RADIO VERONICA'S JOOST DE DRAAYER JsPu|gat,, UITWISSELING STUDENTEN OPEN BRIEF OVER KINDERZIEL JOOST, EEN PSEUDONIEM OPNIEUW DE LIJFSTRAF? JOOST OP DE PLAAT WIE HELPT ANK? ROB DE NIJS ZINGT ZIJN ZENUWEN OPZIJ VRIJDAG 2 2 MAART 1963 hardstikke goed waardeloos pedt pedt waardeloos hardstikke goed hardstik pedf ps pedt e goed pedt waardeloos hardstikke goed hardstikke goed waardeloos pedt ZWART OP WIT Pagina voor jongeren. Redactie: Gerda Hanekroot, Henny Schoute, Dirk Nolles, Lex Muller. Redactie-adres: Grote Houtstraat 93, Haarlem. Joost de Draayer, verzorger van ra dio Veronica'swaarschijnlijk meest be luisterde programma „Joost mag het weten", pseudoniem van een 22-jarige onder fanmail bedolven student Neder lands, telt iedere keer weer duizen den (jeugdige maar ook bejaarde) luisteraars onder zijn gehoor. Zijn bij de radio niet alledaags voorkomend stemgeluid ten spijt riepen lezers van Muziek Expres hem tot Nederlands eerste disc-jockey uit. Tijdens een uur durende opname van een van zijn pro gramma's liet de in Hilversum geboren Joost Zwart op Wits redakteur Lex Muller het hier naast staande weten. loving. Het is ook niet zo'n gemakkelijk onderwerp. Toch zou het de moeite waard zijn een indruk te krijgen van de op vattingen der jeugdige en misschien ook oudere lezers. De rubriek Spuigat staat er voor open. In geheel Amerika zouden de school besturen zich zorgen maken over de moei lijk te regeren leerlingen. In Washington is een felle discussie gaande over een suggestie om de lijfstraf weer in te voe ren op scholen in het district Columbia. Op een middelbare school in Oklahoma heeft men een oplossing gevonden die goed zou werken. Leerlingen die wegens verregaand wangedrag van de school wor den gestuurd krijgen nog een laatste kans op de tekenafdeling. De leraar daar is toevallig ook worstelcoach. Niemand durft hem te trotseren. Deze overigens zacht aardige 36-jarige leraar Montee Hoke zegt dat ongeveer een tiende van zijn leer lingen op deze manier bij hem zijn ge komen. Zij moeten drie keer uit andere klassen zijn weggestuurd voor hij ze krijgt. Soms gebeurt het dat deze jongelui zich voor kunst gaan interesseren. Ze worden dan plotseling ook beter in an dere vakken en verzuimen minder. Hij behandelt de boosdoeners op dezelfde ma nier als zijn andere leerlingen. Dat be tekent dat zij meer vrijheid hebben zich in de klas te bewegen en zich zelf uit te drukken in scheppende kunstvormen. De leraar zegt: „Als een leerling een paarse koe schildert, vind ik dat best als hij vindt dat hij een koe zo ziet. In kunst moet iedereen zich zelf zijn". Zwart op Wit: „ledereen kent je als Joost (mag het weten). Mag ik aanne men dat je ook zo heet?" Joost de Draayer (even hoofdschud dend): „Toch niet. Mijn (twee) voorna men lijken er zelfs in de verste verte niet op. Maar hoe ik wel heet, mag ni#t in de krant. Schrijf maar mijn pseudo niem Joost de Draayer(t).".-> ZoW; „Volgens jeugdige lezers van veelverkocht teenagerblad Muziek Expres verdien jij de titel van Nederlands po pulairste disc-jockey". (Een teken smoort mijn vraag in de kiem. De microfoon staat ingeschakeld. Joost spreekt. Plotse ling schiet me een totaal andere vraag in de gedachte. Even later.„Schrijf jij je teksten noot vooruit?" Joost: „Nee. Alles wat ik zeg spruit re gelrechtvoort uit mijn fantasie. Geen enkel zinnetje krabbel ik van te voren op het papier. Ik begrijp welke vraag nu bij je opkomt. Je ziet me namelijk steeds iets opschrijven. Dat zijn de platen die ik laat draaien. Voor Buma (BUreau voor Muziek Auteursrecht). Wij zijn hun groot Een 17-jarige jongeman uit Haarlem stuurde ons een aanzienlijke hoeveelheid gedichten ondertekend met de naam Djègo. Wij zouden graag de werkelijke naam en het adres van de schrijver we ten. Blijkbaar voelt niemand er iets voor te discussiëren over het nut van de ver ste klanten. Feitelijk kan je radio Veroni ca dus niet als een piratenzender beti telen. Piratenschip is dan ook een soort van eretitel voor ons geworden". ZoW: „Hoe ben je eigenlijk in dit ty pisch on-Nederlands beroep (als je het zo mag noemen) verzeild geraakt?" Joost: „Zomer '61 kwam ik tot de ont dekking dat ik door mijn beurs heen was. Ik had dus hard geld nodig, maar ik wilde ditmaal eens een behoorlijk be drag gaan verdienen. Ik dacht aan radio Veronica, schreef een sollicitatiebrief en werd als tekstschrijver aangenomen". ZoW: „Waarom dacht je nu juist aan Veronica?" Joost: „Ik kende enkele zoons van de directeur van Veronica. Zodoende. ZoW: „En toen. Joost: „Eerst schreef ik alleen teksten, ook voor (Veronica's) reklamedoeleinden. Tussen de bedrijven door maakte ik zo nu en dan wel eens een paar program ma's. Onder andere Jukebox. Het was toen vakantietijd. In september ('61) kreeg ik mijn eigen zendtijd. In het begin 's middags van 4 tot half 5, sedert mei 1962 verschijnt „Joost mag het weten" 's avonds tussen 7 en 8 in de ether. ZoW: Bleef je al die tijd trouw de colleges (Nederlands) aan de vrije uni versiteit in Amsterdam volgen?" Joost: „Grotendeels wel. 's Ochtends zat ik in Amsterdam, 's middags in Hil versum (waar de studio staat), 's avonds wijdde ik mij dan aan de studie. Maar sinds februari van dit jaar vertoef ik wat meer in de studio en wat minder in het studielokaal. Ik besteed hedenten- dage bijzonder veel aandacht aan de verschillende top tens. Vooral die van Amerika trekt mijn gespecialiseerde be langstelling. Woensdagavond draai ik die top ten van de Verenigde Staten. Mijn lievelingsprogramma, waar veel tijd in gaat zitten. (Een hand toont mij Cash Box, het in Nederland niet te verkrij gen blad waarin Amerika's actueelste platen staan vermeld). De meest ver kochte zwarte schijven in Nederland be handel ik in het voorlopig Nederlands platenelftal. (Hij voorvoelt mijn vraag). Elke disc-jockey draait er 10, ik 11. Van daar elftal". ZoW: „Binnenkort legt het vaderland beslag op je. Wanneer? En in hoeverre gaat de militaire dienst jouw program ma's beïnvloeden?" Joost: „Ik had gedacht in april, maar tot op heden bereikte mij nog geen op roep. Het wordt dus later, wanneer weet ik echter net zo min als jij. In ieder geval moet ik mij te zijner tijd in Roer mond melden. Infanterie. Welzijnszorg had me meer bekoord, ofschoon ik het ook daar een slappe boel vind.Tja, of de luisteraars mij gedurende die tijd moe ten missen. Denk van niet. Neeee, ik In 1932 is „The Experiment in Inter national Living" opgericht in Amerika. Gedurende zijn 30-jarig bestaan is het uitgegroeid tot een wereldorganisatie met vertegenwoordigingen in zowel oos terse als westerse landen. Het doel van de stichting is mensen van verschillende nationaliteiten met elkaar in contact te brengen om het wederzijdse begrip te bevorderen. Omdat het gezin de basis is van de maatschappij worden allen, die in „Experimenf'-verband reizen, onderge bracht in gezinnen. Uit ervaring is ge bleken, dat men een ander volk het beste leert kennen door te leven als behoorde men ertoe. Door opgenomen te worden als lid van het gezin heeft de „Experi menter" de kans om een volkomen andere cultuur en levenswijze te leren begrijpen en te respecteren. Het hele jaar door reizen mensen in „Experimenf'-verband en worden ook in Nederland leden ervan ontvangen. De nadruk valt echter op de zomermaanden. Ook deze zomer komen „Experiment"- groepen naar Nederland. In Haarlem wordt bijvoorbeeld een groepje Ameri kanen ontvangen, die bestaat uit 10 „col- lege"-meisjes tussen de 18 en 25 jaar en drie jongens, die opder leiding staan van een leidster. Gedurende de maand juli zullen ze in een gezin verblijven. De eer ste twee weken in augustus maakt de groep een reis door de Benelux waarvoor iedere Amerikaanse gast één lid van het Nederlandse gezin uitnodigt om op haar kosten aan deze reis deel te nemen. Dit als tegenprestatie voor de ondervonden gastvrijheid. Driemaal Veronica. Links: de stu dio (een voormalige kosterswoning van een gereformeerde kerk), gelegen aan een smal straatje, ergens in Hil versum. Alleen de kleine plakkaten op de ramen zouden de belangstelling van een voorbijganger kunnen trek ken. Rechts: Joost met pijp; symbool van Veronica's nog steeds stijgende populariteit. Midden boven: het goede oude trouwe schip Veronica, dobbe rend buiten de territoriale wateren, zo ter hoogte van de badplaats Sche- veningen. Op de boot staat de zender van radio Veronica die dus de in houd van de bandjes, opgenomen in Hilversum, de ether in stuurt. blijf wel doorgaan. Natuurlijk iets min der. Ongeveer 2 a 3 X per week. Meer is trouwens ook niet nodig". (We dwalen van het onderwerp af, fotograaf De Boer wil weten hoe de lucht in het kleine (opname-) vertrekje wordt ververst. Joost beduidt naar de deur. Gewoon open zetten bedoelt hij). ZoW: „En na je diensttijd. Joost: „Misschien vertrek ik naar Amerika. Om er reclame-psychologie te studeren. Radio en t.v.-reclame wel te verstaan. Aap de universiteit van New York of zo. Lukt dat niet, dan wordt het rechten in Nederland. Maar beslist geen studie Nederlands meer. Die duurt (8 jaar) mij veel te lang". ZoW: „Dus geen disc-jockey meer?" Joost: „Nee. Ik wil beslist de recla me in. Dat is mijn doel. Wat ik mo menteel (en hij tikt tegen de uitgescha kelde microfoon) uitvoer, zie ik als een middel om daar iets in te bereiken." ZoW: „Het staat dus vast dat „Joost mag het weten" na de diensttijd zal op houden te bestaan?" Joost: „Ach, dat kan je eigenlijk nooit zo definitief stellen. Vergeet het geld niet. Bieden ze mij veel, wel dan blijf ik na tuurlijk". ZoW: „Het is je ongetwijfeld bekend dat velen je stem een ietwat merkwaar dig vinden". Joost: „Ja, ik heb nu eenmaal een stem die je helemaal niet op Hilversum hoort. Desondanks kan ik er zo komen werken. Aanbiedingen daartoe ontving ik al di verse malen. Maar ik pieker er niet over. Hilversum noem ik de omroep van de oude mannen. Let maar eens op hoe veel er ieder jaar met pensioen gaan. Bovendien werken ze daar wat omslach tig. Mannetje zus, mannetje zo. Iemand, die per week een half uur durende uit zending moet verzorgen, zit 7 dagen boordevol werk. Bij Veronica nemen we een programma direct op. Geen ellen lange repetities, geen langdradigevoor- De groep wordt in Haarlem ontvangen door de plaatselijke vertegenwoordig ster, die als taak heeft eventuele moei lijkheden of problemen tussen de ont vangende families en de Amerikaanse gasten op te lossen. Het „Experiment" zoekt voor deze groep gezinnen in Haar lem, Bloemendaal en omgeving; gezin nen, die het niet alleen leuk vinden om een Amerikaans meisje in huis te nemen, maar die ook voor het „Experiment"- idee voelen: de buitenlande gaste in con tact te brengen met het Nederlandse volk, onze cultuur en ons land, door haar in de familie op te nemen. Alle groepsleden zijn in Amerika ge selecteerd op twee belangrijke eisen: 1. kan zij zich goed aanpassen in een vreemd land en in een vreemde familie. 2. is zij een goed vertegenwoordigster van haar eigen land. (Want zij moet niet alleen Nederland leren kennen maar ook de Nederlandse familie een persoonlijker indruk van het Amerikaanse volk kun nen geven). Het „Experiment" is in Nederland vertegenwoordigd door een bestuur be staande uit: dr. Ph. H. Fiedeldij Dop (National Director), mevr. J. Fiedeldij Dop-Phaff, de heer F. Witkamp, de heer H. de Leeuw, mevr. G. Visser-Wallast (Executive Secretary), mej. J. Roos en mej. I. Cramer. Alle inlichtingen voor Haarlem, Bloemendaal en omstreken kunnen worden verkregen bij de plaatse lijke vertegenwoordigster, mej. I. Cra mer, Braziliëlaan 15, Overveen. Tel. 50686. bereidingen, niets. Ineens op de band. Die dan zo kan worden uitgezonden". ZoW: „Geen geknip?" Joost: „Nee, knippen doen we niet. Fou ten blijven staan. Maar we maken nau welijks fouten, nietwaar Jurg?" (20-jarige technicus Jurg knikt instemmend. Gelijk een machinist bedient hij het instrumen tenpaneel. Gewoon een kwestie van mixen: Joosts stem, reclametekst, plaat. Zonder tussenpauzes. Petje af voor pas 1 jaar in het vak zittende Jurg). „Ik kan je ook nog vertellen dat ik vooruit niet eens weet wat ik ga draaien. Ik neem een stapeltje platen (die wij gratis van de betrokken grammofoonplatenmaat schappijen toegestuurd krijgen) mee het hokje in en dan groeit het programma verder van zelf wel." ZoW: „Het valt me op dat je hier al leen maar jonge mensen ziet werken". Joost: „InderdaadAls kwajongens gaan we (14 man in de studio) hier te werk. Een kwestie van relax." ZoW: „Je draait over het algemeen heel lichte plaatjes. Tophits, twist, Bossa Nova, etc. Zou je die zelf graag willen bezitten?" Joost: „Dat ik ze voor eigen gebruik zo,u kopen, bedoel je? Nee. Persoonlijk houd ik meer van Franse chansons, big band jazz en ook wel klassiek. Maar uit hoofde van mijn beroep moet ik natuur lijk wel veel van Cliff Richard (echte naam Harry Webb), the Blue Diamonds etc. weten. Je kan het dus zo stellen: als ik werk heb ik niets tegen dergelijke plaatjes". ZoW: „In het begin van onze samen spraak wilde ik je al vragen of je ooit een opleiding hebt genoten voor het be roep disc-jockey? Of bestaat zoiets niet?" Joost: „Nee, een opleiding heb ik nooit gehad. In Nederland kan dat trouwens niet eens. Wel in Amerika. Daar duurt een opleiding voor disc-jockey 5 jaar. ZoW: „Talrijke luisteraars (onder wie mijn persoontje) vragen zich af waarom je meestal je programma besluit met een Op de disco-markt verschijnt binnen kort een nieuw geluid: een plaatje van Joost de Draayer die samen met radio Veronica's jeugdige en vlotte omroepster Tineke zingt: „Hé Joost, hé Tineke". Bei den geven op de schijf blijk gek op el kaar te zijn, maar schip Veronica blijft toch nummer 1. Zoals (waarschijnlijk) bekend maakte radio Veronica's Fred van Amstel (verzoekplatenprogramma Juke box) onlangs al een plaatje. herinnering aan de zangeres zonder naam. Heb je daar een bedoeling mee?" Joost: „Niet bepaald. Ze ligt me simpel weg niet. Ze heeft eens een plaatje ge maakt „Rij voorzichtig, denk aan mij". Eerst hoor je dan een naargeestige klap, zo'n „total loss-geluid". Vind ik een vrese lijk slap plaatje. Vandaar mijn opmer king aan haar adres". ZoW: „Tot slot een precair onderwerp. Denk je dat radio Veronica eens uit de ether zal verdwijnen?" Joost: „Laat ik daar voorzichtig over zijn. Tot aan de komende verkiezing ge beurt er in ieder geval niets. Geen par tij durft zich de impopulariteit van het gehele volk op de hals te halen door Veronica de laan uit te sturen. Komt straks de PvdA naar voren, dan ziet het er niet zo best voor ons uit. Vergeet niet dat de Vara een gloeiende hekel aan ons heeft. Maar daarnaast brengt een eventuele erkenning ook bezwaren met zich mee. Je krijgt dan talrijke voor schriften, dit mag niet, die woordspeling kan niet door de beugel. De lol gaat er dan feitelijk een beetje van af.(We drukken elkaar de hand, prevelen tot ziens; wanneer ik Jurg passeer hoor ik een stukje uit het (openings- en) slui tingsnummer van „Joost mag het weten", een gedeelte uit het klassieke pianocon cert van componist Grieg. Buiten, voor het gebouw staande, zou je geneigd zijn radio Veronica een armetierig zaakje te noemen. Welk een levensgrote vergissing bega je dan). Een opmerkelijke en vlijmscherpe „open brief over de kinderziel" van de auteur W. F. Hermans (Donkere kamer van Damocles) troffen wij aan op de jeugdpagina Eigen Wijs van het Alge meen Handelsblad. Deze redactie was de brief tegengekomen in „Vulpes", het of ficiële orgaan van het Amsterdamse Vos- sius-gymnasium. „Vroeger, toen de mens gemiddeld niet ouder werd dan dertig jaar, was er geen sprake van bescherming van de kinder ziel. Men heeft mij indertijd op het gym nasium niet verteld, dat de schone He lena twaalf jaar oud was, toen zij door Paris werd geschaakt, maar dat is de waarheid. De gevechten, waarvan u de beschrijving zo moeizaam uit het Grieks moet vertalen, werden geleverd tussen jongelieden die- even oud waren als u of jonger. „Mannen van vijftig waren toen zeld zame grijsaards. Thans zijn zij talrijk en om hun levensruimte niet overbevolkt te doen raken, dichten zij de vijftienjarigen een kinderziel toe, welke geschaad zou kunnen worden door kennis en vermaak van allerhande soort, die zij liever voor zichzelf reserveren. „Merkwaardig is het, dat de vijftien jarigen zich over het algemeen neerge legd hebben bij deze stand van zaken. Zij barsten in lachen uit, wanneer men hun vertelt dat Constantijn Huygens op zijn zevende jaar gedichten kon schrij ven in het Latijn. Zij weten niet dat zij zichzelf uitlachen en eerder reden heb ben bittere tranen te storten. Want in onze dagen begint men Latijn te leren op een leeftijd, waarop het vermogen tot het leren van talen goeddeels verdwenen is, zodat de moderne jeugd zich van haar twaalfde tot haar achttiende jaar, tijd die zij anders zou kunnen besteden aan het schaken van Helena, het werpen van atoombommen of het lezen van verboden romans, met zeer gering resultaat toe legt op studies, die zij in één jaar onder de knie had kunnen krijgen, in het sta dium dat zij thans verkwist aan matjes vlechten en fröbelen. „De gymnasiast die niets anders is dan een zeer goede leerling, heeft op zijn achttiende jaar twee Oude Talen geleerd, die hij inmiddels nog niet sneller kan le zen dan b.v. Fries of Deens, wat hij nooit geleerd heeft; en in zijn moeder taal geacht wordt drie moderne talen te kennen, maar kan zich in de desbetref fende landen niet verstaanbaar maken; en in zijn moedertaal heeft hij hoofdza kelijk kennis gemaakt met auteurs die deze gebruiken op de manier waarop het niet moet. Enig inzicht in letterkundige waarden bezit hij nauwelijks, doordat men er, met het oog op de kinderziel, op uit is geweest hem te onderwijzen aan de hand van schrijvers van de tweede of nog lagere rang. Men leert hem Frans uit Daudet en René Bazin, in plaats van uit Diderot of Benjamin Constant; de eni ge Engelse auteurs die ik op school ge lezen heb, waren H. G. Wells, die een slechte stijl schrijft, en een zekere Jan Hay, die in literair opzicht feitelijk niet eens bestaat; niemand heeft mij ooit ge wezen op Samuel Johnson, Jonathan Swift en Francis Bacon." Uit eigen initiatief plaatste de geëmi greerde oom dit advertentietje in Ca nada's overal gelezen young family magazine Liberty: (Miss) Ank Schene Rozenhagenplein 12, Haarlem, The Ne therlands. Meer niet, want elke le zerfes) begreep het verder wel; Ank Schene uit Haarlem wenste te corres ponderen met 'n leef tij dsgenote (even tueel -genoot). Inmiddels wachtte op de hoogte gestelde Ank in haar ouderlijke woning op een reactie. Wat zij evenwel geen moment kon be vroeden, gebeurde: dagelijks leverde en levert nog de postbode stapels uit Canada afkomstige brieven af. Ruim 80 aanvragen tot correspondentie kreeg Ank als antwoord op haar verzoek bin nen. Zelfs een 34-jarige Canadees richt te zich tot haar. „Of zij soms een „meisje" van 30 a 32 jaar voor hem wist. dieJuist, die er wat voor voelde met hem een briefwisseling te beginnen. Ank beantwoordde vele maar lang niet alle brieven, kaarten e.d. Voor de rest (ongeveer 30 stuks) doet ze een be roep op geïnteresseerden; meisjes of jongens (leeftijd tussen 14 en 22 jaar) die al zo lang zitten te vlassen op een (Canadese) correspondentievriend(in). Ank woont dus op het Rozenhagenplein 12. „Ik barst altijd van de zenuwen, maar zodra ik de eerste regels heb gezongen voel ik me helemaal op m'n gemak. Eigenlijk begint het al dagen voor ik moet optreden. Ik kan nachten niet sla pen" zegt de 20-jarige zanger Rob de Nijs. Iemand van wie je dat helemaal niet zou verwachten, als je hem wel eens op het televisiescherm hebt gezien in „Rooster", „Top-of-Flop" of de Rudy Carell-show. Volkomen ontspannen, zelf verzekerd en innemend. Technisch steekt Rob een aardig eind je boven menige teen-agerzanger uit. Daarover zijn de kenners van de lichte muze het wel eens. Het meest waarde vol!^ bewijs wellicht werd geleverd tij dens een boottocht bij Rotterdam, die vorig jaar ter versteviging van de ban den tussen artiesten en pers werd gege ven. De eerste prijs een gouden Euro mast ging naar Rob de Nijs en zijn begeleiders The Lords. En op die boot waren artiesten, die toch echt wel wat muzikale noten konden kraken zoals Con- ny van den Bosch, Willeke Alberti, Piet Sybrandy, Seth Gaikema, Ria Valk, Pe ter Koelewijn (tevens journalist) en de Fouryo's. Nederlandse zangers komen in de regel mij nooit zo aangetrokken. Ze komen met weinig spectaculaire liedjes op de platenmarkt. Ze geven slechte imitaties, ze zijn weinig vindingrijk of hebben een slechte stem en voordracht. (Hoe ze ooit tot het maken van platen komen is een volkomen raadsel). Rob de Nijs heeft gelukkig een bijzonder goede stem. Neem bijvoorbeeld „Zij heette Jenny" Dan hoor je hoe warm en melodieus, zijn stem is. De andere kant „Ik wil geen man als ik je bel" is weer anders. Luchtiger, jongensachti ger met twist-neigingen. In de woning van zijn ouders, twee hoog aan de Amsterdamse Linnaeusstraat 72, vertelt Rob van zijn dagprogram waaraan hij zich dagelijks onderwerpt. Het is nogal bezet. Na de h.b.s. ging Rob naar de Akademie voor Kleinkunst om een gedegen basis te krijgen, die voor een optreden noodzakelijk is. Hij heeft o.a. lessen van Bep Ogterop, Henk van Ulsen en Eli Blom. Na de school uren wordt er intensief gerepeteerd met The Lords; van vijf tot zes danslessen, van zes tot acht klassiek ballet, daarna studeren en pianospelen. Rob treedt niet alleen in Nederland (ook radio en t.v.) op. In petto zijn shows in Duitsland, België en Frankrijk. „Al les is even opwindend", zegt Rob. Het met hem eens zijn The Lords, die tij dens dit interview kwamen binnendrup pelen. The Lords, die zijn begeleiders zijn sinds zijn start en van wie Rob zegt „ver geet vooral hen niet": Harry Heeren (15, drums), Freddy Heeren (16, bas-gui- taar), Bert de Nijs (17, solo-guitaar) en Guus Hoekstra (18, slag-guitaar). Ook deze jongens hebben zich enthousiast op de lichte muze geworpen en besteden al hun tijd aan oefenen en optreden. „Toekomstplannen" Vaag", zegt Rob. „Maar wat doe je dan als je er als teen-agerzanger uit ligt". „De kant van de musical op, daarom heb ik nu mo dern en klassiek ballet. Nee, ik heb er geen hard hoofd in. Het zal allemaal wel lukken. Ze trekken aan alle kanten aan je", zegt Rob nu, die op 23 juli 1962 in het Amsterdamse concertgebouw tijdens een muziekshow werd ontdekt. „Dat was mijn mooiste optreden!" De platen van Rob de Nijs en The Lords: Linda'De liefste die ik ken (Dec- ca 264/476); Zij heette Jenny/Ik wil geen man als ik je bel (Decca 264/485); Voor Sonja doe ik alles/Ritme van de regen (Decca AT 10003) HENNY J

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1963 | | pagina 15