DSP
Australiërs moeten
jaar tot tien Ieren
in drie
tellen
PANDA EN DE MEESTER-KIEKER
P in de Hooglanden
DE SPORTIEVE VARKENS
VAN SLEESWIJK-HOLSTEIN
PU
m
Beroering over voorgestelde
naam van nieuwe munteenheid
Ons vervolgverhaal
m
m
Ochtendgymnastiek
voor de te vette
baconleverancier
w>sy"
MAANDAG 1 JULI 1963
9
EEN SPEURDERROMAN VAN JOHN MARSH
I
t*
ROYALS" INPLAATS VAN POUNDS'
Boh, Zack en Trey...
Kroon en dollar
,Belachelijk!"
Dure hervorming
19)
„Misschien zullen zij wachten tot
het donker is. Zij weten immers, dat
wij wapens hebben."
Felton keek op zijn horloge. Het
liep tegen zes uur. Als hij het bij het
rechte eind had, als de bende-leider
wilde wachten tot het donker zou zijn,
konden zij zich nog op de stormaan
val voorbereiden.
„Natuurlijk kunnen wij niet alle ra
men van de benedenverdieping onder
schot houden," zei hij. „Het lijkt mij
het verstandigst alle deuren af te
sluiten die op de vestibule uitkomen
en ons op de bovenverdieping verde
digen. Als zij een van de kamers bin
nendringen, moeten zij altijd nog een
deur naar de vestibule forceren. Als
ik boven aan de trap ga staan en jul
lie Tam en Sonja, stellen je achter
twee ramen op de bovenverdieping
op, dan houden wij hen wel in be
dwang tot er hulp komt."
„Je verwacht dus hulp?"
„Ja, toch wel. Ik heb goede hoop,
dat Robbie zijn boodschap inmiddels
overgebracht heeft."
Tam zei niets en Felton zag de ver
drietige uitdrukking, die over zijn ge
zicht gleed. Tam geloofde dus niet,
dat de collie over de heide had kun
nen wegkomen met zijn briefje.
„Ik weet wel zeker, dat Robbie niet
geraakt is," zei hij, zijn hand op de
arm van de oude man leggend. „Als
zij de hond te pakken hadden gekre
gen, zouden zij het briefje hebben ge
lezen en dan wist die dwerg nu im
mers zeker, dat wij hier zijn?"
„Ik hoop, dat u gelijk hebt, me
neer," zei Tam en keerde zich vlug
om, want Felton mocht niet zien, dat
de tranen hem in de ogen stonden.
Een half uur lang hadden zij het
druk met hun voorbereidingen. Zij
brachten levensmiddelen uit de keu
ken naar de bovenverdieping. Water
leiding was er in het huis niet aan
wezig, maar Tam had tevoren al de
voorzorg genomen, zoveel mogelijk
dingen te vullen met water uit de put
achter het huis. Dat water moest ook
naar boven en Sonja en Felton zwoeg
den wat zij konden.
Eenmaal liet Fazia zich op de bo
vengang zien.
„Kan ik misschien helpen?" vroeg
zij.
Felton schudde het hoofd.
„Nee, blijft u rustig liggen," zei hij.
„Als de kans tot ontsnappen zich
mocht voordoen, moeten wij er ge
bruik van kunnen maken en dat gaat
niet, als u niet kunt lopen."
Fazia was dus weer op haar bed
gaan liggen en Sonja trok een min
achtend gezicht. Felton durfde niet
lachen, toen zij het donkere haar woe
dend naar achteren schudde en iets
onhoffelijks over het Arabische meis
je mompelde.
Tussen de bomen liep de dwerg
heen en weer, hield het huis in het
oog en was ten prooi aan twijfel. Nu
en dan vloekte hij op de man met het
rode haar, die Tam de kans had ge
geven, de deur dicht te smijten eer
Compton en de anderen hadden kun
nen binnendringen.
„Nee, ik moet wachten tot het don
ker is," zei hij in zichzelf. „Laat hen
maar denken dat wij vertrokken zijn.
Misschien proberen zij weg te slui
pen en dan hebben wij hen zo te pak
ken."
Dat die Schot zich in het huis be
vond was voor hem een dikke streep
door de rekening geweest; dat hij van
een patroon had gerept, die elk ogen
blik kon komen, veronrustte hem nog
meer.
Maar misschien had de man het al
leen gezegd om Jed af te schrikken.
Ja, natuurlijk, zo moest het zijn.
Hij riep Compton bij zich.
„Heb jij twee mannen op post ge
zet in verband met de eigenaar, waar
over die man het had?"
„Ja. Max en Jake staan verderop
in het dal."
„Laat hen daar. Het is nu gauw
donker. Als zij dan niet naar buiten
komen, gaan wij naar binnen."
Hij stak de ene sigaret met de an
dere aan en had het gevoel, dat alles
hem tegenliep. Dit alles had hij zich
kunnen besparen, als hij die Carpen
ter had neergeschoten, zodra zijn
mannen hem met het Arabische
meisje binnenbrachten. Maar hij was
teerhartig geweest en had hem liever
in de kelder laten smijten.
Hoe had hij ook kunnen voorzien,
dat die kerel uit zo'n kelder zou we
ten te ontsnappen? En dat hij daarna
nog het huis zou binnensluipen om de
meisjes wet te halen?
„En mijn revolver mee te nemen!"
mompelde hij, zijn tanden knarsend
en als een boosaardige kabouter naar
het stille huis starend, waarin zijn te
genstander zich waarschijnlijk had
verschanst.
Hij wilde er niet aan denken, dat
prinses Fazia en haar geleide op dat
zelfde ogenblik kilometers van hem af
bezig konden zijn, de politie over hem
in te lichten, waarna er een patrouil
le zou worden uitgezonden, om hem
te arresteren.
Verdraaid, wat kruipt de tijd, dacht
hij, terwijl hij voor de zoveelste maal
op zijn horloge keek.
Toen het donker begon te worden
zat Felton met Tam en de beide meis
jes in de slaapkamer van de boven
verdieping overleg te plegen.
„Het zal straks wel beginnen," zei
hij. „Lang wachten kan de bende
zich niet veroorloven. Wij weten dus
allemaal wat wij te doen hebben?"
„Zou het niet beter zijn, als wij nog
probeerden weg te komen?" vroeg
Sonja, terwijl zij een sigaret aanstak.
Het vlammetje van de lucifer ver
lichtte haar knap gezichtje met de
fonkelende ogen onder het zware don
kere haar.
„Waarschijnlijk rekenen zij op zo
iets," bracht Felton haar onder het
oog. „Zij zouden ons te pakken heb
ben, eer wij tien meter ver waren ge
komen."
Tam die met zijn rug naar de
muur stond en over zijn schouder in
de richting van de bomen keek, mom
pelde;
„Niets van die kerels te bekennen.
Misschien zijn zij toch weg."
„Ik geloof er niets van. Nee, wij
moeten hier blijven en het uitvech
ten. De tijd werkt tenslotte voor ons,,
als Robbie zijn doel heeft bereikt.
Mocht de politie inmiddels de bood
schap hebben ontvangen, dan kan
men hier over een paar uur zijn."
Hij keek Tam aan.
„Ik neem de trap dus voor mijn
rekening, Tam en jij blijft aan deze
kant van het huis en houdt alle.ra
men in het oog. Schiet alleen als het
niet anders kan, want meer munitie
dan er in de pistolen zit hebben wij
niet. Fazia..." Hij keek het Arabische
meisje aan, dat van haar bed uit moe
dig tegen hem lachte, u beschouw ik
als reserve, in te zetten waar het no
dig is." De duisternis, die nog sneller
inviel ten gevolge van de zware be
wolking die zich boven de heide^ sa
mentrok, nam nu snel toe. Tam be
gon onrustig te worden. „Ik wou dat
de patroon nu maar kwam," zei hij.
„Laten wij hopen van niet," zei Fel
ton, een beetje verschrikt. „Die bende
buiten zou korte metten met Archie
Timberley maken, als hij daar begon
te commanderen en zijn overwicht
wilde laten gelden."
„Wat is dat?"
Sonja had het gevraagd. Zij ging
naar de deur en bleef staan luisteren,
een tenger onwezenlijk figuurtje in
de duisternis.
„De een of ander tracht binnen te
komen," fluisterde zij. „Aan de ach
terkant, geloof ik."
„Iedereen op zijn plaats dan", be
val Felton en terwijl Sonja postvatte
bij het raam, verliet hij met Tam de
kamer.
Boven aan de trap bleef Felton staan
luisteren. Er was wel iets aan de
hand daarbuiten. Hij sloop naar een
raam op de bovengang, vanwaar hij
op het achtererf kon kijken.
(Wordt vervolgd)
Kiel (DAD) Het lijkt op een aprilmop maat toch is het de zuivere waarheid:
in Sleeswijk-Holstein, het Noordelijkste bondsland van West-Duitsland, wor
den varkens ertoe gedwongen, gymnastische oefeningen te doen. Als trainers
fungeren daarbij geleerde heren in witte jassen, die behoren tot de staf van
het „Max Planck Instituut voor dierenteelt en dierenvoeding" in Trenthorst-
Wulmenau. In de praktijk zien de sportieve activiteiten van de varkens er als
volgt uit: De dieren worden op een schuin oplopende transportband gedreven
die, aangedreven door een motor, in tegengestelde richting rolt en hen ge
durende een bepaalde tijd dwingt tot een inspannende klimpartij. Door deze
merkwaardige procedure wil men de lichaamsgesteldheid van de varkens op
een peil brengen, dat aan de hoge eisen van de huidige Duitse vleeseters vol
doet. Met andere woorden: men wil varkens fokken, die meer vlees en minder
vet leveren.
OM DIT DOEL te bereiken waken de
witgejaste heren echter niet alleen over
de dagelijkse loopoefeningen van hun
knorrende beschermelingen. Zij maken
ook gebruik van andere wetenschappe
lijke methoden. Daartoe behoort de krui
sing van verschillende rassen, de con
trole van de bewegingen van het hart
bij zeugen en beren, het meten van de
rugspekdikte bij de levende dieren met
behulp van gecompliceerde ultra-ge-
luidsapparatuur alsmede het van tevo
ren berekenen van de te verwachten
opbrengst aan karbonades en hammen.
DE DUITSERS zetten daamede een
werk, waaraan de Deense fokkers reeds
kort voor de eeuwwisseling waren be
gonnen, voort. Destijds trachtten de De
nen, die in 1887 door een streng in
voerverbod de Duitse afzetmarkt voor
varkens hadden verloren, op de Engel
se behoeften over te schakelen. Daar de
Britten graag mager ontbijtspek aten
(en nog eten) moest men dieren met
veel vlees en dun rugspek gaan produce
ren. De fokkers zagen spoedig in, dat
de ongewenste dikke laag rugspek bij
varkens met een ongewoon lange li
chaamsbouw dunner was dan bij de
normaal gebouwde dieren. Van 1925 tot
1942 fokte men dientengevolge de li
chaamslengte van slachtrijpe fokdieren
op van gemiddeld 88,4 tot 94,1 centi
meter. Door deze fokmethode ontstond
zelfs een type varken, dat 16 in plaats
van 13 paar ribben bezat en zodoen
de ongewoon vele karbonades kon le
veren.
MAAR AAN het begin van de veer
tiger jaren deden de Deense fokkers
een ervaring op die later ook hun col
lega's in andebe Europese landen niet
gespaard bleef: de „lange varkens" gin
gen op sommige punten ernstige de
cadentie-verschijnselen vertonen. De
langgerekte dieren plachten hun achter
poten ver naar voren te plaatsen en
daardoor de gewrichten zo onnatuurlijk
te belasten, dat deze werden aangetast.
Soortgelijke ervaringen deden de Engel
se fokkers op bij zeer zware varkens,
waarvan soms zelfs de gewrichten bra
ken.
OOK DE ONDERZOEKERS van het
Max Planck Instituut kregen tegensla
gen te incasseren. Bij de kruisingsproe-
ven met een Belgisch varkensras ont
stond een type varken dat bij de min
ste of geringste inspanning een hart
verlamming kreeg. Deze ervaring rij
ker, werden voortaan hartcontroles per
electrocardiogram voor en na de trai
ning op de transportband uitgevoerd.
In hoeverre de gymnastische oefenin
gen ertoe bijdragen, de vlees-vet-ver-
houding van het varkenslichaam ten
gunste van het vleesaandeel te verschui
ven, kunnen de deskundigen van het
Max Planck Instituut nog niet zeggen.
Uit het verre Califomië kwam echter
onlangs een bericht dat de Duitse kar
bonadefokkers nog in hun mening ver
sterkte dat zij op de ingeslagen weg
moeten voortgaan. In Califomië werd
bij de varkens de voedertrog namelijk
zo hoog opgehangen, dat zij slechts
staande op hun achterpoten konden vre
ten. Het resultaat van deze inspanning
was een vergroting van de achterham
van 5,6 percent ten opzichte van de
varkens, die op normale wijze voed
sel tot zich nemen.
DIERENBESCHERMERS hebben her
haaldelijk geprotesteerd tegen deze en
dergelijke proefnemingen (het force
ren van „super-vleeskippen" in Ameri
ka met behulp van hormooninjecties
e.d., het ook ten onzent bekende euvel
der „kistkalveren" en wat dies meer
zij), die zij als dierenkwelling en vivi
sectie bestempelen. Op deze verwijten
antwoorden de onderzoekers dat dit
in de praktijk „wel meevalt". „De die
ren staan onder voortdurende weten
schappelijke controle, ook van veeart
sen, hetgeen impliceert dat nodeloos
lijden hun zoveel mogelijk bespaard
wordt, (wat trouwens ook een commer
cieel belang is"). En zeker, aldus de
experts van het Max Planck-instituut,
„kan men de varkens-gymnastiek niet
vergelijken met vivisectie-methoden,
zoals hier en daar geopperd is. Eerder
met de lichaamsoefeningen, die onze
weldoorvoede Duitse medeburgers be
drijven om iets van hun te dikke spek
laag kwijt te raken
Even uitblazen na de dagelijkse
vermagerings-oefeningen.
wmmmi
brengende. Die naam is al bij voorbaat
gedoemd tot vergetelheid, want Austra
liërs noemen vijf shilling een „dollar."
De regering heeft verder de naam
„cent" (letterlijk: honderdste) voorge
steld voor muntstukken van 20, tien, vijf,
twee en één cent. Voor de Nederlands im
migrant wekt dit oud-vaderlandse gevoe
lens op, maar hij zal moeten oppassen
zich niet te verrekenen, want het Austra
lische „dubbeltje" wordt 40 ct. waard en
het Australische „stuivertje" twintig cent.
De Australische minister van Immigratie,
Alexander Downer, heeft getracht, de im
migranten bij voorbaat vertrouwd te doen
maken met de voorgestelde namen door
hen op de kort geleden in Canberra ge
houden „burgerschapsconventie" te ver
tellen hoezeer immigranten de naam „ro
yal" (koninklijk) voor de nieuwe munt
eenheid zullen waarderen, omdat deze
naam „de superlatieve deugden van het
monarchale stelsel bij hen in herinnering
zal brengen." De minister noemde onder
de landen van herkomst der immigran
ten allereerst Nederland. Sceptici betwij
felen of de immigranten dit zo aanvoelen.
(Van onze correspondent)
SYDNEY OVER DRIE JAAR schrijven uw vrienden, familie of kennissen in
Australië u niet meer hoeveel ponden ze verdienen, maar verrassen ze u met
„royalen". Zij verdienen dan ineens twee keer zoveel tenminste in cijfers
want als het parlement het plan aanvaardt, wordt het Australische pound ver
vangen door de „royal", die slechts de helft van het pond waard zal zijn. Over
de voorgestelde naam „royal" is heel wat te doen. Critici vinden die naam te
„koninklijk", doch dat is juist de bedoeling van de minister van Financiën, Harold
Holt. De regering heeft besloten met ingang van februari 1966 het twaalftallige
geldstelsel af te schaffen en te vervangen door het decimale systeem, waarbij
de naam „royal" voor de nieuwe munteenheid de verbondenheid met het Engelse
koningshuis zal karakteriseren. De critici vinden de naam „royal" echter teveel
rieken naar kolonialisme terwijl Australië, zo zeggen zij, juist bezig is te ont
groeien aan het moederland en steeds meer zelfstandige trekken begint te
tonen met een sterke neiging naar Amerikanisme.
VOOR DE NEDERLANDERS in
Australië is de naam „royal" niet zo
vreemd als we denken aan de „gouden
reaal" uit de 16de en 17de eeuw. Maar de
Australiërs moeten er over het algemeen
niets van hebben en hun critiek is niet
mals. De regering had een kleine duizend
suggesties voor een naam ontvangen,
20. „Vlug!" riep de Meester-Kieker, in zijn voertuig
springend, „er achter aan!" „Gaat u Dizzy Lizzy be
vrijden?" vroeg Panda. „Nee," sprak de ander, „ik wil
een goede foto van deze ontvoering hebben, waar ze
niet wee en onwaarachtig op grijnst! Ik wil haar tem
perament schieten!" Panda en de Meester-Kieker zet
ten de achtervolging in en dit werd weldra opgemerkt.
„Die fotograaf komt ons na!" riep staatsvijand num
mer 2 uit. „Net wat ik verwachtte," zei staatsvijand
nummer 1, „het is dezelfde vent, die me al eerder ge
kiekt heeft. Het kan geen toeval zijn, dat hij steeds op
duikt. Het is vast een detective, vermomd als foto
graaf." „Wat?!" riep Dizzy Lizzy, „een vermomde?
Dus het was helemaal geen echte? Daarom maakte hij
geen foto van me! Hij heeft me voor niets laten glim
lachen! Als ik die vent ooit weer ontmoet En de
ogen van de actrice vlamden zo temperamentvol dat
het de Meester-Kieker in vervoering zou hebben ge
bracht.
waaronder „roo" (van kangoeroe), koala
(teddy-beer), emu (Australische struisvo
gel), galah (Australische vogel), arunta
(inboorling), digger (soldaat), jumbuck
(schaap) lubra (inboorlinge), nulla (wapen
van inboorling)), kookaburra (ijsvogel),
witchetty (eetbare worm), en nog vele an
dere buitenplaatsen. De regering, die eerst
„austral" had voorgesteld, dat de Austra
liër als „nostril" (neusgat) in de oren
klonk, kwam later met de „royal" op de
proppen, dat de man-in-de-straat nu al
„Lizzie" (naar koningin Elizabeth) noemt.
Australiërs zijn, evenals Nederlanders,
vlug in het bedenken van „slang"-woor-
den. Er bestaat zelfs een heel boek over
Australische volksjargon waarin het ka
rakter van het Australische volk duidelijk
tot uiting komt. „De taal is gans een
volk", heeft een Vlaams dichter eens
gezegd en de auteur van genoemd
„slang"-boek, Sidney J. Baker, schrijft er
meer dan vierhonderd dichtbedrukte blad
zijden over. Het is dus geen wonder, dat
de Australiër het geld niet bij z'n ware
naam noemt. Zo goed als een Nederlan
der een kwartje met een „heitje" betitelt,
zo heeft het Australische pond in de da
gelijkse omgangstaal de ook in het Britse
moederland gebruikelijke bijnaam „quid"
gekregen, en wordt de shilling „boh" of
„deener" genoemd, een sixpence een
„zack" en een threepence een „trey".
DE NIEUWE munteenheid in het deci
male stelsel zal slechts de helft van het
tegenwoordige pond waard zijn en de hal
ve munteenheid vijf shilling zal
„Crown" (kroon) worden genoemd al
weer de band met de Kroon tot uiting
*4
Op de jaarlijkse kunst- en hobbyten
toonstelling van R.A.F.-personeel, die
vorige week in het Britse ministerie
voor Luchtvaart geopend werd, is on
der meer deze zweéfauto te zien, die
geheel ontworpen en geconstrueerd is
door de vier hier afgebeelde kadetten
van de Royal Air Force: een knap
staaltje van doehetzelverij, dat dan ook
de hoogste onderscheiding in de afde
ling knutselwerken kreeg. De Cran-
well C H. 1, zoals de eigenbouw-Hover-
craft genoemd is (naar het stadje Cran-
well, waar de toekomstige R.A.F.-offi
cieren worden opgeleid) meet ongeveer
4 X 2,5 meter en kan, zwevend op een
luchtkussen van 30 cm hoogte, een
snelheid van bijna vijftig km per uur
bereiken. De krachtbron is een oude
motorfietscilinder. De vier jongelui
hebben ruim twee jaar aan hun werk
stuk gebouwd.
Onder die critici bevindt zich de lord
mayor (burgemeester) van Sydney, Har-
-sy Jensen die enkele jaren geleden Ne
derland heeft bezocht. Hij slaakte de op
merking:. „De namen royal en crown wek
ken in andere landen die gedachte op, dat
Australië nog middeleeuwse opvattingen
heeft. Over de hele wereld echter is het
concept van monarchiën verworpen. Het
gebruik van namen, die verbonden zijn
met instellingen, welke in het grootste deel
van de wereld als verouderd worden be
schouwd, zal Australië een valse reputa
tie geven die het niet verdient," aldus de
lord mayor.
DE LEIDER van de oppositie in het par
lement, Arthur Calwell, noemde de namen
„royal" en „crown" belachelijk en zei,
dat als zijn Labour-partij het volgend
jaar de verkiezingen zou winnen en aan
het bewind zou komen, beide namen
„meteen het raam zouden worden uitge
gooid." Ook de leider van de Boerenpartij
in Victoria, die met de Liberale partij in
de coalitieregering van Australië is verte
genwoordigd, heeft de regering gevraagd
de naam „royal" te schrappen. Zelfs het
bestuur van de Royal Commonwealth So
ciety (koninklijke vereniging van het Ge
menebest), heeft unaniem besloten een
protest tegen de naam „royal" voor de
nieuwe munteenheid in te dienen bij mi
nister-president Menzies.
Welke naam de nieuwe munteenheid ook
zal krijgen, het tientallige stelsel als zo
danig wordt beslist ingevoerd en dit zal
grote kosten voor de verandering van tel
en boekhoudmachines, benzinepompen,
weegmachines en verkoopautomaten enz.
met zich meebrengen. Deze kosten wor
den geraamd op driehonderd miljoen gul
den. Iedereen is in de gelegenheid ge
steld, zijn zienswijze op het voorgestelde
decimale geldstelsel te berde te brengen
bij een speciale commissie. Onder dege
nen, die hun visie gaven, behoorde ook de
oud-Nederlander Jacob Gobes. eigenaar
van het restaurant „The Tulips" in Syd
ney en voorzitter van de bond van café-
en restauranthouders.
De stap van de Australische regering
om het decimale geldstelsel in te voeren
zal op den duur ongetwijfeld leiden tot
algehele invoering van het tientallige stel
sel, dus ook voor maten en gewichten.
Reeds hebben het departement van Ge
zondheid, de Australische artsenbond en
de apothekers hierop aangedrongen. De
regering van de staat Nieuw Zuid Wales
zal vermoedelijk spoedig het voorbeeld ge
ven door het decimale stelsel voor de han
del wettelijk voor te schrijven.
Voor de Australiërs, die de schier onein
dig lijkende reeks van oud-Engelse bana-
mingen muurvast in het hoofd hebben ge
plant, zal zo'n wijziging vele voeten in de
aarde hebben. Maar Nederlandse immi
granten zullen die verandering welkom he
ten om verlost te worden van de „pint,"
die geen „liter" is, van het „pound," dat
geen „pond" is, van de „ounce", die geen
„ons" is en van de „yard" die geen „me
ter" is.