Schager Markt bestaat al vijfhonderd jaar blijfjong... blijf fit. Eenheid van spelling voor bastaardwoorden Horizonten van onze buitenlandse politiek ROBINSON Een goede fiets koopt u alleen bij de vakman! Dat spreekt vanzelf! Fa. B. ENGELENBERG door Dr. H. Riemens (oud-gezant der Nederlanden) Indonesische pers- attaché aangekomen Nederlands-Belgische commissie moet moeilijkheden oplossen Op grensstations geen verkoop van accijns vrije dranken Dr. ir. F. 0- den Hollander zeventig jaar Dader van vijftig inbraken gepakt 5 DONDERDAG 30 MEI 1963 14 95 v.a. 14. de sandatf met het ideale zachtverende voetbed Van 30 maart tot en met 1 juni: Elke dag een fiets voor niets! Hoe? Vraag het uw fietsenhandelaar OFFICIËLE VERKOOP SIKKENS LAKKEN WATERPROOF SCHUURPAPIER VOCHTDICHTE TENT VOOR SIGAREN Kort nieuws TZ Schager Markt" is de laatste jaren voor vele mensen een toverwoord geworden. De vakantiegangers, de spoorwegen en de televisie hebben dit festijn ontdekt en elk jaar wordt het er dan ook druk ker. Zo tegen half tien komt het feest goed op gang, maar feitelijk begint het feest al eerder. De vorige avond bij voorbeeld, wanneer moeder de oude Westfriese kostuums nog eens afborstelt en opstrijkt, of de volgende morgen vroeg, wanneer de marktstalletjes wor den opgesteld en de „Uienhoop", de Schager boerenkapel, zich naar het sta tion begeeft. Weet u al, wat die Schager Markt alle maal inhoudt? Duizenden, die eens op een donderdag in de zomermaanden de trein naar Schagen hebben genomen- en liefst natuurlijk de „Schager Markt-expres"-heb ben het al ondervonden: de begroeting door „De Uienhoop" op het station, de optocht van oude boerenwagens, de boe rendansen door de Schager dansgroep op het podium bij de Grote Kerk. Maar dat is toch maar een deel, want men kan er ook meedoen aan de „Strijd om de Man en de Vrouw", en op de Noord kijken naar de kindermaaltijd, dat geliefkoosde doel wit van kleurenfotogfafen. Allemaal activiteiten, die het verblijf in Schagen op zo'n marktdag de moeite waard maken. Maar zou het dat ook al niet zijn, als er alleen maar die bepaalde sfeer heerste, die ontstaat doordat ieder er in Westfries kostuum rondloopt? Ieder is mis schien wat overdreven, maar men kan toch wel zeggen, dat er sinds men zo'n tien jaar geleden met kracht aan deze folk loristische hoogtijdagen begon, een gfote hoeveelheid Westfriese kostuums in omloop is gekomen. Zodat men, slenterend door de straten, waar alle huizen klompjes met gouden Afrikaantjes dragen, en over de markt, soms het gevoel heeft in vroeger tijden te zijn teruggekeerd. Vooral als men voor zo'n bakkerswin keltje staat, dat nog uit het grijze verle den stamt, zoals één blik op de gevel leert, en waar een struise vrouw in West fries kostuum de passerende bezoekers net zo aandachtig gadeslaat als de bezoekers naar haar kijken. En als men zo mijmert over het ver leden is het tijd zich eens af te vragen, hoelang die van Schagen hun markt nu al Advertentie malen 29[48 Op Schiphol arriveerde gisteren de nieu we Indonesische persattaché, de heer Wi- jarto. Hij zal worden toegevoegd aan het bureau van de Indonesische zaakgelastig de in Nederland, dr. Sjarif. De heer Wijarto is tevoren één keer in Nederland geweest, namelijk vijf dagen tijdens een vakantiereis in juli 1957. In de eerste periode van zijn verblijf in ons land zal hij zich in overleg met dr. Sjarif op zijn toekomstige taak oriënteren. De heer Wijarto kan bogen op een uitgebrei de ervaring als voorlichter van de pers. Na aanvankelijk als journalist werkzaam te zijn geweest, bekleedde hij in Manilla, Caïró, Belgrado en Rome dezelfde functie die hij nu in Nederland gaat uitoefenen. De kindermaaltijd op de Noord, een festijn voor kleurenfotografen. houden. Men zal er trouwens in het dorp in de kop van Noordholland wel geen twij fel over laten bestaan, want de markt be staat vijfhonderd jaar en dat is een aan leiding tot nieuwe feesten, waarvan ome Gert Pater, marktmeester en opper-feest- ganger, ongetwijfeld weer de motor zal vormen, daarbij in de rug gedekt en ge stuwd door de stichting, die het feest gaat organiseren met de heer W. van der Oord als voorzitter. De dagen, waarop het vijfde eeuwfeest zal worden herdacht, zijn 13, 14, 15, 16 en 17 augustus. Dan komt er een Luna park in Schagen, dat tevens een midden standstentoonstelling binnen zijn muren krijgt. De heer P. J. Zonruiter heeft een historisch spel geschreven dat vier dagen achtereen door een groep van honderd medewerkenden zal worden opgevoerd in de Muziektuin. Een allegorische optocht, 'n sporttoernooi en 'n vuurwerk zijn zo enke le van de andere attracties. Buiten dan nog de gewone Westfriese Marktdagen na tuurlijk, waarin weer heel wat rozijnen met grauwe erwten zullen worden genut tigd. Schagen heeft vijfhonderd jaar zijn markt, en dat is wel een redèn voor Advertentie feest. Maar de structuur van die markt is overigens wel sterk gewijzigd. Want dat men met de folklore is begonnen was wel haast noodzakelijk, omdat de markt toch in feite lang niet meer zo belangrijk was als vroeger. Eeuwenlang ruilden landbou wers en veehouders hun produkten in Schagen, maar omstreeks 1900 verloor men de kaasmarkt, en ook de aanvoer van vee werd steeds kleiner. De wolvee markt bleef echter ongerept en Schagen is ook nu nog de plaats waar men een beroemde Paasveetentoonstelling houdt. Schagen is trouwens en dat maakt veel goed nu een beurs geworden, waar men tal van artikelen verhandelt. Zodat er eigenlijk voor de toerist nu nog meer te beleven is dan vroeger het geval moet zijn geweest. Die toerist heeft de weg naar Schagen dan ook gevonden. Dat zal ook dit jaar wel weer blijken. Een typische Schagenaar in Westfries kostuum. Minister Klompé heeft in Den Haag als minister van O.K. en W. ad interim de Belgisch-Nederlandse commissie inzake de spelling van de bastaardwoorden geïnstal leerd. Deze commissie is ingesteld, na dat de afgelopen maanden de Belgische minister van Cultuur, de heer R. A. van Elslande, en de Nederlandse minis ter van O.K. en W. mr. Cals, enkele malen overleg hebben gepleegd, om op korte termijn tot een oplossing te komen van de moeilijkheden die ten aanzien van de spelling van bastaardwoorden bestaan. De beide ministers zijn van mening, dat in afwijking van de Woordenlijst de voor keur gegeven moet worden aan éen schrijfwijze zonder keuzemogelijkheid. De commissie moet adviseren op welke wijze een spelling van de bastaardwoorden kan worden bereikt, waarbij een zo consequent mogelijke opzet in fonologische zin en een zo ver mogelijk gaande vernederlandsing wordt nagestreefd. Minister Klompé zei in haar installa tierede, dat de woordenlijst die in Nederland in 1955 en in België in 1954 ingevoerd werd bij ons beter bekend als „het groene boekje" van meet af aan in beide landen ernstige cri- Advertentie Poolstraat 3? - Haarlem - Tel. 13251 v «lil tiek ondervond. Een poging, door de in 1955 ingestelde Nederlands-Belgische com missie voor de bastaardwoorden onder nomen, om een meer consequente spel ling der bastaardwoorden te verkrijgen, is op niets uitgelopen. Het beoogde doel: eenheid in schrijf wijze te brengen in Nederland en Bel gië, was niet bereikt. De woordenlijst en de daarbij behorende leidraad droegen duidelijk het kenmerk van een compro mis. Voor tal van bastaardwoorden werd een dubbele spelling gegeven, waarvan er één de voorkeur had. Doordat in Neder land in tegenstelling tot België de voorkeur meestal uitging naar de meer conservatieve schrijfwijze, kwam de zo zeer gewenste eenheid niet tot stand. Bo vendien leek de door de woordenlijstcom missie gemaakte keuze tussen „progres sieve" en „conservatieve" schrijfwijze van de bastaardwoorden niet consequent te zijn doorgevoerd. Minister Klompé vroeg tenslotte de com missie haar advies op zo kort mogelijke termijn zo mogelijk nog voor het ein de van dit jaar uit te brengen. De voorzitter van de commissie, dr. J. H. Wesselings, zei in zijn antwoord, dat de commissie haar uiterste best zal doen de haar verleende opdracht te vervullen, omdat ieder van ons ervan overtuigd is, dat de huidige toestand niet houdbaar is. Volgens dr. Wesselings dient er een vast woordbeeld te komen. Het onderwijs moet de regels, die tot dat woordbeeld kunnen leiden, op eenvoudige wijze aan de leerlingen kunnen onderwijzen. „Er- dient een einde aan te komen, dat wij telkens weer het groene boekje ter hand moeten nemen om het Nederlands zuiver te kunnen schrijven", zei hij Dezer dagen kwam ons een uitspraak onder ogen (een verzuchting eigenlijk) van professor Geyl, en wel deze, dat het Nederlandse volk bij zonder weinig belangstelling toonde voor zijn eigen buiten landse politiek. Die uitspraak dateerde van 1930 maar ze kon ook gisteren zijn ge maakt. En in een onafhan- kelijk-progressief weekblad kwamen wij, juist te midden van de Nieuw Guinea-crisis, deze ietwat verbijsterende, blijkbaar spijtige constatering tegen: wanneer eenmaal de zaak-Nieuw-Guinea is afge daan, dan zal het buitenge woon saai worden in de bui tenlandse politiek van Neder land. Gaan wij nu eens na, hoe op dit ogenblik, met een nieuw kabinet op komst, de voor naamste buitenlandse zaken er vöör staan, dan lijkt het allereerst wel duidelijk, dat het niet de buitenlandse poli tiek zal zijn waarover de par tijen die al dan niet aan de formatie deelnemen, het eens moeten worden. Er bestaat immers nauwelijks meer dan een nuance-verschil tussen hun programma's op dit punt, terwijl soms niet de partijpo litiek doch de eigen overtui ging van het parlementslid gelukkig het sterkst spreekt bij welke gelegenheid men dus kan zien, dat er wel eens verschillen dwars tussen de partijen doorlopen. Zo stemde onlangs in de Eerste Kamer de heer Matser van de K.V.P., als enige van zijn fractie, tégen de verdragen met Duitsland, samen met het merendeel van de oppositie. Dat deze tegen stemmende K.V.P.-senator te vens burgemeester van Arn hem is, maakt er ons overi gens niet geruster op dat de regering te Bonn inderdaad het nodige zal doen om de be langen van de AKU in Duits land tegen aantasting te be schermen gelijk de rege ring in Den Haag dat aan de Kamers heeft verzekerd. Maar wanneer wij het oude zeer laten voor wat het is de tijd zal leren wie gelijk krijgt, mr. Matser of de vóór- stemmers en de horizon eens afzien, dan zien de zaken er toch niet zo grauw en onin teressant uit voor ons goede land. Wij trekken dan drie horizonten om Nederland heen, waarvan de verste de betrek kingen omsluit met de over zeese landen, de middelste die met Europa en de naaste die met de buurstaten. Ongeveer op de wijze van de oude Az teken, die hemelen onder scheidden die sferisch rondom de aarde lagen, de verste voor de Goden, dichtbijere voor de constellaties van sterren, de zon en tenslotte de maan. Aan onze verste horizon dan ligt Indonesië. Er zijn, bij het bezoek van een groep Neder landse journalisten, bijzonder opmerkelijke dingen gezegd en, naar het ons voorkomt, in het algemeen ook bijzonder verstandige dingen. Van Ne derlandse zijde is tot nu toe bedachtzaam en taktvol opge treden, en dat lijkt onder de huidige omstandigheden de beste benadering. Het enige gevaar, namelijk dat een klei ne maar luide Nederlandse groep van rancuneuze lieden, enige invloed zou krijgen op het buitenlandse beleid ten aanzien van Indonesië, lijkt gelukkig bezworen. En wat de wederpartij betreft, zelfs de terugkeer van mr. Luns in het aanstaande kabinet is met een goedkeurend knikje uit de verte van Soebandrio be groet! Waarmee deze laatste duidelijk heeft blijk gegeven, boven rancunes te kunnen staan. Natuurlijk is er het pro bleem van de oude vorderin gen, maar het zou al te dol zijn wanneer onderhandelin gen daarover de nieuwe han delsbetrekkingen gingen ver lammen. Iedereen met enige economische scholing een groep die in Nederland nogal talrijk is gelukkig weet, in het voetspoor van Lord Key nes, dat het een steriel stre ven is om een land te willen brengen tot het betalen van zeer grote schulden, of het moest zijn dat men tegelijker tijd dat land in staat stelde de bedragen daartoe door ver meerderde exporten te ver dienen. Omgekeerd kan een land dat credieten ontvangt, tijdelijk meer goederen invoe ren. Wanneer nu die goederen een economisch doel dienen (zoals machines kunnen doen), dan wordt dank zij deze cre dieten de uitvoer later ver groot waaruit dan in de eerste plaats het crediet moet worden afgelost, maar waarbij wellicht een en ander daar boven beschikbaar blijft voor aflossing op oude schulden. Wat onze handel met Indo nesië betreft, de hervatting daarvan dient een groot Ne derlands en waarschijnlijk eveneens een Indonesisch belang. Het gaat met de Ne derlandse export naar de overzeese werelddelen de laatste jaren bepaald niet naar wens en de uitvoer naar In donesië, kunstmatig inge krompen door dit land in de strijd om Nieuw-Guinea, is nagenoeg teniet gegaan. Even zo de invoer uit dat land de eens zo gewichtige Neder landse handel in tropische produkten. In 1961 leverde Nederland aan Indonesië voor 47,6 miljoen gulden, in 1962 nog slechts voor iets minder dan vijftien miljoen. De in voer uit Indonesië liep terug van 60,4 tot slechts 7,4 mil joen! Daaruit ziet men hoe effectief de Indonesische boy cot van Nederland heeft ge werkt en tevens krijgt men enig inzicht in de indirecte kosten van onze nutteloze Nieuw-Guinea-politiek. Belangrijker, veel belang rijker is echter dat nu het leed geleden is en dat er, naar van Indonesische zijde wordt betoogd, inderdaad weer pers pectieven bestaan. Het Ne derlandse volk, dat geloven wij te mogen zeggen, heeft nooit ofte nimmer gevoelens van wrok, laat staan van haat, jegens Indonesië gehad en de eerste Indonesische diploma ten die zich thans weer in ons midden bevinden, kunnen zich zonder moeite daarvan overtuigen. Hoe staat het met de Euro pese horizon? Daar ontbreekt het niet aan wolken en wolk jes, al breekt de zon een en kele maal door. Vanuit ons land bezien is de zwartste wolk van het ogenblik ook het internationale weer is niet onveranderlijk! het Frans- Duitse verbond. Dit immers is een bekrachtiging van de Franse politiek welke Enge land uitsluit van de E.E.G. Bovendien sluit het in feite ons land uit van toetreding gesteld al dat wij toetreding wilden overwegen. Het ver drag is te zien als de Franse reactie op dè feitelijke ver werping van het eveneens Franse plan voor een Klein- Europa, dat president De Gaulle noemde l'Europe des Patries. Dit Frans-Duitse verdrag, dat in beide landen een zeer grote mate van instemming vond, is niet alleen voor ons maar voor alle kleine landen van Europa nadelig het mi nimaliseert hun politieke in vloed en het zou op een onza lig ogenblik kunnen worden tot een pressie-element waar tegen een klein land als Ne derland, of als België, of als Zwitserland niet bestand wa ren. Men heeft van Benelux- zijde getracht om de eerste gevolgen van dit verdrag te neutraliseren en het gesprek met Engeland gaande te hou den via de West-Europese Unie (Engeland plus de Zes van de E.E.G. zijn daar lid van). Het ongeluk van deze W.E.U. echter is, dat zij, ook in de ogen van de Engelsen, weinig of niets te betekenen heeft. Maar een mogelijk per spectief voor Nederland zou kunnen liggen in een Bene- lux-Scandinavische politieke samenwerking. Versterking van de Benelux, door ons en vele anderen bepleit, ligt het meest voor de hand maar men zou een belangrijke stap ver der kunnen gaan door eens te beginnen met een informeel politiek gesprek van een groe pering bestaande zowel uit de Benelux-staten als uit de noordelijke landen. De laat- sten liggen buiten het Euro- pa-van-de-Zes, maar dit laat ste dat wij juist willen ver groten is alsnog op geen enkele wijze politiek een af gesloten geheel, zoals Frank rijkWest-Duitsland dat nu is. En zonder twijfel zouden Nederlanders, Belgen, Noren, Denen en Zweden, mét mis schien de Finnen, elkaar kun nen vinden; mogelijk zou het zelfs de steeds afzijdige Zwit sers interesseren bij een der gelijke gedachtenwisseling te genwoordig te zijn. Dan tenslotte de verhouding tot onze buren. De verdragen met Duitsland zijn er nu, en wij zullen er hetbeste van hopen. In ieder geval krijgen nu lieden die daarop bijna twintig jaren hebben moeten wachten een magere, wel zeer magere compensatie voor veel bitter leed. Voor het overige kunnen wij weldra ervaren, of wij erop vooruit zijn ge gaan of r.iet nu wij onze Eem- problemen kunnen (en moe ten) gaan behandelen in een gemengde Nederlands-Duitse commissie. Het is wel zeer te hopen, dat de Duitse leden daarin zullen beseffen, dat de krachtdadige ontwikkeling van ons noorden niet een zaak is, die zij zullen mogen af remmen verdrag of geen verdrag. Nog altijd ziet het er aan de Duitse kant van de grens heel wat meer uit als een „Zelfkant" dan aan de Nederlandse, en dat alleen zou de Duitse leden van de gemengde Eem-commissie er toe moeten brengen hun taak op te vatten in een geest van samenwerking en opbouw. Misschien doen zij dat ook wel en anders zijn er ge lukkig zekere remedies, zoals een beroep op een neutrale arbitrage-commissie met noch Nederlandse noch Duitse le den. De grensdorpen gaan te rug; naar wat ik weet uit ei gen aanschouwing geloof ik niet, dat wij ons behoeven te schamen voor het beheer dat wij daar tijdelijk voerden. En daarmee is, zo hopen wij, de oorlog die Hitier op 10 mei 1940 tegen ons land begon, formeel afgedaan. Bij de rege ling die wij te zijner tijd moe ten treffen met Indonesiërs zullen wij ons kunnen herin neren (en er anders wel aan herinnerd worden) met hoe weinig wij genoegen namen toen wij onze aanspraken op de buurstaat die ons overviel, definitief regelden. Ronduit verheugend daar entegen lijkt ons de regeling met België die thans uit de bus komt. Men moet daarbij niet uit het oog verliezen, dat Nederland sedert de verdra gen van Londen die de Belgi sche onafhankelijkheid vast legden, een internationale ver plichting heeft om de tussen-1 wateren tussen Rijn en Schel de goed bevaarbaar te houden. Het thans gekozen tracé door de Eendracht en het gedempte water dat Sint Philipsland scheidde van Noord-Brabant sluit goed aan bij wat er oor spronkelijk, in 1839, aan tus senwateren bestond. Maar natuurlijk moeten die thans in een toestand worden ge bracht, in overeenstemming met de eisen van het heden daagse vervoer te water. Twee dingen troffen ons aange naam: als een goed bewaard geheim werd het resultaat van lange onderhandelingen op een goede dag aan de Kamers kenbaar gemaakt, en in de verdeling van de kosten van aanleg hebben, zo lijkt het ons, de Belgen zich niet klein getoond. Het is alles een zaak, die nog op de keper be schouwd zal worden, in Den Haag zowel als in Brussel, maar de gunstige voorlopige reacties van de Eerste Kamer lijken wel op hun plaats. Drie horizonten, met, aan onze binnenste horizon, in het westen en noorden, de Noord zee. Tot voor kort tevens de grens van het land, maar langzamerhand, door omstan digheden van geheel verschil lende aard, een watermassa die in onze buitenlandse poli tiek een sterk toenemende be tekenis zal gaan verkrijgen. Maar dat is een onderwerp op zichzelf. Het bestuur van het Bedrijfsschap voor de Detailhandel in Alcoholhoudende Dran ken heeft zich het vorige jaar tot de mi nister van Financiën gewend over de ver koop van accijnsvrije gedistilleerde dran ken op de vliegvelden Schiphol en Rotter dam. Het bestuur had namelijk verno men dat producenten van zulke dranken er naar streefden de belastingvrije ver koop ook op nabij de grenzen van Neder land gelegen spoorwegstations mogelijk te maken. De staatssecretaris van Financiën heeft thans laten weten dat de faciliteit van be lastingvrije verkoop van gedistilleerd op Schiphol en op de luchthaven Rotterdam in het leven is geroepen om die luchtha vens te ondersteunen in hun concurrentie positie. Het ligt echter niet in de bedoeling de belastingvrije verkoop van gedistilleerde dranken ook toe te staan op nabij de grens gelegen spoorwegstations. Advertentie Ook in een dubbele dubbeldaks tent worden sigaren vochtig. Net als in een caravan. Alleen in de goede sigarenwinkel wordt de gevoelige sigarensmaak af doende tegen vocht beschermd. Toch kunnen kampeerders te genwoordig rustig een paar doosjes sigaren meenemen. Alst het maar Senator Special seno-5 ritas zijn! Die milde, geurige; sigaartjes hebben hun eigen vochtvrij e tentde unieke lucht dichte Tropical-verpakking. Gaat U er op uit in weekend en vakantie? Wilt U toch lekker droog roken? Neem dan de doosjes-met-de-flappen mee. Koop Senator Special senoritaa van 14 ct. Morgens wordt dr. ir. F. Q. den Hollan der, president van het college van cura toren van de Technische Hogeschool in Delft, zeventig jaar. Dr. ir. Den Hollander heeft in de loop der jaren verschillende functies bekleed. Hij was ingenieur, hoofdingenieur en chef der exploitatie bij de Dienst der Staats spoorwegen in het voormalige Nederlands- Indië. Van 1938 tot 1939 was hij onderdi recteur van het Staatsbedrijf der Artillerie inrichtingen en van 1940-1941 directeur van dit bedrijf. In mei 1945 trad hij op als gemachtigde der vertrouwensmannen van de regering voor het ministerie van Han del, Nijverheid en Landbouw. In hetzelfde jaar werd hij directeur-generaal van het Verkeer bij het ministerie van Verkeer en Energie. Vervolgens werd hij directeur en plaatsvervangend president-directeur der Nederlandse spoorwegen, op 1 januari 1947 werd hij president-directeur van de Nederlandse Spoorwegen, welke functie hij tot 31 december 1958 bekleedde. Nadat hij in mei 1946 tot lid van het college van curatoren der Technische Ho geschool in Delft was benoemd, werd hij in januari 1959 plaatsvervangend president curator en het jaar daarop voorzitter van dit college. Thans is hij voorzitter van de raad van commissarissen van de Konink lijke Luchtvaart Maatschappij. Van tal van Nederlandse organisaties is hij be stuurslid. De politie in Oss heeft de hand gelegd op een 22-jarige bakkersknecht, die gedu rende een half jaar in vele plaatsen in Gelderland en Noord-Brabant heeft inge broken. De jongeman, die in Nijmegen woont, ging er 's nachts met zijn eigen auto op uit. Hij heeft thans bekend vijftig inbra ken te hebben gepleegd. Tien in Nijme gen, zeven in Oss en de overige in Arn hem, Zutphen, Zevenaar, Eist, Lent, Weurt Berg en Dal, Groesbeek, Zaltbommel Wijchen, Culemborg, Eindhoven, Tilburg, Ravenstein en Grave. De meeste inbra ken werden gepleegd in fabrieken en kan toren, enkele in scholen en winkels. Bij een inbraak in Grave kon het num mer opgenomen worden van de auto, waarmee de inbreker wegreed. Hij kon toen in Nijmegen gearresteerd worden. De buit was meestal niet groot. Eén keer zag hij een flinke som geld, die voor het grijpen lag, over het hoofd. Verdronken. De tweejarige Willy Koen is te Donkerbroek (Fr.) in een sloot gevallen en verdronken. e

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1963 | | pagina 5