, 4
maart en dinsdag, 5 maart 1963.
Aanvangstijden
Ie show 14.30 uur
2e show 19.00 uur
3e show 21.15 uur
Kaartverkoop aan het Libellehuis,
Nassauplein 3 op donderdag, 28
februari en vrijdag, 1 piaart van
10 -12 uur en 14 -16 uur, alsmede
aan de zaal een uur voor aanvang
van elke show.
voor de eer des lands aen zuivere wellust
vond," dat zijn helden naar het hart van
de dichter. En gezien de tijd waarin de
verzen aan hun nagedachtenis gewijd, zijn
ontstaan, behoeft het niet te verwonderen
dat ze door veien werden bewonderd en in
het geheim voorgedragen, zoals ze later
door velen zijn gesmaad en in het open
baar geridiculiseerd. En wat is gemakke
lijker dan dat? Helmers geeft ons kans
op kans. Wanneer hij Evertsens dood voor
het vaderland heeft verhaald, vaart hij in
opgewonden geestdrift voort:
O wie bij dit verhaal zijn borst niet
voelt ontgloeijen, Niet naar zijn tombe
sneltdaar niet een trafin Iaat yiflertejm
Daar niét. met bloote kruin, het kou
de marmer kust, Waaronder 't over
schot dier martelaren- rust. Daar God
niet knielend dankt met zaamgeklem-
de handen, Verdient des mijn s'rafs
lot in 's aardrijks ingewanden.
DIT IS SLECHTS één voorbeeld; er zijn
er tientallen in Helmers werk te vinden.
En toch er blijven passages in zijn ge
dichten die mij iets doen. Wanneer hij in
het gedicht (Amsterdam) een vreemde
ling tevergeefs naar de grote en eertijds
roemruchte koopstad laat zoeken, vinden
wij dat overdreven en onecht. Maar laten
wij niet vergeten dat Amsterdam in 1812
leek op Amsterdam in de hongerwinter.
Het aantal armlastigen liep in de tiendui
zenden; er stonden 2000 huizen leeg, waar
van het afbreken een broodwinning was;
het gras groeide er in de straten; gedu
rende het gehele jaar vielen er 40 schepen
binnen; de predikanten, die uit de staats
kas betaald werden, leden de zwartste ar
moede en zwierven soms met hun gezin
nen hongerend en bedelend rond; talrijke
jongemannen doken onder om de conscrip
tie te ontgaan. In dit licht bezien was de
vraag: is dit nog Amsterdam, de eens zo
rijke en bloeiende koopstad, niet meer
rhetorisch, maar realistisch. De dichter
vergelijkt de stad dan met de rivier de
Rijn, machtig en breed in zijn bovenloop,
nietig bij de monding. Zijn vreemdeling
heeft de rivier uit het oog verloren:
Hij zoekt hem weer, bij Katwijks
duin gekomen, Hij zoekt hem, maar
hij vindt hem niet. Vol weemoed staart
hij rond en ziet Slechts een versmade
beek die wegkrimpt in het riet.
In zulke regels is Helmst voor m:i toch
werkelijk een dichter.
OOK IN DIT GEDICHT, zo goed als in
De Hollandsche Natie verwijlt de dich
ter bij het droeve heden, maar richt dan
de blik op de toekomst. Nederland zal her
rijzen, dat had de lijfspreuk van Helmers
kunnen zijn, zoals het de lijfspreuk van-
zo menig Nederlander in onze bezettings
tijd was. Nederland zal herrijzen. Hel
mers heeft er nooit aan getwijfeld. Die
zekerheid heeft hem geïnspireerd, ze heeft
hem de kleinmoedigheid van zijn landge
noten doen bestrijden met het enige wapen
dat hij hanteerde: de pen. De bevrijding
zelf heeft hij niet beleefd. Maar hij heeft
haar voorbereid met onwankelbare trouw
en met doodsverachting. Daarvoor ver
dient hij een eresaluut, nu, na 150 jaar
Dr. F H. Schroder
Het Benelux-Comité organiseert vrijdag
avond a.s. een Maeterliyck-herdenking in
de Rolzaal van het Haagse Binnenhof. Op
de bijeenkomst zal het woord worden ge
voerd door dr. Victor E. van Vriesland én
de Belgische letterkundige en Maeter-
linckkenner Roger Bodart.
De herdenking valt in het kader van het
Maeterlinck-jaar ter gelegenheid van de
100e verjaardag van Maeterlincks geboor
te. op 29 augustus 1862. In de loop van
dit jaar wordt de in 1949 overleden Bel
gische schrijver, die een der grootste Bel
gische symbolisten is geweest, in vele lan
den herdacht met tentoonstellingen, bijeen
komsten en opvoering van zijn werken.
In het eerstvolgende „Domino"-program-
ma van de AVRO, dat op 10 maart a.s.
uitgezonden wordt, zullen twee Franse ve
detten optreden, t.w. de bekende chanson-
nière Simone Langlois en haar collega
Felix Martin, die mede als filmacteur be
kendheid verwierf.
Herman Kuiphof, de sportredacteur van
de VPRO, heeft in samenwerking met de
Amsterdamse journaliste Ank van Zach-
ten, een begin gemaakt met de voorberei
ding van een documentaire, gewijd aan de
prestaties van de vrouw in de Olympische
Spelen. Dit programma, waarin misschien
ook Olympische beroemdheden als Rie
Mastenbroek en Fanny Blankers-Koen op
treden, zal een onderdeel worden vrn het
avond-programma van 6 april a.s.
Ongewoon groot was het aantal positie
ve reacties, dat de AVRO ontving op de
documentaire „Ongewone Hobbies", die
op 29 januari j.l. uitgezonden werd. Tien
tallen briefschrijvers wilden meer weten
over de (eigen)- bpuw van een elektronisch
orgel. Tal van andere kijkers toonden zich
geïnteresseerd in het aanleggen van een
collectie tinnen figuren en ook mocht blij
ken, dat nog vele Nederlanders verwoede
verzamelaars van antieke gramophone-rol
len zijn. Wij waren niet bepaald geest
driftig over de vormgeving van deze do
cumentaire en leerden ook hier weer uit,
dat voor vele t.v,-kijkers de inhoud van
sommige programma's het belangrijkst is.
Maar wij houden ons toch aan de stelling,
dat de verpakking, de vorm, de presenta
tie toch even belangrijk is.
De bekende beeldhouwer Couzijn krijgt
voor het avondprogramma van 18 maart
van Zijl, op bezoek in zijn atelier.
Veelbelovende litteraire ontmoetingen in
de Rijksdelen.
De heren H. A. Gomperts en Hans Kei
Dertien artiesten van wereldnaam zin
gen op een „All-star festival" getitelde
langspeelplaat, die in 110 landen ten bate
van het werk van de hoge commissaris der
Verenigde Naties voor vluchtelingen ver
kocht gaat worden. Een Nederlands idee
van Geert Elfferich is via de UNO
uitgegroeid tot een wereldactie, waarvan
verwacht wordt dat zjj tenminste vele
miljoenen guldens zal opbrengen. De plaat
is vanaf heden in ons land te koop voor
7.50: de eerste persing voor ons land is
50.000 stuks. Naar schatting zijn er voor
de verkoop in de 110 landen 700.000 gepro
duceerd.
Artiesten, tekstdichters, componisten en
platenmaatschappijen hebben hun mede
werking belangeloos verleend: Mahalia
Jackson met de zelfgeschreven gospelsong
„Nobody but you, Lord", Bing Crosby en
Louis Armstrong met „Lazy River", Ella
Fitzgerald met „All of me", Nat King Cole
met „When you belong to me", Doris Day
met „The everlasting "arms" en Petty Page
met „First star I see tonight", het trio Los
Paraguayos met „Adonde vas Nino?",
Edith Piaf met „Je m'imagine" en Maurice
Chevalier met „La vie est une belle fille",
Anne Shelton met „Green Sleeves". Cate-
rina Valente met „La Golondria", de
Griekse Nana Mouskouri met „Ximeroni
(De dageraad).
BEELDBUIS ZONDER LIJNEN
Oostduitse technici hebben een nieuw
televisietoestel geconstrueerd, dat dank zij
een nieuw elektro-fnagnetisch systeem ge
heel zonder beeldlijnen werkt, aldus het
Oostduitse persbureau ADN. Het nieuwe
toestel zal te zien zijn op de voorjaarsbeurs
van Leipzig, die zondag wordt geopend
Het apparaat, dat in zier weken tijd is
or' vanaf het midden dit
jaar in elke t.v.-ontvanger van betr'ókken
firma worden geplaatst.
BI] DE UITGEVERIJ Holland-Amster
dam verschenen drie delen in de Serie
Boekjes van de bonte wonderboom. Wat
uitvoering en inhoud betreft is er geen
inzinking te bespeuren in deze bijzonder
'raaie serie voor het kleine kind, die wij
verleden jaar met zoveel vreugde be
groetten. Alle drie delen zijn wederom
met een hoogst aantrekkelijk omslag en
uitstekende illustraties van Babs van
Wely. Zij kwamen in deze volgorde uit:
Deel 5: De geheimen van Turilan, door
Harriet Laurey. Deel 5: De gouden gi
taar, door Paul Biegel. Deel 6: Kareltje
Wever, door Bouke Jagt.
IK HOOP de twee laatste auteurs niet
tekort te doen, want ook hun tekst is
boven het gemiddelde, als ik de voor
keur geef aan het verhaal van Harriët
Laurey. Want dat is namelijk helemaal
goed. U moet eens even naar het begin
luisteren: Op een avond, toen de zomer
bijna voorbij was, bedacht het aard
mannetje Turilan, dat hij nu toch eigen
lijk lang genoeg op deze wereld had
rondgezworven. Hij voelde zich oud en
moe en verlangde ernaar een hemel
mannetje te worden, net als alle andere
aardmannetjes die hij vroeger gekend
had. Geuren deze regels niet naar ho
ning, doseren zij niet precies de poëzie
die het kleine kind in zich kan opne
men? Deze geur zal ons bijblijven, het
hele verhaal door, waarin Turilan zijn
twee schatten moet toevertrouwen aan
wie ze waard zijn en hoe de twee be
wijzen dat ze die waard zijn. Onderwijl
paste de schrijfster ook nog de moei
lijke kunst van het weglaten toe door
Turilan, die immers op de eerste blad
zijde reeds „precies weet hoe dat ge
beuren moet", die overgang van aard
mannetje naar hemelmannetje, eens
klaps verdwenen te laten zijn, als zijn
taak vervuld is. Geen ogenblik laat de
idee ons los dat het verhaal een dubbe
le bodem heeft, in de geheimzinnige
betekenis. In de laatste regels onthult
de schrijfster ons die, als de koning
aan wie de kristallen bol, tot "de kleine
jongen aan wie de toverwaaier toever
trouwd werd, zegt: Turilan heeft ons
tot bondgenoten gemaakt. Dat was het.
Dit is niet zomaar een sprookje, dit is
het schuchtere begin tot de mythe. Er is
iets kostbaars gelegd in de handen van
die twee, zij moeten het behoeden, hier
ligt de kern van een queeste, en ten
slotte is er een vol bondgenootschap in
het goede. Een waardevol verhaal dat.
op de meest ongezochte en volmaakt
kinderlijke wijze inleidt tot de grote
litteratuur.
DE GOUDEN gitaar van Paul Biegel
is een allerliefst vertelsel over de een
zame veldmuis Jodokus die zo mooi
gitaar spelen kan. Hoewel de boze uil
Braat, de pikzwarte kat Lauw en zelfs
de waterrat Upo, die later nog niet zo
kwaad blijkt te zijn, wel wat erg drei
gende figuren genoemd mogen worden,
is het geheel toch niet te beangstigend
en gelukkig loopt alles goed af voor
Jodokus met zijn lieve Mia. De dialo
gen zijn hier en daar bijzonder aardig.
KARELTJE WEVER van Bouke Jagt
is de geschiedenis van een spinnetje
van die naam en zijn ontmoetingen.
Bouke Jagt is niet zonder talent om te
schrijven voor het jonge kind en zoals
ik hierboven reeds zei, ook haar tekst
is boven het gemiddelde goed. Maar
waar wij het bij deze bijzondere serie
wel mogen wagen een vrij hoge norm
te stellen, moet ik haar toch waarschu
wen het zich niet te gemakkelijk te
maken. Meteen al in het begin zegt
Kareltje omdat de zon schijnt: dan is
het vandaag zondag.als het regende
was het een regendag, als de maan er
was heette het maandag. Een dergelijk
flauw woordenspelletje verrukt het kind
alleen als het 't zelf verzint. Er zijn
wel meer pogingen tot woordenspel in
dit, vrijwel geheel uit dialogen opge
bouwde, verhaal. Sommige ervan zijn
geslaagd, zullen het kind treffen en in
zijn geheugen blijven hangen.
Babs van Wely overtrof zichzelf in de
mooie illustraties, waarbij zij aardige
technieken toepaste, de grasjes, de
stofuitdrukking van een kledingstuk en
zo meer.
SCHADUW OVER „HET LICHTBAKEN"
Onderhandelingen zijn gaande over
wijziging van de radiorubriek „Het Licht
baken", die de KRO wekelijks uitzendt en
die wordt verzorgd door pater Ch. Knib-
beler, mOntfortaan, van de „Bond zonder
Naam" te Haarlem.
De „Bond zonder Naam" heeft de KRO
een compromisvoorstel gedaan. Het al of
niet aanvaarden van dit voorstel zal, naar
pater Knibbeler meedeelt, beslissend fcijn
voor de verdere samenwerking tussen de
omroepvereniging en de bond. De onder
handelingen dateren van vorig jaar. De
KRO achtte wijziging in de bestaande toe
stand noodzakelijk. „'Het Lichtbaken" zou
volgens het KRO-bestuur aldus pater
Knibbeler moeten worden gewijzigd
wat gerichtheid en spreker betreft.
BI] DEZELFDE uitgever drie eerste
delen in een nieuwe serie die De bonte
reuzenboeken heet. Ik begrijp eerlijk
gezegd niet goed wat deze serie naast
die van De bonte wonderboom, moet.
Het formaat, de uitvoering en de lengte
van de tekst zijn in beide series gelijk.
Is het soms als met de medicamenten, als
iets wel loopt wordt iets gelijkwaardigs,
onder een andere naam, op de markt
gebracht? Wij treffen hier twee van de
drie auteurs van de vorige genoemde
serie aan en omslag en illustraties zijn
ook hier van de meesterhand van Babs
van Wely.
HET GROTE BOEK, door Paul Bie
gel behelst meer actie dan zijn verhaal
over de veldmuis, mogelijk door het in
voeren van de mensenwereld. Het is
alles met dezelfde lieve aandacht ver
teld, een geslaagd boek.
Hopla het feestvarken door flarriët
Laurey, mist het fascinerende van haar
Turilan, maar is geheel passend bij de
titel een waarlijk feestelijke geschiede
nis van de blijde big Hopla. Het moede
loos veulen dat een droompaard wordt
zorgt voor het geheimzinnige, het om
de dingen heen kijken, waarin deze
schrijfster zo uitmunt.
De rode ponnie door Mies Bouhuys
blijft niet onder de maat van deze be
kende schrijfster van kinderboeken. Zij
deed een leuke vondst door Ot en Sien
op de boerderij, waar zoveel geheim
zinnigs gebeurt, mee te laten spelen.
Ik was soms wel even bang dat het
verhaal hier en daar te verwarrend is
voor al te jeugdige lezers.
Beide series warm aanbevolen voor
het jonge kind.
Ier, die ten behoeve van hun rubriek
.Litteraire Ontmoetingen", eén reis naar
Suriname en de Antillen maakten, zijn vrij
dag j.l. in ons land teruggekeerd met de
indrukken en het filmmateriaal, nodig om
ons in een tweetal uitzendingen een wel
licht verrassend overzicht te geven van
de literatuur der genoemde Rijksdelen. Met
medewerking van (o.a.) de Surinaamse
cameraman Cederboom (een leerling van
de bekende filmer Peter Creutzberg) maak
ten zij in Suriname opnamen van inter
views met Albert Helman (Lou Lichtveld),
met de scherpzinnige criticus Drs. Hein
Eersel en met de hier minder bekende
letterkundige Henny de Ziel, die onder het
pseudoniem Trefossa vele fijnzinnige ge
dichten schreef. Deze ontmoetingen zullen
op het scherm komen in de AVRO-uitzen-
ding van 6 maart a.s. Vermoedelijk zal
hieraan ook de grote Suriname-kenner,
professor Van Lier, medewerken. In de
volgende aflevering van deze rubriek krij
gen de kijkers een profiel van het letter
kundig leven der Nederlandse Antillen.
Daarvoor werden o.m. ontmoetingen met
(goeverneur) Cola Debrot, en met diens
litteraire collega's Boelie van Leeuwen en
Chris Engels op film vastgelegd.
Damshuizer
HILVERSUM I. 402 m. 746 kc/s. 7.00
VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA.
19.30 VPRO. 20.00-24.00 VARA.
VARA: 7.00 Nieuws. 7.10 Ochtendgym
nastiek. 7.20 Socialistisch strijdlied. 7.23
Lichte ochtendklanken (gr.) (7.35 Van de
voorpagina, praatje). 8.00 Nieuws. 8.18
Lichte grammofoonmuziek. 8.40 Orgelspel.
9.00 Gymnastiek voor de vrouw. 9.10 Kook-
praatje. 9.15 Klassieke grammofoonmuziek.
9.35 Waterstanden. 9.40 Schoolradio.
VPRO: 10.00 Inzicht en uitzicht, lezing.
10.05 Morgenwijding. VARA: 10.20 Voor de
vrouw. 11.00 Radio-Volks-Universiteit:
Nieuwe filmoogst, door H. Wielek. 11.30
Operetteklanken (gr.). 12.00 Voor het plat
teland. 12.05 Lichte grammofoonmuziek.
(12.30-12.33 Mededelingen t.b.v. land- en
tuinbouw). 13 00 Nieuws. 13.15 Italiaans en
semble en zangsolist. 13.45 Gesproken por
tret. 14.00 Jeugdconcert. 14.45 Volksliedjes
en -dansen. 15.00 Is er nog ergens ruim
te?, toespraak. 15.10 Voor de jeugd. 17.00
17.30 Tentoonstellingsagenda. 17.35 Licht
instrumentaal trio. 17.50 Regeringsuitzen
ding: Geven en nemen, tips voor wegge
bruikers. 18.00 Nieuws en commentaar.
18.20 Actualiteiten. 18.30 Radio-Volks-Uni
versiteit: Research en ethiek. De weten
schap, de wetenschappelijk onderzoeker
en de vooruitzichten van het menselijk
leven, door dr. J. Voogd. 19.00 Voor de
kinderen.19.10 VARA-Varia en lichte gram
mofoonmuziek. VPRO: 19.30 Voor de jeugd.
VARA: 20.00 Nieuws. 20.05 Pennies from
heaven: amusementsmuziek. 20.40 Kaf en
koren, wekelijkse notities. 20.50 Lichte
grammofoonmuziek. 21.00 Dit is Uw leven.
22.00 Het puik van zoete kelen: operamu
ziek met commentaar. 22.30 Nieuws. 22.40
Jazzmagazine. 23.15 Europese kampioen
schappen biljarten 71/2 te Den Helder.
23.20 Weerklank: muziek-revue. 23.55-24.00
Nieuws.
HILVERSUM II. 298 m. 1007 kc/s. 7.00-
24.00 NCRV.
NCRV: 7.00 Nieuws en SOS-berichten.
7.10 Dagopenihg. 7.25 Klassieke kamermu
ziek. 7.45 Radiokrant. 8.00 Nieuws. 8.15
Lichte grammofoonmuziek. 9.00 Voor de
zieken. 9.35 Gitaarmuziek (gr.). 9.40 Voor
de vrouw. 10.10 Grammofoonmuziek. 10.15
Morgendienst. 10.45 Geestelijke liederen.
11.15 De jeugd op eigen wieken, hoorspel
(7). 11.45 Militaire orkesten (gr.). 12.05
.Op de man af, praatje. 12.10 Lichte mu
ziek. 12.30 Mededelingen t.b.v. land- en
tuinbouw. 12.33 Grammofoonmuziek. 12.37
Middagpauzedienst. 13.00 Nieuws. 13.15
Licht instrumentaal kwintet. 13.45 Moder
ne grammofoonmuziek. 14.50 Wie luistert
mee?, lessen in het muziekbeluisteren.
15.20 Moderne muziek voor klavecimbel
en slagwerk. 15.40 Klassieke grammofoon
muziek. 15.50 Bijbelvertelling voor de
jeugd. 16.00 Voor de jeugd. 17.15 Jazzmu
ziek. 17.40 Beursberichten. 17.45 Licht in
strumentaal kwartet. 18.05 Koorzang. 18.30
Het Spektrum, lezingen. 18-45 Nieuwe
grammofoonplaten. 19.00 Nieuws en weer
bericht. 19.10 Mededelingen of grammo
foonmuziek. 19.15 Leger des Heilskwartier
(gr.). 19.30 Radiokrant. 19.50 Klassieke
grammofoonmuziek. 20.05 Gewijde muziek
en liederen. 21.00 Nederlandse Himalaya
Expeditie 1962, lezing. 21.20 Lichte gram
mofoonmuziek. 21.45 Actualiteiten. 22.00
Geestelijke liederen. 22.20 Grammofoon
muziek óf actualiteiten. 22.30 Nieuws. 22.40
Avondoverdenking. 22.55 Lichte grammo
foonmuziek. 23.30 Nachtmuziek. 23.55-24.00
Nieuws.
BRUSSEL, 324 m.
12.00 Nieuws. 12.03 Lichte muziek. 12.30
Weerbericht. 12.35 Gevarieerde muziek.
12.50 Beursberichten. 13.00 Nieuws. 13.15
Kamermuziek. 14.00 NieuWs. 14.03 School
radio. 15.00 Koorzang. 15.30 Symfonische
muziek. 16.00 Nieuws. 16.03 Beursberich
ten. 16.09 Engelse les. 16.24 Lichte mu
ziek. 17.00 Nieuws. 17.15 Fluit on clave-
cimbel: kamermuziek. 17.45 Klassieke mu
ziek. 18.00 Nieuws. 18.03 Nieuws. 18.03
Grammofoonmuziek. 18.10 Uitzending van
filosofie en lekenmoraal. 18.30 Voor de sol
daten. 18.50 Radiokroniek. 19.00 Nieuws.
19.40 Koorzang. 19.45 Muziek voor de
jeugd. 20.00 Amusementsmuziek. 21.00 Mu
ziek van Belgische componisten. 22.00
Nieuws. 22.15 Internationaal volksdansfes-
tival 1962 te Schoten. 22.35 De zeven kun
sten. 23.00 Nieuws. 23.05 Lichte orkestmu
ziek. 23.55 Nieuws. 24.00-0.45 Voor de zee
lieden.
VOOR DINSDAG
KRO: 19.30 O, die Ambtenaren, licht
programma. NTS: 20.00 Journaal. KRO:
20.20 Brandpunt. NTS: 20.35 (In samen
werking met de Duitse en Oostenrijkse te
levisie): Die Kaiserin, operette. 23.30-23.35
Journaal.
VOOR WOENSDAG
KRO: 17.00 Voor de kinderen. 17.15 Vei
lig 'verkeer. 17.25 Voor de kinderen. NTS:
17.35-17.45 De Verrekijker, jeugdjournaal.
KRO: 19.30 Van onze sportredacteur. NTS:
20.00 Journaal en weeroverzicht. KRO:
20.20 Brandpunt. 20.45 Vloekjes bij de thee,
gevarieerd programma, (dl.3). 21.00 Piste,
variété-programma. 21.40 De grenzen van
het leven, documentair programma. 22.15
Epiloog. NTS: 22.25-22.30 Journaal.