VAN DAG TOT DAG Washington stooft Parijs een hete Chinese kool Frankrijk weigert tussen beide China's te kiezen Johnson wil diplomatiek conflict vermijden Blauw-blauw Wereldnieuws AOSRAM Nog een Auschwitz- proces tegen 18 verdachten PER BUS SS RET GOEDKOPER DONDERDAG 30 JANUARI 1964 V.. lampen Met ingang van 1 februari kost een MAANDKAART op het gehele BUSNET HAARLEM SLECHTS ƒ11.00 (tot nu toe 14.50). Met twee ritten per dag heeft men het geld eruit Honderd kilometer lijn- lengte met dagelijks 1200 ritten staan tot uw be schikking. NOORD-ZUID-HOLLANDSE VERVOERMAATSCHAPPIJ n.v. CJur van scheiden Op dt Cri Stellweg Verkoudheidsbacillen protektie tegen infektie f 1.25 J Prinses Irene is rooms-katholiek géwor dén. De grote belangstelling van ons volk voor zijn Koninklijk Huis een belang stelling die waarlijk niet voor een groot deel en niet in de eerste plaats het karak ter van sensatiezucht draagt zou door een vroegtijdiger mededeling van dit be langrijke persoonlijke besluit der prinses sterker geëerd hebben kunnen worden. Haar overtuiging heeft reeds in de zomer van vorig jaar tot deze keuze geleid en het is zeer te betreuren dat de officiële mededeling ervan de indruk maakt te zijn uitgelokt door buitenlandse geruchten. Het Nederlandse volk had er recht op gehad, zo snel mogelijk op de hoogte te worden gesteld en niet zo Iaat mogelijk, zoals nu helaas het geval lijkt te zijn. Het feit zelf verdient niets anders dan eerbied voor een persoonlijke overtuiging en voor de particuliere vrijheid van de prinses, die ook in haar familiekring dat zelfde respect blijkt te genieten. Tradities zijn er om te zijner tijd te worden ver broken en er zijn in en om Oranje in de loop der jaren al zoveel verouderde tra dities geluidloos hun verdiende dood ge storven, dat men daar nauwelijks rouwig om kan zijn, ook al zullen sommige krin gen dit laatste nieuws als een schok heb ben ondergaan. De betekenis van ons Koningshuis in het kader van ons volksbestaan kan niet ver anderen door de volstrekt persoonlijke keuze van geloofsovertuiging, die de leden van dit Huis menen te moeten doen. Er zijn gebieden des levens waarop ieder mens in volledige vrijheid eigen heer en meester is. De reacties op dit besluit der prinses lopen uiteen. Men kan er heden en de komende dagen veel over lezen en horen. De gevolgen, zo die er zullen zijn, zullen volledige aandacht krijgen en vragen. Er ls echter een enkel punt, dat op dit mo ment belangrijker lijkt dan andere: de me dedeling van het onderhavige feit werd voorafgegaan door geruchten in Spanje die een andere persoonlijke keuze van de prinses betroffen: de keuze van een le venspartner. Deze geruchten zijn officieel tegengesproken en wij zullen aan die te genspraak onvoorwaardelijk geloof en ver trouwen moeten schenken. Wanneer een verloving en een geloofsaanvaarding ook maar in het minst enig punt van 'samen treffen zoudert hebben gehad, zou daar door een geheel ander licht zijn komen tè vallen op de toetreding van prinses Irene tot de r.k.-kerk. Nu dat verband door het Koninklijk Huis zelf is ontkend, past ons over de daardoor bevestigde onafhankelijkheid der keuze slechts opgeluchte voldoening. Hoe men ook denkt over de in Genève ter bespreking aangeboden Russische voor stellen tot ontwapening, de reacties van de afgevaardigden ter plaatse geven reeds een interessante selectie tussen twee soor ten mensen. Afgezien van hun politieke catechismus en hun bindende opdracht onderscheiden de gedelegeerden zich door een gebrek aan of een bezit van verbeel dingskracht, doordat zij al of niet in staat blijken tot begrip voor de psychologische charme van sommige Russische sugges ties. Natuurlijk was het een vrouw, een Zweedse gedelegeerde, die onmiddellijk oog bleek te hebben voor de indruk die het massa verbranden van oude bommen werpers op den volke zou maken. En het was een Brit, die de term „vreugdevuur' introduceerde, waarmee hij visioenen op riep van een mondiaal verbroederings feest rondom een vredesvuur. Maar daartegenover was er ook een En gelsman, die droogjes verklaarde, dat er „geen nieuws" in de voorstellen zat en dat het een „oud menu" was. En zo split' ste zich, aan de hand van de reacties, het kamp in twee partijen. Niet in voor- en te> genstanders van het eigenlijke Russische voorstel, maar eenvoudig in dodelijk- serieuze en van jongensachtig-blijde men sen. In feite zal er van het Russische voor stel niet veel terechtkomen en het is ook niet uit argeloze kinderlijkheid geboren. Mara desondanks stemt 't tot bemoediging, dat ook zelfs op internationale politieke conferenties met zulke hopeloze vooruit zichten een aantal gedelegeerden in staat blijkt tot het opbrengen van fantasie. En wij? Zijn er onder ons ook niet ve len, die met groot genoegen een vreugde vuur zouden stoken van alle gevaarlijke, onredelijke, domme dingen die het le ven en het samenleven zo moeilijk en ris kant maken? Er is een brochure verschenen over de rel „Zo is het toevallig ook nog 's een keer" van 4 januari jl., een rel die nau welijks aan iemands aandacht zal zijn ont snapt en dus niet uitvoerig behoeft te wor den gememoreerd. Dat memoreren doet trouwens deze brochure zo volledig als het maar kan. De samenstellers, gedreven door het ver langen om de „walgelijke tendensen te signaleren" die de omstreden VARA-uit- zending heeft opgeroepen, hebben hun boekje ingedeeld in „rechts" en „links", met dien verstande dat op de linker blad zijden de „hoopvolle reacties" zijn opge nomen, op de rechter de reacties die „straf of censuur vroegen, zich vergisten, logen of scholden." Deze indeling zou enig mis verstand kunnen wekken, omdat onder „links" een politieke instelling zou kunnen worden verstaan tegenover een, eveneens politieke „rechtse". De samenstellers spre ken zich daar niet duidelijk over uit, maar wij hopen dat zij begrip hebben voor het feit dat het al of niet gekwetst zijn door „Zo is hetzich niet volkomen door een politieke gezindheid laat inde len. Verder lijkt ons deze „collage" wel verhelderend. Ze is niet objectief, maar dat kan in dit geval al moeilijk meer. Misschien zou ze toch iets nuttiger werk hebben gedaan in dit opzicht door een middengroep tussen rechts en links te plaatsen, die de eerlijke, beschaafde en redelijke protesten zou hebben bevat. Nu wordt deze categorie met alle „viezigheid" in één vuilnisbak gesmeten. Wat ook een omissie in deze brochure lijkt, is het ontbreken van een inleidende critiek op de kwaliteit van het omstreden programma. De rel is namelijk voor een deel zo heftig gegroeid door de ergernis van vele kijkers over het volkomen ge brek aan spiritualiteit in de uitzending. „Goede humor kwetst nooit" kan mis schien een al te grote generalisatie sug gereren, maar zeker is toch wel dat goe de humor minder vaak en minder scherp kwetst. Het vers-gedrukte boekje („De Bezige Bij" gaf het uit) is vooral daarom zo wel kom, omdat het een schril beeld levert van de schrikbarende mentaliteit bij een deel des volks. Schrikbarend in haar on redelijkheid, haar smerigheid, haar patho logische wraakzucht, haar sadisme, haar onbeschaafdheid. Het is goed om daar eens wat vollediger kennis van te nemen. Rede lijke mensen (zowel pro als contra de gewraakte uitzending) zullen het er over eens zijn dat deze eensgezinde afkeer een bestrijding eist, over alle meningsverschil len heen. Maar daarom is het dubbel jammer dat de samenstellers geen scheiding hebben gemaakt tussen de smeerboel en de be schaafde, goedbedoelde en redelijke pro testen. (Van onze correspondent) BONN. Het proces in Frankfurt tegen de 22 beulen van Auschwitz zal door een tweede gevolgd worden. Het gerechtelijk vooronderzoek tegen achttien nieuwe ver dachten is afgesloten. Een aanklacht wordt voorbereid. Tot de nieuwe verdachten behoort ook een vrouw, die als SS-opzichtster in het vrouwenkamp van Auschwitz het appèl vaak zo lang rekte dat verzwakte vrouwe lijke gevangenen flauw vielen Die liet men dan, ook bij het slechtste weer, buiten liggen tot zij gestorven waren. Behalve deze vrouw zullen er ook twee voormalige gevangenen terecht staan, die als Kapo en kamparts vele gevangenen hebben doodgeslagen. Bij het gerechtelijk vooronderzoek tegen de twee-en-twintig nu terechtstaanden, de twee die nog afzonderlijk berecht zul len worden en de achttien tegen wie een aanklacht wordt voorbereid, zijn tot nu toe 1900 getuigen uit de gehele wereld gehoord. De verslagen van de getuigen verhoren vullen 96 dikke boeken. (Van onze correspondent) PARIJS De Franse minister van Voorlichting Alain Peyrefitte heeft giste ren na de wekelijkse zitting van de re gering op een vraag van een journalist wat hij nu wel van de Chinese puzzel moest denken, verwezen naar de perscon ferentie van generaal De Gaulle, aan wie hij dus kennelijk het antwoord gaarne wil overlaten. Die ministeriële pirouette is overigens niet het enige teken dat erop wijst dat men zich in Frankrijks officiële kringen met betrekking tot de Chinese kwestie, maar liever wat op de vlakte houdt. Officieel herhaalt men slechts dat er geen enkele voorwaarde was verbon den aan de wederzijdse erkenning door Frankrijk en China. In feite echter had Frankrijk buiten de (Amerikaanse) waard gerekend toen het verwachtte dat nationalistisch China van Tsjang-Kai-Tsjek uit protest tegen de er kenning van Peking zich zelf wel vrijwil lig zou terug trekken. Voorts kan men er wel zeker van zijn dat de Amerikanen Tsjang tot deze geveinsde lankmoedigheid jegens Parijs hebben bewogen. De ergernis en de verwarring die in Parijs heersen zijn even duidelijk als het feit dat men zich hier dus verrekend heeft in de reacties van de beide China's en ook dat men de invloed van de Amerikanen op Tsjang-Kai-Tsjek heeft onderschat. On der de drie partijen in dit vreemde diplo matieke steekspel, Frankrijk, nationalis tisch en communistisch China, is er dus kennelijk één teveel, terwijl niemand het initiatief tot een vertrek wenst te nemen en Parijs evenmin een openlijke keuze wil doen door de aanhangers van Tsjang pu bliekelijk de deur te wijzen. In deze onvoorziene situatie heeft Frank rijk stellig al een deel van het aanzien verloren, dat het met zijn initiatief in en vooral buiten de westelijke wereld meende te zullen kunnen winnen. Het minste wat men zeggen kan is immers wel dat de nieuwe vriendschap tussen Parijs en Pe king met dit „misverstand", dat onmid dellijk in de openbaarheid is getreden, on der een niet al te gelukkig gesternte lijkt te zijn geboren. De meest waarschijnlijke gang van za ken is wel dat de Fransen de Chinese nationalisten zullen pogen te doen begrij pen dat het uur van scheiden zo zoetjes aan toch echt is aangebroken. Er is van Franse zijde al een zaakgelastigde aange wezen, die naar Peking zal reizen. Daar entegen is nog niets bekend over een com- munistisch-Chinese diplomaat, die Peking in Parijs zal komen vertegenwoordigen. Hij zou trouwens ook in een hotelkamer zijn intrek moeten nemen, want het Chi nese ambassadegebouw te Parijs is in handen van de nationalisten. Wanneer de Franse regering blijft weigeren die knoop door te hakken zal vermoedelijk de rech ter moeten uitmaken of de communisten dan wel de nationalisten recht hebben op de ambassade. Men neemt aan dat binnen de drie maanden, de termijn waarna de ambassadeurs officieel zouden worden uit gewisseld, een van beide Chinese partijen wel aan het langste eind zal hebben ge trokken. Dat de aanhangers van Tsjang echter geen overdreven vertrouwen in de goede afloop hebben, kan blijken uit het feit dat ze gisteren reeds alle gelden voor hun onderhoud van de Parijse bank heb ben opgeëist. WASHINGTON De Franse erkenning van Peking-China is het onderwerp van een vrij fel politiek debat in Washington. Welingelichte zegslieden op het Ameri kaanse departement van Buitenlandse Za ken menen dat president De Gaulle niet werd bewogen door anti-Amerikaanse mo tieven, maar dat hij met zijn daad alleen de groeiende onafhankelijkheid en het toe nemende zelfbewustzijn van West-Europa wil accentueren. Hij doet dat op een ma nier die overeenstemt met zijn persoon lijkheid. Diplomatieke kringen in Washington ge loven niet dat De Gaulle zich zal laten beïnvloeden door de reacties van Tsjang- Kai-Tsjek, waarop de Franse president on getwijfeld vooraf had gerekend. Alle uitingen van de woordvoerders van het de partement van Buitenlandse Zaken weer spiegelen de duidelijke wens van president Johnson om het Franse besluit niet tot een diplomatiek conflict tussen de Verenig de Staten en Frankrijk te laten uitgroei en. In politieke kringen zijn de reacties wat feller. Het Amerikaanse volk is jarenlang opgevoed in de leer dat een erkenning van Peking vooral na de oorlog in Korea, waarin zovele Amerikanen zijn gevallen, taboe is. Ook nu nog is de houding van China uiterst anti-Amerikaans. Er gaan echter ook bezadigde stemmen op, volgens welke de Amerikaanse poli tiek ten aanzien van China verouderd en onrealistisch is. Maar in het verkiezings jaar is dit een zeer heet hangijzer en een ommekeer in de Amerikaanse houding je gens Peking en het bewind van Tsjang- Kai-Tsjek is vrijwel uitgesloten. In politie ke kringen groeit echter het besef dat het besluit van Frankrijk wel eens een his torische betekenis kan blijken tc hebben die uitgaat boven de diplomatieke verle genheid van dit ogenblik. Het wordt voor een schrij vend journalist langzamerhand ondoenlijk, de televisie vóór te zijn met pikante onthullingen. Hij kan natuurlijk blijven pro beren de gaatjes te vinden in de wal rondom het dagelijkse gebeuren waar een t.v.-camera niet in kan, maar dat zijn dan wel héle kleine gaatjes. Een van die kleine openingetjes heb ik dezer dagen ontdekt en het is met intense vreugde dat ik er de lezers van dit dagblad van laat meeprofiteren. Ten koste van enorme inspan ningen en opofferingen, ont beringen en intriges kunnen wij vandaag onze abonnees het beste, nog nergens gepubli ceerde grapje van Frater Wim Venantius Sonneveld aanbie den, een grapje waarop de hele kostelijke creatie van de frater is gebaseerd en dat door geen enkele vondst van deze figuur bij welk toekomstig optreden ook zal worden overtroffen. Het is een primeur van waar lijk nationaal formaat, die be wijst dat men voor de werke lijk goede, werkelijk waarde volle, werkelijk van belang zijnde prestaties op het gebied van de informatie toch nooit de krant zal kunnen missen geen dag. En hier komt de primeur: Toen Wim Sonneveld zijn frater-imitatie had uitgedacht en voor de eerste keer in het diepste geheim binnenskamers oefende in zijn zwart habijt met het typische witte boordje dat aan de achterkant sluit, en zijn eerste passen voorwaarts maakte, kreeg hij de vreemde gewaarwording dat hij échter- uit liep. Ofschoon ik moet toegeven dat ik deze onthulling op enigszins ironische manier heb opgedist, valt het belang ervan toch niet te onderschatten. Zij geeft een verrassend kijkje op de innerlijke roerselen van een artiest, die zich tot een frater metamorfoseert en raakt de uiterst subtiele toets, die het spiritueel akkoord tussen ca- barettier en monnik voort brengt. Wij staan aan de wieg van een frater. De wetenschap dat Wim Ve nantius die gewaarwording heeft gehad toen hij begon, zal ons véél meer dan anderen doen genieten van deze artiest, als hij nog eens voor het voet licht komt. Het behoeft niet altijd een schokkende belangrijkheid te zijn, die men uit zijn lijfblad verneemt om andere media van ontspanning en inlichting beter en genuanceerder te kunnen genieten. De fijnheid van geest, de variatie van de tail, de vaak bijna onzichtbaar kleine bijzonderheid dat al les vormt in prille borduur steken het patroon van het dagelijkse leven, waarvan men een levensgenot beleeft dat onmisbaar is om in de warboel van dit rommelige bestaan mo menten van persoonlijke blijd schap te smaken. Dat vluchtige grapje over Sonneveld was maar een voor beeld. Het betekent niets, het heeft de ongrijpbaarheid van een eendagsvlinder die sterft als men hem in de vuist sluit. Er zijn miljoenen van deze dingen te bedenken, die alle voor zich een fractie van leven hebben en tezamen toch iets van een stevig houvast leveren, waaraan men van dag tot dag kan drijven op de stroom. Het is zo jammer dat de hu moristen van onze dagen meer hun best doen om bonkige oli fanten dan gekleurde vlinders te vangen. Zij zagen grove planken van het dikste hout en smijten de balken naar de hoofden van hun publiek, in de volstrekt onbegrijpelijke mening dat zij die mensen daar een groot plezier mee doen. De weemoed van de enkele groten op het gebied van de voetlicht- humor naar nóg groteren uit het verleden is wel te ver klaren: Bomans betreurt Dickens, Hermans betreurt Buziau, Kan betreurt dat hij geen nóg betere Kan betreuren kan. Hun heimwee naar het land van de fijne humor, dat zijn grenzen heeft gesloten met het vergaan van de jaren, is niet een conservatief haken naar andere tijdsbeelden, maar een scherp besef van het af sterven der cultuuraderen in de humor, de aderverkalking van een menselijk type dat is opgevolgd door een robot. Er is een scherm gerezen tussen troubadours en hun volk, een scherm van techni sche apparatuur, een warnet van microfoons en camera's. De troubadours zijn noodge dwongen in isolatie gegaan binnen de muren van studio's en kabels. Zij praten niet meer tegen mensen, maar tegen apparaten. Tegen geluidsge- voelige ronde dingen op slanke pootjes en tegen dode glazen ogen in grillige monsterkasten. Zij hebben het gevoel alsof zij over oceanen heen moeten schreeuwen tegen menigten vèr weg, die nauwelijks aan dacht hebben wanneer zij niet gevoelig op hun hoofden wor den geslagen. Dus wórdt er op hoofden ge slagen, bruut en hard; schril klinken de woorden en de tonen, met humor als schuur papier-nummer-acht. Het fijne borduurpatroon is een grotesk netwerk van ruwe draadkabels geworden. De vlinders zijn monsters. De ruisende vleugel slag van een vogel is ook in de atmosfeer van de humor een brullend stel motoren van straalvliegtuigen geworden. En toch kijkt men nauwelijks meer op, tenzij het gebrul nóg ruwer, nóg monsterlijker is dan voorheen. Zo groeit het eelt op onze zielen, ons beschermend tegen alles wat niet het vorige over treft in geweld en scherpte. Maar desondanks woelt binnen in ons de dorst naar het pa relende feestdrankje, dat ons met mondjesmaat hèèl zuinig nog wel eens wordt toege diend: Wij eisen dat Kan en Her mans en Sonneveld vaker op het scherm zullen komen, en dat de goed geschreven en ge sproken humor van vroeger wordt omgezet in t.v.-band- materiaal. Wij eisen op deze manier iets, dat onmogelijk is. Wij vragen dat de levende troubadours van vroeger ons in vlees en bloed worden over geseind. Dat kan niet. Wat overgeseind wordt, moet eerst dood en bloedeloos zijn. Het moet worden omgezet in elek- troninscne signalen en geras terd worden opgediend. Een levende kunst ademt nog in theaters en concert zalen, vaak bloedarm door ge brek aan voedsel. En ook daar dringen de dode ogen en oren van de techniek binnen, om het leven om te toveren in licht- en geluidssignalen, en het vervolgens in de huis kamers op te dienen in beeld lijnen en stippen. Men kan dat betreuren, maar beter lijkt het mij, de realiteit en onontkoombaar heid ervan te beseffen en te aanvaarden. Dan is er een mo gelijkheid, dat men eindelijk toch het enorme verschil gaat zien tussen leven en elek- tronen-in-blik. Niet ter discri minatie van het een tegenover het ander, maar ter vermijding van het misverstand dat er géén verschil zou zijn. Het gaat er maar om dat men het echte zowel als het onechte waardeert om wat het in feite is. Er is een illustratief voor beeld van deze eis tot onder scheiding. Het stamt uit de typografie en het wordt ge geven met volledig besef van de wezenlijke ontoereikend heid, die ons eigen vak nu een maal inherent is. Een leerling- typograaf in een van de groot ste en beste Amerikaanse kunstdrukkerijen kreeg een levensgrote kleurenfoto-druk onder ogen, die in de toonzaal van het bedrijf was opgesteld om klanten te imponeren. Het was de afbeelding van een verrukkelijke jongedame, ge rijpt onder de zon van Florida. De jongeman was diep ont roerd en stamelde: „Die is véél mooier dan een echte!" Een oudere, in het vak ver grijsde typograaf drukte de jongeman echter zwijgend een loep in de hand en zei: „Kijk haar eens diep in de ogen". De jongeman keek en zag een blauwe verzameling stip pen, plat en vlak. Het geras terde oog van de aanbiddelijke schone veranderde onder de loep in een blauwe deurmat. En de grijze drukker zei: „En nou ga je naar Florida en kijk je de eerste de beste jonge dame eens zónder loep in het oog. En kom dan terug om mij te vertellen of je ook een ge stippelde deurmat hebt ge zien". Wij behoeven niet te vragen of hij ging. Wij weten immers en hij wist het ook dat hij een blauwe, peilloze vijver zou zien die zich uitstrekte tussen aarde en hemel en verder, ver der dan ooit een jonge typo graaf zou kunnen wensen te kij ken Schiphol-meditatie Schiphol in de vroege ochtend van een grauwe dag. Auto's komen aangesnord, brengen fris opgemaakte en geklede da mes aan, religieusen, blauwe zuiltjes met geweldige witte huiven, bewegende stuk jes zeventiende-eeuws schilderij; mannen met donkere brillen in een aureool van wereldwijsheid; maar ook de gewone man en de gewone vrouw wie de angstige span ning om het grote vlieggebeuren haast tastbaar uit de ogen, uit de nerveuze be wegingen slaat. Waar gaan ze heen? Met de KL 683 naar Montreal en Hou ston, de CP 301 naar Galgary en Van couver, de LV 432 naar Tel Aviv en Ka rachi, de PA 74 naar Hamburg? In ieder geval naar één van deze richtingen want dat zijn de doelen die de machines buiten in deze vroege ochtend, zich gesteld heb ben. Binnen, in hal 3, vangen de employé's in keurig afgeborsteld zwart allen op en leiden elk in de voorgeschreven baan, stempelen papieren, wijzen aan, voeren af, leggen uit, verdelen de koffers die op eigen houtje komen aangekuierd over de lopende band. Den wonderlijk gezicht, de ze rij dode dingen, rechthoekig, zwijgend en toch honderduit pratend over de aard, omstandigheden en smaak van hun onge ziene bezitters. De fris opgemaakte da mes nemen even later de ruitjes eruit, de elegante ivoorkleurigen met verguld sluitwerk. De wereldwijze heren wijzen de zelfbewuste, haast hovaardige, leren grote broers aan. De religieusen de on aanzienlijke fiberkoffers, houten dingetjes en voor de gewone man en de gewone vrouw blijft het gewone, alleen maar doelmatige verpakkingsmateriaal over, saai en bruin en verder niets van te ver tellen. Het laatste vaderlandse kopje koffie kan boven genoten worden, uit een soli de, onbeschadigde maatschappijkop ter wijl buiten op het platform de metalen reuzen klaargemaakt worden voor de sprong in het luchtruim. Hun buiken wor den volgestouwd met vracht, het lijf vol verbrandingsmateriaal en leeftocht voor onderweg. Een grondsteward fluistert on dertussen in een klein kastje dat terzijde van de staart is opgesteld. Dan komt, toch nog vrij plotseling, de metalen microfoon- stem de banden tussen aanstaande lucht reizigers en hun wegbrengers doorsnijden. Willen de passagiers voor het toestel naarzich naar uitgang twee be geven. Alle briefjes zijn nu dus binnen, alle stempels gezet, alle vracht ingeladen, de levende have is het enige dat nog ont breekt eer de tocht begonnen kan worden. Stuk voor stuk klimmen ze het trapje op, staan klein en al haast weg, nog even te zwaaien naar de slordige hoop gezicht jes achter het glas van het terras, dan zijn ze hooguit nog even een bewegend zakdoekje achter een der kleine raamp jes. De trap gaat weg. De deur gaat dicht. De geweldige bij begint te zoemen, te brommen, maakt zich dan razend, uit dat in onmenselijk gebrul, deint dan weg; het blauw gestreepte staartvlak verdwijnt langzaam, haast peinzend, achter een ge bouw. Even later komt het dier weer te voorschijn, waardig grommend nu. Zij die de voeten stevig op de aardkorst gedrukt kunnen houden, zien met open mond, wij de verbaasde ogen hoe hij, op één oor lig gend, zich boort in de grauwe lucht, een gigantische, onverzettelijke hemelbestor mer, een glanzend metalen bouwsel van platen en schroeven die de enkele aan wezige werkelijke vogels degradeert tot waardeloze, al te nietige prutsers. zijn als de dood voor infectie^ BeschermtUwJ' Dit doosje betekent: Zelfmoord. In Zuid-Vietnam heeft een 24- jarige boeddhistische non zelfmoord ge pleegd door zich met benzine te over gieten en deze in brand te steken. Op de muur van een nabijgelegen pagode had zij geschreven dit te doen „om Boeddha dank te brengen." Postzegel. 29 mei de verjaardag van Kennedy zal in de Ver. Staten 'n post zegel van tien dollarcent worden uitge geven ter nagedachtenis aan de vermoor de president. Mevrouw Kennedy zal het ontwerp voor de zegel uitkiezen. Zij be paalde ook de datum van uitgifte. Dissonant. Een Zwitserse divisiecomman dant heeft om ontslag gevraagd uit pro test tegen het verlenen van inreisvisa door Zwitserland aan het koor van het Rode Leger. De officier is kolonel de hoogste rang in het Zwitserse leger. Overstroming. In de buurt van het dorp Timgad in het Algerijnse district Con- stantine is 'n autobus met 28 inzittenden door een van de berghellingen stromen de watervloed meegesleurd. Slechts drie inzittenden konden zich in veiligheid brengen, die anderen worden vermist. Ruim drie dagen heeft het in dit gebied onafgebroken geregend. Een groot aan tal huizen is door overstromingen be schadigd. Sneeuw. Het heeft gesneeuwd op de top van de Vesuvius. Er worden daar maar zelden temperaturen onder het vries punt gemeten. Motten. Het textielhuis van de kamer van koophandel in Manchester heeft bekend gemaakt 200.000 textiel etende motten nodig te hebben, die hun krachten kun nen meten met stalen die motvrij zou den zijn. Vulkaan. De vulkaan Goenoeng Agoeng op Bali, waarvan de uitbarsting vorig jaar meer dan 1500 slachtoffers eiste, is weer actief. Uit de krater stijgen dikke rook wolken op tot een hoogte van bijna an derhalve kilometer.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1964 | | pagina 3