ZEE GEEFT PROOI NIET PRIJS In havenmond van IJmuiden ligt een rimboe van scheepswrakken Britse twaalf mijlszone is nog niet geheel zeker „Cycloop" wordt „Pollux" PRAKTIJK EN SCHOLING HAND IN HAND DE MIDDENSTAND IN DE TIJDSSTROOM Amsterdam desondanks de snelst groeiende haven van Europa I Meelfabrikanten in België eisen prijsverhoging In de vishal en op zee ZATERDAG 30 NOVEMBER 1963 9 Nieuw kanaalprofiel Ingenomen D uwvaart Erepenning voor professor Ten Doesschate Kort nieuws door jhrdr. J. C. Mollerus oud-secr K v K. Haarlem e.O: Het stuk oude scheepsplaat, dat hier wordt opgehaald, is maar een fractie van de enorme hoeveelheden ijzer die nog op en in de zeebodem tussen de pieren liggen. Tenminste tien scheeps- en vliegtuigwrakken vor men hier een ondoordringbare bar rière, die een lelijke streep door de (be)rekening van Rijkswaterstaat betekent. Bij de werkzaamheden ter verbetering van de havenmond in IJmuiden heeft zich een geduchte tegenvaller voorgedaan. Waar men gehoopt had slechts het wrak van de hier in de meidagen van 1940 tot zinken gebrachte „Jan Pietersz. Coen" te hoeven verwijderen, is gebleken dat niet minder dan tien wrakken van onder andere vissersschepen en vliegtuigen geborgen moeten worden om een on belemmerde doorgang van de schepen tussen clc verlengde pieren te kunnen verzekeren. Het „schcepskerkhof" heeft een zodanige omvang dat de duikers en bergingsvaartuigen voor een schier hopeloze taak stonden orde in deze rimboe van verwrongen ijzeren platen te scheppen, wrakken de zich bovendien in de loop der jaren steeds dieper in de zeebodem hebben ingegraven Rijkswaterstaat heeft dit opruimingswerk dan ook begin van deze maand doen staken. Andere mogelijkheden worden overwogen om de ijzermassa's uit de weg te ruimen, Gaat het verwijderen van de obstakels Üi de IJmuidense havenmond dus niet van een leien dakje, de bouw van de nieuwe pieren verloopt tot dusver geheel naar wens. Fundering voor de verlenging van de pieren, die bestaat uit enorme keien, is vrijwel gereed. Over enkele weken zul len, zoals wij al eerder berichtten, twee zogenaamde kraaneilanden van het type, dat ook voor olieboringen in zee wordt ge bruikt, in IJmuiden aankomen. Deze kraaneilanden zijn nodig voor het aan brengen van de asfaltbedekking van de pieren. Men hoopt op deze wijze per dag vijftien meter pier te maken. De arbei ders op de kraaneilanden zullen veertien dagen achtereen in dienst blijven en wor den daarna per helikopter afgelost. De verlenging van de IJmuider pieren en het slopen van het door deze verlen ging overbodig zijnde hoofd van de zuide lijke pier, zullen in de loop van 1965 wor den voltooid. In het waterloopkundige laboratorium te Voorst (NOP) is niet alleen de haven mond te IJmuiden, maar ook het nieuwe profiel van het Noordzeekanaal te zien. In het miniatuur-Noordzeekanaal, dat precies op schaal is gebouwd, varen modellen van 80.000-tons zeeschepen. Aanvankelijk is ge probeerd deze modellen radiografisch te besturen, maar tenslotte heeft men ze be mand met vletter!ieden, waardoor de wer kelijkheid zo dicht mogelijk werd bena derd. Een der eisen, waaraan het nieuwe Noordzeekanaal moet kunnen voldoen is, dat twee schepen van 80.000 ton elkaar in het kanaal zonder problemen moeten kun nen passeren. In het laboratprium is uitgerekend dat de minimum bodembreedte van het Noord zeekanaal 135 meter moet zijn (van 15 me ter diepte!, terwijl de veilige breedte 170 meter zou zijn: De huidige breedte is 75 meter en de -diepte 13 meter. Inmiddels is reeds op enkele gedeelten een begin ge maakt het kanaal aan de zuidzijde te ver breden tot 135 meter, waarna door ver- graving aan de noordzijde de gewenste breedte van 170 meter zal worden verkre gen. Deze werkzaamheden zullen in 1968 zijn voltooid. Bovendien wordt een strook grond gereserveerd om het Noordzeeka naal de „levensader van de Amsterdamse haven," in een verder gelegen toekomst tot 225 meter te kunnen verbreden. Amsterdam is bijzonder ingenomen met de verbetering van de haventoegang, die Voor de zoveelste maal daalt een duiker in de zee voor IJmuiden af om een inspectietocht te houden tus sen de chaos van scheepswrakken die de toegang tot het Noordzeekanaal voor de grootste schepen versperren. de eerstkomende jaren haar beslag zai krijgen. Hoewel in het jongste verleden wel eens is betwijfeld of de hoge kosten die hiermee zijn gemoeid, verantwoord zijn met het oog op de toch reeds om vangrijke werken in de Europoort, heeft het Amsterdamse gemeentebestuur steeds gesteld dat de modernisering van de ha venmond een levensbelang is voor de ge hele hoofdstad. Terwijl de Rotterdamse haven altijd een zelfstandige economische eenheid is geweest, was de Amsterdamse haven van oudsher een middel om handel te drijven. Deze situatie is ook thans nog zo (Amsterdam heeft voor 25 percent zijn welvaart aan de haven te danken), hoe wel sinds het achterland een rol ging spe len, ook de doorvoer van betekenis is ge worden. Ondanks de vlakbij gelegen Rotterdam se haven groeit de haven van Amsterdam die thans 1300 hectaren bestrijkt als nooit tevoren. De laatste jaren is de groei procentueel zelfs het grootst van alle Europese havens. In 1963 wordt een toe neming van de jaarlijkse omzet verwacht van 2,5 miljoen ton, waardoor de totale omzet op 14,5 miljoen ton zal komen. Terwijl Amsterdam steeds heeft ge ijverd voor verbetering van de haventoe gang, is tevens strijd gevoerd voor een verbetering van de afvoermogelijkheden naar het achterland. De modernisering m de binnenvaart, die zich onder meer uitte in grotere en snellere schepen en in de toepassing van de duwvaart, heeft nieuwe eisen gesteld aan het Amsterdam-Rijnka naal. Drie belangrijwe obstakels in deze scheepvaartweg zullen in de loop van 1965 en 1966 uitt de weg worden geruimd. In deze jaren zullen de spoorbrug te Weesp* en de beide spoorbruggen te Utrecht war- dep verhoogd. Het kanaal, dat thans vijf- ti'g meter breed is, zal voorts 75 meter en 6 meter diep worden, zodat drie vaareen- heden naast elkaar kunnen varen. In ver band met de duwvaart zullen de sluizen bij Wijk bij Duurstede en Tiel van achttien meter breedte op 24 meter breedte wor den gebracht, bij een lengte van 270 me ter. In afwachting hiervan is in Tiel een haven aangelegd, waar duwbakken in een andere formatie kunnen worden gebracht om toch de sluizen te kunnen passeren. Na Jarenlang in onzekerheid te hebben verkeerd, heeft Amsterdam thans de ze kerheid dat het kanaal zo snel mogelijk zal worden verbeterd. Het moeilijkste kar wei bij de verbreding zal het gedeelte door de Betuwe vormen, waar nieuwe dij ken moeten worden aangelegd. De werk zaamheden, die door Rijkswaterstaat worden uitgevoerd, vergen een investe ring van 260 miljoen. In 1971 zal het Amsterdam-Rijnkanaal aan de nieuwe eisen voldoen. LONDEN (Reuter) Hel Britse minis terie van Buitenlandse Zaken heeft cate gorisch ontkend, dat de Britse regering dinsdag aan het begin van de Europese visserijconferentie te Londen bekend zal maken voornemens te zijn de exclusieve visserijrechten in de Britse kustwateren van drie tot twaalf mijl uit te breiden. Het ministerie reageerde hiermee op een gerucht in de pers, dat zulks het ge val zou zijn. Volgens een gezaghebbende bron zal de regering haar beleid bepalen in het licht van de besprekingen van de volgen de week. De vergadering zal worden bijgewoond door vertegenwoordigers van de E.E.G.- landen, de E.V.A. land, Spanje, IJs land en de Ierse republiek. Verwacht wordt dat de bijeenkomst twee tot drie dagen zal duren. LONDEN (AP) De Britse vereniging van trawlervissers- heeft de regering ge vraagd de Britse visserijgrens meer naar zee te verleggen zoals ook andere visserij- landen langs de Noordzee gedaan hebben. De publikatie in „Trawling Times" komt aan de vooravond van de confe rentie van zestien landen, die dinsdag in Lancaster House wordt geopend. Deze is bijeengeroepen padat Groot- Brittannië op 29 april te kennen had ge geven zich te willen terugtrekken uit de Noordzee-conventie, die in 1882 door Groot-Brittanmé, Frankrijk, België, Ne derland. Duitsland en Denemarken werd ondertekend. Het artikel wijst er op dat IJsland, Noorwegen, Denemarken en Rusland hun visserijgrens verlegd hebben of van plan zijn dit te doen, waardoor visserijgron- den. die generaties lang vrij toegankelijk waren, afgesloten worden. Behalve verlegging van de Britse vis serijgrens wil de federatie bescherming van de Britse vissers tegen buitenlandse concurrentie en een overeenkomst over de maaswijdten. Er wordt op gewezen dat sommige landen zulke kleine mazen gebruiken dat de visserij gronden worden leeggevist. Een woordvoerder van het Foreign Of fice heeft opgemerkt dat nog geen over eenstemming is bereikt over de agenda van de conferentie. De federatie wil een twaalf-mijlsvis- serijzone. De landen, die hiervan het meeste nadeel zouden ondervinden, zijn Frankrijk, Nederland en België. De IJmuidense zeesleepbont „Cycloop" van n.v. Bureau AVijsmuller, die zich de laatste twee jaar niet meer in IJmuiden heeft getoond,, omdat de sleepboot was gestationeerd te Marsa el Brega in Libië voor het assisteren van tankschepen, zal niet meer in IJmuiden terugkeren. De „Cycloop", die in 1953 werd gebouwd, 1200 IPK sterk en 32 meter lang is, werd verkocht door n.v. Bureau Wijsmuller aan de Compagnie Générale d'Equipeménts pour lés Travaux Maritimes. De sleepboot Is woensdag 27 november te Valétta, Malta, overgedragen aan de nieuwe eigenaren en herdoopt in „Pollux". De thuishaven wordt Bordeaux. MMiik Van 1953 tot en met 1961 heeft de Cy cloop" vele lange zeereizen op de Atlan tische Oceaan, in de Golf van Mexico, de Caribische Zee, de Middellandse Zee en de Indische Oceaan uitgevoerd. Ook vele hulpverleningen en bergingen werden vol bracht. Dc „Cycloop" was ondermeer be trokken bij het bergen van de „Katingo", „Falcon", „Statendam" „Maria Luisa", „La gos Ontario", „C. Sadikoglu", „Iano", „Mos- borg" en „Panaghia T". In 1962 en 1963 werkte de sleper te Marsa el Brega, de oliehaven van Esso in Libië. De laatste sleepreis voor Wijsmuller door de „Cycloop" werd begin november ge maakt, toen een heistelling en een sleep boot van Marsa el Brega naar Malta wer den gebracht. De „Cycloop" kreeg vervol gens te Malta een dok- en onderhouds beurt en werd woensdag overgedragen. De bemanning van de „Cycloop" keerde enke le weken geleden reeds in Nederland terug per chartervliegtuig. De verkoop van de „Cycloop" houdt ver band met het feit, dat de accommódatie- eisen, zoals die door Wijsmuller voor de lange zeesleepreizen werden verwezenlijkt op de bestaande en niéuwe zeeslèepboten van de zeehelden- en provincieklasse, op de „Cycloop" niet waren door te voeren, ook al had men eventueel zullen besluiten om het schip te verbouwen. De naam „Cycloop" blijft in de zeesleep wereld gehandhaafd, daar de in 1957 ge bouwde zeesleepboo* „Friesland", die met haar 1200 IPK in feite niet thuishoort in de provincieklasse, binnenkort zal worden herdoopt in „Cycloop". De provincieklasse (2000 tot 4000 IPK) zal dan bestaan uit de Gelderland, Gronin gen, Zeeland en Utrecht; de zeehelden klasse (sterker dan 5000 IPK) omvat de „Jacob van Heemskerck" en „Willem Ba rendsz" en tot de klasse van de mytholo gische heldenfiguren blijven behoren (met plm. 1200 IPK in de machinekamer) de „Cycloop" (ex „Friesland"), „Titan", „Sim- son", „Hector", „Stentor", „Nestor". IJm. Crt BRUSSEL (ANP) De Belgische meel fabrikanten hebben gedreigd maandag in staking te gaan indien de geblokkeer de meelprijzen in België niet mo gen worden verhoogd. De Algemene Vereniging van Belgische meelfabrikanten heeft kortgeleden een verzoek ingediend om de prijzen te mo gen verhogen. De minister van Economi sche Zaken wees het verzoek echter af hoewel de prijzeneommissie een gunstig advies had uitgebracht. Donderdag besloten de meelfabrikanten echter toch tot een verhoging over te gaan en met ingang van 2 december de prijs van 650 op 698 frank per 100 kg te brengen. Er wordt nog overleg gepleegd tussen de fabrikanten en de minister. Een staking zou geen onmiddellijke ge volgen hebben voor de broodvoorziening hoewel de voorraden bij de bakkers op niet meer dan voor een week worden ge schat. 1 Vrijdagmiddag werd prof. dr. J. F. ten Doesschate. vroeger directeur van Hoog ovens IJmuiden, in een speciale bijeen' komst van de Nederlandse Organisatie voor de Internationale Kamer van Koop- handel, de zilveren erepenning van.deze organisatie aangeboden. De heer Ten Doesschate. die vanaf 1949 voorzitter van deze organisatie is' geweest, heeft' in 1962 om gezondheidsredenen zijn functie neer gelegd. De erepenning een creatie van Haagse kunstenaar Pol Dom is slechts eenmaal eerder uitgereikt, nj. aan wijlen dr. F. H. Fentener van Vlissingen. Na uitreiking van de erepenning volgde een receptie waarop velen de scheidende voor zitter de hand kwamen drukken. de KAARSEN VOOR HET PELOTON (The wax boom), door George Mandel; vertaald uit het Amerikaans door J. F. Kliphuis (Sijthoff, Leiden). Een oorlogsroman van de gebruikelij ke soort. De psychologie van de front soldaat wordt ditmaal beschreven tegen de achtergrond van gevechtshande lingen tijdens het Ardennenoffensief in de laatste wereldoorlog. De DAG" (Le Jour), door Elie Wiesel; vertaald uit het Frans door Jan Harden- berg (uitg. C. de Boer n.v., Hilversum). Een korte, aangrijpende-roman, hel der van taal en sober van toon, over een man, wiens levenswil is vernietigd door zijn ervaringen in een Duits con centratiekamp. De auteur, Hongaar van geboorte, is Amerikaans staatsburger en als jour nalist verbonden aan de Jewish Daily Forward. Hij schrijft romans in het Frans. De ik-figuur uit „De dag" is een jong journalist, die als slachtoffer van een verkeersongeluk in een Newyorks zie kenhuis zweeft tussen leven en dood. Die toestand symboliseert zijn situatie. De problematiek daarvan is niet Ham- Iets „zijn of niet. zijn", maar „zijn èn niet zijn". Hij is één van hen die te rugkeerden uit de concentratiekampen, één van de „geweigerden". Een leven de dode, in wiens innerlijk een gebied is "Verwoest. Hij voelt zich een bood schapper der doden tussen de levenden. Herinneringsbeelden blokkeren hem de toegang tot het heden. De strijd tussen leven en dood, dië aan zijn ziekenhuisbed wordt gevoerd door een arts en door een jonge vrouw, Kathleen, dre hem liefheeft, is een strijd tussen heden en verleden. Kathleen doet een beroep op zijn levenswil. Zij gelooft in dè almacht van de liefde. Zij wil hem het verleden laten vergeten en hem laten delen in de vreugden van het heden. Maar hij antwoordt: „Ik ben mijn verleden. Als dat begraven is, ben ik mee begraven". vrijdag in totaal vis, waarvan 255 Vrijdag In IJmuiden werden aangevoerd 4250 kisten kisten tong en tarbot, 835 schol, 10 Schar, 2800 haring, 132 wijting. 191 kabeljauw en gul, 7 haai en 20 diversen. Prijzen per kilo, in guldens: grote tong 6,80—6,50. grootmiddel tong 7—6, kleinmid- del tong 7—6, kleine tong I 7,50—7, kleine tong II 6,10—5,20, tarbot I 6,30—5,20. Per 50 kilo: tarbot IV 196180, grote schol 61, grootmiddel schol 60, kleirimiddel schol 57, kleine schol I 57 kleine schol II 3219, schar 3222, verse haring 21,20- 14.60, wijting 6343, grote gul 71—48, mid del gul 5646, kleine gul 5646, kleine haai 2813. Per 125 kilo: grote kabeljauw 228—128. Besommingen In IJmuiden wérden vrijdagmorgen de volgende besommingen, in guldens, ge maakt: KW 74—2870, KW 141—5190, KW 579680, IJM 2—4230, WKD 1—440. Kidnanmoord. Vrijdagavond is in dé rivier de Alt bij Liverpool het lijkje gevonden van een baby van twee maanden, die de dag tevoren uit een kinderwagen was ontvoerd terwijl de moeder in de nabij Liverpool gelegen plaats Buytort in een winkel stond. Ter gelegenheid van het jaarlijkse Na tionale Middenstandscongres van dè Ko ninklijke Nederlandse Middenstandsbond te Utrecht heeft de voorzitter van deze bond, de heer P. G. van der Weele, een uiterst interessante rede uitgesproken. Dat deze begaafde leider bij die gelegenheid het wel en wee zo hij dat ziet van de middenstand besprak, spreekt voor zich zelf. Aktuele vraagstukken van de naaste toekomst. Tot deze onderwerpen behoorde öök het onderdeel: Middenstandsonderwijs. Enige tijd later werd dit onderwerp ook aange sneden door de heer Albert Hêijn. presi dent-directeur van het gelijknamige win kelbedrijf. Deze maakte bij die gelegen heid o.m. de opmerking, dat het veel aan trekkelijker zou zijn te zeggen: „Ik werk bij die en die bank," dan te antwoorden: Ik ben kruidenier." Uit historisch oog punt is deze instelling begrijpelijk, maar door de opkomst van het grootwinkelbe drijf is ook de kruidenier langzamerhand „volwassen" geworden. Er worden aan hem veel hogere eisen gesteld dan vroe ger en er zijn tal van nieuwe functies in het levensmiddelenbedrijf ontstaan. Een eenvoudig detaillistendiploma aldus de heer Heijn is feitelijk' niet meer vol doende. Het probleem waarmede elk groot winkelbedrijf te maken heeft iS de vraag: ,Hoe krijg ik voldoende mensen van ka liber". Uit dien hoofde pleittè de heer Heijn voor een ondernemersoplèiding Op universitair niveau, al voegde hij hieraan toe, dat een dergelijke opleiding ook nut tig zou zijn voor de zelfstandige detaillist. Als hij zijn taak goed vervult, zal hij aldus de heer Heijn heus niet door de supermarkten worden verdrongen. Onder dat „goed doen" verstond de heer Heijn: het samenwerken in vrijwillige filiaalver enigingen, inkoopveremgingen e.d. Naar de mening van de heer Heijn heeft het grootwinkelbedrijf door het invoeren van verkoopverbeteringen de concurrentiever houdingen geprikkeld, waardoor het prijs peil in de laatste jaren in Nederland laag kon worden gehouden. De heer Heijn oor deelde: „We houden elkaar wakker over de verhouding tussen grootwinkelbedrijf (1300 kruidenierswinkels van het grootwin kelbedrijf hebben thans 22 percent van de omzet) en zelfstandigen. D? zelfbedienings zaken (40 percent van de kruideniersóm- zet gaat thans via deze zaken, die slechts 14 percent vormen van het totaal aantal zaken) hebben een reeks van nieuwe func ties geschapen, functies op universitair ni veau, zodat het niet langer mag voorko men, dat als iemand nergens voor deugt hem maar aangeraden wórdt kruidenier te worden. Aldus de heer Heijn. De heer v. d. Weele besteedde Ook de nodige aandacht aan het onderwijs van de ondernemer m het midden- en kleinbedrijf dat zich zou moeten richten op de struc turele wijzigingen in de middenstandson- derneming. Dit onderwijs zal enerzijds moeten bevatten een algemene ontwikke ling, maar daarnaast een aantal bedrijfs economische aspecten. Het huidige zo ge noemde middenstandsdiploma „biedt vol strekt onvoldoende mogelijkheden de On dernemer van morgen theoretisch op zijn taak voor te bêrêiden." De middenstand van de toekomst komt voor legio proble men te staan. Deze zullen alleen opgelost kunnen worden als men de beschikking heeft over personen met zakelijk instinct en voorzien van algemene, bedrijfsecono mische en zeker ook commerciële inslag- Naast deze kennis speelt met name bij het ambacht de vakbekwaamheid een be langrijke rol. Öp dit terrein staat een en ander onder invloed van de ontwikkeling in E.E.G.-verband. In dat verband wees de heer v. d. Weele er op, dat de Am bachtsfederatie van de Internationale Mid denstandsunie streeft naar het behoud van de waarde, gehecht aan de diverse ves- tigingsregeiingen, die ons aldus de heer v. d. W. in Nederland steunt in het streven de positieve zijden niet alleen voor het ambacht, doch öök voor de de tailhandel te blijven handhaven. Ook de zelfstandige, speciale opleidingen, die zich tot taak stellen de huidige ondernemer be drijfseconomisch en commercieel bij te scholen zijn uitermate waardevol. Van de opleiding naar de individuele bedrijfseco nomische voorlichting is maar één stap, waaraan eveneens een sterke behoefte be staat en waardoor de micro-economische horizon van de individuele ondernemer sterk wordt verruimd. In dit korte overzicht werd o.i. het be langrijkste samengevat uit de inleidingen, die door de heren Heijn en v. d. Weele zijn gehouden. Beiden hebben hun inzich ten uiteen gezet. De heer Heijn bepleit een ondernemersopleiding op universitair ni veau en voegt daaraan toe, dat deze op leiding ook nuttig zou zijn voor de zelf standige detaillist. De heer v. d- Weèle stelt uitdrukkelijk, dat het middenstands diploma volstrekt onvoldoende mogelijk heden biedt. Hij spreekt niet over een uni versitaire opleiding. Toch gaan beide spre kers uit van de gedachte, dat de midden- standsopleiding in ieder geval op een ho ger niveau gebracht moet worden. Een zienswijze, die wij gaarne delen. Toch is er o.i. een belangrijke groep, zowel in de detailhandel als in het ambacht, die een geheel andere positie inneemt dan de groe pen waar de beide inleiders in de eerste plaats aan hebben gedacht. Daarbij wordt dan in 't bijzonder gewezen op de „klei neren", o.m. ten plattelande, die ook mid denstanders zijn, dóch een geheel andere taak vervullen dan hun collega's in de gró tere en grootste centra. Zijn zij nutteloze figuren? Geenszins. Zouden wij ons op het standpunt durven te stellen, dat verbre ding van inzicht hun onthouden zou moe ten worden? Natuurlijk niet. Maar zij ko men daaraan niet toe. Ten plattelande, en niet alleen daar, leven middenstanders, die al te dikwijls een manusje van alles zijn en dit ook moeten zijn. Meer dan eens combmeren zij een detail- met een am bachtelijk bedrijf. Voor hen gelden ge heel andere normen dan voor de detail list-sec, of de ambachtsman-sec. Ze zijn onmisbaar in hun omgeving, zij kunnen in wezen alleen bestaan, indien de combina tie van dikwijls uiteenlopende bedrijfjes in hun eigen bedrijf blijft bestaan. Na tuurlijk zullen velen kunnen trachten hun kennis te verrijken, voor zover hun tijd dat toelaat. Maar via de praktijk, niet via de universitaire weg.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1963 | | pagina 9