Zuiver water
schaars
in
wordt tamelijk
W est-Europa
De voornaamste leverancier,
de Rijn, is verworden
tot een „open riool"
2
t
Koningin en prinses bij
herdenking op 9 januari
Badhotel Zamdvoort
Honderden
in
leger jeeps
Op
een
Er staan geen „belasting
gelden te verroesten"
MANTELS
Een Spijker uit 1902 dreigt voor
Nederland verloren te gaan
K
R
E
M
E
R 7
Finse regering
afgetreden
Koffie
hee
Duitsland gaat
vervuiling
bestrijden
Australisch kabinet
telt 25 ministers
uw handen lopen nu gevaar
Amsterdam neemt
schoolmelksubsidie
niet over
Amsterdam krijgt
standbeeld van
koningin Wilhelmina
Amerikaans bod van
een balve ton
VIJFHONDERD JAAR STATEN-GENERAAL
DINSDAG 17 DECEMBER 1963
Directe bescherming is nodig tegen afwashanden, ruwe en schrale han
den. Ze vragen de tederheid van Clipp crème met de verzachtende
citroen-olie. Clipp crème met de beschermende siliconen en het huid-
vernieuwende allantoïne,
grote doos f.1,35
royale tube f.1,25
na elke afwas ClippX.
uw handen altijd fluweel-fcacht
KERST- en OUDEJAARSAVONDFEEST
OUDEJAARSAVONDFEEST met souper 15.-
Munga vervangt
de jeep
ƒ4.- per week
of 16.— per maand
Jansstraat 51 - Jansstraat 63
Haarlem
Het is een merkwaardige keerzijde
van onze welvaartsmedaille, dat er in
West-Europa en zeker in Nederland,
nauwelijks meer een druppel schoon
water is te vinden, water dat goed
smaakt en gezond is voor mens, plant en
dier.
De oorzaak is, dat onze waterleveran
cier bij uitstek, de Rijn, als gevolg van
de toenemende industrialisatie, de mijn
bouw en de bevolkingsaanwas en het
ontbreken van tijdig genomen maat
regelen verworden is tot wat een inter
nationale commissie eens noemde „een
open riool". Nu is dat misschien wat
sterk uitgedrukt maar het is een feit dat
er geen zalm meer in de rivier zwemt
en dat het vorige jaar een lange-afstand-
zwemster, die van Rotterdam naar Hoek
van Holland wilde zwemmen, in haar
eigen belang van de gezondheidsautori
teiten geen toestemming voor die pres
tatietocht kon krijgen.
Dit water, waar nauwelijks meer vis in
leeft en waar niet meer in gezwommen
mag worden, moet in de Randstad Hol
land de basis zijn voor de drinkwater
voorziening, voor de irrigatie voor land
en tuinbouw en voor het industriewater,
dat veelal aan hoge eisen moet voldoen.
Er zijn plaatsen in West-Nederland waar
de huisvrouw maar geen thee meer zet,
omdat deze ondrinkbaar is.
Langs de Rijn wonen rond 50 miljoen
mensen. Het is een van de dichtstbevolk
te gebieden van de wereld en bovendien
een uitgesproken industrie- en mijnbouw-
centrum. De vervuiling van de Rijn heeft
zich in een verrassend tempo voltrokken.
In 1920 kookten de schippersvrouwen hun
voedsel nog met rivierwater. In 1930 mocht
de vaat al niet meer met dit water wor
den gewassen. In 1948 begon in Duitsland
door het „Wirtschaftswunder" een gewel
dige uitbreiding van de chemische indus
trie, de mijnbouw en het aantal olieraffi
naderijen. In 1950 moest op initiatief van
Nederland een internationale commissie
itófrQen ingesteld om te bezien wat ermog
gedaan kon worden om aan de toenemen-
.de vervuiling van het Rijnwater een halt
toe te roepen. Zo ver is het namelijk al.
Men streeft er niet rpeer naar om de ri
vier weer „schoon" te krijgen, het pro
bleem is hoe een verdere vervuiling kan
worden voorkomen.
Duits probleem
Dit probleem is in de eerste plaats een
Duits probleem, omdat de Rijn voor het
grootste deel door dat land stroomt. In
de Bondsrepubliek is men er zich van be
wust geworden, dat verdere vervuiling niet
toelaatbaar is en dat het probleem fors
moet worden aangepakt.
De toenmalige Duitse minister van Ver
keer, Seebohm, verklaarde in augustus
1962: „Binnen 12 jaar zullen de wateren
van de Rijn, voor zover onder Duits be
heer, weer zuiver zijn."
Op het ministerie voor Volksgezondheid
in Bonn is men daar niet van overtuigd.
„De achterstand die wij hebben is zo groot,
de uitbreiding van de industrie en de be
volking gaat zo snel, dat wij in feite,
ondanks zeer belangrijke investeringen van
ruim twee miljard mark, hijgend achter
de feiten aanrennen." zo zegt men daar.
Elders is men optimistischer. De zes Lan
der die langs de Rijn liggen hebben een
commissie van deskundigen ingesteld en
hebben de technische maar ook de juri
dische problemen ter hand genomen. De
In Amsterdam raakte gisteravond in
de Leidsestraat, op de brug over de
Prinsengracht, een tram in brand
door kortsluiting in de bestuurders
cabine. Een achteropkomende tram
heeft de wagen opgeduwd naar een
zijspoor bij het Leidsebosje waar de
brandweer het vuur heeft geblust.
De wagen liep vrij veel schade op.
nieuwste industrieën in deze Lander zijn
alle voorzien van zuiveringsinstallaties, zo
dat zij geen verdere verontreiniging ver
oorzaken. Verscheidene grote steden zui
veren reeds hun rioolwater of zijn doende
zuiveringsinstallaties te bouwen.
Nieuwe wetten dwingen verontreinigers
maatregelen te treffen. Na 1 oktober 1964
zullen in Duitsland geen wasmiddelen
meer worden verkocht of geïmporteerd
van een zodanige chemische samenstelling
dat zij vrijwel niet uit het water te ver
wijderen „detergenten" achterlaten.
Belangrijk is ook, in het bijzonder voor
Nederland, dat het er naar uitziet dat uit
internationaal overleg een akkoord gebo
ren zal worden met de Franse kalimijnen
in de Elzas, die hun overtollige natrium-
zouten plegen te lozen in de Moesel en
daardoor het Rijnwater ernstig verzilten.
Deze industrie zal dan internationaal ge
subsidieerd worden, opdat middelen aan
wezig zijn om de onrendabele zouten als
nog te verwerken. Dit akkoord als het
tot stand komt zal betekenen dat het
zoutgehalte van de Nederrijn met één-der
de wordt verminderd.
Men heeft er wel eens over gedacht
evenwijdig met de Rijn een kanaal te
graven, dat óf gebruikt zou kunnen wor
den om vuil water naar zee te transpor
teren, of en dan zou men de Rijn
rustig verder laten vervuilen om
schoon water door te voeren. Dit plan
heeft men echter om verschillende rede
nen laten varen. Ten eerste is het erg
kostbaar, ten tweede zou het toch ver
moedelijk geen afdoende oplossing bie
den.
De conclusie waartoe men na uitvoeri
ge studie is gekomen is, dat de vervui
ling bij de bron moet worden bestreden.
Dit betekent de bouw van honderden zui
veringsinstallaties, niet alleen in Duits
land, maar ook in Zwitserland, Frankrijk,
Luxemburg en Nederland.
In de Duitse Bondsrepubliek zal tussen
1963 en 1968 een saneringsplan worden uit
gevoerd dat 2,5 miljard Mark zal eisen.
Dit is een bedrag dat gelijk staat aan dat
wat Nederland heeft uitgetrokken, over 25
jaar verdeeld, voor de Deltawerken. Er
komen drie zuiveringsinstallaties voor het
rioolwater van Düsseldorf en een zeer gro
te zuiveringsinstallatie, de grootste van
Europa, die het water van de Emscher,
een zijrivier van de Rijn die als het riool
van het Ruhrgebied geldt, biochemisch zal
zuiveren.
Hoe noodzakelijk deze installatie overi
gens is mag blijken uit het feit, dat een
reeds bestaande installatie die alleen me
chanisch reinigt, dagelijks 8.000 kubieke
meter slijk uit die rivier haalt. Er zijn
vier treinen van ieder vijftig wagens voor
nodig om dit slik te transporteren. Bij de
biochemische zuivering komt men tot een
veel ingrijpender reiniging. Deze methode
wordt in Duitsland reeds veel gebruikt
voor het fabriceren van drinkwater.
Ook langs de Ruhr, welke rivier voor
de drinkwatervoorziening van een gebied
van vijf miljoen inwoners wordt ge
bruikt, heeft men vele zuiveringsinstal
laties. Het gevolg is dat het water van
de Ruhr helder blijft en deze rivier de
visrijkste rivier van Europa is. Het kan
dus, zelfs in een zo industrierijk gebied
als het Ruhrgebied. Dat mag voor de
Nederlandse bloemenkwekers en thee-
schenkerijen een troost zijn.
Of echter de Rijn ooit weer zo schoon
zal worden dat men er weer in kan zwem
men? Onze stijgende welvaart, onze stij
gende bevolking en onze snel-stijdende
technische en industriële ontwikkeling vor
men een zeer zware hindernis, ondanks
de miljarden die er thans in Duitsland
voor worden uitgegeven.
Er is geen leven denkbaar zonder water.
Maar er is ook nauwelijks een produktie-
proces denkbaar waaraan geen water te
pas komt. Het is duidelijk dat er alleen
met goed water goede resultaten kunnen
worden bereikt, om het even of dit resul
taat nu de menselijke gezondheid, een bos
rode rozen of het eindprodukt van een tex
tielfabriek is. Daarom is de verontreini
ging van het water een zaak die iedereen
aangaat.
Overigens is in Duitsland ook een begin
gemaakt met de praktische bestrijding van
de luchtverontreiniging. Op 12 december
is in Essen een instituut voor dit doel
opgericht. Het hoopt er in te slagen in
1967 een einde te hebben gemaakt aan
de luchtverontreiniging door de staalbe
drijven en hoogovens in het Ruhrgebied.
CANBERRA (Reuter) De Australische
eerste minister Sir Robert Menzies heeft
wijzigingen bekend gemaakt in de rege
ring, die hij na de jongste algemene ver
kiezingen, welke door zijn liberale par-
tijd zijn gewonnen, heeft gevormd.
Het aantal ministers wordt van 22 op
25 gebracht. Negentien ministers zijn li
beralen, terwijl zes lid zijn van de boeren
partij.
De liberale kandidaat heeft de verkie
zing voor de Senaatszetel van Queensland
gewonnen. De coalitie van Liberalen en
Boerenpartij heeft hierdoor ook in de Se
naat een duidelijke meerderheid gekregen.
In de Senaat hebben nu 31 liberale en
27 socialistische senatoren zitting, alsme
de een onafhankelijke en een democratisch
socialistische senator.
(Van onze parlementaire redacteur)
Op 9 januari 1964 zal het vijfhonderd
jaar geleden zijn, dat de staten van
Vlaanderen, Brabant. Henegouwen, Ar-
tois, Holland en Zeeland in liet stadhuis
van Brugge bijeen kwamen om een ver
zoening tot stand te brengen tussen
hertog Philips de Goede en zijn zoon
Karei de Stoute. Deze bijeenkomst
wordt beschouwd als de eerste belang
rijke vergadering van de Staten-Gene-
raal. Ter herdenking van dit feit zal op
9 januari in de Ridderzaal in Den Haag
een gezamenlijke bijeenkomst van de
Eerste en Tweede Kamer gehouden wor
den, waarbij ook koningin Juliana en
VOOR EEN GEZELLIG
naar het
BOULEVARD PAULUS LOOT 1 - TEL. 02507-4941 -4541
KERSTDINER 25.-
TAFELRESERVERING
Stemming in de WIENER BONBONNIÊRE en BIERKELDER
h-'AA"
gr
mixI
In Soesterberg staan lange rijen oude
jeeps keurig in het gelid, als soldaten
aangetreden voor het appèl. Zij hebben
een lange loopbaan achter de rug. De
meeste van hen hebben nog de acties
van de afgelopen oorlog meegemaakt en
zijn met de geallieerde troepen ons land
binnengereden. Hun staat van dienst is
af te lezen aan hun geschonden uiter
lijk. Zij staan daar als afgeleefde krijgs
makkers in een verweerde, versleten
wapenrusting. Het is voor hen het laat
ste appèl. Zij staan op de grote terreinen
van de verzamelcompagnie te Soester
berg en wachten op een koper. Soester
berg is voor hen het eindstation van hun
militaire loopbaan. Zij zijn nu koop
waar. De handel maakt zich van hen
meester, verkoopt ze voor allerlei doel
einden of sloopt ze voor onderdelen.
De verzamelcompagnie is het eindpunt
van alle legermaterieel, dat of niet meer
te repareren is dan wel zodanig ver
ouderd, dat het moet worden vervangen.
Tanks, trucks, rupsvoertuigen in alle ma
ten, soorten en uitvoeringen rollen er
dagelijks binnen, al is het meestal niet
od eigen kracht. Wat daar wordt aange-
voerfl verkeert in zulk een staat dat her
stel niet mogelijk is. Op het ogenblik staan
er zo'n 2500 voertuigen en dat is nog niet
eens veel. Enkele jaren geleden waren het
er enige duizenden meer. Het terrein is
groot genoeg om alle vehikels soort bij
soort te zetten, netjes in rijen. Wel staan
er langs ae openeare weg naast het ter
rein bordjes met „Verboden te fotografe
ren", maar dat verhindert niemand een
blik over het landschap te werpen en de
rijen voertuigen daar in weer en wind te
zien staan. Menig voorbijganger denkt:
„Daar staan onze belastingcenten te ver
roesten uergenjKe opmermngen woraen
•s zomers vaak gemaakt door mensen, die
per bus een dagtocht door deze heerlijke
omgeving maken en langs de terreinen
van de verzamelcompagnie worden ge
voerd. De verzamelcompagnie is teleurge
steld over dergelijke uitlatingen. Want zij
besteedt juist extra zorg om van het be
lastinggeld een behoorlijk rendement te
krijgen.
„Laten we eerst afrekenen met de me
ning dat we de voertuigen maar buiten
laten roesten", zegt de commandant van
de compagnie. Legervoertuigen kunnen te
gen een stootje. Motoren die werkelijk te
lijden zouden hebben worden beschermd
met een conserveringsmiddel. Voor het
stallen van de voertuigen zouden reusach
tige loodsen nodig zijn. Dat zou pas goed
geld weggooien zijn. En bij vérkoop zou
den de oude wagens geen cent meer op
brengen dan nu. Temeer trekt de verza
melcompagnie zich zulks verwijten aan,
omdat zij bijzonder nauwkeurig op alle
onderdelen let, die in grote hoeveelheden
binnenkomen. Keuring, sortering en con
servering van die onderdelen, die weer ge
bruikt worden, geschiedt met gote zorg.
Van het oude materieel is veel voor ver
koop bestemd. Dat regelt de Dienst der
Domeinen van het ministerie van Finan
ciën. Domeinen heeft eigen kanalen voor
deze verkoop. Zij gooit niet te veel en
niet te gauw achtereen materieel op de ge
heimzinnige markt van oude voertuigen en
schroot. Domeinen handelt ook niet in
wapens. Afgedankte tanks, die als schroot
naar de hoogovens gaan, moeten ter
plaatse met branders in stukken gesneden
worden, evenals lopen van kanonnen,
pantserplaten van pantservoertuigen en
oude geweren.
Oud Amerikaans materieel, dat indertijd
onder 'het militair hulpprogramma aan
Nederland is gegeven, gaat naar de Ame
rikanen terug. Die beslissen wat er mee
gebeuren moet. Het wordt soms verkocht
en soms ter beschikking gesteld van ande
re NAVO-landen. Dergelijke beslissingen
vragen natuurlijk tijd. Dan lijkt het of de
voertuigen er maar „eeuwig staan". In
werkelijkheid is de „omzet" vlot genoeg.
De beslissing over ieder voertuig wordt
meestal binnen een maand genomen.
De jeep is het symbool van het ge
allieerd bevrijdingsleger geweest, een
vierwielige terrier die alles kon en alles
durfde. In de naoorlogse opbouw van
ons leger heeft de jeep een grote rol
gespeeld. Haar plaats wordt nu inge
nomen door een voertuig van Duitse
makelij, waarvan de naam „Munga"
ons weinig aanspreekt. Die naam 'is
afgeleid uit de Duits-grondige om
schrijving „Mehr-Zweck universal Ge-
landefahrzeug mit allradantrieb", wat
zoiets wil zeggen als „algemeen ter
reinvoertuig voor verschillende doel
einden met vier wielaandrijving". De
„Munga" komt uit de DKW-fabrieken.
Zij is moderner, economischer en vaar
diger dan de oude jeep. Alleen uiterlijk
lijkt zij wel iets op haar voorgangster
prinses Beatrix aanwezig zullen zijn. Het
denkbeeld om aan dit bijzondere jubi
leum luister bij te zetten is van de
Eerste-Kamervoorzitter, mr. J. A. Jonk
man.
Mr. Jonkman zal een rede houden over
de plaats die de Staten-Generaal in het
staatsbestel van 1964 innemen. De heer
Algra, historicus en lid van de Eerste Ka
mer, zal een blik in het verleden wer
pen. De Tweede-Kamervoorzitter, mr.
Van Thiel, zal zich vermoedelijk aan een
visie in de toekomst wagen. Een gedenk
boek, dat van die dag af voor alle Ne
derlanders verkrijgbaar zal zijn, zal aan
koningin Juliana en prinses Beatrix wor
den aangeboden door mevrouw Stoffels-
Van Haaften. lid van de Tweede Kamer
voor de V.V.D. Ook zal mevrouw Stoffels
aan de koningin en de prinses de herden
kingspostzegel aanbieden, die ter gelegen
heid van deze gebeurtenis wordt uitgege
ven.
Voordat de bijeenkomst in de Ridderzaal
begint zal koningin Juliana een bezoek
brengen aan de Eerste Kamer. Daarna,
tussen 1 en 3 uur, bezoekt zij de Tweede
Kamer. Trompetgeschal uit de transen van
het gebouw van de Raad van State zal
haar begeleiden bij haar gang over het
Binnenhof. In de bibliotheek van de Twee
de Kamer zal zij aan het daar verzamel
de personeel van de Kamer draagmedail-
les uitreiken.
Ook in België is er feest: op 29 mei
zal er een groot ridderfeest op de Grote
Markt in Brussel worden gehouden, zoals
Philips de Goede vijf eeuwen geleden er
een heeft aangeboden aan de afgevaardig
den van de Staten-Generaal.
De aanwezigheid in de Ridderzaal van
geven.
der middeleeuwen zijn de Staten-Ge
neraal nooit een collége geweest dat ge
acht kon worden de gezamenlijke onder
danen van de vorst te vertegenwoordigen.
Zij werden opgeroepen door de vorst als
die het nodig achtte. Op eigen initiatief
mochten zij niet bijeenkomen. Maar de
vorst noch de gewestelijke staten waren
erg gesteld op gezamenlijke bijeenkomsten.
De vorst niet omdat hij meer heil zag
in een verdeel-en-heers-politiek en de sta
ten niet omdat zij bang waren aan macht
te zullen inboeten als zij zouden toegeven
aan mogelijke neigingen tot centralisatie
bij het landsbestuur. Karei de Vijfde daar
entegen heeft zich steeds zeer beijverd om
de gewesten tot eenheid te bewegen, maar
positief resultaat bleef uit. Ook zijn zoon
Filips de Tweede ergerde zich eraan dat
de staten zo weinig voelden voor eenheid.
Hij verbood daarom de landvoogdes de
Staten-Generaal bijeen te roepen. Pas later
toen Alva alles in toom hield, heeft hij
weer toegestemd in een bijeenkomst van
de Staten-Generaal.
Ook de samenstelling van de gewestelij
ke vertegenwoordigingen verschilde sterk
van de tegenwoordige Kamers. Die ver
tegenwoordigingen werden gevormd door
edelen, steden en geestelijkheid, voorzo
ver deze over geldelijke middelen beschik
ten. Van kiesrecht was geen sprake. Deze
provinciale lichamen hadden tegenover het
centrale gezag drie bevoegdheden: ze
mochten belasting heffen en adviseren
over „plakkaten".
De Staten-Generaal van tegenwoordig is
dus wel een geheel andere instelling dan
de middeleeuwse naamgenoot.
B. en W. van Amsterdam zijn niet van
plan de subsidiering van de schoolmelk
van het rijk over te nemen. „De rege
ring heeft over ons maar zonder ons be
slist. Ook om principiële redenen wil Am
sterdam niet alles voor zijn rekening ne
men. Het is niet zo, dat de taken die de
rijksoverheid afschuift automatisch door
de gemeente moeten worden overgeno
men", zei de Amsterdamse wethouder van
Onderwijs, dr. P. J. Koets, tijdens de be
handeling van de begroting in de gemeen
teraad.
De nieuwe regeling betekent dat het ge
bruik van schoolmelk tien cent per week
meer kost. Dr. Koets verklaarde echter
dat de gemeente bereid is deze prijsstij
ging voor haar rekening te nemen als het
voor de ouders bezwaarlijk mocht zijn.
Tijdens de begrotingsbehandeling heeft
de Amsterdamse wethouder voor Kunstza
ken, mr. R. van den Bergh, medegedeeld,
dat in Amsterdam een standbeeld van wij
len konigin Wilhelmina zal worden opge
richt. Waarschijnlijk zal het beeld op het
Koningin Wilhelminaplein in Amsterdam-
West komen.
Een suggestie van de heer G. Brinkgreve
(K.V.P.) om een ruiterstandbeeld van ko
ning Willem I op de Dam te plaatsen ter
gelegenheid van 150 jaar koninkrijk, ook
omdat Amsterdam geen enkel ruiterstand
beeld rijk is, wilde de wethouder niet di
rect van de hand wijzen. Hij zei echter
niets te voelen voor beelden op de Dam
nu daar het nationale monument staat.
Overigens was mr- Van den Bergh van me
ning dat de viering van 150 jaar koninkrijk
de bevolking nu niet zo heeft beroerd, dat
er plotseling een beeld van Willem I in
Amsterdam moet komen.
(tot f 150.- geen vooruitbetaling).
Weinig geld in portemonnaie
Toch goed gekleed door
ZIET ONZE ETALAGES
20 21 23 -dec. tot 21 uur GEOPEND
(Van onze correspondent)
Een pionier uit de vaderlandse auto-in
dustrie, een Spijker uit 1002, de eerste
automobiel ter wereld met zes cylinders,
dreigt voor Nederland en voor het na
tionaal musuem van de automobiel in
Driebergen verloren te gaan. Sinds de
heer G. Riemer in 1953 met dit museum
begonnen is, is de Spijker met zijn mach
tig motorblok (8 liter), zijn aandrijving
en remsysteem op vier wielen en zijn
heel bijzondere versnellingsbak, een van
de pronkstukken uit de collectie, en tege
lijk voor een steeds groeiend aantal Neder
landers en buitenlanders een herinnering
aan een roemruchte periode uit de Ne
derlandse auto-industrie.
Via de ANWB heeft de heer Riemer de
Spijker in bruikleen gekregen van ir.
Springer, oud-directeur van de Spijkerfa-
briek uit de faillissementsperiode van dit
bedrijf in de jaren '20. Ir. Springer heeft
nu laten weten dat hij uit Amerika een
bod van 15.000 dollar op deze wagen
heeft gekregen, voor 50.000 wil hij de
wagen aan het museum verkopen.
„Ik wil dit unicum graag voor Neder
land bewaren", aldus de heer Riemer,
„maar 50.000 ervoor neertellen is me te
machtig. O. K. en W. geeft voor mijn
soort museum geen subsidie, ik moet dus
een beroep doen op het bedrijfsleven en
op particulieren. Een oliemaatschappij is
wel genegen iets te doen. Het Prins Bern-
hardfonds wellicht ook, maar er is meer
geld nodig."
Daarom start de heer Riemer met een
museumaankoopfonds. „Schenkers van
1000 of meer zullen hun naam tot in
lengte van dagen vermeld zien bij deze
Nederlandse prestatie, als die van hen die
in de bres stonden toen het gevaar
dreigde", kondigt hij aan. Ir. Springer,
die tegenwoordig in Parijs gevestigd is
en als directeur of commissaris aan ver
scheidene ondernemingen verbonden is,
zit niet, om het geld te springen en heeft
het automuseum een royale optietermijn
gegeven.
De heer Riemer, die behalve stichter
van het museum ook grondlegger van
het instituut voor de autohandel in Drie
bergen is geweest, wil van zijn automu
seum nu een stichting maken. Vaak ziet
het publiek een particuliere onderneming
als te zeer gericht op het maken van win
sten. Men zal daarom eerder een interes
sant object schenken aan een stichting dan
aan een particulier, is zijn redenering.
Voorlopig is hét behoud van de Spijker
zijn grootste zorg. „Niet zo zeer voor me
zelf, maar omdat ik vind dat dit pracht
stuk niet voor ons land verloren mag
gaan", zegt deze 74-jarige automobiel
enthousiast. ,„Voor mijn museum zal ik
het jammer vinden als hij weg is, maar
alleen de echte kenners zouden hem mis
sen, de grote stroom blijft toch wei ko
men".
Die stroom wordt jaarlijks groter. Dit
jaar is voor het eerst (op 8 december)
de 100.000. Dit voorjaar verwacht de heer
Riemer de bouwvergunning voor een hal
van 25 meter lengte om nieuwe ruimte te
scheppen voor wagens en ook voor aspec
ten als veilig verkeer. Voorlopig probeert
hij met een speciale Spijker-expositie van
175 catalogussen, foto's en documenten
uit de historie van de Spijker-automobiel
fabrieken Trompenburg, extra belangstel
ling te wekken voor „zijn" Spijker.
HELSINKI (Reuter) De Finse coali
tieregering van premier Karjalainen van
de Boerenpartij, is afgetreden wegens een
meningsverschil over voorstellen om het
grotingstekort van 215.500.000 Finse mar
ken weg te werken.
De minister van Financiën Karttunen
van de Boerenpartij had voorgesteld in
1964 de grond- en inkomstenbelasting te
verhogen. Het plan werd door de Conserva
tieve en de Boerenpartij gesteund, doch
het werd verworpen door de Zweedse en
de Finse Volkspartij. Daarop bood eerste
minister Karjalainen president Kekkonen
het ontslag van zijn regering aan.