DE AMERIK AN SKY CLUBj TREFPUNT DER BUITENLANDERS IN MOSKOU PUZZEL NUMMER 32 Klein Tibet in Engeland Tante Patent en buurman Bezig me, PANDA EN DE JACHT OP JANSEN 1 *1 f I 5? S 11 Ons vervolgverhaal Een oase van vertier in de woestijn der verveling "•sr ZATERDAG 20 APRIL 1963 EEN OORSPRONKELIJKE ROMAN DOOR KLAAS VAN DER GEEST I f pniniiimnniniinniinii 0-16 i4> „We zullen ons zelf wel moeten hel pen... van anderen hoeven we niet op hulp te hopen," stelde hij vast. Het leek haast een wrede bespotting. Er waren er onder hen, die al moeite schenen te hebben om het hoofd nog boven Water te houden. En het was onmogelijk te zeggen wat er in de komende uren nog stond te gebeuren. Hij vroeg zich af hoeveel van zijn ka meraden er nog bij hem zouden zijn als de dag, die begon aan te breken en zo weinig goeds beloofde, eerst eens half ten einde was. De zon was opgekomen. Een bleke zon tussen de dreigende wolken van de westmoesson, die een geteisterd land bescheen. De noordoostkust van Malakka was vrijwel geheel in handen van Japanse troepen. Op acht december waren de eerste afdelingen mariniers geland bij Senggora. Het grootste deel daarvan jiad een hecht bruggehoofd gevormd, terwijl andere afdelingen van de vijandelijke strijdkracht tegelijker tijd een aanval ondernamen op Kota Baroe, waar ze eerst door de Britse kustbatterijen werden afgeslagen maar later op de dag toch vaste voet kregen in en rondom de verwoeste stad, die voorbestemd scheen om van de aarde te worden weggevaagd. Van de elektrische centrales in de stad was niet veel meer over dan een berg puin, waaruit vernielde machines ver wrongen ijzeren balken en hier en daar een paar afgebroken stalen bui zen omhoog staken. Bij het hospitaal aan de haven, dat door scheepsge schut plat geschoten was, zochten een paar verpleegsters en Rode-Kruis- soldaten in haveloze verscheurde uni formen, die met bloed bevlekt waren, naar overlevenden; de doden die ze vonden, legden ze aan de kant van de vernielde straat neer. In de in heemse wijk brandden nog de hutten. Hier en daar ratelde een mitrailleur, maar verder hing er een benauwen de stilte boven de verwoeste gebou wen. Slechts een enkele maal werd die stilte plotseling verstoord door rauwe kreten, het fluiten van een gra naat, die schijnbaar doelloos afge vuurd was en zich ergens in de grond boorde of het een of andere gebouw tje betrof dat tot nog toe als door een wonder gespaard was gebleven; dan ontplofte zij met een doffe knal en een korte, scherpe lichtflits. Klei ne groepen, voor het merendeel vrou wen, sleepten zich moeizaam over de wegen, die bijna onbegaanbaar waren geworden nadat de terugtrekkende Britse en Australische troepen ze op geblazen of er versperringen aange legd hadden. Sommigen van die vrou wen waren zwaar bepakt met gróten- deels nutteloze bagage, die ze nog een eindweegs mee zouden slepen, maar dan toch ergens moesten achterlaten; anderen hadden niets bij zich dan de armzalige kleren, die ze aan het li chaam droegen. Kleine afdelingen soldaten, die nog steeds niet konden geloven, dat dit allemaal werkelijk heid was, trokken zich in verwarring terug of probeerden zich ergens te verschansen. Anderen, van de meest verschillende onderdelen, vormden nieuwe commando's onder bevel van een officier, die de meesten van hen nooit eerder gezien hadden of voer den op eigen gezag aanvallen uit op stellingen, die ze kort tevoren hadden prijsgegeven. Soms wisten ze een tij delijke overwinning te behalen, meer door hun geestdrift dan door militair of strategisch overwicht en konden ze zich ergens handhaven tot de laatste man onder het moordende vuur van mitrailleurs en bommenwerpers sneu velde. Enkelen trokken zich terug langs de grote straatweg, die van noord naar zuid over het gehele Ma- leise schiereiland loopt. Er waren er ook, die zich verzamelden en hun heil zochten in een vlucht naar de dichte bossen van de wildernis in het bin nenland, waar ze zich schuil konden houden om later de vijandelijke le gers in de rug te bestoken, maar ze vroegen zich niet af hoe ze de nodige voorraden proviand en munitie moes ten aanvullen en of ze daarbij op de hulp van de inheemse bevolking kon den rekenen. Boven dat alles hing een zwarte, stinkende rookwolk van brandende ge bouwen, olietanks, munitieopslagplaat sen, scholen, boomgaarden, schepen en boten op de rede, van aanplantin- s gen, loodsen vol ruwe rubber, opslag- plaatsen vol kopra, van stapels hout en eenvoudige hutten. De wolk, die het daglicht verduisterde, was tot ver in de omtrek te zien. Er scheerde een enkel vliegtuig overheen. Er schoot eens een steekvlam uit op. En dat was nog maar het begin g van de grote Japanse aanval op een van de belangrijkste doelen, de Ma- leise verdedigingslinie, die werd ge- s vormd door Malakka, Sumatra, Java, g de Kleine Soenda Eilanden en Nieuw- g Guinea. g Op de bureaus van de bevelhebbers van de Verenigde Strijdkrachten g werd koortsachtig gewerkt om de te- genstander in zijn snelle opmars te stuiten. Leger, vloot en luchtmacht g wierpen alle beschikbare krachten in g de strijd. Voortdurend rinkelden de telefoons en kwamen er radiografi- sche meldingen binnen, die moesten worden verwerkt. Reserves en die g waren schaars werden naar voren g geschoven; stellingen, die niet meer g te houden waren, moesten ontruimd en de bezetting ervan naar andere be- g dreigde punten overgebracht worden, g Verliezen moesten zo goed mogelijk worden aangevuld en daarbij kwam steeds de brandende vraag naar vo- g ren: g „Waarmee?" Want terwijl de Ja- g panners over onuitputtelijke voorra- g den tanks, wapens, munitie, schepen, g vliegtuigen en manschappen beschik- g ten* hadden de Nederlandse, Britse g en Australische strijdkrachten slechts g zeer beperkte voorraden, die daarbij jj| voor het overgrote deel nog sterk ver- g ouderd waren. Bij al die overstel- g pende bedrijvigheid zou een bericht g van een divisiecommandant over een g onderzeeboot, die vermist scheen te g zijn, naar alle waarschijnlijkheid pas g veel later zijn doorgegeven als een van de Nederlandse verbindingsoffi- eieren dat niet onmiddellijk had ge- g daan, toen hij er toevallig iets van g hoorde. Hij drong erop aan, dat de g commandanten van de Vliegtuiggroe- g pen Vier en Acht van de Marine g Luchtvaartdiensten, die vanaf Borneo g langs de lijn Sambas-Natoena-Kwan- g tan patrouilleerden, opdracht aan hun g piloten zouden geven om naar Hr. Ms. 0-16 uit te kijken. Een verzoek waaraan werd voldaan met de op- merking: g „Voor zover het mogelijk is." Erg bemoedigend was dat niet. Er g werd van de piloten en waarnemers, g die met hun Catalina vliegboten van g de Nederlandse Marine Luchtvaart g Dienst en hun Seafires en oude Wal- g russen, van de Britse Luchtmacht, g toch al haast het onmogelijke ge- g veVgd.'Ze waren van vroeg in de och- g tend tot laat in de avond in de lucht, g moesten voortdurend scherp uitkijken g naar Japanse konvooien, patrouilles, g verkennings-, bombardements- en g jachtvliegers, en werden geregeld on- g der vuur genomen als ze boven een g streek kwamen die al door de g vijand bezet was, zonder dat zij er tijdig van op de hoogte waren gesteld g of zelfs voordat het hoofdkwartier 'n g Singapore er iets van wist. Ook na het g invallen van de duisternis waren ve- len nog in hevige gevechten gewik- g keld met de veel snellere Japanse g toestellen, die opstegen van vliegdek- g schepen. g Voor zover ze nog niet neergescho- g ten waren, hadden de Nederlandse en Britse machines dan ook nogal wat g schade opgelopen, die met onvoldoen- g de, gebrekkige middelen slechts in g zoverre werden hersteld, dat ze ten- g minste weer konden opstijgen. Be- g stuurders en waarnemers waren ge- g wond geraakt, maar als die verwon- g dingen niet al te ernstig waren, had- g den ze kans gezien de artsen te over- tuigen, dat ze zich nog heel goed in g staat voelden om weer in de cockpit g te klimmen en de stuurknuppel te g hanteren. Van die mannen mocht misschien nog wel worden verwacht, g dat ze de vloot- en troepenbewegin- g gen van de vijand zouden verkennen, g maar de kans, dat ze veel aandacht g zouden besteden aan een vlek diesel- olie op de golven van de oceaan, een g paar stukken wrakhout of drenkelin- g gen, die naar alle waarschijnlijkheid g nauwelijks het hoofd boven water konden houden, was niet zo erg groot, g (Wordt vervolgdi iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiniiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiin (door Eddy Gilmore, oud A.P.-correspon- dent in Moskou, die thans opnieuw Rusland bezoekt). MOSKOU (AP) In een oud gebouw in het hart van Moskou maakt een groep enthousiaste Amerikanen velen tot vrien den van de Verenigde Staten. Het zijn Dit vier maanden oude Lampong- aapje is een der vele Artisbabies die door hun ontaarde dierenmoeders verstoten zijn. Oppasser Jan Struik (foto) mag het wurm nu met melk en stukjes appel groot brengen. leden van het personeel der Amerikaanse ambassade. In hun vrije tijd en op vrijwillige basis zijn zij de gastheren en -vrouwen van landgenoten en tientallen buitenlandse diplomaten en personeel van buitenland se ambassades. Zonder de warme gastvrijheid van de Amerikansky Club" zou het leven in Moskou voor heel wat buitenlanders saai en eenzaam zijn. DE CLUB werd kort na de tweede we reldoorlog opgericht en kwam tot bloei met de steun van nu wijlen generaal Wal ter Bedell Smith en de generaal John O'Daniel. Smith was toen ambassadeur, De grote zaal is het clublokaal. Daar worden Amerikaanse films vertoond, bin go gespeeld, gedanst en gedronken. De muziek komt uit een jukebox en Ameri kaanse jazz voert de boventoon. Vroeger had de club een echte band, de „Kremlin- kraaien" geheten. Wijlen Wisjinski, Rus sisch minister van Buitenlandse Zaken, maakte bezwaar tegen de naam en ver telde ambassadeur Smith dat er onhoffe lijkheid jegens het Kremlin in school. Smith korr de minister niet van het te gendeel overtuigen en verzocht mij (ik was de drummer) om de naam te ver wijderen van de grote trommel en tevens de tekening van een Kremlin-toren waar kraaien omheencirkelden. De band werd herdoopt in „De gezuiverde duiven", maar toen ik bezoekers steeds maar moest uitleggen wat die naam betekende, maak te ik er in wanhoop van „Jan Kuif en zijn fourflushers" (Gilmore is volkomen kaal en fourflushers is een uitdrukking ontleend aan het pokerspel). De tegenwoordige ambassadeur Kohier probeert weer een band samen te stellen. Hij noemt de ex-kraaien van het Krem lin het beste Amerikaanse jazzorkest dat er destijds ten oosten van Berlijn bestond, en daar had hij gelijk in, want er was er maar een. Horizontaal: 1. van een stam van de eik wordt geen stopverf gemaakt, 3. „Alvo rens dat te gaan ko pen, moet je eerst de kachel opharken, zouden ze in Ant werpen zeggen" zei moeder tot haar dochter, 5. ,,'t is bar zoals die haren groeien", zei Ad, 7. Ahs ging in de grot die vogel achterna, 8. het meisje zei niets, 10. Tom en Ot hebben hetzelfde devies, 12. „Ga die rat vangen, maar loop niet zo sloom" zei vader tot zijn zoon, 13. het dier brengt geen interest op, 14. De Hr. A. Smid is een rijkaard, 16. Ali en An brach ten die plant mee, 18. in die plaats staat een bergplaats voor de kippenloop, 19. er is 'n ei in dat water, 20. Ger ging op reis om die vogels te ha len, 22. In de Eng. handel zit een rat, 23. Ed breng het sop vlug naar de stal, 24. Toen Tom voor de beek stond was hij in België. Verticaal: 1. „Kom, er is hier toch geen hamer te vinden", zei vader. 2. de jongen had de la van de kas gauw open, 3. pak dat riet weg, daar loopt een vogel, 4. „Ik vind het eng om naar Tiel te gaan, 't is trouwens op het ogenblik lastig voor mij," zei moeder tegen haar dochter, 5. er brak brand uit toen de werkman in de stokerij was, 6. toen gaf Ida die schenking, 8. Een klap en hij kwam in Afrika terecht, 9. Er na gaat dan naar het Gooi, 10. voor dat soort metaal moet men naar die man gaan, 11. Ans en Roel gaan naar Frankrijk, 14. na de markt was het in 't oog vallend hoe vuil alles was, 15. „Sar niet zo", zei moeder, „geef Dien dat visje". 16. In Limb, vond ik een gordel om een boom, 17. „Dina, men mag het geen enkel per 1 2 3 4 5 6 7 - y,4<J 4; 8 V 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 soon laten'zien" zei tante tot haar nichtje. 20. Trani is idyllisch gelegen, 21. 't Is gek, een viervoeter zit op de nek van een vis. Oplossingen, uilsluitend per briefkaart, dienen voor donderdag a.s. in ons bezit te zijn. OPLOSSING PAASHAASPUZZEL De tweeling bestond uit de haasjes 13 en 57. PRIJSWINNAARS PAASHAASPUZZEL 7,50 A. Westervoord, Marktplein 10, IJmuiden; 5,I. den Braber, Sperwer straat 40, Haarlem; 2,50 H. Dedden, Oranje Nassaulaan 58. Overveen. Kohier hoopt dat Washington hem ie mand voor de ambassade stuurt die pia no kan spelen, dan kan de band weer in leven worden geroepen. Twee leden van de Kremlin-kraaien zijn in Moskou terug, gezant John M. McSweeney, een goede basspeler, en de militaire attaché kolonel Peter Leon Urban, een violist uit de Joe Venuti-school. De oorspronkelijke instrumenten, een cadeau van generaal Lucius Clay toen deze Amerikaanse bevelhebber in Berlijn was, liggen te roesten in de kelder van het Amerikaanse huis. Maar de ambassa deur heeft toegezegd voor nieuwe instru menten te zullen zorgen zodra hij een pianist heeft. 's Zaterdagavonds is het vol in de club. Na de film wordt er gedanst op muziek uit de juke-box en worden er „hot dogs", broodjes met warme worstjes rondgedeeld. De hot dogs zijn gratis, evenals de toe gang tot de club. De bezoekers vormen een zeer gemengd gezelschap. Men ziet er Italianen, Fransen, Afrikanen, Skandi,- naviërs, Duitsers (ook sommige Oost-Duit sers), Indiërs, Pakistani, Iranezen, Bir- mezen, Britten, Canadezen en Zuid-Ame rikanen. Ook de vrouwen zijn van ver schillende nationaliteit. Er zijn natuurlijk geen Russen, maar misschien komt er een dag dat dit ook gaat gebeuren. Deze forse knaap, Artis' pronkgorilla Babar, zal binnenkort in de Amster damse dierentuin in het huwelijk treden met een totnogtoe onbekende gorilladame teneinde hem uit zijn jarenlange eenzaamheid als vrijgezel te verlossen. Zijn bruid, een ge schenk van de provincie Noord- Holland ter gelegenheid van Artis 125-jarig bestaan, zal enige tiendui zenden guldens kosten. UIT EEN HUT van cederhout steeg het gedempte gezang van een hymne ter ere van Boeddha op. In de hut zaten een aantal kinderen met vollemaansgezichten tegenover een met zijde bekleed altaar. Krachtig verhieven zij hun stemmen als een lama (priester) in bruin habijt hun dit beval. Het waren kinderen uit Tibet en het gebeuren speelde zich af op nog geen honderd kilometer afstand van Londen. Het was een toneel, dat men tot voor enkele jaren slechts had kunnen gadeslaan in het verre Tibet. DE KINDEREN en de lama waren en kelen van de duizenden, die uit Tibet zijn gevlucht uit angst voor de wraak van de Chinese communisten na de mislukte op stand van 1959. Door de hooglanden van het Himalaja- gebergte ploeterend om veiliger oorden te bereiken, brachten zij de gebruiken en ri tuelen mee die eeuwenlang voor vreemde lingen geheim gehouden waren. De meeste gevluchte Tibetanen lieten zich neer in vluchtelingenkampen in het noorden van India. In februari van dit jaar zijn 22 kinderen acht meisjes en 14 jongens naar het Pestalozzi-kinder- dorp in landelijk Engeland gebracht. Dit dorp, dat naar de Zwitserse achttien- de-eeuwse pedagoog Heinrich Pestalozzi is genoemd; -staat orrder leiding- van een instelling van weldadigheid, die zich wijdt aan de zorg voor de van alles beroofde kinderen in de wereld. Deze stichtte vijf jaar geleden, het kinderdorp op een land goed van 70 hectaren compleet met een landhuis, waar vroeger een Engelse land edelman heeft gewoond. HET KINDERDORP ligt in Sussex, niet ver van de gemeente Battle, het toneel van de slag bij Hastings van 1066. Behalve aan de Tibetaantjes biedt het onderdak aan 65 uitgeweken kinderen, be horende tot 15 nationaliteiten. Maar de ba rak waarin de Tibetaanse kinderen wo nen, staat afgezonderd van de andere ge bouwen van het dorp en wordt aan het gezicht cmttrokken door met gras be groeide heuvels en hoge pijnbomen. „Ze wagen zich niet buiten het kamp," vertelde de assistent-kampbeheerder Bil ly Mountain. De overgang van Tibet naar het moder ne Engeland schijnt de kinderen licht te vallen Ze zijn tussen vijf en 13 jaar oud en vele zijn te jong om zich hun vader land of hun vlucht door de bergen te her inneren. GEKLEED in spijkerbroeken en dikke wollen truien buitelen ze joelend over het veld en spelen luidruchtige partijtjes voet bal. Ofschoon slechts weinige Engels kun nen lezen, plakken ze de plaatjes uit En gelse stripverhalen op en 's middags klit ten ze geboeid samen rondom een tv- toestel om naar wild-west-films en strip verhalen te kijken. „De andere kinderen in het dorp zijn gek op ze," vertelde Mountain. „Ze ko men zo vaak mogelijk naar de barak om de jongste Tibetaantjes te helpen verzor gen. Maar tussen 's morgens negen en elf uur wordt er niemand bij hen toegelaten. Die tijd is bestemd voor godsdienstoefe ningen en onderwijs in de Tibetaanse taal." Dat onderwijs wordt gegeven door de la ma, Tsoeltim Gyeltsen, en vier andere Ti betaanse volwassenen, die met de kinde ren naar Engeland zijn gekomen. Aan het godsdienstonderwijs wordt streng de hand gehouden. Als zij de eetzaal, waar het al taar is opgesteld, binnenkomen, vallen de kinderen op hun knieën en raken zij met hun voorhoofd de vloer aan. Boven het altaar hangen afbeeldingen van Boeddha en de priester-koning, de Da lai Lama. Ernaast staat een tafel, waar op een schotel rijst, Tibetaans geld en ze ven zilveren bokalen met water, offeran den voor Boeddha, staan. Als het gezelschap zich verzamelt om te eten valt een stilte over de kinderen. Op een woord van de lama heffen zij hun borden gebakken aardappelen en blikvlees omhoog om een hymne van dankbaarheid te zingen. Het personeel van het dorp geeft lessen in Engels en gewone schoolvakken. De meeste kinderen zijn in India op school ge weest en spreken een paar woorden En gels. „In sommige vakken", zei Mountain, „zijn zij verbazingwekkend gevorderd, bij voorbeeld in geschiedenis en aardrijkskun de. Ze houden ook buitengewoon veel van boetseren en schilderen." DE BEHEERDERS van - het dorp ho pen, dat de Tibetaanse kinderen metter tijd naar gewone-scholen in de omtrek zullen kunnen gaan om onderwijs te ont vangen tot het niveau van een middelbare school. Zij zijn hier gekomen met de zegen van de Dalai Lama, die de wens heeft geuit dat zij later zullen worden opgeleid tot verpleegsters, doktoren, onderwijzers en administrateurs. Er bestaat geen plan om hen op den duur te assimileren tot Britse burgers. De volwassenen van het gezelschap beschou wen hun verblijf hier allen als een tijde lijke ballingschap uit hun geliefde vader land in het Himalajagebergte. „Wij bereiden ons voor om naar Tibet terug te keren zodra het land weer vrij is," zeide de 16-jarige Namygal Drolka. Advertentie i Onderscheiding. Tot ridder in de orde van Oranje-Nassau is benoemd M. M. W. Pennink, wonende te Hattem, onder-direc teur van LindetevesJacoberg N.V. Een oorspronkelijk stripverhaal door Annie M. G. Schmidt en Fiep Westendorp SWAN FEATURES SYNOICATE L«Ö«U 46. Tante Patent had al haar vrienden achterge laten in de wachtkamer van de dokter. Ik kan daar toch niet helpen.dacht ze. Ik zou zo iraag een methode vinden om die vreselijke zuster Klivia on schadelijk te maken. Straks loopt heel de stad zich te krabben. Ik zal eens kijken of de Openbare Lees zaal niet een boek bezit waarin iets voorkomt over toverjeuk. Meer dan een uur zocht tante Patent in oude dikke boeken. Ze kon niets vinden over jeuk totdat haar oog viel op een heel dik werk, gebonden in perkament. Het was getiteld: Recepten tegen kwa de Invloeden. Tante Patent zocht de letter J en vond daar het 'onderwerp: JEUK. Ze las het aandach tig. Ik moet een spreuk opzeggen.mompelde ze. Is dat alles? Wat makkelijk. Wat is het leven toch makkelijk als je maar gewoon doet. Kijk, hier staat het. Ik moet zeggen: Sprinke Spranke Spreuk, ver laat ons, jeuk! Tante Patent las het hardop en nau welijks waren haar woorden koud of ze hoorde een gierende wind en voelde een koude vlaag langs zich heen strijken. Een uil vloog krassend tussen de boe kenrekken en met een donderend gerommel vielen alle boeken naar beneden. 15. „Grumps," gromde graaf Upke van Sught tot Bral len, „dat zwartwitte ventje begint vervelend te wor den. Wat verbeeldt hij zich wel,dot hij me zomaar m'n vermomming kan afrukken? Ik heb er genoeg van! Grr!" Hij trok driftig aan de noodrem en sprong uit de wagon, na enkele ogenblikken gevolgd door Pat en Panda. „Stop!" riep Pat de graaf na. „Hier met dat briefje!" „Lelijke dief!" voegde Panda hieraan toe, maar de graaf trok zich van deze kreten niets aan. Hij had zo'n grote voorsprong dat Pat en Panda hem al spoedig uit het-oog verloren en hoewel zij tot laai in de avond de omgeving afzochten, slaagden ze er niet in\de voortvluchtige op het spoor te komen. „Toch moet hij hier in de buurt zijn," zei Pat O'Nozel. „Ga jij dat woud daar uitkammen, Panda, dan ga ik in deze herberg zoeken naar vingerafdrukkens." Panda keek bedrukt naar het duistere woud. „Nee," zei hij, „ik ga ook die herberg binnen. Het is laat. Ik ben moe. Mor gen kunnen we wel weer verder zoeken." „Vooruit dan maar," antwoordde de detective, een geeuw onderdruk kend, „moe ben ik niet, maar mijn meesterbrein heeft wel wat rust verdiend. Kom mee!" f

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1963 | | pagina 11