'n praktische modeshow voor iedere vrouw 7a modeshow Jan Frederik Helmers NIEUWE UITGAVEN VOOR DE KLEINEN SE PROGRAMMA'S m Langspeelplaat voor vluchtelingenhulp DINSDAG 26 FEBRUARI 1963 poëet-verzetsman, vandaag 150 jaar geleden gestorven HHH Keiler Macdonald WASAUTOMATEN Programmawiiziging bij het N.Ph.O. Maeterlinck-herdenking Nieuws vanachter het scherm nabeschouwingen De radio geeft woensdag T elevisieprogramma OP 26 FEBRUARI 1813, nu 150 jaar geleden, werd bij het aanbreken van de dag luid en nadrukkelijk geklopt op de huisdeur van de Amsterdamse make- laarszoon, aannemer en dichter Helmers. Toen zijn zwager, Cornelis Loots, toen tertijd eveneens een niet ongeëerd litte rator, de deur opende, zag hij op de stoep de gendarmes staan van De Celles, prefect van het Departement van de Zuiderzee, met een bevel tot in hechte nisneming van de dichter. Loots liet de mannen binnen en ging hen zwijgend voor naar de slaapkamer. Daar lag het ontzielde lichaam van de in de afgelopen nacht op 46-jarige leeftijd overleden Jan Frederik Helmers. De gendarmes staar den enige ogenblikken naar het stille gelaat, toen salueerden zij en verlieten zonder een woord te spreken de woning. De dood heeft Helmers gevrijwaard voor gevangenneming, overbrenging naar Frankrijk en de kogel die de over weldiger immers steeds gereed heeft voor de verzetsman in bezet gebied. 'v> Lx HELMERS een verzetsman? Ik aarzel niet hem zo te noemen nu ik mij weer eens in zijn werk heb verdiept en in de tijd waarin het tot stand kwam, de zo genaamde Franse tijd, dus de tijd na de ondergang van onze Republiek, de tijd van het Koninkrijk Holland onder Lodewijk Napoleon en van de inlijving bij het Franse Keizerrijk. En ik breng in herinnering hoe het Nederlandse publiek kort voor de tweede wereldoorlog reageerde als de uit Duitsland verjaagde Moissi in Schillers Don Carlos uitriep: „Sire, geben Sie Ge- dankenfreiheit!" Hoe ontroerde in de be zettingsjaren Charlotte Kohier ons als ze met Potgieters woorden Holland noemde: „Land, ééns het vrijst en gezegendst der aard." En als Broer Peter in de slotscène van Gijsbrecht van Aemstel zeide: „De liefde tot zijn land is ieder aangeboren," schoot ons een brok in de keel. Wie die tijd niet bewust beleefd heeft, zal dit over dreven vinden, maar het was zo. En al zulke uitingen behoorden tot het geestelij ke verzet, waren er misschien wel mede de ruggegraat van. Wie in die jaren ver zen schreef waardoor dat innerlijke gevoel van verweer tegen de onderdrukking werd versterkt, behoorde tot het verzet en zijn invloed was, hoe onmeetbaar ook, soms groot. Ik breng de „Ballade van de acht tien doden" van Jan Campert in herinne ring. Is dat gedicht nog levend in ons volk of is het reeds vergeten? Helmers een verzetsman, nu dus zonder vraagteken. Meer verzetsman dan dichter zelfs, in de betekenis die wij thans aan dat woord hechten. Reeds Potgieter zag dat. Terecht zeide hij van Helmers „dat we zijn beeld liever met eikenblaren dan met lauwertwijgén omkransen, dat wij hem als burger hoger stellen dan we het hem als dichter mogen doen. Daarmee wordt hem," gaat Potgieter door, „niet te kort gedaan, want het is groter lof dan het schijnt, mits ge u den tijd dien hij beleefde, mits ge u de gezonken natie die zijn geloof door zijne gebrekkige kunst be zielde, voor den geest brengt." DAAR IS IN de eerste plaats het „Frag ment van een onuitgegeven treurspel", dat Helmers in 1806 publiceerde en waarvan de beginregel luidt: „Het vonnis is ge veld, ja, Grieken, gij wordt slaven!" Dat vonnis het was voor elke tijdgenoot overduidelijk was het besluit van Na poleon de Bataafse Republiek te vervan gen door het Koninkrijk Holland met zijn broeder Lodewijk als vorst. Iedereen voor voelde daarin reeds de inlijving bij het Keizerrijk die dan ook luttele jaren later volgde. Daar is voorts het gedicht „Ter bemoediging", in 1810 geschreven en uit gegeven nog juist voor de Franse censuur hier optrad. Helmers wie het mateloos er gerde dat in dit tijdperk van ellende en vernedering velen nog „naar schouwburg, danszaal, feest en hof" bleven gaan, schil derde het „hartverplett'rend heden" in schrille kleuren, maar gaf tevens uiting aan zijn- onwankelbaar vertrouwen in de bevrijding van het vaderland. Daar is in de derde, de laatste en voornaamste plaats het grote gedicht „De Hollandsche Natie," waaraan Helmers tien jaar gewerkt heeft en dat hij in het licht gaf in 1812, in het tijdperk van Neerlgnds diepste verval. Er zijn weinig Nederlandsche dichtwerken, waarmee zo gespot en zo gesold is als met deze dithyrambe in zes zangen. En dat is begrijpelijk. Helmers was een man in wie de vaderlandsliefde tot opgewon denheid was geworden, een man die zich naar de uitlating van een. letterkundige bedronken had aan de historische wijn van twee eeuwen oud" en voor wie niets hoger, niets vererenwaardigers bestond dan het „heilig, goddelijk voorgeslacht". In dat opzicht is Potgieter met zijn ro mantische verheerlijking van de gouden eeuw een leerling van Helmers. Van die bewondering voor het verleden, van die smart om het rampspoedige heden legt de dichter getuigenis af in verzen die wij hoogdravend, gezwollen, bombastisch, pompeus noemen en die dat ook werkelijk zijn. Daarover valt niet te redetwisten. Maar wanneer hij hen die het Franse juk slaafs aanvaardden, vol verontwaardiging zijn haatverzen in het gelaat slingert, dan doen die dreunende vervloekingen mij den ken aan de dikwijls kunsteloze, maar eer lijke verzen uit het verzet die later ge bundeld zijn in het „Geuzenliedboek". Ik denk aan de N.S.B.-ers en landverraders als ik bij Helmers lees: Dat hij verga, die, diep verbasterd, Den vaderlandschen grond miskent, Den grond van zijn geboorte lastert, En 't heilig graf der vadren schendt! Hij leev', maar leve een slaaf der sla ven! Zijn rif, verworpen, onbegraven, Zij 't aas, waarop 't gevogelt' brast! Zijn naam zij elk een vloek in de ooren, En 't kroost, den onverlaat geboren, Zij eeuwig met dien vloek belast. IN ZES ZANGEN vol daverende alexan drijnen geeft de dichter ons een beeld van Nederland zoals het was: de helden ter zee, de helden te land, de geleerden, de kunstenaars, zij vormen het onderwerp van uitvoerige lyrische loftuitingen. Steeds weer noemt Helmers moed, verdraagzaam heid, eenvoud, godsdienstzin en vader landsliefde de deugden waardoor het voor geslacht zich onderscheidde, waardoor het Nederland groot maakte. Wil men nu spre ken van een „rhetorische, compositorisch slecht sluitende, onvolledige cultuurge schiedenis op rijm," zoals Stuiveling zegt, dan kan men met dat meedogenloze von nis slechts instemmen onder het beding, dat moed en de hoge opvatting van het dichterschap in tijden van druk van gro ter waarde zijn dan de edelste verzen. Hel mers heeft en riiet zonder succes getracht het Nederlandse volk, dat de nei ging had gelaten bij de pakken te gaan neerzitten, uit zijn ontmoediging op te hef fen. En hij deed dat in een tijd dat spre ken gevaarlijker was dan zwijgen; hij deed dat met doodsverachting en door ede le motieven gedreven. En daarvoor neem ik dan zijn schrille kleuren en zijn ge zwollen taal maar op de koop toe. Er is eens een aardige vergelijking ge trokken tussen Helmers en een wandelaar in de bergen. Zoals de laatste steeds weer huiverend getrokken wordt naar de rand van de afgrond waarlangs zijn pad leidt, zo wordt Helmers onweerstaanbaar getrok ken tot voorstellingen die hem doen hui veren en met schrik terugtreden, maar die een magische aantrekkingskracht op hem blijven uitoefenen. Van Schaffelaar die zich „te bersten springt," Albrecht Beilinc die zijn woord gestand doet en le vend wordt begraven. Willen van Oranje, Reinier Claassens, ..die in 't sneuvelen Advertentie Zijlstraat 56 Telefoon 11828 Door een groot aantal zieken, speciaal bij de strijkers, moet op het concert van het N.Ph.O., dat hedenavond zal plaatshebben, het aangekondigde werk „Musique funè- bre" van Witold Lutoslawski komen te vervallen. In de plaats hiervan zal worden uitge voerd het Fluitconcert in D gr. t. KV 314 van Mozart. Solist is de solo-fluitist van het N.Ph.O. Pieter Odé. Pieter Odé werd in 1932 geboren. Hij studeerde aan het Amsterdams Conserva torium onder leiding van Paul Loewer en behaalde aldaar in 1950 zijn einddiploma. Daarna studeerde hij gedurende twee jaren te Parijs als leerling van René le Roy. Pieter Odé is reeds verschillende malen met orkest en in recitals opgetreden, zo wel in Nederland als ook in Duitsland Frankrijk en Italië. Sedert 1956 is hij solo fluitist van het Noordhollands Philharmo nisch Orkest. Advertentie Een Modeshow, die u alle mogelijkheden van de nieuwe lente- en zomermode 1963 toont. Geen extravagante modellen maar mode, die u zelf kunt maken, die u zelf graag dragen zult. 5 aardige mannequins tonen u mode in alle maten, voor alle maten (ook de grote), 'n Kans, die niemand missen mag. Zorg daarom dat u tijdig een plaatsbewijs hebt f 1.- voor de LIBELLE MODESHOW in Café-Restaurant Brinkmann, (Hildebrandzaal) ingang Smede- straat te Haarlem op maandag, 4 maart en dinsdag, 5 maart 1963. Aanvangstijden Ie show 14.30 uur 2e show 19.00 uur 3e show 21.15 uur Kaartverkoop aan het Libellehuis, Nassauplein 3 op donderdag, 28 februari en vrijdag, 1 piaart van 10 -12 uur en 14 -16 uur, alsmede aan de zaal een uur voor aanvang van elke show. voor de eer des lands aen zuivere wellust vond," dat zijn helden naar het hart van de dichter. En gezien de tijd waarin de verzen aan hun nagedachtenis gewijd, zijn ontstaan, behoeft het niet te verwonderen dat ze door veien werden bewonderd en in het geheim voorgedragen, zoals ze later door velen zijn gesmaad en in het open baar geridiculiseerd. En wat is gemakke lijker dan dat? Helmers geeft ons kans op kans. Wanneer hij Evertsens dood voor het vaderland heeft verhaald, vaart hij in opgewonden geestdrift voort: O wie bij dit verhaal zijn borst niet voelt ontgloeijen, Niet naar zijn tombe sneltdaar niet een trafin Iaat yiflertejm Daar niét. met bloote kruin, het kou de marmer kust, Waaronder 't over schot dier martelaren- rust. Daar God niet knielend dankt met zaamgeklem- de handen, Verdient des mijn s'rafs lot in 's aardrijks ingewanden. DIT IS SLECHTS één voorbeeld; er zijn er tientallen in Helmers werk te vinden. En toch er blijven passages in zijn ge dichten die mij iets doen. Wanneer hij in het gedicht (Amsterdam) een vreemde ling tevergeefs naar de grote en eertijds roemruchte koopstad laat zoeken, vinden wij dat overdreven en onecht. Maar laten wij niet vergeten dat Amsterdam in 1812 leek op Amsterdam in de hongerwinter. Het aantal armlastigen liep in de tiendui zenden; er stonden 2000 huizen leeg, waar van het afbreken een broodwinning was; het gras groeide er in de straten; gedu rende het gehele jaar vielen er 40 schepen binnen; de predikanten, die uit de staats kas betaald werden, leden de zwartste ar moede en zwierven soms met hun gezin nen hongerend en bedelend rond; talrijke jongemannen doken onder om de conscrip tie te ontgaan. In dit licht bezien was de vraag: is dit nog Amsterdam, de eens zo rijke en bloeiende koopstad, niet meer rhetorisch, maar realistisch. De dichter vergelijkt de stad dan met de rivier de Rijn, machtig en breed in zijn bovenloop, nietig bij de monding. Zijn vreemdeling heeft de rivier uit het oog verloren: Hij zoekt hem weer, bij Katwijks duin gekomen, Hij zoekt hem, maar hij vindt hem niet. Vol weemoed staart hij rond en ziet Slechts een versmade beek die wegkrimpt in het riet. In zulke regels is Helmst voor m:i toch werkelijk een dichter. OOK IN DIT GEDICHT, zo goed als in De Hollandsche Natie verwijlt de dich ter bij het droeve heden, maar richt dan de blik op de toekomst. Nederland zal her rijzen, dat had de lijfspreuk van Helmers kunnen zijn, zoals het de lijfspreuk van- zo menig Nederlander in onze bezettings tijd was. Nederland zal herrijzen. Hel mers heeft er nooit aan getwijfeld. Die zekerheid heeft hem geïnspireerd, ze heeft hem de kleinmoedigheid van zijn landge noten doen bestrijden met het enige wapen dat hij hanteerde: de pen. De bevrijding zelf heeft hij niet beleefd. Maar hij heeft haar voorbereid met onwankelbare trouw en met doodsverachting. Daarvoor ver dient hij een eresaluut, nu, na 150 jaar Dr. F H. Schroder Het Benelux-Comité organiseert vrijdag avond a.s. een Maeterliyck-herdenking in de Rolzaal van het Haagse Binnenhof. Op de bijeenkomst zal het woord worden ge voerd door dr. Victor E. van Vriesland én de Belgische letterkundige en Maeter- linckkenner Roger Bodart. De herdenking valt in het kader van het Maeterlinck-jaar ter gelegenheid van de 100e verjaardag van Maeterlincks geboor te. op 29 augustus 1862. In de loop van dit jaar wordt de in 1949 overleden Bel gische schrijver, die een der grootste Bel gische symbolisten is geweest, in vele lan den herdacht met tentoonstellingen, bijeen komsten en opvoering van zijn werken. In het eerstvolgende „Domino"-program- ma van de AVRO, dat op 10 maart a.s. uitgezonden wordt, zullen twee Franse ve detten optreden, t.w. de bekende chanson- nière Simone Langlois en haar collega Felix Martin, die mede als filmacteur be kendheid verwierf. Herman Kuiphof, de sportredacteur van de VPRO, heeft in samenwerking met de Amsterdamse journaliste Ank van Zach- ten, een begin gemaakt met de voorberei ding van een documentaire, gewijd aan de prestaties van de vrouw in de Olympische Spelen. Dit programma, waarin misschien ook Olympische beroemdheden als Rie Mastenbroek en Fanny Blankers-Koen op treden, zal een onderdeel worden vrn het avond-programma van 6 april a.s. Ongewoon groot was het aantal positie ve reacties, dat de AVRO ontving op de documentaire „Ongewone Hobbies", die op 29 januari j.l. uitgezonden werd. Tien tallen briefschrijvers wilden meer weten over de (eigen)- bpuw van een elektronisch orgel. Tal van andere kijkers toonden zich geïnteresseerd in het aanleggen van een collectie tinnen figuren en ook mocht blij ken, dat nog vele Nederlanders verwoede verzamelaars van antieke gramophone-rol len zijn. Wij waren niet bepaald geest driftig over de vormgeving van deze do cumentaire en leerden ook hier weer uit, dat voor vele t.v,-kijkers de inhoud van sommige programma's het belangrijkst is. Maar wij houden ons toch aan de stelling, dat de verpakking, de vorm, de presenta tie toch even belangrijk is. De bekende beeldhouwer Couzijn krijgt voor het avondprogramma van 18 maart van Zijl, op bezoek in zijn atelier. Veelbelovende litteraire ontmoetingen in de Rijksdelen. De heren H. A. Gomperts en Hans Kei Dertien artiesten van wereldnaam zin gen op een „All-star festival" getitelde langspeelplaat, die in 110 landen ten bate van het werk van de hoge commissaris der Verenigde Naties voor vluchtelingen ver kocht gaat worden. Een Nederlands idee van Geert Elfferich is via de UNO uitgegroeid tot een wereldactie, waarvan verwacht wordt dat zjj tenminste vele miljoenen guldens zal opbrengen. De plaat is vanaf heden in ons land te koop voor 7.50: de eerste persing voor ons land is 50.000 stuks. Naar schatting zijn er voor de verkoop in de 110 landen 700.000 gepro duceerd. Artiesten, tekstdichters, componisten en platenmaatschappijen hebben hun mede werking belangeloos verleend: Mahalia Jackson met de zelfgeschreven gospelsong „Nobody but you, Lord", Bing Crosby en Louis Armstrong met „Lazy River", Ella Fitzgerald met „All of me", Nat King Cole met „When you belong to me", Doris Day met „The everlasting "arms" en Petty Page met „First star I see tonight", het trio Los Paraguayos met „Adonde vas Nino?", Edith Piaf met „Je m'imagine" en Maurice Chevalier met „La vie est une belle fille", Anne Shelton met „Green Sleeves". Cate- rina Valente met „La Golondria", de Griekse Nana Mouskouri met „Ximeroni (De dageraad). BEELDBUIS ZONDER LIJNEN Oostduitse technici hebben een nieuw televisietoestel geconstrueerd, dat dank zij een nieuw elektro-fnagnetisch systeem ge heel zonder beeldlijnen werkt, aldus het Oostduitse persbureau ADN. Het nieuwe toestel zal te zien zijn op de voorjaarsbeurs van Leipzig, die zondag wordt geopend Het apparaat, dat in zier weken tijd is or' vanaf het midden dit jaar in elke t.v.-ontvanger van betr'ókken firma worden geplaatst. BI] DE UITGEVERIJ Holland-Amster dam verschenen drie delen in de Serie Boekjes van de bonte wonderboom. Wat uitvoering en inhoud betreft is er geen inzinking te bespeuren in deze bijzonder 'raaie serie voor het kleine kind, die wij verleden jaar met zoveel vreugde be groetten. Alle drie delen zijn wederom met een hoogst aantrekkelijk omslag en uitstekende illustraties van Babs van Wely. Zij kwamen in deze volgorde uit: Deel 5: De geheimen van Turilan, door Harriet Laurey. Deel 5: De gouden gi taar, door Paul Biegel. Deel 6: Kareltje Wever, door Bouke Jagt. IK HOOP de twee laatste auteurs niet tekort te doen, want ook hun tekst is boven het gemiddelde, als ik de voor keur geef aan het verhaal van Harriët Laurey. Want dat is namelijk helemaal goed. U moet eens even naar het begin luisteren: Op een avond, toen de zomer bijna voorbij was, bedacht het aard mannetje Turilan, dat hij nu toch eigen lijk lang genoeg op deze wereld had rondgezworven. Hij voelde zich oud en moe en verlangde ernaar een hemel mannetje te worden, net als alle andere aardmannetjes die hij vroeger gekend had. Geuren deze regels niet naar ho ning, doseren zij niet precies de poëzie die het kleine kind in zich kan opne men? Deze geur zal ons bijblijven, het hele verhaal door, waarin Turilan zijn twee schatten moet toevertrouwen aan wie ze waard zijn en hoe de twee be wijzen dat ze die waard zijn. Onderwijl paste de schrijfster ook nog de moei lijke kunst van het weglaten toe door Turilan, die immers op de eerste blad zijde reeds „precies weet hoe dat ge beuren moet", die overgang van aard mannetje naar hemelmannetje, eens klaps verdwenen te laten zijn, als zijn taak vervuld is. Geen ogenblik laat de idee ons los dat het verhaal een dubbe le bodem heeft, in de geheimzinnige betekenis. In de laatste regels onthult de schrijfster ons die, als de koning aan wie de kristallen bol, tot "de kleine jongen aan wie de toverwaaier toever trouwd werd, zegt: Turilan heeft ons tot bondgenoten gemaakt. Dat was het. Dit is niet zomaar een sprookje, dit is het schuchtere begin tot de mythe. Er is iets kostbaars gelegd in de handen van die twee, zij moeten het behoeden, hier ligt de kern van een queeste, en ten slotte is er een vol bondgenootschap in het goede. Een waardevol verhaal dat. op de meest ongezochte en volmaakt kinderlijke wijze inleidt tot de grote litteratuur. DE GOUDEN gitaar van Paul Biegel is een allerliefst vertelsel over de een zame veldmuis Jodokus die zo mooi gitaar spelen kan. Hoewel de boze uil Braat, de pikzwarte kat Lauw en zelfs de waterrat Upo, die later nog niet zo kwaad blijkt te zijn, wel wat erg drei gende figuren genoemd mogen worden, is het geheel toch niet te beangstigend en gelukkig loopt alles goed af voor Jodokus met zijn lieve Mia. De dialo gen zijn hier en daar bijzonder aardig. KARELTJE WEVER van Bouke Jagt is de geschiedenis van een spinnetje van die naam en zijn ontmoetingen. Bouke Jagt is niet zonder talent om te schrijven voor het jonge kind en zoals ik hierboven reeds zei, ook haar tekst is boven het gemiddelde goed. Maar waar wij het bij deze bijzondere serie wel mogen wagen een vrij hoge norm te stellen, moet ik haar toch waarschu wen het zich niet te gemakkelijk te maken. Meteen al in het begin zegt Kareltje omdat de zon schijnt: dan is het vandaag zondag.als het regende was het een regendag, als de maan er was heette het maandag. Een dergelijk flauw woordenspelletje verrukt het kind alleen als het 't zelf verzint. Er zijn wel meer pogingen tot woordenspel in dit, vrijwel geheel uit dialogen opge bouwde, verhaal. Sommige ervan zijn geslaagd, zullen het kind treffen en in zijn geheugen blijven hangen. Babs van Wely overtrof zichzelf in de mooie illustraties, waarbij zij aardige technieken toepaste, de grasjes, de stofuitdrukking van een kledingstuk en zo meer. SCHADUW OVER „HET LICHTBAKEN" Onderhandelingen zijn gaande over wijziging van de radiorubriek „Het Licht baken", die de KRO wekelijks uitzendt en die wordt verzorgd door pater Ch. Knib- beler, mOntfortaan, van de „Bond zonder Naam" te Haarlem. De „Bond zonder Naam" heeft de KRO een compromisvoorstel gedaan. Het al of niet aanvaarden van dit voorstel zal, naar pater Knibbeler meedeelt, beslissend fcijn voor de verdere samenwerking tussen de omroepvereniging en de bond. De onder handelingen dateren van vorig jaar. De KRO achtte wijziging in de bestaande toe stand noodzakelijk. „'Het Lichtbaken" zou volgens het KRO-bestuur aldus pater Knibbeler moeten worden gewijzigd wat gerichtheid en spreker betreft. BI] DEZELFDE uitgever drie eerste delen in een nieuwe serie die De bonte reuzenboeken heet. Ik begrijp eerlijk gezegd niet goed wat deze serie naast die van De bonte wonderboom, moet. Het formaat, de uitvoering en de lengte van de tekst zijn in beide series gelijk. Is het soms als met de medicamenten, als iets wel loopt wordt iets gelijkwaardigs, onder een andere naam, op de markt gebracht? Wij treffen hier twee van de drie auteurs van de vorige genoemde serie aan en omslag en illustraties zijn ook hier van de meesterhand van Babs van Wely. HET GROTE BOEK, door Paul Bie gel behelst meer actie dan zijn verhaal over de veldmuis, mogelijk door het in voeren van de mensenwereld. Het is alles met dezelfde lieve aandacht ver teld, een geslaagd boek. Hopla het feestvarken door flarriët Laurey, mist het fascinerende van haar Turilan, maar is geheel passend bij de titel een waarlijk feestelijke geschiede nis van de blijde big Hopla. Het moede loos veulen dat een droompaard wordt zorgt voor het geheimzinnige, het om de dingen heen kijken, waarin deze schrijfster zo uitmunt. De rode ponnie door Mies Bouhuys blijft niet onder de maat van deze be kende schrijfster van kinderboeken. Zij deed een leuke vondst door Ot en Sien op de boerderij, waar zoveel geheim zinnigs gebeurt, mee te laten spelen. Ik was soms wel even bang dat het verhaal hier en daar te verwarrend is voor al te jeugdige lezers. Beide series warm aanbevolen voor het jonge kind. Ier, die ten behoeve van hun rubriek .Litteraire Ontmoetingen", eén reis naar Suriname en de Antillen maakten, zijn vrij dag j.l. in ons land teruggekeerd met de indrukken en het filmmateriaal, nodig om ons in een tweetal uitzendingen een wel licht verrassend overzicht te geven van de literatuur der genoemde Rijksdelen. Met medewerking van (o.a.) de Surinaamse cameraman Cederboom (een leerling van de bekende filmer Peter Creutzberg) maak ten zij in Suriname opnamen van inter views met Albert Helman (Lou Lichtveld), met de scherpzinnige criticus Drs. Hein Eersel en met de hier minder bekende letterkundige Henny de Ziel, die onder het pseudoniem Trefossa vele fijnzinnige ge dichten schreef. Deze ontmoetingen zullen op het scherm komen in de AVRO-uitzen- ding van 6 maart a.s. Vermoedelijk zal hieraan ook de grote Suriname-kenner, professor Van Lier, medewerken. In de volgende aflevering van deze rubriek krij gen de kijkers een profiel van het letter kundig leven der Nederlandse Antillen. Daarvoor werden o.m. ontmoetingen met (goeverneur) Cola Debrot, en met diens litteraire collega's Boelie van Leeuwen en Chris Engels op film vastgelegd. Damshuizer HILVERSUM I. 402 m. 746 kc/s. 7.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA. 19.30 VPRO. 20.00-24.00 VARA. VARA: 7.00 Nieuws. 7.10 Ochtendgym nastiek. 7.20 Socialistisch strijdlied. 7.23 Lichte ochtendklanken (gr.) (7.35 Van de voorpagina, praatje). 8.00 Nieuws. 8.18 Lichte grammofoonmuziek. 8.40 Orgelspel. 9.00 Gymnastiek voor de vrouw. 9.10 Kook- praatje. 9.15 Klassieke grammofoonmuziek. 9.35 Waterstanden. 9.40 Schoolradio. VPRO: 10.00 Inzicht en uitzicht, lezing. 10.05 Morgenwijding. VARA: 10.20 Voor de vrouw. 11.00 Radio-Volks-Universiteit: Nieuwe filmoogst, door H. Wielek. 11.30 Operetteklanken (gr.). 12.00 Voor het plat teland. 12.05 Lichte grammofoonmuziek. (12.30-12.33 Mededelingen t.b.v. land- en tuinbouw). 13 00 Nieuws. 13.15 Italiaans en semble en zangsolist. 13.45 Gesproken por tret. 14.00 Jeugdconcert. 14.45 Volksliedjes en -dansen. 15.00 Is er nog ergens ruim te?, toespraak. 15.10 Voor de jeugd. 17.00 17.30 Tentoonstellingsagenda. 17.35 Licht instrumentaal trio. 17.50 Regeringsuitzen ding: Geven en nemen, tips voor wegge bruikers. 18.00 Nieuws en commentaar. 18.20 Actualiteiten. 18.30 Radio-Volks-Uni versiteit: Research en ethiek. De weten schap, de wetenschappelijk onderzoeker en de vooruitzichten van het menselijk leven, door dr. J. Voogd. 19.00 Voor de kinderen.19.10 VARA-Varia en lichte gram mofoonmuziek. VPRO: 19.30 Voor de jeugd. VARA: 20.00 Nieuws. 20.05 Pennies from heaven: amusementsmuziek. 20.40 Kaf en koren, wekelijkse notities. 20.50 Lichte grammofoonmuziek. 21.00 Dit is Uw leven. 22.00 Het puik van zoete kelen: operamu ziek met commentaar. 22.30 Nieuws. 22.40 Jazzmagazine. 23.15 Europese kampioen schappen biljarten 71/2 te Den Helder. 23.20 Weerklank: muziek-revue. 23.55-24.00 Nieuws. HILVERSUM II. 298 m. 1007 kc/s. 7.00- 24.00 NCRV. NCRV: 7.00 Nieuws en SOS-berichten. 7.10 Dagopenihg. 7.25 Klassieke kamermu ziek. 7.45 Radiokrant. 8.00 Nieuws. 8.15 Lichte grammofoonmuziek. 9.00 Voor de zieken. 9.35 Gitaarmuziek (gr.). 9.40 Voor de vrouw. 10.10 Grammofoonmuziek. 10.15 Morgendienst. 10.45 Geestelijke liederen. 11.15 De jeugd op eigen wieken, hoorspel (7). 11.45 Militaire orkesten (gr.). 12.05 .Op de man af, praatje. 12.10 Lichte mu ziek. 12.30 Mededelingen t.b.v. land- en tuinbouw. 12.33 Grammofoonmuziek. 12.37 Middagpauzedienst. 13.00 Nieuws. 13.15 Licht instrumentaal kwintet. 13.45 Moder ne grammofoonmuziek. 14.50 Wie luistert mee?, lessen in het muziekbeluisteren. 15.20 Moderne muziek voor klavecimbel en slagwerk. 15.40 Klassieke grammofoon muziek. 15.50 Bijbelvertelling voor de jeugd. 16.00 Voor de jeugd. 17.15 Jazzmu ziek. 17.40 Beursberichten. 17.45 Licht in strumentaal kwartet. 18.05 Koorzang. 18.30 Het Spektrum, lezingen. 18-45 Nieuwe grammofoonplaten. 19.00 Nieuws en weer bericht. 19.10 Mededelingen of grammo foonmuziek. 19.15 Leger des Heilskwartier (gr.). 19.30 Radiokrant. 19.50 Klassieke grammofoonmuziek. 20.05 Gewijde muziek en liederen. 21.00 Nederlandse Himalaya Expeditie 1962, lezing. 21.20 Lichte gram mofoonmuziek. 21.45 Actualiteiten. 22.00 Geestelijke liederen. 22.20 Grammofoon muziek óf actualiteiten. 22.30 Nieuws. 22.40 Avondoverdenking. 22.55 Lichte grammo foonmuziek. 23.30 Nachtmuziek. 23.55-24.00 Nieuws. BRUSSEL, 324 m. 12.00 Nieuws. 12.03 Lichte muziek. 12.30 Weerbericht. 12.35 Gevarieerde muziek. 12.50 Beursberichten. 13.00 Nieuws. 13.15 Kamermuziek. 14.00 NieuWs. 14.03 School radio. 15.00 Koorzang. 15.30 Symfonische muziek. 16.00 Nieuws. 16.03 Beursberich ten. 16.09 Engelse les. 16.24 Lichte mu ziek. 17.00 Nieuws. 17.15 Fluit on clave- cimbel: kamermuziek. 17.45 Klassieke mu ziek. 18.00 Nieuws. 18.03 Nieuws. 18.03 Grammofoonmuziek. 18.10 Uitzending van filosofie en lekenmoraal. 18.30 Voor de sol daten. 18.50 Radiokroniek. 19.00 Nieuws. 19.40 Koorzang. 19.45 Muziek voor de jeugd. 20.00 Amusementsmuziek. 21.00 Mu ziek van Belgische componisten. 22.00 Nieuws. 22.15 Internationaal volksdansfes- tival 1962 te Schoten. 22.35 De zeven kun sten. 23.00 Nieuws. 23.05 Lichte orkestmu ziek. 23.55 Nieuws. 24.00-0.45 Voor de zee lieden. VOOR DINSDAG KRO: 19.30 O, die Ambtenaren, licht programma. NTS: 20.00 Journaal. KRO: 20.20 Brandpunt. NTS: 20.35 (In samen werking met de Duitse en Oostenrijkse te levisie): Die Kaiserin, operette. 23.30-23.35 Journaal. VOOR WOENSDAG KRO: 17.00 Voor de kinderen. 17.15 Vei lig 'verkeer. 17.25 Voor de kinderen. NTS: 17.35-17.45 De Verrekijker, jeugdjournaal. KRO: 19.30 Van onze sportredacteur. NTS: 20.00 Journaal en weeroverzicht. KRO: 20.20 Brandpunt. 20.45 Vloekjes bij de thee, gevarieerd programma, (dl.3). 21.00 Piste, variété-programma. 21.40 De grenzen van het leven, documentair programma. 22.15 Epiloog. NTS: 22.25-22.30 Journaal.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1963 | | pagina 7