Schager Markt bestaat
al vijfhonderd jaar
blijfjong...
blijf fit.
Eenheid van spelling voor
bastaardwoorden
Horizonten van onze buitenlandse politiek
ROBINSON
Een goede fiets koopt u alleen bij de vakman! Dat spreekt vanzelf!
Fa. B. ENGELENBERG
door
Dr. H. Riemens
(oud-gezant
der Nederlanden)
Indonesische pers-
attaché aangekomen
Nederlands-Belgische commissie
moet moeilijkheden oplossen
Op grensstations geen
verkoop van accijns
vrije dranken
Dr. ir. F. 0- den Hollander
zeventig jaar
Dader van vijftig
inbraken gepakt
5
DONDERDAG 30 MEI 1963
14 95
v.a. 14.
de sandatf
met het ideale
zachtverende voetbed
Van 30 maart tot en met 1 juni: Elke dag een fiets voor niets! Hoe? Vraag het uw fietsenhandelaar
OFFICIËLE VERKOOP SIKKENS LAKKEN
WATERPROOF SCHUURPAPIER
VOCHTDICHTE
TENT VOOR
SIGAREN
Kort nieuws
TZ
Schager Markt" is de laatste jaren voor
vele mensen een toverwoord geworden.
De vakantiegangers, de spoorwegen en
de televisie hebben dit festijn ontdekt
en elk jaar wordt het er dan ook druk
ker. Zo tegen half tien komt het feest
goed op gang, maar feitelijk begint het
feest al eerder. De vorige avond bij
voorbeeld, wanneer moeder de oude
Westfriese kostuums nog eens afborstelt
en opstrijkt, of de volgende morgen
vroeg, wanneer de marktstalletjes wor
den opgesteld en de „Uienhoop", de
Schager boerenkapel, zich naar het sta
tion begeeft.
Weet u al, wat die Schager Markt alle
maal inhoudt? Duizenden, die eens op een
donderdag in de zomermaanden de trein
naar Schagen hebben genomen- en liefst
natuurlijk de „Schager Markt-expres"-heb
ben het al ondervonden: de begroeting
door „De Uienhoop" op het station, de
optocht van oude boerenwagens, de boe
rendansen door de Schager dansgroep op
het podium bij de Grote Kerk. Maar dat
is toch maar een deel, want men kan er
ook meedoen aan de „Strijd om de Man
en de Vrouw", en op de Noord kijken naar
de kindermaaltijd, dat geliefkoosde doel
wit van kleurenfotogfafen.
Allemaal activiteiten, die het verblijf in
Schagen op zo'n marktdag de moeite waard
maken. Maar zou het dat ook al niet zijn,
als er alleen maar die bepaalde sfeer
heerste, die ontstaat doordat ieder er in
Westfries kostuum rondloopt? Ieder is mis
schien wat overdreven, maar men kan
toch wel zeggen, dat er sinds men zo'n
tien jaar geleden met kracht aan deze folk
loristische hoogtijdagen begon, een gfote
hoeveelheid Westfriese kostuums in omloop
is gekomen. Zodat men, slenterend door
de straten, waar alle huizen klompjes met
gouden Afrikaantjes dragen, en over de
markt, soms het gevoel heeft in vroeger
tijden te zijn teruggekeerd.
Vooral als men voor zo'n bakkerswin
keltje staat, dat nog uit het grijze verle
den stamt, zoals één blik op de gevel
leert, en waar een struise vrouw in West
fries kostuum de passerende bezoekers net
zo aandachtig gadeslaat als de bezoekers
naar haar kijken.
En als men zo mijmert over het ver
leden is het tijd zich eens af te vragen,
hoelang die van Schagen hun markt nu al
Advertentie
malen 29[48
Op Schiphol arriveerde gisteren de nieu
we Indonesische persattaché, de heer Wi-
jarto. Hij zal worden toegevoegd aan het
bureau van de Indonesische zaakgelastig
de in Nederland, dr. Sjarif.
De heer Wijarto is tevoren één keer in
Nederland geweest, namelijk vijf dagen
tijdens een vakantiereis in juli 1957. In
de eerste periode van zijn verblijf in ons
land zal hij zich in overleg met dr. Sjarif
op zijn toekomstige taak oriënteren. De
heer Wijarto kan bogen op een uitgebrei
de ervaring als voorlichter van de pers.
Na aanvankelijk als journalist werkzaam
te zijn geweest, bekleedde hij in Manilla,
Caïró, Belgrado en Rome dezelfde functie
die hij nu in Nederland gaat uitoefenen.
De kindermaaltijd op de Noord, een
festijn voor kleurenfotografen.
houden. Men zal er trouwens in het dorp
in de kop van Noordholland wel geen twij
fel over laten bestaan, want de markt be
staat vijfhonderd jaar en dat is een aan
leiding tot nieuwe feesten, waarvan ome
Gert Pater, marktmeester en opper-feest-
ganger, ongetwijfeld weer de motor zal
vormen, daarbij in de rug gedekt en ge
stuwd door de stichting, die het feest gaat
organiseren met de heer W. van der
Oord als voorzitter.
De dagen, waarop het vijfde eeuwfeest
zal worden herdacht, zijn 13, 14, 15, 16
en 17 augustus. Dan komt er een Luna
park in Schagen, dat tevens een midden
standstentoonstelling binnen zijn muren
krijgt. De heer P. J. Zonruiter heeft een
historisch spel geschreven dat vier dagen
achtereen door een groep van honderd
medewerkenden zal worden opgevoerd in
de Muziektuin. Een allegorische optocht, 'n
sporttoernooi en 'n vuurwerk zijn zo enke
le van de andere attracties. Buiten dan
nog de gewone Westfriese Marktdagen na
tuurlijk, waarin weer heel wat rozijnen
met grauwe erwten zullen worden genut
tigd.
Schagen heeft vijfhonderd jaar zijn
markt, en dat is wel een redèn voor
Advertentie
feest. Maar de structuur van die markt
is overigens wel sterk gewijzigd. Want dat
men met de folklore is begonnen was wel
haast noodzakelijk, omdat de markt toch
in feite lang niet meer zo belangrijk was
als vroeger. Eeuwenlang ruilden landbou
wers en veehouders hun produkten in
Schagen, maar omstreeks 1900 verloor
men de kaasmarkt, en ook de aanvoer
van vee werd steeds kleiner. De wolvee
markt bleef echter ongerept en Schagen
is ook nu nog de plaats waar men een
beroemde Paasveetentoonstelling houdt.
Schagen is trouwens en dat maakt
veel goed nu een beurs geworden, waar
men tal van artikelen verhandelt. Zodat er
eigenlijk voor de toerist nu nog meer te
beleven is dan vroeger het geval moet zijn
geweest. Die toerist heeft de weg naar
Schagen dan ook gevonden. Dat zal ook
dit jaar wel weer blijken.
Een typische Schagenaar in Westfries
kostuum.
Minister Klompé heeft in Den Haag als
minister van O.K. en W. ad interim de
Belgisch-Nederlandse commissie inzake de
spelling van de bastaardwoorden geïnstal
leerd. Deze commissie is ingesteld, na
dat de afgelopen maanden de Belgische
minister van Cultuur, de heer R. A.
van Elslande, en de Nederlandse minis
ter van O.K. en W. mr. Cals, enkele
malen overleg hebben gepleegd, om op
korte termijn tot een oplossing te komen
van de moeilijkheden die ten aanzien van
de spelling van bastaardwoorden bestaan.
De beide ministers zijn van mening, dat
in afwijking van de Woordenlijst de voor
keur gegeven moet worden aan éen
schrijfwijze zonder keuzemogelijkheid. De
commissie moet adviseren op welke wijze
een spelling van de bastaardwoorden kan
worden bereikt, waarbij een zo consequent
mogelijke opzet in fonologische zin en een
zo ver mogelijk gaande vernederlandsing
wordt nagestreefd.
Minister Klompé zei in haar installa
tierede, dat de woordenlijst die in
Nederland in 1955 en in België in
1954 ingevoerd werd bij ons beter
bekend als „het groene boekje" van
meet af aan in beide landen ernstige cri-
Advertentie
Poolstraat 3? - Haarlem - Tel. 13251
v «lil
tiek ondervond. Een poging, door de in
1955 ingestelde Nederlands-Belgische com
missie voor de bastaardwoorden onder
nomen, om een meer consequente spel
ling der bastaardwoorden te verkrijgen,
is op niets uitgelopen.
Het beoogde doel: eenheid in schrijf
wijze te brengen in Nederland en Bel
gië, was niet bereikt. De woordenlijst en
de daarbij behorende leidraad droegen
duidelijk het kenmerk van een compro
mis. Voor tal van bastaardwoorden werd
een dubbele spelling gegeven, waarvan er
één de voorkeur had. Doordat in Neder
land in tegenstelling tot België de
voorkeur meestal uitging naar de meer
conservatieve schrijfwijze, kwam de zo
zeer gewenste eenheid niet tot stand. Bo
vendien leek de door de woordenlijstcom
missie gemaakte keuze tussen „progres
sieve" en „conservatieve" schrijfwijze
van de bastaardwoorden niet consequent
te zijn doorgevoerd.
Minister Klompé vroeg tenslotte de com
missie haar advies op zo kort mogelijke
termijn zo mogelijk nog voor het ein
de van dit jaar uit te brengen.
De voorzitter van de commissie, dr. J.
H. Wesselings, zei in zijn antwoord, dat
de commissie haar uiterste best zal doen
de haar verleende opdracht te vervullen,
omdat ieder van ons ervan overtuigd is,
dat de huidige toestand niet houdbaar is.
Volgens dr. Wesselings dient er een
vast woordbeeld te komen. Het onderwijs
moet de regels, die tot dat woordbeeld
kunnen leiden, op eenvoudige wijze aan
de leerlingen kunnen onderwijzen. „Er-
dient een einde aan te komen, dat wij
telkens weer het groene boekje ter hand
moeten nemen om het Nederlands zuiver
te kunnen schrijven", zei hij
Dezer dagen kwam ons een
uitspraak onder ogen (een
verzuchting eigenlijk) van
professor Geyl, en wel deze,
dat het Nederlandse volk bij
zonder weinig belangstelling
toonde voor zijn eigen buiten
landse politiek. Die uitspraak
dateerde van 1930 maar ze
kon ook gisteren zijn ge
maakt. En in een onafhan-
kelijk-progressief weekblad
kwamen wij, juist te midden
van de Nieuw Guinea-crisis,
deze ietwat verbijsterende,
blijkbaar spijtige constatering
tegen: wanneer eenmaal de
zaak-Nieuw-Guinea is afge
daan, dan zal het buitenge
woon saai worden in de bui
tenlandse politiek van Neder
land.
Gaan wij nu eens na, hoe
op dit ogenblik, met een nieuw
kabinet op komst, de voor
naamste buitenlandse zaken
er vöör staan, dan lijkt het
allereerst wel duidelijk, dat
het niet de buitenlandse poli
tiek zal zijn waarover de par
tijen die al dan niet aan de
formatie deelnemen, het eens
moeten worden. Er bestaat
immers nauwelijks meer dan
een nuance-verschil tussen
hun programma's op dit punt,
terwijl soms niet de partijpo
litiek doch de eigen overtui
ging van het parlementslid
gelukkig het sterkst spreekt
bij welke gelegenheid men
dus kan zien, dat er wel eens
verschillen dwars tussen de
partijen doorlopen. Zo stemde
onlangs in de Eerste Kamer de
heer Matser van de K.V.P., als
enige van zijn fractie, tégen
de verdragen met Duitsland,
samen met het merendeel van
de oppositie. Dat deze tegen
stemmende K.V.P.-senator te
vens burgemeester van Arn
hem is, maakt er ons overi
gens niet geruster op dat de
regering te Bonn inderdaad
het nodige zal doen om de be
langen van de AKU in Duits
land tegen aantasting te be
schermen gelijk de rege
ring in Den Haag dat aan de
Kamers heeft verzekerd.
Maar wanneer wij het oude
zeer laten voor wat het is
de tijd zal leren wie gelijk
krijgt, mr. Matser of de vóór-
stemmers en de horizon
eens afzien, dan zien de zaken
er toch niet zo grauw en onin
teressant uit voor ons goede
land. Wij trekken dan drie
horizonten om Nederland heen,
waarvan de verste de betrek
kingen omsluit met de over
zeese landen, de middelste die
met Europa en de naaste die
met de buurstaten. Ongeveer
op de wijze van de oude Az
teken, die hemelen onder
scheidden die sferisch rondom
de aarde lagen, de verste voor
de Goden, dichtbijere voor de
constellaties van sterren, de
zon en tenslotte de maan.
Aan onze verste horizon dan
ligt Indonesië. Er zijn, bij het
bezoek van een groep Neder
landse journalisten, bijzonder
opmerkelijke dingen gezegd
en, naar het ons voorkomt, in
het algemeen ook bijzonder
verstandige dingen. Van Ne
derlandse zijde is tot nu toe
bedachtzaam en taktvol opge
treden, en dat lijkt onder de
huidige omstandigheden de
beste benadering. Het enige
gevaar, namelijk dat een klei
ne maar luide Nederlandse
groep van rancuneuze lieden,
enige invloed zou krijgen op
het buitenlandse beleid ten
aanzien van Indonesië, lijkt
gelukkig bezworen. En wat
de wederpartij betreft, zelfs
de terugkeer van mr. Luns in
het aanstaande kabinet is met
een goedkeurend knikje uit
de verte van Soebandrio be
groet! Waarmee deze laatste
duidelijk heeft blijk gegeven,
boven rancunes te kunnen
staan.
Natuurlijk is er het pro
bleem van de oude vorderin
gen, maar het zou al te dol
zijn wanneer onderhandelin
gen daarover de nieuwe han
delsbetrekkingen gingen ver
lammen. Iedereen met enige
economische scholing een
groep die in Nederland nogal
talrijk is gelukkig weet, in
het voetspoor van Lord Key
nes, dat het een steriel stre
ven is om een land te willen
brengen tot het betalen van
zeer grote schulden, of het
moest zijn dat men tegelijker
tijd dat land in staat stelde
de bedragen daartoe door ver
meerderde exporten te ver
dienen. Omgekeerd kan een
land dat credieten ontvangt,
tijdelijk meer goederen invoe
ren. Wanneer nu die goederen
een economisch doel dienen
(zoals machines kunnen doen),
dan wordt dank zij deze cre
dieten de uitvoer later ver
groot waaruit dan in de
eerste plaats het crediet moet
worden afgelost, maar waarbij
wellicht een en ander daar
boven beschikbaar blijft voor
aflossing op oude schulden.
Wat onze handel met Indo
nesië betreft, de hervatting
daarvan dient een groot Ne
derlands en waarschijnlijk
eveneens een Indonesisch
belang. Het gaat met de Ne
derlandse export naar de
overzeese werelddelen de
laatste jaren bepaald niet naar
wens en de uitvoer naar In
donesië, kunstmatig inge
krompen door dit land in de
strijd om Nieuw-Guinea, is
nagenoeg teniet gegaan. Even
zo de invoer uit dat land
de eens zo gewichtige Neder
landse handel in tropische
produkten. In 1961 leverde
Nederland aan Indonesië voor
47,6 miljoen gulden, in 1962
nog slechts voor iets minder
dan vijftien miljoen. De in
voer uit Indonesië liep terug
van 60,4 tot slechts 7,4 mil
joen! Daaruit ziet men hoe
effectief de Indonesische boy
cot van Nederland heeft ge
werkt en tevens krijgt men
enig inzicht in de indirecte
kosten van onze nutteloze
Nieuw-Guinea-politiek.
Belangrijker, veel belang
rijker is echter dat nu het
leed geleden is en dat er, naar
van Indonesische zijde wordt
betoogd, inderdaad weer pers
pectieven bestaan. Het Ne
derlandse volk, dat geloven
wij te mogen zeggen, heeft
nooit ofte nimmer gevoelens
van wrok, laat staan van haat,
jegens Indonesië gehad en de
eerste Indonesische diploma
ten die zich thans weer in ons
midden bevinden, kunnen
zich zonder moeite daarvan
overtuigen.
Hoe staat het met de Euro
pese horizon? Daar ontbreekt
het niet aan wolken en wolk
jes, al breekt de zon een en
kele maal door. Vanuit ons
land bezien is de zwartste
wolk van het ogenblik ook
het internationale weer is niet
onveranderlijk! het Frans-
Duitse verbond. Dit immers is
een bekrachtiging van de
Franse politiek welke Enge
land uitsluit van de E.E.G.
Bovendien sluit het in feite
ons land uit van toetreding
gesteld al dat wij toetreding
wilden overwegen. Het ver
drag is te zien als de Franse
reactie op dè feitelijke ver
werping van het eveneens
Franse plan voor een Klein-
Europa, dat president De
Gaulle noemde l'Europe des
Patries.
Dit Frans-Duitse verdrag,
dat in beide landen een zeer
grote mate van instemming
vond, is niet alleen voor ons
maar voor alle kleine landen
van Europa nadelig het mi
nimaliseert hun politieke in
vloed en het zou op een onza
lig ogenblik kunnen worden
tot een pressie-element waar
tegen een klein land als Ne
derland, of als België, of als
Zwitserland niet bestand wa
ren.
Men heeft van Benelux-
zijde getracht om de eerste
gevolgen van dit verdrag te
neutraliseren en het gesprek
met Engeland gaande te hou
den via de West-Europese
Unie (Engeland plus de Zes
van de E.E.G. zijn daar lid
van). Het ongeluk van deze
W.E.U. echter is, dat zij, ook
in de ogen van de Engelsen,
weinig of niets te betekenen
heeft. Maar een mogelijk per
spectief voor Nederland zou
kunnen liggen in een Bene-
lux-Scandinavische politieke
samenwerking. Versterking
van de Benelux, door ons en
vele anderen bepleit, ligt het
meest voor de hand maar men
zou een belangrijke stap ver
der kunnen gaan door eens te
beginnen met een informeel
politiek gesprek van een groe
pering bestaande zowel uit de
Benelux-staten als uit de
noordelijke landen. De laat-
sten liggen buiten het Euro-
pa-van-de-Zes, maar dit laat
ste dat wij juist willen ver
groten is alsnog op geen
enkele wijze politiek een af
gesloten geheel, zoals Frank
rijkWest-Duitsland dat nu
is. En zonder twijfel zouden
Nederlanders, Belgen, Noren,
Denen en Zweden, mét mis
schien de Finnen, elkaar kun
nen vinden; mogelijk zou het
zelfs de steeds afzijdige Zwit
sers interesseren bij een der
gelijke gedachtenwisseling te
genwoordig te zijn.
Dan tenslotte de verhouding
tot onze buren. De verdragen
met Duitsland zijn er nu, en
wij zullen er hetbeste van
hopen. In ieder geval krijgen
nu lieden die daarop bijna
twintig jaren hebben moeten
wachten een magere, wel zeer
magere compensatie voor veel
bitter leed. Voor het overige
kunnen wij weldra ervaren,
of wij erop vooruit zijn ge
gaan of r.iet nu wij onze Eem-
problemen kunnen (en moe
ten) gaan behandelen in een
gemengde Nederlands-Duitse
commissie. Het is wel zeer te
hopen, dat de Duitse leden
daarin zullen beseffen, dat de
krachtdadige ontwikkeling
van ons noorden niet een zaak
is, die zij zullen mogen af
remmen verdrag of geen
verdrag. Nog altijd ziet het er
aan de Duitse kant van de
grens heel wat meer uit als
een „Zelfkant" dan aan de
Nederlandse, en dat alleen
zou de Duitse leden van de
gemengde Eem-commissie er
toe moeten brengen hun taak
op te vatten in een geest van
samenwerking en opbouw.
Misschien doen zij dat ook
wel en anders zijn er ge
lukkig zekere remedies, zoals
een beroep op een neutrale
arbitrage-commissie met noch
Nederlandse noch Duitse le
den. De grensdorpen gaan te
rug; naar wat ik weet uit ei
gen aanschouwing geloof ik
niet, dat wij ons behoeven te
schamen voor het beheer dat
wij daar tijdelijk voerden. En
daarmee is, zo hopen wij, de
oorlog die Hitier op 10 mei
1940 tegen ons land begon,
formeel afgedaan. Bij de rege
ling die wij te zijner tijd moe
ten treffen met Indonesiërs
zullen wij ons kunnen herin
neren (en er anders wel aan
herinnerd worden) met hoe
weinig wij genoegen namen
toen wij onze aanspraken op
de buurstaat die ons overviel,
definitief regelden.
Ronduit verheugend daar
entegen lijkt ons de regeling
met België die thans uit de
bus komt. Men moet daarbij
niet uit het oog verliezen, dat
Nederland sedert de verdra
gen van Londen die de Belgi
sche onafhankelijkheid vast
legden, een internationale ver
plichting heeft om de tussen-1
wateren tussen Rijn en Schel
de goed bevaarbaar te houden.
Het thans gekozen tracé door
de Eendracht en het gedempte
water dat Sint Philipsland
scheidde van Noord-Brabant
sluit goed aan bij wat er oor
spronkelijk, in 1839, aan tus
senwateren bestond. Maar
natuurlijk moeten die thans
in een toestand worden ge
bracht, in overeenstemming
met de eisen van het heden
daagse vervoer te water. Twee
dingen troffen ons aange
naam: als een goed bewaard
geheim werd het resultaat van
lange onderhandelingen op
een goede dag aan de Kamers
kenbaar gemaakt, en in de
verdeling van de kosten van
aanleg hebben, zo lijkt het
ons, de Belgen zich niet klein
getoond. Het is alles een zaak,
die nog op de keper be
schouwd zal worden, in Den
Haag zowel als in Brussel,
maar de gunstige voorlopige
reacties van de Eerste Kamer
lijken wel op hun plaats.
Drie horizonten, met, aan
onze binnenste horizon, in het
westen en noorden, de Noord
zee. Tot voor kort tevens de
grens van het land, maar
langzamerhand, door omstan
digheden van geheel verschil
lende aard, een watermassa
die in onze buitenlandse poli
tiek een sterk toenemende be
tekenis zal gaan verkrijgen.
Maar dat is een onderwerp
op zichzelf.
Het bestuur van het Bedrijfsschap voor
de Detailhandel in Alcoholhoudende Dran
ken heeft zich het vorige jaar tot de mi
nister van Financiën gewend over de ver
koop van accijnsvrije gedistilleerde dran
ken op de vliegvelden Schiphol en Rotter
dam. Het bestuur had namelijk verno
men dat producenten van zulke dranken
er naar streefden de belastingvrije ver
koop ook op nabij de grenzen van Neder
land gelegen spoorwegstations mogelijk te
maken.
De staatssecretaris van Financiën heeft
thans laten weten dat de faciliteit van be
lastingvrije verkoop van gedistilleerd op
Schiphol en op de luchthaven Rotterdam
in het leven is geroepen om die luchtha
vens te ondersteunen in hun concurrentie
positie.
Het ligt echter niet in de bedoeling de
belastingvrije verkoop van gedistilleerde
dranken ook toe te staan op nabij de grens
gelegen spoorwegstations.
Advertentie
Ook in een dubbele dubbeldaks
tent worden sigaren vochtig.
Net als in een caravan. Alleen
in de goede sigarenwinkel wordt
de gevoelige sigarensmaak af
doende tegen vocht beschermd.
Toch kunnen kampeerders te
genwoordig rustig een paar
doosjes sigaren meenemen. Alst
het maar Senator Special seno-5
ritas zijn! Die milde, geurige;
sigaartjes hebben hun eigen
vochtvrij e tentde unieke lucht
dichte Tropical-verpakking.
Gaat U er op uit in weekend en
vakantie? Wilt U toch lekker
droog roken? Neem dan de
doosjes-met-de-flappen mee.
Koop Senator Special senoritaa
van 14 ct.
Morgens wordt dr. ir. F. Q. den Hollan
der, president van het college van cura
toren van de Technische Hogeschool in
Delft, zeventig jaar.
Dr. ir. Den Hollander heeft in de loop
der jaren verschillende functies bekleed.
Hij was ingenieur, hoofdingenieur en chef
der exploitatie bij de Dienst der Staats
spoorwegen in het voormalige Nederlands-
Indië. Van 1938 tot 1939 was hij onderdi
recteur van het Staatsbedrijf der Artillerie
inrichtingen en van 1940-1941 directeur van
dit bedrijf. In mei 1945 trad hij op als
gemachtigde der vertrouwensmannen van
de regering voor het ministerie van Han
del, Nijverheid en Landbouw. In hetzelfde
jaar werd hij directeur-generaal van het
Verkeer bij het ministerie van Verkeer
en Energie. Vervolgens werd hij directeur
en plaatsvervangend president-directeur
der Nederlandse spoorwegen, op 1 januari
1947 werd hij president-directeur van de
Nederlandse Spoorwegen, welke functie
hij tot 31 december 1958 bekleedde.
Nadat hij in mei 1946 tot lid van het
college van curatoren der Technische Ho
geschool in Delft was benoemd, werd hij
in januari 1959 plaatsvervangend president
curator en het jaar daarop voorzitter van
dit college. Thans is hij voorzitter van de
raad van commissarissen van de Konink
lijke Luchtvaart Maatschappij. Van tal
van Nederlandse organisaties is hij be
stuurslid.
De politie in Oss heeft de hand gelegd
op een 22-jarige bakkersknecht, die gedu
rende een half jaar in vele plaatsen in
Gelderland en Noord-Brabant heeft inge
broken.
De jongeman, die in Nijmegen woont,
ging er 's nachts met zijn eigen auto op
uit. Hij heeft thans bekend vijftig inbra
ken te hebben gepleegd. Tien in Nijme
gen, zeven in Oss en de overige in Arn
hem, Zutphen, Zevenaar, Eist, Lent, Weurt
Berg en Dal, Groesbeek, Zaltbommel
Wijchen, Culemborg, Eindhoven, Tilburg,
Ravenstein en Grave. De meeste inbra
ken werden gepleegd in fabrieken en kan
toren, enkele in scholen en winkels.
Bij een inbraak in Grave kon het num
mer opgenomen worden van de auto,
waarmee de inbreker wegreed. Hij kon
toen in Nijmegen gearresteerd worden.
De buit was meestal niet groot. Eén
keer zag hij een flinke som geld, die voor
het grijpen lag, over het hoofd.
Verdronken. De tweejarige Willy
Koen is te Donkerbroek (Fr.) in een
sloot gevallen en verdronken.
e