Misdaad in Stockholm OOK „EERLIJKE ABE" WERD SLACHTOFFER VAN ZIJN MOED... PANDA EN DE MEESTER*RIOLIST IJl Huil meer, leef langer AVI A m w P Moeilijkheden rondom „naaktstudie" DINSDAG 26 NOVEMBER 1963 Ons vervolgverhaal door N. Edward Werner (naar Het Zweeds) rfj Hoe president Lincoln in 1865 door moordenaarshand stierf ir ADVIES VAN PSYCHIATER: Medische bijval Krokodil geopereerd neem toch een M ^^1 ii) Op dat moment ging de deur van de kamer open en Bergs assistent Kei ler stond in de deuropening. „Komt u binnen, meneer Dahl," zei hij met een uitnodigend gebaar. Toen Dahl de kamer binnenkwam, ontdekte hij daar het meiske, dat mor genbladen rondbracht, de drie paard- rijdsters, die hij op zijn morgenwan deling placht tegen te komen en de dikke man, die hij ook altijd zag. Inspecteur Berg maakte een ge baar, dat hij moest gaan zitten. Te gen de andere aanwezigen zei hij: „Dit is meneer Dahl, over wie ik met u sprak." Hij wendde zich dan tot Dahl. „Dit meisje hier is juffrouw Ekman, die u gistermorgen zag, terwijl ze met haar kranten op haar morgenronde was; de andere dames zijn Ingrid en Kajsa Rydell en juffrouw Berntzen, die u in de buurt van Valhallav - gen, tijdens hun ochtendrit te paard, zagen. Deze heer is meneer Johnson, die er geen idee van heeft, dat hij u zou zijn tegengekomen." De inspecteur wendde zich tot de dikke man. „Nu u deze jongeman voor u ziet, herinnert u zich nu niet dat u hem gistermorgen bent tegengekomen?" Johnson liet zijn blik langs Dahl glijden. „Ik heb die jongen nog nooit in mijn leven gezien", antwoordde hij stijf jes. Dahl, die het helemaal niet pret tig vond om een „jongen" genoemd te worden, keek de inspecteur ver bijsterd aan. Deze beantwoordde zijn blik met een spotlichtje in zijn ogen. „Hoe kan dat nu kloppen met uw verhaal over uw wandeling gistermor gen, meneer Dahl?" zei hij. Dahl wendde zich tot Johnson. „Ik heb u en u hebt mij vele ke ren gezien op onze ochtendwandelin gen. Dat is zeker al wel twee of drie jaar het geval. Gistermorgen ontmoet ten we elkaar op de plek, waar we el kaar meestal tegenkomen blak bij het stadion. U was op weg terug naar de stad. Als u zegt, dat u mij niet zag, of beweert dat u mij helemaal niet herkent, dan eh schijnt u 's morgens vroeg te slaapwandelen." „Wel allemensen", sputterde de dik ke man, terwijl hij wat moeizaam uit zijn stoel opstond, „hoe durft u zo iets te zeggen!" Hij keek in de rich ting van de inspecteur. „Hoe zit dat? Ben ik hier gekomen om me te laten beledigen door zo'n broëkjeT Eft' dat in tegenwoordigheid van de pa=, litie. Inspecteur Berg stond op. „Neemt u 't niet te hoog op," zei hij sus send. „Meneer Dahl is natuurlijk ge schokt door wat er gebeurd is in de flat beneden de zijne. Ik geloof niet, dat u hier langer behoeft te blijven. Ik dank u voor uw komst. Ik denk niet dat ik u verder nog behoef las tig te vallen." Het beleefde en vriendelijke optre den van de politie-inspecteur scheen de dikke man enigszins te kalmeren. Onder het mompelen van onverstaan bare opmerkingen verliet hij het vertrek. Toen hij verdwenen was, wendde Berg zich tot de meisjes, bedankte hen voor hun komst en begeleidde hen naar de dèur. Toen hij tenslotte weer achter zijn bureau zat keek hij Dahl ernstig aan. „Sommige mensen zijn zo bang voor de politie en zo benauwd om eventueel als getuige op te treden, dat ze aan I een leugen de voorkeur geven boven de waarheid. Maar onze dikke vriend I had al duidelijk genoeg laten mer- I ken dat hij u van deze foto herken- I de." Hij schoof enige bladen opzij en I hield Dahl een foto voor. Deze was tenomen in Millochs werkkamer. Dahl herinnerde zich, dat een flitslampje recht in zijn gezicht had geschenen, j „Dit was echter niet de enige reden, dat ik u hier wilde zien," ver- volge de inspecteur. „Ik zou graag j willen dat u dit verslag doorleest, S om me te vertellen of een en ander S juist is." Hij overhandigde Dahl enke- S le vellen papier. „Hoe gaat het in- tussen met juffrouw Millech?" vroeg S hij vriendelijk. Dahl, die zijn hand uitgestoken hield, om de papieren aan te ne men, maakte een verschrikt gebaar. „Juffrouw Millech?" zei hij lang zaam. „Ja, juffrouw Millech. U hebt haar gisteren ontmoet nietwaar?" Dahl nam de getikte vellen papier thans aan. „Ja inderdaad", ant woordde hij zo natuurlijk mogelijk. Hij boog zich over het rapport, maar voelde de blik van de ipspecteur op zich gericht. Assistent Keiler, die op zij op een bank zat, mengde zich niet in het gesprek. „U hebt mijn eerste vraag nog niet beantwoord, meneer Dahl", zei de in specteur op honingzoete toon. Dahl keek op. „Ik dacht dat u wilde dat ik dit rapport doorlas," zei hij. „Inderdaad. Maar ik wil ook graag antwoord op vragen hebben." Dahl keek de inspecteur recht in de ogen. „Hoe zou u zich voelen, als u plot seling werd meegedeeld dat uw va der vermoord was? Als u dat werd meegedeeld bij uw aankomst uit het buitenland, om hem eindelijk na ve le jaren voor het eerst weer te ont moeten? Natuurlijk was ze er kapot van. Ik had het twijfelachtige genoe gen haar van het treurige nieuws in kennis te stellen. Ik heb gezorgd dat ze wat ging rusten en ze sliep in derdaad enkele uren. Maar naderhand kreeg ze weer een instorting. We heb ben er 'n dokter bij gehaald, die haar een kalmerend middel gaf." „Wij?" De stem van de inspecteur was suikerzoet. „De familie Borgsten en ik. Ze lo geert bij de Borgstens momenteel." Dahl keek Berg recht in de ogen. Er heerste even stilzwijgen. „Gaat u door met het lezen van het verslag," zei inspecteur even later. „Ik zal u niet meer storen." Het verslag was duidelijk en zake lijk gesteld. Hoe verder hij kwam, hoe meer hij van bewondering ver vuld werd. Hij vermoedde dat de in specteur veel te maken had gehad met het samenstellen van dit rapport. Hij moest opeens denken aan een an der politierapport, dat opgemaakt was. Hij had op een zondag op straat gevoetbald en de bal was bij de bu ren door een ruit gegaan. Dit was 's morgens onder kerktijd gebeurd en de buren waren plichtsgetrouwe kerk gangers. Dahl bepaalde zijn gedachten op nieuw bij het verslag dat voor hem lag. Alles was precies juist we^rgg- 8 geven. Hij behoefte geen enkele op- -e# -aanmerking te maken. Hij-, keek de inspecteur aan. „Dit lijkt me een uistekende weer gave van de feiten. Ik heb geen enkel bezwaar mijn handtekening eronder te zetten." Berg zat achterover in zijn stoel geleund, de ellebogen op de stoel leuningen, de handen onder zijn kin gevouwen. Hij keek Dahl aan, maar zijn gedachten schenen ver weg te zijn. Zijn, stem klonk mat, bijna on geïnteresseerd, toen hij Dahl ant woordde. Dat hoeft u niet te doen. Het is zó, dat dat niet van u gevraagd kan wor den." Dahl keek hem verwonderd aan, maar kon niet nalaten een lovende opmerking over de heldere zakelijk heid van het verslag te maken. Berg knikte, ,,'t Is routine-werk, enkel rou tine." Dahl stond op. „Als er verder niets is.begon hij. „Er is nog wèl iets", zei de in specteur met een glimlachje. „We zouden nog graag iets van u hebben, een soort herinnering, naast uw foto, die wij al in ons bezit heb ben." „Een herinnering?" „Vingerafdrukken," Berg. Hij drukte op een antwoordde bel en enkele ogenblikken later werd er op de deur geklopt. Een meisje kwam bin nen. Ze boog even haar hoofd. „Ik zou graag vingerafdrukken van deze jongeman hebben," zei de in specteur, en zich tot Dahl wendend, voegde hij eraan toe: „Verder heb ik momenteel niets meer aan u te vra gen." (Wordt vervolgdS BIJNA HONDERD JAAR geleden, op 15 april 1865, werd een van Amerika's grootste presidenten, Abraham Lincoln, door een sluipmoordenaar vermoord. Die laffe aanslag en de verwarring die erop volgde, vertoonde in enkele opzichten een treffende gelijkenis met de waanzinnige daad die nu een einde heeft gemaakt aan John F. Kennedys leven. Ook Lincoln werd door een kogel in het hoofd getroffen. Ook hij leefde nog korte tijd na de afschuwelijke daad en ook zijn vice-president (wiens naam Johnson was!) ontsnapte als door een wonder aan hetzelfde lot. En ook Lincoln werd, net als Kennedy, „het slachtoffer van zijn moed" in de rassenkwestie, want als voorvechter van de afschaffing der slavernij had hij zowel fervente bewonde raars - onder de negers en de weldenkende blanken - als gevaarlijke vijanden: met name onder de rijke plantage houders en de slavenhandelaars in het zuiden van de V.S., dat ook nu nog berucht is, als een „bolwerk van haat jegens allen die de rassengelijkheid voorstaan. Het was een fanaticus uit dit kamp der „zuidelijken die het wrede noodlot aan „Eerlijke Abe" voltrok: de acteur John Wilkes Booth, telg uit een befaamd Amerikaans geslacht van toneelspelers. Maar John Wilkes zelf - knap, atletisch gebouwd en een idool voor vele jonge blanken uit Dixieland" - wist het op de planken nooit verder dan tot het tweede plan te brengen. Vergeleken bij zijn befaamde vader was hij maar een zeer matig acteur. Vandaar misschien dat hij zichzelf de dramatische glans - en „heldenrol" van een groot misdadiger aanmat, die hem voorgoed een plaats in de geschiedenis beloofde - en waarin zijn „tegenspeler" president Lincoln zou zijn. Abraham Lincoln en het pistool waarmee hij vermoord werd. DE AMERIKAANSE burgeroorlog was in volle gang in dat noodlottige jaar 1865. Booth stond „met hart en ziel" aan de kant van het Zuiden en hij beschouwde de „Yanks" de noorderlingen als ruwe barbaren. Hij had vele vrienden in de kringen der planters en toen de zuidelij ken de ene nederlaag na de andere leden, vatte in zijn verwarde brein de idee post, dat hij een daad moest stellen om de krijgskansen te doen keren. Hij besloot, met een aantal andere fanatici, president Lincoln te ontvoeren uit Washington en hem als gijzelaar naar de veste der Zui delijken, de stad Richmond in Virginia, te brengen. Er werden inderdaad twee po gingen gedaan om'de president te ötttVbë-' ïeaf Daf ni bést gebeuren tijdënV eèn 'to neelvoorstelling in de Noordelijke hoofd stad. Beide keren echter liet Lincoln, we gens drukke ambtsbezigheden, op het laatste moment verstek gaan. In april 1865 echter kwam de president zelf naar Richmond, maar nu als overwin naar. De zuidelijke hoofdstad was in han den van de Verenigde Strijdkrachten ge vallen en daarmee was de oorlog in feite beslist. De zuidelijke leiders hadden zich al bij het onvermijdelijke neergelegd en een ontvoering van de president was onder die omstandigheden zinloos. Maar Booth liet zich niet van zijn waan zinnige plan afbrengen. Als een kidnapping niets meer uithaalde, dan moest hij de president vermoorden, meende hij. Op nieuw pleegde hij overleg met zijn mede- complotteurs. De meeste van hen trokken zich terug. Slechts drie bleven er over: Paine, Atzerodt en Herold, een debiele jongeman. Booth verdeelde de taken. Hij zelf zou met de president „afrekenen' Atzerodt kreeg opdracht, vice-president Johnson om hals te brengen en Paine een beroepsmoordenaar met Herold zou den staatssecretaris Seward en generaal Grant voor hun rekening nemen. Op de avond van de 14e april zou het plan ten uitvoer worden gebracht. President Lin coln zou dan een galavoorstelling bijwo nen in het Ford Theater. Booth kende dat theater op zijn duim pje. Nauwkeurig bereidde hij zijn euvel daad voor. Hij boorde een gat in de deur, die toegang gaf tot de presidentiële loge, om te kunnen zien, wat er op het toneel gebeurde. In het derde bedrijf zou hij toe slaan. Lincoln werd met een daverend applaus begroet toen hij het theater binnenkwam. De vreugde werd slechts getemperd door het feit, dat generaal Grant niet aanwe zig kon zijn. In plaats van deze was op verzoek van de president, een jong paar aanwezig: majoor Rathbone en mej. Har- ris. Om tien uur 's avonds stapte Booth het theater binnen. Als gewoonlijk begaf hij zich naar de kleedkamers, knikte vrien delijk naar deze en gene en boog hoffelijk naar zijn bewonderaars. Daarna opende hij de deur, die naar de gang achter de loge van president Lincoln voerde. De lijf wacht van de president, een zekere Par ker, was uit verveling de bar naast het theater binnengestapt om er wat te drin ken. Voor Booth, die er rekening mee had gehouden, dat hij eerst de lijfwacht had moeten doden, was nu de weg naar de loge vrij. Hij hield even stil voor de deur en gluurde door het gat. De hoge gasten keken met gespannen aandacht naar het toneel. Voorzichtig sloop Booth de loge bin nen, haalde de revolver te voorschijn, richtte op de president en vuurde. De knal echode door het theater. De president zak te in elkaar. Majoor Rathbone sprong om hoog om Booth te grijpen maar deze trok zijn mes en trof de majoor in zijn arm. Toen sprong de moordenaar op de balu strade van de loge en riep: „Zo komen tirannen aan hun eind. Moge dit het lot zijn van alle tirannen!" Even wachtte hij. Hij schreeuwde: „Wraak voor het zuiden!" Toen sprong hij op het toneel. Het mes, dat hij bij zich droeg, drong in zijn been. Hij hinkte het toneel over ten aanschouwe van een ver bijsterd publiek en verdween door de ach terdeur. Buiten stond zijn paard en haas tig galoppeerde hij door de verlaten stra ten op weg naar het zuiden. Mislukt Onder het voorwendsel, dat zij een fles medicijnen moesten brengen, drongen Paine en Herold het huis van de staats secretaris Seward, die met een gebroken kaak te bed lag, binnen. Bovenaan de trap stak Paine de zoon van Seward neer en rende vervolgens de ziekenkamer binnen. Het was er half donker. Hij sprong op het bed en stak in het wilde weg. Samen rolden de misdadiger en de zieke over de grond. Seward had geluk. Rond zijn hals droeg hij een beugel van wege zijn kaakfractuur. Daaraan was het te danken, dat zijn keel niet werd door gesneden. Zwaar gewond en hevig bloe dend uit vele wonden vond men hem later Paine was toen al gevlucht. Ook vice-president Johnson bracht het leven eraf. De man, die hem had moeten vermoorden, Atzerodt, kwam niet verder dan het hotel, waarin de vice-president verbleef. Hij was te vroeg en besloot zich met een borrel moed te gaan indrinken. Hij nam er evenwel teveel. Toen hij even buiten kwam, was het te laat. Tijdens de jacht op de daders werd ook hij ge grepen. Ze werden, behalve Booth allen opgehangen. Lincoln leefde nog slechts korte tijd na de aanslag. Hij werd weg gedragen en naar een naast het theater staand huis gebracht. De kogel had zijn "hoofd getroffen. Hij bleef buiten bewust zijn en overleed de volgende morgen om 7.22 uur. Booth werd bij zijn vlucht ernstig ge hinderd door de wond aan zijn been. Langzaam maar zeker werd het net rondom hem dichtgetrokken. In een toch tige stal in Virginia vonden soldaten hem. Hij had de hand niet aan zichzelf geslagen. Hij stierf korte tijd later aan bloedvergiftiging, een gevolg van zijn verwonding. Lincolns dood zaaide een heilloze ver warring, maar aan de nederlaag van de Zuidelijken veranderde de laffe sluip moord niets. „Honest Abe", zelf een „zoon van het zuiden" (hij werd gebo ren in een blokhut in Kentucky) had door zijn eerlijkheid, zijn moed en zijn onbaat zuchtigheid de harten van alle welden kende Amerikanen gewonnen en zijn plotselinge martelaarsdood werd een ex- tra-stimulans voor alle mensen van goe den wille, om ernst te maken met de verwezenlijking van de nobele gedach ten die hij op 19 november 1863 had neer gelegd in zijn beroemde toespraak te Gettysburg en die de grondslag geworden zijn van het ideaal van de Amerikaanse democratie. 3 A'"ï pf Dë moordenaar is ie presidentiële loge binnengedrongen en richt het pistool op Lincoln. die vol aandacht is voor wat er op het toneel gebeurt. Na het fa tale schot verwondt. Rathbone (achter grond) met de dolh in zijn linkerhand. Daarna snrinat hij op het toneel waar bij hij zichzelf met de dolk verwondt, en aldus zijn eigen vonnis voltrekt. De geïnfecteerde wond zal de oorzaak van zijn dood worden. -N lOOKCrl 26. Panda wist eigenlijk niet goed wat hij van de toestand moest denken; de meneer die zich Doctoran dus Hogendunk noemde was niemand anders dan Joris Coedbloed, dat stond voor hem vast; en hij had er bij vroegere gelegenheden nooit veel plezier aan beleefd als Joris zich jokkend met hem kwam bemoeien —maar aan de andere kant zag het er voor hem en vooral voor Blub heel somber uit als ze op het politie-bureau bleven. Hij besloot dus, dat hij Joris' hulp voor deze ene keer maar moest aanvaarden. Alles is dus schitterend ge- ambten. „Gij beiden hebt voorbeeldig uw plicht ge daan; ik zal u bij hogere autoriteiten aanbevelen voor bevordering. En ik neem de zorg voor deze verdoolde regeld", zei intussen Doctorandus Hogendunk tot de Be wees geheel op me. Wees gerust. Ik heb dit goed ge regeld, of, in de woorden der Leermeesters; cogito, ergo fiat justitia. Komt, ventje, geef mij dat zakje modder maar opdat ge er geen verder kattekwaad mee bedrijft en dan gaan we maar." Joris nam de zak met Blub, en zo stonden ze dan weer op straat. „Ik ben bang dat je weer iets in het schild voert, Joris", zei Panda. „Je bent weer aan het liegen en waar heb je dat dure pak ineens vandaan gehaald?" Hij zou de zaak nog minder vertrouwd hebben als hij de onvrij willige leverancier van het costuum. had kunnen zien de beklagenswaardige Notaris Overwegen, die zich nog steeds bevond in het portiek waar Joris hem in had gelokt. Een psychiater uit Los Angeles is van mening dat een huilfilm een goede the rapie kan zijn. Het feit dat vrouwen om een film kunnen huilen en mannen dit weigeren te doen, noemde dr. William J. Bryan jr. een van de redenen dat vrouwen langer leven dan mannen. De dokter gaf zijn commentaar nadat hij de film „Stolen Hours" had gezien met Susan Hayward. Critici duiden deze rolprent aan als een werk waarbij men vier zakdoeken nodig heeft. „Het is geen geheim dat het onderdruk ken van normale emoties een nadelige uitwerking heeft op de geestelijke en ze nuwgesteldheid van de mens. Het is der halve duidelijk dat alles wat helpt djt onderdrukken te ondermijnen een goede therapie is". De psychiater vond het een nadeel dat dergelijke films als films voor vrouwen worden beschouwd. „Dit ver sterkt de opvatting dat tranen een aanduiding zijn van verwijfdheid. Ook mannen hebben evenwel behoef te aan huilen. Er zouden minder hartaanvallen en minder maagzweren voorkomen als mannen zo nu en dan eens flink uithuilden". Internationale medische deskundigen, die thans in Wenen een congres over zielsziekten houden, hebben eveneens ver klaard dat de mensen hun emoties te wei nig uiten door huilen. Zij zijn van me ning dat een huilbui, vooral in het bijzijn van anderen, spanningen vermindert of opheft en de zenuwen ontspant. De deskundigen, wier conferentie is ge organiseerd door de Wereldgezondheids organisatie. menen ook, dat huilen een gunstige invloed heelt op bepaalde ziekten en wel met name op patiënten met ner veuze maagklachten. „De mensen zijn veel te gesloten. Zelfs tussen man en vrouw bestaat vaak on voldoende vertrouwelijkheid. Huilen wan neer men bedroefd is, heeft nog nooit iemand kwaad gedaan. Tranen dragen bij tot het ontstaan van nieuwe banden tussen de mensen. Zij komen dan meer open voor elkander te staan", aldus is door artsen leden van een werkgroep op deze conferentie verklaard. Zij voeg den hieraan toe: „Men moet weten te huilen. Kan men dat niet. dan moet men trachten dit vermogen deelachtig te wor den". Een krokodil met een tumor in zijn staart is in het Milanese universi teitsziekenhuis 20 cm ingekort. Het dier heeft tijdens de operatie geen krokodillentranen geplengd en maakt het goed. Het ziekenhuis had overigens heel wat met krokodillen te doen. Een andere krokodil, eveneens van het Italiaanse circus Togni, werd dezelf de dag binnengebracht voor een röntgenonderzoek. Hij bleek een poottumor te hebben. „Hoe kan een circus werken met een pootloze krokodil?", vroeg een dokter. „Wij zullen ons best doen het dier door bestraling te genezen. Als dat niet lukt moet de poot ge amputeerd worden." Het circus bezit zes gedresseerde krokodillen. Zij treden op in een spe ciaal oerwoudtafereel; waaraan ook een twaalftal slangen „meedoet". (A.P.) Een tatoeëer-kunstenaar in Nottingham (Engeland) kreeg enige tijd geleden be zoek van een 13-jarïge knaap, die een meisje in bikini op zijn rechterarm wilde hebben. De prijs daarvoor zou zes shilling en zes pence (3.30 gulden) bedragen, maa had slechts vijf shilling (2,50 gulden) bij zich. Waarop de tatoeëer-kunstenaar zei: „In dat geval vergeten wij de bikini". Roy Readwin, inspecteur van politie te Notting ham, vertelde het verhaal van deze vreem de transactie voor de rechtbank, waar ta- toeëerder Dennis Dilks zich moest verant woorden voor „een zedendelict met een minderjarige knaap". „Het onbehoorlijke", aldus de inspecteur, bestond uit het feit dat een ongeklede figuur op de jongensarm „getatoeëerd was". De jongen vertelde de rechter, dat hij al 22 tatoeages had. „Ik had de dame zonder kleren laten tatoëren. omdat ik dat toen mooi vond", zei hij, „maar nu geloof ik, dat het dom is ge weest". Ook de moeder van de iongen vond het een domme streek. „Zodra ik het ont dekte ben ik regelrecht met hem naar een psychiater gegaan", zei ze, „Ik dacht dat hij gek geworden was." Dilks, die vol gens een politieverklaring trots is op zijn kunst, verklaarde een man te kennen, die de tatoeage wel zou kunnen verwijdere". maar dat zou 100 pond (ruim 1.000 gul den) kosten. Dilks, zo heeft de rechter be paald, zal nu voor een juryrechtbank moeten terechtstaan. Advertentie m Zwitsers precisiewerk k ■- i*''" ':i''

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1963 | | pagina 11