In Tanganyika kreeg het groepsbelang de overhand Tien botersmokkelaars in Breda veroordeeld M PRINSES IRENE Ruzie beslecht met pistool KUIPERS Bm JjjjjfK^ A HOOFDPIJNPOEDERS i/ ii i n p r i I/nu i% ii i r gfcLnnnn i Het nationalisme in Oost-Afrika II (slot) Correspondent van Reuter uitgewezen Nieuw hart voor Den Haag R.-k. verkenners adopteren negerstam Zendelingen gered uit gistend Kongo Sleepboten kregen een vrachtvaarder vlot Enschede zorgt voor pijprokers op recepties Slechts een deel van de bouwvakkers vraagt vrijstelling van dienst DINSDAG 4 FEBRUARI 1964 5 Politici hebben overredingskracht overschat N ationalisme Bedenkelijk Ongewone postzegels SIERRA Stir* LEO NE ÊPi 1 4ÉÉ1 - f Ci» Sir it "VP. Onprettig Politiek ,Eigen schuld Lacune Oefenreizen van de marine ZIJLSTRAAT 97 HAARLEM BRILLEN SPECIALIST v (Van een medewerker) Terwijl we in 1960 de neiging hadden de moeilijkheden in Tanganyika te bagatelli seren. wijzen de schaarse gegevens uit de jaren daarna er op, dat de Tanganyika- nen hun enthousiasme niet volledig waar hebben kunnen maken. Het is moeilijk in Europa aan de hand van de spaarzame berichten, die men krijgt de politieke ont wikkeling van een Afrikaans land te vol gen. Maar al die berichten duiden er op, dat de raciale, sociale en economische problemen aan onheilspellende betekenis hebben gewonnen sinds 1960. Economisch is er vrijwel niets veran derd. Het heeft de regering bij de uitvoe ring van haar ontwikkelingsprogramma niet meegezeten. Bij de onafhankelijkheid had Tanganyika gehoopt op een Engelse bijdrage van 240 miljoen gulden voor het ontwikkelingsplan: de Engelsen halveer den dit bedrag. En Amerikaanse en Westduitse hulp viel tegen. Deze tegenslag was belangrijk, want voor een nationalisme dat als leus de strijd tegen ziekte, onwetendheid en armoede had, was een zich-ontwikkelende economie de noodzakelijke motor. Als die motor ontbreekt, kan deze leus zich wel eens keren tegen de gangmakers door een uitbarsting van sociale ontevredenheid. In Afrika heeft nationalisme een totaal andere betekenis dan in Europa. Bij ons is het een term uit de vorige eeuw, die het streven aanduidt van een volk, dat zich op grond van een nationaal verleden tegen een gehate monarch of een over heersend land keert. Voorbeeld van dit eenheidsstreven op grond van een ge meenschappelijke geschiedenis en cultuur is bijvoorbeeld Italië. In Afrika kan deze vorm van nationa lisme niet gelden. De grenzen van de nieuwe Afrikaanse staten zijn in de jaren '80 van de vorige eeuw willekeurig door de Europese mogendheden vastgesteld. Het Afrikaanse nationalisme is gericht op de toekomst. In die toekomst moeten die willekeurige grenzen een natie omsluiten, waar geen armoede meer heerst, en waar de bewoners zich vóór alles staatsburgers voelen en geen stamleden. Voor het tot stand brengen van dit pro gramma zijn de meeste Afrikaanse staats lieden van Nkrumah tot Nyerere geïnspi reerd door voorbeelden van pragmatisch socialisme of communisme. Wat zij doen is het voeren van een be leid dat men een „syncretistisch" sociaal beleid zou kunnen noemen, waarbij dat voorbeeld wordt gevolgd dat het beste be valt, of dit nu uit Israel of China stamt. Dit mag niet verhullen, dat het hier vooral om een politiek streven gaat. Want de verantwoordelijke staatslieden moeten hun landgenoten van het nut van hun sociale hervormingen weten te over tuigen, en het nationalisme is hiervoor het belangrijkste argument. De ontwik keling van Tanganyika in de laatste jaren lijkt aan te tonen, dat de, politici hun na tionale overredingskracht hebben over schat. Dit is dan ook het bedenkelijke van de muiterij in Tanganyika. De muiterij is nu met hulp van Engelse troepen onderdrukt, maar de regernig heeft uiterst zwak gerea geerd en de muiters eigenlijk in hun eisen gelijk gegeven: de Engelse officieren zijn vertrokken en een onderzoek naar de sol dij is beloofd. MOSKOU (AP) Peter Johnson, hoofd correspondent van het Britse nieuws agentschap Reuter in Moskou moet de Sov jet-Unie verlaten Hij wordt ervan be schuldigd berichten te hebben gestuurd „die grove laster bevatten over het leven van de Russische bevolking". Johnson is de eerste Britse correspon dent die sinds jaren wordt uitgewezen. De laatste twee jaar zijn er twee Ame rikaanse correspondenten het land uitge zet. Een correspondent van het Franse blad Figaro werd in 1961 uitgewezen. Johnson wordt ook beschuldigd van het „vergiftigen van de betrekkingen van de Sovjet-Unie met andere landen, waaron der de Afrikaanse staten". Hieruit blijkt dat de Russen aanstoot hebben genomen aan de wijze waarop Johnson heeft bericht over de demonstra tie van Afrikaanse studenten in Moskou, in december vorig jaar, nadat een hun ner dood was aangetroffen. v 12S52 Porto Lopo USSI K»il»noen/: Pondembooo Ken «ma IBERIA Üj[ Afrika Sierra Leone zal volgende week de eerste zelfplakkende postzegel ter wereld uitgeven. Deze postzegel is tevens een nieuwtje omdat hij niet de normale rechtlijnige omtrek heeft, maar die van de grenzen van Sierra Leone. Het kan niet anders of het gezag van de regering heeft hieronder geleden, vooral omdat er andere ontevreden groe pen in Tanganyika zijn, zoals de stam hoofden, die hun macht bedreigd zien door democratisering van het lokale be stuur. En niets is zo fnuikend voor de ver dere ontwikkeling van Tanganyika en voor het gezag van de regering als dit touwtrekken om groepsbelangen. Al in 1960 kon men voorzien dat de vak verenigingen een potentiële haard van ver zet waren en in de afgelopen jaren zijn ze voor de regering, die het land zo aan trekkelijk mogelijk wilde maken voor bui tenlandse investeringen een voortdurend probleem geweest. Zij kunnen nieuwe kracht voor verzet uit de recente ontwik keling putten. Een belangrijke oorzaak voor de moei lijkheden waarmee de Tanganyikaanse re gering kampt, is dus de economische stg- natie. Maar het is niet de enige. Minstens even belangrijk is de ideologische zwakte van het politiek programma. In de strijd tegen de koloniale bestuur der was het gemakkelijk enthousiasme te kweken voor de nationale zaak in Tangan yika was dit enthousiasme overweldi gend en tot op de huidige dag is er van oppositie tegen de partij geen sprake. Maar juist de machtige positie van de par tij belemmert de groei van een verant woordelijke oppositie als een uitlaatklep voor sociaal ontevreden groepen. En één van de bedenkelijkste verschijn selen in Tanganyika vandaag de dag is de uitholling van het nationale élan op streek- niveau. President Nyerere heeft waar schijnlijk met het oog op deze ontwikke ling voorgesteld om van Tanganyika offi cieel een éénpartij staat te maken. Bij de verkiezingen zouden meer kandidaten zich dus kunnen aandienen binnen het ka der van de partij. Op die manier hoopt hij, dat de verkie zingen parlementsleden met een werke lijk mandaat van het volk zullen opleve ren. Dit is een voor Afrika interessant ini tiatief. Deze ontwikkeling lijkt doorkruist door de muiterij. In 1960 luidde het com mentaar van lord Mountbatten, die de East African Rifles bij zijn bezoek inspec teerde: nog nooit had hij troepen zo zien exerceren. Dat klinkt nu, drieeneenhalfjaar later, aandoenlijk ouderwets. Het Tanganykaan- se leger is zich bewust geworden van zijn politieke macht. Het is mogelijk dat com munisten tot die bewustwording hebben bijgedragen, belangrijker zijn waarschijn lijk de voorbeelden van Dahomey, Togo, en laatstelijk Zanzibar geweest. Uit de re voluties in deze landen hebben de mili tairen in Tanganyika kunnen leren welke rol ze zouden kunnen spelen. De gemeenteraad van Den Haag heeft zich in beginsel verenigd met het plan tot reconstructie van de kern van de oude binnenstad, waarvan de uitvoering met voortvarendheid ter hand zal worden ge nomen. Het plan voorziet in de afbraak van het niet specifiek historische gedeelte van het oude stadhuis aan de Groenmarkt en een aanpassing en vernieuwing van de naaste omgeving. Overwogen wordt na de af braak van de zogenoemde „puist" van het oude stadhuis een aanbouw in de twin- tigste-eeuwse stijl aan het uit de zestiende en achttiende eeuw daterende gedeelte tot stand te brengen. In het historische ge deelte zullen enige restauratiewerkzaam heden moeten worden uitgevoerd. Wat de omgeving betreft wordt ervan uitgegaan dat het gebouwencomplex, gele gen tussen de Prinsestraat, Nobelstraat, Oude Molstraat en Drie Hoekjes, met uit zondering van het door de architect Ber- lage ontworpen gebouw, moet worden ver vangen door een nieuwe bebouwing. Deze is zodanig gedacht, dat een winkelplein ontstaat, dat visueel in verbinding blijft met het aan te leggen voorplein van het stadhuis. Veertigduizend jongens, leden van de ka tholieke verkenners, gaan met steun van hun leiders en leidsters zeventigduizend negers van de Masai-stam in Kenya adop teren. Met 400.000 per jaar kan in de meest noodzakelijke levensbehoeften van de Masai-stam kan worden voorzien. Dit bedrag willen de verkenners voorlopig jaarlijks bijeen brengen door 't aanbieden van jaarabonnementen op „Masai-cahiers" waarin informaties worden verstrekt over actuele toestanden in onder-ontwikkelde gebieden, in 't bijzonder in Centraal Afri ka. Aan deze cahiers werken o.a. mee dr. O. Jager, Godfried Bomans, Simon Car- miggelt, Michel van der Plas, Mies Bou- man, ds. J. Nieuwenhuyzen, pater Wesse- ling, Jan Cottaar, prof. dr. R. A. J. van Lier, Carel Enkelaar en Gabriel Smit. LEOPOLDSTAD (AP) Helicopters van de Verenigde Naties hebben de laatste drie protestantse zendelingen in het door de re bellen onveilig gemaakte Kwiloe wegge haald. De zendelingen alle drie Zwit sers zijn in veiligheid gebracht. In de afgelopen tien dagen zijn meer dan driehonderd mensen per vliegtuig uit Kwi loe gehaald na systematische aanvallen op protestantse en katholieke missies door de terroristen. Die hebben geprobeerd de stad Goengoe te veroveren, ongeveer 65 kilome. ter ten zuiden van Kikwit. Tientallen vol gelingen van Moelele zijn bij de aanval op Goengoe gedood. De stad heeft onge veer vijfduizend inwoners. De sleepboten „Barentsz-zee" en „Maas" van L. Smit en Co's internationale sleep dienst zijn er in geslaagd de 5636 brt. metende Venezolaanse vrachtvaarder„Ciu- dad de Maracaibo" vlot te krijgen. Het schip werd vorige week dinsdag door een aanvaring met een tanker aan de ingang van het kanaal van Maracaibo vrij ern stig beschadigd. De „Ciudad de Maracaibo" wordt nu naar Puerto Cabello gesleept. De scheuren in de huidplaten zijn provisorisch gedicht, de slagzij (aanvankelijk twintig graden) is opgeheven. De secretaris-generaal van de volke renorganisatie Oe Thant begon zijn rondreis door Afrika in Algerije. Hier werd hij gefotografeerd kort na zijn aankomst op het vliegveld van Algiers. Thant werd op het vliegveld begroet door Ben Bella en andere autoriteiten. Op de foto: van links naar rechts: Mohammed Yazid. Mo hammed Said, Oe Thant, Ben Bella en Chanderli. Japans restaurant. Scheveningen krijgt tegen het einde van de maand een Westeuropese primeur, een Japans restau rant. Men wil in het restaurant zoveel mo> gelijk de Japanse eetgewoonten handha ven. Dat betekent eten met stokjes, zittend op tatami's Kok wordt de Japanner Mi- chiyoshi Musha, die naar Nederland komt met drie Japanse meisjes, die als gastvrou wen zullen optreden. De rechtbank in Breda heeft tien boter smokkelaars veroordeeld. De zwaarste straf kreeg een inwoner van Zundert, die gesmokkeld had met een pantserwagen. Om achtervolgende ambtenaren van zich af te schudden, had hij kraaiepoten op de weg gestrooid. Hij kreeg vijf maaanden, waarvan drie voorwaardelijk en verbeurd verklaring van de boter en de auto. Een inwoner van St. Willebrord, die aan een smokkelcomplot boter had geleverd, werd veroordeeld tot zes maanden ge vangenisstraf waarvan drie maanden voor waardelijk met drie jaar proeftijd en twee jaar ontzegging van de bevoegdheid groot handelaar in boter te zijn. De overige verdachten, die voor het me rendeel uit Rotterdam kwamen, kregen gevangenisstraffen van zeven en negen we ken, waarvan vijf voorwaardelijk, of voor waardelijke straffen met geldboeten. De verdachten, die tot geldboeten werden ver oordeeld, waren in België gepakt en had den daar al enige tijd in de gevangenis gezeten. Poging tot smokkel De economische strafkamer van de rechtbank in Dordrecht heeft zes personen veroordeeld, die betrokken zijn geweest IjH^ PER ETUI VAN 6 EN 12 S De vorige week is geheel beheerst door prinses Irene. Aanvankelijk regende het commentaren op een interview, dat zij had gegeven over het onderwerp Spanje", later werd haar overgang tot de rooms-katholieke kerk bekend. Een van de eerste reacties op dit laatste be richt werd gemeld uit Sint Maartensdijk in Zeeland: de Prinses Ireneschool ver loor zijn naam. „Laten ze er dan meteen het Sint ook maai* afhalen" werd in de VARA-rubriek ACHTER HET NIEUWS opgemerkt en ZO IS HET TOEVAL LIGgaf een nieuwe omschrijving van drie pastoors in de Kalverstraat: „De Prinses Irenebrigade". In hetzelfde pro gramma werd voorgesteld de Regerings voorlichtingsdienst voortaan „Ontken- nings- en Bevestigingsdienst" te noemen. Deze RVD heeft van alle zijden critiek moeten ondergaan over de affaire. De hoofdredacteuren wilden allen de per soonlijke keuzen van prinses Irene respec teren. Zo schreef het DEVENTER DAG BLAD: Het bericht zal slechts verontwaardiging hebben gewekt bij de weinigen, die het nog met de uitspraak uit 1813 van wijlen dr. Bronsveld eens zijn, dat „Op Neerlands erve de kromstaf even onnationaal is als de Russische knoet." Maar wat kwaad bloed heeft gezet is dat de mededeling pas is gekomen nadat een Spaanse fotograaf prinses Irene in een rooms-katholieke kerk in Madrid had ont dekt. Hetzelfde blad schreef hierover: „Men vraag zich in gemoede af waar om deze overgang geruime tijd moest worden verzwegen en geheim gehouden alsof het hier iets onoirbaars gold, althans iets, waarvan men die kwalijke repercus sies, vreesde, waartoe een mondig en tole rant volk als het onze zich anno 1963 en 1964 toch waarlijk niet zo makkelijk meer laat verleiden." De protestantse NIEUWE LEIDSCHE COURANT meent dat iedere overgang naar de r.k. kerk, wie het ook geldt, voor de blijvende een aansporing zal behelzen tot nieuwe bezinning op het wezen van her vorming. „Is er in de kerken van de reformatie werkelijk een tekort? Uit de sobere toe lichting blijkt dat oecumenische gezind heid mee tot de beslissing heeft geleid. Maar het gevoelen van velen echter drijft men de oecumenische gezindheid wat ver als men de kerk van de Hervorming vaar wel zegt. In deze gedachtengang zou men trouwens niet minder een omgekeerde ge dragslijn kunnen verwachten." De NIEUWE APELDOORNSE COU RANT wijst er op, dat het betrokken pers bureau (UPI) netjes heeft gehandeld door Den Haag van zijn ontdekking op de hoog te te brengen. Het had ook de bewuste fo to aan de wereldsensatiepers kunnen ver kopen. Blijft het vreemde feit, dat het het UPI niet de primeur kreeg van de RVD, maar het ANP. Het NIEUWSBLAD VAN HET NOOR DEN stelt de adviseurs van koningin Ju liana ernstig in gebreke. Het blad merkt verder op: „De mededeling dat prinses Irene in oecumenische zin rooms-katholiek is ge worden overbodig, volkomen niet ter zake en ons inziens zelfs ten onrechte maakt een onprettige indruk". DE TIJD meent dat men mag constate ren dat de opvoeding van de prinses in het protestants-christelijke milieu van het ouderlijk huis zozeer vrij is geweest van anti-roomse vooroordelen dat zij deze over gang althans niet onmogelijk heeft ge maakt. „In de laatste tijd is het inzicht gemeen goed geworden dat er tussen protestantse en katholieke christenen geen diametra le tegenstelling bestaat. Zij hebben zo veel gemeenschappelijks, dat personen, die na een protestantse opvoeding tot het katholicisme overgaan, geenszins al hun geestelijke bagage behoeven achter te la ten. Integendeel, zij kunnen de kerk, waartoe zij toetreden, verrijken met een inbreng aan eigen geestelijke waarden." Het blad constateert, dat het konink lijk gezin nu als eenheid-in-verscheiden- heid enigszins een afspiegeling is gewor den van ons confessioneel verdeelde volk. DE GELDERLANDER schreef: „De omstandigheid dat koningin en prins geheel staan achter de vrijheid van keuze voor hun kinderen en derhalve het toetreden van prinses Irene tot de katho lieke kerk volledig respecteren, is een waardevolle ervaring inzake het klimaat van openheid en respect, dat in ons ko ninklijk gezin heerst, en dat zoveel bij draagt aan de grote plaats, die het vor stenhuis in de harten van ons Nederlan ders inneemt Een heel ander geluid dan dit van een r.k. blad verneemt men uit DE WAAR HEID: „Het is opvallend dat het eerste nieuws uitgerekend uit Madrid kwam. Franco- Spanje was eerder op de hoogte dan Ne derland en het Nederlandse parlement. Het bericht over de nieuwe geloofskeuze werd enkele dagen geleden op een merk waardige wijze ingeleid met een interview waarin prinses Irene lovende woorden sprak over de sociale toestanden in Span je. Het Nederlandse volk in zijn overgro te meerderheid verafschuwt echter het Franco-regime. Volgens de geldende regels draagt de regering de verantwoording voor de poli tieke uitlatingen, die hierboven in herinne ring gebracht werden. Het is nodig dat Marijnen en Luns nu zelf voor de draad komen. De eerste, die via radio en pers, commentaar leverde op de toetreding van de prinses tot de katholieke kerk, was de K.V.P.-fractieleider Schmelzer. Maar Schmelzer is geen geestelijke en K.V.P. is geen kerk. Zij is een politieke par tij, die niet het geloof, maar wél de ui terst reactionaire krachten in ons land vertegenwoordigt. Het optreden van Schme- zer kan alleen maar gezien worden als een poging van rechtse kringen om de nu be kend geworden stap van een lid van het koninklijk huis voor eigen doeleinden te gebruiken." Geeft het communistische blad hier een flinke politieke draai aan de gebeurtenis sen, verwonderlijk is dit niet, want het interview van de prinses moest hiertoe wel leiden. Ook in tal van andere kranten zijn over dit gesprek harde noten gekraakt. Het begon met HET VRIJE VOLK, dat kort en krachtig reageerde: „Prinses Irene heeft het Spanje van de sociale tegenstellingen ontdekt achter het Spanje van de flamenco en de stierenge vechten. Helaas is het Spanje van Franco en de fascistische falanx vooralsnog aan haar aandacht ontsnapt, maar voor ie mand, die een privéreis zo ernstig opvat kan ook deze ontdekking niet lang op zich laten wachten. In afwachting daarvan zou het beter zijn geweest geen tussentijdse verklaringen af te leggen die zo'n een zijdig beeld geven van de situatie in Span je". Wie anders zou hier op reageren als DE TELEGRAAF? Het blad zei venijnig dat het dagblad van de P.v.d.A. en het N.V.V. het niet had kunnen nalaten ern stige critiek uit te oefenen op het inter view, dat prinses Irene aan een Neder landse journalist in Spanje had gegeven. „Nu is het juist de socialistische pers geweest, die zeer veel aandacht heeft be steed aan de geruchten over een „aan staande verloving" van prinses Irene met een Spaanse markies. Zoveel aandacht, dat de prinses als het ware gedwongen werd in het openbaar deze geruchten met nadruk ongegrond te verklaren. Zij sprak daarbij vriendelijke woorden over Spanje het land waar zij als gast verblijft. On der meer was zij onder de indruk van de werkzaamheden van verschillende sociale instellingen. Uiteraard onthield prinses Irene zich van ieder politiek oordeel over de merites van het regime-Franco. Toch meent het socialistische dagblad op grond van dit, mede door hem uitgelote inter view, politiek te moeten bedrijven, een politiek, waarbij het, volkomen ten on rechte en tegen alle regels in, een lid van het koninklijk huis tracht te betrekken". Dit neemt niet weg, dat ook een rustig blad als de NIEUWE ROTTERDAMSE COURANT het interview zeer critisch be keek: „Zo iets behoort tot de dingen, die wij niet van een lid van de koninklijke fa milie verwachten. De prinses toont ons uitsluitend de zonzijde van een land, over welks regering nog wel het een en ander te doen is. In op zichzelf lofwaardig enthou siasme wil de prinses in Nederland heer sende misverstanden omtrent Spanje uit de weg ruimen. Maar het kan de prinses niet onbekend zijn, dat er over Spanje nog meer te vertellen valt en dat de politieke situatie daar, zacht gezegd, discutabel is. Het blad zegt dat het bij ons bestel hoort dat het koninklijk huis niet wordt gecriti- seerd. Dat is vol te houden zolang leden van het koninklijk huis geen aanleiding tot critiek geven. Maar men heeft thans met een uitzondering te doen, die dan maar als een vergissing moet worden be schouwd. Ook DE TIJD constateert een lacune in het interview. „Maar," zegt het blad, „hoe kwam zij er toe een interview toe te staan? Was dat niet door de pers, die haar een week lang had achtervolgd met berichten over een verloving? Er bestaat een gezeg de: het is nooit goed of het deugt niet." Opnieuw dus de merkwaardige redene ring dat de pers de schuld heeft. Het UTRECHTS NIEUWSBLAD merkt op dat op de contacten tussen de koninklij ke familie en de Nederlandse pers niet veel zegen rust. Over het leven ten paleize komt alleen iets in de krant als men af en toe voor publicaties uit een boek koopt bij de uit gever Ten Have." De LEEUWARDER COURANT spreekt van kortsluitingen. „Juist deze kortsluitingen zullen het dy nastieke leven veel verder dan gevaarlijker ondergraven dan men nu ten onrechte aanneemt dat de moderniseringen zul len doen." En HET PAROOL redeneert: „Wie zich herinnert hoe nog niet zo lang geleden prins Bernhard zich uitsprak over de apartheidspolitiek in Zuid-Afrika (eerst in nogal negatieve zin in zijn door Alden Hatch geschreven biografie en later aan zienlijk positiever in een interview met Die Burger) moet zich met enige bezorgd heid afvragen of bij alle leden van ons koninklijke gezin het besef van de consti tutionele normen en grenzen scherp ge noeg is". Het blad vindt het trouwens ook nood zakelijk dat de regering opheldering geeft over de precieze rol van de Nederlandse ambassadeur in Madrid, de heer Van Pan- huys. In DE TELEGRAAF wordt ook gespro ken over een kortsluiting. „Het is werke lijk van het allerhoogste belang dat in de ze lacune nu eens op doeltreffende wijze wordt voorzien". De GROENE AMSTERDAMMER ver. telt hoe de Nederlandse ambassadeur bij het interview aanwezig was. „De heer Van Panhuys had moeten be grijpen dat hier iets iverd voorbereid en uitgevoerd, dat met de beginselen van onze staatsinrichting in strijd was". Het blad meent in zijn beschouwingen, die de titel „De sprookjes van een prin ses" dragen, dat inzicht in staatsrechte, lijke verhoudingen zowel bij de prinses als bij de ambassadeur niet de sterkste kant vormt. bij een poging tot botersmokkel in Noor deloos. Het ging om duizenden kilo's bo ter, die naar België moesten worden ge smokkeld. Een achttienjarige inwoner van Deinze (België), die als bijrijder op de vrachtwa gen zijn medewerking aan de smokkel had verleend, werd veroordeeld tot vier weken en 100 boete. De 36-jarige chauffeur uit Aarsele (België) tot vijf weken en f 300. Een veertigjarige fruitteler uit Noorde loos, die toestemming had gegeven de par tij boter in zijn koelcel op te slaan, werd veroordeeld tot twaalf dagen en 200 boe te, de mede-eigenaar van de koelcel, een 42-jarige inwoner van Lexmond, 50 boe te, een 27-jarige los arbeider uit Vrees wijk, die merken en opschriften van de wikkels van de boter had verwijderd en meegeholpen had om de smokkel te orga niseren, vier maanden. Een negentienjarige inwoner van IJssel- stein, die hand- en spandiensten had ver richt, werd veroordeeld tot een maand voorwaardelijk en een boete van 50. Een in Horst wonende koopman heeft in de nacht van zondag op maandag tij dens een ruzie de 43-jarige koopman Ver hoeven uit Helden met een revolver neer geschoten. Het slachtoffer, dat verscheide ne malen werd getroffen, onder andere in het bovenbeen en in de linkerarm, is in het ziekenhuis te Horst opgenomen, waar operatief moest worden ingegrepen. Schepen van de Nederlandse marine zul len in de komende maand onder meer Gi braltar, Malta, Portland, Paramaribo en Oostende aanlopen. Dat gebeurt op oefen- reizen van de verschillende smaldelen. Op leidingssmaldeel I, waarvan de kruiser „Da Ruyter", de onderzeebootjagers „Rotter dam" en „Holland", het fregat, „De Zeeuw" en de onderzeeboot „Zeeleeuw" deel uitmaken, is donderdag uit Den Hel der vertrokken voor een reis naar de Mid dellandse Zee. De schepen brengen bezoe ken aan Gibraltar en Malta. Aan de oefe ningen nemen ook vliegtuigen deel van het type Neptune en Tracker, die speciaal daar voor gestationeerd zijn op een vliegveld op Malta. Oefensmaldeel V, dat bestaat uit het vliegkampschip „Karei Doorman" en de onderzeebootjagers „Amsterdam", „Fries land" en „Drenthe" zal met uitzonde ring van de „Karei Doorman" dat bij de werf Wilton Fijenoord in Schiedam een onderhoudsbeurt ondergaat, 10 februari uit Den Helder uitvaren voor een oefenreis in het Engelse Kanaal en op de Atlan tische Oceaan. Drie kustmijnenvegers zul len deze week een bezoek brengen aan Oostende. Burgemeester en wethouders van En schede hebben besloten om tijdens de re cepties in het stadhuis niet alleen sigaren en sigaretten te presenteren, maar ook en kele potten met rooktabak gereed te zet ten, zodat het toenemend aantal pijprokers ook aan zijn trek zal kunnen komen en niet voor de verleiding van de sigaret zal behoeven te bezwijken. Er zullen enkele tabakspotten worden aangeschaft, die niet zullen misstaan in het interieur van het stadhuis De pijprokers zijn wel nieuwsgie rig welke soorten tabak het gemeentebe stuur zal aanschaffen. Lang niet alle bouwvakkers, voor wie minister de Jong van Defensie de moge lijkheid geopend heeft om vrijstelling van militaire dienst te verkrijgen, maken van die mogelijkheid gebruik. Dat blijkt uit cijfers. Aan 400 bouwvakkers van de lich ting 1964 is thans vrijstelling verleend. Hon derd man van deze lichting heeft een ver zoek ingediend dat nog in behandeling is. Totaal had de bewindsman voor 600 bouw vakkers van deze lichting de mogelijkheid om vrijstelling te verkrijgen geopend. De dienstplichtigen die behoren tot de lich ting 1964 zijn voor het grootste deel vo rig jaar al onder de wapenen gekomen. Van de lichting 1965 (dienstplichtigen die voor een belangrijk deel dit jaar in wer kelijke dienst komen) bestaat voor 1.800 bouwvakkers de mogelijkheid om vrijstel ling te vragen. Aan 215 man is die vrij stelling op dit moment verleend en er zijn 460 aanvragen, die nog onderzocht wor den. Bij Defensie bestaat het vermoeden dat veel bouwvakkers wachten met 't vra gen van vrijstelling tot het moment dat ze een oproep tot inlijving ontvangen. De mogelijkheid om die vrijstelling te vragen bestaat echter al vanaf het ogenblik dat de dienstplichtige te horen krijgt dat hij is goedgekeurd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1964 | | pagina 5