DE AMERIK AN SKY CLUBj TREFPUNT
DER BUITENLANDERS IN MOSKOU
PUZZEL NUMMER 32
Klein Tibet in Engeland
Tante Patent en buurman Bezig
me,
PANDA EN DE JACHT OP JANSEN
1
*1
f
I
5?
S
11
Ons vervolgverhaal
Een oase van vertier in
de woestijn der verveling
"•sr
ZATERDAG 20 APRIL 1963
EEN OORSPRONKELIJKE ROMAN
DOOR KLAAS VAN DER GEEST
I
f
pniniiimnniniinniinii
0-16
i4>
„We zullen ons zelf wel moeten hel
pen... van anderen hoeven we niet op
hulp te hopen," stelde hij vast. Het
leek haast een wrede bespotting. Er
waren er onder hen, die al moeite
schenen te hebben om het hoofd nog
boven Water te houden. En het was
onmogelijk te zeggen wat er in de
komende uren nog stond te gebeuren.
Hij vroeg zich af hoeveel van zijn ka
meraden er nog bij hem zouden zijn
als de dag, die begon aan te breken
en zo weinig goeds beloofde, eerst
eens half ten einde was.
De zon was opgekomen. Een bleke
zon tussen de dreigende wolken van
de westmoesson, die een geteisterd
land bescheen.
De noordoostkust van Malakka was
vrijwel geheel in handen van Japanse
troepen. Op acht december waren de
eerste afdelingen mariniers geland bij
Senggora. Het grootste deel daarvan
jiad een hecht bruggehoofd gevormd,
terwijl andere afdelingen van de
vijandelijke strijdkracht tegelijker
tijd een aanval ondernamen op Kota
Baroe, waar ze eerst door de Britse
kustbatterijen werden afgeslagen
maar later op de dag toch vaste voet
kregen in en rondom de verwoeste
stad, die voorbestemd scheen om van
de aarde te worden weggevaagd. Van
de elektrische centrales in de stad
was niet veel meer over dan een berg
puin, waaruit vernielde machines ver
wrongen ijzeren balken en hier en
daar een paar afgebroken stalen bui
zen omhoog staken. Bij het hospitaal
aan de haven, dat door scheepsge
schut plat geschoten was, zochten een
paar verpleegsters en Rode-Kruis-
soldaten in haveloze verscheurde uni
formen, die met bloed bevlekt waren,
naar overlevenden; de doden die ze
vonden, legden ze aan de kant van
de vernielde straat neer. In de in
heemse wijk brandden nog de hutten.
Hier en daar ratelde een mitrailleur,
maar verder hing er een benauwen
de stilte boven de verwoeste gebou
wen. Slechts een enkele maal werd
die stilte plotseling verstoord door
rauwe kreten, het fluiten van een gra
naat, die schijnbaar doelloos afge
vuurd was en zich ergens in de grond
boorde of het een of andere gebouw
tje betrof dat tot nog toe als door
een wonder gespaard was gebleven;
dan ontplofte zij met een doffe knal
en een korte, scherpe lichtflits. Klei
ne groepen, voor het merendeel vrou
wen, sleepten zich moeizaam over de
wegen, die bijna onbegaanbaar waren
geworden nadat de terugtrekkende
Britse en Australische troepen ze op
geblazen of er versperringen aange
legd hadden. Sommigen van die vrou
wen waren zwaar bepakt met gróten-
deels nutteloze bagage, die ze nog een
eindweegs mee zouden slepen, maar
dan toch ergens moesten achterlaten;
anderen hadden niets bij zich dan de
armzalige kleren, die ze aan het li
chaam droegen. Kleine afdelingen
soldaten, die nog steeds niet konden
geloven, dat dit allemaal werkelijk
heid was, trokken zich in verwarring
terug of probeerden zich ergens te
verschansen. Anderen, van de meest
verschillende onderdelen, vormden
nieuwe commando's onder bevel van
een officier, die de meesten van hen
nooit eerder gezien hadden of voer
den op eigen gezag aanvallen uit op
stellingen, die ze kort tevoren hadden
prijsgegeven. Soms wisten ze een tij
delijke overwinning te behalen, meer
door hun geestdrift dan door militair
of strategisch overwicht en konden ze
zich ergens handhaven tot de laatste
man onder het moordende vuur van
mitrailleurs en bommenwerpers sneu
velde. Enkelen trokken zich terug
langs de grote straatweg, die van
noord naar zuid over het gehele Ma-
leise schiereiland loopt. Er waren er
ook, die zich verzamelden en hun heil
zochten in een vlucht naar de dichte
bossen van de wildernis in het bin
nenland, waar ze zich schuil konden
houden om later de vijandelijke le
gers in de rug te bestoken, maar ze
vroegen zich niet af hoe ze de nodige
voorraden proviand en munitie moes
ten aanvullen en of ze daarbij op de
hulp van de inheemse bevolking kon
den rekenen.
Boven dat alles hing een zwarte,
stinkende rookwolk van brandende ge
bouwen, olietanks, munitieopslagplaat
sen, scholen, boomgaarden, schepen
en boten op de rede, van aanplantin- s
gen, loodsen vol ruwe rubber, opslag-
plaatsen vol kopra, van stapels hout
en eenvoudige hutten. De wolk, die
het daglicht verduisterde, was tot ver
in de omtrek te zien. Er scheerde
een enkel vliegtuig overheen. Er
schoot eens een steekvlam uit op.
En dat was nog maar het begin g
van de grote Japanse aanval op een
van de belangrijkste doelen, de Ma-
leise verdedigingslinie, die werd ge- s
vormd door Malakka, Sumatra, Java, g
de Kleine Soenda Eilanden en Nieuw- g
Guinea. g
Op de bureaus van de bevelhebbers
van de Verenigde Strijdkrachten g
werd koortsachtig gewerkt om de te-
genstander in zijn snelle opmars te
stuiten. Leger, vloot en luchtmacht g
wierpen alle beschikbare krachten in g
de strijd. Voortdurend rinkelden de
telefoons en kwamen er radiografi-
sche meldingen binnen, die moesten
worden verwerkt. Reserves en die g
waren schaars werden naar voren g
geschoven; stellingen, die niet meer g
te houden waren, moesten ontruimd
en de bezetting ervan naar andere be- g
dreigde punten overgebracht worden, g
Verliezen moesten zo goed mogelijk
worden aangevuld en daarbij kwam
steeds de brandende vraag naar vo- g
ren: g
„Waarmee?" Want terwijl de Ja- g
panners over onuitputtelijke voorra- g
den tanks, wapens, munitie, schepen, g
vliegtuigen en manschappen beschik- g
ten* hadden de Nederlandse, Britse g
en Australische strijdkrachten slechts g
zeer beperkte voorraden, die daarbij jj|
voor het overgrote deel nog sterk ver- g
ouderd waren. Bij al die overstel- g
pende bedrijvigheid zou een bericht g
van een divisiecommandant over een g
onderzeeboot, die vermist scheen te g
zijn, naar alle waarschijnlijkheid pas g
veel later zijn doorgegeven als een
van de Nederlandse verbindingsoffi-
eieren dat niet onmiddellijk had ge- g
daan, toen hij er toevallig iets van g
hoorde. Hij drong erop aan, dat de g
commandanten van de Vliegtuiggroe- g
pen Vier en Acht van de Marine g
Luchtvaartdiensten, die vanaf Borneo g
langs de lijn Sambas-Natoena-Kwan- g
tan patrouilleerden, opdracht aan hun g
piloten zouden geven om naar Hr.
Ms. 0-16 uit te kijken. Een verzoek
waaraan werd voldaan met de op-
merking: g
„Voor zover het mogelijk is."
Erg bemoedigend was dat niet. Er g
werd van de piloten en waarnemers, g
die met hun Catalina vliegboten van g
de Nederlandse Marine Luchtvaart g
Dienst en hun Seafires en oude Wal- g
russen, van de Britse Luchtmacht, g
toch al haast het onmogelijke ge- g
veVgd.'Ze waren van vroeg in de och- g
tend tot laat in de avond in de lucht, g
moesten voortdurend scherp uitkijken g
naar Japanse konvooien, patrouilles, g
verkennings-, bombardements- en g
jachtvliegers, en werden geregeld on- g
der vuur genomen als ze boven een g
streek kwamen die al door de g
vijand bezet was, zonder dat zij er
tijdig van op de hoogte waren gesteld g
of zelfs voordat het hoofdkwartier 'n g
Singapore er iets van wist. Ook na het g
invallen van de duisternis waren ve-
len nog in hevige gevechten gewik- g
keld met de veel snellere Japanse g
toestellen, die opstegen van vliegdek- g
schepen. g
Voor zover ze nog niet neergescho- g
ten waren, hadden de Nederlandse en
Britse machines dan ook nogal wat g
schade opgelopen, die met onvoldoen- g
de, gebrekkige middelen slechts in g
zoverre werden hersteld, dat ze ten- g
minste weer konden opstijgen. Be- g
stuurders en waarnemers waren ge- g
wond geraakt, maar als die verwon- g
dingen niet al te ernstig waren, had- g
den ze kans gezien de artsen te over-
tuigen, dat ze zich nog heel goed in g
staat voelden om weer in de cockpit g
te klimmen en de stuurknuppel te g
hanteren. Van die mannen mocht
misschien nog wel worden verwacht, g
dat ze de vloot- en troepenbewegin- g
gen van de vijand zouden verkennen, g
maar de kans, dat ze veel aandacht g
zouden besteden aan een vlek diesel-
olie op de golven van de oceaan, een g
paar stukken wrakhout of drenkelin- g
gen, die naar alle waarschijnlijkheid g
nauwelijks het hoofd boven water
konden houden, was niet zo erg groot, g
(Wordt vervolgdi
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiniiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiin
(door Eddy Gilmore, oud A.P.-correspon-
dent in Moskou, die thans opnieuw
Rusland bezoekt).
MOSKOU (AP) In een oud gebouw
in het hart van Moskou maakt een groep
enthousiaste Amerikanen velen tot vrien
den van de Verenigde Staten. Het zijn
Dit vier maanden oude Lampong-
aapje is een der vele Artisbabies die
door hun ontaarde dierenmoeders
verstoten zijn. Oppasser Jan Struik
(foto) mag het wurm nu met melk
en stukjes appel groot brengen.
leden van het personeel der Amerikaanse
ambassade.
In hun vrije tijd en op vrijwillige basis
zijn zij de gastheren en -vrouwen van
landgenoten en tientallen buitenlandse
diplomaten en personeel van buitenland
se ambassades.
Zonder de warme gastvrijheid van de
Amerikansky Club" zou het leven in
Moskou voor heel wat buitenlanders saai
en eenzaam zijn.
DE CLUB werd kort na de tweede we
reldoorlog opgericht en kwam tot bloei
met de steun van nu wijlen generaal Wal
ter Bedell Smith en de generaal John
O'Daniel. Smith was toen ambassadeur,
De grote zaal is het clublokaal. Daar
worden Amerikaanse films vertoond, bin
go gespeeld, gedanst en gedronken. De
muziek komt uit een jukebox en Ameri
kaanse jazz voert de boventoon. Vroeger
had de club een echte band, de „Kremlin-
kraaien" geheten. Wijlen Wisjinski, Rus
sisch minister van Buitenlandse Zaken,
maakte bezwaar tegen de naam en ver
telde ambassadeur Smith dat er onhoffe
lijkheid jegens het Kremlin in school.
Smith korr de minister niet van het te
gendeel overtuigen en verzocht mij (ik
was de drummer) om de naam te ver
wijderen van de grote trommel en tevens
de tekening van een Kremlin-toren waar
kraaien omheencirkelden. De band werd
herdoopt in „De gezuiverde duiven",
maar toen ik bezoekers steeds maar moest
uitleggen wat die naam betekende, maak
te ik er in wanhoop van „Jan Kuif en
zijn fourflushers" (Gilmore is volkomen
kaal en fourflushers is een uitdrukking
ontleend aan het pokerspel).
De tegenwoordige ambassadeur Kohier
probeert weer een band samen te stellen.
Hij noemt de ex-kraaien van het Krem
lin het beste Amerikaanse jazzorkest dat
er destijds ten oosten van Berlijn bestond,
en daar had hij gelijk in, want er was
er maar een.
Horizontaal: 1. van
een stam van de eik
wordt geen stopverf
gemaakt, 3. „Alvo
rens dat te gaan ko
pen, moet je eerst de
kachel opharken,
zouden ze in Ant
werpen zeggen" zei
moeder tot haar
dochter, 5. ,,'t is bar
zoals die haren
groeien", zei Ad, 7.
Ahs ging in de grot
die vogel achterna, 8.
het meisje zei niets,
10. Tom en Ot hebben
hetzelfde devies, 12.
„Ga die rat vangen,
maar loop niet zo
sloom" zei vader tot
zijn zoon, 13. het dier
brengt geen interest
op, 14. De Hr. A.
Smid is een rijkaard,
16. Ali en An brach
ten die plant mee, 18.
in die plaats staat
een bergplaats voor
de kippenloop, 19. er
is 'n ei in dat water,
20. Ger ging op reis
om die vogels te ha
len, 22. In de Eng.
handel zit een rat, 23.
Ed breng het sop
vlug naar de stal, 24.
Toen Tom voor de
beek stond was hij
in België.
Verticaal: 1. „Kom,
er is hier toch geen
hamer te vinden", zei vader. 2. de jongen
had de la van de kas gauw open, 3. pak
dat riet weg, daar loopt een vogel, 4. „Ik
vind het eng om naar Tiel te gaan, 't is
trouwens op het ogenblik lastig voor mij,"
zei moeder tegen haar dochter, 5. er brak
brand uit toen de werkman in de stokerij
was, 6. toen gaf Ida die schenking, 8. Een
klap en hij kwam in Afrika terecht, 9. Er
na gaat dan naar het Gooi, 10. voor dat
soort metaal moet men naar die man
gaan, 11. Ans en Roel gaan naar Frankrijk,
14. na de markt was het in 't oog vallend
hoe vuil alles was, 15. „Sar niet zo", zei
moeder, „geef Dien dat visje". 16. In
Limb, vond ik een gordel om een boom,
17. „Dina, men mag het geen enkel per
1
2
3
4
5
6
7
- y,4<J
4;
8
V
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
soon laten'zien" zei tante tot haar nichtje.
20. Trani is idyllisch gelegen, 21. 't Is gek,
een viervoeter zit op de nek van een vis.
Oplossingen, uilsluitend per briefkaart,
dienen voor donderdag a.s. in ons bezit te
zijn.
OPLOSSING PAASHAASPUZZEL
De tweeling bestond uit de haasjes 13
en 57.
PRIJSWINNAARS PAASHAASPUZZEL
7,50 A. Westervoord, Marktplein 10,
IJmuiden; 5,I. den Braber, Sperwer
straat 40, Haarlem; 2,50 H. Dedden,
Oranje Nassaulaan 58. Overveen.
Kohier hoopt dat Washington hem ie
mand voor de ambassade stuurt die pia
no kan spelen, dan kan de band weer
in leven worden geroepen. Twee leden
van de Kremlin-kraaien zijn in Moskou
terug, gezant John M. McSweeney, een
goede basspeler, en de militaire attaché
kolonel Peter Leon Urban, een violist uit
de Joe Venuti-school.
De oorspronkelijke instrumenten, een
cadeau van generaal Lucius Clay toen
deze Amerikaanse bevelhebber in Berlijn
was, liggen te roesten in de kelder van
het Amerikaanse huis. Maar de ambassa
deur heeft toegezegd voor nieuwe instru
menten te zullen zorgen zodra hij een
pianist heeft.
's Zaterdagavonds is het vol in de club.
Na de film wordt er gedanst op muziek
uit de juke-box en worden er „hot dogs",
broodjes met warme worstjes rondgedeeld.
De hot dogs zijn gratis, evenals de toe
gang tot de club. De bezoekers vormen
een zeer gemengd gezelschap. Men ziet
er Italianen, Fransen, Afrikanen, Skandi,-
naviërs, Duitsers (ook sommige Oost-Duit
sers), Indiërs, Pakistani, Iranezen, Bir-
mezen, Britten, Canadezen en Zuid-Ame
rikanen. Ook de vrouwen zijn van ver
schillende nationaliteit.
Er zijn natuurlijk geen Russen, maar
misschien komt er een dag dat dit ook
gaat gebeuren.
Deze forse knaap, Artis' pronkgorilla
Babar, zal binnenkort in de Amster
damse dierentuin in het huwelijk
treden met een totnogtoe onbekende
gorilladame teneinde hem uit zijn
jarenlange eenzaamheid als vrijgezel
te verlossen. Zijn bruid, een ge
schenk van de provincie Noord-
Holland ter gelegenheid van Artis
125-jarig bestaan, zal enige tiendui
zenden guldens kosten.
UIT EEN HUT van cederhout steeg
het gedempte gezang van een hymne ter
ere van Boeddha op. In de hut zaten een
aantal kinderen met vollemaansgezichten
tegenover een met zijde bekleed altaar.
Krachtig verhieven zij hun stemmen als
een lama (priester) in bruin habijt hun
dit beval. Het waren kinderen uit Tibet
en het gebeuren speelde zich af op nog
geen honderd kilometer afstand van
Londen. Het was een toneel, dat men tot
voor enkele jaren slechts had kunnen
gadeslaan in het verre Tibet.
DE KINDEREN en de lama waren en
kelen van de duizenden, die uit Tibet zijn
gevlucht uit angst voor de wraak van de
Chinese communisten na de mislukte op
stand van 1959.
Door de hooglanden van het Himalaja-
gebergte ploeterend om veiliger oorden te
bereiken, brachten zij de gebruiken en ri
tuelen mee die eeuwenlang voor vreemde
lingen geheim gehouden waren.
De meeste gevluchte Tibetanen lieten
zich neer in vluchtelingenkampen in het
noorden van India. In februari van dit
jaar zijn 22 kinderen acht meisjes en
14 jongens naar het Pestalozzi-kinder-
dorp in landelijk Engeland gebracht.
Dit dorp, dat naar de Zwitserse achttien-
de-eeuwse pedagoog Heinrich Pestalozzi
is genoemd; -staat orrder leiding- van een
instelling van weldadigheid, die zich wijdt
aan de zorg voor de van alles beroofde
kinderen in de wereld. Deze stichtte vijf
jaar geleden, het kinderdorp op een land
goed van 70 hectaren compleet met een
landhuis, waar vroeger een Engelse land
edelman heeft gewoond.
HET KINDERDORP ligt in Sussex, niet
ver van de gemeente Battle, het toneel
van de slag bij Hastings van 1066.
Behalve aan de Tibetaantjes biedt het
onderdak aan 65 uitgeweken kinderen, be
horende tot 15 nationaliteiten. Maar de ba
rak waarin de Tibetaanse kinderen wo
nen, staat afgezonderd van de andere ge
bouwen van het dorp en wordt aan het
gezicht cmttrokken door met gras be
groeide heuvels en hoge pijnbomen.
„Ze wagen zich niet buiten het kamp,"
vertelde de assistent-kampbeheerder Bil
ly Mountain.
De overgang van Tibet naar het moder
ne Engeland schijnt de kinderen licht te
vallen Ze zijn tussen vijf en 13 jaar oud
en vele zijn te jong om zich hun vader
land of hun vlucht door de bergen te her
inneren.
GEKLEED in spijkerbroeken en dikke
wollen truien buitelen ze joelend over het
veld en spelen luidruchtige partijtjes voet
bal. Ofschoon slechts weinige Engels kun
nen lezen, plakken ze de plaatjes uit En
gelse stripverhalen op en 's middags klit
ten ze geboeid samen rondom een tv-
toestel om naar wild-west-films en strip
verhalen te kijken.
„De andere kinderen in het dorp zijn
gek op ze," vertelde Mountain. „Ze ko
men zo vaak mogelijk naar de barak om
de jongste Tibetaantjes te helpen verzor
gen. Maar tussen 's morgens negen en elf
uur wordt er niemand bij hen toegelaten.
Die tijd is bestemd voor godsdienstoefe
ningen en onderwijs in de Tibetaanse
taal."
Dat onderwijs wordt gegeven door de la
ma, Tsoeltim Gyeltsen, en vier andere Ti
betaanse volwassenen, die met de kinde
ren naar Engeland zijn gekomen. Aan het
godsdienstonderwijs wordt streng de hand
gehouden. Als zij de eetzaal, waar het al
taar is opgesteld, binnenkomen, vallen de
kinderen op hun knieën en raken zij met
hun voorhoofd de vloer aan.
Boven het altaar hangen afbeeldingen
van Boeddha en de priester-koning, de Da
lai Lama. Ernaast staat een tafel, waar
op een schotel rijst, Tibetaans geld en ze
ven zilveren bokalen met water, offeran
den voor Boeddha, staan.
Als het gezelschap zich verzamelt om te
eten valt een stilte over de kinderen. Op
een woord van de lama heffen zij hun
borden gebakken aardappelen en blikvlees
omhoog om een hymne van dankbaarheid
te zingen.
Het personeel van het dorp geeft lessen
in Engels en gewone schoolvakken. De
meeste kinderen zijn in India op school ge
weest en spreken een paar woorden En
gels.
„In sommige vakken", zei Mountain,
„zijn zij verbazingwekkend gevorderd, bij
voorbeeld in geschiedenis en aardrijkskun
de. Ze houden ook buitengewoon veel van
boetseren en schilderen."
DE BEHEERDERS van - het dorp ho
pen, dat de Tibetaanse kinderen metter
tijd naar gewone-scholen in de omtrek
zullen kunnen gaan om onderwijs te ont
vangen tot het niveau van een middelbare
school.
Zij zijn hier gekomen met de zegen van
de Dalai Lama, die de wens heeft geuit
dat zij later zullen worden opgeleid tot
verpleegsters, doktoren, onderwijzers en
administrateurs.
Er bestaat geen plan om hen op den
duur te assimileren tot Britse burgers. De
volwassenen van het gezelschap beschou
wen hun verblijf hier allen als een tijde
lijke ballingschap uit hun geliefde vader
land in het Himalajagebergte.
„Wij bereiden ons voor om naar Tibet
terug te keren zodra het land weer vrij
is," zeide de 16-jarige Namygal Drolka.
Advertentie i
Onderscheiding. Tot ridder in de orde
van Oranje-Nassau is benoemd M. M. W.
Pennink, wonende te Hattem, onder-direc
teur van LindetevesJacoberg N.V.
Een oorspronkelijk stripverhaal
door Annie M. G. Schmidt
en Fiep Westendorp
SWAN FEATURES SYNOICATE L«Ö«U
46. Tante Patent had al haar vrienden achterge
laten in de wachtkamer van de dokter. Ik kan daar
toch niet helpen.dacht ze. Ik zou zo iraag een
methode vinden om die vreselijke zuster Klivia on
schadelijk te maken. Straks loopt heel de stad zich
te krabben. Ik zal eens kijken of de Openbare Lees
zaal niet een boek bezit waarin iets voorkomt over
toverjeuk. Meer dan een uur zocht tante Patent in
oude dikke boeken. Ze kon niets vinden over jeuk
totdat haar oog viel op een heel dik werk, gebonden
in perkament. Het was getiteld: Recepten tegen kwa
de Invloeden. Tante Patent zocht de letter J en
vond daar het 'onderwerp: JEUK. Ze las het aandach
tig. Ik moet een spreuk opzeggen.mompelde ze.
Is dat alles? Wat makkelijk. Wat is het leven toch
makkelijk als je maar gewoon doet. Kijk, hier staat
het. Ik moet zeggen: Sprinke Spranke Spreuk, ver
laat ons, jeuk! Tante Patent las het hardop en nau
welijks waren haar woorden koud of ze hoorde een
gierende wind en voelde een koude vlaag langs zich
heen strijken. Een uil vloog krassend tussen de boe
kenrekken en met een donderend gerommel vielen
alle boeken naar beneden.
15. „Grumps," gromde graaf Upke van Sught tot Bral
len, „dat zwartwitte ventje begint vervelend te wor
den. Wat verbeeldt hij zich wel,dot hij me zomaar
m'n vermomming kan afrukken? Ik heb er genoeg van!
Grr!" Hij trok driftig aan de noodrem en sprong uit
de wagon, na enkele ogenblikken gevolgd door Pat en
Panda. „Stop!" riep Pat de graaf na. „Hier met dat
briefje!" „Lelijke dief!" voegde Panda hieraan toe,
maar de graaf trok zich van deze kreten niets aan.
Hij had zo'n grote voorsprong dat Pat en Panda hem
al spoedig uit het-oog verloren en hoewel zij tot laai
in de avond de omgeving afzochten, slaagden ze er niet
in\de voortvluchtige op het spoor te komen. „Toch moet
hij hier in de buurt zijn," zei Pat O'Nozel. „Ga jij
dat woud daar uitkammen, Panda, dan ga ik in deze
herberg zoeken naar vingerafdrukkens." Panda keek
bedrukt naar het duistere woud. „Nee," zei hij, „ik ga
ook die herberg binnen. Het is laat. Ik ben moe. Mor
gen kunnen we wel weer verder zoeken." „Vooruit dan
maar," antwoordde de detective, een geeuw onderdruk
kend, „moe ben ik niet, maar mijn meesterbrein heeft
wel wat rust verdiend. Kom mee!"
f