Moord op Majorca Elektronische klanten service in 's werelds grootste treinstation PANDA EN DE MEESTERDE IO LIST Bronchi letten Pulitzerprijs-winnaar ernstig gewond bij straatruzie MAANDAG 11 NOVEMBER 1963 7 Ons vervolgverhaal emmmmm door Paul Tabori Overzicht van een gedeelte der loket afdeling. Op de voorgrond de kaart jesloketten, elk met een eigen t.v.- ontvanger, daarachter de plaats- xuimte-di§t;ibutie, die de hersenen van het nieuwe systeem vormt. In hét huis bij Manacor was het heet en stil in de afgesloten kamer. Carpath had het voedsel en de dran ken niet aangeraakt maar wel twee sigaren gerookt. Hij had geprobeerd wat te slapen, maar daar was hij te zenuwachtig en te rusteloos voor. Af en toe liep hij de kamer eens rond, keek ongeïnteresseerd naar de af schuwelijke schilderijen aan de muur, liet zijn vinger langs de rij in zwaar kalfsleer gebonden boeken de meesten rechtskundige en geestelijke werken in het Spaans gaan en ging dan weer in de fauteuil zitten, som ber naar zijn handen starend. Twee verdiepingen lager, in de spelonkachtige kelders, brandde een lont zijn weg naar een grote metalen bus, waarin het einde van het koord je verdween. Dé matador had èen hoofse buiging voor de ere-gastèn gemaakt en had de sleutel van het hok, waarin de stieren zich bevonden, gekregen. Hij verwijderde zich en de twee mannen, die schrijlings op de ijzeren afzetting zaten, trokken aan de touwen. De deuren gingen open en de eerste stier kwam aandraven. Hij hield zijn kop omlaag en droeg de enkele ban derilla. Het was een gedrongen, ster ke Andalusische stier en na zijn eer ste ren stopte hij midden in de are na, brieste en klauwde met zijn hoef in het zand; met zijn bijziende ogen keek hij om zich heen, meer verbij sterd dan kwaad. Stephen keek weer naar Janet, di,e recht voor zich uit staarde, geheel verdiept in het schouwspel. Vanuit zijn ooghoeken kon hij Garcia en Pa- blo zien, die langzaam langs de af zetting boven hen liepen en de menig te afzochten. Onwillekeurig trok hij de strohoed nog wat lager in zijn ge zicht en met een vlug gebaar deed hij hetzelfde bij Janet. Ze zag even naar hem op, maar keek meteen weer de arena in. Beneden hen was het prachtige, statige ballet met de»cape begonnen; een uitdaging en een bezoeking voor de stier; de snelle dansende passen, de gracieuse draaiingen en sprongen van de matador. De menigte liet een goedkeurend geloei horen, want de man met de grijzende slapen en het slanke lichaam was een meester op zijn terrein. De kleuren vlamden in de zon, goud, rood en groen. Het was een even kleurig en kunstig schouw spel als een voorstelling in Versailles ten tijde van de Zonnekoning. Janet scheen er door gefascineerd te zijn. „Doen ze het altijd zo?" vroeg ze zonder haar ogen van het tweetal, mens en dier, los te maken. „Is die stier er voor opgeleid?" Stephen wist niet of hij het haar zou uitleggen. Maar voor hij daar kans toe zag, klonken de trompetten opnieuw en verschenen de twee pica dors met hun helpers, gezeten op van oogkleppen voorziene tegenstribbe lende paarden, die in een soort rie ten harnas gehuld waren. Zij reden een rondje door de arena; daarna na men zij hun plaatsen in, ieder aan een kant. Hun lange lansen lagen over de zadelknop. zóuden laten verkommeren in deze afgesloten kamer zonder frisse lucht. Hij sidderde van woede en angst. Hij rende naar de deur en begon aan de knop te rammelen. Toen begon hij om hulp te roepen. Zijn stem schoot uit, ijl en overspannen, het klonk nietig. Beneden in de kelder van het huis bij Manacor had de vlam langzaam zijn weg gevreten tot op enkele centi meters van de bus. Boven keek Carpath op zijn horlo ge. Stond het stil? Hij schudde het. Toen bleef hij doodstil staan en luis terde gespannen, maar hij hoorde niets. Hij snoof, maar in de afgeslo ten kamer kon hij ook niets ruiken. Langzaam voelde hij een panische angst in zich opkomen. Hij schonk zich een glas cognac in en stak een sigaret op teneinde z'n angst te onder drukken. Hij was eigenlijk gek ge weest, vond hij, om op het voorstel van Marcus en Calvo in te gaan. Nog idioter was het dat hij er niet op had gestaan dat ze hem, direct nadat hij de papieren had getekend, vrij zouden laten. Als ze hem hier Handig èn knap werd de stier in de richting van de picador, die onder de ere-loge stond, gebracht. Het heen en weer zwaaien van de stok, de in gestudeerde gracieuze dans lokten hem, tot hij het paard en zijn berij der in de gaten kreeg. Hij deed een uitval. De picador boog zich naar voren, terwijl het paard onder hem steigerde en duwde zijn lans in de rug van de stier. De punt boorde zich in zijn nek. Voor Stephen was het een tamelijk bekend, hoewel niet bij zonder prettig gezicht. Hij stak zijn hand uit om Janet gerust te stellen. Maar ze duwde hem van zich af. Het bloed stroomde nu langs de zwarte huid van de stier. Het volgen de moment stond Jariet rechtop. Hij probeerde haar nog te grijpen maar het was al te laat. Ze rende de treden af die hen scheidden van de dubbele afzetting. De mensen protes teerden en schreeuwden men Janet als het ware over hen heen liep. Ste phen liep haar achterna maar kwam niet zo snel vooruit. Tegen de tijd dat hij de onderste trede bereikt had, had ze de ingang van het gangetje tussen de beide versperringen gevonden en was uit het gezicht verdwenen. De stier had zich door de lans laten verjagen, maar na een korte aarze ling hervatte hij de aanval. Hij mik te op de beschermende riet-laag en probeerde zijn hoorns onder de buik van het paard te krijgen. Stephen keek achterom en zag Gar cia en Pablo de tribune, die vlak achter hem lag, aflopen. Hij aarzelde even en op dat moment groeide het verbaasde en verontwaardigde geroep van de menigte uit tot een oorverdo vend geschreeuw. „Nog nooit in de geschiedenis van het stierengevecht" schreef de Chronica del Palma de volgende dag onder een grote kop, „is er zo iets voorgevallen en dnze hoofdstedelijke aficianados zijn be slist nog nooit getuige geweest van zo'n verbazingwekkend schouwspel.." Dat „verbazingwekkende schouw spel" was een lang meisje .met een strohoed die ze halverwege de arena verloor en een kapotte rok en blouse, die door het zand van de arena rende. Eerst was er niemand die veel notitie van haar nam, want de meeste ogen waren op de stier en de mannen gericht, die behendig het dier van de picador afhielden. Maar even later gaf een luid gejuich aan dat het publiek haar in de gaten had gekregen. Ze holdé door de arena. .Haar doel en wie kon daar nog aan twijfelen? was de stier. Maar ze droeg geen cape en geen zwaard; kennelijk was ze niet een van die dwaze mensen die soms pro beerden mee te gaan doen, om dan smadelijk uit de ring gezet te wor den. Tegen de tijd dat ze de picador, die met open mond naar de dichter bij komende verschijning keek, was genaderd, had de stier het paard, als iets waar niets tegen te beginnen viel, opgegeven. Janets stem klonk helder en duidelijk boven het geroezemoes. „Beest dat je bent", schreeuwde ze. „O, jij beest!" En met een snelle en onverwachte greep trok ze de picador uit het za del. Hoewel hij aan vallen gewend was, gebeurde dit zo onverwacht dat hij uitgleed en languit in het zand terecht kwam. Op dat moment kwam de stier terug voor een nieuwe aan val. De chulos en banderillos kwa men onmiddellijk te hulp. Ze zwaai den hun capes en probeerden de aandacht van de stier te trekken. Maar ze werden daarin ernstig ge hinderd door de vrouw die naar hen Sloeg, hun de weg versperde en zich schandelijk gedroeg alsof ze eigenlijk de stier wilde beschermen. (Wordt vervolgd: (Van een medewerker) HET PENNSYLVANIA RAILROAD STATION in New York City is het grootste spoorwegstation ter wereld. Dagelijks beginnen of eindigen hier ontel bare reizigers een treinreis naar vérre of nabije bestemmingen in het immense gebied van de Verenigde Staten. Velen van dat heirleger zijn forensen, die elke dag heen en weer pendelen tussen hun woonplaats en hun werk in het hart van de metropolis, en dus een treinabonnement of een weekkaart hebben. Maar tienduizenden anderen moeten eerst een kaartje kopen aan een van de ruim tachtig loketten in de reusachtige stationshal en voor die loketten was het dan ook tot voor kort altijd een enorm gedrang van haastige en prikkelbare mensen, die vaak slechts met grote vertraging aan een plaatsbewijs geholpen konden wordèn. TOT VOOR KORT want sinds enige tijd heeft het gigantische station zijn kaart verkoop-diensten gestroomlijnd. Een ver bazingwekkend assortiment van elektroni sche apparaten, rekenmachines, televisie toestellen en andere hulpmiddelen zorgt ervoor, dat de reizigersstroom zelfs op de topuren vlot kan worden verwerkt en dat zelfs de „reservations" (in de V.S. is het gebruikelijk dat men, zeker voor lange trajecten, zijn plaats in expres- en snel treinen van tevoren bespreekt) in een oog wenk van sekonden kunnen worden afge wikkeld. HET EERSTE dat opvalt wanneer men voor zo'n loket staat is de televisiè-ontvan- ger op de balie naast de kaartjesverkoper. Men vraagt bijvoorbeeld een „reserva tion" voor Chicago. De lokettist drukt een knop op zijn t.v.-toestel in en op zijn beeld scherm verschijnt een keurig tableau dat, precies als de „bespreek-plattegrond" van een theatbr, een beeld geeft van de nog beschikbare plaatsen in alle treinen naar Chicago gedurende de eerstvolgende veer tien dagen. Verlang de klant b.v. een slaap- cabine in de „Broadway Limited express" voor dezelfde nacht, dan kan de lokettist uit de symbolen op dit tableau meteen afle zen, of er nog bedden beschikbaar zijn. Als de codeletter B voor deze trein ont breekt, betekent dat, dat alle cabines voor die trein zijn volgeboekt. Wenst de klant al leen maar een zitplaats, dan kan de loket beambte hem ook helpen; hij kan zelfs zien, of er nog hoekplaatsen, voor- of achteruit rijdend beschikbaar zijn. En mocht de hele trein „uitverkocht" zijn, dan kan de beambte me* één oogopslag zien, in wel ke andere treinen naar de gewenste be stemming, vroeger of later vertrekkend, nog wel ruimte is. DIT SYSTEEM VAN directe informatie betekent een enorme tijdsbesparing voor de man aan het loket (die Vroeger tfelefo nisch bij een collega al deze gegevens moest opvragen) en voor de reiziger zelf. Veronderstel dat de klant besluit, een bed te bespreken in de „Broadway Limited". Dan drukt dé loketbeambte een andere knop op zijn t.v.-toestel in, die hem ver bindt met een klerk van de „plaatsruimte distributie" elders in de dienstruimten van de stationshal. Hij zegt door de mi crofoon: Dit is loket 16. Geeft u mij één slaapplaats in de Limited van vannacht elf uur veertien. De plaatsruimteklerk neemt een genummerde „beddebon" voor de Broadway Limited uit een kast met vak jes, plaatst de kaart in een facsimile-zen der vóór hem en zeven sekonden later pakt de man aan het loket een lichtdruk kopie van deze beddebon uit de facsimile ontvanger die naast hem staat, hecht er een spoorkaartje aan vast, dat inmiddels in een automatische schrijfmachine met datum en plaats van bestemming bedrukt is, en overhandigt alles aan de reiziger. De hele operatie vergt per klant gemid deld niet meer dan twee minuten. Ook telefonische reserveringen kunnen tot twee weken vooruit zonder moeite of oponthoud tussen de normale dagelijkse boekingen verwerkt wprdeii. HET SYSTEEM werkt perfect, maar de fctrdtse stationschef van het Pennsylvania Railroad Station legt er toch de nadruk op, dat al deze apparatuur alleen maar hulpmiddel, en zeker geen zielloze auto matic is, want uiteindelijk is het de man achter de machine, de menselijke accura tesse en bereidheid tot service, die over slagen of mislukken van ieder Systeem beslissen en zo is het ook hier, op het grootste en drukste spoorwegstation van de wereld. Een deel van de immense stationshal, waar men thans nog maar zelden lange, langzaam voortschuifelende queue's voor de loketten ziet. De hik in een tempo van meer dan 90 per minuut is na een période van elf hikvrije dagen mevrouw Lucy Mc Donald uit de Amerikaanse stad Atlanta weer gaan plagen-. De hik begon 28 juli en tot 23 oktober hikte zij voortdurend soms slechts 13 keer per minuut, soms 90. Toen stopte de hik even plotseling en onverklaarbaar als hij' gekomen was. Maar vorige week was hij er weer. Voor de korte rustpauze heeft zij dui zend en een huismiddeltjes toegepast, een hypnotiseur geconsulteerd en een paar dagen in het ziekenhuis gelegen, maar niets hielp. „Eerst dachten de mensen dat ik grappig wou doen", vertelde zij, „maar soms heb ik nachtenlang gebeden dat het maar zou ophouden". Hector Rondón, de Venezolaanse persfo tograaf die vorig jaar de eerste prijs heeft gewonnen van de World Press Photo-ten- toonstelling in Den Haag, en daarna rnet dezelfde foto de Pulitzerprijs ver wierf, is in zeer ernstige toestand opge nomen in een ziekenhuis te Caracas. Ron dón werd bij een ruzie over een verkeers ongeluk door een Italiaanse immigrant aangevallen. Zijn kaak en neusbeen zijn verbrijzeld en een van zijn ogen is zo ernstig beschadigd, dat Rondón er niet meer mee zal kunnen zien. De aanvaller, ene Prieto Camevalü, is ingesloten. De artsen twijfelen eraan of Rondón nog ooit zijn beroep zal kunnen uitoefenen. 13. Panda was al onderweg om zich met Blub van Joris' woning te verwijderen, toen hij achter zich nog èen verontwaardigde stem hoorde zeggen: „Gij en uw onsmakelijke vriend hadden althans de welvoeglijk heid kunnen hebben, vent, om bij het verlaten van mijn flatje de toegang achter u te sluiten!" Het was nauwelijks verstandig van Joris om op deze manier nog eens de aandacht op zich te vestigen, want in eens zag Panda nu dat zijn tientje (waar alles om begonnen was) weer in het, hoedellnt van de ander stak. „Dief!" riep hij. „Mijn tientje én hij deed een vlugge uitval naar Joris' hoofddeksel..maar hij was even te laat. Joris was nog net op tijd onder het rooster verdwenen en had het nu blijbaar stevig bevestigd, want Panda kon er, hoe hard hij ook pro beerde, geen beweging meer in krijgen. „En tóch ben je een lelijke tientjesdief!" riep hij kwaad. Van be neden sprak een beschaafde stem: „Tut, tut, kereltje, nu is het genoeg geweest; meer schelmerij wens ik niet van u. Pak u weg en ga de straat elders schen den!" Bij dit alles had de Blub aandachtig toegekeken, maar,het was duidelijk dat hij het gebeuren niet ge heel kon volgen. De 38-jarige gescheiden vrouw én moe der heeft per brief en telefoon ontelbare hoeveel adviezen ontvangen. Zij heeft al le huismiddeltjes geprobeerd blazen in een papieren zak, peper opsnuiven, wa ter drinken, alles wat de mensen haar aanrieden. Niets hielp. Haar drie kinde ren hebben het geprobeerd met haar aan het schrikken te maken. Een der bizarre adviezen die zij ont ving maar waaraan zij geen gevolg heeft gegeven was dat zij zich, voorzien van een parachute, onverwacht uit een vliegtuig moest laten duwen. Een ander advies, ook niet uitgevoerd, was rotte eieren in haar haar smeren en weer een ander stomdronken te worden. Wel probeerde zij het advies om geheel ontspannen op haar hoofd te gaan staan, maar zonder resultaat. Een plaatsruimte-klerk achter haar ingewikkelde apparatuur. In het rhidden de vakjes met „beddebonnen" en bespreekcoupons voor diverse treinen en bestemmingen. Daaronder: de automatische facsimilezenders die kopie-plaatsbewijzen maken voor de beambten aan de loketten. Geheel boven: een battery tv-camera's die bespreektableaus voor alle treinen doorgeven naar de lokettisten. MEN KIJKT vreemd op als de hond van de Axelse melkhandelaar S. J. Wijna zijn entree maakt in de huiskamer. Öp zijn rimpelloze, wit-bruin-rose gevlekte huid valt geen spoor uan haargroei te bespeuren en het voorrecht een staart te bezitten is eveneens aan zijn neus voorbijgegaan. Maar verder uertoont het dier de ken merkende eigenschappen die men bij alle honden aantreft, onverschillig of zij nu in het lage Hollandse polderland of ergens op de Tibetaanse hoogvlakte het levens licht aanschouwden. „Stip" komt uit Tibet. Maar zelfs daar zou hij thans nieuwsgierige blikken trek ken, want het ras der Tibetaanse naakthonden telt over de hele wereld waarschijn lijk geen tien nazaten meer. „Onze Stip", zegt de heer Wijna trots, „is de enige van zijn soort in Nederland, misschien zelfs wel in heel Europa." HOEWEL HET vreemde op velen een bijzondere aantrek kingskracht pleegt, uit te oefenen, schij nen de mensen Stips gevlekte naaktheid niet als bekoorlijk te ervaren. De Griekse scheepskapitein die eens de toen nog geen zeven weken oude Stip ergens in een verre havenstad voor zijn geliefde in Ne derland had gekocht, ontlokte met die gulle daad dan ook weinig dankbaarheid. Zijn hartsvriendin gaf het dier direct weg aan een kennis in Axel. Maar ook deze vond het hondje een beetje „eng", zodat melk boer Wijna, die een groot dierenvriend is, het voor een tientje kon overnemen. Bij de Wijna's is Stip ge bleven. Men vermoedde daar hoopvol dat de haaigroei van het dier wel zou komen met het klimmen der da gen. Maar tot grote ver wondering van de familie gebeurde dat niet. De hond groeide goed, maar bleef „naakt". De heer Wijna, die wel een honden lief hebber maar geen -kenner is, haalde er dikke boeken over kynologie bij en zat avonden gebogen over afbeeldingen van soorten die zelfs in Walt Disney's teken film nog nooit een rol hebben gespeeld. Tenslotte kwam hij tot de conclusie dat Stip een „Mexicaanse naakthond" moest zijn. Enige tijd later echter zond de Vlaamse televisie een programma over zeldzame hondensoorten uit, waarin plot seling Stip's evenbeeld de Axelse melk handelaar aanstaarde. Zijn naakthond bleek niet uit Mexico, maar uit Tibet af komstig te zijn, waar deze dieren in lang- vervlogen tijden als heilig werden ver eerd. se naakthond heeft, een teefje. De zijne is een reu en: „Het zou dus kunnen", zegt hij. De moeilijkheid is echter hoe die twee met elkaar in contact te brengen. Stip krijgt overigens een verzorging, zoals die voor weinig andere honden is weggelegd. Dagelijks gaat hij in een bad met lauw water, waarna hij met een zachte creme rvordt ingewreven, om het springen van zijn tere blote huid te voor komen. Zelfbewust en roerloos ondergaat hij dit alles, als een vanzelfsprekendheid. Want als je ras eens door mensen heilig is verklaard, verwacht je zo'n behande ling Advertentie Thans ziet het ernaar uit dat het ras binnen niet al te lange tijd zal zy# uitge storven. De heer Wijna heeft gehoord dat een dame in Californië ook een Tibetaan- Hoestdrank in tab let vorm. 95ct

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1963 | | pagina 7