VAN DAG TOT DAG
Washington stooft Parijs een
hete Chinese kool
Frankrijk weigert tussen
beide China's te kiezen
Johnson wil diplomatiek
conflict vermijden
Blauw-blauw
Wereldnieuws
AOSRAM
Nog een Auschwitz-
proces tegen 18
verdachten
PER BUS SS RET
GOEDKOPER
DONDERDAG 30 JANUARI 1964
V..
lampen
Met ingang van 1 februari
kost een MAANDKAART
op het gehele
BUSNET HAARLEM
SLECHTS ƒ11.00
(tot nu toe 14.50).
Met twee ritten per dag
heeft men het geld eruit
Honderd kilometer lijn-
lengte met dagelijks 1200
ritten staan tot uw be
schikking.
NOORD-ZUID-HOLLANDSE VERVOERMAATSCHAPPIJ n.v.
CJur van scheiden
Op dt
Cri Stellweg
Verkoudheidsbacillen
protektie tegen infektie
f 1.25 J
Prinses Irene is rooms-katholiek géwor
dén. De grote belangstelling van ons volk
voor zijn Koninklijk Huis een belang
stelling die waarlijk niet voor een groot
deel en niet in de eerste plaats het karak
ter van sensatiezucht draagt zou door
een vroegtijdiger mededeling van dit be
langrijke persoonlijke besluit der prinses
sterker geëerd hebben kunnen worden.
Haar overtuiging heeft reeds in de zomer
van vorig jaar tot deze keuze geleid en
het is zeer te betreuren dat de officiële
mededeling ervan de indruk maakt te zijn
uitgelokt door buitenlandse geruchten. Het
Nederlandse volk had er recht op gehad,
zo snel mogelijk op de hoogte te worden
gesteld en niet zo Iaat mogelijk, zoals nu
helaas het geval lijkt te zijn.
Het feit zelf verdient niets anders dan
eerbied voor een persoonlijke overtuiging
en voor de particuliere vrijheid van de
prinses, die ook in haar familiekring dat
zelfde respect blijkt te genieten. Tradities
zijn er om te zijner tijd te worden ver
broken en er zijn in en om Oranje in de
loop der jaren al zoveel verouderde tra
dities geluidloos hun verdiende dood ge
storven, dat men daar nauwelijks rouwig
om kan zijn, ook al zullen sommige krin
gen dit laatste nieuws als een schok heb
ben ondergaan.
De betekenis van ons Koningshuis in het
kader van ons volksbestaan kan niet ver
anderen door de volstrekt persoonlijke
keuze van geloofsovertuiging, die de leden
van dit Huis menen te moeten doen. Er
zijn gebieden des levens waarop ieder
mens in volledige vrijheid eigen heer en
meester is.
De reacties op dit besluit der prinses
lopen uiteen. Men kan er heden en de
komende dagen veel over lezen en horen.
De gevolgen, zo die er zullen zijn, zullen
volledige aandacht krijgen en vragen. Er
ls echter een enkel punt, dat op dit mo
ment belangrijker lijkt dan andere: de me
dedeling van het onderhavige feit werd
voorafgegaan door geruchten in Spanje
die een andere persoonlijke keuze van de
prinses betroffen: de keuze van een le
venspartner. Deze geruchten zijn officieel
tegengesproken en wij zullen aan die te
genspraak onvoorwaardelijk geloof en ver
trouwen moeten schenken. Wanneer een
verloving en een geloofsaanvaarding ook
maar in het minst enig punt van 'samen
treffen zoudert hebben gehad, zou daar
door een geheel ander licht zijn komen tè
vallen op de toetreding van prinses Irene
tot de r.k.-kerk.
Nu dat verband door het Koninklijk
Huis zelf is ontkend, past ons over de
daardoor bevestigde onafhankelijkheid der
keuze slechts opgeluchte voldoening.
Hoe men ook denkt over de in Genève
ter bespreking aangeboden Russische voor
stellen tot ontwapening, de reacties van de
afgevaardigden ter plaatse geven reeds
een interessante selectie tussen twee soor
ten mensen. Afgezien van hun politieke
catechismus en hun bindende opdracht
onderscheiden de gedelegeerden zich door
een gebrek aan of een bezit van verbeel
dingskracht, doordat zij al of niet in staat
blijken tot begrip voor de psychologische
charme van sommige Russische sugges
ties.
Natuurlijk was het een vrouw, een
Zweedse gedelegeerde, die onmiddellijk
oog bleek te hebben voor de indruk die het
massa verbranden van oude bommen
werpers op den volke zou maken. En het
was een Brit, die de term „vreugdevuur'
introduceerde, waarmee hij visioenen op
riep van een mondiaal verbroederings
feest rondom een vredesvuur.
Maar daartegenover was er ook een En
gelsman, die droogjes verklaarde, dat er
„geen nieuws" in de voorstellen zat en
dat het een „oud menu" was. En zo split'
ste zich, aan de hand van de reacties, het
kamp in twee partijen. Niet in voor- en te>
genstanders van het eigenlijke Russische
voorstel, maar eenvoudig in dodelijk-
serieuze en van jongensachtig-blijde men
sen. In feite zal er van het Russische voor
stel niet veel terechtkomen en het is ook
niet uit argeloze kinderlijkheid geboren.
Mara desondanks stemt 't tot bemoediging,
dat ook zelfs op internationale politieke
conferenties met zulke hopeloze vooruit
zichten een aantal gedelegeerden in staat
blijkt tot het opbrengen van fantasie.
En wij? Zijn er onder ons ook niet ve
len, die met groot genoegen een vreugde
vuur zouden stoken van alle gevaarlijke,
onredelijke, domme dingen die het le
ven en het samenleven zo moeilijk en ris
kant maken?
Er is een brochure verschenen over de
rel „Zo is het toevallig ook nog 's een
keer" van 4 januari jl., een rel die nau
welijks aan iemands aandacht zal zijn ont
snapt en dus niet uitvoerig behoeft te wor
den gememoreerd. Dat memoreren doet
trouwens deze brochure zo volledig als het
maar kan.
De samenstellers, gedreven door het ver
langen om de „walgelijke tendensen te
signaleren" die de omstreden VARA-uit-
zending heeft opgeroepen, hebben hun
boekje ingedeeld in „rechts" en „links",
met dien verstande dat op de linker blad
zijden de „hoopvolle reacties" zijn opge
nomen, op de rechter de reacties die „straf
of censuur vroegen, zich vergisten, logen
of scholden." Deze indeling zou enig mis
verstand kunnen wekken, omdat onder
„links" een politieke instelling zou kunnen
worden verstaan tegenover een, eveneens
politieke „rechtse". De samenstellers spre
ken zich daar niet duidelijk over uit,
maar wij hopen dat zij begrip hebben voor
het feit dat het al of niet gekwetst zijn
door „Zo is hetzich niet volkomen
door een politieke gezindheid laat inde
len.
Verder lijkt ons deze „collage" wel
verhelderend. Ze is niet objectief, maar
dat kan in dit geval al moeilijk meer.
Misschien zou ze toch iets nuttiger werk
hebben gedaan in dit opzicht door een
middengroep tussen rechts en links te
plaatsen, die de eerlijke, beschaafde en
redelijke protesten zou hebben bevat. Nu
wordt deze categorie met alle „viezigheid"
in één vuilnisbak gesmeten.
Wat ook een omissie in deze brochure
lijkt, is het ontbreken van een inleidende
critiek op de kwaliteit van het omstreden
programma. De rel is namelijk voor een
deel zo heftig gegroeid door de ergernis
van vele kijkers over het volkomen ge
brek aan spiritualiteit in de uitzending.
„Goede humor kwetst nooit" kan mis
schien een al te grote generalisatie sug
gereren, maar zeker is toch wel dat goe
de humor minder vaak en minder scherp
kwetst.
Het vers-gedrukte boekje („De Bezige
Bij" gaf het uit) is vooral daarom zo wel
kom, omdat het een schril beeld levert
van de schrikbarende mentaliteit bij een
deel des volks. Schrikbarend in haar on
redelijkheid, haar smerigheid, haar patho
logische wraakzucht, haar sadisme, haar
onbeschaafdheid. Het is goed om daar eens
wat vollediger kennis van te nemen. Rede
lijke mensen (zowel pro als contra de
gewraakte uitzending) zullen het er over
eens zijn dat deze eensgezinde afkeer een
bestrijding eist, over alle meningsverschil
len heen.
Maar daarom is het dubbel jammer dat
de samenstellers geen scheiding hebben
gemaakt tussen de smeerboel en de be
schaafde, goedbedoelde en redelijke pro
testen.
(Van onze correspondent)
BONN. Het proces in Frankfurt tegen
de 22 beulen van Auschwitz zal door een
tweede gevolgd worden. Het gerechtelijk
vooronderzoek tegen achttien nieuwe ver
dachten is afgesloten. Een aanklacht wordt
voorbereid.
Tot de nieuwe verdachten behoort ook
een vrouw, die als SS-opzichtster in het
vrouwenkamp van Auschwitz het appèl
vaak zo lang rekte dat verzwakte vrouwe
lijke gevangenen flauw vielen Die liet
men dan, ook bij het slechtste weer, buiten
liggen tot zij gestorven waren.
Behalve deze vrouw zullen er ook twee
voormalige gevangenen terecht staan, die
als Kapo en kamparts vele gevangenen
hebben doodgeslagen.
Bij het gerechtelijk vooronderzoek tegen
de twee-en-twintig nu terechtstaanden,
de twee die nog afzonderlijk berecht zul
len worden en de achttien tegen wie een
aanklacht wordt voorbereid, zijn tot nu
toe 1900 getuigen uit de gehele wereld
gehoord. De verslagen van de getuigen
verhoren vullen 96 dikke boeken.
(Van onze correspondent)
PARIJS De Franse minister van
Voorlichting Alain Peyrefitte heeft giste
ren na de wekelijkse zitting van de re
gering op een vraag van een journalist
wat hij nu wel van de Chinese puzzel
moest denken, verwezen naar de perscon
ferentie van generaal De Gaulle, aan wie
hij dus kennelijk het antwoord gaarne wil
overlaten. Die ministeriële pirouette is
overigens niet het enige teken dat erop
wijst dat men zich in Frankrijks officiële
kringen met betrekking tot de Chinese
kwestie, maar liever wat op de vlakte
houdt. Officieel herhaalt men slechts dat
er geen enkele voorwaarde was verbon
den aan de wederzijdse erkenning door
Frankrijk en China.
In feite echter had Frankrijk buiten de
(Amerikaanse) waard gerekend toen het
verwachtte dat nationalistisch China van
Tsjang-Kai-Tsjek uit protest tegen de er
kenning van Peking zich zelf wel vrijwil
lig zou terug trekken. Voorts kan men er
wel zeker van zijn dat de Amerikanen
Tsjang tot deze geveinsde lankmoedigheid
jegens Parijs hebben bewogen.
De ergernis en de verwarring die in
Parijs heersen zijn even duidelijk als het
feit dat men zich hier dus verrekend heeft
in de reacties van de beide China's en ook
dat men de invloed van de Amerikanen
op Tsjang-Kai-Tsjek heeft onderschat. On
der de drie partijen in dit vreemde diplo
matieke steekspel, Frankrijk, nationalis
tisch en communistisch China, is er dus
kennelijk één teveel, terwijl niemand het
initiatief tot een vertrek wenst te nemen
en Parijs evenmin een openlijke keuze wil
doen door de aanhangers van Tsjang pu
bliekelijk de deur te wijzen.
In deze onvoorziene situatie heeft Frank
rijk stellig al een deel van het aanzien
verloren, dat het met zijn initiatief in en
vooral buiten de westelijke wereld meende
te zullen kunnen winnen. Het minste wat
men zeggen kan is immers wel dat de
nieuwe vriendschap tussen Parijs en Pe
king met dit „misverstand", dat onmid
dellijk in de openbaarheid is getreden, on
der een niet al te gelukkig gesternte lijkt
te zijn geboren.
De meest waarschijnlijke gang van za
ken is wel dat de Fransen de Chinese
nationalisten zullen pogen te doen begrij
pen dat het uur van scheiden zo zoetjes
aan toch echt is aangebroken. Er is van
Franse zijde al een zaakgelastigde aange
wezen, die naar Peking zal reizen. Daar
entegen is nog niets bekend over een com-
munistisch-Chinese diplomaat, die Peking
in Parijs zal komen vertegenwoordigen.
Hij zou trouwens ook in een hotelkamer
zijn intrek moeten nemen, want het Chi
nese ambassadegebouw te Parijs is in
handen van de nationalisten. Wanneer de
Franse regering blijft weigeren die knoop
door te hakken zal vermoedelijk de rech
ter moeten uitmaken of de communisten
dan wel de nationalisten recht hebben op
de ambassade. Men neemt aan dat binnen
de drie maanden, de termijn waarna de
ambassadeurs officieel zouden worden uit
gewisseld, een van beide Chinese partijen
wel aan het langste eind zal hebben ge
trokken. Dat de aanhangers van Tsjang
echter geen overdreven vertrouwen in de
goede afloop hebben, kan blijken uit het
feit dat ze gisteren reeds alle gelden voor
hun onderhoud van de Parijse bank heb
ben opgeëist.
WASHINGTON De Franse erkenning
van Peking-China is het onderwerp van
een vrij fel politiek debat in Washington.
Welingelichte zegslieden op het Ameri
kaanse departement van Buitenlandse Za
ken menen dat president De Gaulle niet
werd bewogen door anti-Amerikaanse mo
tieven, maar dat hij met zijn daad alleen
de groeiende onafhankelijkheid en het toe
nemende zelfbewustzijn van West-Europa
wil accentueren. Hij doet dat op een ma
nier die overeenstemt met zijn persoon
lijkheid.
Diplomatieke kringen in Washington ge
loven niet dat De Gaulle zich zal laten
beïnvloeden door de reacties van Tsjang-
Kai-Tsjek, waarop de Franse president on
getwijfeld vooraf had gerekend. Alle
uitingen van de woordvoerders van het de
partement van Buitenlandse Zaken weer
spiegelen de duidelijke wens van president
Johnson om het Franse besluit niet tot
een diplomatiek conflict tussen de Verenig
de Staten en Frankrijk te laten uitgroei
en.
In politieke kringen zijn de reacties wat
feller. Het Amerikaanse volk is jarenlang
opgevoed in de leer dat een erkenning
van Peking vooral na de oorlog in Korea,
waarin zovele Amerikanen zijn gevallen,
taboe is. Ook nu nog is de houding van
China uiterst anti-Amerikaans.
Er gaan echter ook bezadigde stemmen
op, volgens welke de Amerikaanse poli
tiek ten aanzien van China verouderd en
onrealistisch is. Maar in het verkiezings
jaar is dit een zeer heet hangijzer en een
ommekeer in de Amerikaanse houding je
gens Peking en het bewind van Tsjang-
Kai-Tsjek is vrijwel uitgesloten. In politie
ke kringen groeit echter het besef dat het
besluit van Frankrijk wel eens een his
torische betekenis kan blijken tc hebben
die uitgaat boven de diplomatieke verle
genheid van dit ogenblik.
Het wordt voor een schrij
vend journalist langzamerhand
ondoenlijk, de televisie vóór te
zijn met pikante onthullingen.
Hij kan natuurlijk blijven pro
beren de gaatjes te vinden in
de wal rondom het dagelijkse
gebeuren waar een t.v.-camera
niet in kan, maar dat zijn dan
wel héle kleine gaatjes. Een
van die kleine openingetjes
heb ik dezer dagen ontdekt en
het is met intense vreugde dat
ik er de lezers van dit dagblad
van laat meeprofiteren. Ten
koste van enorme inspan
ningen en opofferingen, ont
beringen en intriges kunnen
wij vandaag onze abonnees het
beste, nog nergens gepubli
ceerde grapje van Frater Wim
Venantius Sonneveld aanbie
den, een grapje waarop de hele
kostelijke creatie van de frater
is gebaseerd en dat door geen
enkele vondst van deze figuur
bij welk toekomstig optreden
ook zal worden overtroffen.
Het is een primeur van waar
lijk nationaal formaat, die be
wijst dat men voor de werke
lijk goede, werkelijk waarde
volle, werkelijk van belang
zijnde prestaties op het gebied
van de informatie toch nooit
de krant zal kunnen missen
geen dag.
En hier komt de primeur:
Toen Wim Sonneveld zijn
frater-imitatie had uitgedacht
en voor de eerste keer in het
diepste geheim binnenskamers
oefende in zijn zwart habijt
met het typische witte boordje
dat aan de achterkant sluit, en
zijn eerste passen voorwaarts
maakte, kreeg hij de vreemde
gewaarwording dat hij échter-
uit liep.
Ofschoon ik moet toegeven
dat ik deze onthulling op
enigszins ironische manier heb
opgedist, valt het belang ervan
toch niet te onderschatten.
Zij geeft een verrassend kijkje
op de innerlijke roerselen van
een artiest, die zich tot een
frater metamorfoseert en raakt
de uiterst subtiele toets, die het
spiritueel akkoord tussen ca-
barettier en monnik voort
brengt. Wij staan aan de wieg
van een frater.
De wetenschap dat Wim Ve
nantius die gewaarwording
heeft gehad toen hij begon, zal
ons véél meer dan anderen
doen genieten van deze artiest,
als hij nog eens voor het voet
licht komt.
Het behoeft niet altijd een
schokkende belangrijkheid te
zijn, die men uit zijn lijfblad
verneemt om andere media
van ontspanning en inlichting
beter en genuanceerder te
kunnen genieten. De fijnheid
van geest, de variatie van de
tail, de vaak bijna onzichtbaar
kleine bijzonderheid dat al
les vormt in prille borduur
steken het patroon van het
dagelijkse leven, waarvan men
een levensgenot beleeft dat
onmisbaar is om in de warboel
van dit rommelige bestaan mo
menten van persoonlijke blijd
schap te smaken.
Dat vluchtige grapje over
Sonneveld was maar een voor
beeld. Het betekent niets, het
heeft de ongrijpbaarheid van
een eendagsvlinder die sterft
als men hem in de vuist sluit.
Er zijn miljoenen van deze
dingen te bedenken, die alle
voor zich een fractie van leven
hebben en tezamen toch iets
van een stevig houvast leveren,
waaraan men van dag tot dag
kan drijven op de stroom.
Het is zo jammer dat de hu
moristen van onze dagen meer
hun best doen om bonkige oli
fanten dan gekleurde vlinders
te vangen. Zij zagen grove
planken van het dikste hout en
smijten de balken naar de
hoofden van hun publiek, in
de volstrekt onbegrijpelijke
mening dat zij die mensen daar
een groot plezier mee doen. De
weemoed van de enkele groten
op het gebied van de voetlicht-
humor naar nóg groteren uit
het verleden is wel te ver
klaren: Bomans betreurt
Dickens, Hermans betreurt
Buziau, Kan betreurt dat hij
geen nóg betere Kan betreuren
kan. Hun heimwee naar het
land van de fijne humor, dat
zijn grenzen heeft gesloten
met het vergaan van de jaren,
is niet een conservatief haken
naar andere tijdsbeelden, maar
een scherp besef van het af
sterven der cultuuraderen in
de humor, de aderverkalking
van een menselijk type dat is
opgevolgd door een robot.
Er is een scherm gerezen
tussen troubadours en hun
volk, een scherm van techni
sche apparatuur, een warnet
van microfoons en camera's.
De troubadours zijn noodge
dwongen in isolatie gegaan
binnen de muren van studio's
en kabels. Zij praten niet meer
tegen mensen, maar tegen
apparaten. Tegen geluidsge-
voelige ronde dingen op slanke
pootjes en tegen dode glazen
ogen in grillige monsterkasten.
Zij hebben het gevoel alsof zij
over oceanen heen moeten
schreeuwen tegen menigten
vèr weg, die nauwelijks aan
dacht hebben wanneer zij niet
gevoelig op hun hoofden wor
den geslagen.
Dus wórdt er op hoofden ge
slagen, bruut en hard; schril
klinken de woorden en de
tonen, met humor als schuur
papier-nummer-acht. Het fijne
borduurpatroon is een grotesk
netwerk van ruwe draadkabels
geworden. De vlinders zijn
monsters. De ruisende vleugel
slag van een vogel is ook in
de atmosfeer van de humor
een brullend stel motoren van
straalvliegtuigen geworden. En
toch kijkt men nauwelijks
meer op, tenzij het gebrul nóg
ruwer, nóg monsterlijker is
dan voorheen.
Zo groeit het eelt op onze
zielen, ons beschermend tegen
alles wat niet het vorige over
treft in geweld en scherpte.
Maar desondanks woelt binnen
in ons de dorst naar het pa
relende feestdrankje, dat ons
met mondjesmaat hèèl zuinig
nog wel eens wordt toege
diend:
Wij eisen dat Kan en Her
mans en Sonneveld vaker op
het scherm zullen komen, en
dat de goed geschreven en ge
sproken humor van vroeger
wordt omgezet in t.v.-band-
materiaal. Wij eisen op deze
manier iets, dat onmogelijk is.
Wij vragen dat de levende
troubadours van vroeger ons
in vlees en bloed worden over
geseind. Dat kan niet. Wat
overgeseind wordt, moet eerst
dood en bloedeloos zijn. Het
moet worden omgezet in elek-
troninscne signalen en geras
terd worden opgediend.
Een levende kunst ademt
nog in theaters en concert
zalen, vaak bloedarm door ge
brek aan voedsel. En ook daar
dringen de dode ogen en oren
van de techniek binnen, om
het leven om te toveren in
licht- en geluidssignalen, en
het vervolgens in de huis
kamers op te dienen in beeld
lijnen en stippen.
Men kan dat betreuren,
maar beter lijkt het mij, de
realiteit en onontkoombaar
heid ervan te beseffen en te
aanvaarden. Dan is er een mo
gelijkheid, dat men eindelijk
toch het enorme verschil gaat
zien tussen leven en elek-
tronen-in-blik. Niet ter discri
minatie van het een tegenover
het ander, maar ter vermijding
van het misverstand dat er
géén verschil zou zijn. Het
gaat er maar om dat men het
echte zowel als het onechte
waardeert om wat het in
feite is.
Er is een illustratief voor
beeld van deze eis tot onder
scheiding. Het stamt uit de
typografie en het wordt ge
geven met volledig besef van
de wezenlijke ontoereikend
heid, die ons eigen vak nu een
maal inherent is. Een leerling-
typograaf in een van de groot
ste en beste Amerikaanse
kunstdrukkerijen kreeg een
levensgrote kleurenfoto-druk
onder ogen, die in de toonzaal
van het bedrijf was opgesteld
om klanten te imponeren. Het
was de afbeelding van een
verrukkelijke jongedame, ge
rijpt onder de zon van Florida.
De jongeman was diep ont
roerd en stamelde: „Die is
véél mooier dan een echte!"
Een oudere, in het vak ver
grijsde typograaf drukte de
jongeman echter zwijgend een
loep in de hand en zei: „Kijk
haar eens diep in de ogen".
De jongeman keek en zag
een blauwe verzameling stip
pen, plat en vlak. Het geras
terde oog van de aanbiddelijke
schone veranderde onder de
loep in een blauwe deurmat.
En de grijze drukker zei: „En
nou ga je naar Florida en kijk
je de eerste de beste jonge
dame eens zónder loep in het
oog. En kom dan terug om mij
te vertellen of je ook een ge
stippelde deurmat hebt ge
zien".
Wij behoeven niet te vragen
of hij ging. Wij weten immers
en hij wist het ook dat hij
een blauwe, peilloze vijver zou
zien die zich uitstrekte tussen
aarde en hemel en verder, ver
der dan ooit een jonge typo
graaf zou kunnen wensen te
kij ken
Schiphol-meditatie
Schiphol in de vroege ochtend van een
grauwe dag. Auto's komen aangesnord,
brengen fris opgemaakte en geklede da
mes aan, religieusen, blauwe zuiltjes met
geweldige witte huiven, bewegende stuk
jes zeventiende-eeuws schilderij; mannen
met donkere brillen in een aureool van
wereldwijsheid; maar ook de gewone man
en de gewone vrouw wie de angstige span
ning om het grote vlieggebeuren haast
tastbaar uit de ogen, uit de nerveuze be
wegingen slaat. Waar gaan ze heen?
Met de KL 683 naar Montreal en Hou
ston, de CP 301 naar Galgary en Van
couver, de LV 432 naar Tel Aviv en Ka
rachi, de PA 74 naar Hamburg? In ieder
geval naar één van deze richtingen want
dat zijn de doelen die de machines buiten
in deze vroege ochtend, zich gesteld heb
ben.
Binnen, in hal 3, vangen de employé's
in keurig afgeborsteld zwart allen op en
leiden elk in de voorgeschreven baan,
stempelen papieren, wijzen aan, voeren
af, leggen uit, verdelen de koffers die op
eigen houtje komen aangekuierd over de
lopende band. Den wonderlijk gezicht, de
ze rij dode dingen, rechthoekig, zwijgend
en toch honderduit pratend over de aard,
omstandigheden en smaak van hun onge
ziene bezitters. De fris opgemaakte da
mes nemen even later de ruitjes eruit,
de elegante ivoorkleurigen met verguld
sluitwerk. De wereldwijze heren wijzen
de zelfbewuste, haast hovaardige, leren
grote broers aan. De religieusen de on
aanzienlijke fiberkoffers, houten dingetjes
en voor de gewone man en de gewone
vrouw blijft het gewone, alleen maar
doelmatige verpakkingsmateriaal over,
saai en bruin en verder niets van te ver
tellen.
Het laatste vaderlandse kopje koffie
kan boven genoten worden, uit een soli
de, onbeschadigde maatschappijkop ter
wijl buiten op het platform de metalen
reuzen klaargemaakt worden voor de
sprong in het luchtruim. Hun buiken wor
den volgestouwd met vracht, het lijf vol
verbrandingsmateriaal en leeftocht voor
onderweg. Een grondsteward fluistert on
dertussen in een klein kastje dat terzijde
van de staart is opgesteld. Dan komt, toch
nog vrij plotseling, de metalen microfoon-
stem de banden tussen aanstaande lucht
reizigers en hun wegbrengers doorsnijden.
Willen de passagiers voor het toestel
naarzich naar uitgang twee be
geven. Alle briefjes zijn nu dus binnen,
alle stempels gezet, alle vracht ingeladen,
de levende have is het enige dat nog ont
breekt eer de tocht begonnen kan worden.
Stuk voor stuk klimmen ze het trapje op,
staan klein en al haast weg, nog even te
zwaaien naar de slordige hoop gezicht
jes achter het glas van het terras, dan
zijn ze hooguit nog even een bewegend
zakdoekje achter een der kleine raamp
jes. De trap gaat weg. De deur gaat dicht.
De geweldige bij begint te zoemen, te
brommen, maakt zich dan razend, uit dat
in onmenselijk gebrul, deint dan weg; het
blauw gestreepte staartvlak verdwijnt
langzaam, haast peinzend, achter een ge
bouw. Even later komt het dier weer te
voorschijn, waardig grommend nu. Zij die
de voeten stevig op de aardkorst gedrukt
kunnen houden, zien met open mond, wij
de verbaasde ogen hoe hij, op één oor lig
gend, zich boort in de grauwe lucht, een
gigantische, onverzettelijke hemelbestor
mer, een glanzend metalen bouwsel van
platen en schroeven die de enkele aan
wezige werkelijke vogels degradeert tot
waardeloze, al te nietige prutsers.
zijn als de dood voor
infectie^
BeschermtUwJ'
Dit doosje betekent:
Zelfmoord. In Zuid-Vietnam heeft een 24-
jarige boeddhistische non zelfmoord ge
pleegd door zich met benzine te over
gieten en deze in brand te steken. Op
de muur van een nabijgelegen pagode
had zij geschreven dit te doen „om
Boeddha dank te brengen."
Postzegel. 29 mei de verjaardag van
Kennedy zal in de Ver. Staten 'n post
zegel van tien dollarcent worden uitge
geven ter nagedachtenis aan de vermoor
de president. Mevrouw Kennedy zal het
ontwerp voor de zegel uitkiezen. Zij be
paalde ook de datum van uitgifte.
Dissonant. Een Zwitserse divisiecomman
dant heeft om ontslag gevraagd uit pro
test tegen het verlenen van inreisvisa
door Zwitserland aan het koor van het
Rode Leger. De officier is kolonel de
hoogste rang in het Zwitserse leger.
Overstroming. In de buurt van het dorp
Timgad in het Algerijnse district Con-
stantine is 'n autobus met 28 inzittenden
door een van de berghellingen stromen
de watervloed meegesleurd. Slechts drie
inzittenden konden zich in veiligheid
brengen, die anderen worden vermist.
Ruim drie dagen heeft het in dit gebied
onafgebroken geregend. Een groot aan
tal huizen is door overstromingen be
schadigd.
Sneeuw. Het heeft gesneeuwd op de top
van de Vesuvius. Er worden daar maar
zelden temperaturen onder het vries
punt gemeten.
Motten. Het textielhuis van de kamer van
koophandel in Manchester heeft bekend
gemaakt 200.000 textiel etende motten
nodig te hebben, die hun krachten kun
nen meten met stalen die motvrij zou
den zijn.
Vulkaan. De vulkaan Goenoeng Agoeng op
Bali, waarvan de uitbarsting vorig jaar
meer dan 1500 slachtoffers eiste, is weer
actief. Uit de krater stijgen dikke rook
wolken op tot een hoogte van bijna an
derhalve kilometer.