v FILATELIE Van een ijdeï meisje Bridge ■m i ^2. ZATERDAG 21 SEPTEMBER 1963 Erbij PAGINA VIER FRANS KUYPERS REDDE DE EER m Wrn. JU lH vzw. Jan Nelissen Mr. Ed. Spanjaard TON SMITS WEST-DUITSLAND. De Westduitse posterijen geven op 23 september de jaarlijkse weldadigheidsserie met toe slag ten hate van de Freie Wohlfahrts- verbande uit. De zegels geven ditmaal scènes uit het sprookje van de gebroe ders Grimm „De wolf en de zeven geit jes". De waarden zijn: 10 5 pf, 15 5 pf., 20+10 pf. en 40 20 pf. POLEN. Het twintigjarig bestaan van het Poolse volksleger is herdacht met een serie van acht waarden: 20, 40, 5O groszy en 1.15, 1.35, 1.55, 2.50 en 3 zloty. De zegels tonen achtereenvolgens zen raket, een torpedoboot jager, een achtvliegtuig, een radarapparaat, een ank, een raket op rupsvoertuig, een amfibietank en de silhouetten van twee ioldaten. OOST-DUITSLAND. Ter gelegen heid van de Leipziger Herbstmesse 1963 zijn twee in samenhang gedrukte post zegels van 10 pf. geelgroen, geel, rood en leigrijs uitgegeven. Afgebeeld zijn een gestileerde wereldbol met het jaar beursembleem en verschillende ver voersmiddelen, zoals auto, vliegtuig, spoortrein en autobus. Het ontwerp is van Dietrich Dorfstecher. HONGARIJE. Naar aanleiding van het tienjarig bestaan van het volks stadion in Boedapest is een postzegel van 60 filler (roodbruin) in omloop ge bracht met als voorstelling het portret van Pierre baron de Coubertin (1863- 1937), de grondlegger van de moderne llympische Spelen. Er zijn 4.700.000 ge zande en 5.000 ongetande zegels «e- 3 rukt. ZR' MONACO. In november a*. zullen wee Europapostzegels verschijnen in de vaarden 0.25 en 0.50 fr. De zegels tonen •en meisje met een duif in haar han- len. Ook zal een zegel van 0.20 fr. wor- len uitgegeven voor de honderdste ge- oortedag van Henry Ford (18631947), Ie zegel brengt zijn portret en een A- ord uit 1903 in beeld. TSJECHOSLOW AKIJE. Een anti- hongerzegel ter waarde van 1.60 kr. (donkerbruin en zwart) is in circulatie gebracht. De zegel draagt een symboli sche voorstelling: een blanke hand geeft een tractor aan een zwarte hand. Hij is ontworpen door prof. Karei Svolinsky. PHILIPPIJNEN. Ter viering van het eeuwfeest van het internationale Rode Kruis is een serie van drie waarden ver. krijgbaar gesteld. Het zijn een 5, 6 en 20 cent; alle met het eeuwfeestembleem van het Rode Kruis, bestaande uit een gestileerde olielamp. NOORWEGEN. Op 24 september zal een serie van drie zegels, 25 ore (groen geel en olijfgroen), 35 'óre (groen en blauwgroen) én 50 óre rood en violet), worden uitgegeven bij gelegenheid van ie 150ste verjaardag van de Noorse textielindustrie. UNO. Ter herinnering aan het UNTEA-werk in West Nieuw-Guinea zal op 1 oktober een postzegel van 25 cents (blauwgrijs en grijs) in circu latie worden gebracht. De zegel toont een brug met het opschrift „October 1962 - UNTEA - April 1963" met daar onder de kaart van West-lrian. NEDERLAND—EGYPTE. In de zo succesrijk voor onze dames ge- eindigde wedstrijd tegen de Egyptische wereldkampioenen, viel tijdens het Euro pese kampioenschap aan Nederlandse zijde veel goeds te zien. In het onderstaande spel wonnen onze landgenoten 240 punten (6 mp.) door beter afspelen. De technische kanten van deze schermutseling geven aanleiding tot diverse eenvoudige, doch leerzame beschouwingen: V 5 4 C H 10 9 O B 10 8 7 3 V2 HS OA8542 O H V 4 H 6 3 B 8 C V B 7 A 9 6 2 B 10 9 7 A 10 7 6 3 2 O 6 3 O 5 A 8 5 4 Wit: dam op 5. twee stukken op 15 en 18. Zwart: 35 en 36. Wit speelt en wint. Aan het slag- en combinatiespel besteedt de schrijver veel aandacht. Buitengewoon fraai is de volgende winst. Dooeeooecoc rcooosocooóooooooccccxyxooocco- ococoo- c-oopo Oost gever, allen kwetsbaar. Aan tafel 1, waar Nederland OW speelde, ging het bieden: oost en zuid pasten, west een harten, noord paste, oost een Sans- atout, zuid twee schoppen, west en noord pasten, oost drie harten, allen pasten. Met oosts bod van een Sansatout ben ik het bepaald niet eens; twee harten is dui delijk het betere bod. Had zuid wat meer gevoel voor de situatie gehad en geen twee schoppen geboden (als noord schoppen- steun heeft gaat een Sans zeker down als noord die niet heeft, gaat het eigen twee schoppencontract slecht), dan had NZ 200 Oj. 300 gescoord. Oost kreeg de gelegenheid zich te her stellen en bood in de laatste bied- ronde terecht nog drie harten, waarop iedereen paste. De vraag, of noord nog drie schoppen had moeten bieden is moeilijk: het spel blijkt voor NZ erg goed te zitten, Zwart: 6, 8, 9, 11, 13, 15, 16, 18, 19, 20, maar met dichte kaarten weet men dat 21, 23, 25. niet; toch valt er voor drie schoppen meer Wit: 27, 28, 32, 33, 34, 35, 37, 38, 40, 42, te zeggen dan voor „pas" daar zuid kwets- 43, 45, 48. baar twee schoppen bood en zijn spel best Wit speelt en wint door 1) 34-30 25x34. nog iets beter had kunnen zijn. 2) 40x29 23x34. 3) 28-23 19x39. 4) 38-33 Tegen drie harten kwam noord met 39x28. 5) 32x25 21x41. 6) 42-37 41x32. 7) schoppen vier uit, zuid nam schoppen aas 25-20 15x24. 8) 43-38 32x43. 9) 48x8. en speelde ruiten vijf terug. West nam in Het is verheugend, dat de oud-wereld eigen hand en realiseerde zich zeer goed, kampioen Piet Roozenburg, die dit jaar dat er aftroefgevaar dreigde in ruiten, de nationale titel won, zich opnieuw em- Bovendien had het weinig zin in harten te stig voorbereidt op de komende wereld- snijden als zuid de hartenheer heeft en kampioenschappen. In de navolgende partij de vrouw of boer (van oost) dekt, gaat er zien wij hem in grootse vorm tegen zijn toch een hartenslag verloren, daar west in broer Wim Roozenburg. Piet speelt zwart, troef geen tien of negen heeft. Wim wit. West speelde dan ook hartenaas en har- 1) 32-28 16-21. 2) 31-26 18-22. 3) 37-31 ten na, waardoor het contract precies werd 11-16. 4) 41-37 21-27. 5) 34-29 20-24. 6) 29x20 gewonnen (140 voor Nederland). - 14x25. 7) 37-32 16-21. 8) -39-34 15-29: 9) Aan tafel 2 ging het bieden: west (in 43-39 9-14. 10) 34-29 19-24. 11^ 28-23 13^-19. derde hand) een harten, noord paste, oost Beide spelers gaan op dé' complicaties in twee harten, zuid twee schoppen, west en 'n prachtig onbekend spel is ontstaan, drie harten, allen pasten. Ook hier nam 12) 32-28 7-11. 13) 40-34 10-15. 14) 45-40 noord dus niet de kans drie schoppen te 3-9. 15) 46-41 11-16. 16) 41-37 1-7. 17) 37-32 bieden en zij werd in zoverre door de ge- 9-13. 18) 48-43 5-10. 19) 50-45 7-11. beurtenissen in het gelijk gesteld, dat west De stand na de 19de zet van zwart is als volgt. in drie harten down ging Het begin van het spelen was precies hetzelfde: slag 1 voor schoppenaas, slag 2 ruiten vijf na die nu op tafel werd ge nomen met ruitenaas en waarna troef xaxo-; (harten-)vrouw werd gespeeld en gesneden. Deze nutteloze snit kostte het contract noord kwam aan trek met hartenheer en speelde prompt ruiten terug die zuid nog met haar laatste troefje kon aftroeven. Ook ging klaveraas verloren en Nederland had er nog eens 100 punten bijverdiend. Hoe had west moeten spelen, als zuid in slag 2 schoppen had nagespeeld? Om zich te wapenen tegen heer.-tien-vierde in troef bij noord, is de goede speelwijze zo nodig twee malen een kleine harten u*. west naar de vrouw-boer-zeven in oost toe te spelen. En als zuid dan troefheer sec heeft? Dan gaat west down, maar de kans is slechts 1 op 5, dat zuid's enkele troef de heer is: dergelijke eenvoudige kansen moet de goede speler aan de tafel kunnen be rekenen. Bridgevraag dezer week: Uit de Euro pese dameskampioenschappen. West gever, allen kwetsbaar. De zuidspeler heeft: 6 O A V 6 O A H 8 6 H V B 5 2 West, noord en oost beginnen te passen DRS. P. ROOZENBURG coocoooco. OCOCXDOCOOlXOOOOOOOOOOOOOOOOOOOCOOOOOrODOOOOOCOCOOOOOOOÖC W. ROOZENBURG Zwart: 2, 4, 6, 8, 10. 11, 12, 13, 14, 15, 16, OOSTENRIJK. De Dag van de Post- gel 1963 zal onder meer worden gevierd door de uitgifte (op 26 november) van een postzegel ter waarde van 3 s. 70 gr. De zegel laat het hoofdpostkan toor te Wenen met op de voorgrond de remise zien. wesi, uwiu en uuoi. -v. zuid opent met een £l?ver (geen wit': 23, 26, 28. 29, 31, 32, 33, 34, 35, 36, west past, noord biedt een schoppen, oo past Wat moet zuid doen? Antwoord elders 38.39, 40, ^44,^5, 47,^49^ op deze bladzij e. ruil moeten forceren. Toen wit echter de ruil 20) 34-30 25x34. 21) 39x30 de voorkeur gaf, was dit fout. De wereldkampioen won de partij door 12-18. 22) 23x3 20-25. 23) 29x18 25x34. 24) 40x29 22x13. 25) 31x22 15-20. 26) 3x25 10-14. 27) 25x23 19-23. 28) Inleiding tot het damspel, geschreven 28x19 17x50 en na 26x17 11x24 gaf wit zich door wijlen J. W. van Dartelen, is thans, gewonnen. in zeer mooie en moderne uitvoering be- Een indrukwekkende winst van onze na werkt door J. F. Moser, verschenen bij de tionale kampioen. uitgeversmaatschappij Van Goor en Zonen, B. Dukel Den Haag, Postbus 290. (Oplossingen en correspondentie te zen- Het is de elfde druk en daarmede is toch en aan adres van de damredacteur, wel bewezen, dat voor dit populaire werkje g Dukel, Wijk aan Zeeërweg 125, (vooral bij de beginners en huisdammers) iJmuiden). grote belangstelling bestaat. Maar ook voor de sterke partijspelers heeft de eindspel- 'uajaonpojjui §ousjr 'gipou oz componist Moser leerzame wenken. 'a jguapiaddoqos uCiz pjoou uejj ua Wa\ §ou Probeer eens, zonder de stukken te ver- lejsaaui CijjfiduaSa; ap jpatq uep 'ufiz jsj( plaatsen deze twee eindspellen op te -qe/Az ptnz noz ipjeauiag pejjuoo ;ep sbm lossen 'jscd uaa do pjoou siv 'st Supjoj jatu )Ep poq uaa do uaAag a^ pjoo/Ajue uaa coax*- onoDo-A. '(jnajq agUBj snjd) uajund gxuiaM jaaz do ..««M! 3jfnjBBAa8 pfniB jaq ;ep 'jads ;aq juooj suaSuaAO sjaoipiBd soojsueii qosijnejd uaa uaddoqos jaiA ijftiq 'uaqqaq noz peqag suaddoqos aja^aq ;bm pjoou sie sjjaz poq ^Itjaqjiojuee §tuia/A uaa jep si uaddoqos ajaqua ap jaui qoop ;paiq VS Pïnz iep 'si piaqqlqaSoui ajapue uaa 'uaijBuq aj Ijn aqoueui ap si jsssq u,oz jaiu ja lepoz 'uapaiq uajmj aam; eu Sou jaqaz 'jads qfq -apaj uaa jeui 'jez pjoojq -vs 8 UBP uajaAaq a; ubb jeaui jaqaz poquaijru aaMj ;aq st 'jizaq (ads qjajs uaa uaui iep 'jjaaguee 'uap -aiq uaqnj uep ua jaABjq isjaa jbbci 'Ibis -J3A0 uaa taui'toBJjuoo ;bp aptBBui ua a^sed uaaaapai bujbba\ 'uaqnj aa/Aj. pooq jajaq iaaA ;aq paap jatadspinz aaapuB act 8 516 O SS8£> Z E 5 1 01 A :psq s^qoats pjoou JBBp ';saaAia§ siuapaiqosaS azotsusq uaa sbm vcc xoo 'uMop atjp SuiS ua uaddoqos jaiA ^^^ÓOTOOr^v^vvv>-00'.TOCOOOOCOC»CCODOCOCOO&CCROOOÖMOC^ pjoou 'jnoiB Zwart: 4, 8. 38. -sues swp paaip pooq jatadspinz aua aa Wit: dam op 14, twee stukken op 15,25. Jazap SBBJAaSpjjq do Pjooavjuv Wat de Black Friday in 1929 was voor de New Yorkse effectenbeurs, was het afge lopen weekeinde voor het Nederlandse schaakleven. Men moet, vergissen wij ons niet, enige tientallen jaren teruggaan om een soortgelijk resultaat van ons nationale team te vinden: een nederlaag van 5V2-I4V2 tegen West-Duitsland, dat in de afgelopen decennia steeds een ongeveer gelijkwaar dige partner was. De oorzaak van deze debacle? Wij geloven dat deze moet worden gezocht in de omstandigheid, dat er een einde is gekomen aan het Euwe-tijdperk. Dr. Euwe is voor onze schakers een onge looflijke stimulans geweest. Zijn successen brachten tallozen tot de beoefening van het schaakspel; zijn prestaties trokken het ge hele niveau op. Het zelfvertrouwen van een team onder zijn leiding werd groter, zijn analyses van afgebroken partijen wierpen vele vruchten af. Jongstleden zaterdag echter was Euwe wel bij de ope ning in het Kurhaus te Scheveningen aan wezig ,maar van de partij was hij niet. Hij is thans 63 jaar oud en concentreert zich niet meer op het schaken. Wat hier van ook zij, het ging vorige week bijzonder slecht, over de gehele linie. De Duitsers liepen zelfs uit tot 60 op de eerste dag! Een lichtpunt bij dit alles was het spel van de jonge Nederlandse kampioen Frans Kuypers. Deze liet zich noch door de troos teloze achterstand, noch door de gewel dige aanval van zijn geroutineerde tegen stander Teschner, imponeren. Plotseling sloeg hij terug met een felle contra-attaque en na enige prachtige wendingen creëerde hij de fraaiste partij van de gehele wed strijd. Wit: Teschner. Zwart: Kuypers Siciliaans 1) e2-e4 c7-c5. 2) Pgl-f3 Pb8-c6. 3) d2-d4 c5xd4. 4) Pf3xd4 e7-e6. 5) g2-g3 Pg8-f6. 6) Rfl-g2 a7-a6. 7) 0-0 Dd8-c7. 8) Pbl-c3 d7-d6. Vaak wordt hier ook 8) Pd4: 9) Rc5: gespeeld om wat te vereen voudigen en snel te ontwikkelen. Maar Kuypers aanvaardt wel graag risico's. 9) a2-a4 Rf8-e7. 10) Pd4-b3 Wit gaat nu vereenvoudiging uit de weg en dreigt, met a4-a5 de zwarte koningsvleugel vast te leggen. 10) b7-b6. 11) f2-f4 Rc8-b7. Er dreigde e5. 12) Rcl-e3 0-0. 13) g3-g4 De aanval begint. 13) Ta8-d8. 14) g4-g5 Pf6-d7. Kuypers zelf was achter af niet erg tevreden over deze zet. Zijns inziens was Pe8 soepeler; op d7 heeft het paard geen toekomst en staat het de eigen stukken in de weg. 15) Ddl-h5 Wit wil het met Tfl-f3-h3 liefst onmiddellijk uit maken; zwart moet nu uiterst voorzichtig manipuleren. 15) g7-g6. 16) Dh5-h6 Tf8-e8. 17) Tfl-f3 In aanmerking kwam ook 17) f5, waarna zwart met Pde5. 18) f6 Rf8. 19) Dh4 Pb4 enig tegenspel 'wilde scheppen. 17) Re7-f8. 18) Dh6-h4 h7-h5! Hier was het zwarte tegenspel op gebaseerd. Vermoedelijk had wit nu het beste 19) gh6: e.p. kunnen spelen, bijvoor beeld 19) Kh7. 20) f5 Pde5. 21) fg6:t fg6:. 22) Tf2 en wit behoudt aanvalskansen. 19) Tf3-h3 Wit wil zijn koningsloper op h5 offeren en vervolgens zwart ver pletteren langs de h-lijn. 19) Pc6-e7. Dreigt de tegenstoot d6-d5. 20) Rg2-f3 Rf8-g7. 21) Rf3xh5!? In ieder geval consequent en voor zwart zeer gevaarlijk. Maar Rb7 ligt reeds op de loer langs de lange diagonaal! 21)g6xh5. 22) Dh4xh5 Pd7-f8. Zwart: KUYPERS coocooccc^-^ yvX^-^-<~y-ooocoa~>'"v~^^ ^0000000<>30000O00COC>D00000O00000C0(>DOOrOD0006C) Wit: TESCHNER (aan zet) Een kritieke stelling. Voor de hand ligt 23) Rd4 met de dreiging 24) Dh8t Rh8:. 25) Th8 mat. Kuypers had zich dan als volgt willen verdedigen: 23) e5. 24) f5 ed4:. 25) f6 Peg6. 26) fg7: Kg7:. 27) Dh6t Kg8. 28) Pd4 (dreigt Pf5) Dc5! 29) Tdl Te5 en zwart, die nog steeds een stuk vóór is, behoudt tegenspel, omdat ook de witte koning onveilig staat. Vandaar dat Tesch ner een ander plan kiest. 23) f4-f5 Pe7xf5. Koelbloedig geeft onze jonge landgenoot het stuk terug, teneinde zijn langverbeide tegenactie op de diagonaal a8-hl te be ginnen en niet, tegen Rd4, de verdediging e6-e5 uit handen te geven. 24) e4xf5 Dc7-c6. Nu is het woord ineens aan zwart! 25) Th3-g3 e6xf5. Dreigt eenvoudig op e3 te slaan, omdat Tg3 veld g2 moet blijven be schermen. 26) Tael baat niet wegens 26) Te3:. 27) Tle3: f4! 26) Kgl-f2 Rg7-e5! Voortreffelijk. Nu de witte toren van de h-lijn is, kan de loper voor de verdediging worden gemist. Er dreigt Rg3:f Dg2f met directe beslissing. 27) Tg3-gl Re5xc3! Met de volgende varianten als pointe: 28) bc3: Te3:! 29) Ke3: Dc3:f en nu öf 30) Ke2 Dc2:f. 31) Pd2 Te8t enz., óf 30) Kf4? De5 mat! Daarom probeert wit nog een vertwijfelde tegenstoot. 28) g5-g6 Dreigt mat in één zet (gf7:). Het is wel een opwindende zaak! 28) f7xg6. 29) b2xc3 29) Tg6:f haalt niets uit, omdat Rc3 terug kan naar g7. 29) Dc6xc3. En nu combineert de dame aanval (op e3 en c2) met verdediging (veld g7). 30) Re3-d4 Dc3xc2t- 31) Kf2-fl Het is duidelijk dat de witte koning geen ander veld heeft. 31) Rb7-g2t! De geestige beslissing, gebaseerd op het en prise staan van Dh5. 32) Tglxg2 Dc2x g2f. 33) Kflxg2 g6xh5. Plotseling geldt het aloude adagium: rien ne va plus. Zwart is de kwaliteit en drie pionnen vóór. Met het oog op de tijdnood probeerde wit nog 34) Kf3 Pd7. 35) Tglf Kf7. 36) Kf4 Tg8. 37) Tdl Pc5 waarna de Westduitser capitu leerde. Als Kuypers zo blijft spelen, kunnen we nog veel van hem verwachten. Anneliesje was een meisje dat bijna altijd voor de spiegel stond en met een kammetje door haar krullen streek. Ook had ze een spiegeltje in haar tas je en om de vijf minuten keek ze er in, het hinderde niet waar ze was. Of ze nu op straat was of op school, Anne liesje keek even in het spiegeltje. „Ik ben knap, ik ben het knapste meisje van de hele buurt", zei het verwaande meisje altijd tegen zichzelf en als ze een enkele keer een ander meisje te genkwam dat ook wel knap was, dan keek ze gauw de andere kant uit en kon dan de hele nacht niet slapen van kwaadheid. Nu dacht de moeder van Anneliesje: „Ach, ze is nog zo jong, als ze ouder is dan zal ze wel niet meer zo ijdel zijn". Maar dat was nu juist niet zo, want ieder jaar werd het kind trotser en verwaander. Als ze de kans kreeg dan ging ze op de nieuwe schoenen van haar moeder lopen en een jurk die een heel klein beetje oud werd wilde ze niet meer aantrekken. „Dat wordt te gek!" mopperde de vader van Annelies en hij gaf haar zo'n geweldig standje, dat hij er een vuurrood gezicht van kreeg en eindelijk woedend riep: „Vooruit lelijke op- schepsteri'-ga„naar je kamertje en je ,mag er de hele dag niet uit komen!" En wat' deed Annelies? Zogauw ze op haar kamer was, pakte ze een spie geltje, keek erin en mompelde: „Lelijke opschepster? Nee hoor, ik ben misschien 'wel een beetje een op schepster maar dan een knappe op schepster, de knapste van de hele stad". De juffrouw op school werd erg boos toen ze Annelies op één dag wel der tig keer in het spiegeltje had zien kij ken en eindelijk riep ze kwaad: „Jij denkt wel dat je zo knap bent, maar dat ben je helemaal niet. Leer jij je sommen maar eens beter éh gooi dat spiegeltje in de prullenbak!" Annelies gooide het spiegeltje in de prullenbak en dacht: „Ik denk niet dat ik knap ben, maar ik bén ook knap!" Nu woonde het meisje in een heel oud en heel groot huis. In zulke huizen wonen nog wel eens huiskaboutertjes. Toevallig woonde er in het huis van Annelies ook één. Hassebas heette hij en natuurlijk wist hij alles van het ijdele meisje, want zulke kabouters weten nu eenmaal veel van wat er in hun huis gebeurt! „Ik zal Anneliesje eens van haar ijdelheid afhelpen", mompelde hij op een dag. „Ze luistert niet naar de juf frouw op school en niet naar haar va der -en moeder. Als het zo'n ijdeltuit blijft, dan wordt het een heel naar en akelig kind en dan wil niemand nog ooit iets met haar te maken hebben!" En zo gebeurde het dat Annelies op een regenachtige avond opeens een klein mannetje op haar bed zag zitten. Ze zat juist weer in het spiegeltje te kij ken. Dat kon ze, omdat er voor haar raam juist een lantaarn stond. O, wat schrok ze toen ze daar op eens dat heel kleine en heel oude man netje zag zitten! Ze vond hem maar wat griezelig met zijn baardje. Maar zijn ogen waren wel aardig en toen hij ging spreken hoorde ze dat hij ook een aardige stem had. „Dag Anneliesje", zei hij, „je ken' mij niet hè? Nou, ik heet Hasseba- Jij bent in een spiegeltje aan het kij ken hè?" „Ja", zei Anneliesje die het ineen: leuk vond, „wilt u er ook eens in kij ken meneertje Hassebas?" Maar de huiskabouter keek nu ern stig en antwoordde: „Nee Anneliesje, ik heb zelf een he leboel spiegels om in te kijken en die zijn mooier dan die jij daar hebt. Als je wilt mag je mee naar mijn ka mertje onder de vloer om in mijn won derspiegels te kijken". Nu werd het meisje erg nieuwsgierig en daarom ging ze met Hassebas de huiskabouter mee. Ze kwamen in een heel klein hokje en eerst moest Hassebas Anneliesje omtoveren in een klein meisje anders had ze niet eens mee kunnen gaan. Meteen zag ze de spiegels hangen en toen ze er gauw in wilde kijken hield Hassebas haar tegen. „Nee Anneliesje", zei hij, „ik moet je eerst wat vertellen. Ik heb geen gewone spiegels, maar spiegels waar in je kunt zien hoe je van binnen bent. Daarin kun je zien of je goed bent of lelijk of je eerlijk bent of slecht. In de spiegel kun je zien hoe je ook zou kunnen zijn!" Nu kon het meisje helemaal niet meer wachten en ze was maar wat blij toen Hassebas haar de eerste spiegel gaf. Maar zogauw ze erin had gekeken gaf ze een gil en liet de spie gel bijna uit haar handen vallen, want ze zag een heel lelijk en onaardig meis- j<ï. „Dat ben ik niet, dat ben ik niet!", gilde ze, maar Hassebas gaf haar de tweede spiegel en daarin zag ze een oude heks met een grote puntneus! „Zo zul je worden als je zo ijdel blijft en dan zal er niemand zijn die nog van je houdt", vertelde Hassebas ernstig. Anneliesje begon te huilen van ver driet, want ze begreep dat de huiska bouter de waarheid vertelde. Eindelijk mocht ze in de laatste spie gel kijken en daarin zag ze een heel lief en knap meisje staan, met een vriendelijk gezichtje en stralende ogen. „Kijk", zei Hassebas, „zo zul je wor den als je voortaan niet meer zo ijdel bent en als je lieyer bent voor je vader en je moeder. Dan zul je veel vrien dinnetjes krijgen en iedereen zal van jou houden". Plotseling was Annelies weer in haar eigen bed en de kabouter was helemaB verdwenen. Het meisje moest steeds aan de heks denken en aan het lieve kind dat ze in de laatste spiegel ge zien had. „Ik wil geen heks worden", zuchtte ze en meteen sprong ze uit bed, pakt° haar spiegeltje en gooide het ding zo maar het raam uit. Nu kon ze rustig gaan slapen. Bijna nooit keek ze meer in spiegels de kabouter kreeg gelijk: ze werd steeds knapper en liever en iedereen hield op het laatst van haar. mi. \i««< oil" i1 vWi11i \l(

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1963 | | pagina 16