Moord op Majorca) I „KOPPEN KLAASJE'S" GRIEZELIGE HOBBY p: I PANDA EN DE MEESTER-FLESSER Jonge Haarlemse werd eerste bij de sopranen J oege os kamer vol blanke Ons vervolgverhaal agement Opera voor bij de Nederlandse Roemeense zanger Iers meisjeskoor op Schiphol NEGEN MUZEN MAANDAG 9 SEPTEMBER 1963 door Paul Tabori tol «sa-si 1 Concertgebouworkest terug uit Edinburgh FINALE VOCALISTENCONCOURS Aantal bioscopen in Engeland sedert 1953 gehalveerd Alle boten waren donker en ver laten, op een zwarte spaniel na, die op het dek van een van de scheep jes woedend naar hem blafte. Stephen hield stil bij een bootje met een kleine kajuit en opgerolde zeilen; hij kon met moeite de naam lezen in het maanlicht: „Wanderer", Hij voelde een steek hoe lang was het al geleden dat hij gezeild had in Enge land? Twintig jaar Misschien zou hij een boot kunnen huren Maar hij was nu nog te moe, hij moest eerst een week rust houden voordat hij iets kon ondernemen dat inspan ning zou verge:. De dokter had hem de laatste maal gewaarschuwd. Hij had als een wijze uil door zijn bril met dikke glazen gekeken en gezegd: „Jullie actievelingen, jullie denkt maar dat een lichaam jaar in jaai uit misbruikt kan worden. Nou, laat mij ie dan vertellen.en hij ging verder, allerlei medische termen ge bruikend, waarvan Stephen maar niev eens probeerde de betekenis te snap pen. in zijn leven vol avontuur en on gemakken was er wel honderd maal op hem geschoten, had hij uren ach ter elkaar in ijskoud water gelegen of op een steile rots gezeten; hii was vergiftigd (twee maal) en dap was er nog die maand dat hij nooit meer dan drie uur per nacht had ge slapen. Zijn lichaam was nog steeds ongebroken maar soms begon nen de opgehoopte spanning en de zenuwen zich te wreken. Hij zou het nooit toegeven, maar hij had deze keer een vakantie nodig gehad zoals nog nooit tevoren. Hij ging de pier weer af en liep naar het plein. Vissers waren bezig hun lading te lossen bij het licht van carbid-lampen die aan de masten hingen. De takels kraakten en piep ten; er was een grote menigte ver zameld op de kade; meisjes en jon gemannen schertsten luid met de vis sers die bezig waren hun vangst in manden te laden. Er waren drie café's aan de rech terkant van het plein, waarvan de terrasjes bijna geheel bezet waren. Toen hij aarzelde welke van de drie hij zou kiezen, zag Stephen nog een vierde, iets van de kade vandaan; een klein vervallen gebouw met in grote letters boven de deur „Bodega Tur". Ook hier stonden tafeltjes bui ten. Hij stak het plein over en ging bij een van de tafeltjes op de hoek zit ten. Een jongeman in een hemd met vrolijk gekleurde figuren en een ser vet nonchalant over zijn schouder, kwam bij hem en nam zijn bestel ling op. Hij zat in het halfduister en keek naar de andere tafeltjes, die allen bezet waren. Naast het kralen-gordijn, dat zoals gebruikelijk de deur verving, zaten twee mannen op rechte houten stoe len. Ze droegen blauwlinnen broeken en donker blauwe overhemden, waar van de mouwen waren opgerold bo ven hun gespierde, gatatoeerde ar men. Een van de mannen hield een gitaar tegen zich aan gedrukt, zijn hoofd was over de snaren gebogen, terwijl hij langzaam een melodietje tokkelde. Toen hief hij zijn hoofd op en in het duister starend, begon hij te zingen met een sterke, gevoelige stem. Het was geen flamenco, slechts een van die gewone populaire liedjes, die zo'n succes hebben in Madrid of Sevilla; maar de donkere stem gaf een speciaal tintje aan de afgezaag de woorden, het simpele melodietje kreeg er een lichte betovering door. De pratende groepjes om de tafel tjes zwegen; het lawaai aan de kade verdween naar de achtergrond, toen de man, met een trek op zijn ver weerde gezicht alsof hij pijn leed, met zijn sterke vingers aan de snaren plukte en zong van een ontmoeting en een afscheid, van bloemen en van lippen. Toen het uit was klonk er hier en daar applaus, waarvoor de zanger met een grijns bedankte; de kelner bracht hem een glas wijn, hetgeen zijn enige beloning scheen te zijn. Nu nam de andere man de gitaar op en begon, na enige accoorden te hebben geprobeerd, te zingen een ander welbekend liedje met een tan- go-ritme. Het geïmproviseerde con cert duurde een half uur; de beide mannen speelden om beurt. Overal elders zou men er niets aan gevon den hebben, maar hier, in het zachte licht, met de zee en de heuvels, de hemel en de huizen (de mensen hin gen over de balkons of zaten voor hun huizen en winkels), hier was het anders. Barrett bestelde nog een glas „Calisay" en leunde achterover, tevreden met het leven. Toen tijdens eenkorte pauze, kwam er een meisje uit de duister nis te voorschijn en stapte in de lichtkring van de lamp boven de ingang van haar niet direkt lachende en juist bezig niet zo zeer te krijgen dat ze in de Terwijl Stephen viel hem het eerst de stem op: een diepe lieve stem, beschaafd en natuur lijk. „Si le roi m'avait donné", zong ze en op hetzelfde moment voelde Ste phen zich verplaatst naar een klein Provenqaals stadje, waar hij dit lied je voor het eerst gehoord had, twin tig jaar geleden. „Si le roi m'avait donné Paris, sa grande ville. Et qu'il me fallut quitter L'amour de ma mie!" De melodie was erg eenvoudig; ep de woorden waren dezelfde welke dui zend miljoen verliefden hadden ge zongen in vijftig landen sedert vele, vele eeuwen. En toch zong het meis je, wier korenblond haar gedeeltelijk haar gezicht verborg terwijl ze zich over de gitaar boog, alsof ze ze juist had ontdekt in haar hart, in haar /keel. „Je dirois au roi Henri Reprenée votre Paris J'aime mieux ma mie, oh gay! J'aime mieux ma mie." De stem en de muziek stierven weg; een ogenblik was het stil, toen klonk applaus, de man die de gitaar aan het meisje had uitgeleend klapte het hardst. Ze dankte met een knikje, haar gezicht stond ernstig. Ze droeg een donkere blouse- en een. .wijde rok met geborduurde bloemen; haar blo-- te voeten staken in witte sandalen. Zè had jrijna geen make-up op en zelfs onder het schelle licht was haar gezichtje zacht en goed-gevormd. Een vissersmeisje? Een bezoekster van het vasteland? Een vreemdelin ge? Stephen zou het niet kunnen zeg gen. Dat ze een oud Frans liedje zong, was niet zo vreemd; veel Ma- jorcanen brachten enige jaren in Nantes of St. Nazaire door en keer den pas 'naar hun geboortegrond te rug wanneer zij genoeg geld hadden verdiend om een huisje en een boot te kopen. De man, die het eerst gezongen had, praatte met het meisje. Hij scheen er op aan te dringen dat ze iets zou doen. Ze aarzelde even, tok kelde wat op de gitaar en begon toen weer te zingen. Ook deze keer her kende Stephen het liedje; hij had het in Ciernevaca, in Mexico, ge hoord. „Aforradop de mi vida! Come estas, como te va? Como has pasado la noche No has tenido novedad?».." Hij zag in gedachten weer de bin nenplaats van de herberg, de mannen met hun gitaar, de dansers die zich langzaam bewogen. Hij zag de roken de fakkels, rook de geur van jas mijn en houtskool en. ergens in het duistèr, loerde de dood „Aforrado de mi vida! Yo to quisiera cantar, Pero mis ojos son tiernos Y empazaran llorara. Wordt vervolgd1 NU WIJ N1EUW-GUINEA kwijt zijntelt het Koninkrijk der Nederlanden geen enkele koppen sneller meer. Maar in Friesland zetelt er nog eentje (op amateurbasis), de zestienjarige Har- linger apothekerszoon Klaas Westerterp, alias „koppen Klaasje", die in zijn korte bestaan een grote massa dierenschedels en -schedeltjes ver zameld heeft, puur uit liefhebberij, zoals een andere jongen van die leeftijd muzikale tophits verzamelt. Een lugubere hobby? Weineen. Het stinkt alleen maar een beetje, zegt Klaas. Ten minste als ik ze uitkook, want dat moet om ze goed te houden. En trots toont hij de bezoeker een deel van zijn collectie koppetjes: schedels van zoogdieren, van dode vogels en van wat er verder maar te vinden valt langs 's Heren wegen in Friesland en daarbuiten. Want zelfs als hij met vakantie is kan hij zijn merkwaardige liefhebberij geen vaarwel zeggen. In het buitenland heeft hij dit jaar weer een paar mooie exemplaren erbij- geraapt, onder andere een van een berggeit, die nu het pronkstuk van zijn collectie is. Behoudens dan de echte menselijke doodskop waarmee hij, enkele jaren geleden, gestart is. Maar die heeft hij echt niet langs de weg gevonden: het was een cadeautje van zijn vader, de apotheker, die het ding nog had liggen uit zijn studietijd. KLAAS nu vierdeklas hbs'er heeft al als kleuter een hevige interesse in plant en dierkunde aan de dag gelegd. Zijn vader, een kundig amateur-vogel-foto graaf, heeft hem ettelijke malen mee naar buiten genomen om vogels te bespieden en zo werd bij hem de liefde voor de natuur gewekt. Tijdens zwerftochten door het Friese land en op Terschelling had Klaas al wel eens schedels van dieren gevonden, maar hij was nooit op de gedachte ge komen, om ze te verzamelen. Pas toen hij twee jaar geleden las over burgemeester W. Baas van de Zeeuwse gemeente Sint- jLaurens, dile een fraaie collectie schedels bezat, besloot hij zich in deze richting te „specialiseren". Hij zocht langs de zeekant dode kap- meeuwen, zilvermeeuwen, zaagbekken, kuifeenden, toppereenden, zwanen en gan zen en leerde van de Harlinger prepara teur H. Bergsma hoe hij ze verder moest behandelen. r TEMIDDEN van zijn schedels heeft Klaas ons dezer dagen in zijn slaap-stu- deerkamer in het ouderlijk huis haarfijn uitgelegd, dat je allereerst zoveel mo gelijk vlees van de kop moet krabben, uiteraard zonder de schedel te beschadi gen. Daarna wordt de kop in sodawater gekookt. De grootte van de kop is be palend voor de kookduur. Schedeltjes van vogels zijn al na drie kwartier schoonge- kookt. terwijl koppen van zoogdieren wel drie a vier uur moeten opstaan. Het is volgens Klaas (en volgens zijn moeder) zeer wenselijk het water van tijd tot tijd te verversen. Al dat krabben en koken is de minst aantrekkelijke kant van Klaas' liefhebberij. Hij geeft toe, dat het „een vies jobje" is, maar dat mqet je er volgens hem voor over hebben. „Ik kook altijd in de spoelkeuken van de Met twee chartervliegtuigen is zondag avond het Concertgebouworkest op Schip hol teruggekeerd van zijn concertreis naar Edinburgh. De beide dirigenten, Bernard Haitink en George Szell, toonden zich zeer verheugd over de behaalde succes sen. „Zowel het publiek als de organisa toren van het Edinburgh-festival waren geestdriftig over de verrichtingen van ons orkest hetgeen o.m. tot uiting kwam in een invitatie voor een Engelse tournee in 1964 of 1965". Het laatste concert, zaterdagavond werd o.m. bijgewoond door prins Chula van Thailand Na het concert werd een deputatie van het or kest ontvangen door de Lord Provost van Edinburgh. COt. MAtTEN TOONDft 29. Louis Sjekboek graaide met beide handen in zijn brandkast en liep met de armen vol bankbiljetten naar Joris. „Pak aan, goede vriend," verzocht hij, „ik vind het heerlijk om te schenken, dus weiger mijn goede ga ven niet. Neem ze aan! Alstublieft!" „Nu, om u een plezier te doen dan," zei Joris, zijn zakken vol prop pend, „het is wel wat pijnlijk om dit alles te accepte ren. En biedt mij alstublieft geen juwelen aan. Die zou ik waarlijk moeten weigeren!" Natuurlijkjuwe len!" riep hij uit, „die kan ik u ook nog schenken! Heerlijk! Dat ik daar niet eerder aan dacht!" Hii greep zijn juwelenkistje en stortte dit leeg in de zak die Joris voor dit doel ophield. „Acht, wat is geven toch zalig!" riep de heer Sjekboek in vervoering, „u maakt mij heel gelukkig, meneer!" „Het ts niets," zei Joris, „ik offer me nu eenmaal graag voor anderen op. Zo is mijn aard. Maar er zijn grenzen, dus houdt u die gouden horlogeketting nu maar zelf." Meer hoef de hij niet tef zeggen: Louis Sjekboek rukte zich de aangeduide ketting van het lichaam en wierp deze juichend in de reeds boordevolle zak. apotheek. Vader en moeder moeten niets van de stank hebben, maar zij vinden het resultaat heel mooi", vertelt hij. Als het kookproces achter de rug is, moeten de schedels een maand in waterstof-peroxyde ondergedompeld blijven, daarna zijn ze mooi blank geworden. KLAAS HEEFT in de twee jaar dat hij schedels verzamelt, bepaald, niet stilge zeten. Zijn collectie omvat al bijna hon derd exemplaren. Hij vindt het meeste materiaal zelf en krijgt verder van prepa rateur Bergsma wel eens dieren, die om de een of andere reden niet kunnen wor den opgezet. Hoewel de vogels in de ver zameling overheersen, komen er ook zoog dieren in voor. Klaas heeft onder meer schedels van reeën, een zeehond, een her melijn, een Drents heideschaap, een vos, een bever, een konijn, een haas, een otter, een egel en zelfs een koe en een paard. Hij is nog op zoek naar schedels van marter- aehtigen en van een everzwijn. Klaas weet nog niet of hij later biologie of bosbouw zal gaan studeren. Eerst de hbs afmaken, zegt hij, dan zie ik wel verder. Inmiddels bouwt hij voort aan zijn hobby. En als u soms nog ergens op zolder of zo een doods kop je hebt slingeren, dan weet u nu waar dat welkom is. Bij Klaas Westerterp in Harlingen Het internationale vocalistenconcours j de kroon. De lichte vlotheid, waarmede te 's-Hertogenbosch is zaterdag besloten I zil »Danza. danza" van Durante zong. doet met de finale, die voor wat de groep dat Marf,reth Du=k" j„„ r XT j w°rth ook het lied-genre zal kunnen be- der sopranen betrof, een Nederlandse overwinning bracht. Die overwinning werd behaald door de jonge Haarlemse zangeres Rineke Cornelissens, die voor haar voordracht van liederen van Schu bert en Brahms en van een oratorium aria van Handel door de jury onder scheiden werd met de tweede prijs. Een eerste prijs werd dit jaar in de groep der sopranen niet toegekend. Als enige van de drieëndertig deelnemende so pranen ontving Rineke Cornelissens on der andere de medaille van de Stichting ,,'s-Hertogenbosch Muziekstad" en een uitnodiging om op te treden op het slot- concert, dat op 12 september door het Brabants Orkest in het Casino te 's-Her togenbosch onder leiding van de dirigent Hein Jordans met medewerking van nog zeven andere bekroonde vocalisten zal worden gegeven. De ochtendwedstrijd DE MORGEN van de laatste wedstrijd dag was bestemd voor de vertolkingen van de alten, mezzo-sopranen en tenoren, die bij de demi-finale door de jury waren uitverkoren. Manus Willemse van de K.R.O. was voorzitter van deze jury, die verder bestond uit de zangeressen Annie Delorie (Nederland), Ilse Hollweg (Duits land), Elisabeth Höngen (Oostenrijk) en Janine Micheau (Frankrijk) en de heren Lode Devos (België), Kiejh Falkner (En geland), Domenico Messina (Italië) en de Nederlanders Frans van Amelsvoort (mu sicoloog) en Frans Vroons (directeur van de Nederlandse Opera). DE ALT Eva Dabrowska uit Polen kon vooral met haar voordracht van een der liederen van de Dood van Moessorgski een overtuigende indruk maken. Met deze ge laden tekstgedachten en onverbiddelijke muziek vormde haar karakteristieke „Sla vische" stem en mentaliteit een voortref felijke eenheid. Vreemd stond zij tegen over de muzikale en expressieve sfeer' van Mozarts „Laudamus te" en Schuberts „Die junge Nonne". Haar zangtechniek, die slechts onrustige dynamiek en geen mo gelijkheid tot het geven van klankkleur bood, zou trouwens het lyrische element van het lied en de milde extase van het „Laudamus te" niet hebben kunnen ver werkelijken. De jury beloonde haar met de merkwaardige „eerste tweedeprijs". De tweede tweede-prijs werd behaald door de Belgische alt Lucienne van Deyck, een jonge zangeres met een fraaie, expressie ve stem, die echter nog de steun van een betere adem-techniek behoeft, om steeds zuiver te kunnen intoneren. Haar vermo gen tot uitdrukking staat op behoorlijk ni veau, getuige haar vertolking van Mozarts „Der Zauberer". Van de alten en naar mijn overtuiging, van alle vocalisten op dit concours spande de Engelse zangeres Margareth Duck worth met haar prachtige beheerste, uit- drukkingsrijke en door uitzonderlijke klankschoonheid uitmuntende vertolkingen heersen. Met het toekennen van de eerste prijs aan deze voortreffelijke zangeres zal zeker geen der talrijke toehoorders het oneens geweest zijn. De Nederlandse tenor Marius Kemler liet bij het zingen van werken van Beet hoven, Berlioz en Giodano een op opera muziek afgestemde, gave, lyrische stem horen, waarvan de .technische beheersing echter nog betrouwbaarder moet worden. De ténor Jean-Jacques Schreurs uit Bel gië leek méér op zijn techniek te kunnen steunen. Zijn stem klonk mooi en daar scheen hij zelf van te genieten, zoveel zelfs, dat er van voordracht niet zoveel terecht kwam. Toch kreeg deze zanger een tweede prijs. Het middagconcours 's Middags werd de finale besloten met de zang van sopranen, baritons, bas-bari tons en bassen. Rineke Cornelissens opende de reeks voordrachten van de sopranen met de ver tolking van „Verklarung" van Franz Schubert, een prachtig lied met rijke in houd. De jonge zangeres had zich goed in de geest van dit lied ingeleefd, hetgeen bleek uit de expressieve facetten die zij door zegging, mimiek en de klankkleur van haar mild klinkende stem, aan haar zang kon geven. Wanneer zij de uitdruk king die zij nu reeds ook aan het lied „Von ewiger Liebe" van Johannes Brahms gaf, nog weet te verdiepen, zal zij op het gebied van de liedvoordracht nog zeer veel kunnen bereiken. Er bleven wensen voor een gaver, ron der hoogte, maar gezien de klankrijke voordracht van de aria „If God be for us" uit Handels „Messiah" behoeft men er niet aan- te twijfelen dat deze wensen in vervulling zullen gaan. De zang van de Amerikaanse Margo Ni- sita stelde, althans vocaal en artistiek, te leur. De jury vond haar vertolkingen toch wel de moeite waard om haar een eervolle vermelding te geven. Een zelfde onder scheiding kreeg de Nederlandse sopraan Nelly van der Spek-voor heel wat betere zang, al viel hierop voor wat de „kelige" toonvorming en een te zwaar aangezette voordracht betrof, toch nog wel het een en ander aan te merken. BIJ DE BARITONS en de bassen muntte de Roemeen Dan Jordachescu uit door een fraaie stem van een ver bluffende expansieve kracht, een stem die ook om haar dramatisch karakter bij uitstek aangewezen is op het opera genre. Hij behaalde de eerste prijs en een toezegging voor een engagement bij de Nederlandse Opera. UITSTEKENDE kwaliteiten had ook de zang van de bariton Peter Leeming uit Engeland en Antoni Dutkievics uit Polen, maar hun voordracht was óf te uniform óf te vlak. Beiden werd een tweede prijs toegekend. Nellie v. d. Spek kreeg nog een aan moedigingsprijs van de Maatschappij tot Bevordering der Toonkunst. P. Zwaanswijk Gekleed in fleurige pastel-gele regen jassen met lichtgroene hoedjes op het hoofd hebben 36 jonge Ierse meisjes zon dagavond, staande op de trap van een K.L.M.-vliegtuig, met één slag de sympa thie veroverd van de vele belangstellen den op het platform door een volmaakt accentloos „Wilhelmus" ten gehore te brengen. Het was het Ulster Girls' Choir uit Bel fast, dat onder leiding van mevrouw Irene Kerns-Browne en onder auspiciën van het genootschap Nederland-Ierland en de UNI CEF 9 dagen in Nederland komt optreden ten bate van de actie Dousadsj. Het re pertoire van dit Noordierse koor bestaat uit folkloristische dansen en Ierse volks liederen. Enkele gemeentebesturen van grote steden en een aantal Nederlandse bedrijven verlenen financiële steun. Op woensdag 11 september zullen de meisjes voor het slot Drakesteijn prinses Beatrix omstreeks lunchtijd een zanghulde brengen. De 9-daagse tournee wordt besloten op prinsjesdag. Tijdens de rijtour na de plechtige opening van de Staten-Generaal zullen de koninklijke rijtuigen enkele mi nuten langs de route stilhouden en luis teren naar het koor, dat daar evenals zon dag op Schiphol het Wilhelmus ten gehore zal. brenger. Vrijwel onmiddellijk daarna wordt het koór, dat bestaat uit werkende {Tjgj&jes van 16 tot 22 jaar naar Schiphol gebracht en keert van daar per vliegtuig naar Belfast terug. Dit portret van Koningin Juliana, ge schilderd door Sierk Schroeder in Wassenaar, zal een plaats krijgen in de ontvangstzaal van het gouverne mentshuis in Willemstad, de zetel van gouverneur Debrot. Het doek, 1.90 bij 1.20 m., zal op 30 november, de dag van de herrijzenis van de Neder landse staat, worden aangeboden door de „juniorkamer" van Cura sao, een organisatie van jonge man nen, meestal werkzaam in het be drijfsleven en gangmakers van aller lei acties. De gelden voor dit schil derij zijn verkregen door inteken lijsten en uit de opbrengst van een expositie van kleurenfoto's door „Pool 25", gemaakt tijdens de viering van het zilveren jubileum van het koninklijk paar. De vertegenwoordiger voor het bioscoop bedrijf heeft op de bijeenkomst van het Britse congres van vakverenigingen in Brighton meegedeeld, dat er in Groot- Brittannië de afgelopen tien jaar 2400 bio scooptheaters zijn opgeheven: de helft van het totale aantal. Men wijt een en ander in hoofdzaak aan de televisie. Margarita Sierra. Margarita Sierra, een bezielde zangeres en flamenco-danse res, geliefd bij het publiek van drie con tinenten, is op 26-jarige leeftijd in Los An geles overleden na een operatie van 9 uur ondergaan aan een hartklepdefect. I

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1963 | | pagina 9